STORK
Minister Geseling verdedigt zich
WOENSDAG 28 JUNI 1939
DERDE BLAD PAG. 9
Het rapport-Oss in de Tweede Kamer
Goede trouw en positief wantrouwen
Rechtsgang niet geschonden
Onrust bij het volk, rust in Oss
Vergadering van 27 Juni 1939
Overzicht
De minister van .Justitie heeft zich thans
kunnen verantwoorden tegenover de con
clusies uit het rapport der Tweede Kamer
commissie inzake Oss. Het oogenblik, waar
naar hij zoo lang heeft verlangd, was ein
delijk aangebroken.
Ook buiten de Kamer bleken velen naar
dit oogenblik te verlangen. Het Binnenhol
bergde veel belangstellenden en reeds om
streeks 11 uur was zich een queue gaan
vormen voor den ingang tot de publieke
tribune. De veldwachters hielden echter
aanvankelijk de wachtkamer leeg en toen
ze deze later hadden laten bezetten, werd
voorloopig de deur netjes dicht gehouden.
Buiten bleef nog een heele rij gegadigden
staan. Veel kans om binnen te komen heb
ben ze echter in den miudag niet gcmaa.u.
Wie binnen was, bleef binnen, totdat om
4 uur de voorzitter, na de drie-unge rede
van den minister, de vergadering voor een
half uur schorste, bij wijze van theepauze
en recreatie na het ingespannen luisteren.
Minister Colijn stapte reeds om half een
het Kamergebouw binnen en heeft den ge-
heelcn middag mee achter de ministers
tafel gezeten.
Toen even over eenen de vergadering ge
opend was, stroomden onmiddellijk de tri
bunes vol en ook de loges herbergden tal
van luisteraars.
In rustige sfeer heert de minister kunnen
uitspreken. Hij bleek zich duchtig te hebben
voorbereid en heeft bij herhaling met wel
sprekendheid zijn betoog ten beste gegeven.
Op het laatst scheen zelfs een oogenblik
eenige bewogenheid zich van hem meester
te maken. We kunnen daar inkomen.
Nieuw licht kon de minister moeilijk
meer brengen, maar hij heeft zich wel be
ijverd zijn licht zoo gunstig mogelijk op
de zaak-Oss te doen vallen. Daarbij bleek,
dat hij van de juistheid van eigen stand
punt en handelen sterk overtuigd was. Zijn
geweten oordeelde hem niet en rnet gerust
heid wacht hij daarom de toekomst af, die
hem zoo zeide hij nu of later in het
gelijk zal stellen. Van een neiging toi abdi-
ceeren was geen zweem te bemerken; zelfs
vleide hij zich met de mogelijkheid, dat
gunstiger conclusie, dan de Kamercommis
sie had voorgesteld, na zijn pleidooi de in
stemming der Kamer zou kunnen verwer
ven.
We willen ons eindoordeel over den mid
dag van gisteren vandaag gaat de dis
cussie voort nog opschorten. De minister
heeft ongetwijfeld enkele goede momenten
gehad;- toch viel in zijn rede ook meer dan
één zwak punt op te merken. En waar men
al geneigd zou zijn aan zijn verdediging
waarde toe te kennen, daar betreurde men
het temeer, dat hij zoo weinig bereid is ge
bleken. om aan de commissie vut de Kamer
de gelegenheid te geven met volledige'
kennis van zaken over allerlei, dat thans
nog van de zijde der Kamer gezien
dubia laat, te oordeelen. De zaak zou er
mee gediend zijn geweest
De minister wenschte zijn verdediging
slechts te voeren tegenover degenen, die be
reid waren de eerlijkheid van zijn overtui
ging te aanvaarden. Hij zou zwijgen over
het leed, de verdachtmakingen en de be
dreigingen hem persoonlijk en ook zijn ge
zin ln de laatste maanden ten deel gevallen.
Dat deze uitingen van verwildering
slechts afkomstig kunnen zijn vooral uit
het milieu, dat de heeren Rost van Tonnin
gen en Wijnkoop als zijn helden eert, ligt
.voor de hand.
De angel van de gegriefdheid bij den
minister en hen, die hem gesteund heb
ben in deze zaak, school hierin, dat men de
beschuldiging uitte, als zou tegen de Ossche
pastoors ander recht zijn toegepast d'an voor
elk ander Nederlandsch burger geldt.
In de critiek alsof het ,.een Roomsch
zaakje" zou gelden, heb ik. aldus de minis
ter, nooit een aanval gezien op de Katho
lieke zaak en de Katholieke kerk.
Inderdaad heeft de minister dat in do
Eerste Kamer gezegd. Helaas kunnen velen
van degenen, die hem steunden, hem dat
niet nazeggen. De'ze hebben zich niet alleen
beijverd relief te geven aan zeker anti
papisme, dat ze b.v. bij menschen als de
heeren Rost van Tonningen, Wijnkoop en
Kersten veronderstelden, maar ze zijn ook
aan het generaliseeren geslagen op een
wijze, die grievend' moest zijn voor allen, bij
wie slechts zakelijke motieven de beweeg
reden tot critiek vormden. Ook dat was
krenkend.
De minister hechtte er groote waarde aan,
dat de commissie in haar rapport, dat hij
voor zich allerminst vernietigend acht, zijn
goede trouw aanvaardt.
Toch zou hij wel willen, dat zij, die wan
trouwen in zijn bedoelingen en onkreuk-
baarheid zouden willen uitspreken, daar
voor open en eerlijke gelegenheid zouden
krijgen.
Tot de zaak zelf komende, stelde Mr Go-
seling de vraag in hoever de Kamer zich
met strafzaken kan inlaten.
Zij kan slechts controleeren, meende hij,
en een vraag of er geen aanleiding was ge
weest een vervolging in te stellen, achtte
hij eigenlijk al op het kantje. M.a.w.: de.
Kamer kan haar aandacht slechts geven
aan den rechtsgang.
Dien acht de minister door zijn maatrege-
j len niet geschonden; deze strekten er juist
toe om te voorkomen, dat geconstateerde
I tekortkomingen zich zouden herhalen.
Dat ten behoeve van wie ook zou zijn ln-
feogrepen, verklaarde de minister tot een
fabel. Had ik iemand willen beschermen,
aldus Zijne Exc., dan had ik niets moeten
doen en mij niet allerlei last op den hals
moeten halen.
Bij dit formeele betoog sloot ich een an
der van denzelfden aard aan, n.l. over het
overleggen van rapporten en verbalen ln
gesloten strafzaken en het hooren van
ambtenaren.
Hier vonden we den minister niet sterk.
Hij overdreef niet alleen de gevolgen van
de faciliteit waarom de commissie gevraagd
had, maar zijn beroep op een geval uit 1907
betreffende een beruchte zaak, werd volko
men in de schaduw gesteld door het gevai-
Riesz uit 1936, waarop later de heer
Schouten zich beriep.
Deze achtte het dogma \an den minister
te star in gevallen, dat het er om gaat de
waarheid omtrent bepaalde feiten in het
licht te stellen.
In 1936 heeft daarom minister v. Schaik
geciteerd uit rapporten, verbalen zelfs
uit een doodgewoon naclitrapportje van de
politie, zouden we er aan willen toevoegen
ten einde justitie, politie en zich zelf te
rechtvaardigen. Ook de minister heeft het
in zijn Januari-nota gedaan.
Het beroep op het gevaar van het stellen
van een precedent, kon xlan ook weinig
overtuigend lieeten.
De commissie bedoelde geen sensatie,
geen schandaal, geen openbaarheid, maar
wenschte door het kennisnemen van be
paalde stukken en verklaringen het mate
riaal te verkrijgen om haar oordeel met
voldoende kennis van zaken nauwkeurig te
kunnen bepalen.
Dat de zaak-Spoorhout anders lag dan
het geval-Oss, is ook slechts naar den vorm
waar; naar het wezen van het punt in ge
ding niet.
Met temperament en sentiment heeft de
minister vervolgens zijn standpunt in de
verschillende Ossche zaken, met name in
file van v. d. H. en de geestelijken uiteen-
Hij zag de tekortkomingen van de marb-
chausseés als een complex van ernstigen
aard, te ernstiger omdat ze geschiedden in
opvolging en ln onderlingen samenhang.
Begrepen we den minister goed, dan
scheen hij op dit punt der commissie het
lichte verwijt te maken, dat zij den samen
hang der feiten te weinig in het oog heeft
1 Voorop stelde de minister het ongepaste
wantrouwen van de brigade tegenover het
hoogste burgerlijk gezag. Zij stelde telkens
weer haar nasporingen in op grond van on
voldoende aanwijzingen en verjaard mate
riaal; niet strafbare handelingen waren
soms aanleiding tot arrestaties.
Met klem weersprak de minister het in
grijpen van den procureur-generaal ten be
hoeve van bepaalde vervolgden bij den
president van de Bossche Rechtbank.
Heeft de P. G. dan niets gedaan?
Ja, maar dat was, zeide de minister,
slechts „een seintje in een zaak, waarin
mogelijk onrecht kon geschieden". Afdoen
de lijkt ons Q'eze redeneering niet.
Ten aanzien van de geestelijken verweet
de minister den heeren Wijnkoop, Kersten
en Rost van Tonningen hun sensatiezucht
en laatstgenoemde in het bijzonder, dat hij
het materiaal, waarover hij beweert te be
schikken, niet bïengt waar het behoort.
Geestelijken moeten, naar 's ministers
opvatting, behandeld worden als ieder an
der mensch. Te hunnen laste is ecljter niet
van strafbare handelingen gebleken; slechts
verjaarde, niet vervolgde klachten zijn op
gerakeld. Dat kon tot niets leiden en de
wachtmeesters hebben dat ten slotte ook
ingezien en zonder opdracht het onderzoek
gesloten, echter nadat, zonder aanwijzing
van strafbare feiten, alle misdienaars van
den eenen pastoor gehoord waren en tal
van andere verkeerde handelingen zijn ver
richt.
Dit optreden bracht onrust en opschud
ding in Oss en was niet te dulden.
We laten enkele bijzonderheden, waarop
de minister zich in dit verband beriep, rus
ten, om den aard van deze zaak en omdat
het ons bekend is, dat ze van andere zijde
worden tegengesproken. Overigens zou de
vraag zijn te stellen of de minister niet wat
al te veel trok naar de zijde der verdachten.
Tamelijk critisch sprak de minister over
de houding van den P. G. ten opzichte van
het contact met het corpscommando en de
brigade. Hier valt inderdaad niets goed te
praten. Toch was de minister niet bereid
het hoofd van den P. G. d'er Kamer op een
schotel aan te bieden. Dat was het antwoord
Van Swol (Nederland) in actie tijdens
zijn partij tegen Lysaght (Engeland) by de
internationale tenniswedstrijden te Wim
bledon.
aan degenen, die op ontslag of overplaat
sing van den heer Speyart van Woerden
hadden aangedrongen
Het onderhoud van 7*4 uur met wacht
meester de Gier dat echter niet staande
plaats had had ook niet de instemming
van den minister; er had een behoorlijke
onderbreking moeten zijn.
Resumeerende concludeerde de minister,
dat in Oss belangrijk werk op gevaarlijke
wijze verricht werd
Hij heeft door zijn beslissing van 1 April
1938 daaraan een eind willen maken en de
brigade tot bezinning bedoelen te roepen.
Straf was dat niet en 's ministers vertrou
wen in het corps is ook niet geschokt. Om
dat niet zonder meer overplaatsing moge
lijk was, wekte de maatregel opzien en sen
satie. mede ten gevolge van het optreden
van verkeerde vrienden van de maréchaus-
Dat hij zich ten opzichte van den weer
slag van den maatregel op ons volk volko
men vergist heeft, moest de minister erken
nen en hij betreurde de daardoor ontstane
tegenstellingen en verwijderingen, die we
thans meer dan ooit moeten vermijden.
In Oss daarentegen is de rust terug
gekeerd.
De verhouding tusschen politie en maré
chaussee is na de gevallen beslissing goed
geweest; toch moet het contact tusschen het
parket en de brigade nog meer verbeterd.
Mijn niet te ontnemen steun, zoo besloot
de minister, is, dat mijn geweten onder
alles rustig is gebleven en ik ben vast over
tuigd, dat vroeg of laat de erkenning zal
komen, dat ik juist gehandeld heb.
Het was goed, dat een korte pauze volgde,
eer de heer Schouten als voorzitter der
commissie het woord kreeg.
Grondig rekende hij af met den heer Rost
van Tonningen, die met zijn blad met de
Ossche zaak een sensationeel spel heeft be
dreven en zijn dossiers kwam aanbieden,
nadat het rapport der commissie reeds vast
gesteld en in het bezit van de Kamerleden
gekomen was.
Overigens was dit materiaal, dat In
dien het bestaat, op onregelmatige wijze
moet zijn verkregen toch van de hand
gewezen.
Dat de N.S.B. in zedenzaken, zonder dal
het recht daartoe noopt, publiek schandaal
organiseert, wijst voorts niet op grooten
eerbied voor de reinheid der zeden.
De heer Schouten wilde thans niet Ingaan
op de nationaal-socialistische leer, haar me
thoden en practijken met betrekking tot. de
zedelijkheid. Die zijn b.v. in een bekend
land onder nat.-soc. bewind eenvoudig gru
welijk en goddeloos. De hoogste zedenwet
wordt daar met voeten getreden en de heer
Rost van Tonningen is dan ook allerminst
de aangewezen man om als hoeder van de
moraal en de goede zeden te poseeren, dra
ger als hij is van beginselen, die elders tot
ontuchtigheden hebben geleid, waarover
zullen zwijgen.
Het tweede punt dat door den heer Schou
ten nog werd behandeld: opvragen van
stukken en oproepen van personen, bespra-i
ken we reeds en laten 't dus verder rusten.
Slechts nog dit eene.
Met de stukken werd aangetoond, dat de
heer v. Maarseveen, 's ministers eenige ver
dediger in de Kamer, Prof. v. Oven onjuist
had geciteerd, om te bewijzen, dat deze het
overleggen van stukken omtrent niet-ver-
volgde zaken absoluut afwijst Het is
ders. Prof. v. Oven heeft juist betoogd, dat
het niet-overlcggen niet mag gaan ten kosfe
van het rechtzetten van feiten. De waar
heid dus bovenal.
Vandaag hooren we den heer Schouten
verder.
Spr. bestrüdt de rede van den heer Van der
Goes van Naters op dit t>unt. De President vaji
de Bosscho Rechtbank heeft thans spontaan
Beschreven. De Minister leest den brief voor.
-ak Is in
e zaak h
leintje In
ojreliik on-
isr in raad-
P.-G. geen
leden. BU d*
mededeelins WÊtÊ^
>orts schrtift de President, d'
nti zien niet laat beïnvloeden door dergelüki
mededeelinsen De commissie vergist zich. ali
voor de sluiting van het gerechtelijk onder
zoek.
Spr. heeft nagegaan, hoe de zaak stond n.e
den notaris B. Deze zaak ls berecht ln 193-
voor de ln functie-treding van den tegenwoor
digeh P.-G. Er is
dezen notaris en i
Hike zorgvuldighei
Afschuwelijke sensatie
In de
reien
tak van de geestelijken ij
de meest afschuwelijke sensatie gewekt. Er ls
de voorstelling gewekt, dat stelselmatig door
de pastoors gruwelijke handelingen zijn ver.
richt. Waarom geeft de heer Rost van Tonnin
gen deze zaken niet aan krachtens art lol SV?
Men slingert het thans in het gezicht van per
sonen. die zich niet kunnen verdedigen, roept
spr. uit. Zoo springt men om met Iemands oïr
Bevoorrechting heeft spr. nooit geduld. Men
poogt thans rechtsongelijkheid te scheppen
aan den anderen kant. Ook die zal spr. nooit
Spr. heeft nooit met de kerkelijke overheid
eonlg contact in dexc zaak gelind. Voor wen-
schei, von die slide zon apr. nooit toegankelijk
lijn. Het Ik duldel«k, d;
lijke
Den Haag bloot get
Verslag
Vervolg
In dit geval had men geen uitzondering mo
gen maken, aldus minister Goseling. daar een
precedent beteekent afschaffing van den reg«i.
Het bezwaar, dat spr. uit de dossiers heeft ge
citeerd. heeft spr. in zijn schrijven aan de com
missie voorzien. De publieke opinie beoordeelt
n.l. deze stukken geheel verkeerd: indien men
tot publicatie overgaat, zit men volop In het
volksgericht. Geen verantwoordelijk bewinds
man zou dit doen. Ruimere opvattingen van
zijn plicht waren den Minister wellicht voor-
deeliger geweest. Doch het gaat niet om den
persoon, doch om het stelsel.
i de i
wie I
persoonlijke
ter zelf had desnoods
geven. Zelfs in geval
op het hooren nog v
danr had de Minister
hier zlin standpunt niet 01
eglngen bepalen De Minis
inlichtingen kuni
held van het Rijk en het belang van den Staat
Spr. ontkent voorts de overeenstemming met
dersaukeSP°°rt,OUt' waar de zaken geheel an-
Had spr. moeten dupltceeren ln een berechte
zaak? Men is van tijd tot ttid ln deze zaak wel
eens de verhoudingen kwUt geraakt. Spr. zal
voerennleuwe felten of omstandigheden aan-
Bü de analyse van elke zaak afzonderlHk
de marechaussee niet Juist gehandeld hei
Publiciteit verboden
'Ijzen er nadrukkeltik
in Oss waurach Unl |/k °n I e
licht te staan, als men denkt aan de felle be-
mee8Itdef1Cgen aa" het adrea vajl den bur«-
Spr. kan de afzonderlijke zaken niet stuk
>or Stuk behandelen. Spr. zal slechts wllzen
tn bedizen, dat de tekort
marechaussee beschikte bü de arrestatie v
i huiszoeking bij Van den H. Spr somt
aterlaal op. dat naar 's Ministers' meen!
'ak Inverzekeringstelling had pla;
grond van een verjaarde zaak. Het materli
t de marechaussee h|j de voorgeleiding ov.
?de was zeer onvolledig Ook van malven
■s bil het M aterschap was niets gebleken
Welk materiaal was er bli de sluiting van i
derzoek? bDecreehthank heef, h,irr,.r,
ing" van den P.-G. is niets andtrs ge wee
afvervolglng op d«
ruchtbaarheid
>ek Het verhoor
n Den Haag ont
Men had kunn
tcht pm het i
ider aanwözin
raat de mare.
mderzoeken was
',6'dat de' gemeentep
goed zijn afgekom
De minst scherpe maatregel
de brigade betreft, spr. geeft toe, dat dit t
nschen heeft overgelaten. Spr. betreurt dl
Op 1 April 1938 ging het er om. welke maal
■eid het hoofd
trekkingen
Een plaatselijke
mooht zich Diet
in onjuist, dat de P.-G.
tegen de Kon. Marechaus
uting van
ontkent dat de
doch De* Gier8 wi
•n geheel corps!
wachtmeester tijdens
♦staan heeft. Verhoor
nderdaad beter ge-
besliaelng moest worden^ gen om
i met den
lat het be
vallen. Da __„J
wobrdelilkheid ter hand genomen en de
•spreking met de officieren over de over
plaatsing op 2 April 1938 heeft plaats gehad
het kabinet van den minister. Men heeft
S,ee" P,r0t*8tfn geulL °P April
zocht de Inspecteur de maatregelen ongo-
n te maken. Eerst later heeft h(j zich op
scherper standpunt geplaatst
Het uiterste middel
ls er van overtuigd, dat de oommlHl*
op zijn zijde had gestaan, als zij de ontwik-
de laatste jaren van nabtJ had
meegeleeefd. Onder 's ministers verantwoorde
lijkheid werd op gevaarlijke wUze gewerkt.
heeft niet de bevoegdheid recht-
feerend op te treden op politioneel
led. Hei
middel
ier brigade heeft spr. oo;
land. Spr. betreurt, dai
d Op dit punt heeft s.pr.
eikt Spr ontkent de bo-
iheeie corps te treffen. Da
erlljke bedoelingen
Gistermiddag vond op de begraaf
plaats te Voorburg, door het Hoofd
bestuur van den Chr. Bond van Fa-
brieks- en Transportarbeiders de
overdracht plaats van den steen op
't graf van den heer v. d. Steen, in
leven 2de voorzitter van dien Bond.
Tijdens de overdracht aan de fa
milie. welke plechtigheid werd bijge
woond door het Hoofdbestuur en een
afgevaardigde van elke plaatselijke
afdeeling.
De heer Schouten aan het woord
itilzwijgen heeft
reischte aandacht geschonken. De hee
i Tonningen heeft thans ontkend, da
juist Ls, de medeoeellngen
Kamer Ls op de k'
halve de heer Rost
1939 heeft de com
afgevaardigden onl
ggekomen. be-
van Tonningen. Op 8 Maart
reffende de ge
e vragen. HIJ
;e misdrijven
daarbij. enkele
irzocht ook publl-
spreker den brief
;t Nationale Dagblad,
id van enkele deelen
oen medegedeeld, dat
ln „Het Nationale Dagblad".
De commissie ontving voorts een brief
den heer Rost van Tonningen van 8 Juni. v
ke eveneens dien dag ln bet Nationale D
blad werd gepubliceerd. HIJ bood daarin
rbaal 137. 128
8 Juni
den brief
ledig' was.
missie echter had
bli
ngst -
heeft zich dus niet achter
soholen. Waarom heeft de
beteekent nog
i xljt
irlijki
Rost van Ton-
et aanbod? Dit
dat de commissie op ztjn
:ijn Ingegaan. Zij had stukken, die
tjze In zün handen zijn ge-
publiek schandaal te maken, waar dit 1
worden vermeden. WIJ moeten ons van i
gaat voorts ln op de opmerkingen
ter Inzage
merkelijk
Prof. Van Ov<
•effende het
Is een aan
landpunt va
Van Maarse
ïlnlster va
citeerde de heer Van Maar
genovergesteld i
In het algeme
•gelijke
tukkei
nleggini
legging of
derd of ge>
Bil de behande+ftig va
uit geseponeerde stukki
Naar «pr.'s meening
xaak-Oss redelijk. De
moest door den mlnistei
minister had zeker ten
kunnen voldoen. Het i
een algemeene zlenawl.
de z&ak-Rieez ls ooi
as dit verzoek ln d<
erspreldlng van licht
worden bevorderd. De
leele ean het verzoek
rzook rustte niet op
e, dooh op de nood-
len minister op dit pune
rtuigd. Lt, minister zegt:
teLsel. Hiertegen heeft de
In elk
tbaat la. Spr.
wel degelijk
gel noodzakelijk
houwt de saak-f
-ecedent.
Het hooren van personen door een commii-
e is zeer dikwijls geschied. Hooren van en-
ale ambtenaren had slechte de zaak kunnen
dienen. Tegen de richtlijnen, door de regee
ring getrokken, heeft de
Het had
eohter ln dit speciale gevaL
van wtJa beleid getuigd. als de
ln de gelegenheid werd gesteld
weg inlichtingen te verkrijgen,
van overtuigd, dat de minister zijn
De „Oranje" voor het eerst
naar zee
De eerste dag van den technischen proef
tocht van het nieuwe mailschip der stoom
vaart maatschappij „Nederland", de „Oran
je", werd begunstigd door prachtig weer. De
stemming onder oe genoodigden, die met
veel belangstelling de onderscheidene tech
nische proeven, welke met de „Oranjewer
den genomen, volgden, was zeer goed.
Deze technische proeven betreffen in de
eenste plaats de ankerprocven, waarbij de
beide ankers om beurten worden gevierd en
aan gelijktijdig worden ingehaald. Daarop
volgden de stuurproeven, het achtereenvol
gens volle kracht vooruit en volle kracht
achtervjit slaan en vervolgens de stuurproe
ven in éen cirkel, gevolgd door de handstuur
proeven.
Na deze proeven volgden die met de mo
toren, die tijdens deze eerste reis van het
schip op zee oneer voortdurende strence
controle van de vertegenwoordigers der
scheepvaartinspectie en dor klassificatie-bu-
reaux staan. De belangrijkste proef betreft
het meten van de hoeveelheid lucht, welke
verbruikt wordt voor het aanzetten van de
motoren Hiervoor wordt direct n» elkaar
twaalf maal vooruit en twaalf maal achter
uit gevaren zonder dat de luchtdruk, welke
voor het aanzetten eer motoren noodig is
en welke 25 Kg per rM2. moet bedragen,
door het produceeren van nieuwe lucht ver
sterkt wordt
Dinsdagavond te zes uur bevond de
„Oranje" welke in noordelijke richting
vaart, zich op 53 graden 33 minuten noor
derbreedte
AANBESTEDING VAN HET NIEUWE
GEBOUW VOOR DE B.I.M.
's GRAVENHAGE, 28 Juni. De architect
J. J. P. Oud te 's Gravenhage heeft aanbe
steed het bouwen van een kantoorgebouw
met aangebouwde cantine en oionstwoning,
vrijstaande autogarage terreinwerkzaam
heden «n bijbehoorende werken op een ter
rein aan den Waseenaarscheweg, hoek Flo-
ris Grijpstraat te 's Gravenhage voor de N.V.
Bataafsche Import Maatschappij. Laagste
inschrijfster was de N.V. Nieuwe Rotter-
damsche Aanneming Maatschappij voor
heen fa Krijger en Kok te Rotterdam voor
f 684.291.
139. De boot zette koers naar Marseille.
Nu zat Kwiebus niet opgesloten im een
kleine kajuit. Hij had de volle vrijheid en
genoot van de heerlijke zeelucht. Hij was
er wat trots op, dat hij nu op een echte
„boot met stoomvermogen" voer! Dat was
nog wat anders dan de oude kof „De Vlie
gende Hollander"!
Kwiebus stak flink z'n handen uit de
mouw. De hele dag hielp hij mee. Hij was
een echte duizendpoot! Bij de maaltijden
was hij koksmaatje en het verdere van de
dag had hij „los" werk. Altijd was er wel
een karweitje voor „Kwiebi" zoals de
Fransen hem noemden.
1 140. Vanaf Marseille werd de reis voor
Kwiebus minder mooi.
Dagen lang, langs stoffige wegen te paard
of in een benauwde reiskoets.
Eindelijk eindelijk kwamen ze in
Parijs aan.
Kwiebus' hartje klopte sneller!
Hij had gehoord, dat hij voor den Fran
sen Koning Louis Philippe zou wor
den geleid.
Maar voor het zover was. moest de jonge
Hollander een hele gedaanteverwisseling
ondergaan.
Allereerst: baden; en toen
Kwiebus keek z'n ogen uit.