Frankrijk strijdt voor definitieve veiligheids-garanties WOENSDAG ii OCTOBER 1939 EERSTE BLAD PAU „Wij onderwerpen ons niet aan dictaten van geweld'' Radiorede van Daladier Niet om de zes maanden mobilisatie Voor de Fransche zenders heeft gister avond de minister-president Daladier een korte rede gehouden, waarin hij o.a. Verklaarde, dat Frankrijk zal strijden en voortgaan te strijden om een definitieve garantie voor de veiligheid te krijgen. Wij hebben, aldus Daladier, steeds een op rechte samenwerking gewenscht tusschen de volken en w'enschen deze nog, doch wij zijn vastbesloten ons niet te onderwerpen aan „dictaten" van geweld. Wij hebben de wapenen opgenomen tegen den aanval, wij zullen ze eerst neer leggen, wanneer wij zekere garanties hebben voor de veiligheid, een veiligheid, welke niet elke zes maanden in gevaar wordt gebracht. In zijn rede verklaarde Daladier o.a. ihet volgende: Sedert een maand rukken onze soldaten voorwaarts op vijandelijk gebied. In de luoht vermenigvuldigen onze vliegers de bewijzen van hun moed. Op zee verzekeren onze ma trozen de vrije verbinding tusschen Frank rijk en zijn imperium. Men heeft mij onlangs gezegd, dat op het oogenblik, waarop de Dudtsche radio zijn vergeefsche pogingen voortzette om Frank rijk van Engeland los te scheuren en her- haakte, dat Engeland oorlog wilde voeren met Fransdh bloed, de stem van den ver rader te Stuttgart werd overstemd door hel ononderbroken geronk van de motoren der ooruvooden, die de soldaten en kanonnen van het Britsohe leger naar onze grenzen brach ten. Zoo is de propaganda van de feiten sterker dan die van de leugen. Zoo is het ook in on6 nationale leven. Ook daar vernietigen de gebeurtenissen tal rijke andere pogingen van de vijandelijke propaganda. Eenige weken geleden stelden <de communistische leiders zich aan u voor als verwoede patriotten. Om te hooren waren h'2t nieuwe Jacobijnen, zij hadden geen woor den, die hard genoeg waren en beleedigend genoeg om de vredelievende pogingen van de xegeering te betreuren. In vergaderingen, zeiden zij, dat zij op het punt stonden ten strijde te trekken tegen Hitier en zijn legers voor <ie vrijheid cn het vaderland! Het is evenwel voldoende geweest, dat de bolsjewis ten het in hun belang achtten om zich met de nazi's te verstaan en samen Polen te verdeelen, en deze zgn. nieuwe Jacobijnen dringen aam op een vrede van verraad. Het is de zaak van de dictatoren, dat zij oe communistische arbeiders vermoordden en later een overeenkomst sluiten met hun leiders, wij Franschen evenwel zullen er pooit aan denken de Fransche arbedders, welke ook hun politieke overtuiging moge zijn, te verwarren met de mannen, die hen wilden misleiden en verraden. Integendeel, m'3t nog vuriger geloof in het volk en in het lot van het gemeenschappelijk vaderland doen wij een beroep op de broe derschap van Frankrijk, welke ons nogmaals in 6taat zal stellen de beproevingen te boven te komen en het gervaar te overwinnen. Wij strijden niet voor onzen grond en onze haardsteden alleen, doch ook voor de be schaving, welke yerder gaat dan onze grenzen. Verplichte strijd Noch Frankrijk noch Engeland zijn ten strijde getrokken voor een soort ideologi- schen kruistocht, nooh Frankrijk noch En geland zijn ten strijde getrokken in een lust van verovering. Zij waren verplicht te strijden, omdat Duitsdhland wensdhte zijn overheersohing op te leggen aan Europa. Wie zal thans gelooven dat het ging om Danzig en den Corridor, of het lot van de Duitsche minderheid? Duitsohland. heeft bewezen, dat het ofwel Polen door list wilds overwinnen, ofwel te vuur en te zwaard wilde neerslaan. Na Oostenrijk, Tsjecho-Slowakije. Na Tsjecho Slowakije, Polen. Dit waren allen etappen op den weg, welke Frankrijk en Europa zouden hebben geleid tot de hardste dienst baarheid. Ik weet wel, dat men u thans spreekt over vrede, den Duitsohen vrede, vrede welke verovering door list of geweld erkent en .welke niet zou verhinderen nieuwe ver overingen voor te bereiden. Hoe kan men de laatste rede in den Rijks dag samenvatten? Op deze wijze: „Ik heb Polen vernietigd, ik ben voldaan. Laten wij 'den strijd staken. Laten wij een conferentie beleggen om mijn veroveringen vast te leg gen en den vrede te organiseeren Het ongeluk is, dat men deze taal reeds eerder heeft gehoord. Na do annexatie van Oostenrijk heeft Duitschland gezegd: „Ik heb Oostenrijk genomen, ik vraag niets meer." Enkele maancten later cisohte het de Sudeten op en de leider van Duitschland zeice te Mu-nehen tot ons, dat wanneer deze eisch voldaan zou zijn, hij niets meer zou vragen. Enkele maanden later maakte Duitschland zich meester van geheel Tsjecho Slowakije. In den rijksdag zeidi men toen tot de wereld: „Duitschland vraagt niets meer". Na de verplettering ran Polen is dezelfde verzekering gegeven met niets anders. vraag u: Welk volk kan zich ooit be schermd voelen tegen een aanval, indien het zoo iedere zes maancten tegenwoordig is bij de annexatie of de verdeeling van een ander volk, niettegenstaande het gegeven woord, dat eveneens het recht had onafhankelijk te leven? Wederkeerige garanties Indien men werkelijk vrede wil, een duur- zamen vrede, dan moet men begrijpen, dat de veiligheid der naties slechts kan rusten op wederkeerige garanties, welke iedere rassing uitsluiten en welke een wal opwer pen, tegen iedere poging tol overheersching. Indien men werkelijk den vrede wenscht en een dunrzamen vrede, dan moet men eindelijk begrijpen, dat de tijd voorbij is, waarop territoriale veroveringen welzijn brachten aan den veroveraar. Na al zijn veroveringen begint Duitschland een oorlog met kaarten voor brood, vleesch, melk en suiker. Wij, Franschen hebben em afschuw van al deze dienstbaarheid. Wij willen, dat onze overwinning een Europa sohept, dat bevrijd zal zijn van alle bedreigingen met een aan val. Frankrijk, dat den oorlog werd opgelegd, zegt in den strijd hetzelfde wat hit steeds heeft gezegd. Ik bevestig dus in uw naam, dat wij strijden en zullen voortgaan te strijden om oen definitieve garantie voor oe veiligheid te krijgen. Dc geringste soldaat, zoowel als onze grootste leider, begrijpt wilk gevaar ons vaderland zou loopen, indien het na te heb ben gedemobiliseerd op ijdele beloften, na eenige maanden het hoofd zou moeten bie den aan een plotselingen aanval. Ik weat. dat allen opnieuw hun plicht zouüen doen jegens het land, doch dan zouden zij zich bij hun eenheden moeten voegen onder bet vuur van den vijand en zich concentreeren organ iseeren onder de bommen uit de vlieg tuigen. Geen Franschman zou ons vergeven, Frankrijk zoo te hebben ontbloot. Overigens zien al onze strijders g'ï vraagstukken, u over ik heb gesproken, duidelijk. De Fransche soldaat denkt: „Mijn land heeft alles gedaan om deij oorlog te t komen. Ik ben hier om mijn vaderland te verdedigen en het voor het tragische lot te bewaren, dat sedert twee jaar millioenen mannen, vrouwen en kinderen in Europa zoo droevig heeft getroffen. Ik wil hier een einde aan maken. De zaak, welke ik ver dedig, is een rechtvaardige zaak. Ik zal haar naar de overwinning voeren." Wat onze soldaten denken, denkt het heele Fransche volk eveneens en de regee ring zal zich in haar dagelijksch werk en haar onwrikbaren wil, waardig toon en aan het geloof, dat alle zonen van ons vaderland bezielt. Aan de Fransch-Belgische grens. Ge moedelijkheid in het dagelijksch leven van de bewakers der beide landsdeelen. Ba dï o répara tiedï exist Conzy 100% service ▼«kkundig snel! Ie Middellandse*. 72. TeL 30340-31293 nv v.h. J GILTAY ZN BOEKBINDERIJ DORDRECHT TELEF. 499 HET GEVECHT IN HET NOORDZEEGEBIED De Duitsche en Britsche lezing Het opperbevel van het Duitsche leger deelt mede. dat op 9 October Duitsche vlieg tuigen bij verrassing een aanval hebben ge daan op Britsche oorlogsschepen aan de Westkust van Noorwegen. De aanvallers plaatsten zes zware treffers op Britsche kruisers: de ontploffingen aan boord en d: rookontwikkeling waren een be wijs voor het Duitsche succes. Twee Duitsche vliegtuigen moesten een noodlanding maken op Deensch gebied, de bemanning is ongedeerd. Het Engelsche communiqué De Britsche admiraliteit deelt mede: Een vijandelijk eskader, dat door onze patrouille- diensten Zondagmiddag was ontdekt en geschaduwd werd, terwijl het er zich ran bewust was, dat zijn aanwezigheid bekend was, schijnt des nachts te zijn omgekeerd. Het is ontkomen aan onze strijdkrachten, die het niet in zicht kregen. Maandagmorgen kreeg een Britsche tor pedojager een vijandelijk vliegtuig in zicht, en maakte zich gereed het aan te vallen. Het toestel deed een bomaanval van een hoogte van 5000 voet, waarbij een bom ontplofte op bijna 400 meter afstand van stuurboord. Een tweede, grooter vliegtuig werd waarschijn lijk door ons geschut getroffen, toen het een soortgelijken aanval ondernam. Drie vrij groote bommen wei-den neergeworpen, doch kwamen ook ditmaal ver van het schip, op ongeveer een halven mijl afstand, neer. Het eerste toestel trachtte toen een aanval in duikvlucht te ondernemen, doch het werd door ons vuur verdreven. Het vliegtuig is wellicht getroffen. Twee neergeworpen bom men kwamen op 200 meter afstand neer. Denzelfden middag werd een Britsch krui ser-eskader aangevallen door bommenwer pers, met welke het gedurende ruim een uur in gevecht was gewikkeld. Bij geen van deze gevechten werd een Britsch schip geraakt of beschadigd. Er vielen geen dooden of gewon den. Het aantal der vijandelijke verliezen is oïiibekend, doch berichten van neutrale zijde verklaren, dat verscheidene machines niet naar Duitschland zijn teruggekeerd. De Duitsche repatrieering Ook volksverhuizing in Z. O. Europa? Volgens goedingelichte Duitsche kringen fcijn er geheime onderhandelingen gaande over wat genoemd wordt „de grootste mi gratie van alle tijden", nl. de overbrenging van de Duitsche minderheden uit Roeme nië, omvattend 750.000 personen, uit Joego slavië. 600.000 personen, uit Hongarije, 480.000 personen, naar het oosten van Duitschland. In officieele kringen in Boekarest, Bel grado en Boedapest verklaart men, dat daarover niets bekend is, hoewel Hitiers Rijksdagrede groote bezorgdheid onder de Duitsche minderheden heeft verwekt. De Beriijnsche correspondent van „Basler Nationalzeitung" schrijft volgens Havas, dat de door Hitier aangekondigde repatrieering van Duitschers zich ovei ver scheidene jaren zal uitstrekken. Het doel der maatregelen is alle in het buitenland wonende Duitsche minderheden in het Groot-Duitsche rijk te brengen. De gerepa- trieerden uit de Baltisohe landen zullen zich vooral nederzetten in den vroegeren corridor en het door Duitschland gean nexeerde Poolsche gebied. Gauleiter Bür- ckel is met de organisatie belast. „Basler Nachrichten" verneemt uit Hel sinki. dat de in Estland en Letland wonende Duitschers 48 uur tijd hebben gekregen om hun zaken te regelen en hun bezittingen te verkoopen. De Letlanders en Estlanders van Duitsche afkomst hebben twee weken ttijd gekregen. Duitschland heeft den ledgn der Duitsche minderheden laten weten, dat het geen verantwoording aanvaardt voor hen die den oproep niet beantwoorden. De Beriijnsche correspondent van ge noemd blad schat de waarde van de Duit sche bezittingen in de Baltische landen op 1 Zz milliard rijksmark. MAATREGELEN TEGEN DE POOLSCHE JODEN De Duitsche autoriteiten hebben in Opper- Silezië alle wetten ingevoerd, welke ook in het Duitsche Rijk gelden. De Joodsclie winkels zijn gesloten. Joden mogen geen handeldrijven en alle auto's radiotoestellen van Joden zijn in beslag ge nomen. Bovendien moeten de Poolsche Joden helpen bij het opruimingswerk, dat nood'ig is geworden door de bombardemen ten. Zij, die weigeren, woorden zwaar ge straft. De post tusschen Opper-Silezië en de aan grenzende landen werkt normaal, doch onder strenge controle. Zwitserland be waakt zijn gren zen. De natuur lijke gesteldheid van het land schap vormt een bijna onoverko- menlijken hinder voor iede- ren aanvaller Duitsche aanvallen op westelijk front Behoefte aan krijgsgevangenen Het Fransche legerbericht van gisteren avond luidt: De vijandelijke verkenningselementen zijn zeer actief tusschen Moezel en Saar. In deze 6treek hebben wij verscheiden aanvallen, waarvan sommige met vrij belangrijke effec tieven gedaan werden, afgeslagen". Omtrent den toestand aan het Westelijk front meldt Havas, dat tusschen de Moezel en d*e Saar over het geheele front, waar «Je Fransche troepen tot aan de vijandelijke linies zijn opgerukt en hun posities in liet veroverde terrein versterken, de Duitsche troepen hun activiteit hebben verhoogd. Het schijnt, dat hun bevelhebbers zenuwachti ger worden. Sedert verscheidene dagen zijn op elk uur ran den dag op alle punten Duitsche pa trouilles uitgezonden met het doel ce vijan delijke linies, de krijgsmacht en de bewape ning te verkennen. De genoemde activiteit vloeit volgens Havas voort uit de noodzakelijkheid krijgs gevangenen te maken om den staf inlichtin gen te verschaffen. Deze schijnt namelijk niet te beschikken over nauwkeurige inlich tingen. Aangezien de patrouilles slechts 's nachts konden opereeren om bij verras sing schildwachten te overweldigen en aan gezien belangrijker afdeelingen er overigens niet in slaagden de voorpost te omsingelen, te ontwapenen en met gevangenen te ont komen, veranderde de tactiek niet. doch de verkenningspatrouilles werden telkens groo ter zonder echter meer succes te behalen. Chamberlains verklaring uitgesteld In het Lagerhuis heeft Sir John Simon medegedeeld, dat do wekelijksche verklaring van minister-president Chamberlain is uitgesteld van Woensdag tot Donder dag a.s. FRANKRIJK HEEFT VOLDOENDE VOEDSEL Te Parijs zijn, volgens Havas. kaarten voor rantsoeneering van levensmiddelen niet noodig gebleken. De hallen krijgen da gelijks eeQ ruimen aanvoer. In vergelij king tot de dagen van vóór den oorlog zijn de prijzen zelfs aanzienlijk gedaald. In of ficieele kringen koestert men geen bezorgd heid voor den naderenden winter. Men zegt, dat het vraagstuk der Fransche voed selvoorziening opgelost is. MILICIENS TE BERLIJN MOETEN ZICH MELDEN De hoofdcommissaris van politie te Ber lijn heeft voorgeschreven, dat alle miliciens, behoorende tot de reserve, categorie 2, of tot de Landwehr, categorie 2, d.w.z. evgenen, die in 1911 of in 1912 zijn geboren, zich vóór 15 October bij de politie moeten melden. Zij zullen onder militaire controle geplaatst worden. Deze maatregel is een voorberei ding voor de mobilisatie dezer categorie en is, naar men in bevoegde kringen zegt, door den internationalen toestand' geboden. HITLER VOOR HET WINTERHULPWERK „Duitschland is besloten door te zetten" Gistermiddag hebben G o e b b e 1 s en H i t 1 e r te Berlijn het woord gevoerd' bij de opening van het wintcrhulpwcrk, dat onder de huidige omstandigheden den naam van Kriegswinterhilfe heeft gekregen. Gocbbels deelde o.a. mede, dat het werk in dezen winter vooral aan de verzorging van aanstaande en jonge moeders en aan die van de kinderen zal gewijd zijn. Daarna sprak de Fiihrer woorden van warme aanbeveling voor de Winterhulp, met een beroep op de gemeenschapsge dachte. Zijn rede droeg verder het kenmerk van eon opwekking tot het Duitsche volk, ir-, verband met den ernstigen internationalen toestand. Op de reactie van de Westelijke mogend heden op zijn vredes-voorstellen doelend, zeide Hitier o.a.: Duitschland is besloten, als de vredesvoor stellen worden afgewezen, den strijd onder alle omstandigheden door te zetten. De weg, die vóór ons ligt, is niet zoo moei lijk, als die, welke achter ons ligt. Verder keerde de Führer zich tegen de tendenz van andere mogendheden, om zich in den binnenlandschen politieken toestand van Duitschland te mengen. Hij maakte het „grimmige besluit" ken baar „de beslissing op ons te nemen" met als einddoel den vrpdfi. De Engelsche scheepvaart controle Verklaring van minister Cross De Britsche minister voor de economi sche oorlogvoering Cross heeft volgens Reuter in het Britsche lagerhuis een ver klaring afgelegd, waarin hij aanstipte, dat stappen van de Nederlandsche regee- rinc betreffende aanhouding en onderzoek op contrabande van neutrale schenen thans ernstig onderzocht werden. De Britsche re- gecring, aldus minister Cross, heeft zich te allen tijde streng gehouden aan de alom aanvaarde beginselen van het Internatio naal Recht in dezen. Hij gaf bovendien de verzekering, dat al het mogelijke gedaan zou worden om oponthoud van en derhalve het ongemak voor schepen van neutrale landen zooveel mogelijk te vermijden, als de oorlogstoestand toestaat. De Estlandsche regeering afgetreden Naar Reuter uit Tallinn bericht is de Est landsche regeering gisteren afgetreden. Ge ruchten wij en, dat de nieuwe premier zal zijn professor Uluots, die naar Moskou is geweest om deel te nemen aan de Russiscfii- Esüandsche besprekingen. BOGOESLAVSKY KRIJGT TWEE JAAR De schilder Serge Bogoeslavsky, die het beroemde schilderij „Indifférent" van Wat- teau uit het Louvre-museum te Parijs had ontvreemd, is veroordeeld tot twee jaar ge vangenisstraf. De schilder hield vol, het stuk uit artistiek enthousiasme te hebben weggenomen, doch de rechtbank verklaarde deze lezing niet te kunnen aanvaarden. De activiteit dei Britsche luchtmai r1 De Siegfriedlinie fotografisi in kaart gebracht Vliegtuigproductie binnenkort verdubbeld De Engelsdhe Minister van L vaamt, Kingsley Wood heel het Lagerhuis verklaard, dat de esc^ les der Britsche luchtmacht zonderti peren naar Frankrijk zijn overgebh: Spreker voegde daaraan toe, dat id luchtgevechten met den vijaind geb is, d'at de verwachtingen, die mek de luchtmacht koesterde, niet overcf waren. De Duitschers, aldus Vt hebben hoog opgegeven van hun I madht, in het bijzonder van hun r vliegtuigen, doch de feiten hebben^ getoond, dat de modernste Br,u jachtvliegtuigen beter zijn dan die M sdhe. d Vervolgens zeide de minister,'11 sommige Duitsche mededeelinigen^, omlaag geschoten vliegtuigen juii»i geweest, andere, da are rut eg en Tg schromelijk overdreven. s te Dc snelheid, waarmede Vliegtuigen wf>; geproduceerd sedert het uitbreken vaf' oorlog, is ongekend. De fabrieken steeds sneller en binnenkort zullen nju fabrieken gereed komen. Binnen korten zal de productie ivan vliegtuigen mee^1 twee keer zoo snel gaan als thans. rf Gevangen genomen leden van de b,, ningen van Duitsche duikbooten hc, aldus ve:rvolgde spreker, verklaard, a. verschijning van één vliegtuig in de voor een duikboot reeds voldoende rei om te duiken en onder water te blijv dat de aanwezigheid van viiegtuigen b escorte do duikbootcommandanten dil ervan weerhoudt aan te vallen. De Siegfriedlinie gekarteerd Verder doelde hij mede, dat de luoliti dag en nacht verkenningsvluchten ui boven vijandelijk gebied en zich aldu; trouwd maakt met het terrein. Hierbij den de verdedigingswerken van den 1 /erkend en dc troepenbewegingen var .ijand gadegeslagen. ?I Zoo is aen volledige fotog^ sch'e ka aft van de Siegfried^, tot stand gebracht. t Des nachts zijn onder moeilijke we^j standigheden verkenningsvluchten va^ zenden mijlen uitgevoerd. p Het uitgooien van strooibiljetten acht minister van groot belang voor het van inlichtingen aan het Duitsche (voir Duitsche gevangenen zijn deze strooibiL gevonden, niettegenstaande de zware str waarmede personen, die deze biljetten j pen worden bedreigd. Ten aanzien van de Duitsche verkP* it de burgers van Berlijn rustig hebb,1 slapen tijdens de Britsche vluchten 3t Berlijn, zeide de minister: „bij h/un tent ipraken do Britsche vlieger» over zo#i en, welke op hen gericht waren eiki vuur, dat op hen geopend was, zoodn alleen kunnen constateeren, dat de bew< /an Berlijn wel heö] vast moeten slapeh De hulp der dominions i\ Ten aanzien van de hulp van minifons zeide de Minister, dat on$j feld de hulp, welke de Dominions 1 zullen verleenen, grooter zal zijn den wereldoorlog. De vliegtuig-pro in de Dominions zal uitgebreid we en de mogelijkheid om hier, buitrn vaar voor aanvallen van den vliegtuigen te produceeren en vl'1 op te leiden, zal ten volle worden K Een technische commissie, ondir< ding van Lord Rrverda'le, is ret, weg naar Canada, waar zij vet*" woordigers van Australië en Zeeland zal ontmoeten. Zuid-Afrika verlangt om versohillena denen zijn personeel zelf op te leiden. I De minister verklaarde overtugid tr< dat de vliegers van thans, op dezelfden sche wijze hun taak vervullen alsZi eerder is gedaan. w De minister had op dit punt van zijlu drie kwartier gesproken. Reeds eerdr gonnen enkele leden van de oppositie f lesteeren tegen de lengte van de rede.^ Het Huis toon ie zich over het algd ingenomen met hetgeen door de lucht- is volbracht. ZWEEDSCH SCHIP GETORPEDE1 Negen opvarenden vermist Het Zwcedsche s.s. „Vistula" is ti van de Shetlandeilanden getorpedeeA was op weg van Gothenburg naar geladen met stukgoederen. Van de 1 ning, bestaande uit 18 koppen, wor boot met 9 man vermist. Met schrik zag hij, dat het Tineke was met een jongen. Haar herkende hij aan de kleeren, wie de ander was. wist hij niet. Hij liep door. .Wat moest hij doen? Even kwam de opwelling als een .woede, om haar te roepen, maarmet gebogen hoofd ging hij verder, door den avond naar huis. Tineke! Ze was bijna achttien. De plaats was niet, die hij wenschte maar wat mocht hij er van zeggen, 't Was zijn oudste dochter, was het nu voor 't eerst? En wie zou het zijn? Was het niet op Stij.ns weg om haar hierover te onderhouden en te probeeren het meisje op 'den rechten weg te houden, door zacht beleid en goeden raad? Weer werd een kind zelfstandig. En toch bleef het een kind. De zorg vermeerderde. Tinus, Aart en Tineke. Was het wonder, dat z'n stap vertraagde, dat zijn hoofd pioe werd? Hij sprak er niet over tegen Stijn en toen Tineke een half uur later even aankwam, voor ze naar de boerderij ging, ver-: meed hij haar aan te zien. Haar „Dag Vaöder'' was een üitdagende groet. VIERDE HOOFDSTUK De zomer was dat jaar warm en droog. De oogsten waren overvloedig in de lage polders, waar men door de voor enkele jaren gebouwde inlaatsluis kon „vloeien" zoodra het peil van de slooten dat vorderde. Ingenieur Vermeer, die indertijd een ernstige mededinger was geweest voor Hein de Grauw van de Lage Hoef had eer van zijn werk. Toch kwam hij zelden meer op den Elzenberm. Dat Lien Driewegen een verbintenis met den boer had ver kozen boven een huwelijk met hem, was de voornaamste oor zaak van zijn terughoudendheid. Alieen als polderzaken een samenspreking met Lindert wenschelijk maakten verscheen hij, doch meestal werden de vergaderingen gehouden in Grondel. Hein de Grauw leefde nu met een bejaarde nicht, die zijn huishouden bestuurde, nadat Betje, de vorige gedienstige, die enkele jaren de eenzaamheid van den Elzenberm had verdra gen op het vernemen van de verhouding tusschen haar mees ter en Lien Driewegen, op stel en sprong was heengegaan. Bittere verwijten had zij geuit tegen Hein, dien zij beschul digde van bedrog en woordbreuk hoewel de man geen enkele belofte had gedaan, veel minder voet gegeven had voor haar steeds sterker wordend geloof in een huwelijk, waarbij ze van huishoudster tot meesteres zou zijn bevorderd. Dat zij Lien Driewegen als een vriendin had beschouwd maakte de zaak voor haar nog erger. Na haar vertrek had ze veel kwaads van haar vroegeren meester verteld, want als de liefde in haat verkeert, is de vlam fel. 't Had Lien heel veel strijd gekost, voor ze besloten had den ingenieur André Vermeer met z'n welverzorgde kleeding zijn blonde snor, z'n innemende manieren, maar met zijn on geloof te laten gaan en Hein de Grauw, den boer te ver kiezen. Meester Andries Koordeweg uit Dengeren, was al vroeger afgevallen als mededinger. Toen Tinus Streef met z'n Sijke dien voorjaarsmiddag den Elzenberm afreed naar zijn nieuw tehuis had Hein tegen Lien gezegd: ,,En nou wij". Maar een tijd was er nog niet genoemd. Het venijn, dat Betje had gestort in z'n dankbare blijdschap had hem aan Lien doen vragen: „Geleufde gij 't?'' Ze zag hem aan „Hoef ik 't nie te geleuve?" „Neje". Toch had Betje iets geschonden, want Lien Driewegen had door de jaren heen zooveel verstand gekregen van de boeren- ziel uit de polders, dat ze wist, tot in verre jaren de schimp scheuten te zullen hooren op Hein de Graauw, die z'n. dienst bode verstiet voor haar, de dochter van Lindert Drier Ze vertrouwde Hein en wist van z'n geloof en eerli Ze kende z'n werkkracht en inzicht in het bedrijf. Oo ze zijn afkomst. Maar zij had steeds gehoopt iemand I moeten in haar leven, die boven haar stond, waaraan hechten kon om overeind te blijven, zoodra ze haar t ten de grenzen van den Elzenberm en z'n werk zette, was het toch nog een boer geworden. Dat Hein geen haast maakte om te trouwen, was h< een verlichting dan een teleurstelling. De vooruitzichten voor den boer in 't algemeen warei En zooals steeds begon de mindere man stilaan mee len, al was zijn portie voorlobpig nog bescheiden. Lan< aan begon ook onder de arbeiders in de polders de geest door te werken; ontevredenheid en brutaliteit. Mej van het soort, waartoe Gijs Streef behoorde, begonnen schamen voor de woorden der jongeren. Meer verdienen en meer praats. Nu begon zich te i de jaren- misschien eeuwenlange willekeur. Hein de Grauw miste de tact, die Lindert D r:\vcgei om met z'n volk om te gaan. De vaste arbeider, die hij had was een vc:.^ verw eens toen de zomerhitte boven den polder trilde, maak een stekelige opmerking over het luie en gemakkelijke tje van een boer terwijl de arbeider zich kon afbeulen o" ander te verrijken. (Wordt ven

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1939 | | pagina 2