Aug. 19141 TOEN DE WERELD IN BRAND GING STAAN [Aüg.1939 Hoe de wereldoorlog ontstond De machtsverhoudingen in Juii 1914 DE STRI/Dvan vier en veertig maanden Europa aan den voor avond van den volkenstrijd Ook thans nog wordt gevraagd: Aan wien de schuld? WIJ, die een kwarteeuw na de verbijste rende gebeurtenissen van den zomer van 1914 opnieuw de Julimaand doorleven, en naar een toekomst staren, die vol zorgen lijkt, worden onwillekeurig genoopt tot de vraag, of wat Europa toen als een vloed golf van bloed en ellende op zich aan zag loopen, ook de huidige generatie zal moeten treffen. Afdoend antwoord geven daarop kan niemand, ook de meest betrouw baar ingelichte voorlichter niet; men kan enkel een prognose stellen, gelijk een ge neesheer zulks doet, afgaande op de meest naar voren tredende trekken van een ziektebeeld. Doch wel wil het ons voor komen, dat tusschen Juli 1914 en Juli 1939 een aanmerkelijke kloof ligt, niet zoozeer in jaren, dan wel in de geestesge steldheid der menschen. De leidende staats lieden van ons werelddeel, dit sta voorop, weten goeddeels uit persoonlijke ervaring, wat een oorlog is, en ook zoo zijzelf niet tot de combattanten hebben behoord, hebben zij TSAAR N1COLAAS VAN RUSLAND toch zijn verwoestend spoor, aÏ9 Ivan een lawine, maar al te duidelijk kunnen waar nemen in het economische, sociale en natio nale leven der wereld. De hartekreet „Nooit meer oorlog!", die op een zeker tijdstip na Versailles tot een goedkoope leuze voor zekere richtingen en partijen was geworden, moge thans niet meer worden gehoord, het woord zelf brandt nog in ieder hart, en wij houden ons ervan overtuigd, dat ook in leidende kringen der wereldtpolitiek de ernst daarvan goed wordt doorvoeld. In Juli 1914 kon de oorlogsellende als een overrompelifig over ons komen; het is niet te veel gezegd, dat ook de grooten der aarde den oorlog toen niet hebben gewild, maar hem als het ware lieten glippen, om dat zij elkanders positie miskenden. Thans weten leiders en volken, hoe bitter de ernst eener herhaling zou zijn, en is men onge ëvenaard op zijn hoede; zonder deze reserve zou reeds het gebeurde der jongste Septemberdagen tot dezelfde internationale kortsluiting hebben geleid. Achteraf ziet men de historische dingen licht in een verkort perspectief en acht men het verband tusschen oorzaak en gevolg nauwer en exclusiever dan juiste apprecia tie van de feiten mag toelaten. Zeker, de beruchte vorstenmoord van Serajewo. waar aan Franz Ferdinand, de Oostenrijksche troonopvolger en zijn gemalin ten offer vielen, was „de" aanleiding, maar meteven- veel recht slechts „een" aanleiding te noemen. Europa, vóór de groote venvoesting van 19141918 daarover heen wervelde, was geen statisch begrip, zooals menigeen toen naïef heeft gedacht, doch een zware kruiing van elkander tegenwerkende machten, ge lijk de recente historie ook nu weder te zien geeft. Thans is het aan vrijwel ieder een gegeven, zich over wat in onze dagen plaats grijpt, een begrip te vormen; toen evenwei was de berichtgeving nog in een veel primitiever stadium van nieuwssamen- vatting, en gaf het dagblad radio en vliegtuig waren nog nauwelijks heteekenen- de grootheden niet zulk een compleet samengevoegd mozaïek van wat er in do hoofdsteden werd gedacht, beraden en be dreven. Geeft men zich wel ervan reken schap, dat de schoten van den politieken moordenaar Princip op 28 Juni werden ge lost en dat eerst een volle maand later, op 28 Juli, Oostenrijk-Hongarije aan Servië den oorlog verklaarde? Er waren, achter de uiterlijke gebeurtenissen, krachten aan het werk, die de gemiddelde dagblad lezer zeker niet kon vermoeden.. Een dier krachtvelden was de Balkan, en het punt, waarop de energie zich samentrok, heette Konstantinopel. Ruslands oogmerk vanouds, deze stad aan den Bosporus, beheerscheres van de Zeoëngten en van de Zwarte Zee, in zijn bezit te krijgen. Het keizerlijke en koninklijke Oostenrijk, van zjjn zijde, volgde gelijke tendenzen, en zocht deze te verwezenlijken door van den tegen- liggenden kant zijn invloed over den Balkan uit te breiden: Bosnië, Heraegowina Beide keizerrijken leden overigens aan in wendige verbrokkeling; het Tsaristische Rusland hoorde den sloope.rsmoker van anarchist en revolutionair tegen zijn diep ste verwulven klappen; het rijk van Franz >ph zag het gevaar van zijn nationali- teitenvraagstuk, hetwelk in ontbindenden geest doorwerkte. Oostenrijk wist zich ge- ruggesteund door't Wilhelminische Duitsch- land, dat de allures van een imperium ging vertoonen, ten detrimente van Groot-Brit- tannië, en bovendien prat ging op zijn „Schneidigkeit". Daartegenover, naar het Westen, mokte Frankrijk over het verloren gebied van Elzas-Lotharingen, dat zich met Rusland, gelijk als weder in onze dagen, en met Engeland, lhistoire se répète, had verbonden. Maar Groot Brittannië hield zich toen op meerder afstand dan thans. Professor Brugmans zegt, in zijn boek Over den wereldoorlog: „In den zomer van 1914 was de toestand in Europa oogenschijn- Jijk rustig, maar feitelijk toch zeer gespan nen. Duitschland was wel niet geheel ge- i9oleerd, maar toch in zijn domineerende positie verzwakt Dat was oip zichzelf reeds een element van oorlog. Dat was des te ernstiger, nu Engeland klaarblijkelijk zich hoe langer hoe meer tegen Duitschland ging stellen. In Duitschland vreesde men Frankrijk niet en Rusland tenslotte ook niet, maar Engeland vreesde men wel degelijk; men begreep zeer goed, dat Engeland met zijn geduchte vloot het Duitsche rijk geheel kon isoleeren en blokkeeren, met al de noodlottige gevolgen van dien. Zelfs Napo leon had Engeland niet kunnen overwin nen; hoe zou Duitschland dan daartoe in staat ziin? Inderdaad was 't kunstige even wicht, dat Duitschland in Europa had ge schapen, verbroken door Engeland". Zóó was dus de toestand van ons wereld deel nog in de maanden Juni-Juli van 1914, uiterlijk alles in rust, inwendig alles span ning, dynamiek, en terwijl de eene kracht tegen de andere stuwde, om haar ln be dwang te houden, werd op 21 Juli, des avonds om zes uur, te Belgrado het Oosten rijksche ultimatum ingediend, waarbij van Servië een zóó zware voldoening inzake den vorstenmoord werd aügeëischt, dat daaraan nauwelijks ware te voldoen. Vrijwel gelijk tijdig richtte de Duitsche Rijkskanselier tot St Petersburg, Parijs en Londen nota's, ten einde het Oostenrijksch-Servische geschil te focaliseeren. Rusland begon gedeeltelijk te mobiliseeren en zegde den Serven steun toe, zelf verzekerd van den steun van Frankrijk. De Engetsche oorlogsschepen de „Mareborough" en de „Iron Duke" houden zich gereed. Beneden: de ma trozen gaan aan boord. Maar Engeland, bij monde van minister Sir Edward Grev, zweeg; het gaf aan Rus noch' Franschman bescheid, öf het, en hoe het stelling zou nemen. Op 26 Juli zette Rus land zijn voorbereidingen voort; op 28 Juli verklaarde Weenen Belgrado den oorlog. Op 31 Juli wordt in het Russische rijk de mo bilisatie algemeen; op 1 Augustus volgde de Duitsche oorlogsverklaring aan Rusland; op 2 Aug. werd het mobilisatiebevel der Engel- sche vloot afgekondigd. Om acljt uur, dien zelfden avond, richtte Duitschland aan Bel gië een ultimatum, voor vrijen doortocht van zijn troepen; om zes uur, den volgen den avond, verklaarde Frankrijk Duitsch land den oorlog. Toen in den nacht van 3 op 4 Augustus de eerste Duitsche troepen bij Visé over de Maasbrug kwamen, was het bloedig con flict begonnen; ook Engeland schaarde zich tegen Duitschland. De centrale mogend heden, Oostenrijk-Hongarije, Duitschland, later ook Turkije en Bulgarije, hadden hun pleit te voeren tegenover de geallieerden, Servië, Montenegro, Rusland, Frankrijk, België, Engeland, Japan, Italië, Roemenie, Griekenland, de Vereenigde Staten. De schuldvraag omtrent dit alles blijft ook nu, na zooveel jaren van studie en ge redetwist, practisch onbeslist. Brugmans zegt er o.a. van: „Indien tengeland ziclv r had verbonden met Frankrijk en Rus land, zou de oorlog niet in 1914 zijn uitge broken. Duitschland zou dan stellig nier, zulk een geweldige crisis hebben toege laten. Nog in het laatst van Juli 1914 zou Engeland door een besliste beslotenheid den oorlog hebben kunnen voorkomen. Het had toen duidelijk antwoord moeten geven op de zoo herhaaldelijk door de Russische regee ring gestelde vraag, wat men daar van Engeland te hopen of te vreezen had. Had de Britsche regeering toen ruiterlijk ver klaard, dat ze Rusland zou steunen, dan zou Duitschland wel een middel hebben gevon- Toen de oorlog dreigde in 1914 wer den de bruggen, die toegang gaven over de groote rivieren dadelijk door soldaten bezet. De brug te Wester voort onder bewaking KEIZER FRANS JOSEF den om de geweldige crisis te bezweren. In zooverre kan men Engeland verantwoorde lijk stellen voor den oorlog. Maar dan moet de verklaring deze zijn, dat Engeland te vredelievend is geweest en daardoor besluiteloo s". Deze besluiteloosheid van Juli 1914 vindt in Juli 1939, gelukkig, geen herhaling. De partijen zijn thans duidelijker gemarkeerd; ook de inzet is nu in al zijn scherpte over zien. Wie zulks overweegt ziet daarin reden voor een gematigd optimisme met het oog op Europa's naaste toekomst. Hoe de kaart van Europa er destijds uitzag DE kaart van Europa in den zomer van '39 is wel geheel anders dan die van Juli 1914. Er zijn sindsdien zoovele grenizen uit- gewischt, opnieuw getrokken en vervolgens nog eens gerectificeerd, dat men zioh de oude verhoudingen nauwelijks meer kan voorstellen. De landen, die aan dien gealli eerden kant streden, zijn op bijgaande his torische kaart gearceerd aangegeven; de „centrale" mogendheden waren Duitsch land, Oostenrijk-Hongarije, Bulgarije en Turkije. De jaartallen der oorlogsverklaringen zijn binnen de grenzen van elk land ver meld. Wij geven hier nog eenige data: 28 Juli 1914 verklaart Oostenrijk aan Ser vië den oorlog. 28 Juli 1914 verklaren Servië en Monte negro den oorlog aan Oostenrijk. 31 Juli 1914 mobiliseert Rusland om Ser vië te helpen, want het was verzekerd van de hulp van Engeland en Frankrk. 1 Augustus 1914 verklaren Duitschland en Rusland elkander wederzijds den oorlog. 2 Augustus 1914 verklaart Duitschland België den oorlog, gemotiveerd door „Kriegsnotwendigkeit". 3 en 4 Augustus 1914 verklaarden Engc- lang en Frankrijk don oorlog aan Duitsch land cn Oostenrijk. 4 Augustus 1914 verklaarden Duitschland en Oostenrijk Engeland en Frankrijk den oorlog. 4 November 1914 kwam Turkije bij do centralt>n. 9 Mei 1915, schaarde Portugal zich aan de zijde van Engeland en Frankrijk. 23 Mei 1915 koos Italië partij en sloot zich bij de geallieerden aan. 5 October 1915 aangelokt door Turkije, sluit Bulgarije zich aan bij de centralen. Januari 1916, voegt Albanië zich bij Ser vië. 27 Augustus 1916 zag Roemenië meer zekerheid in de geallieerden, liet zijn neu traliteit varen en kwam bij de as der ge- Het laatste land in Europa, dat de zijde van Engeland en Frankrijk koos was Grie kenland, dat 29 Juni 1917 zijn neutraliteits politiek moaet opgeven. Zooals de kaart weergeeft beheersohten Duitschland slaagt er niet in Frankrijk te verpletteren Via den loopgravenoorlog naar de nederlaag TOEN eenmaal de oorlog een feit was ge worden, en Duitschland zich genoopt zag aan twee zijden front te maken, zoowel tegen Rusland als tegen Frankrijk, leek het de beste strategie te zijn, zoo spoedig moge lijk naar het Westen op te rukken, teneinde zich van de kusten van de Noordzee mees ter te maken. De Franschen immers waren als tegenstanders in veel meerdere mate te duchten dan de Russen, wier te uitgestrekte rijk en slecht verzorgde organisatie belem merende factoren waren voor een spoedige krachtsontplooiing. De Duitsche generale staf, die strijd op deze beide fronten had voorzien, had dan ook niet anders te doen, dan reeds lang bestaande, en zorgvuldig uitgewerkte plannen practisch te gaan uit voeren. Daartoe behoorde o.a. de schending van het Luxemburgsche en het Belgische grondgebied, een daad, welke weliswaar ern stige gevolgen zou moeten medebrengen, ge lijk de oorlogsverklaring van Groot-Brittan- nië, doch aan den anderen kant zeer aan zienlijke voordeelen beloofde. Op ons in Nederland hebben deze eerste oorlogsdaden bij Visé, zoo kort onder onze eigen grens, een zeer diepen indruk ge maakt. Men kon den donder van het los brandend gesohut hooren, men zag op ver ren afstand den brand van huizen en hof steden, kortom, het was de gruwel der ver woesting, welke zich baan brak, onmiddel lijk in onze omgeving. Wij behoeven hier nauwelijks te herinneren aan de kranige wijze, waarop het niet zeer krachtige Bel gische leger aan dezen eersten stoot het hoofd bood; de Maasovergangen werden tot het uiterste verdedigd, al lag tusschen eer sten aanval en noodzaak tot terugtrekken, dank zij het Duitsche technische en nume rieke overwicht, een slechts gering tijdsver loop. Na de Maasoverschrijding richtte zich de druk der opmarcheerende Duit sche troepen tegen Luik, de vesting, welke met haar koepel forten onneem baar werd geacht. Doch na een korten stilstand in de actie, welke dienen moest om het extra-zware moderne geschut in stelling te brengen, volgde zulk een hev'ge beschieting van dezen vestinggordel, dat de voornaamste stellingen aldra in puin lagen. Wij herinneren in dit verband slechts aan het tragische lot van het ford Loncin, dat door een voltreffer als het ware in de ludht werd geblazen. Zoo werd België, ln een tempo, dat geheel aan de Duitsche verwachtingen beantwoord de, onder den voet geloopen en ook it Frankrijk ging het al weinig anders. D: Duitsche vloedgolf sloeg vervaarlijk over de lang gestrekte grens, en vaagde alles voor zich uit. Slechts enkele vestingen bleven in deze inundatie overig, en volhardden in hun taaien weerstand; overigens was het voor Franschen en Belgen débacle na débacle. Brussel, onder burgemeeter Max. zag de veldgrauwe kolonnes al heel spoedig door zijn straten cpmarcheereneindeloos, eindeloos gingen ze voorbij, gelid dicht ach ter gelid, de Duitsche leger-afdeelingen. Ant werpen kende de verschrikking van een bombardement en van een masealen brand, welks vlammen hooguit oplaaiden. Toen ook greep de groote exodus plaats van een bevolking, die door een paniek werd bevan gen, en met stukken huisraad beladen, of vee voor zioh uitdrijvende, de richting in sloeg van de voorloopig nog veilige Neder- landsche grens. Wat geld bezat en paspoor ten scheepte zich overhaast in op schepen, die het Kanaal overstaken, om Engeland te bereiken; anderen vochten en drongen om een plaatsje in een spoorwegcoupé, of des noods in een open veewagen, en zóó, samen gedromd en geklist, kwam men ons Brabant in, om door te worden gezonden, tot ver in de elf provinciën. Tot September duurde ononderbroken het Duitsche succes en leek het, of de overmoe dige leus, die men op muren en spoorwagens geschreven zag, „Nach Paris!", wel eens ce geallieerden de afsluiting van de Noord- Oostzee en van de Middellandsche Zee. De centralen beheerschten de Dardanellen. De lezer zak bij het aandachtig beschou wen van de kaart tot een goed inzicht ko men van de veranderingen in de staatkun dige formatie van Europa sinds 1914. Ons leger aan de grens. Resp. een Hollandsche en een Duitsche grens wacht: mitrailleurs staan opgesteld: boomen worden omgehakt om vrij schot te hebben. werkelijkheid zou kunnen worden. De slag aan de Marne, in September, waar de ver eenigde Fransche en Engelsche legercorpsen onder generaal Joffre in een drieclaagsche worsteling er in slaagden, de Duitsche hoofdmacht tot stilstand te brengen, en ver volgens terug te slaan, beteekende 't eerstel groote keerpunt. De verrassende opzet van het Duitsche aanvalsplan was mislukt; wat men als een „bliksemoorlog" bedoeld had, al gebruikte men destijds dez^n term wel licht nog niet, ging verloopen in een lang zame worsteling. Het werd de tijd van den stellingoorlog. Men had gefaald in zijn voornemen Frank rijk te verpletteren, om vervolgens op zijn gemak de rekening met Rusland te kunnen gaan vereffenen. De Russische legers zijn feitelijk de eenige geweest, die daardoor de kans hebben kunnen aangrijpen, op Prui sisch gebied door te dringen, en den strijd daar in te zetten. Men zal zioh herinneren, dat deze successen overigens van slechts korten duur zijn geweest; Hindenburg en Ludendorf slaagden er spoedig in, de troe pen van den Tsaar bij de Masurische meren een zoo volslagen nederlaag toe te brengen, dat hun offensieve kracht gebroken werd. Duitschland streed nu inderdaad op twee fronten! doch beide terreinen van actie lagen buiten zijn eigen rijksgebied. Hoewel terug geslagen in het Westen, hielden de Duit- schers een groot deel van Frankrijk en België bezet in een front, dat van de Noord zee tot aan de Zwitsersche grens liep. Ruim vier en veertig maanden, schommelde de strijd hier heen en weer, offensief na offen sief vroeg bloedige offers; tusschen de linies lag het befaamde, zeggen we liever beruchte Niemandsland, terrein van gra naattrechters, roestig prikkeldraad, ontbin dende lichamen. Bij Verdun deden de cen trale mogendheden titanische pogingen, om het front der geallieerden te doorbreken, en met een heldhaftigheid en een doodsver achting, die schier ongeëvenaard waren, hielden de verdedigers hier stand, ten koste helaas, van ontzagwekkende offers. Engel- schen en Franschen spanden zich tot het uiterste in aan de Somme, om de overwin ning te forceeren; eveneens tevergeefs. In middels werd Rusland als combattant uit geschakeld; -de aan het bewind geraakte communistische regeering sloot te Brest Litowsk een afzonderlijken vrede. Wat den Balkan aangaat, Servië en Mon tenegro waren geheel in handen der cen tralen; Roemenië bezweek eveneens, en de Dardanellen konden door de Fransch-Engel- sche strijdkrachten niet worden bedwongen, Gallipoli heeft heel wat vruchteloos bloed gevergd! Het laatste bedrijf van het ontzettend drama' werd ingezet door een groot offen sief der Duitschers in Noord-Frankrijk, het welk hen na een strijd van vier maanden tot over de Marne bracht. Doch toen kwam in Juli 1918 het tegenoffensief, waarin Engelschen, Franschen en Amerikanen onder Foch aan de Duitschers een neder laag toebrachten. Van toen af ging het met hen in terugvvaartsche richting; vier jaren van onafgebroken strijd hadden de Duitsche legers uitgeput; de voorraden opgebruikt; den weerstand en den moed van het volk ondermijnd. Toen het bericht kwam, dai Bulgarije om vrede had gevraagd, en Turkije en Oostenrijk dit voorbeeld weldra volgden, werd de toestand voor Duitschland hachelijk. De dubbelmonarchie viel uiteen in verschillende republieken; in Duitsch land trachtte men door concessies en toe geeflijkheid een revolutie te voorkomen, die reeds was doorgebroken toen op den elfden November 1918 de wapenstilstand een feit werd. In Duitschland waren geen tronen meer, en in Nederland toefde een vorstelijke vluohteling, die sindsdien zijn vaderland niet weder zou terugzien. Men weet, hoe sinds dezen wapenstil standsdag van November 1918 de toestand zich verder heeft ontwikkeld. Wilson kwam naar Frankrijk, om in Parijs en Versailles de vredes-onderhandelingen mede te maken, en den grondslag te leggen voor een inter nationaal statuut, hetwelk den oorlog zou moeten uitbannen. Het resifltaat is geweest een vrede, die aan het overwonnen Duitsch land werd opgelegd, en die de kiemen van velerlei nieuwe onrust in zich borg, omdat hij verre van volmaakt was. De herstelbe talingen, aan d§ Duitschers opgelegd, heli- ben een goed deel van het economische leven ontwricht; de Volkenbond is jaren lang een instelling geweest, die in tegenstel ling met het bekende woord van Mefisto, steeds het goede wilde, en in meerdere ge vallen het kwade voortbracht. Tenslotte heeft, als wellicht bitterste vrucht van den grooten broederstrijd, waarin de wereld vier jaren gedompeld is geweest, Europa de ver schijning aanschouwd van achtereenvolgens bolsjewisme, fascisme en nationaal-socialis- me, en daarmee naar het wel lijkt, een ken tering in de beschavingsgeschiedenis be reikt. De onheilen, die in de zomermaanden van 1914 over ons kwamen, en die in Septem ber 1938 opnieuw aan den horizon begonnen te doemen, bedreigen ons thans, een kwart eeuw na het aanbreken van het meest tragi sche tijdvak uit de menechelijke historie, wederom en in versterkte mate. God behoede wereld en menschheid voor nieuwe cata strofen, daar elke volgende schrikwekken der en verwoestender dan die aan haar voorafging lijkt te zullen worden,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1939 | | pagina 8