w^wÈÊ Uitbundige feestvreugde in Brussel Willem de Mérode waar BEWERK DONDERDAG 25 MEI 1939 TWEEDE BLAD PAG. 5 Wederom een ontelbare menigte op de been Bezoek aan het Brusselsche stadhuis Garden-party vol pracht en praal te Laeken BRUSSEL25 Mei. Een stralende vreugde in een stralende zon. Zoo kunnen we gebrekkig in een paar woorden een indruk geven van het Brussel van deze dagen. Het is waarlijk een ongekende, enthousiaste feestvreugde, die ontketend is door het bezoek van. onze Koningin. Zou het misschien komen, doordat de Belgen zelf zoo'n innig beminde Koningin hadden, die zij op zoo droevige wijze moesten verliezen?'Wie zal 't zeggen. Het feit van 'n uitbundige1vreugde is er. Dat is gisteren opnieuw gebleken. Bij een tocht naar het stadhuis, waar een ontvangst plaats had, bij een garden-party in het wonder- schoone park van Laeken en bij een galu-v oor stelling in den Munt- schouwburg, den heelen dag door is de uitbundige vreugde der Brusselaren tot uiting gekomen. Het zijn hier wel glorie-rijke dagen'. Om tien minuten over tien heeft H. M. de Koningin gisteren het Paleis verlaten om een bezoek te brengen aan den Koninklijken grafkelder te Laeken, waar zich de tomhen bevinden van Koning Albert, Koningii Astrid en de Vorsten van het Bclgischi Koningshuis. De Vorstin werd bij den in gang van de kerk van Laeken begroet door kanunnik Van Reeth, pastoor-deken van de Koninklijke parochie te Laeken. Ontvangst ten stadhnize De officieele feestelijkheden want alles is feestelijk in Brussel in deze glo rievolle dagen - begonnen om kwart voor elf. Reeds lang voor dien tijd hadden zich langs den weg van het Paleis naar het Stadhuis vele duizenden opgesteld, om weer te genieten van de dingen die komen zouden. Onder ontzaglijke toejuichingen zijn H. M. Koningin Wilhelmina en Koning Leopold, die om kwart voor elf uit het Paleis vertrokken, in een open calèche naar het Stadhuis gereden. Om tien voor twaalf arriveerden de Hooge Bezoekers op de Groote Markt, onder geen einde nemende toejuichingen. Op het binnenhof van het Stadhuis wer den de Gasten opgewacht door burge meester Max, die hen naar binnen ge leidde. In het stadhuis De Koningin treedt binnen, gevolgd' door 'Koning Leopold. Hare Majesteit draagt een gebloemde lamé robe met motieven van rood, zwart en goud, daaroverheen een driekwart mantel, met pagode-mouwen, voorts een ■zwarte matelot met strik. Burgemeester Max leidt Hunne Majestei ten eerst naar de leden van het Nederland- scho gezantschap. Zij worden aan de Vor sten voorgesteld, evenals de overige ge meente-autoriteiten, in de Gothische zaal aanwezig. Hier en daar blijft de Koningin Seven staan en onderhoudt Zij zich met een der aanwezigen. Dan begeven Koningin Wilhelmina en Koning Leopold zich naar het midden van 'do zaal, waar burgemeester Max Neerlands Landsvrouwe in het Nederlandsch toe- Spreekt. Spreker wijst op de nauwe banden, die Nederland en België vereenigen. Een hoogstaand Hollandsch staatsman, aldus Spr., zeide enkele maanden geleden: „Het volstaat niet den vrede lief te hebben, men moet hem ook verwezenlijken". Het is door dit manmoedig woord indach- ftig te zijn, door onze onderlinge vriend schapsbanden nauwer toe te halen, door onzen goeden wil en onze krachtsinspan ningen samen te voegen, dat wij ertoe zul len bijdragen om met zekerheid den dage raad van ae betere dagen voor te bereiden. Ik ben gelukkig voor Uwe Majesteit onze gehechtheid aan een ideaal, dat Zij op zoo .edele wijze belichaamt, te kunnen betuigen en ik dank onzen Koning can, door ons de gunst van dit hoog gewaardeerd bezoek te verschaffen, ons wel te hebben willen toe staan de geëerbiedigde Vorstin te begroeten van een broedervolk, voor het geluk en den voorspoed van hetwelk alle Belgen de vu rigste wenschén koesteren^ Rede van de Koningin Hare Majesteit heeft daarop een rede uit gesproken, waarin Zij Haar groote erkente lijkheid betuigde. In het bijzonder verheugt het Mij, aldus II. M., daarbij ten tweeden male dit tl'otsche stadhuis te mogen be treden, in het hart der stad gelegen aan de historische Groote Markt, wijd en zijd terecht vermaard als één van de schoonste pleinen der wereld. Gij hebt er op gewezen, dat wij, Bel gen en Nederlanders, door een eeuwen oude geschiedenis en door dezelfde idealen zoo nauw verbonden, van nature bestemd zijn om elkander te verstaan. 1 Inderdaad behooren wij niet alleen in .wederzij dsche aohting en vriendschap samen te leven, maar ook, en vooral in een bewogen tijd als thans, eendrachtig, zoover het in ons vermogen ligt, alles to 'bevorderen wat tot het algemeen wel zijn der menschheid kan bijdragen en zooals de Koning het tegenover Uw ambtgenoot in Amsterdam uitdrukte: .riuet alle middelen te ijveren voor den ivreó'e onder alle volkeren". Na het uitsproken der heide redevoeringen begaven de Vorsten en hun onmiddellijk ge volg zich via de Salles des Mariagcs en de Couloir des Echevins naar het kabinet van den Wethouder van Onderwijs. Het groote balkon voor dit vertrek is met een prachtig ^eóribohangen. Van hier af zullen de Vor- bbb' schouwspel op hetf pleia gadeslaan. Onvergetelijk schouwspel Een schouwspel, dat onvergetelijk is. Op het moment, dat Koningin Wilhelmina „en Koning Leopold op het balkon verschij nen, beginnen cle klokken opnieuw te beie ren, de trompetten en bazuinen geven klare signalen en dan ineens zet het koor van jonge meisjes in witte jurken, welke schit teren in de zon, het Wilhelmus inhet is inderdaad een ontroerend oogenblik ons oude roemrijke volkslied te hooren op dit oude pleinNiet alleen het eerste cou plet worot vertolkt, maar ook het wonder mooie: „Mijn Schilt ende betrouwen" Het is stil op het plein, men luistert en staart naar die Vrouwe op het balkon, wie al deze hulde geldt. De oude gildevlaggen wuiven langzaam mee als in één rhythme. Het is alsof de klanken langs de fraaie trapgevels naar boven klinken ten hemel, waar de lucht blauw is en de zon stralend. Lang evenwel kan deze plechtige sfeer niet blijven. Het enthousiasme zoekt ook hier een uitweg, welke gevonden wordt, wanneer de laatste tonen zijn weggeklonken en ineens als een golvenae zee van rood-wit-enjhlauw, de jeugdige zangeressen waajen en wuiven met gekleurde zakdoeken, Zijn de golven, die spoelen langs de lage landen hij de zee, dan plotseling gekleurd met de tinten van de Nederlandsche vlag? Het gejuich neemt af. Opnieuw heffen de bazuinen hun melodie aan, wederom be geleid door twee muziekcorpsen van de Brusselsche regimenten met ze§ paukenis- ten. Thans, zingen de meisjes blij en luch tig, maar zop7 goéd gevoeld, een couplet van de Brabanijonne. Twee volksliederen van andere, kleur, van andere muzikale intentie, ontmoeten elkaar tegen denzelfden achtergrond, tegen het meest unieke decor, dat men zich kan voor stellen: het decor van Brussels groote plein .voor het stadhuis. Commandant Prevost, de dirigent, heeft zijn directie beëindigd, en dan stoeien in de lucht vlaggetjes en zakdoekjes van oranje: lenige meisjesanmen wuiven opnieuw een hulde, een groet en een welkom Nog Nederlandsch er wordt de sfeer, wan neer de kapellen, plotseling den Grenadiers- marsch laten hooren :„Turf in Je ransel". Dat is het einde, want daarna trekken de Vorsten zich in het stadhuis terug, om zich gereed te maken voor den terugtocht naar het Koninklijk Paleis. Met hetzelfde ceremonieel als bij hun aan komst, stappen de Vorsten in hun koetsen. Buiten staat het eere-escorte in een cirkel opgesteld rond' het middelpunt van school meisjes. Temidden van deze levende, enthou siaste eerewacht rijden de koetsen het plein rond. De plechtige tonen van het Wilhelmus, in de oude zetting klinken van de tinnen der torens, waar de bazuinen en klaroenen zijn opgesteld. Klokken luiden en het geju bel kent geen grenzenDan verciwijnen de koetsen langs de Heuvelstraat, waarna Hare Majesteit Koningin Wilhelmina en Koning Leopold langs de Grasmarkt, de Bergstraat, de Sintergoedelestraat, de Kan- Selarijstraat, Ravenstein, Berg in 't Hof en de Koningsplaats het Paleis wederom berei ken. De garden-party De beau monde van Brussel vereenigde zich gistermiddag in het park van Laeken. Hier werkte alles mee om een feest te ma ken: over de golvende parken van Laeken, die zich over een heuvelland nabij Brussel uitstrekken en ovec. uitgestrekte gazons en droomende vijvers den blik op de in de diepte ligende huizenzee van Bruusel vrij latend, scheen een warme lentezon. De weidebloemen bloeiden in het gras De Rhododenóronperken waren dikke bloemen- trossen. Tegen een smetteloos blauwen he mel stegep de glazen koepels van de op den heuveltop gelegen Koninklijke serres om hoog. Het oude hout van het park pronkte met jong groen. En te midden van dit paradijs bewoog zich de chic van België. Tweeduizend ge- noodigden. Vele mannelijke autoriteiten. Daarover echter spreken wij in de tweede plaats. Wat is er te zeggen van het mannelijk toilet? een uniform ofeen jaquette. uniformer dan uniform. Des te meer vond het oog te zien in hetgeen de vrouwelijke sekse aan fleur aanbracht. Wat deden zij hier, de zwevend-schrijdende schoonen, op de garden-party? Genieten van den tuinvan de eer der uitnoodiging en van de beoefening der elegance. En bij dit alles de elegante conversatie, de hoffelijke begroetingen de charmante gesprekken. Le beau monde. En de jaquettes en andere uniformen? Ofschoon minder belangrijk op een tuin feest, waren het geenszins quantités ne- gligeables. die zich daarin verhulden, in tegendeel, het ivaren allen „personalités". De presidenten der kamersde ministers, de gouverneurs 'der provincies, burgemees- Op het balcon van het stadhuis te Brussel neemt H.M. de Koningin in gezelschap van Z.M. Koning Leopold en vele autoriteiten de hulde der in woners van de Belgische hoofdstad in ontvangst. ters, hoofdofficieren, vertegenwoordigers van de zakenwereld en van de kunst wereld. Gedurende bijna twee uur had dit bonte gezelschap door den lusthof van Laeken ge flaneerd, toen, tegen half vier, de genoooig- den werden gemaand zich te verzamelen rond de groote rotonde ,een der grootste palmenserres, die op zeer gelukkige wijze versierd was. De Vorsten komen Het was over half vier, toen het Wilhelmus weerklonk. Koningin Wil helmina en Koning Leopold versche nen in de rotonde, vergezeld van Prinses Josephine Charlotte, Prins Boudewijn en Prins Albert. De Koningin droeg een wit zomer- toilet van lichte stof, met blauwpaar se bloemmotieven versierd en ge garneerd met een ceintuur in dezelfde kleur. Ook de band om Haar lichten stroohoed en Haar handschoenen waren blauw-paars. De genoodigden hadden zich in twee ha gen geschaard' en waar de Vorsten passeer den werdeti buigingen en reverences ge maakt. In het midden der rotonde waren de hooggeplaatste autoriteiten opgesteld, van wie er verschillende aan H. M. de Koningin werden voorgesteld. Vrij spoedig trokken de Koning en de Koningin zich weder terug. Twee buffetten in de hoofdserres werden toen opengesteld. Nog geruimen tijd bleven de gasten de wonderen van flora in de ser res en tuinen bewonderen. Eenige oogenblikken kon men Koningin Elisabeth, die zich zonder opzien te haren onder de gasten had gemengd', zich met eenige autoriteiten zien onderhouden. De zon begon reeds schuiner haar licht te werpen over het perk van Laeken, toen langzaam aan de auto's den uitgang van het park begonnen op te zoeken en geleide lijk de gasten afscheid begonnen te nemen. Het sprookje was ten einde. Receptie aan de Regentslaan Omstreeks zes uur hield H. M. de Konin gin receptie voor de Nederlandsche autori teiten en genoodigden in België in het ge zantschap van Hare Majesteit aan de Regentslaan. In een der zalen op de eerste etage van het gezantschapsgebouw hebben hier een twee honderd genoodigden, waar onder de consuls van Nederland in België, de vertegenwoordigers van Nederlandsche vereenigingen en Nederlandsche autoritei ten gecirculeerd, en hebben het genoegen mogen beleven, dat de Koningin zich eenige oogenblikken met ieder van hen onderhield. Ongeveer een uur duurde deze receptie. Terwijl de Koningin en de Koning van avond aanzaten aan een intiem diner in het Paleis te Brussel, begon de Muntschouwburg zich reeds te vullen met de schitterende toiletten van de genoodigden voor de gala voorstelling. De Twentsche Legerdag ENSCHEDE, 24 Mei. De Legerdag, welke op Zaterdag 3 Juni a.s. op het vliegveld Twente zal worden gehouden, belooft een veelzijdig karakter te dragen. Hot publiek zal kennis kunnen maken met onderschei dene afdeelingen van onze weermacht. Me dewerking zullen verleenen de infanterie, zware mitrailleurs, mortieren, pantser-af weergeschut, motorartillerie, huzaren-mo torrijders, een detachement van do kolonl ale reserve, luchtdoelartillerie, wielrijders, cavalerie en vliegtuigen. In totaal 1200 offi cieren, onder-Oflficieren en manschappen, 120 paarden, benevens drie muziekcorpsen. Het wetsontwerp betreffende de persvrijheid Het bestuur der Vereeniging van Uitgevers van Dagbladen „De Nederlandsche Dag bladpers" heeft tot den Minister van Justi tie het verzoek gericht de verdere behande ling van het wetsontwerp betreffende de na dere voorzieningen ter bescherming van de openbare orde, uit te stellen tot na het zomerreces, opdat het onderzoek, dat thans door de Vereeniging met betrekking tot dit voor de dagbladpers zoo uitermate belang rijke ontwerp wordt' ingesteld, niet over haast behoeft te geschieden en waar noodig en. wenschelijk ook nog overleg zal kunnen ■plaats vinden. Het bestuur der Nederlandsche Dagblad pers, dat, evenals de Minister, de pers- excessen, waarbij te kwader trouw misbruik gemaakt wordt van de vrijheid van open bare meeningsuiting, scherp afkeurt, acht een grondig onderzoek niettemin noodig, omdat het in het voorgestelde wetsontwerp gevaren ziet voor de persvrijheid in het al gemeen, afgezien van ae vele andere bezwa ren, welke aan het ontwerp kleven. MOTORSCHEEPJE GEKAPSEISD De bemanning bijtijds gered Ernstig ongeval op de Nieuwe Maas ROTTERDAM, 25 Mei. Gisteravand is op de Nieuwe Maas te Rotterdam een zeemotorscheepje gekapseisd, doordat de deklast begon te schuiven. Het bootje maakte midden op de rivier een halven slag om en kwam ondersteboven in het water te liggen. Gelukkig kon de be manning bijtijds worden gered door een tehulp snellende sleepboot. De lading van het schip is verloren gegaan. Omstreeks kwart over zes verliet het zee motorschip „Agiena", kapitein-eigenaar de 59-jarige H. E. Tattje, uit Groningen, de Lek haven. waar een flinke lading, bestaande uit balen uien, aan boord genomen was.. Reeds bij het vertrek uit de Laakhaven bleek, dat er werking zat in de deklast en dit werd erger, naarmate men meer midden op de rivier kwam. Toen men ongeveer 50 a 70 meter uit den wal was, begon het scheepje, dat bruto 332 ton en netto 15-4 ton groot is, over te hellen naar bakboordzijde. Kort daarop kapseisde het en dit. gebeurde grondig, dat het bootje ondersteboven in water kwam te liggen. De kapitein en de bemanning, bestaande uit den stuurman, matrozen, een motordrijver en een kok, konden zich tijdig aan boord begeven van de langszij komende sleepboot „Nieuwe Maas kapitein de 48-jarige C. van Ingen, uit Vlaardinger-Ambacht. Een van de ma trozen heeft nog even in het water gelegen, doch hij kon spoedig op het droge, worden getrokken, zoodat bij dit ongeval alles nog wonder boven wonder goed is afgeloopen. Onmiddellijk na het gebeurde hebben een drietal sleepbooten getracht het scheepje naar de Keilehaven te sleepen. Hierin is men aanvankelijk niet geslaagd. Even buiten de Keilehaven liep de „Agiena" tegen den grond en bleef muurvast zitten. Vermoede lijk heeft de stuurhut den bodem geraakt. Later is de „Agiena" door v. d. Tak's Ber gingsmaatschappij gelicht en in takels door een bok naar de Keilehaven gebracht. Daar zal eerst de deklast worden gelost, waarna het schip zal worden leeggepompt. Noenmaal ter eere van Nederlandsche gasten te Keulen KEULEN, 25 Mei. Naar aanleiding van he bezoek van de Nederlanasche Ministers mr N. P. L. van Steenberghe en mr dr i: I. A. M. van Buure n, de burgemeesters van Amsterdam en Rotterdam, dr W. d V 1 u g t en mr P. .J Ou d, en vertegenwooi digers van het Nederlandsche Economische leven, heeft de president van de Industrie- en Handelskamer te Keulen, baron Von Schroder, gisteren in de Bastei te Keulen een noenmaal aangeboden. De Nederlandsche gasten hebben in den loop van den ochtend o,a. ook het terrein van cle Internationale Verkeerstentoonstel- ling Keulen 1910 bezichtigd. De plannen en modellen mochten zich in groote belangstel- ding van cle zijde der Nederlandsche regee- ringsvertegenwoordigers verheugen. Generaal Snijders gaat achteruit HILVERSUM, 25 Mei. De toestand van generaal Snijders gaat langzaam achteruit. De krachten verminderen, doordat de pa tient tengevolge van zijn hoogen leeftijd de uitputting niet te boven kan komen. Kunst en Letteren In Memoriam Dinsdagmiddag 23 Mei 1939, Zoo juist een telefoontje van Bert Bakker, die het had vernomen van Barend de Goede, in Arnhem, dat Willem de Mérode te Eerbeek de eeuwige rust is ingegaan. En nu, terwijl de zon haar licht zoo stra lend door den middaer zendt, is, er dit donkere weten, dat ergens in een eenvoudige boeren woning op de Veluwe, waar de dichter zich had teruggetrokken uit de luide wereld van heden, het doode lichaam rust van wie on weersproken de grootste dichter uit de hui dige Protestantsche kunstenaarsschare is. Nu moet alle arbeid even blijven rusten, om hem stil te kunnen gédenken. Wel is het moeilijk, onder den verschen slag van dit sterven» zich ten volle in te denken, wat hü voor ons heeft beteekend en wat zijn poëzie voor ons beteekenen zal tot in lengte van dagen, als die ons gegund zijn. Want snel is de dood. Wie had gedacht, dat dit leven nu reeds, op de middaghoogte, in den nacht zou zinken, althans den nacht voor het aardsche bestaan in een wereld, waar hii de schoonheid zoo uitdagend en deemoedig, uitbundig en in gekeerd, kon openbaren in een toon en een rhythme, dat iedereen hoorde: hier klinkt de stem van den waarachtigen dichter. Nog slechts korc geleden hebben enkele jonge vrienden hem bezocht in zijn afzonde ring. Van een niet zware ziekte was hij zoo goed als genezen. De scherpe schaduw van den man met de zeis, die toch te wachten stond op luttele weken afst'ands, was niet te Toch heeft hii vandaag zijn laatsten slag in dit leven geslagen en deze stem voor eeuwig op deze verwarde aarde doen verstommen, die nu nieuw zal zingen in dat Rijk, waar geen zorgen en moeiten het luisteren belemmeren. Mag ik mjjn gloeiend lied Niet langer opwaarts (Lagen, Hoor. hoe langs de aard mijn klagen, Ruischt; als het lisp'lend riet. Geef, dat het murmlen moge Tot Gij mij redt En met genezen oogen In wijden hemel zet. Anderhalf jaar geleden ontviel ons Van Eerbeek, het krachtigste proza-talent der Pro testanten in ons land, nu is de grootste dichter van deze groep, en eyenzeer plotseling, al was ook z ij n gezondheid zwak, heengegaan. De één nog geen veertig, de ander een- en vijf tig. Een halve eeuw en toch een kort leven, maar welk een schat aan verzen heeft het voortgebracht, liederen, die tot de schoonste religieuze Nederlandsche poëzie zullen blijven behooren en die steeds weer jonge dichters zullen bewegen, ontroeren en leiden. Een leven, rijk aan de genade der po"é:ii rijk aan de genade van Christus. Maar voorts: eenzaam. Geen vrouw, aa wie hij het volledig menschzijn heeft kunnen beleven, geen kinderen die zijn bestaan ver jongden en verrijkten. Het is vaak het lot der grooten, eenzaam te zijn, niet gewaardeerd, onbegrepen. De tijd was De Mkirode in zooverre gunstig, dat hü, hoewel persoonlijk eenzaam, toch ge waardeerd en begrepen is. Onder ouderen en jongeren, zelfs onder de jongsten was hij erkend de grootste, de dich ter pur sang. In de Christelijke literatuur is er toch al tijd, hoeveel critiek de jongeren op voorgaan de generaties hebben, óók literair en poëtisch, die geheimzinnige band des geloofs, die dergrondsche verstandhouding, welke onder de geslachten door duurt, als een wortelstok vele plantengeslachten. Och, maar wat pi-aat ik van critiek, zelfs zónder dien mystieken band was er im voor critiek nauwelijks plaats, bij zóó tot het hart gaande poëzie van niveau, die ook de eenvoudigen verstonden! Hoe vaak zullen zijn verzen van Godsverlangen, van gebed, levensnood en geloof sbUjheid, verzen, heel de scala van religieuze ervaringen en ont roeringen omvatten, van de kansels in Neder land en Indië hebben geklonken! Wie nog mocht twijfelen aan plaats en waarde van het Protestantsche dichterschap ziet in dit leven beide veroverd. Waarliik, deze dichter was stem van Christelijke gemeenschap! En toch heb ik nu bii zijn verscheiden het gevoel, dat hü in onze schoonheids- en loofsbezielingsarme Christelijke samenleving te weinig is gehoord. Wie weet, zal, nadat wy Donderdagmiddag zijn lichaam aan den schoot der aarde hebben toevertrouwd, zyn vers gaan klinken in de huizen en harten. FINIS Wy weten niet, wat komen zal, 't Hart kent alleen wat is geweest: De vrede van een stillen geest, Vervreemding, duister, overal. Maar smart en onrecht ziin voorbij, il Wy keerden weer tot liefdes wyk, Als kind'ren van Gods Koninkryk Zy wy herboren, sterk en vry. God boog de rechte lyn; 't begin Raakt aan het eind, de cirkel sluit. De hemel heeft zijn zaalgc buit, En harts verlies blijkt harts gewin. Zoo zong htl eens. Nu is ook boven zjjn aardsche leven het finis geschreven, het ein de. De cirkel sluit, de hemel heeft zyn zaal'ge buit. N. C. V. G. B. De Tweede Conferentiedag op „Woudschoten" Prof. Dr K. Dijk houdt een referaat ZEIST, 25 Mei. Ook de tweede Conferen tie-dag van den N.C.V.G.B. op „Woudscho ten" kenmerkte zich door schitterend zomer» zoodat de vele deelnemers uit alle deelen des lands volop konden genieten van de zeldzaam schoone natuur welke thans overal in het Slichtsche landschap te aan schouwen is. Nadat 's morgens 9 uur een bijeenkomst in de kapel had plaats gevonden onder leiding Ds. F. G. Haspers te Zeist, werd een autotocht ondernomen door het grootste deel der provincie. Bezocht werden om. Soes ter- berg (vliegkamp); Amersfoort (Belgisch, monument): Soest; Soestdyk (Kon. Paleis); Baarn en de Pyramide van Austerlitz. Na den gemeenschappelnjken middagmaal tijd werd te 2 uur de algemeene vergadering heropend met het zingen van het bekende Psalmvers: „Looft God, looft Zöjn naam al- Onmiddellijk hierna verkreeg Prof. Dr. K. D ij k uit Kampen het woord tot het houden een referaat over „den Chr. Socialen strijd" en over „de taak die allen in dien strijd te vervullen hebben". Meer in het byzonder wenscht spr. de aandacht te bepalen by de roeping van onze Chr. Sociale Bonden in dezen tyd. Prof. Dijk bracht in herinnering hoe hij, thans ongeveer 21 jaar geleden, in de Zui- derkerk te 's-Gravenhage sprak, waar dien avond ook de heer Schouten optrad. By die gelegenheid had spr. verklaard, dat wij, tegenover de Chr. organisaties, wat orde hadden te brengen. Men stond nl. in die dagen vaak min of meer wantrouwend tegenover de Chr. Soc, Actie. Later bleek echter, dat dit wantrou wen totaal ongegrond was geweest. Merkwaardig noemde spr. het dat juist gedurende de laatst verloopen 20 jaar, de behoefte aan een Chr. Socialen strijd zich sterk heeft doen gevoelen. Het heeft spr. verblijd, dat, by het voeren van dezen strijd, steeds op den voorgrond is komen te staan, dat het ging om de gerech tigheid Gods. Bewaarheid is hierdoor geworden het be kende Bijbelwoord: „Zoekt eerst het Konin krijk Gods en Zyn gerechtigheden en alle overige dingen zullen u toegeworpen wor- Op karakteristieke wi»e vergeleek spr. de neutrale vakbeweging bij een juffrouw die mank loopt, doch daarbij steeds min of meer links overhelt. Helaas heeft spr. meermalen moeten con- stateeren, dat de oud-liberale gedachten vaak nog wonen in een deel van onze eigen menschen, die absoluut niet neutraal georga niseerd moesten zijn. Met groote voldoening heeft spr. kunnen constateeren, dat de Chr. Sociale actie in den loop der jaren veel zegen ten gevolge heeft gehad. Nadrukkelijk verklaarde Prof. Dijk, dat wij den strijd alleen kunnen voeren in ab solute gehoorzaamheid aan God. Spr. zeide zeer nadrukkelijk, dat in elke plaats van ons vaderland, de kerk, zoowel als de predikanten en de ouderlingen, moe ten medewerken aan de Chr. Sociale actie. „Voor onze menschen", zoo vervolgde Prof Dijk, „is geen plaats in de neutrale organi satie, laat staan in den modernen vakbond". Spr. verklaarde eerbiedig respect te heb ben voor de menschen die in deze branches arbeiden en die, na een paar dagen in deze wonderschoone natuur te hebben doorge bracht, morgen hun werk wederom gaan hervatten, dat werkelijk niet overal onder aangename omstandigheden plaats vindt. „Onwillekeurig zal bij u de gedachte zijn ontwaakt", zeide Prof. Dijk, „wat heeft God de wereld toch schoon geschapen en wat hebben de menschen het leven vaak leelijfc gemaakt". Spr. wees er nog op, dat men niet alleen „arbeidsvreugde" moet hebben, doch „le vensvreugde" moet weten te verwerven om in den strijd te slagen. Spr. besloot hierna zyn met groote aan dacht beluisterde rede met de woorden: „God zal ons in dezen strijd de overwinning schenken". De voorzitter, de heer T. Els in ga, bracht Prof. Dijk hartelijk dank voor diens belangwekkend betoog en had met groota voldoening geconstateerd, dat Prof. Dijk, niet alleen vroeger jaren als predikant, doch ook thans nog, als hoogleeraar te Kampen, de Chr. arbeidersbeweging goed gezind is. „Wij hebben college gehad", zeide spr.. en ons zijn richtlijnen aangegeven welke wij, in de komende wintermaanden, hopen te ver werken". Na gehouden rondvraag volgde sluiting op de gebruikelijke wijze. A AANBESTEDING TE LEEUWARDEN LEEUWARDEN, 24 Mei. Gisteren is te Leeuwarden namens den provincialen dienst aanbesteed voor de verbetering van de ka nalen StroobósIJssclmeer en Fonejacht— LeeuwardenHarlingen, het in den droge ontgraven van een drietal kanaalvakken na bij Harlingen en het maken van een grond- verhooging met den bij de ontgraving vrij gekomen grond, met bijkomende werken. Deze werken moeten in werkverschaffing worden uitgevoerd. Laagste inschrijfster was G Verwater en' Co. te Franeker voor f 72.380. AANLEG VAN RIJWIELPADEN IN GRONINGEN GRONINGEN 24 Mei. Vanwege den rijks waterstaat is gisterenmiddag in het Provin ciehuis te Groningen aanbesteed: het maken van rijwielpaden langs weg 39 in het rijks wegenplan 1938, in de gemeente Hoogkerk' en Aduard. met bijbehoorende werken, vol gens bestek nummer 190, verkorslonds dienst 1939—1941. Ingekomen waren 46 aanbiedingen. Laag ste inschrijfster was de Noorci-Nederland- sche Wegenbouw Maatschappij te Harlingen met f 119.615. Wassenaar 23-5-1939 PIET KORTHUYS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1939 | | pagina 5