DNDAEm fA een prinses geboren Holland jubelt, loll'aid juicht.' u 't oud Wilhelmx Jveral ruist. HoVand galmt in vreugdekoren Een Vorstenkind is ons geboren! Ons Vaderland is weer verblijd. Een lichtpunt in een donk're tijd! Wees welkom, dierbat Vorstenkind! Gij, die ons met Oranje bindt. O, Vorstenkind van Nederland, Wij hebben u ons hart verpand! R. K. ^O^OOOOOOO-OOOOOOCOOOOOOOO-O^OOO^OOCW OOK 'N OORDEEL „Zp, ben je verleden zomer in Italië geweest? Hoe vond je de ruines van Pompei?" „O, wel aardig, alleen waren ze een beetje ver waarloosd." DIERKUNDE Meester: „Vertel eens wat van de buideldieren, Kobus!" Kobus: „De buideldieren hebben een zak, meester." Meester: „En waar dient die voor?" Kobus: „Als zij vervolgd worden kruipen zy er in meester." Eén sigaar per dag ,.U is een beetje overspannen", zei de zenuwarts tot den patiënt. „Het is niets, om bezorgd over te zijn. Ga een poos in de provincie en maak lange wandelingen in de open lucht» En denk er om: maar één sigaar per dag!!" „Maardokter „Eén sigaar per dag!" herhaalde de arts streng. Zes weken later keerde de patiënt terug naar de „Hoe gevoel je je nou?" vroeg de dokter. „Prachtig! Lekker als kip!" „Hoe vond je mijn voorschriften?" „Uitstekend, behalve dat van die éne sigaar." De dokter glimlachte. „Ja, die rookgewoonte, beste man „Maar tóch had ik er veel hinder van," hield de patiënt aan. „Het valt voor een man op myn leef tijd niet mee om nog met roken te beginnen!" ZAKELIJK „Het spijt mij, dat bezigheden mij verh.nderen uw liefdadigheidsconcert bij te wonen, Maar ik zal toch met mijn geest aanwezig zijn." „Prachtig! En waar wil uw geest dan zitten? Ik heb kaarten in alle prijzen." EEN VIS OF EEN MUIS DE OPTOCHT VAN MIENTJE dooi C. G. VAN TRECHT. 6) IV^AAR Dieneke vindt het juist erg leuk. Al heel gauw zit ze midden tussen de drie kleinen in. Zij heeft thuis geen broertjes en zusjes. Daar is 't altijd stil. Ze speelt kiekeboe met kleine Piet. Piet schaterlacht. Wim trekt haar mee naar buiten, het kleine tuintje in. naar het mezennest met de jonge vogeltjes. Enig! vindt Dieneke het. 't Is zes uur voor ze er erg in heeft. Dan gaat ze vlug weg. Mientje heeft haast niet met haar gepraat en toch is ze o zo blij dat Dieneke geweest is, en 't niet ake lig bij hen thuis vond. „Kindertjes die 't thuis wat rijker hebben, dan wij. zijn nog niet altijd gelukkiger zegt Moe dat zie je maar aan Dieneke. Die heeft 't thuis misschien mooier dan wij. maar ze is altijd alleen, ze zal zch wel vaak vervelen. Ze zou denk ik best één van onze broertjes mee willeij hebben". Twee daagjes later gaat Mientje weer naar school. Knerp, knerp! gaat het nu onder haar voeten. Maar dit klinkt als muziek in haar oren. „Knerp, knerp", „wij zijn nieuw, wij zijn mooi!" zeg gen ze. „Juf. ik dank U nog wel voor de mooie schoe nen" fluistert ze in Jufs oor. zoals moeder haar gezegd had. „St!" zegt Juf „daar weet ik niets van hoor!" Maar Mientje ziet wel dat Juf maar een beetje jokt en ze gaat vlug op haar plaats zitten. Dineke vraagt vaak of Mientje na vieren eens met haar meegaat naar 't grote stille huis. Maar Mientje moet altijd dadelijk thuiskomen. Want Moeder gaat na vieren gauw de boodschappen bij de klanten rondbrengen, thee en koffie. Dan moet Mientje op de kleine jongens passen. Vaak gaat Dieneke dan maar met haar mee. Ze is al goede vrienden met Piet en Wimmie ge worden. „Da lelke" roept Piet, als hij haar ziet. Ja Dieneke en Mientje zijn goede vriendinne tjes van elkaar geworden. En Ank? Ank is boos. Wacht maar. denkt ze. Wacht maar! Dat klompenkind! Het blijde „Jongens en meisjes, zegt Juf op een morgen, nu zal ik jul'ie eens iets heerlijks vertellen. Over riif weken hebben we in de school groot feest!'' „Juf, juf. wat voor feest?" „O fijn juf. fijn?" roepen ze door eikaar. Juf grijpt naar baar oren. „Allemaal stil zegt ze anders vertel ik niets meer! over vijf weken, bestaat de school 60 jaar. Dan .is er een heel mooi feest, 's Morgens er een grote optocht. Daar mogen jullie alllfe- maal aan meedoen. Ieder moet dan een sjerp en een vlagje heben. En. als je dat betalen kunt een mooie witte jurk of zo!" „De jongens ook juf!" vraagt Hans. Nu lacht de hele klas. Die Hans ook. „Wees maar gerust Hans. jij mag een broek aan trekken hoor maar jij laat me ook niet helemaal uitpraten. Jullie mogen ook hele bi- zondere pakjes aandoen. Een harlekijnpakje of een soldatenpakje. En de meisjes kunnen zich verkleden als kleine bruidjes met een witte sluier, weet je wel! Dan zullen de mensen, die naar ons kijken aan de kant van de weg, wel schik hebben. En 's middags gaan we allemaal spelen en wed. strijden doen. Dan kun je een prijsje winnen!" „Ha!"' roept Hans en de hele klas roept mee. Juf laat ze maar eventjes hun gang gaan. 't Is ook zo belangrijk nieuws 't Gebeurt maar eens in de 60 jaar' De meisjes blijven om vier uur nog even bij el kaar staan. Ze praten erover wat ze aan zul len trekken. Ank heeft het hoogste woord. Zij zegt het meeste. Mientje het minste. Maar lang blijven ze niet praten. Want ze kunnen hier wel heel wat afspreken, maar als de moeders thuis zeg gen, 't gebeurt niet, dan komt er van al hun plannen niets. Daarom gaan ze maar gauw naar huis toe. „Moeder hoor V' valt Mientje hijgend van 't harde lopen de kleine kamer binnen. „Bedaar, bedaar!" kalmeert moe. „je mag je niet zo druk maken, zo dadelijk ga je weer hoesten!*' Moeder is nog niet uitgesproken of daar komt -«I een hoestbui. Mientjes mngere schoudertjes jchokken heftig op en neer. „Kind dan toch!" zegt moeder bezorgd. Zo gauw de hoestbui over is. begint Mientje met 't verhaal van de optocht. Moe luistert stil toe. „Een vlag en een sjerp en een witte jurk moeten w hebben, herhaalt ze aan 't eind, of een bruidsjurk moe!" 5" 'b Tekenen is heus niet zo heel moeilijk. Je moet er een beetje handig voor zijn. Als je een hali ovaal tekent, zoals je links boven ziet, kun je er een vis en een muis van maken. Zie je wel, hoe gemakkelijk? Probeer het maar eens. de vinkjes en de kat II (Slot) Zo lag de kat daar uren lang. Vervelend vond zij dat gezang. Zijzelf, zij spon van nijd geen lied. En gunde 't ook aan andren niet. Zij sloot haar ogen in 't geniep En deed alsof zij droomde en sliep. Kwam nu het drietal maar omlaag. Dan zou zij 't pakken o zo graag! Maar mis! De vinkjes wisten wel Welk kwaad school onder 't kattenvel; Zij keken niet meer naar den grond. Maar blikten vrolijk in het rond. Doch zachtjes aan viel d' avond neer. En 't drietal meende: „een andre keer. Doen wij met zingen weer ons best, Nu vliegen wij naar 't warme nestl' En poes! Zxj wachtte nog een uur. Toen sloop zij brommend naar de schuur. En dacht: „Wat heb ik van mijn nijd! Ik ben een hele middag kwijt". „Een bruidsjurk!"' lacht Moe. „dat zou heus prachtig worden. Maar voor alles is geld noo- dig, en dat heeft Moe niet. Ik heb al moeite genoeg om jullie honger te stillen." Mientjes gezicht betrekt. Er komen tranen in haar ogen. „Maar ze doen allemaal mee, Moe!" „Stil maar", zegt Moe. „Die waterlanders hoe ven zo gauw niet te komen. Ik heb nog een oude japon, een witte. Ik zal proberen of er nog een jurk voor jou uit kan hè?!"' Mientjes gezicht klaart op. „En de vlag en de sjerp dan Moe?" ,,'t Ja, zegt Moe. kopen dat kan beslist niet. Maar misschien kunnen we dat zelf ook wel maken. Desnoods van papier hè!" „Pak" daar krijgt Moes een dikke zoen. O, Mientje was zo bang geweest, dat ze niet mee mocht doen. dat ze morgen niets zou kunnen vertellen, als al de andere meisjes vertelden wat ze kregen! Zij heeft nu ook wat! Ze mag meedoen! O. was de optocht er al vast maar! Een weekje later komt Ank met een koffertje op school. „Dit doe ik in de optocht aan," zegt ze. Voorzichtig doet ze het koffertje open. Tien meisjeshoofden buigen zicb er nieuwsgierig over heen. (Volgende week verder) 3C0 Zaterdag 12 Augustus, No. 32, Jaargang 1939 van de VIJF SAMENWERKENDE CHRISTELIJKE DAGBLADEN DE ROTTERDAMMER NIEUWE HAAGSCHE COURANT nieuwe utrecht5chec0urant l NIEUWE LEIDSCHE COURANT DORDTSCH DAGBLAD DONDERDAGAVOND BUITENLAND SPANJE heeft, hoewel het niet langer zoo in de algemeene aandacht staat, en officieel door Franco werd gepacificeerd, nog wel degelijk zyin problemen. Wij noemen allereerst het vraag stuk van de nieuwe politieke organisatie, welke slechts langzaam vordert. Zoo langzaam, dat er reeds hardnekkige geruchten over nieuwe ver deeldheden onder de generaals hebben gecircu leerd, en tot voor kort zelfs in vollen ernst werd beweerd, dat een der meest bekende persoonlijk heden uit den burgeroorlog, generaal Queipo de Llano, wegens het uiting geven van meenings- versoljillen met den CaudiLlo, in ongenade zou zijn gevallen. Intussohen neemt de partij der Falanx, we ke men de fascisten van het Iberische schiereiland zou kunnen noemen, geleidelijk meer en meer de posi'ie eener politieke eenheidspartij is. en zal men derhalve mogen tegemoet zien, im Spanje het corporatieve staatswezen tot vorm geving te zien komen. In overeenstemming hiermede laat het herstel van ex-koning A'fonso op den troon op zich wachten. Spanje heeft zonder zijn monaroh de geweldige omwentelingsbranding moeten door staan van een bloedigen burgeroorlog, en daaruit de overtuiging gewonnen, dat de Habsburger een element is. hetwelk men desnoods wel zal kunnen missen. Berichten, dat men met den voorma!igen koning op Zwitsersch grondgebied oveT de moda liteiten van een herstel van den troon zou hebben onderhandeld, zijn derhalve dan ook zonder prac- tisohe consekwentie gebleven. Aan restauratie van het koninklijk gezag is Spanje inderdaad nog niet toe; het land is nog niet voldoende verstild, om daarvoor een basis te kunnen leggen. In het bergland van de noor delijke provincie Asturie zwerven nog overtalrijke benden van voormalige mijnwerkers, die als dmamietwerpers aan den burgeroorlog deelnamen en thans als boeven en vrijbuiters hun bestaan trachten te rekken. Massa-arrestaties van lieden, die hen hielpen ziah aan den arm der wet te ont'rekken, hebben deze feiten onthuld; ook elders dwalen nog gevaarlijke elementen rond, tot onder den rook der hoofdstad, waar de mili taire inspecteur Gabaldan en zijn dochter door politieke bandieten met mitrailleurs werden ver moord. Gevolg van deze daad: executie van vijftig personen, die van een moordcomplot deel zouden hebben uitgemaakt. Als het gestoi tregend heeft, lekt het nog lang en luide na; de schoten van deze terechtstellingen, na de gruwelijke oorlogs jaren in Spanje, zijn daarmede op lugubere ma nier te vergelijken.... Het vraagstuk-Danzig heeft de laatste weken een nieuw aspect vertoond; het werd speciaal gede monstreerd als een douane-kwestie. Gelijk men zaïl weten, vormt de vrije stad deel van Polens eoonomische eenheid en heeft de Poolsohe repu bliek sinds 1920 zeggenschap over de Danzigsche douanecontrole. Toen echter Danzig en Polen e'lkander met groeiend wantrouwen gingen bezien en zoowel van Poolschen als van Duitsohen kant tegen het oorspronkelijk accoord in stilletjes be wapeningen werden ondernomen, gingen de nazi's in Danzig deze Poo'sche douaniers als dwarskijkers beschouwen, als mi'itaire en economische spion nen, weshalve van Warschau werd verlangd, dat hun aantal beduidend zou worden ingekrompen. Polen an'woordde, dat van militaire spionnage van den kant der douaniers geen sprake kon wezen, omdat Danzig immers, krachtens het sta tuut, niet gemilitariseerd mocht worden, en dat op eoonomisoh terrein spionnage evenmin werk zou kunnen vinden, omdat de Vrije Stad binnen de Poo'sohe eoonomische grenzen ligt. Met dit formeel juiste antwoord was de zaak, eveneens formeel, natuurlijk afgedaan, doch toen volgde er natuurlijk een periode van practisohe plage rijen. De Polen hebben deze beantwoord, door aan den import in Polen, vanuit Danzig, vam haring en van margarine, moeilijkheden im den weg te leggen. De Danzigers moesten toen wel inbinden. Uit deze tactische schermutselingen schijnt thans de behoefte te zijn ontstaan, opnieuw tot Poolsch- Duitsclhe besprekingen te geraken, althans men hoort verluiden, dat daardoor een nieuwe fase in den toestand zou zijn ingeluid. Men moet dit rustig afwachten, in de overtuiging, dat er nog vele methoden kunnen worden gevonden, om botsingen van gewapenden aard te vermijden. Dat er inmidde's een Engelsch-economisohe missie naar Danzig onderweg is om te onderzoeken, in hoeverre deze stad voor Po'en inderdaad on misbaar is, geeft eveneens te denken. Zou ook Engeland gaan gevoelen voor een oplossing, die Danzig zijn Duitsohe nationaliteit hergeeft? Terwijl de onderhandelingen te Moskou nog steeds traineeren, en de deskundige van het Foreign Office, Strang, zelfs tenslotte maar naar Londen is teruggekeerd, gaat nu naar Rusland een Fransch-Engelsche militaire missie onderweg, teneinde alvast bij voorbaat vast te stellen, op welke wijze de militaire samenwerking tusschen Russen, Franschen en Engelschen zal worden ten uitvoer gelegd, in geval van een wereldoorlog. De pers is ten opzichte van deze besprekingen vrij optimistisch, voornamelijk uit de overweging, dat nilitairen, anders dan diplomaten, tot kort spre ien en vlug handelen geneigd zouden zyn. Wij kunnen deze beschouwing moeilijk deelen, aange zien ons voor oogen staat, dat het Russische wan trouwen tegen zijn aan staande compagnons, zoo zulks mogelijk is, nog moet toenemen, indien men de militaire mogelijkheden van een conflict dient te gaan overwegen. De Russische militaire des kundigen zullen het feit in het volle licht stellen, dat de voering van den nieuwen oorlog voor het leeuwendeel aan de Sovjettroepen zal worden toevertrouwd, aangezien Frankrijk achter Magi- not- en Westwall opgesloten zal blijven liggen, en ook Engeland niet veel anders zal kunnen doen, dan door de lucht wat bomaanvallen op Duitsch- land te plegen. Het nieuwe front zou in Oost- Europa komen te liggen, en Rusland bloot stellen aan het volle geweld dtr Duitsche leger-afdeelin- gen. Hoe gaarne de Russen ook het fierde Rijk zouden willen vernietigen, moeten zij toch tot de conclusie komen, dat zulk een ineenstorting der Hitlermacht hunzelf te duur te staan zou komen. Vandaar dat wij ook thans nog niet kunnen ge- looven aan een werkelijk Fransch-Britsch succes te Moskou. De omstandigheden zijn er niet naar. Zullen, ter andere zijde, Japan, Duitschland en Ita'ië wat meer aanpappen en een militairen drie bond gaan vormen, als verlengstuk van het be staande anti-komintern-verdrag? Ook hierover De geboorte van Prinses Irene Emma Elisabeth is door heel ons volk met groote vreugde begroet. In alle steden en dorpen van Nederland is spontaan feest gevierd. En als dit nummer van ons Zondagsblad verschijnt zijn de feestklanken nog niet verstomd. Bovenstaande foto's toerden in den morgen van 5 Augustus genomen. Links: Spakenburger meisjes in haar karakteristieke kleedij geven aan haar vreugde uiting. Rechts: Op den Daim te Amsterdam maken herauten de blijde gebeurtenis aan de bevolking der hoofdstad bekend.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1939 | | pagina 17