MACARONI KEÜ1BAB Gemengd Bloed thotom.: WOENSDAG ia JULI 1939 EERSTE BLAD PAG. 2 ENGELAND MAAKT ZICH GEREED Een rustige mobiliseering van krachten Strategische brugaanleg bij Danzig LONDEN, 8 Juli. De entree te Londen was niet erg hoopvol. Beladen met bagage kwamen we uit Noor delijker streken van Engeland en dus was onze eerste gang naar een garderobe in een yan de underground-stations om voorloopig van enkele koffers bevrijd te worden. Maar zoo gemakkelijk ging dat niet- Alles moest opengemaakt en als echte douane-beambten gingen de employé's van den vervoerdienst na, of er tusschen onze kleeren en boekeu misschien ook 'n verscholen bom zou zitten. Toen dit examen- met gunstig gevolg door staan was en we ons naar het Britsoli Museum begaven, geschiedde daar iets der gelijks. Voor den ingang stonden twee for- sche portiers, die in elke tasch, in elke kof- Ier kijken wilden en niemand kon het Museum binnengaan, tenzij hij aan deze proef onderworpen was geweest Zoover was het dus gekomen in het cen trum van het machtige Engelsche wereld rijk, dat een groep terroristen een aantal strenge instructies aan allerlei colleges van beambten en ambtenaren kon doen opleggen en dat heel hei bewakingsapparaat van de hoofdstad in werking geste-d moest worden om de fraaiste bezienswaardigheden en de meest belangrijke verbind ings-middelen voor brute vernieling te vrijwaren. Dit alles lijkt een tceken van zwakheid, 'doch toen wp eenigen tijd her en der had den rondgekeken, ons oor op verscheidene plaatsen te luisteren hadden gelegd en heel wat gesprekken met vele Engelschen uit verschillende deelen van het rijk hadden aangeknoopt, kregen we den indruk, dat terroristen wel kunnen pogen, nu en dan een, soms gevoeligen, prik toe te brengen, docfh dat men hierin nog geen bewijs mag zien van gebrek aan kracht en geest in het land zel-f. Integendeel, ook voor den toe schouwer, die niet al te diep bevooroordeeld wil zijn, is er iets te bespeuren van het ont waken onder do Engelschen, laat 6taan dan Voor hem, die zich de moeite veroorlooft Een weinig dieper te graven. Er is wat men zou kunnen noemen een rustige mobiliseering van krachten. Mei veel uiterlijk vertoon gaat dit niet gepaard en wie het anders verwachten zou. voelt zich misschien teleurgesteld en loopt kans. spoedig bedrogen uit te komen. Ook zeggen de menschen niet veel. Maar wat ons na een vernieuwd bezoek aan dit land en vol i ppviel, was de kalme zekerheid. Men is reeds gewoon geraakt aan 't werk, 'dat gedaan wordt, en in snel tempo gedaan, om de bewapening op peil te brengen. Toec we met een gezelschap in de nabijheid van Ben belangrijk militair vliegveld kwamen, .waarboven het een voortdurend geronk was Van een groot aantal vlugge machines, werd hiervoor niet die belangstelling aan den 'dag gelegd, die wij voor dergelijke dingen plegen te koesteren. En een paar dager, later wandelende langs de werkzaamheden die in de voornaamste Londensohe parken verricht waren met het oog op de bescher ming van de burgerbevolking tegen lucht aanvallen, zagen we betrekkelijk weinig menschen, die er nog een kijkje kwamen nemen. Simipele bijzonderheden zijn het, maar iets van den geest zeggen zij toch wel. Het leven gaat gestadig door. Zooals men Weet, werd in den laatsten oorlog 't parool uitgegeven: „Business as usual", „Het zaken- loven moet voortgang hebben als in nor male dagen". Het is nog niet zoolang ge leden, dat aan die zinspreuk herinnerd .werd. Welnu, slechts zelden zagen we deze woorden in een winkel-etalage staan. Maar geheel ermee in overeenstemming was het dat nergens van gejaagdheid iets viel op te merken. En toen we het parlementsgebouw eens binnenstapten, hoorden we daar Sir John Simon een reeks belangrijke finan- cieele voorstellen verdedigen met een rus tige bezonkenheid, die weldadig aandeed, tpmidden van de waardige en toch zoo ge moedelijke omlijsting, welke het Engelsche parlement nu eenmaal vormt Doch intusschen maakt men zich voor 'eventualiteiten gereed. Brcede spandoeken overal in de stad wekken de jongelui op, zich te voegen bij het leger. En in het post- kanloor en waarom zouden ze daar alleen liggen? troffen we enkele boekjes aan, voor ieder om mee te nemen, waarin men inlichtingen kan vinden omtrent de voorwaarden van den dienst in onderschei dene takken van „His Majesty's Army", helder en vlot geetyleerd, met mooie il lustraties. Een brochure in frissche kleuren wekt daarnaast op tot toetreden tot do „Royal Air Force", waan'an gezegd wordt, dat het is „A life for men". Inderdaad, de indruk is niet verkeerd, 'dien men reeds opdoet, wanneer men bij Harwich de rivier opvaart. Men ziet daar verscheidene forsche vliegbooten en snelle 'oorlogsbooten: Engeland is voorbereid. De autoriteiten van Danzig gaan de voorbereidende werkzaamheden bespoe digen voor den aanleg van een noodbrug over de Nogat, een arm van de Weioh- sel, welke de grens vormt tusschen Oost- Pruisen en Danzig. De brug zou worden gelegd tusschen Kaesemark en Rotehte en zou einde Juli klaar zijn. Ook op andere plaatsen zullen bruggen komen. De reden voor dezen bruggen bouw zou van strategischen aard zijn. Het zou er om gaan de eventueele aan komst van Duitsche troepen uit Oost- Pruisen zooveel mogelijk te bespoedigen, aldus Havas Gouwleider F r s t e r heeft in een rede een nieuwen eisch geformuleerd, nJ. de op heffing van de Westerplatte, welke zich aan de monding van de Weichsel bevindt en aar Poolsche versterkingen en munitie depots zijn ingericht. Reeds in 1933 waren zij voorwerp van een conflict tusschen Polen en Danzig. Overigens heeft Förster verklaard, dat de autoriteiten der vrije stad aan de Poolsche regeering den invoer van munitie zouden moeten verbieden, gezien bet gevaar dat de vrije stad loopt in geval deze munitie tot ontploffing zou komen. Men herinnert zich in dit verband ie 'Var- schau. dat de „Danziger Vorposten" zich er de vorige week over had beklaagd, dat de Poolsche autoriteiten geen gebruik maakten de haveninrichtingen van Danzig en dat invoer van munitie over Gdynia werd gedirigeerd, dat volgens het Danziger blad door Polen op duidelijke wijze werd begun stigd. Britsche bommenwerpers boven Frankrijk Geslaagde oefentocht van 150 machines Honderdvijftig Engelsche bommenwerpers, verdeeld in twaalf eskaders, hebben op basis der Fransch-Britsche militaire samen werking oefenvluchten boven het Fransche grondgebied gemaakt, een proefneming, welke uitstekend is geslaagd. Vier eskaders zware bommenwerpers, die de Midlands gestationneerd zijn, vlog< kar Bordeaux, via Le Havre en terug via Cherbourg, een afstand van ongeveer 1200 mijl, waarbij zij een economische snelheid handhaafden van ongeveer ISO mijl per uur, hetgeen hoogelijk beneden het maximum is. Acht eskaders middelzware bommenwer pers vlogen over een driehoekige route naar le Havre, Saumur en terug via Cherbourg, een afstand van S00 mijl met een gemiddel de snelheid van 200 mijl per uur, eveneens ten zeerste beneden de maximum snelheid. Al deze bommenwerpers zijn in staat te vliegen naar de verst afgelegen Europeesche hoofdsteden en terug in één dag met oen volledige lading bommen, waarna zij nog een ruimen voorraad brandstof houden. Alle vluchten werden zonder tusechenlan- dingen uitgevoerd en zonder eenigen tegen slag ten einde gebracht Vier eskaders middelzware bommenwer pers hebben een driehoekig circuit van bijna 800 mijl afgelegd in nog geen vier uur vliegen. De tocht duurde van ongeveer 9 L'ur tot omstreeks 13 uur. De vier overige eskaders middelzware bommenwerpers keerden korten tijd later terug. Zij hadden dezelfde route in ongeveer vier uur afgelegd. Twee der eskaders zware bommenwerpers, die op langen afstand vlo gen, tusschen de 1100 en 1200 mijl, naar Zuid-Weet-Frankrijk, zijn even voor 14 uur teruggekeerd. Zij hebben den tocht vol bracht in nog geen 6V2 uur. Alle toestellen vlogen met kruissnelheid. Frankrijks a.s. nationale feestdag Aanzienlijk Brltsch bezoek te Parijs. De Britsche minister van oorlog, Hore Be- lisha, admiraal Dudley Pound, de Eerste Zeelord, Sir Cyril Newall, de maarschalk en chef van het Britsche luchtleger, en generaal Gort, chef van den generalen staf van hit landleger, zullen op 14 Juli de troepenrevue te Parijs bijwonen. Voorts zullen 200 Britsche marine-soldaten en de uit 50 man bestaande muziekkapel der Royal Marines aan de wapenschouw deei nemen. De strijd in Mandsjoekwo's grensgebied De Japanners behouden het terrein In een interview met de buitenlandsche correspondenten heeft de bevelhebber van de Japansche troepen aan het front langs de rivier Khalka wiens naam niet mag worden gepubliceerd gisteravond ver klaard, dat nog slechts 200 man Mongoolsch- Russische troepen op den rechteroever staan voor den Japanschen rechtervleugel. Eemige tanks en ruiters berinden zich er eveneens nog, meer stroomafwaarts. De bevelhebber voegde hieraan toe, dat hij zeor streng bevel gekregen heeft om de rivier Khalka onder geen beding over te steken. DE GRENS VAN MANDSJOEKWO WEK UW LEVER-GAL OP en u zult 's morgens uit bed springen, gereed om bergen te verzetten, lederen dag moet uw lever een liter lever-gal in uw ingewanden doen vloeien. Wanneer deze stroom van De r a zijn slechts lapmldde- oh voelen. Onschade lijk. plantaardig, zacht, onovertroffen om de lever- SfEischt°Cartér^'eLever-Pilletjes bU apothekers en drogisten, f. 0.75. (RecL) De Japansche troepen, zoo zeide hij, zullen dus hun succes niet uitbuiten en h dent zal gesloten worden, zoodra de rechter oever geheel bevrijd zal zijn. Gistermiddag is van Japansche zijde officieel meegedeeld, dat de Japansche strijdkrachten de Russische en buiten- Mongoolsche troepen over de grens heb ben gedreven en dat het grondgebied van Mandsjoekwo thans geheel van vijande lijke strijdkrachten gezuiverd is. De woordvoerder van het ministerie van oorlog te Tokio heeft getracht te verklaren, waarom de Japansche luchtmacht in de 71 dagen, dat de gevechten bij Nomonhan heb ben geduurd, niet minder dan 522 vijande lijke vliegtuigen zou hebben vernield, terwijl zij er slechts 4 verloor. Hij voerde hiervoor aan het verschil in gevechtstaktiek, het feit, dat de vijandelijke vliegtuigen van 1934 en 1935 dateerden, terwijl Japan de modernste toestellen gebruikte, en het gebrek aan er varing der vijandelijke vüiegers. Senaatscommissie verzet zich tegen Roosevelt Neutraliteitswet niet in behandeling De Amerikaansche senaatscommissie voor buitenlandsche zaken heeft met 12 tegen 11 stemmen besloten de behandeling neutraliteitskwestie uit te stellen tot de vol gende zitting. De senatoren George en Gillette, die Roo sevelt bij de verkiezingen van verleden jaar getracht heeft uit den senaat te krijgen, hebben ten gunste van het uitstel gestemd. De leider van de meerderheid in den se naat, senator Minton, heeft later verklaard, dat waarschijnlijk door Roosevelt sluit zou worden genomen om de behande ling van de neutraliteitswet uit de handen van de senaatscommissie te nemen Onmiddellijk na de stemming in de se naatscommissie werd gesproken over de waarschijnlijkheid van een speciale zitting van het congres. Dit komt omdat de moge lijkheid bestaat, dat de wereldgebeurtenis sen zidh op zoodanige wijze zouden kunnen ontwikt elen, dat besluiten omtrent de neu traliteit raadzaam zijn voordat de volgende gewone zitting begint. Senator Minton heeft tegenover de pers verklaard, dat, wanneer de wereldtoestand niet verbetert, het „mogelijk is dat Roose velt ons terstond na de verdaging weer bij eenroept". Pittman, de voorzitter van de senaats commissie voor buitenlandsche. zaken en Wagner Thomas hebben tegen uitstel ge stemd. De ontruiming van Italiaansch Tirol Verboden verblijf voor vreemdelingen Van gezaghebbende zijde te Rome is nog geen enkel bericht ontvangen betreffende het bevel der Italiaansohe autoriteiten aan de vreemdelingen, die verblijf houden in de streek van oen boven-Etsch (Italiaansch Tirol) om binnen kort tijdsbestek dit gebied te verlaten. De diplomatieke vertegenwoordigers van Frankrijk Engeland, Zwitserland en Neder land, hebben zich in verbinding gesteld met het ministerie van buitenlandsche zaken ophelderingen over dezen maatregel in te winnen. De maatregel betreft een zeker aantal Ne derlanders en Zwitsers, dertig Engelschen en vijftien Franschen. De Russisch-Japansche geschillen op Sachalin Scherpe prolesten te Moskou Van gezaghebbende zijde wordt ver nomen, dat de Japansche regeering haar ambassadeur opdracht heeft gegeven bij de Sovjetregeering scherp te pro testeeren tegen het optreden van de Sowjets tegenover de concessiehouders der petroleumvelden en kolenmijnen in Noord-Saohalin. In kringen, waar men op de hoogte is van dei. toestand, aldus Domei, gelooft men. dat het tot ongelukkige verwikkelingen zal kun nen komen, tenzij de So" jetregeering haar houding verandert, terwijl de Sowjets ver antwoordelijk zullen zijn voor de gevolgen. De redenen voor het protest der Japansche regeering te Moskou zijn, naar verklaard wordt, gelegen in een bevel van een Rus sisch gerechtshof aan twee Japansche kolen maatschappijen om groote bedragen (Tass spreekt van 375.000 roebels) te betalen als schadeloosstelling voor haar in gebreke blij ven de noodige goederen en levensmiddelen aan haar Russische arbeiders te verstrekken. Volgens de Japanners werd deze voorzie ning belemmerd door de inmenging der Sowjets bij het transport der goederen. Ver klaard wordt, dat de Sowjet-autoriteiten in Noord-Sachalin den Japanschen maatschap pijen heeft laten weten, dat hun terreinen in beslag zullen worden genomen, tenzij vóór 19 Juli de schadeloosstelling zal zijn betaald. Volgens een bericht van Tass hebben de bedoelde maatschappijen sedert 193" de ar beidsvoorwaarden van het personeel stelsel matig verslechterd. De maatschappijen heb ben de overeenkomst voor de mijnconcessie geschonden dcor, naar verklaard wordt, de levensmiddelenrantsoenen en de loonen der arbeiders te verminderen. Daarop werd den maatschappijen door de Russische vakver- eeniging van mijnwerkers een proces aan gedaan. Gisteren heeft de militaire gouverneur van Madrid, generaal Espinosa de los Monteros, persoonlijk een bezoek gebracht aan het Fransche consulaat, waar hij werd toegela ten tot het ziekbed van den gewonden Fran schen consul, Pigeonneau. De generaal bood zijn verontschuldigingen aan en wensclite een spoedig herstel. Verder vroeg hij persoonlijk den consul naar de omstandigheden van den aanval, aarvan dec.e het slachtoffer is geweest. De ilitaire autoriteiten zullen een onderzoek instellen. Het bezoek van den generaal duur de ongeveer veertig minuten. BELGISCH PARLEMENT OP RECES De Belgische koning heeft gisteren het sluitingsdecreet voor de parlementszitting onderteekend. In den ministerraad helbben de ministers van nationale defensie en koloniën uiteen zettingen gegeven over het probleem van de defensie der koloniën. met iottnef uftrtstye OP HET BLIKJE VELERLEI KNAX-tKOTlM De laatste phase van het Duitsche jodendom Nieuwe methode inzake de emigratie (Van onzen Duitschen correspondent) „Nadat de jood in Duitsohland uitgescha keld is, vragen wij ons af: hoe konden wij he<m zoolang dulden? En dan: waarom ver dragen de anderen ze nog?" Ziedaar een tweetal vragen, welke wij in het Zondags nummer van den „Lokal-Anzeiger" lezm. Het antwoord werd te München, in de „Hoofdstad der Beweging", gegeven tijdens het congres van het „Rijksinstituut voor de Geschiedenis van het Nieuwe Duitschlanci". De Jood toont een internationale houding. Hij past zich aan en doet na- Hegel typeerde den Jood Abraham reeds als een mensch, die zich vim alle natuurlijke verbondenheid met de natuur losmaakt en als vreemdeling overal geniet, wat niet door hem gezaaid De geleerde, die op dit congres deze dingen aan zijn luisteraars vertelde, was professor G run sky (München) Zijn ambtsbroeder, professor W. Frank, ging nog een stapje verder, want hij ont leende zijn voorbeelden niet aan het Oude Testament, doch aan de geschiedenis uit den keizerlijken tijd: „Emil Rathenau hield slechts uiterlijk in den frac van een „Kom- merzienrat" de wildheid*van een roover ver borgen, waarmee hij zich financieel had om hooggewerkt tot de driehonderd kapitalis ten, die Europa beheerschten". En over diens zoon, dien wij persoonlijk na den oor log als minister van Buitenlandsche Zaken meemaakten, zegt de hooggeleerde: „Walter Rathenau ging weliswaar ook den weg van geld en macht, doch met een kwaad ge weten door het voortdurend conflict van zijn ziekelijke liefde en zijn ziekelijke haat tegen over het blonde ras, waarvan hij zich reeds als knaap door zijn negerachtig uiterlijk uitgeschakeld wist". Het zou te ver voeren, wanneer we al de vooraanstaande Joden wilden noemen, die tijdens dit congres te München door hoog geleerde Duitschers als misdadigers en min derwaardige creaturen aan de kaak zijn gpsteld. Wij wilden er slechts even op wijzen, hoe het huidige Duitschland zijn eigen cultureele waarde tracht te verhoo- gen, door de „sterren uit Juda" voor te stel len als een soort menschen, waarmee een doodgewone Duitscher eenvoudig niet kan en niet m a g samenleven. En onder deze omstandigheden is het dan ook duidelijk, dat er in het laatst verschc nen nummer van het „Reichsgesetzblatt" we verordeningen verschijnen, welke 't Jodenvraagstuk in Duitschland in een nieuw stadium brengen. Men is overgegaan tot de stichting van een „Rijksvereeniging van Joden in Duitschland", wier taak het in de eerste plaats zal zijn. de emigratie te bevorderen, terwijl ze voorts belast is met het Joodsche schoolwezen en de ondersteu ning van behoeftige .Toden. ze organisatie is gevestigd te Berlijn. Alle godsdienstige organisaties in de var- schillende Duitsche steden worden voortaan als haar onderafdeelingen beschouwd en ook Joden, die den l6raëlitischen godsdienst niet belijden, zijn geheel op deze religieusel organisaties aangewezen. Loden der Rijks* vereeniging zijn alle Duitsche en Staten* looze Joden. Zij, die met een arische vrouwi getrouwd zijn, behooren tot de vereeniging, wanneer ze geen kinderen hebben of wan* neer hun kinderen door opvoeding of on* andere redenen als Joden beschouwd kun* nen worden. Zijn hun kinderen bastaarden, dan staat't hun vrij, al of niet lid dier ver eeniging te worden. Waarmede indirect ge* zegd wordt, dat Joden, die met een arischa vrouw getrouwd zijn en niet-joodsche kin deren hebben, niet behoeven te emigreeren* dus oogluikend tot de Duitsche volksge* ieenschap worden toegelaten. Het officieuse commentaar tot deze wet zegt nadrukkelijk, dat Duitschland in geer* enkel opzicht van zijn anti Semitisch eind* doel afziet en dat men niet zal rusten, vooc de laatste Jood het land voor goed veriater* heeft En voor 't eerst geeft men te kennen, dat ook de buitenlandsche Joden hiermee rekening dienen te houdenl Menl schijnt ingezien te hebben, dat de tot dus* ver gevolgde methode niet de juiste was* Vooral door practisch vakonderwijs wil mei* de emigratiekansen thans bevorderen, ter* wijl men tevens erkend schijnt te hebben, dat er voortaan van emigratie niets meen terecht komt, indien men den Joden hui* laatste eigendommen ontneemt om ze als be rooide schooiers af te schuiven! Duitsche scholen mogen voortaan doofl Joodsche kinderen niet meer bezocht wor den. Joodsche onderwijzers, die indertijd ontslagen zijn maar pensioen genieten, moeten zich ter beschikking stellen van da Rijksvereeniging en alle particuliere Jood* sohe scholen worden haar toegewezen voor* ►over zij er behoefte aan mocht hebben. Van ingrijpend belang is het feit, dat dB ondersteuning van behoeftige Joden voort aan geheel wordt overgedragen aan dd Rijksvereeniging- We herinneren eraan, dat de Joden al geruimen tijd hun eigen „win* terhulp" bezitten, zoodat de bijdragen var* Duitsche middelen aan minvermogende Jo den allang tot een minimum geslonken war ren. De Rijksvereeniging zal echter niet slechts de in Duitschland verblijvende Jo* den, die geen middelen van bestaan meefl hebben moeten ondersteunen, ze zal ook! hen, die willen emigreeren, aan een bedrag dienen te helpen, waarmee deze althans voor den eerstkomenden tijd in een nieuvrt land kunnen uitkomen. Vraagt men ons tenslotte, waar al dat geld vandaan moet komen, dan wil 't ons toeschijnen, dat een belangrijk deel ervan zal worden opgebracht uit de grootendeels door den staat in beslag genomen Joodscha vermogens van emigreerende kapitaalkrach* lige Duitsche of Statenlooze Joden. Mei* ziet: Joodsche invloed op het Duitecha leven is radicaal uitgeschakeld. Joodscihj kapitaal staat geheel onder staatscontrole en thans is de laatste plhase voor hen aan gebroken: verdrijving van alle Joden uit het Duitsche staatsgebied. 149. Op dat ogeniblik maakte de leeuwen welp een sprong en kwam op de leuning vlak bij het hoofd van den vorst terecht, De Koniing keek even opzij. Wonder boven wonder schrok de vorst helemaal niet De glanzende ogen, de geopende bek wa ren nu vlak bij zijn gezicht De leeuw strekte een poot uit Op dat ogenblik vloog Rwiebus wild, mat uitgestoken dolk tegen den Koning op. Hij wou zijn nieuwen vriend redden. Rwiebus walde toesteken. Maar de man vóór hem hief z'n handen afwerend omhoog. Eén slag tegen Kwiebus' elleboog en het dolkje smakte met een doffe plof op de grond. De leeuw gromde. 150. Op dateelfde ogenblik veranderde! de lieve Opa in een felle vijand. Zijn ogen schoten vuur. „Zo jong en dan al een sluipmoordenaar'*! siste hij tussen z'n tanden. „De guilliotin« wacht je". Hij pakte den jongen stevig beet, greep dei tafelschel en belde luid en dringend. Een lakei vlooog onthutst binnen. „Sluit dezen moordenaar in de kerker" be* val de vorst. .Hij wou me lafhartig door* steken. Zorg,, dat hij niet ontsnapt, hif moet als afschrikwekkend voorbeeld dg zwaarste straf hebben". Toen bukte de Koning zich over Lionno, zijn tam. jong leeuwtje heen, waar hij some uren mee speelde. Een Algiers stamhooofd had hem het dier cadeau gegeven. |reen verhaal uit het midden der vorige eeuw door DI.J.A.VI55CHER. (3 Zoo leerden de Indianen van hen den grond bebouwen, en hoe ze jagen moesten. De armzalige voeding met insecten en larven en wortels van weleer was al lang vergeten. Ze leerden hun spijzen smakelijk te bereiden door ze te koken, en in plaats van het vleesch en de wormen als een beest te verslinden, leerden ze nu hoe ze bakken en braden konden. Het werd er een lusthof. De wilden waren uit hun bos- schen te voorschijn gekomen en hadden hun woningen gebouwd rondom de kerk, midden tusschen de korenvelden en de boomgaarden met ooftlboomen. appelen, peren, noten en olijven. De kinderen der Roodhuiden werden onderwezen in het geloof der blanken, en zongen thuis de schoone liederen. Er was een gezegende tijd aangebroken. Jaren achtereen arbeidden de trouwe vaders daar tot groot geluk van allen. Er was volkomen vrede. Onderlinge veeten bestonden er niet langer. Zelfs met de Tuleranos, hun naburen met wie ze vroeger in voortdurenden strijd hadden geleefd, was er vriendschap gesloten toen deze ook tot h«" r' '"-m jvaren bekeerd. Er was een geUukklg volk ontstaan. II Yusito, die door iedereen kapitein don Carlos wercf ge noemd, en die reeds vele jaren hoofdman van zijn stam was geweest, was een stokoud man geworden. Hij zelf beweerde het was nu omstreeks 1860 dat hij 100 jaar was, maar dat was heel erg overdreven. Hij droeg de kroon zijner hooge jaren met fierheid. Kaal was wel zijn schedel, inge vallen waren zijn wangen, het vel hing gerimpeld in plooien over zijn gelaat, maar het oog van den patriarch was nog levendig, zijn gang nog kloek. Maar wel zag men dat hij gebukt ging onder veel verdriet. Hoe jammerlijk waren de schoone dagen van weleer ge ëindigd. Aanvankelijk ging alles zoo goed, toen de monniken de eenige blanken waren, maar onder hun bedienden waren later ook ruwe avonturiers geweest. Die hadden de Rood huiden geleerd om vuurwater te drinken. De monniken hadden met kracht gepoogd dit tegen te gaan, maar het had niet gebaat. Later begonnen er zich Mexicanen te vestigen die, door louter winstbejag gedreven, deze streken hadden opgezocht. Er ontstonden ongeoorloofde verbintenissen, en het na geslacht, dat geboren werd, scheen wel al de ondeugden dier blanken te hebben overgeërfd. Uit de huwelijken met de Indiaansche squaws ontstond het gemengde bloed der Mes tiezen, die na verloop van lange jaren zeer talrijk waren geworden. De mannen van dit geslacht waren wild van aard, de vrouwen hartstochtelijk, en iedereen deed wat hij wilde. Sommige waren rijke planters geworden, die als koningen heerschten, en de inboorlingen als slaven behan delden, De Roodhuiden hadden meermalen zich verzet tegen de willekeur dezer halve blanken, maar altijd dolven zij het onderspit. Ook waren er weer soldaten in het land gebracht, Spanjaarden, die dan zoogenaamd de orde moesten hand haven, doch hun officieren kozen de mooiste meisjes uit onder de squaws, en de inboorlingen hadden geen rechten meer. De monniken streden wanhopig hun strijd tegen dezen wassenden invloed, doch ze konden er onmogelijk tegenop. Aanvankelijk had de kerk, uit voorzichtigheid, die vreem delingen zooveel mogelijk willen weren, omdat haar doel alleen was, de bevolking in stand te houden en tot God te bekeeren. Behalve de Kerk mocht toen niemand vaste goederen be zitten in Californië, dat dus een soort van heilig land was. maar omdat de blanke vrouwen schaarsch waren, hadden ook overigens goed bekend staande dienaars en soldaten een eerlijk huwelijk aangegaan met een inlandsche. En geleide lijk aan was de bevolking van kleurlingen zóó gewassen in het land, dat het inmiddels gevormde bestuur van bezadigde mannen wel gedwongen was, in overleg met de Kerk, hun ergens een vaste woonplaats aan te wijzen. Aanvankelijk werden er drie wijkplaatsen gesticht, één te Los Angeles, de tweede bij Santa Cruz in het midden, en de derde, San José, in het Noorden. Deze nederzettingen werden onder militair gezag gesteld en geheel afgescheiden van de monnikenrepublieken. De kleurlingen mochten ze niet ver laten op straffe van geeseling, kerker- of doodstraf. Deze wijkplaatsen, waarin reeds zooveel ongerechtigheid was bijeengebracht, werden nu weldra oorden waarheen als door magnetische kracht allerlei vreemdelingen werden aan getrokken. avonturiers van allerlei landaard, kwakzalvers, koppelaars, drankverkoopers en spelers. De vermenging die toen onder de bevolking ontstond was van nog veel droe viger aard dan tevoren. Het werd er een wóar Sodom en; Gommorrha. Noch priesters, noch legerhoofden konden die bandelooze menigte in bedwang houden. Ze trok zich weldra niets meer aan van het verbod om de grenzen van de re publiek der monniken te overschrijden, en verspreidde zicK als een pest door het geheele land. Hun voornaamste ken merken waren: trots en wreedheid, luiheid en wellust. De Roodhuiden stieten hen af, de blanken zagen laag op ben neer. Weldra beweerden zij dat het land feitelijk hun toekwam, daar ze geen binnengedrongen blanken waren maar oolc geen wilden, zooals de Indianen. Toen een Mexicaansch bestuur het land regeerde, vochten zij daartegen. Ze bestalen de monniken en plunderden de dorpen der Indianen. Toen Mexico zich vrij verklaarde van Spanje, streden zij tegen dat land, en zoodra deze strijd beslecht was, namen zij de wapenen op tegen hun eigen rasgenooten. Later kozen ze voor de republiek Californië en ten slotte schaarden zij zich, voor den schijn, aan de zijde van de Ver- eenigde Staten. Maar nu kwamen er slechte tijden voor de Mestiezen, want vele Amerikaansche planters kochten den grond op van de Indianen en vestigden zich in het land. Tegen hen waren de Mestiezen niet opgewassen. De ne derzettingen der nieuwe bewoners waren sterk als forten, zij zelf op alles voorbereid, en zoo moest het overgroote deel der kleurlingen zich behelpen met een kleine kans voor een Ievensbestaan. (Wordt vervolgd^

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1939 | | pagina 2