MACARONI
KEÜ1BAB
Gemengd Bloed
thotom.:
WOENSDAG ia JULI 1939
EERSTE BLAD PAG. 2
ENGELAND MAAKT ZICH
GEREED
Een rustige mobiliseering
van krachten
Strategische brugaanleg
bij Danzig
LONDEN, 8 Juli.
De entree te Londen was niet erg hoopvol.
Beladen met bagage kwamen we uit Noor
delijker streken van Engeland en dus was
onze eerste gang naar een garderobe in een
yan de underground-stations om voorloopig
van enkele koffers bevrijd te worden. Maar
zoo gemakkelijk ging dat niet- Alles moest
opengemaakt en als echte douane-beambten
gingen de employé's van den vervoerdienst
na, of er tusschen onze kleeren en boekeu
misschien ook 'n verscholen bom zou zitten.
Toen dit examen- met gunstig gevolg door
staan was en we ons naar het Britsoli
Museum begaven, geschiedde daar iets der
gelijks. Voor den ingang stonden twee for-
sche portiers, die in elke tasch, in elke kof-
Ier kijken wilden en niemand kon het
Museum binnengaan, tenzij hij aan deze
proef onderworpen was geweest
Zoover was het dus gekomen in het cen
trum van het machtige Engelsche wereld
rijk, dat een groep terroristen een aantal
strenge instructies aan allerlei colleges van
beambten en ambtenaren kon doen opleggen
en dat heel hei bewakingsapparaat van de
hoofdstad in werking geste-d moest worden
om de fraaiste bezienswaardigheden en de
meest belangrijke verbind ings-middelen
voor brute vernieling te vrijwaren.
Dit alles lijkt een tceken van zwakheid,
'doch toen wp eenigen tijd her en der had
den rondgekeken, ons oor op verscheidene
plaatsen te luisteren hadden gelegd en heel
wat gesprekken met vele Engelschen uit
verschillende deelen van het rijk hadden
aangeknoopt, kregen we den indruk, dat
terroristen wel kunnen pogen, nu en dan
een, soms gevoeligen, prik toe te brengen,
docfh dat men hierin nog geen bewijs mag
zien van gebrek aan kracht en geest in het
land zel-f. Integendeel, ook voor den toe
schouwer, die niet al te diep bevooroordeeld
wil zijn, is er iets te bespeuren van het ont
waken onder do Engelschen, laat 6taan dan
Voor hem, die zich de moeite veroorlooft
Een weinig dieper te graven.
Er is wat men zou kunnen noemen een
rustige mobiliseering van krachten. Mei
veel uiterlijk vertoon gaat dit niet gepaard
en wie het anders verwachten zou. voelt
zich misschien teleurgesteld en loopt kans.
spoedig bedrogen uit te komen. Ook zeggen
de menschen niet veel. Maar wat ons na
een vernieuwd bezoek aan dit land en vol i
ppviel, was de kalme zekerheid.
Men is reeds gewoon geraakt aan 't werk,
'dat gedaan wordt, en in snel tempo gedaan,
om de bewapening op peil te brengen. Toec
we met een gezelschap in de nabijheid van
Ben belangrijk militair vliegveld kwamen,
.waarboven het een voortdurend geronk was
Van een groot aantal vlugge machines, werd
hiervoor niet die belangstelling aan den
'dag gelegd, die wij voor dergelijke dingen
plegen te koesteren. En een paar dager,
later wandelende langs de werkzaamheden
die in de voornaamste Londensohe parken
verricht waren met het oog op de bescher
ming van de burgerbevolking tegen lucht
aanvallen, zagen we betrekkelijk weinig
menschen, die er nog een kijkje kwamen
nemen. Simipele bijzonderheden zijn het,
maar iets van den geest zeggen zij toch wel.
Het leven gaat gestadig door. Zooals men
Weet, werd in den laatsten oorlog 't parool
uitgegeven: „Business as usual", „Het zaken-
loven moet voortgang hebben als in nor
male dagen". Het is nog niet zoolang ge
leden, dat aan die zinspreuk herinnerd
.werd. Welnu, slechts zelden zagen we deze
woorden in een winkel-etalage staan. Maar
geheel ermee in overeenstemming was het
dat nergens van gejaagdheid iets viel op te
merken. En toen we het parlementsgebouw
eens binnenstapten, hoorden we daar Sir
John Simon een reeks belangrijke finan-
cieele voorstellen verdedigen met een rus
tige bezonkenheid, die weldadig aandeed,
tpmidden van de waardige en toch zoo ge
moedelijke omlijsting, welke het Engelsche
parlement nu eenmaal vormt
Doch intusschen maakt men zich voor
'eventualiteiten gereed. Brcede spandoeken
overal in de stad wekken de jongelui op,
zich te voegen bij het leger. En in het post-
kanloor en waarom zouden ze daar
alleen liggen? troffen we enkele boekjes
aan, voor ieder om mee te nemen, waarin
men inlichtingen kan vinden omtrent de
voorwaarden van den dienst in onderschei
dene takken van „His Majesty's Army",
helder en vlot geetyleerd, met mooie il
lustraties. Een brochure in frissche kleuren
wekt daarnaast op tot toetreden tot do
„Royal Air Force", waan'an gezegd wordt,
dat het is „A life for men".
Inderdaad, de indruk is niet verkeerd,
'dien men reeds opdoet, wanneer men bij
Harwich de rivier opvaart. Men ziet daar
verscheidene forsche vliegbooten en snelle
'oorlogsbooten: Engeland is voorbereid.
De autoriteiten van Danzig gaan de
voorbereidende werkzaamheden bespoe
digen voor den aanleg van een noodbrug
over de Nogat, een arm van de Weioh-
sel, welke de grens vormt tusschen Oost-
Pruisen en Danzig.
De brug zou worden gelegd tusschen
Kaesemark en Rotehte en zou einde Juli
klaar zijn.
Ook op andere plaatsen zullen bruggen
komen. De reden voor dezen bruggen
bouw zou van strategischen aard zijn.
Het zou er om gaan de eventueele aan
komst van Duitsche troepen uit Oost-
Pruisen zooveel mogelijk te bespoedigen,
aldus Havas
Gouwleider F r s t e r heeft in een rede
een nieuwen eisch geformuleerd, nJ. de op
heffing van de Westerplatte, welke zich aan
de monding van de Weichsel bevindt en
aar Poolsche versterkingen en munitie
depots zijn ingericht.
Reeds in 1933 waren zij voorwerp van een
conflict tusschen Polen en Danzig.
Overigens heeft Förster verklaard, dat de
autoriteiten der vrije stad aan de Poolsche
regeering den invoer van munitie zouden
moeten verbieden, gezien bet gevaar dat de
vrije stad loopt in geval deze munitie tot
ontploffing zou komen.
Men herinnert zich in dit verband ie 'Var-
schau. dat de „Danziger Vorposten" zich er
de vorige week over had beklaagd, dat de
Poolsche autoriteiten geen gebruik maakten
de haveninrichtingen van Danzig en dat
invoer van munitie over Gdynia werd
gedirigeerd, dat volgens het Danziger blad
door Polen op duidelijke wijze werd begun
stigd.
Britsche bommenwerpers
boven Frankrijk
Geslaagde oefentocht van 150 machines
Honderdvijftig Engelsche bommenwerpers,
verdeeld in twaalf eskaders, hebben op
basis der Fransch-Britsche militaire samen
werking oefenvluchten boven het Fransche
grondgebied gemaakt, een proefneming,
welke uitstekend is geslaagd.
Vier eskaders zware bommenwerpers, die
de Midlands gestationneerd zijn, vlog<
kar Bordeaux, via Le Havre en terug via
Cherbourg, een afstand van ongeveer 1200
mijl, waarbij zij een economische snelheid
handhaafden van ongeveer ISO mijl per uur,
hetgeen hoogelijk beneden het maximum is.
Acht eskaders middelzware bommenwer
pers vlogen over een driehoekige route naar
le Havre, Saumur en terug via Cherbourg,
een afstand van S00 mijl met een gemiddel
de snelheid van 200 mijl per uur, eveneens
ten zeerste beneden de maximum snelheid.
Al deze bommenwerpers zijn in staat te
vliegen naar de verst afgelegen Europeesche
hoofdsteden en terug in één dag met oen
volledige lading bommen, waarna zij nog
een ruimen voorraad brandstof houden.
Alle vluchten werden zonder tusechenlan-
dingen uitgevoerd en zonder eenigen tegen
slag ten einde gebracht
Vier eskaders middelzware bommenwer
pers hebben een driehoekig circuit van
bijna 800 mijl afgelegd in nog geen vier uur
vliegen. De tocht duurde van ongeveer 9 L'ur
tot omstreeks 13 uur.
De vier overige eskaders middelzware
bommenwerpers keerden korten tijd later
terug. Zij hadden dezelfde route in ongeveer
vier uur afgelegd. Twee der eskaders zware
bommenwerpers, die op langen afstand vlo
gen, tusschen de 1100 en 1200 mijl, naar
Zuid-Weet-Frankrijk, zijn even voor 14 uur
teruggekeerd. Zij hebben den tocht vol
bracht in nog geen 6V2 uur. Alle toestellen
vlogen met kruissnelheid.
Frankrijks a.s. nationale feestdag
Aanzienlijk Brltsch bezoek te Parijs.
De Britsche minister van oorlog, Hore Be-
lisha, admiraal Dudley Pound, de Eerste
Zeelord, Sir Cyril Newall, de maarschalk en
chef van het Britsche luchtleger, en generaal
Gort, chef van den generalen staf van hit
landleger, zullen op 14 Juli de troepenrevue
te Parijs bijwonen.
Voorts zullen 200 Britsche marine-soldaten
en de uit 50 man bestaande muziekkapel der
Royal Marines aan de wapenschouw deei
nemen.
De strijd in Mandsjoekwo's
grensgebied
De Japanners behouden het terrein
In een interview met de buitenlandsche
correspondenten heeft de bevelhebber van
de Japansche troepen aan het front langs de
rivier Khalka wiens naam niet mag
worden gepubliceerd gisteravond ver
klaard, dat nog slechts 200 man Mongoolsch-
Russische troepen op den rechteroever staan
voor den Japanschen rechtervleugel. Eemige
tanks en ruiters berinden zich er eveneens
nog, meer stroomafwaarts.
De bevelhebber voegde hieraan toe, dat
hij zeor streng bevel gekregen heeft om de
rivier Khalka onder geen beding over te
steken.
DE GRENS VAN MANDSJOEKWO
WEK UW LEVER-GAL OP
en u zult 's morgens uit bed springen,
gereed om bergen te verzetten,
lederen dag moet uw lever een liter lever-gal in uw
ingewanden doen vloeien. Wanneer deze stroom van
De r
a zijn slechts lapmldde-
oh voelen. Onschade
lijk. plantaardig, zacht, onovertroffen om de lever-
SfEischt°Cartér^'eLever-Pilletjes bU apothekers en
drogisten, f. 0.75.
(RecL)
De Japansche troepen, zoo zeide hij, zullen
dus hun succes niet uitbuiten en h
dent zal gesloten worden, zoodra de rechter
oever geheel bevrijd zal zijn.
Gistermiddag is van Japansche zijde
officieel meegedeeld, dat de Japansche
strijdkrachten de Russische en buiten-
Mongoolsche troepen over de grens heb
ben gedreven en dat het grondgebied van
Mandsjoekwo thans geheel van vijande
lijke strijdkrachten gezuiverd is.
De woordvoerder van het ministerie van
oorlog te Tokio heeft getracht te verklaren,
waarom de Japansche luchtmacht in de 71
dagen, dat de gevechten bij Nomonhan heb
ben geduurd, niet minder dan 522 vijande
lijke vliegtuigen zou hebben vernield, terwijl
zij er slechts 4 verloor. Hij voerde hiervoor
aan het verschil in gevechtstaktiek, het feit,
dat de vijandelijke vliegtuigen van 1934 en
1935 dateerden, terwijl Japan de modernste
toestellen gebruikte, en het gebrek aan er
varing der vijandelijke vüiegers.
Senaatscommissie verzet zich
tegen Roosevelt
Neutraliteitswet niet in behandeling
De Amerikaansche senaatscommissie voor
buitenlandsche zaken heeft met 12 tegen 11
stemmen besloten de behandeling
neutraliteitskwestie uit te stellen tot de vol
gende zitting.
De senatoren George en Gillette, die Roo
sevelt bij de verkiezingen van verleden jaar
getracht heeft uit den senaat te krijgen,
hebben ten gunste van het uitstel gestemd.
De leider van de meerderheid in den se
naat, senator Minton, heeft later verklaard,
dat waarschijnlijk door Roosevelt
sluit zou worden genomen om de behande
ling van de neutraliteitswet uit de handen
van de senaatscommissie te nemen
Onmiddellijk na de stemming in de se
naatscommissie werd gesproken over de
waarschijnlijkheid van een speciale zitting
van het congres. Dit komt omdat de moge
lijkheid bestaat, dat de wereldgebeurtenis
sen zidh op zoodanige wijze zouden kunnen
ontwikt elen, dat besluiten omtrent de neu
traliteit raadzaam zijn voordat de volgende
gewone zitting begint.
Senator Minton heeft tegenover de pers
verklaard, dat, wanneer de wereldtoestand
niet verbetert, het „mogelijk is dat Roose
velt ons terstond na de verdaging weer bij
eenroept".
Pittman, de voorzitter van de senaats
commissie voor buitenlandsche. zaken en
Wagner Thomas hebben tegen uitstel ge
stemd.
De ontruiming van
Italiaansch Tirol
Verboden verblijf voor vreemdelingen
Van gezaghebbende zijde te Rome is nog
geen enkel bericht ontvangen betreffende
het bevel der Italiaansohe autoriteiten aan
de vreemdelingen, die verblijf houden in de
streek van oen boven-Etsch (Italiaansch
Tirol) om binnen kort tijdsbestek dit gebied
te verlaten.
De diplomatieke vertegenwoordigers van
Frankrijk Engeland, Zwitserland en Neder
land, hebben zich in verbinding gesteld met
het ministerie van buitenlandsche zaken
ophelderingen over dezen maatregel in te
winnen.
De maatregel betreft een zeker aantal Ne
derlanders en Zwitsers, dertig Engelschen
en vijftien Franschen.
De Russisch-Japansche geschillen
op Sachalin
Scherpe prolesten te Moskou
Van gezaghebbende zijde wordt ver
nomen, dat de Japansche regeering haar
ambassadeur opdracht heeft gegeven
bij de Sovjetregeering scherp te pro
testeeren tegen het optreden van de
Sowjets tegenover de concessiehouders
der petroleumvelden en kolenmijnen in
Noord-Saohalin.
In kringen, waar men op de hoogte is van
dei. toestand, aldus Domei, gelooft men. dat
het tot ongelukkige verwikkelingen zal kun
nen komen, tenzij de So" jetregeering haar
houding verandert, terwijl de Sowjets ver
antwoordelijk zullen zijn voor de gevolgen.
De redenen voor het protest der Japansche
regeering te Moskou zijn, naar verklaard
wordt, gelegen in een bevel van een Rus
sisch gerechtshof aan twee Japansche kolen
maatschappijen om groote bedragen (Tass
spreekt van 375.000 roebels) te betalen als
schadeloosstelling voor haar in gebreke blij
ven de noodige goederen en levensmiddelen
aan haar Russische arbeiders te verstrekken.
Volgens de Japanners werd deze voorzie
ning belemmerd door de inmenging der
Sowjets bij het transport der goederen. Ver
klaard wordt, dat de Sowjet-autoriteiten in
Noord-Sachalin den Japanschen maatschap
pijen heeft laten weten, dat hun terreinen
in beslag zullen worden genomen, tenzij vóór
19 Juli de schadeloosstelling zal zijn betaald.
Volgens een bericht van Tass hebben de
bedoelde maatschappijen sedert 193" de ar
beidsvoorwaarden van het personeel stelsel
matig verslechterd. De maatschappijen heb
ben de overeenkomst voor de mijnconcessie
geschonden dcor, naar verklaard wordt, de
levensmiddelenrantsoenen en de loonen der
arbeiders te verminderen. Daarop werd den
maatschappijen door de Russische vakver-
eeniging van mijnwerkers een proces aan
gedaan.
Gisteren heeft de militaire gouverneur van
Madrid, generaal Espinosa de los Monteros,
persoonlijk een bezoek gebracht aan het
Fransche consulaat, waar hij werd toegela
ten tot het ziekbed van den gewonden Fran
schen consul, Pigeonneau. De generaal bood
zijn verontschuldigingen aan en wensclite
een spoedig herstel.
Verder vroeg hij persoonlijk den consul
naar de omstandigheden van den aanval,
aarvan dec.e het slachtoffer is geweest. De
ilitaire autoriteiten zullen een onderzoek
instellen. Het bezoek van den generaal duur
de ongeveer veertig minuten.
BELGISCH PARLEMENT OP RECES
De Belgische koning heeft gisteren het
sluitingsdecreet voor de parlementszitting
onderteekend.
In den ministerraad helbben de ministers
van nationale defensie en koloniën uiteen
zettingen gegeven over het probleem van de
defensie der koloniën.
met
iottnef
uftrtstye
OP HET BLIKJE VELERLEI KNAX-tKOTlM
De laatste phase van het Duitsche
jodendom
Nieuwe methode inzake
de emigratie
(Van onzen Duitschen correspondent)
„Nadat de jood in Duitsohland uitgescha
keld is, vragen wij ons af: hoe konden wij
he<m zoolang dulden? En dan: waarom ver
dragen de anderen ze nog?" Ziedaar een
tweetal vragen, welke wij in het Zondags
nummer van den „Lokal-Anzeiger" lezm.
Het antwoord werd te München, in de
„Hoofdstad der Beweging", gegeven tijdens
het congres van het „Rijksinstituut voor de
Geschiedenis van het Nieuwe Duitschlanci".
De Jood toont een internationale houding.
Hij past zich aan en doet na- Hegel typeerde
den Jood Abraham reeds als een mensch,
die zich vim alle natuurlijke verbondenheid
met de natuur losmaakt en als vreemdeling
overal geniet, wat niet door hem gezaaid
De geleerde, die op dit congres deze
dingen aan zijn luisteraars vertelde, was
professor G run sky (München)
Zijn ambtsbroeder, professor W. Frank,
ging nog een stapje verder, want hij ont
leende zijn voorbeelden niet aan het Oude
Testament, doch aan de geschiedenis uit
den keizerlijken tijd: „Emil Rathenau hield
slechts uiterlijk in den frac van een „Kom-
merzienrat" de wildheid*van een roover ver
borgen, waarmee hij zich financieel had om
hooggewerkt tot de driehonderd kapitalis
ten, die Europa beheerschten". En over
diens zoon, dien wij persoonlijk na den oor
log als minister van Buitenlandsche Zaken
meemaakten, zegt de hooggeleerde: „Walter
Rathenau ging weliswaar ook den weg van
geld en macht, doch met een kwaad ge
weten door het voortdurend conflict van zijn
ziekelijke liefde en zijn ziekelijke haat tegen
over het blonde ras, waarvan hij zich reeds
als knaap door zijn negerachtig uiterlijk
uitgeschakeld wist".
Het zou te ver voeren, wanneer we al de
vooraanstaande Joden wilden noemen, die
tijdens dit congres te München door hoog
geleerde Duitschers als misdadigers en min
derwaardige creaturen aan de kaak zijn
gpsteld. Wij wilden er slechts even op
wijzen, hoe het huidige Duitschland zijn
eigen cultureele waarde tracht te verhoo-
gen, door de „sterren uit Juda" voor te stel
len als een soort menschen, waarmee een
doodgewone Duitscher eenvoudig niet kan
en niet m a g samenleven.
En onder deze omstandigheden is het dan
ook duidelijk, dat er in het laatst verschc
nen nummer van het „Reichsgesetzblatt"
we verordeningen verschijnen, welke 't
Jodenvraagstuk in Duitschland in een
nieuw stadium brengen. Men is overgegaan
tot de stichting van een „Rijksvereeniging
van Joden in Duitschland", wier taak het
in de eerste plaats zal zijn. de emigratie te
bevorderen, terwijl ze voorts belast is met
het Joodsche schoolwezen en de ondersteu
ning van behoeftige .Toden.
ze organisatie is gevestigd te Berlijn.
Alle godsdienstige organisaties in de var-
schillende Duitsche steden worden voortaan
als haar onderafdeelingen beschouwd en
ook Joden, die den l6raëlitischen godsdienst
niet belijden, zijn geheel op deze religieusel
organisaties aangewezen. Loden der Rijks*
vereeniging zijn alle Duitsche en Staten*
looze Joden. Zij, die met een arische vrouwi
getrouwd zijn, behooren tot de vereeniging,
wanneer ze geen kinderen hebben of wan*
neer hun kinderen door opvoeding of on*
andere redenen als Joden beschouwd kun*
nen worden. Zijn hun kinderen bastaarden,
dan staat't hun vrij, al of niet lid dier ver
eeniging te worden. Waarmede indirect ge*
zegd wordt, dat Joden, die met een arischa
vrouw getrouwd zijn en niet-joodsche kin
deren hebben, niet behoeven te emigreeren*
dus oogluikend tot de Duitsche volksge*
ieenschap worden toegelaten.
Het officieuse commentaar tot deze wet
zegt nadrukkelijk, dat Duitschland in geer*
enkel opzicht van zijn anti Semitisch eind*
doel afziet en dat men niet zal rusten, vooc
de laatste Jood het land voor goed veriater*
heeft En voor 't eerst geeft men te kennen,
dat ook de buitenlandsche Joden
hiermee rekening dienen te houdenl Menl
schijnt ingezien te hebben, dat de tot dus*
ver gevolgde methode niet de juiste was*
Vooral door practisch vakonderwijs wil mei*
de emigratiekansen thans bevorderen, ter*
wijl men tevens erkend schijnt te hebben,
dat er voortaan van emigratie niets meen
terecht komt, indien men den Joden hui*
laatste eigendommen ontneemt om ze als be
rooide schooiers af te schuiven!
Duitsche scholen mogen voortaan doofl
Joodsche kinderen niet meer bezocht wor
den. Joodsche onderwijzers, die indertijd
ontslagen zijn maar pensioen genieten,
moeten zich ter beschikking stellen van da
Rijksvereeniging en alle particuliere Jood*
sohe scholen worden haar toegewezen voor*
►over zij er behoefte aan mocht hebben.
Van ingrijpend belang is het feit, dat dB
ondersteuning van behoeftige Joden voort
aan geheel wordt overgedragen aan dd
Rijksvereeniging- We herinneren eraan, dat
de Joden al geruimen tijd hun eigen „win*
terhulp" bezitten, zoodat de bijdragen var*
Duitsche middelen aan minvermogende Jo
den allang tot een minimum geslonken war
ren. De Rijksvereeniging zal echter niet
slechts de in Duitschland verblijvende Jo*
den, die geen middelen van bestaan meefl
hebben moeten ondersteunen, ze zal ook!
hen, die willen emigreeren, aan een bedrag
dienen te helpen, waarmee deze althans
voor den eerstkomenden tijd in een nieuvrt
land kunnen uitkomen.
Vraagt men ons tenslotte, waar al dat
geld vandaan moet komen, dan wil 't ons
toeschijnen, dat een belangrijk deel ervan
zal worden opgebracht uit de grootendeels
door den staat in beslag genomen Joodscha
vermogens van emigreerende kapitaalkrach*
lige Duitsche of Statenlooze Joden. Mei*
ziet: Joodsche invloed op het Duitecha
leven is radicaal uitgeschakeld. Joodscihj
kapitaal staat geheel onder staatscontrole
en thans is de laatste plhase voor hen aan
gebroken: verdrijving van alle Joden uit het
Duitsche staatsgebied.
149. Op dat ogeniblik maakte de leeuwen
welp een sprong en kwam op de leuning
vlak bij het hoofd van den vorst terecht,
De Koniing keek even opzij.
Wonder boven wonder schrok de vorst
helemaal niet
De glanzende ogen, de geopende bek wa
ren nu vlak bij zijn gezicht
De leeuw strekte een poot uit
Op dat ogenblik vloog Rwiebus wild, mat
uitgestoken dolk tegen den Koning op. Hij
wou zijn nieuwen vriend redden.
Rwiebus walde toesteken.
Maar de man vóór hem hief z'n handen
afwerend omhoog.
Eén slag tegen Kwiebus' elleboog en het
dolkje smakte met een doffe plof op de
grond. De leeuw gromde.
150. Op dateelfde ogenblik veranderde!
de lieve Opa in een felle vijand.
Zijn ogen schoten vuur.
„Zo jong en dan al een sluipmoordenaar'*!
siste hij tussen z'n tanden. „De guilliotin«
wacht je".
Hij pakte den jongen stevig beet, greep dei
tafelschel en belde luid en dringend.
Een lakei vlooog onthutst binnen.
„Sluit dezen moordenaar in de kerker" be*
val de vorst. .Hij wou me lafhartig door*
steken. Zorg,, dat hij niet ontsnapt, hif
moet als afschrikwekkend voorbeeld dg
zwaarste straf hebben".
Toen bukte de Koning zich over Lionno,
zijn tam. jong leeuwtje heen, waar hij some
uren mee speelde. Een Algiers stamhooofd
had hem het dier cadeau gegeven.
|reen verhaal uit het midden der vorige eeuw
door DI.J.A.VI55CHER.
(3
Zoo leerden de Indianen van hen den grond bebouwen,
en hoe ze jagen moesten. De armzalige voeding met insecten
en larven en wortels van weleer was al lang vergeten. Ze
leerden hun spijzen smakelijk te bereiden door ze te koken,
en in plaats van het vleesch en de wormen als een beest te
verslinden, leerden ze nu hoe ze bakken en braden konden.
Het werd er een lusthof. De wilden waren uit hun bos-
schen te voorschijn gekomen en hadden hun woningen
gebouwd rondom de kerk, midden tusschen de korenvelden
en de boomgaarden met ooftlboomen. appelen, peren, noten
en olijven.
De kinderen der Roodhuiden werden onderwezen in het
geloof der blanken, en zongen thuis de schoone liederen.
Er was een gezegende tijd aangebroken. Jaren achtereen
arbeidden de trouwe vaders daar tot groot geluk van allen.
Er was volkomen vrede. Onderlinge veeten bestonden er
niet langer. Zelfs met de Tuleranos, hun naburen met wie
ze vroeger in voortdurenden strijd hadden geleefd, was er
vriendschap gesloten toen deze ook tot h«" r' '"-m
jvaren bekeerd.
Er was een geUukklg volk ontstaan.
II
Yusito, die door iedereen kapitein don Carlos wercf ge
noemd, en die reeds vele jaren hoofdman van zijn stam was
geweest, was een stokoud man geworden. Hij zelf beweerde
het was nu omstreeks 1860 dat hij 100 jaar was, maar
dat was heel erg overdreven. Hij droeg de kroon zijner
hooge jaren met fierheid. Kaal was wel zijn schedel, inge
vallen waren zijn wangen, het vel hing gerimpeld in plooien
over zijn gelaat, maar het oog van den patriarch was nog
levendig, zijn gang nog kloek. Maar wel zag men dat hij
gebukt ging onder veel verdriet.
Hoe jammerlijk waren de schoone dagen van weleer ge
ëindigd.
Aanvankelijk ging alles zoo goed, toen de monniken de
eenige blanken waren, maar onder hun bedienden waren
later ook ruwe avonturiers geweest. Die hadden de Rood
huiden geleerd om vuurwater te drinken. De monniken
hadden met kracht gepoogd dit tegen te gaan, maar het had
niet gebaat.
Later begonnen er zich Mexicanen te vestigen die, door
louter winstbejag gedreven, deze streken hadden opgezocht.
Er ontstonden ongeoorloofde verbintenissen, en het na
geslacht, dat geboren werd, scheen wel al de ondeugden dier
blanken te hebben overgeërfd. Uit de huwelijken met de
Indiaansche squaws ontstond het gemengde bloed der Mes
tiezen, die na verloop van lange jaren zeer talrijk waren
geworden. De mannen van dit geslacht waren wild van
aard, de vrouwen hartstochtelijk, en iedereen deed wat hij
wilde. Sommige waren rijke planters geworden, die als
koningen heerschten, en de inboorlingen als slaven behan
delden, De Roodhuiden hadden meermalen zich verzet tegen
de willekeur dezer halve blanken, maar altijd dolven zij het
onderspit. Ook waren er weer soldaten in het land gebracht,
Spanjaarden, die dan zoogenaamd de orde moesten hand
haven, doch hun officieren kozen de mooiste meisjes uit
onder de squaws, en de inboorlingen hadden geen rechten
meer.
De monniken streden wanhopig hun strijd tegen dezen
wassenden invloed, doch ze konden er onmogelijk tegenop.
Aanvankelijk had de kerk, uit voorzichtigheid, die vreem
delingen zooveel mogelijk willen weren, omdat haar doel
alleen was, de bevolking in stand te houden en tot God te
bekeeren.
Behalve de Kerk mocht toen niemand vaste goederen be
zitten in Californië, dat dus een soort van heilig land was.
maar omdat de blanke vrouwen schaarsch waren, hadden ook
overigens goed bekend staande dienaars en soldaten een
eerlijk huwelijk aangegaan met een inlandsche. En geleide
lijk aan was de bevolking van kleurlingen zóó gewassen in
het land, dat het inmiddels gevormde bestuur van bezadigde
mannen wel gedwongen was, in overleg met de Kerk, hun
ergens een vaste woonplaats aan te wijzen.
Aanvankelijk werden er drie wijkplaatsen gesticht, één te
Los Angeles, de tweede bij Santa Cruz in het midden, en de
derde, San José, in het Noorden. Deze nederzettingen werden
onder militair gezag gesteld en geheel afgescheiden van de
monnikenrepublieken. De kleurlingen mochten ze niet ver
laten op straffe van geeseling, kerker- of doodstraf.
Deze wijkplaatsen, waarin reeds zooveel ongerechtigheid
was bijeengebracht, werden nu weldra oorden waarheen als
door magnetische kracht allerlei vreemdelingen werden aan
getrokken. avonturiers van allerlei landaard, kwakzalvers,
koppelaars, drankverkoopers en spelers. De vermenging die
toen onder de bevolking ontstond was van nog veel droe
viger aard dan tevoren. Het werd er een wóar Sodom en;
Gommorrha. Noch priesters, noch legerhoofden konden die
bandelooze menigte in bedwang houden. Ze trok zich weldra
niets meer aan van het verbod om de grenzen van de re
publiek der monniken te overschrijden, en verspreidde zicK
als een pest door het geheele land. Hun voornaamste ken
merken waren: trots en wreedheid, luiheid en wellust. De
Roodhuiden stieten hen af, de blanken zagen laag op ben
neer.
Weldra beweerden zij dat het land feitelijk hun toekwam,
daar ze geen binnengedrongen blanken waren maar oolc
geen wilden, zooals de Indianen.
Toen een Mexicaansch bestuur het land regeerde, vochten
zij daartegen. Ze bestalen de monniken en plunderden de
dorpen der Indianen.
Toen Mexico zich vrij verklaarde van Spanje, streden zij
tegen dat land, en zoodra deze strijd beslecht was, namen
zij de wapenen op tegen hun eigen rasgenooten.
Later kozen ze voor de republiek Californië en ten slotte
schaarden zij zich, voor den schijn, aan de zijde van de Ver-
eenigde Staten.
Maar nu kwamen er slechte tijden voor de Mestiezen,
want vele Amerikaansche planters kochten den grond op van
de Indianen en vestigden zich in het land.
Tegen hen waren de Mestiezen niet opgewassen. De ne
derzettingen der nieuwe bewoners waren sterk als forten, zij
zelf op alles voorbereid, en zoo moest het overgroote deel
der kleurlingen zich behelpen met een kleine kans voor een
Ievensbestaan.
(Wordt vervolgd^