Onze financieele situatie OEKRAÏNE, GRENSLAND MAANDAG 23 OCTOBER 1939 EEN KWADE VONDST Minister de Geer heeft reeds geantwoord op de critiek, welke op zijn voorstel tot voorloopige belastingverhooging is uitge bracht, in het Yoorloopig Verslag was er ook nadrukkelijk op gewezen, dat het on redelijk is om de belastingbetalers in Je gemeenten van de tweede en derde klasse, die reeds in ongunstige conditie verkeeren, nog eens extra te doen bijdragen voor liet tekort in de rijksschatkist. Omdat de ge meentebelasting reeds hoog is, zullen ze meer dan de andere voor het rijk moeten offeren. Het is onrecht met interest op interest. Neen, zegt minister de Geer, het is vol komen logisch. Want, zoo vervolgt net betoog: Dat de klasse-indeeling geen geschikte grondslag zou vormen voor een rijkshef fing, heeft hem verwonderd. Die indee ling berust niet, of behoort althans niet te rusten op den geldelijken toestand van de gemeente, maar op het feit, dat een zelfde inkomen in een gemeente een andere beteekenis heeft dan in de andere. Het is een vondst; maar het is o. i. een kwade vondst. Wat heeft de belastingbeta ler aan de ijdele filosofie, dat de indeeling in klassen behoort te berusten op het verschil in kosten voor levensonderhoud, waarvan men aanneemt (het is telkens ontkend) dat deze b.v. in plattelands gemeenten lager zijn dan in de groote steden? Men mag vragen of de minister van Fi nanciën dan zóó ver buiten de praktijk staat, dat hij zich meent te kunnen ver dedigen met een zuiver academisch argu ment? Zeker, de indeeling behoort te berusten op het feit dat men ergens op het platteland met een gulden meer kan doen dan in den Haag of Rotterdam; maar an dere feiten hebben deze redeneering al lang ondersteboven gegooid. Veel meer dan de kosten van levens onderhoud speelt de financieele toestand der gemeente een rol bij indeeling in klas sen. Meermalen hebben ook colleges van Gedeputeerde Staten op een andere klas- sificeering aangedrongen met het alles- beheerschende element dat de inkomsten verhoogd moesten worden. Aan de levens- kosten dachten zij noch de Ministers, die zulks als voorwaarde stelden voor een extra bijdrage. Dat de Financieele verhoudingswet niet bracht, wat minister de Geer beoogde en verwachtte, betreuren wij met hem, doch daarom mag hij zijn oog niet sluiten voor de werkelijkheid. Wij hopen, dat de Kamer het onrecht niet zal tolereeren. ONBILLIJKE BELASTINGHEFFING Wij hebben er onmiddellijk de aandacht op gevestigd, dat het heffen van opcenten op de Gemeentefonds- in plaats van op de Rijksinkomstenbelasting alleen belasting technisch te verdedigen is. Overigens is er alles tegen. Want het zou immers logisch zijn, dat men verhooging van de inkomsten voor het Rijk zoekt in opcenten op een rijks- en niet op een gemeente-belasting. Intusschen, met deze „schoonheidsfout" zou men, om in de taal van den Minister van Financiën te spreken, genoegen kunnen nemen, indien er geen andere, ernstiger bezwaren waren. De eerste bedenking is deze, dat thans veel meer contribuabelen, dus ook kleine luiden onder de verhooging vallen, dan anders het geval zou zijn en tevens, dat ie hooge inkomens eenigszins gespaard wor den. Gezien den nood van de schatkist kan men dit bezwaar misschien ovor het hoofd zien. Het andere, waarop wij in ons blad var. 7 October speciaal de aandacht vestigden, zal op een of andere wijze opgeruimd moe ten worden; want anders zou men de arme gemeenten en haar bevolking schreeuwend onrecht aandoen. In bedoeld artikel is met feiten en cijfers duidelijk gemaakt, dat üe indeeling der gemeenten in drie klassen de gemeentefondsbelasting ongelijk zwaar doet De belastingplannen der regeering Bij de bespreking van het financieel be leid', waarschuwt de Regeering tegen een te schoone voorstelling var. den financieelen toestand vóór den oorlog. Het is goed, naast het nominale, ook het reëele tekort te ramen. De gevolgen van het nalaten der stortingen in de fondsen bleken onlangs overtuigend bij het Spoorwegpen sioenfonds, waar de jaarlijksche bijdrage van vroeger 9 millioen gulden, moest ver hoogd' worden tot 16 millioen gulden. Na inzage van de gegevens omtrent het ivaliditeits- en ouderdomsfonds, is de Mi nister versterkt in de overtuiging, dat het aarlijk geen overdreven possimisme is, in dien men de verzuimde fonc'jsstortingen in rekening brengt bij een raming van hei „reëele" tekort Wat de Staatsschuld betreft worde 't oog niet eenzijdig gericht op het bedrag van de aflossing De conversie was hoogst nood zakelijk geworden door d«e aanzienlijke stij ging, welke de begrooting van den kapi- taaldienst had ondergaan. Die stijging is sindsdien doorgegaan. Wat intusschen voornamelijk aandacht verdient, is ue toeneming van dat deel der schuld, waarvoor feitelijk naar redelijke eischen van financieel beheer niet geleend had mogen worden. In de eerste zeven cri sisjaren had circa f 500 millioen van de schuldtoeneming betrekking op uilgaven, welke in normale omstandigheden ten laste van een gewonen dienst hadden moeten komen. Dat dit bedrag in de jaren na 1936 nog aanzienlijk is gestegen, behoeft wel geen betoog Tot defaitisme behoort dit minder gun stige financieele beleid zeker niet te voe ren. Daartoe bestaat zelfs geen reden, wanneer de nieuwe oorlogstoestand in het beeld wordt ingevoegd. De goede symptomen, waarvan het voorloopig ver slag gewaagt en die wezen op een herstel in onze volkshuishouding vóórdat de bij te knippen en de geit kaal te scheren, oorlog uitbrak, spreken van innerlijk weerstandsvermogen, dat ook nu ons ten bate kan komen. Mits men de oogen niet voor de werkelijkheid sluit ~n de vaste wil aanwezig zij den toestand meester te blijven en de daartoe onvermijdelijke of fers te brengen. De Regeering blijft voorloopig van mee ning, dat de termijn van aflossing van de onder de werking van het leeningfonds .'al- lende leeningen op niet langer dan vijftien jaren dient te worden gesteld. De Regeering had tegen het inmiddels in getrokken wetsontwerp tot heffing van een nationale inkomsten- en winst-belasting be zwaren; o.a. betrof dit de ingewikkelde rege ling en het ontbreken van ruimte voor af trek van noodzakelijk levensonderhoud. Af schaffing of verlaging van bestaance beu lingen acht de Regeering niet gerechtvaar digd, al zal ze ter gelegenheid van de voor genomen herziening der inkomstenbelasting onder de oogen zien of hierop een uitzon dering is te maken. Belastingplannen drukken op de bevolking. Immers, wie gelukkig is in een eerste klasse gemeente te wonen is er wat de gemeentefondsbetas ting betreft veel beter aan toe, dan wie bur ger is in een armelui's gemeente. Dit is reeds in strijd met het principe van de wet, welke we ook aan minister De Geer danken en die beoogde om de belas tingdruk in de verschillende gemeenten te nivelleeren. Toen er op genoemde belasting opcenten geheven moesten worden, kwam die gelijkstelling reeds hevig in 't gedrang en was het weer beter wonen in Wassenaar dan in Rotterdam en goedkooper in Heem stede dan in Haarlem. Maar de meer opbrengst komt dan toch aan de woon- gemeente ten goede. Wanneer nu echter op deze belasting 45 opcenten geheven worden ten behoeve van het Rijk, dan is het resultaat, dat de zwaarstbelasten nog eens extra zwaar ge troffen worden. Of, om de voorbeelden uil ons blad van 7 October te herhalen: als de contribuabele in Den Haag 2.70 moet op brengen voor het tekort in de Rijksschat kist, dan wordt van zijn medeburger in Rotterdam 3.60 gevraagd, doch de arme tobber in honderden gemeenten, welke in de derde klasse zijn ingedeeld, moet 4.50 dokken. Dat is toch de onbillijkheid in t kwadraat Omdat men uitzonderlijk veel voor eigen gemeente moet opbrengen, wordt men veroordeeld meer dan anderen in het rijkstekort bij te dragen. Het is ondenkbaar, dat de Kamer deze schromelijke fout zal tolereeren en dat de Minister dit onrecht ».zou goedpraten. Het feit, dat het waarschijnlijk slechts voor 16 maanden zal gelden, mag geen reden zijn de wol van het schaap slechts Bij de Kon. Mij „De Schelde" te Vlissingen is Zaterdag Hr Ms „O 21" te water gelaten. De doopplech tigheid werd verricht door mevr. Kwak. de echtgenoote van den in specteur van den marine-stoomvaart- dienst. de dividend- en tantièmebelasting kan als olgt worden verklaard. De Regeering van oordeel, dat het wenschelijk is, een deelte van de benoodigde middelen te vin den door zwaardere belasting der naam- looze yen nootschappen en de in de wet op c<e dividend- en tantièmebelasting daarmee op één lijn gestelde commanditaire ven nootschappen op aandeelen, coöperatieve en andere vereenigingen en onderlinge verzeke ringsmaatschappijen. Die verzwaring kan echter bezwaarlijk worden verkregen do> r verdere opvoering van het reeds eenige malen door opcenten verhoogde tarief der dividend- en tantièmebelasting, daar hier doop bij een bepaald soort vennootschappen de drang om winsten, die redelijkerwijze voor uitdeeling in aanmerking komen, niet uit te kecren en toch de winsten der ven nootschap op indirecte wijze aan de aan deelhouders ten goede te doen kom^i. nog zou worden versterkt. Die drang is door een wijziging van de Wet op de richtige heffing nauwelijks afdoende te keeren, qlthans in dien men niet bepalingen wil maken, die ook normaal-handelende vennootschappen op onredelijke wijze zouden treffen. De Regeering acht het niet uitgesloten, dat in de toekomst nog tot een verdere ver zwtying van enkele indirecte belastingen zal moeten worden overgegaan. Dat opheffing van het zoi naamde bankgeheim groote bedragen aan inkomsten en vermogen aan den fiscus bekend maken, die hem thans verbor gen blijven, schijnt der Regeering een illu sie. Intusschen vormt die aangelegenheid' een punt van onderzoek bij den F.conomi- schen Raad. welks rapport wordt inge wacht. Wat de gemeentefinanciën be treft kan de Regeering nog geen volledige uiteenzetting geven omtrent haar voor nemens. Het streven bestaat, de geldelijke zelfstandigheid der gemeenten en hierdoor haar gevoel van verantwoordelijkheid voor eigen huishouding, spoedig en zoover doen lijk te herstellen. Aangaande het lot van de aanhangige voorstellen tot wederinvoering van een gemeentel ij ke belasting naar het inkomen en van een foren senbelasting zullen eerst mededeeliti- gen kunnen worden gedaan, indien omtrent het geheel der maatregelen, waardoor ge poogd zal worden een redelijke saneering van het gemeentelijk financiënwezen te ver krijgen, een beslissing gevallen is W erkloosheidbestrijding Het is uiterst moeilijk, zoo niet ondoenlijk, aldus de Regeering, ondier de huidige om standigheden nauwkeurig aan te geven, zelfs voor de allernaaste toekomst, hetgeen op het gebied van uitvoering van groote werken zal kunen worden gedaan. Uitvoering van cultuurtechnische werken heeft voor he,t oogenblik een zekere bijzon dere aantrekkelijkheid. Verkorting van den werktijd zou voor bg- paalde bedrijfstn|ken inderdaad een mid del kunnen zijn, dat kan bijdragen tot ver mindering van het aantal werkloozen. Het aanbesteden van boerderijen in de Wieringermeer en op ontg Imingen. moest bij de verstoring der internationale verhou dingen opgeschorst worden. De kabinetsformatie verdedigd Hoofdpunt is een oprechte en consequente neutraliteitspolitiek Minister De Geer heeft in zijn Memorie v. Antwoord op de Algemeene Beschouwingen de Kabinetsformatie verdedigd. Hij acht niet juist de critiek, die meende dat een poging gedaan had moeten worden tot formatie van een Kabinet uitsluitend ge- rormd uit die politieke groepen, die haar medewerking verleenden aan de aanneming an de motie-Deckers. De politieke groepen, die vóór de motie-Deckers stemden, aeden dit niet op grond van geestverwantschap of van een gemeenschappelijk practisch pro gram. aldus de minister, maar omdat zij elk voor zich meenden, dat door het optreden van het vijfde Kabinet-Colijn een onjuiste staatkundige figuur was ontstaan en dat aan die figuur zoo spoedig doenlijk een ein de behoorde te worden gemaakt Een ander motief verbond hen niet. Het landsbelang verzette zich ditmaal, naar het den minister voorkomt, tegen een oplossing als waartoe de voorstanders der motie-Deckers werden gesommeerd. Dit deed hem besluiten de verantwoordelijkheid te aanvaarden voor een opdracht, welke moest leiden tot een formatie van andereu opzet. Opbouwende critiek was naar het oordeel van den minister beter geweest. Na het uiteenvallen van het vierde Kabi net-Colijn, was, naar het inzien van den mi nister, een abnormale situatie ingetreden Dit bleek ook de meening te zijn van den toenmaligen eerstgeroepen formateur, dr. Co lijn. Deze streefde daarom naar de samen stelling van een Kabinet op de breedst mo gelijke basis. Na de mislukte conferentie met fractie leiders en het Kamervotum van 27 Juli tee- kende de abnormale toestand zich scherper af. Dringender reden nog was er om te grij pen naar de oplossing, die aan dr. Colijn reeds voor oogen had gestaan. Vandaar het besluit van den minister om een nieuwe po ging te doen tot samenstelling van een Ka binet op de breedst mogelijke basis. Dat daarbij ook de sociaal-democraten werden inbegrepen, was niet slechts in over eenstemming met wat een maand te voren door den toenmaligen formateur was be proefd, maar lag ook geheel in de lijn, die de minister zelf als Kamerlid reeds getrok ken had in 1933. Voor een Kabinet in breede samenstelling moesten dan ook, \olgens den minister, so ciaal-democratische staatslieden worde, aangezocht. De term „Nationaal Kabinet" is volgens den minister óf nietszeggend, daar i e d e Kabinet de nationale zaak behartigt althans behoort te behartigen, óf vormt een discri- ,minatie van vaderlandslievende stroomin gen, die door het beperkt getal harer aan hangers of andere bijzondere redenen voor vertegenwoordiging in het Kabinet niet in aanmerking komen Hij sprak daarom van een „Kabinet op de breedst mog 1 ij k e b a s i s", hierbij denkende aan de zes voornaamste politieke stroomingen hier te lande en verheugt zich in de samenstel ling van zulk een kabinet geslaagd te zijn. De opmerking van eenige leden, dat zoo lang geen nationaal-socialistische regee ring hier mogelijk is een werkelijk nationaal Wetsontwerp inzake spelling Naar Indië om advies In de Mem. v. Antwoord op de Algemeene Beschouwingen, deelt de Regeering mede, dat het ontwerp van een wet, welke in zake de schrijfwijze van de Nederlandsche taal eenheid zal verzekeren, reeds geruimen tijd geleden is opgemaakt. Omdat deze wet voor het geheele koninkrijk zal moeten gelden, is het ontwerp aan de regeeringen der overzee- sche gewesten om advies toegezonden. Zoo dra de adviezen zullen zijn ontvangen, zal de verdere behandeling zooveel mogelijk worden bespoedigd. Het uitblijven van de Regeeringsverklaring Dat het kabinet niet onmiddellijk na zijn optreden een regeeringsverklaring heeft af gelegd vindt zijn oorzaak in den datum van zijn optreden. Er is nooit een regeeringsver klaring afgelegd door een kabinet, dat in den zomer optrad na de periodieke verkie zingen. De reden hiervan was, dat de eerste ontmoeting met de Kamer niet zou plaats hebben voor het uitspreken van de troon rede. De handhaving van onze neutraliteit Dat de positie van onzijdige, welke ons land in de huidige oorlogsomstandigheden inneemt, ook de noodzakelijkheid meebrengt van een zekere beperking van meenings- uiling in de pers, vooral wat den vorm aan gaat waarin deze gegeven wordt, wordt door de regeering beaamd. Verreweg de meeste organen der publieke opinie houden daar mede ook in lofwaardige mate rekening. In dien de uitzonderingen, die hierop nog voorkomen, tenslotte een optreden van de regeering onvermijdelijk mochten maken, zal dit naar de bestaande wetgeving alleen afdoende kunnen geschieden door de afkon diging van den staat van beleg. In dien noodig. zal van dit middel worden gebruik gemaakt. Ook de Waal is tengevolge van den sterken was in de laatste etmalen buiten haar oevers getreden. De laag gelegen deelen der Waalkade te Nij megen zijn ondergeloopen en het wa ter is op enkele plaatsen de huizen reeds genaderd. boven de partijen staand Kabinet noodig was, heeft de regeering in zoover met 6ym pathie begroet, als hierin tot uiting komt het besef, dat het kunstmatig scheppen van politieke con traversen behoort te worden vermeden. Zij vertrouwt, dat volkomen een stemmigheid zal bestaan inzake het hoofd punt van het regeeringsbeleid: het voeren van een oprechte en consequente neutrali- teitspolitiiek. KANTOREN ALG. NED. INVOER CENTRALE DEN HAAG 23 October. De Minister van Economische Zaken brengt ter kennis van belanghebbenden, dat de ka.itoren van de algemeene Nederlandsche invoer centrale met ingang van heden zullen worden ver plaatst van Laan van Meerdervoort 82 naar Parkweg 13 te Den Haag. Telefonisch te be reiken onder de nummers: 550733 en 556657. WEGENBEPLANTING Dat dit vraagstuk van de wegenbeplanting tegenwoordig wel groote belangstelling ge niet, moge blijken uit het feit. dat het boekje „Wegenbeplanting", dat dit voorjaar verscheen, reeds nu geheel is uitverkocht. Zooals men zal weten is dit boekje het rapport van de door de Ned. Heidemaat schappij te Arnhem benoemde commissie inzake de beplanting van onze wegen en la nen met alles wat hiermede in verband staat. TWEEDE KAMER VERGADERT Op Donderdag 26 Oct. zal de Tweede Ka mer bijeenkomen. Op de agenda staan o.m.: algemeene beraadslaging over de Rijksbe- grooting 1940, hoofdstukken 2, 2a, 7a en 8 van deze begrooting, Wet op de middelen, wetsontwerp crediet-werkverruiming en als het eindverslag is uitgebracht wijzigingsont- werp Zee- en Luchtvaartverzekering. Dertiende acconntantsdag dal Zaterdag is te Amsterdam de 13dj tantsdag van de Vereen. 1 accountants gehouden onder leidhi D. Simons. Deze wees er in zijn f woord op, dat het de taak van om de extra lasten van de byzo omstandigheden gewillig en met i van de noodzakelijkheid te dragen, ten onzen gewonen regelmatigen f het belang van ons volk te blijven v en tot dien arbeid rekenen wij i gen behooren, dat wij gezamenlijk gaderingen onze problemen spreken. Uitvoerig besprak de voorzitter li ontwerp tot instelling van een ac< register. Prof. va i Vuuren sprak ovt onderzoek naar en de bevorderinj welvaart eener stad." De spreker vatte zijn uitvoerig j de volgende punten san was en is nog altijd de eenige welvaart. Door de verschillende der productie-gebieden, zoowel alsjtk verschillende eigenschappen der rende volkeren en groepen, ten,ge waarvan immers de geproduceerde jee zoowel als de behoeftebevrediging j£ schillende gebieden zullen verschil staat de onderlinge afhankelijkheid 8' duceerende, naar welvaart streven* 03 ren en groepen. Hieruit volgt, o grootste welvaart bereikt kan woi e! de vrije uitwisseling van goederen c schen, waardoor de vrije ruilvoor* - van de welvaart. Met dezen ruil i dellijk verbonden de „circulatie" keer). Het welvaartsstreven van de moet functioneel en dynamisah zjj Spr. betoogde, dat het noodig i 'e een volledig herstel kome van hef31 der eigen huishouding", welk hers h aard gepaard zal moeten gaan mei meentelijke indeeling, die beantwefce de jongste omvormingen, welke zi*|<e gebied der productie, d.i. in het streven, voltrokken hebben. eE Een eeuwenlange historie van zorg en lijden 23 Mei 1938 op den Coolsingel te Rotter dam! Temidden van het publiek spat een tijdbom uiteen, er is haastig heen en weer geloop van menschen, de straat wordt afge zet, het onderzoek vangt aanEn in dat onderzoek wordt een fel, een scherp licht geworpen op den vrijheidsstrijd van een volk, dat eeuwenlang gezucht heeft onder zorg en leed, dat geen periode gekend heeft zonder smart, dat het voorwerp is geweest van onderdrukking, dat lijfeigenschap, hon gersnood, geloofsvervolging, Hunnen, Ma- gyaren, Tartaren heeft gekend: Oekraine, „grensland"! Er leeft in het hart van bijna iederen wereldburger een vonk van sympathie voor een volk, dat lijdt. En de smartenhistorie van het wijde Oekrainsche steppenland, het gebied van de onmetelijke zwarte aarde, heeft belangstelling gewekt, hier en ddór, en op alle vijf werelddeelen. Oekraine beteekent „grensland". En juist de ligging tusschen Oost en West is het ge weest. die het heeft gemaakt tot een door- tochtsgebied. Lange eeuwen geleden reeds trokken ont zaglijke volksstammen op uit het hart van Azië in de richting van Europa. China had zijn muur gebouwd en zich voor elke inva sie veilig gesteld. Centraal-Azië was arm, en zoo richtte zich almeer de blik in Wes telijke richting. Hunnen, Magyaren Tarta ren. zij houden de herinnering levend aan volksverhuizingen van geweldig formaat. Legermassa's stortten zich uit over breede gebieden, brandschatting en vernieling wa- Rijdende crèche, gebruikt in een kolchos der Sovjet-Oekraine. ren aan de orde van den dag, en wee wie of wat zij op hun tocht ontmoetten! Oekraine, grensland! Maar is naast die ligging tusschen twee werelden juist de omstandigheid, dat het Oekrainsche volk geen eigen staatsvorm had en heeft, niet de oorzaak geweest, dat het nu eens de Rus sen, dan weer de Polen als heerschers heeft gekend en moeten verdragen? Slechts op be paalde punten voorzien van natuurlijke grenzen had het als het ware de poorten wijd openstaan voor wie machtig genoeg was om andere gegadigden en het terrein te betwisten, en ook kon het gebeuren, dat het de Oekrainsche landstreken zelf waren, waar de heerschers den strijd om de supre matie uitvochten Er zijn van die volken, die schier nimmer het geluk schijnen te hebben gevonden, in welker geschiedenis de lichtpunten ontbrer ken. Ramp volgt op ramp; als de olavernij een einde vindt, komt de lijfeigenschap er voor in de plaats; heeft men onder nijver zwoegen een bestaan gekregen, dan naderen daar al de horden, die het willen toeleg gen op eens anders goed en have. Wil men opwekkende lectuur, men sla de historie van de Oekraine over. Maar heeft men oog en oor voor de wor steling van een natie, zorgen en moeiten ten spijt, ondanks allerlei tegenslag de over winning tegemoet, welnu, men verdiepe zich in de geschiedenis van dit volk. Het heeft de vergankelijkheid van dit leven vaak on dervonden, maar het is een landbouwende natie, dat wil zeggen: het heeft liefde voor den grond, het heeft geleerd, langen tijd met primitieve middelen, aan den bodem te ontleenen wat voor het onderhotP zakelijk is. Scherpe tegenstellingen^ gebied van de maatschappelijke .ver gen eenerzij ds de grootgrondbezit^ derzijds de kleine bezitters, ja de lijr contrasten op geestelijk gebied.P' de tafereelen, welke een blik in dezeP doet zien. Doch de natie bleef besta haar eigen taal, met haar eigen litg' met haar eigen kunst, haar eigen gete en instellingen. Ook het geloof hadh licht Nog in 1826 zei een Russisch qij dat „door het overzetten van de Sc|n de taal der kerk in die van rafe tooneel het (Londensche) Bijbelgec" alleen maar beoogt den grondslag gie te schokken, ongeloof te verspi der de geloovigen, en in Rusland bi log te ontketenen en opstand aap ken. Was het niet verblijdend, dat in van Oekraine, hetwelk behoord* jongen Poolschen staat, een ople' het Protestantisme te bespeul Edoch, de ontwikkeling der laatst heeft ook dit stuk van de Oekraine) bij den Sovjet-Staat, en men kan wat zulks beteekent. Een nieuw schijnt aangebroken te zijn, en welfe Wil men iets van de Oekraine neme men het boek ter hand, dat qe gen het licht zag, en dat verhaaltC geschiedenis van het land en zijnc king Een serie fraaie illustraties^ deren het beeld, hier geteekend. Op een opmerkelijk punt willen wijzen, namelijk op het feit, dat nisten van Nederlandsche afkomst getracht het wijde gebied tot bloei gen. Het waren Mennonieten, ee volkje, vol van ondernemingslust, bouw aan industrie wist te paren, e;_ je. dat weldra als een voorbeeld korf gesteld voor wat betreft onderwijs voor barmhartigheid. Niet steeds hadden zij het gemakt Zoo werden zij in den wereldoorlog in Duitschland en Rusland tegenovej stonden, aanvankelijk als Duitschj schouwd, maar het was Dr. A. Ki die zich destijds veel moeite heeft ij hun Nederlandsche afkomst aan tel Zijn streven werd met succes bekri Doch op den oorlog volgde het bf me, en wel stelden de Mennonieten voor de gemeenschap sterk op dep grond, maar dat was toch heel walt dan hetgeen het communisme t Zorg stapelde zich op zorg, en het i? stilzwijgen veelzeggend, dat sinds ja? trent de Mennonieten in Rusland nitf werd vernomen! Heeft de Oekraïne in de komen® nog iets goede te wachten? Nog i van dit jaar werd in een Duitschef tie dit land „een land der toekod noemd. Sindsdien is Rusland Wesj opgeschoven, is Polen verdeeld en oof Oekraine bij de Sovjet-Unie ingelijfd! der toekomst"? Er behoort eenige ro zulks nu nog in ruimen zin te el; Maar het krachtig nationaal besef. <l| dan van zich blijken doet, toont f| er leven is. een leven, hetwelk in tjj langen strijd niet kon gesmoord wf De Oekraine. door Hugh P. Vorè werkt door J. B. Th. Spaan. Uitg. vs kema en Warendorf N.V. te AmsterJ

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1939 | | pagina 8