Frankrijk strijdt voor definitieve
veiligheids-garanties
WOENSDAG ii OCTOBER 1939
EERSTE BLAD PAU
„Wij onderwerpen ons
niet aan dictaten van
geweld''
Radiorede van Daladier
Niet om de zes maanden
mobilisatie
Voor de Fransche zenders heeft gister
avond de minister-president Daladier
een korte rede gehouden, waarin hij o.a.
Verklaarde, dat Frankrijk zal strijden en
voortgaan te strijden om een definitieve
garantie voor de veiligheid te krijgen. Wij
hebben, aldus Daladier, steeds een op
rechte samenwerking gewenscht tusschen
de volken en w'enschen deze nog, doch wij
zijn vastbesloten ons niet te onderwerpen
aan „dictaten" van geweld.
Wij hebben de wapenen opgenomen
tegen den aanval, wij zullen ze eerst neer
leggen, wanneer wij zekere garanties
hebben voor de veiligheid, een veiligheid,
welke niet elke zes maanden in gevaar
wordt gebracht.
In zijn rede verklaarde Daladier o.a.
ihet volgende:
Sedert een maand rukken onze soldaten
voorwaarts op vijandelijk gebied. In de luoht
vermenigvuldigen onze vliegers de bewijzen
van hun moed. Op zee verzekeren onze ma
trozen de vrije verbinding tusschen Frank
rijk en zijn imperium.
Men heeft mij onlangs gezegd, dat op het
oogenblik, waarop de Dudtsche radio zijn
vergeefsche pogingen voortzette om Frank
rijk van Engeland los te scheuren en her-
haakte, dat Engeland oorlog wilde voeren
met Fransdh bloed, de stem van den ver
rader te Stuttgart werd overstemd door hel
ononderbroken geronk van de motoren der
ooruvooden, die de soldaten en kanonnen van
het Britsohe leger naar onze grenzen brach
ten. Zoo is de propaganda van de feiten
sterker dan die van de leugen.
Zoo is het ook in on6 nationale leven.
Ook daar vernietigen de gebeurtenissen tal
rijke andere pogingen van de vijandelijke
propaganda. Eenige weken geleden stelden
<de communistische leiders zich aan u voor als
verwoede patriotten. Om te hooren waren
h'2t nieuwe Jacobijnen, zij hadden geen woor
den, die hard genoeg waren en beleedigend
genoeg om de vredelievende pogingen van de
xegeering te betreuren. In vergaderingen,
zeiden zij, dat zij op het punt stonden ten
strijde te trekken tegen Hitier en zijn legers
voor <ie vrijheid cn het vaderland! Het is
evenwel voldoende geweest, dat de bolsjewis
ten het in hun belang achtten om zich met
de nazi's te verstaan en samen Polen te
verdeelen, en deze zgn. nieuwe Jacobijnen
dringen aam op een vrede van verraad. Het
is de zaak van de dictatoren, dat zij oe
communistische arbeiders vermoordden en
later een overeenkomst sluiten met hun
leiders, wij Franschen evenwel zullen er
pooit aan denken de Fransche arbedders,
welke ook hun politieke overtuiging moge
zijn, te verwarren met de mannen, die hen
wilden misleiden en verraden.
Integendeel, m'3t nog vuriger geloof in het
volk en in het lot van het gemeenschappelijk
vaderland doen wij een beroep op de broe
derschap van Frankrijk, welke ons nogmaals
in 6taat zal stellen de beproevingen te boven
te komen en het gervaar te overwinnen. Wij
strijden niet voor onzen grond en onze
haardsteden alleen, doch ook voor de be
schaving, welke yerder gaat dan onze
grenzen.
Verplichte strijd
Noch Frankrijk noch Engeland zijn ten
strijde getrokken voor een soort ideologi-
schen kruistocht, nooh Frankrijk noch En
geland zijn ten strijde getrokken in een lust
van verovering. Zij waren verplicht te
strijden, omdat Duitsdhland wensdhte zijn
overheersohing op te leggen aan Europa. Wie
zal thans gelooven dat het ging om Danzig
en den Corridor, of het lot van de Duitsche
minderheid? Duitsohland. heeft bewezen, dat
het ofwel Polen door list wilds overwinnen,
ofwel te vuur en te zwaard wilde neerslaan.
Na Oostenrijk, Tsjecho-Slowakije. Na Tsjecho
Slowakije, Polen. Dit waren allen etappen
op den weg, welke Frankrijk en Europa
zouden hebben geleid tot de hardste dienst
baarheid.
Ik weet wel, dat men u thans spreekt over
vrede, den Duitsohen vrede, vrede welke
verovering door list of geweld erkent en
.welke niet zou verhinderen nieuwe ver
overingen voor te bereiden.
Hoe kan men de laatste rede in den Rijks
dag samenvatten? Op deze wijze: „Ik heb
Polen vernietigd, ik ben voldaan. Laten wij
'den strijd staken. Laten wij een conferentie
beleggen om mijn veroveringen vast te leg
gen en den vrede te organiseeren
Het ongeluk is, dat men deze taal reeds
eerder heeft gehoord. Na do annexatie van
Oostenrijk heeft Duitschland gezegd: „Ik
heb Oostenrijk genomen, ik vraag niets
meer." Enkele maancten later cisohte het de
Sudeten op en de leider van Duitschland
zeice te Mu-nehen tot ons, dat wanneer deze
eisch voldaan zou zijn, hij niets meer zou
vragen. Enkele maanden later maakte
Duitschland zich meester van geheel Tsjecho
Slowakije. In den rijksdag zeidi men toen
tot de wereld: „Duitschland vraagt niets
meer". Na de verplettering ran Polen is
dezelfde verzekering gegeven met niets
anders.
vraag u: Welk volk kan zich ooit be
schermd voelen tegen een aanval, indien het
zoo iedere zes maancten tegenwoordig is bij
de annexatie of de verdeeling van een ander
volk, niettegenstaande het gegeven woord,
dat eveneens het recht had onafhankelijk te
leven?
Wederkeerige garanties
Indien men werkelijk vrede wil, een duur-
zamen vrede, dan moet men begrijpen, dat
de veiligheid der naties slechts kan rusten
op wederkeerige garanties, welke iedere
rassing uitsluiten en welke een wal opwer
pen, tegen iedere poging tol overheersching.
Indien men werkelijk den vrede wenscht
en een dunrzamen vrede, dan moet men
eindelijk begrijpen, dat de tijd voorbij is,
waarop territoriale veroveringen welzijn
brachten aan den veroveraar.
Na al zijn veroveringen begint Duitschland
een oorlog met kaarten voor brood, vleesch,
melk en suiker.
Wij, Franschen hebben em afschuw van al
deze dienstbaarheid. Wij willen, dat onze
overwinning een Europa sohept, dat bevrijd
zal zijn van alle bedreigingen met een aan
val. Frankrijk, dat den oorlog werd opgelegd,
zegt in den strijd hetzelfde wat hit steeds
heeft gezegd.
Ik bevestig dus in uw naam, dat wij
strijden en zullen voortgaan te strijden om
oen definitieve garantie voor oe veiligheid
te krijgen.
Dc geringste soldaat, zoowel als onze
grootste leider, begrijpt wilk gevaar ons
vaderland zou loopen, indien het na te heb
ben gedemobiliseerd op ijdele beloften, na
eenige maanden het hoofd zou moeten bie
den aan een plotselingen aanval. Ik weat.
dat allen opnieuw hun plicht zouüen doen
jegens het land, doch dan zouden zij zich bij
hun eenheden moeten voegen onder bet vuur
van den vijand en zich concentreeren
organ iseeren onder de bommen uit de vlieg
tuigen. Geen Franschman zou ons vergeven,
Frankrijk zoo te hebben ontbloot. Overigens
zien al onze strijders g'ï vraagstukken, u
over ik heb gesproken, duidelijk.
De Fransche soldaat denkt: „Mijn land
heeft alles gedaan om deij oorlog te t
komen. Ik ben hier om mijn vaderland te
verdedigen en het voor het tragische lot te
bewaren, dat sedert twee jaar millioenen
mannen, vrouwen en kinderen in Europa
zoo droevig heeft getroffen. Ik wil hier een
einde aan maken. De zaak, welke ik ver
dedig, is een rechtvaardige zaak. Ik zal haar
naar de overwinning voeren."
Wat onze soldaten denken, denkt het
heele Fransche volk eveneens en de regee
ring zal zich in haar dagelijksch werk en
haar onwrikbaren wil, waardig toon en aan
het geloof, dat alle zonen van ons vaderland
bezielt.
Aan de Fransch-Belgische grens. Ge
moedelijkheid in het dagelijksch leven van
de bewakers der beide landsdeelen.
Ba dï o répara tiedï exist Conzy
100% service ▼«kkundig snel!
Ie Middellandse*. 72. TeL 30340-31293
nv v.h. J GILTAY ZN
BOEKBINDERIJ
DORDRECHT TELEF. 499
HET GEVECHT IN HET
NOORDZEEGEBIED
De Duitsche en Britsche lezing
Het opperbevel van het Duitsche leger
deelt mede. dat op 9 October Duitsche vlieg
tuigen bij verrassing een aanval hebben ge
daan op Britsche oorlogsschepen aan de
Westkust van Noorwegen.
De aanvallers plaatsten zes zware treffers
op Britsche kruisers: de ontploffingen aan
boord en d: rookontwikkeling waren een be
wijs voor het Duitsche succes.
Twee Duitsche vliegtuigen moesten een
noodlanding maken op Deensch gebied, de
bemanning is ongedeerd.
Het Engelsche communiqué
De Britsche admiraliteit deelt mede: Een
vijandelijk eskader, dat door onze patrouille-
diensten Zondagmiddag was ontdekt en
geschaduwd werd, terwijl het er zich ran
bewust was, dat zijn aanwezigheid bekend
was, schijnt des nachts te zijn omgekeerd.
Het is ontkomen aan onze strijdkrachten, die
het niet in zicht kregen.
Maandagmorgen kreeg een Britsche tor
pedojager een vijandelijk vliegtuig in zicht,
en maakte zich gereed het aan te vallen. Het
toestel deed een bomaanval van een hoogte
van 5000 voet, waarbij een bom ontplofte op
bijna 400 meter afstand van stuurboord. Een
tweede, grooter vliegtuig werd waarschijn
lijk door ons geschut getroffen, toen het een
soortgelijken aanval ondernam. Drie vrij
groote bommen wei-den neergeworpen, doch
kwamen ook ditmaal ver van het schip, op
ongeveer een halven mijl afstand, neer. Het
eerste toestel trachtte toen een aanval in
duikvlucht te ondernemen, doch het werd
door ons vuur verdreven. Het vliegtuig is
wellicht getroffen. Twee neergeworpen bom
men kwamen op 200 meter afstand neer.
Denzelfden middag werd een Britsch krui
ser-eskader aangevallen door bommenwer
pers, met welke het gedurende ruim een uur
in gevecht was gewikkeld. Bij geen van deze
gevechten werd een Britsch schip geraakt of
beschadigd. Er vielen geen dooden of gewon
den. Het aantal der vijandelijke verliezen is
oïiibekend, doch berichten van neutrale zijde
verklaren, dat verscheidene machines niet
naar Duitschland zijn teruggekeerd.
De Duitsche repatrieering
Ook volksverhuizing in Z. O. Europa?
Volgens goedingelichte Duitsche kringen
fcijn er geheime onderhandelingen gaande
over wat genoemd wordt „de grootste mi
gratie van alle tijden", nl. de overbrenging
van de Duitsche minderheden uit Roeme
nië, omvattend 750.000 personen, uit Joego
slavië. 600.000 personen, uit Hongarije,
480.000 personen, naar het oosten van
Duitschland.
In officieele kringen in Boekarest, Bel
grado en Boedapest verklaart men, dat
daarover niets bekend is, hoewel Hitiers
Rijksdagrede groote bezorgdheid onder de
Duitsche minderheden heeft verwekt.
De Beriijnsche correspondent van
„Basler Nationalzeitung" schrijft volgens
Havas, dat de door Hitier aangekondigde
repatrieering van Duitschers zich ovei ver
scheidene jaren zal uitstrekken. Het doel
der maatregelen is alle in het buitenland
wonende Duitsche minderheden in het
Groot-Duitsche rijk te brengen. De gerepa-
trieerden uit de Baltisohe landen zullen
zich vooral nederzetten in den vroegeren
corridor en het door Duitschland gean
nexeerde Poolsche gebied. Gauleiter Bür-
ckel is met de organisatie belast.
„Basler Nachrichten" verneemt uit Hel
sinki. dat de in Estland en Letland wonende
Duitschers 48 uur tijd hebben gekregen om
hun zaken te regelen en hun bezittingen
te verkoopen. De Letlanders en Estlanders
van Duitsche afkomst hebben twee weken
ttijd gekregen. Duitschland heeft den ledgn
der Duitsche minderheden laten weten, dat
het geen verantwoording aanvaardt voor
hen die den oproep niet beantwoorden.
De Beriijnsche correspondent van ge
noemd blad schat de waarde van de Duit
sche bezittingen in de Baltische landen op
1 Zz milliard rijksmark.
MAATREGELEN
TEGEN DE POOLSCHE JODEN
De Duitsche autoriteiten hebben in Opper-
Silezië alle wetten ingevoerd, welke ook in
het Duitsche Rijk gelden.
De Joodsclie winkels zijn gesloten. Joden
mogen geen handeldrijven en alle auto's
radiotoestellen van Joden zijn in beslag ge
nomen. Bovendien moeten de Poolsche
Joden helpen bij het opruimingswerk, dat
nood'ig is geworden door de bombardemen
ten. Zij, die weigeren, woorden zwaar ge
straft.
De post tusschen Opper-Silezië en de aan
grenzende landen werkt normaal, doch
onder strenge controle.
Zwitserland be
waakt zijn gren
zen. De natuur
lijke gesteldheid
van het land
schap vormt een
bijna onoverko-
menlijken hinder
voor iede-
ren aanvaller
Duitsche aanvallen
op westelijk front
Behoefte aan krijgsgevangenen
Het Fransche legerbericht van gisteren
avond luidt:
De vijandelijke verkenningselementen zijn
zeer actief tusschen Moezel en Saar. In deze
6treek hebben wij verscheiden aanvallen,
waarvan sommige met vrij belangrijke effec
tieven gedaan werden, afgeslagen".
Omtrent den toestand aan het Westelijk
front meldt Havas, dat tusschen de Moezel
en d*e Saar over het geheele front, waar «Je
Fransche troepen tot aan de vijandelijke
linies zijn opgerukt en hun posities in liet
veroverde terrein versterken, de Duitsche
troepen hun activiteit hebben verhoogd. Het
schijnt, dat hun bevelhebbers zenuwachti
ger worden.
Sedert verscheidene dagen zijn op elk uur
ran den dag op alle punten Duitsche pa
trouilles uitgezonden met het doel ce vijan
delijke linies, de krijgsmacht en de bewape
ning te verkennen.
De genoemde activiteit vloeit volgens
Havas voort uit de noodzakelijkheid krijgs
gevangenen te maken om den staf inlichtin
gen te verschaffen. Deze schijnt namelijk
niet te beschikken over nauwkeurige inlich
tingen. Aangezien de patrouilles slechts
's nachts konden opereeren om bij verras
sing schildwachten te overweldigen en aan
gezien belangrijker afdeelingen er overigens
niet in slaagden de voorpost te omsingelen,
te ontwapenen en met gevangenen te ont
komen, veranderde de tactiek niet. doch de
verkenningspatrouilles werden telkens groo
ter zonder echter meer succes te behalen.
Chamberlains verklaring
uitgesteld
In het Lagerhuis heeft Sir John Simon
medegedeeld, dat do wekelijksche verklaring
van minister-president Chamberlain
is uitgesteld van Woensdag tot Donder
dag a.s.
FRANKRIJK HEEFT VOLDOENDE
VOEDSEL
Te Parijs zijn, volgens Havas. kaarten
voor rantsoeneering van levensmiddelen
niet noodig gebleken. De hallen krijgen da
gelijks eeQ ruimen aanvoer. In vergelij
king tot de dagen van vóór den oorlog zijn
de prijzen zelfs aanzienlijk gedaald. In of
ficieele kringen koestert men geen bezorgd
heid voor den naderenden winter. Men
zegt, dat het vraagstuk der Fransche voed
selvoorziening opgelost is.
MILICIENS TE BERLIJN
MOETEN ZICH MELDEN
De hoofdcommissaris van politie te Ber
lijn heeft voorgeschreven, dat alle miliciens,
behoorende tot de reserve, categorie 2, of tot
de Landwehr, categorie 2, d.w.z. evgenen,
die in 1911 of in 1912 zijn geboren, zich vóór
15 October bij de politie moeten melden. Zij
zullen onder militaire controle geplaatst
worden. Deze maatregel is een voorberei
ding voor de mobilisatie dezer categorie en
is, naar men in bevoegde kringen zegt, door
den internationalen toestand' geboden.
HITLER VOOR HET
WINTERHULPWERK
„Duitschland is besloten
door te zetten"
Gistermiddag hebben G o e b b e 1 s en H i t
1 e r te Berlijn het woord gevoerd' bij de
opening van het wintcrhulpwcrk, dat onder
de huidige omstandigheden den naam van
Kriegswinterhilfe heeft gekregen.
Gocbbels deelde o.a. mede, dat het werk
in dezen winter vooral aan de verzorging
van aanstaande en jonge moeders en aan
die van de kinderen zal gewijd zijn.
Daarna sprak de Fiihrer woorden van
warme aanbeveling voor de Winterhulp,
met een beroep op de gemeenschapsge
dachte.
Zijn rede droeg verder het kenmerk van
eon opwekking tot het Duitsche volk, ir-,
verband met den ernstigen internationalen
toestand.
Op de reactie van de Westelijke mogend
heden op zijn vredes-voorstellen doelend,
zeide Hitier o.a.:
Duitschland is besloten, als de vredesvoor
stellen worden afgewezen, den strijd onder
alle omstandigheden door te zetten.
De weg, die vóór ons ligt, is niet zoo moei
lijk, als die, welke achter ons ligt.
Verder keerde de Führer zich tegen de
tendenz van andere mogendheden, om zich
in den binnenlandschen politieken toestand
van Duitschland te mengen.
Hij maakte het „grimmige besluit" ken
baar „de beslissing op ons te nemen" met
als einddoel den vrpdfi.
De Engelsche scheepvaart
controle
Verklaring van minister Cross
De Britsche minister voor de economi
sche oorlogvoering Cross heeft volgens
Reuter in het Britsche lagerhuis een ver
klaring afgelegd, waarin hij aanstipte, dat
stappen van de Nederlandsche regee-
rinc betreffende aanhouding en onderzoek
op contrabande van neutrale schenen thans
ernstig onderzocht werden. De Britsche re-
gecring, aldus minister Cross, heeft zich te
allen tijde streng gehouden aan de alom
aanvaarde beginselen van het Internatio
naal Recht in dezen. Hij gaf bovendien de
verzekering, dat al het mogelijke gedaan
zou worden om oponthoud van en derhalve
het ongemak voor schepen van neutrale
landen zooveel mogelijk te vermijden, als
de oorlogstoestand toestaat.
De Estlandsche regeering
afgetreden
Naar Reuter uit Tallinn bericht is de Est
landsche regeering gisteren afgetreden. Ge
ruchten wij en, dat de nieuwe premier zal
zijn professor Uluots, die naar Moskou is
geweest om deel te nemen aan de Russiscfii-
Esüandsche besprekingen.
BOGOESLAVSKY KRIJGT TWEE JAAR
De schilder Serge Bogoeslavsky, die het
beroemde schilderij „Indifférent" van Wat-
teau uit het Louvre-museum te Parijs had
ontvreemd, is veroordeeld tot twee jaar ge
vangenisstraf. De schilder hield vol, het
stuk uit artistiek enthousiasme te hebben
weggenomen, doch de rechtbank verklaarde
deze lezing niet te kunnen aanvaarden.
De activiteit dei
Britsche luchtmai
r1
De Siegfriedlinie fotografisi
in kaart gebracht
Vliegtuigproductie
binnenkort verdubbeld
De Engelsdhe Minister van L
vaamt, Kingsley Wood heel
het Lagerhuis verklaard, dat de esc^
les der Britsche luchtmacht zonderti
peren naar Frankrijk zijn overgebh:
Spreker voegde daaraan toe, dat id
luchtgevechten met den vijaind geb
is, d'at de verwachtingen, die mek
de luchtmacht koesterde, niet overcf
waren. De Duitschers, aldus Vt
hebben hoog opgegeven van hun I
madht, in het bijzonder van hun r
vliegtuigen, doch de feiten hebben^
getoond, dat de modernste Br,u
jachtvliegtuigen beter zijn dan die M
sdhe. d
Vervolgens zeide de minister,'11
sommige Duitsche mededeelinigen^,
omlaag geschoten vliegtuigen juii»i
geweest, andere, da are rut eg en Tg
schromelijk overdreven. s
te
Dc snelheid, waarmede Vliegtuigen wf>;
geproduceerd sedert het uitbreken vaf'
oorlog, is ongekend. De fabrieken
steeds sneller en binnenkort zullen nju
fabrieken gereed komen. Binnen korten
zal de productie ivan vliegtuigen mee^1
twee keer zoo snel gaan als thans. rf
Gevangen genomen leden van de b,,
ningen van Duitsche duikbooten hc,
aldus ve:rvolgde spreker, verklaard, a.
verschijning van één vliegtuig in de
voor een duikboot reeds voldoende rei
om te duiken en onder water te blijv
dat de aanwezigheid van viiegtuigen b
escorte do duikbootcommandanten dil
ervan weerhoudt aan te vallen.
De Siegfriedlinie gekarteerd
Verder doelde hij mede, dat de luoliti
dag en nacht verkenningsvluchten ui
boven vijandelijk gebied en zich aldu;
trouwd maakt met het terrein. Hierbij
den de verdedigingswerken van den 1
/erkend en dc troepenbewegingen var
.ijand gadegeslagen. ?I
Zoo is aen volledige fotog^
sch'e ka aft van de Siegfried^,
tot stand gebracht. t
Des nachts zijn onder moeilijke we^j
standigheden verkenningsvluchten va^
zenden mijlen uitgevoerd. p
Het uitgooien van strooibiljetten acht
minister van groot belang voor het
van inlichtingen aan het Duitsche (voir
Duitsche gevangenen zijn deze strooibiL
gevonden, niettegenstaande de zware str
waarmede personen, die deze biljetten j
pen worden bedreigd.
Ten aanzien van de Duitsche verkP*
it de burgers van Berlijn rustig hebb,1
slapen tijdens de Britsche vluchten 3t
Berlijn, zeide de minister: „bij h/un tent
ipraken do Britsche vlieger» over zo#i
en, welke op hen gericht waren eiki
vuur, dat op hen geopend was, zoodn
alleen kunnen constateeren, dat de bew<
/an Berlijn wel heö] vast moeten slapeh
De hulp der dominions i\
Ten aanzien van de hulp van
minifons zeide de Minister, dat on$j
feld de hulp, welke de Dominions 1
zullen verleenen, grooter zal zijn
den wereldoorlog. De vliegtuig-pro
in de Dominions zal uitgebreid we
en de mogelijkheid om hier, buitrn
vaar voor aanvallen van den
vliegtuigen te produceeren en vl'1
op te leiden, zal ten volle worden K
Een technische commissie, ondir<
ding van Lord Rrverda'le, is ret,
weg naar Canada, waar zij vet*"
woordigers van Australië en
Zeeland zal ontmoeten.
Zuid-Afrika verlangt om versohillena
denen zijn personeel zelf op te leiden. I
De minister verklaarde overtugid tr<
dat de vliegers van thans, op dezelfden
sche wijze hun taak vervullen alsZi
eerder is gedaan. w
De minister had op dit punt van zijlu
drie kwartier gesproken. Reeds eerdr
gonnen enkele leden van de oppositie f
lesteeren tegen de lengte van de rede.^
Het Huis toon ie zich over het algd
ingenomen met hetgeen door de lucht-
is volbracht.
ZWEEDSCH SCHIP GETORPEDE1
Negen opvarenden vermist
Het Zwcedsche s.s. „Vistula" is ti
van de Shetlandeilanden getorpedeeA
was op weg van Gothenburg naar
geladen met stukgoederen. Van de 1
ning, bestaande uit 18 koppen, wor
boot met 9 man vermist.
Met schrik zag hij, dat het Tineke was met een jongen.
Haar herkende hij aan de kleeren, wie de ander was. wist hij
niet.
Hij liep door.
.Wat moest hij doen? Even kwam de opwelling als een
.woede, om haar te roepen, maarmet gebogen hoofd ging
hij verder, door den avond naar huis.
Tineke! Ze was bijna achttien.
De plaats was niet, die hij wenschte maar wat mocht hij er
van zeggen, 't Was zijn oudste dochter, was het nu voor
't eerst? En wie zou het zijn? Was het niet op Stij.ns weg om
haar hierover te onderhouden en te probeeren het meisje op
'den rechten weg te houden, door zacht beleid en goeden raad?
Weer werd een kind zelfstandig. En toch bleef het een kind.
De zorg vermeerderde.
Tinus, Aart en Tineke.
Was het wonder, dat z'n stap vertraagde, dat zijn hoofd
pioe werd?
Hij sprak er niet over tegen Stijn en toen Tineke een half
uur later even aankwam, voor ze naar de boerderij ging, ver-:
meed hij haar aan te zien.
Haar „Dag Vaöder'' was een üitdagende groet.
VIERDE HOOFDSTUK
De zomer was dat jaar warm en droog. De oogsten waren
overvloedig in de lage polders, waar men door de voor enkele
jaren gebouwde inlaatsluis kon „vloeien" zoodra het peil van
de slooten dat vorderde. Ingenieur Vermeer, die indertijd een
ernstige mededinger was geweest voor Hein de Grauw van de
Lage Hoef had eer van zijn werk. Toch kwam hij zelden meer
op den Elzenberm.
Dat Lien Driewegen een verbintenis met den boer had ver
kozen boven een huwelijk met hem, was de voornaamste oor
zaak van zijn terughoudendheid. Alieen als polderzaken een
samenspreking met Lindert wenschelijk maakten verscheen
hij, doch meestal werden de vergaderingen gehouden in
Grondel.
Hein de Grauw leefde nu met een bejaarde nicht, die zijn
huishouden bestuurde, nadat Betje, de vorige gedienstige, die
enkele jaren de eenzaamheid van den Elzenberm had verdra
gen op het vernemen van de verhouding tusschen haar mees
ter en Lien Driewegen, op stel en sprong was heengegaan.
Bittere verwijten had zij geuit tegen Hein, dien zij beschul
digde van bedrog en woordbreuk hoewel de man geen enkele
belofte had gedaan, veel minder voet gegeven had voor haar
steeds sterker wordend geloof in een huwelijk, waarbij ze van
huishoudster tot meesteres zou zijn bevorderd. Dat zij Lien
Driewegen als een vriendin had beschouwd maakte de zaak
voor haar nog erger. Na haar vertrek had ze veel kwaads van
haar vroegeren meester verteld, want als de liefde in haat
verkeert, is de vlam fel.
't Had Lien heel veel strijd gekost, voor ze besloten had
den ingenieur André Vermeer met z'n welverzorgde kleeding
zijn blonde snor, z'n innemende manieren, maar met zijn on
geloof te laten gaan en Hein de Grauw, den boer te ver
kiezen.
Meester Andries Koordeweg uit Dengeren, was al vroeger
afgevallen als mededinger. Toen Tinus Streef met z'n Sijke
dien voorjaarsmiddag den Elzenberm afreed naar zijn nieuw
tehuis had Hein tegen Lien gezegd:
,,En nou wij".
Maar een tijd was er nog niet genoemd. Het venijn, dat
Betje had gestort in z'n dankbare blijdschap had hem aan
Lien doen vragen:
„Geleufde gij 't?''
Ze zag hem aan
„Hoef ik 't nie te geleuve?"
„Neje".
Toch had Betje iets geschonden, want Lien Driewegen had
door de jaren heen zooveel verstand gekregen van de boeren-
ziel uit de polders, dat ze wist, tot in verre jaren de schimp
scheuten te zullen hooren op Hein de Graauw, die z'n. dienst
bode verstiet voor haar, de dochter van Lindert Drier
Ze vertrouwde Hein en wist van z'n geloof en eerli
Ze kende z'n werkkracht en inzicht in het bedrijf. Oo
ze zijn afkomst. Maar zij had steeds gehoopt iemand I
moeten in haar leven, die boven haar stond, waaraan
hechten kon om overeind te blijven, zoodra ze haar t
ten de grenzen van den Elzenberm en z'n werk zette,
was het toch nog een boer geworden.
Dat Hein geen haast maakte om te trouwen, was h<
een verlichting dan een teleurstelling.
De vooruitzichten voor den boer in 't algemeen warei
En zooals steeds begon de mindere man stilaan mee
len, al was zijn portie voorlobpig nog bescheiden. Lan<
aan begon ook onder de arbeiders in de polders de
geest door te werken; ontevredenheid en brutaliteit. Mej
van het soort, waartoe Gijs Streef behoorde, begonnen
schamen voor de woorden der jongeren.
Meer verdienen en meer praats. Nu begon zich te i
de jaren- misschien eeuwenlange willekeur.
Hein de Grauw miste de tact, die Lindert D r:\vcgei
om met z'n volk om te gaan.
De vaste arbeider, die hij had was een vc:.^ verw
eens toen de zomerhitte boven den polder trilde, maak
een stekelige opmerking over het luie en gemakkelijke
tje van een boer terwijl de arbeider zich kon afbeulen o"
ander te verrijken.
(Wordt ven