CHIEF WHIP
Gemengd Bloed
Engelands ergernissen in het
Verre Ooslen
MIDDENSTANDSWONINGEN
ZATERDAG 5 AUGUSTUS 1939 TWEEDE BEAD PAG. 7
zwemmen en zonnen gezond
vermaak a/s toppunt van genot
de beste sigaret voor Uw gezondheid
„Wij mogen niet vergeten, dat wij
onze krachten moeten sparen"
Er kan zich in Europa zelf een
noodtoestand voordoen
Alvorens tot begin October op reces te
gaan, heeft het Engelsche lagerhuis giste
ren nogmaals de buitenlandsche politiek
der regeering besproken.
Chamberlain, die verschillende sprekers
beantwoordde, zeide ten aanzien van de
besprekingen te Tokio over de kwestie-
Tientsin, dat. wat een deel der moeilijk
heden betreft, het er naar uitziet, alsof het
niet moeilijk zal vallen, tot overeenstem
ming met de Japanners te komen.
Naar aanleiding van een opmerking
van een der lagerhuisleden, die een krach
tiger houding van Engeland in het Verre
Oosten bepleitte, verklaarde de premier
o.a.: „Wij mogen niet vergeten, dat wij
wellicht in de eerst-volgende maanden een
nog ernstiger probleem, dat ook dichter
bij is, onder de oogen hebben te zien en
dat wij onze krachten moeten sparen, om
iederen noodtoestand, die zich zou kunnen
voordoen, het hoofd te bieden".
In antwoord op een vraag van een der
labour-afgevaardigden zeide Chamber-
Jain, dat hij de krachtige bezwaren tegen
de Japansche daden in het Verre Oosten
niet wilde trachten te verkleinen, maar dat
het lagerhuis diende te bedenken, dat do
toestand voor Groot-Brittannië op het
oogenblik bizonder moeilijk is.
Ik behoef, zoo zeide spreker, nauwelijks
te wijzen op het fundamenteele verschil
tusschen de Vereenigde Staten, en hun van
Europa afgezonderde ligging, en dit land.
Zelfs nu er Engelschen in China door de
Japanners beleedigd en gekwetst zijn, moe
ten wij bedenken, dat er grenzen zijn, aan
hetgeen wij op het oogenblik kunnen doen,
om ons volk daar te helpen. Op het ooeen-
blik hebben wij in het Verre Oosten niet
een vloot, die sterker is dan de Japansche.
.Wij hebben zulk een vloot hier. Onder be
paalde omstandigheden zouden wij het
echter noodig kunnen vinden, de vloot der
waarts te zenden.
Ik hoop, dat niemand zal denken, dat het
geheel buitengesloten is, dat zich zulk een
omstandigheid voordoet. Ik bedoel dit ech
ter niet als een bedreiging, doch slechts
als een waarschuwing.
Tegelijkertijd, aldus vervolgde Chamber
lain, zouden wij veel liever de geschillen
met de Japanners regelen door bespreking
en onderhandeling, mits wij dit kunnen
doen. zonder datgene op te offeren, wat wij
fundamenteele overwegingen en principes
achten, dan door bedreiging met geweld.
Zelfs als wij morgen zouden besluiten, tot
het uiterste te gaan, zouden wij toch velen
der weerlooze menschen in China niet kun
nen beschermen. Wij mogen hen als wij
het kunnen vermijden, geen grooter gevaar
laten loopen, dan waarin zij thans ver-
keeren".
Ten aanzien van de tusschen C r a i g i
•n Arita te Tokio overeengekomen for
mule. herhaalde spreker, dat hieruit niet
moet worden opgemaakt, dat de Britsche
politiek is gewijzigd, daar dit niet het ge
val is.
..In elk geval, aldus voegde Chamberlain
hier aan toe, heeft deze formule ons in staat
gesteld, een zeer dreigenden toestand te
Tientsin te bespreken en ten aanzien van
•een deel der moeilijkheden ziet het ernaar
uit, alsof wij met veel moeite zullen heb
ben. om met de Japanners tot overeenstem
ming te komen. Ik zeg dit met opzet, om
dat —ofschoon het geen gebruik is. op één
punt tot een accoord te komen, als men
omtrent de andere geen overeenstemming
kan bereiken, omdat een accoord als een
geheel moet worden beschouwd er in elk
geval uit blijkt, dat zij. die de onderhande-
sprekingen te Tokio niet is uitgegaan van
treem of onredelijk zijn als vele Japanners
in China zelf bleken te zijn.
Ten aanzien van de kwestie der politie
controle te Tientsin, vervolgde Chamber
lain, kan ik slechts zeggen, dat bii de be-
tepreikngen te Tokio niet is uitgegaan van
gemeenschappelijke politiecontrole, doch
hiervan, dat de controle in handen zal blij-
Ven van den gemeenteraad of zijn beambten.
Wat betreft de kwestie van de uitlevering
Vier vier mannen, die door de Japanners
Kvorden gezocht, is het Britsche standpunt
teteeds geweest, dat wij deze mannen niet
(kunnen uitleveren, tenzij wij de bewijzen
ihebben, dat zij inderdaad medeplichtig zijn
ban den moord op dr. Tsjeng. De Japanners
hebben ons thans bewijsmateriaal geleverd,
Öat onderzocht wordt. Als het resultaat van
het onderzoek door de wettige autoriteiten
'hun schuld uitwijst, zouden wij geen recht
hebben, anders te handelen dan hen uit te
leveren.
Omtrent het zilvervraagstuk zeide Cham
berlain, dat daarbij niet alleen de Britsche
egeering is betrokken.
Wij hebben, aldus de. premier, het de Ja
pansche regeering volkomen duidelijk ge
maakt, dat wij niet bereid zijn, deze twee
•kwesties van het z.lver en de valuta met de
•Japanners alleen te regelen. Zij kunnen al
leen geregeld worden, na overleg met an
dere regeeringen, die er evenveel belang bij
hebben als wij.
Naar aanleiding van het verzoek van een
'labourlid het handelsverdrag met Japan
op te zeggen, zeide de premier: „Als ik wei
ger, die verzekering te geven, zou het kun-
schijnen, dat ik vastbesloten ben. dat
•het handelsverdrag niet zal kunnen worden
opgezegd, doch laat niemand dien uitleg
<aan mijn woorden geven". Chamberlain
wees er verder op, dat twaalf maanden zou
den moeten verloopen vóór zulk een opzeg
ging uitwerking zou hebben, en dat aan het
•erdra~ ook verdragen met enkele Domi
nions waren gekoppeld, zoodat eventuecle
opzegging aanz en like terugwerking zou
•hebben op de Dominions.
Wij hebben, vervolgde spreker, door
de omstandigheden gedwongen, enkele
zeer zware verplichtingen in Europa op
ons moeten nemen, waarvan het gevolg
is. dat, indien bepaalde d.ngen zouden
gebeuren, dit land in den oorlog zou
moeten gaan. Het zou mogelijk zijn, de
zelfde verplichtingen aan te gaan in het
Verre Oosten, doch ik wensch dit niet
te doen.
Hoe wij ook mogen worden geërgerd
door de dingen, die in het Verre Oosten
gebeuren, ik kan het huis verzekeren,
dat ik de heftigste gevoelens, van wien
ook. ten volle deel. Mijn bloed kookt,
wanneer ik hoor en lees van sommige
gebeurtenissen daar. Wij mogen echter,
ondanks dit alles, de verplichtingen, die
wij op ons genomen hebben, en de posi
tie onzer iandgenooten, die zich daar
bevinden, niet vergeten.
Bij de voortzetting der onderhandelingen
zullen wij er naar streven, de beginselen,
welke tot dusverre ons beleid beheerscht
hebben, zoo ver mogelijk te handhaven.
Wij zullen de belangen en de bezittingen
der Britsche onderdanen in het Verre Oos
ten tot het uiterste beschermen. Wij zullen
er naar streven, geduld en verstandige
matigdheid te toonen, in de erkenning, dat
achter al deze ergerlijke dingen, een onge
veinsde verdenking der Japanneezen ten
aanzien van ons optreden kan schuilen.
Wij mogen niet vergeten, besloot
Chamberlain zijn verklaringen, dat wij
wellicht in de eerstvolgende maanden een
nog ernstiger probleem, dat ook dichterbij
is, onder oogen hebben te zien en dat wij
onze krachten moeten sparen, om iederen
noodtoestand die zich zou kunnen voor
doen, het hoofd te bieden"*
De lange werkweek der
Duitsche vrouw
In een onlangs door het Duitsche ministe
rie van Arbeid uitgegeven decreet wordt
verklaard, dat voor vrouwen in het bedrijfs
leven een werkweek van 54 uur normaal
moet worden geacht. Hieraan wordt toege
voegd, dat de werkdagen niet langer dan
tien uur mogen zijn.
Dit is. aldus merkt Havas op, een volko
men miskenning van het nationaal-socla-
listische beginsel, dat de vrouw in het huls-
houden moet werken en een inbreuk cp de
wet op den achturigen werkdag. Een en an
der wijst op het thans in Duitscliland heer-
schende gebrek aan arbeidskrachten.
DE EERSTE ,,AFRIKAANSCHE]_' AUTO
Te Paarl (Kaapprovincie) heeft de eerste
„Afrikaansche" auto haar intrede gedaan.
Het voertuig Ibehoort aan een daar wonend
leeraar. leider van de voortrekkersbeweging
te Paarl. De auto heeft zuiver Afrikaansche
woorden en'opschriften ter vervanging van
de Engelsche benamingen. Alle aanwijzin
gen op het instrumentenbord zijn in het
Zuid-Afrikaansch. „Tndien b.v. een Ameri-
kaansche auto aan Duitsdhland verkocht
wordt", aldus de eigenaar, „zijn alle op
schriften in het Duitsch gesteld. Waarom
kan niet hetzelfde gebeurpn met betrekking
tot het Afrikaansoh in Zuid-Afrika?" Hij
verwacht, dat vele autorijders bij het aan
schaffen van een nieuwen wagen zijn voor
beeld zullen volgen.
EEN POOLSCHE
WAARSCHUWING AAN DANZIG
Naleving der douane-bepalingen
vereischt
De Poolsche commissaris-generaal te
Danzig heeft gistermiddag aan den voor
zitter van den senaat der vrije stad een
nota der Poolsche regeering doen over
handigen. Deze nota is een antwoord op
een nota van den senaat, waarin de
Danzigsch-Poolsche douanegesChillen
werden behandeld, en waarin de dreiging
naar voren kwam, de tolgrens tusschen
Danzig en Oost-Pruisen open te stellen.
De Poolsche regeering vestigt thans de
aandacht van den senaat op de gevolgen,
welke het ndet in acht nemen van de
overeenkomsten tusschen beide partijen
zou kunnen hebben. De Poolsche regee
ring moet van meening zijn, dat de eer
bied voor de verdragen en het begrip
voor de gemeenschappelijke belangen.
Danzig tot een herziening van zijn
houding dienden te brengen.
De nota herinnert aan de overeenkomst
.an 9 November 1920, waarbij het toezicht
der Poo'sche douane werd ingesteld en de
vaststelling van het aantal inspecteurs, be
nevens de organisatie van de douane, u't
sluitend aan de competentie der Poolsche
regeering werden overgelaten.
De nota herinnert er voorts aan, dat de
senaat in zijn nota van 30 Juli verminde
ring van het aantal inspecteurs heeft ge
vraagd. De Poolsche regeering is bereid, de
inspecteurs in de fabriek „Amada" op hun
post te laten terugkeeren (zij werden bij
besluit van de Poolsche regeering met in
gang van 1 Augustus teruggetrokken), doch
zij verklaart haar beslissing te zullen laten
afhangen van de houding der autoriteiten
van Danzig, d"ie voortaan de rechten der
Poolsche inspecteurs in hun geheel zullen
moeten eerbiedigen, hun de mogelijkheid
moeten verschaffen, hun functie uit te oefe
nen en instructies moeten geven, opdat de
Poolsche douanereglementen voortaan door
de douanebeambten van Danzig gerespec
teerd zullen worden.
De nota maakt geen toespeling op de
eventualiteit "van opening der grens van
Oost-Pruisen, waarover de pers te Danzig
eenige dagen geleden heojt gesproken. Men
beschouwt het opwerpen c'ezer mogelijkheid
te Warschau namelijk als een nieuwe
proefballon van de Duitsche propaganda
Reuter verneemt intusschen nog, dat te
Warschau verluidt, dat een waarschuwing
tot den senaat van Danzig zal worden ge
richt, dat het openen van een grens van
het gebied der vrije stad met een derde mi
gendheid door ve Poolsche regeering zou
worden beschouwd als een buitengewoon
ernstige aangelegenheid.
(RecLT
Chamberlain naar Chequers
Voorloop! g geen kabinetsbijeenkomsten
Chamberlain is gisteravond van Lon
den vertrokken naar het landgoed Chequers
waar hij eenige dagen zal doorbrengen, al
vorens naar Schotland te gaan.
Men verwacht, dat hij in de derde week
van Augustus voor enkele dagen naar Lon
den zal terug keeren, om met sommigen
zijner collega's te spreken, waarna hij zijn
vacantie waarschijnlijk in Schot'and zal
voortzetten.
Men gelooft, dat de wekelijksche bijeen
komsten van het kabinet midden Septem
ber hervat zullen worden. Voor zoover op
het oogenblik bpkend is. zullen slechts drie.
ministers, Elliot, Brown en Delawarr, een
deel van hun vacantie in het buitenland
doorbrengen.
Halifax zal zijn vacantie, voor zoover
c<e toestand het toelaat, in Yorkshire ge
nieten.
De Fransche militaire missie
te Londen
De Fransche militaire missie, welke
de besprekingen te Moskou zal deelnemen,
is gistermiddag uit Parijs naar Londen ver
trokken. De Fransche officieren werden op
het Victoria-station verwelkomd door het
hoofd der Britsche delegatie, admiraal Drax
en vertegenwoordigers der regeering.
De politie had bijzondere voorzorgsmaat
regelen genomen.
Is Bela Kun gefusilleerd?
MOSKOU, 4 Aug. (Havas). Volgens een
bericht uit buitenlandsche bron zou Bela
Kun in Sovjet-Rusland zijn gefusilleerd.
Dienaangaande bezit men hier geen enkel
nader bericht.
Zooals men weet werd de gewezen leider
der Hongaarsche communisten ongeveer an
derhalf jaar geleden tot volksvijand ver
klaard.
Men verweet hem Trotzkistische neigingen
te hebben en de revolutie izi Hongarije te
hebben gesaboteerd.
ERNSTIGE GASONTPLOFFING
IN LONDEN
Deel van straatplaveisel vliegt
in de lucht
Omstreeks honderdtal gewonden
Gistermiddag omstreeks half vijf is het
centrum van Londen opgeschrikt door een
hevige ontploffing, welke zich voordeed in
de Godliman Street, welke straat van
Saint Paul's Churchyard achter Faraday
House, een van Londen's belangrijkste
telefooncentrales, loopt.
Een huis in de straat werd verwoest,
terwijl honderden vensterruiten werden
verbrijzeld, waaronder eenige gebrand
schilderde glazen van St. Pauls Cathedral.
De ontploffing is hoogstwaarschijnlijk ont
staan door een lek in een hoofdhuis van de
gasleiding.
Om half twee des middags was namelijk in
Godliman Street plotseling een gedeelte van
het wegdek ingezakt, waarschijnlijk tenge
volge van graafwerk, dat werd uitgevoerd
voor de uitbreiding van Faraday House.
Door het bezwijken van het wegdek was
een lek ontstaan in een groote gasbuis en
terwijl werklieden aan het herstel daarvan
bezig waren, deed de explosie zich voor.
Een gedeelte van de straat was tevoren
voor het publiek afgesloten, terwijl ook een
huis, dat bij de ontploffing werd verwoest,
te voren op last van de politie door de be
woners was ontruimd.
Bij de ontploffing werden brandende brok
stukken tot dertig meter de lucht in geslin
gerd.
Het ongeluk had tot gevolg, dat vele per
sonen gewond werden, van wie verscheiden
ernstig, terwijl anderen slechts snijwonden
door weggeslingerd glos opliepen. f
De gewonden werden in vele ziekenauto's
en vijf door de politie opgeëischte particu
liere vrachtauto's weggebracht.
Het personeel van vijf brandweerwagens
bestreed het vuur in de buis en op het
wegdek.
Uit een in de ziekenhuizen ingesteld
derzoek is gebleken, dat in totaal ongeveer
honderd personen zijn gewond, doch slechts
enkelen konden niet terstond het hospitaal
weder verlaten.
Van deze laatsten konden allen, na ver
bonden te zijn, zich weer naar huis begeven,
op een enkele uitzondering na, wiens toe
stand kritiek zou zijn.
De anti-Britsche propaganda
in China
Wordt binnenkort gecentraliseerd
De anti-Brits»che agitatie, welke thans
uitgaat van plaatselijke commissies in ver
schillende deelen van China zondere verdere
organisatie of onderling verband zal, vol
gens een Domei-bericht uit Tientsin, bin
nenkort waarschijnlijk worden georgani
seerd en gecontroleerd door een centrale
commissie voor de campagne. Aan dit be
richt wordt toegevoegd, dat de commissie
voor een anti-Britsche campagne te Tientsin
tegen 14 Aug. te Tientsin een nationalentl-
Britsehe samenkomst heeft belegd.
Voor deze nationale bijeenkomst zullen
vertegenwoordigers van anti-Britsche com
missies uit verscheiden deelen van China
op 12 en 13 Augustus een tweedaagsche
ontmoeting hebben ter bespreking van de
volgende negen punten:
1. Organisatie van en controle op de ant.1-
Britschc campagne;
2. Omzetting van het anti-Britsche gevoe
len in actie;
3. Toezicht op de Britsche rechten en be
langen in China;
4. Onderzoek naar de bewegingen van de
Britsche onderdanen;
5. Aanbrenging van pro-Britsche Chinee-
zen;
6. Verbinding tusschen de anti-Britsche
organisaties in de verschillende deelen van
7. Verbreiding van de anti-Britsche gevoe
lens naar het buitenland;
8. Verleening van bijstand aan de Tndl-
sohe onafhankelijkheidsbeweging;
9. Organisatie van een gezamenlijke anti-
Britsche bijeenkomst van de Aziatische vol-
DE ORGANISATIE VAN HET
NIEUWE SPANJE
De Falange wordt eenheidspartij
In een te Burgos gepubliceerd decreet is
het statuut gewijzigd van de Falange-partij
in het nieuwe Spanje. Daardoor is het ge
zag van den Caucl'iUo, haOgsten representant
der nationale beweging, versterkt. De hoog
ste organismen zijn de nationale raad en de
politieke junta. De helft van de leden der
junta worden, mitsgaders de president, door
den Caudillo aangewezen. De junta heef
tot taak zich bezig te houden met bestudee-
ring en orienteering van alle problemen, de
beweging betreffende. De nationale raad zal
75 leden tellen, gedelegeerden van de in de
Falange bestaande diensten en de ministe
ries. Hij wordt dcor den Caudillo gepresi
ueerd.
In het decreet betreffende de politieke
junta worden aan de Falangistische partij
vèr-strekkende bevoegdheden gegeven. Deze
partij zal het recht van toezicht hebben op
de buitenlandsche politiek, onderwijs, pers
en propaganda; zij zal tevens de vrouwen
beweging, den socialen steun, ue organisa
tie van oud-strijders, de jeugd- en arbeids
organisaties, justitie, verkeer en den inlich
tingendienst van de politie controleeren
Verder zal de partij toezicht mogen oefeneu
op het godsdienstonderwijs.
De arbeidsorganisatie zal gebaseerd zijn
op een nationaal syndicalisme. De leiders
van alle vakorganisaties moeten lid der
Falangistische partij zijn en een hiërarchie
naar militair model wordt ingesteld.
De meeste bestaande wetten worden be
vestigd.
De samensmelting van Falangisten en Tra
ditionalisten wordt geconsolideerd. Men ver
wacht. dat de laatste groep een grooteren
invloed zal hebben in het bestuur van de
Falangistische partij. Beide groepen worden
de inspiratie en de basis van den nieuwen
staat genoemd. In de „katholieke en impe
riale missie" van den staat zullen particu
lier en groepsbelang ondergeschikt zijn aan
de sociale en christelijke behoeften van den
nieuwen staat.
Het vraagstuk der Joodsche
vluchtelingen
Hoe de emigratie nit Duitschland opschiet
In het Lagerhuis heeft lord Winter-
ton voor het reces nog eenige medcdeelin-
gen gedaan over de kwestie der Joodsche
vluchtelingen, zeggend, dat het intergou-
vernementeele comité te Londpn vooral in
de laatste maanden groote vorderingen go-
maakt had en dot het aantal uit Duitsrh-
land vertrokken vluchtelingen *edcrt de op-
richtirwr van de Evian-commiR6ic vcrled°n
jaar. 150.000 bedroeg, welk getal hij bevre
digend noemde.
De Vereenigde Staten hebben oen janr-
lijksch contingent opgenomen van 27.000
emigranten. In werkelijkheid hebben zij
echter meer vluchtelingen opgenomen, aan
gezien aan tijdelijke touristen werd toege
staan, te blijven. Het totale aantal was ver
moedelijk 40.000.
Ook in Groot-Brittannië zijn op 't oogen
blik 40.000 Duitsche vluchtelingen Winter
ton zeide dit een voldoende antwoord te
achten op de beschuldiging, dat de Britsche
roeeering niets doet in dit opzicht.
„Reeds zijn", aldus besloot Winterton,
.Mappen ondernomen in Duitschland, oni
den toestand van de Duitsche Joden aldaar
te regelen en te verbeteren.
De grootste schade, welke men aan de
vluchtelingenbeweging kan berokkenen, is
de onwettige immigratie wan vluchtelingen
in ecnig land aan te moedigen, inclusief in
Palestina. Zeer veel last is hierdoor ver
oorzaakt aan België er. Nederland en ook
de Franschen en Zwitsers hebben onder
ieze onwettige immigratie geleden".
Het zilver te Tientsin
Frankrijk trekt één lijn met Engeland
In welingelichte Parijsche kringen geeft
men te kennen, dat de Fransche regeering
Londen in haar antwoord betreffende het
Chineesche zilver in de banken der con
cessie te Tientsin heeft laten weten, dat zij
de Britsche en Fransche belangen als ver
bonden beschouwt en op dit punt eenzelfde
houding als Engeland zal aannemen.
Men meent te weten, dat de Fransche
regeering Tokio van haar standpunt op de
hoogte heeft gesteld.
SCHAKEN
Het internationaal tournooi te
Bournemouth
Sterke deelneming
AMSTERDAM, 5 Augustus. In de hoofd
groep van het internationaal schaaktornoui
te Bournemouth, hetwelk van 14 tot 25 Aug<
wordt gehouden, spelen Dr. Eu we, S. Flohr,
S. Landau, J. Mieses, E. Klein, I. Koenig, G.
Abrahams, W. Winter, J. M. Aitken, A. G.
Conde. F. E. A. Kitto en A. D. B. Thomas.
Voor het majortornooi staan ingeschreven'
F Saemisah, P. M. List. D. Podhorzer, Dr.
Schenk. A. Speyer (Maastricht), E. Snosko
Borovsky, Dr. Fazekas, P. Wenman, A. N.
Bruce. A. N. Booth. A. J. Butcher en P. N.
Wallis.
In section B. speelt F. A. Damen, uit Rot
terdam, als eenige buitenlander mee.
Waar gaat U zich
vestigen?
IN AMSTERDAM P
Dan naar het kantoor van L. BOOMSMA,
Makelaar Bouwkundige Expert
Nassaukade 119 Telefoon 82521—85421
le Helmersstraat 137-11 38.p. m.
Ie Helmersstraat 297-11 i 38.— p. m.
Kostverlorenstraat l-II 84.— p. m.
Fred. Hendrikplantsoen 6-ü.„ 36.p. m.
Nassaukade 344-lIi 30.— p. m.
Romb, Hogerbeetsstr. 4-1 80.— p. m.
Woninglöst en Inlichtingen GRATIS
TE KOOP en TE HUUR
Nieuw gebouwde Middenstandswoningen a.
d. breede Sportlaan en Burgemeester Ver-
kadesingel te VLAARDINGER-AMBACHT.
Bev. begane grond: ruime hal en vestibule,
kelder-keuken, groote kamers suite; verdie-'
ping: 3 slaapkamers, 2 waschtafels en bad
kamer met ingetegeld bad. Verder: groote
zolder met slaapkamertje. Flinke voor- en
achtertuinen met achteruitgang. Schuur met
groot kolenhok enz.
Deze panden zijn met en zonder Centrale
Verwarming ingericht Huurprijs vanaf
38.— tot en met 47.50 per maand.
Reeds verschillende van verkocht en ver
huurd. Ook zeer geschikt voor geldbelegging.
Te bevragen bij den Bouwer:
W. VAN VLIET, Raadhnisstraat No. 4,
te Vlaardinger-Ambacht Telefoon 309.
Amersfoort
VAN HASELEN'S
Wijnand van Haselen P.Hzn.,
Gemeente-Makelaar.
SNOUCKAERTLAAN 22-24, TeleL 6218
ASSURANTIËN
U wilt verhuizen P
HEEMSTEDE biedt Ui
CENTRALE LIGGING
LAGE BELASTINGEN
EEN GERIEFELIJK HUIS
Vraagt Inlichtingen en gratis Woningglde
HEEMSTEDE'S WONING-BUREAU
C O R Ns. L. KWAK
DREEF 276 Telefoon 10638
een verhaal uit het midden der vorige eeuw
dooi- DI.J.A.V155CHER.
(24
Don de Vasquez haastte zich terug naar het andere vertrek,
waar de trap was. Hij had genoeg gezien. De tocht was te-
vergeefsch geweest, hier was geen schat begraven. Dit was
niets dan een groot knekelhuis van de resten van lang ge
storven Indianen.
't Was me de moeite wel, om bij storm en ontij zoo'n reis te
maken, en dan niets te vinden dan zoo'n verzameling doods
koppen!
Wat een groote gek moest dat zijn, die die vuile grauwe
dingen daar zoo netjes op elkaar had gestapeld!
Dat was zeker het werk van dien ouden Indiaan, don
Carlos, dien hij zoo netjes had geraakt daar bij de rotsen van
de Rio Grande en wiens botten daar nu ergens vastzaten
onder aan een boomwortel in de modder van de rivier.
Hij vloekte, en was blij dat hij weg was uit dat hol.
Nu scheen de strijd in de natuur op zijn hevigst te worden.
Alsof het op leven en dood ging. De bliksemschichten volg
den elkaar op, oogenblikkelijk gevolgd door knetterende don
derslagen.
Eensklaps was er een oorverdoovend lawaai, alsof het heele
0e\velf instortte. In, de ruimte achter hem rolden de koppen
over de grond, en één ervan lag nieuwsgierig door de nauwe
spleet te kijken.
Nu ging, door een geweldigen luchtstroom de kaars uit en
de Vasquez stond in stikdonkeren nacht. Wat er gebeurd was
wist hij zelf niet. Hij snelde naar de trap, maar waar was die?
Er scheen geen sprankje licht neer van boven. Was het ijze
ren luik dichtgeslagen?
Bang was hij niet, maar het werd hem toch wel een weinig
benauwd. Hij stak zijn kaars weer aan en zag de steenen trap.
Ja! het luik was dicht.
Hij ging de trap op en schreeuwde om hulp.
De stormwind gierde. Hij riep weer. maar kreeg geen ant
woord.
Waren zijn bedienden gevlucht en zouden ze hem ellendig
laten omkomen? Die verraders! Hij zou ze, als hij vrij kwam!
Hij was nu boven aan de trap en duwde met zijn rug tegen
het luik. Er was geen beweging in te krijgen.
Maar daar boven waren ze bezig! Hij hoorde nu de stem
men der mannen die hem riepen.
„De muur is omgevallen, Senor, op het luik, maar we zijn
bezig om het puin weg te ruimen".
Er schenen zware stukken steen op het luik gevallen te zijn.
De mannen hadden ten minste lang werk voor ze het gat
weer open hadden, vooral omdat het ijzeren luik door de
zwaren steenen was doorgebogen en onwrikbaar vast zat.
„U moet geduld hebben, Senor", riepen ze. „We moeten
een boomstam halen om het luik los te krijgen''.
De Vasquez moest wachten.
Het duurde wel drie uren voordat hij bevrijd was.
De storm bulderde voort in onverminderde kracht. Het on
weer was verderop gedreven maar de windstooten waren nog
hevig.
De Vasquez keek naar den muur, waarvan een stuk puin
was neergevalle -.
De heele muur stond te wankelen. De steenen lagen los in
de voegen. Elk oogenblik kon er weer een brok neerstorten.
Onder zulke omstandigheden werd het daar te gevaarlijk.
Bovendien werd het nu tijd om ergens onderdak te vinden en
tenminste wat te eten. In een van de Indianenhutten ergens
in de buurt zou men voor wat geld wel wat kunnen krijgen.
Maar de Vasquez was woedend dat hij het op moest geven.
Hij vloekte tegen het weer, en vervloekte de heele wereld.
Maar er was niets aan te doen, hij moest weg.
Daar viel hem plotseling het gehavende Christusbeeld in
het oog dat in een hoek tegen den muur stond.
Hij trok zijn revolver, mikte, en trof het beeld midden in
het gezicht. Het viel voorover van zijn hoogte en brak in
stukken op den grond.
De beide andere bandieten werden koud van den schrik en
sloegen een kruis.
De storm was nog lang niet voorbij, maar de regen werd
minder.
Ginds stonden de geduldige paarden, rillend van het koude
water dat van hun flanken droop, gehoorzaam te wachten. De
drie mannen plasten over den kletsnatten grond en heschen
zich in het zadel.
Don de Vasquez reed voorop en gaf zijn paard de sporen,
omdat hij verlangde naar een onderdak. Hij was woedend,
zooals gewoonlijk als hij zijn doel niet bereikt had en
schreeuwde zijn makkers een naam toe, terwijl hij wees in de
richting waar het Indianendorp lag waar hij heen wilde.
Plotseling kraakte er een schot.
Het kwam van achter een dikke boom.
Het scheen raak te zijn! Don de Vasquez kromp ineen ei
greep zijn rechterhand vast met de andere. De kogel was
dwars door de hand gegaan, die zooeven het wapen had vast
gehouden waarmee het Christusbeeld was kapotgeschoten.
Don de Vasquez wankelde in het zadel. Een van zijn be
dienden reed op hem toe en ondersteunde hem. Het bloed
sappelde op het paard en op de kleeren van den bandiet
De andere halfbloed draafde naar het punt vanwaar het
schot viel. maar er was niemaild te ontdekken.
Het begon intusschen weer erger te regenen.
Don de Vasquez was er slecht aan toe. Teleurgesteld,
doodelijk vermoeid, doornat, hongerig, en nu nog zwaar ge
wond. want de band zag er ellendig uit.
Hij hing voorover op zijn paard, flauw van bloedverlies en
hij was eer bezwijming nabij.
De twee anderen hielden hem zoo goed mogelijk overeind,
nadat ze de wend met hun halsdoeken zoo goed moqeliik
verbonden hadden.
En zoo kwam het drietal in armzaligen toestand een paar
uur later een Indianendorp binnenrijden, waar don de Vas
quez op een ruw bed werd neergelegd en het bloeden werd
gestelpt.
Terwijl hij daar lag, reed een Indiaan spoorslag naar zijn
huis. en den volgenden dag kwam er een wagen waarmede
hij werd vervoerd.
Al deze ervaringen konden den woesten bandiet echter niet
tot inkeer brengen. Hij bleef volkomen dezelfde. Zijn band
genas en de diefstallen waarin hij, ofschoon verborgen, de
hand had, waren nog talrijker dan vroeger.
Omtrent dien overval van den reiswagen van Benecia scheen
er echter eenig meer licht te komen.
4Wordt vervolgd)^