fRONEN KATHARINA VON BORA Stekeligheden „VAN EN VOOR DE VROUW" UITGAVE VAN DE VIJF SAMENWERKENDF CHRISTELIJKE DAGBLADEN 8—13 MEI 1939 - B dan dat ze slordig zijn of dat ze ongewas- schen op hun werk komen, zooals Lies met het vorige meisje wel heeft gehad. Eme- rence is ook erg lief voor de kinderen en dat is een hoop waard. Zouden we dat met die 3.neg maar eens proheeren? vraagt Lies aan haar man en Jan zegt: 't Is mij best, jij moet er tenslotte mee omspringen. Och, zegt Liesje weet wel wat je hebt, maar je weet nog niet wat je krijgt en er zal aan ieder meisje wel wat mankeeren. Jan voegt daar nog aan toe, dat het ook een hoop waard is als je zoo'n meisje uit de fabriek kunt houden, want daar leeren ze niet veel goeds. Daar praten we nog een poosje over door en zoo blijken tenslotte onze bedoelingen zelfs nog gericht te zijn op Emerence's zieleheil. Ja ja. Zoo teeken ïk dan MIJNHEER DE MAN. Waf eten we volgende week ZONDAG Schildpadsoep Kalfsoesters Doperwten Aardappelen met roomsaus Chocoladevla niet biscuits MAANDAG Geb. spek Andijviesla Sinaasappelrijst DINSDAG Roastbeaf Rabarbermoes gebakken aardappelen Wentelteefjes WOENSDAG Gebakken panharing Worteltjes Rijst met bessensap DONDERDAG Pikante macaronischotel Vruchtensla VRIJDAG VarkensCoteletten Zoete, gedr. appeltjes Flensjes ZATERDAG Gebakken lever Frambozenpudding Van de met gemerkte spijzen vindt men de recepten hieronder AARDAPPELEN MET ROOMSAUS 1 kg. aardappelen: 2]/2 a 3 dl. melk; 25 gram boter; 1 eetlepel bloem; zout; peterselie; y2 dl. room. Men schilt de aardappelen en snijdt ze aan plakken, die men in water met zout 20 mi nuten kookt, daarna afgiet en gaar laat stoomen op een zeer lage pit of een hoekje van het fornuis met het deksel op de pan. Inmiddels maakt men een sausje van de boter, wat bloem en roert alles goed door een, verder nog wat melk bijvoegen. Eenige minuten laten doorkoken. De aardappels worden in een verwarmde dekschaal ge legd en bedekt met de saus, waardoor even voor het opdoen nog i/2 dl. room is geroerd. Over de saus strooit men zeer fijn gehakte peterselie. CHOCOLADEVLA MET BISCUITS 6 dl. melk; 40 gram custardpoeder; 75 gram suiker; 1 flinke eetlepel poederchocolade; stukje boter; ]/2 ons bonne mère (z.g. lange vingers). In een vlaschotel (glazen) worden de bis cuits opgestapeld, zóó dat het bergje naar r meisjes van halsuitsnijding van dezelfde strookjes ook orden, welke ►nieeren. hoe men deze maken van naat-gemaakte No. 33 Stoom- Wasch- en Strijkinrichting „AURORA" W. SPIERENBURG C.Wzn UTRECHT KONINGSWEG 56 TELEFOON 11165 Postrekening No. 43430 Opgericht 1856 Geheel naar de eischen des tljds ingericht Wascht uitsluitend met nortonwater VRAAGT TARIEVEN Bestelbon voor patronen 33 en 33a Ondergeteekende wenscht te ontvangen het patroon van het meisjesjurk]e no. 33 het kinderjurkje no. 33a waarvoor bijgaand het bedrag in post zegels (doorhalen s.v.p. wat niet wordt ge- wenscht) Jurkje no. 33 Halve bovenwijdte Lengte Taillewijdte Heupwijdte Leeftijd Jurkje no. 33a Halve bovenwijdte Lengte Taillewijdte Leeftijd Naam Wat de LIPPENSTIFT is voor de lippen, is LUMINEX voor het haar. Evenals rouge, massage en poeder do schoonheid van lippen, oogen en huid. ver- hoogen. zoo geeft LUMINEX, een plant aardige spoeling. glans, kleur cn nieuw Vraagt Uw kapper om een SPOELING LUMINEX LUMINEX is een creatie van de „LABORATOIRES INSTANT© VITE" Importeur voor Holland en IColoniSn H. MESKER, Tasmanstraat 198 Den Haag Katharina von Bora, schilderij van Lukas Cranach uit 1526, ZIEDAAR de eerste ontmoeting tusschen den grooten hervormer Maarten Luther en zijn latere echtgenoote Katharina von Bora, zooals wij haar beschreven vinden in het boek, door de Engelsche schrijfster Lady Evelyn Giffard over „de eerste domineesvrouw" in het licht gege ven De belangrijkste feiten, in dit werk ver meld, zijn historisch, en de meeste gezegden en anecdoten, die men hier omtrent Luther vinden kan, zijn inderdaad van hem afkomstig. Zoo is het voornaamste aan de werkelijkheid ontleend en mede daarom is iil boek wel geschikt, een juisten indruk te geven van de plaats, welke Ka- thrien von Bora naast haar man heeft ingenomen. Het huwelijk van deze beiden is vaak een voor werp van feilen spot geweest. De vijanden waren al spoedig met hun oordeel klaar en uitten als hun meening, dat uit de echtverbintenis tusschen een gewezen monnik en een gewezen non de Anti-Christ zou voortkomen, waarop Erasmus, overigens zeker geen voorstander van Luthers leer, de vlijmscherpe opmerking maakte, dat er dan al heel wat Anti-Christen geboren moesten zijn. Ook om in deze aangelegenheid het juiste licht te doen schijnen kan dit nuchter en klaar geschreven boek verdienstelijk werken. Men wordt onder het lezen wel eens te meer ge- imponeerd door de moeilijkheden, waarmee de menschen van de Hervorming vooral den eersten tijd te worstelen hadden, en het brandpunt van dat alles lag ongetwijfeld in het oude klooster te Wittenberg, waar Luther, na zijn verblijf op den Wartburg, wederom zijn intrek genomen had. Hier kwamen de talrijke verzoeken om hulp en inlichtingen binnen; hier werden belangrijke be sprekingen gevoerd; hier kwamen studenten om onderwezen te worden in de theologie, opdat zij ook elders het zaad konden zaaien; hier eveneens kwamen velen van hen, die, onder den invloed van „de nieuwe leer", van het kloosterleven wil den afzien. Tot deze laatste categorie behoorde ook Katha rina von Bora. Met ijver vervulde zij haar plich ten in het klooster der Cisterciënsers te Niimp- chen in Saksen. Doch intusschen was elders Lu- ter begonnen met de verspreiding van zijn ge schriften, en een boekje van zijn hand, handelen de over zeven boetpsalmen, belandde ook in het nonnenklooster. En Luther arbeidde voort. Weldra plakte hij zijn 95 stellingen aan de deur van de slotkapel te Wittenberg, verbrandde den pauselijken ban- brief en getuigde met moed op den Rijksdag te Worms. De Hervorming veroverde terrein, ook in het klooster te Nimpchen, en omdat de nonnen, die in haar meening over het kloosterleven ver anderd waren, in zorgen dreigden te komen, be sloten zij tot Luther een brief te zenden, waarin zijn advies werd gevraagd. De hervormer ried aan, dat de zusters haar ouders zouden vragen, cm weer in het ouderlijk huis te mogen terug- keeren. Werd dit aan een of meer geweigerd, dan zou hij haar te Wittenberg ontvangen, als ze al thans er in slaagden, uit Nimpchen weg te komen. Daarop volgde de spannende historie van de vlucht door niet minder dan twaalf nonnen uit het klooster. Dank zij ook de hulp van een voer man, die haar op zijn wagen liet plaatsnemen, gelukte deze ontsnapping wonderwel, en zoo kwamen zij na twee dagen te Wittenberg, waai verschillenden van haar voorloopig in het Zwarte Klooster, de behuizinge van Luther, werden on dergebracht. Hier ook was het, dat Kathrien haat later en man voor het eerst zag. Uit deze periode dateeren de huwelijksplannen tusschen Kathrien en een zekeren Jérome Baum- gartner, plannen evenwel, die geen voortgang hadden door tegenwerking van de zijde van zijn familie. Daarop deed een doctor Glatz pogingen, haar tot zijn vrouw te maken, maar hiervoor voelde zij wel heel weinig, en tot doctor Amsdorf, die trachtte, haar voor zijn vriend Glatz te win nen, zei ze schertsend: „Kwam zulk een voorstel van uw kant of van de zijde van doctor Luther, dan zou ik het ernstig kunnen overwegen. Maar wat dezen Glatz betreft, kan ik niet anders han delen dan ik deed". Die woorden kwamen ook Luther ter oore, doch voorloopig schenen alle huwelijksaangelegenheden wel in de schaduw te komen van de verschrikkingen, die de bloedige Boerenopstanden over het rijk uitstortten. Luther was onophoudelijk werkzaam, reisde her- en der Ruïnen van het kloos ter Nimpchen. waar uit Katharina von Bora in, 1523 vluchtte. waarts, overal trachtende de ellende te keeren. Maar de woorden van Kathrien waren niet ver geten, en dat ze op Luther een dieperen indruk hadden gemaakt dan misschien de oorspronkelijke bedoeling was geweest, blijkt wel hieruit, dat hij haar schriftelijk ten huwelijk vroeg. Zoo kwam Kathrien dan wederom in het Zwarte Klooster, en wel ditmaal als vrouw des huizes. Een drukke tijd brak aan. Het groote gebouw immers had noode toezicht op de huishouding gemist. Heel wat moest er worden verricht en veranderd. Doch toen dat alles achter den rug jyas, kwamen er nieuwe eischen. Luther stelde herhaaldelijk zijn woning open voor allerlei gas ten en bovendien diende het tot onderdak voor studenten, die te Wittenberg onderwijs genoten. Op 7 Juni 1526 werd in het Zwarte Klooster hun oudste zoon, Johannes Luther, geboren. Ontroe* rend en vol afwisseling is voorts het relaas over beider leven. Lief en leed volgden elkaar ook hier snel op. Donkere dagen ontbraken evenmin als blijde. En het boek van Lady Giffard is zeker in staat, van dit alles een duidelijken indruk te geven. Luthers huwelijk is lang niet zoo somber als misschien deze of gene van den strengen her vormer had verwacht. Zijn onmiskenbaar gevoel voor humor liet hem niet spoedig in den steek. Zoo was Kathrien von Bora vaak nogal resoluut in haar optreden en zij stak meermalen haai: eigen opvatting allerminst onder stoelen of ban* ken. Doch Luther wist dat steeds lachende ta pareeren, b.v. door te spreken van „mein lieber Herr Kathe". Ook zei Luther eens: „Zy is veel meer bespraakt dan ik", maar hij voegde er ijlings aan toe: „Niet, dat groote welbespraaktheid 'n vrouw betaamt.." Zulke bijzonderheden verraden den geestigen aard van den hervormer, en zijn opgeruimd ka rakter kwam dan ook herhaaldelijk voor den dag. Zoo zou er heel wat te vermelden zijn uit Luthers dagelijksche levenshouding, een houding waarvan in dit boek talrijke staaltjes zijn opgenomen. En men krygt al lezende een dankbaren blik in een gelukkig huwelijk en op de belangrijke plaats, welke Katharina von Bora naast Maarten Luther heeft ingenomen. Verschenen by Kramers Uitgevers-Onder neming, Heemstede. Ds W. J. Kooiman, Ev. Luth. predikant te Amsterdam, schreef een yoorwoordi Invloed van kleuren op de- stemming VROUWEN houden van kleuren, en dra- j gen deze maar al te gaarne, indien de 1 mode dit mogelijk maakt. Het kleurige kleed,1 waarmede de zomer straks getooid zal zijn, doet haar verlangen naar kleuren des te sterker uitkomen. De vrouw van smaak weet precies aan te voelen, welke kleuren het J best bij haar temperament passen, welke haar goed" staan en zooveel mogelijk flat teer en. Ook de kleuren van haar woning zullen haar niet onverschillig zijn, want zij weet, dat deze in hooge mate op de stemming in werken. De aangenaamste kleur is voor vele men schen rood, omdat hiervan een zekere warm te uitgaat en vroeger placht men deze kleur dan ook zeer veel toe te passen op de meu bileering van woon- en eetkamers. Tegenwoordig heeft de smaak zich gewijzigd en geeft men de voorkeur althans voor moderne woninginrichtingen aan lichte kleuren. De kleuren van behang, vloer- en raambedekking, alsmede die der meubels maken een levendigen, prettigen indruk, die alle sonjberheid verjaagt. Opvallend is, hoe groote donkere meubels eensklaps veel beter uitkomen, indien zij geplaatst worden in een kamer, waar veel licht is en ook het behang in lichten toon gehouden is. „Zijn het wel dezelfde meu bels?", vraagt men' zich soms onwillekeu rig af. Geel is een goede kleur voor kamers, die ietwat somber aandoen, evenals voor don kere gangen en trappen, waardoor men het gevoel krijgt, alsof het zonlicht rijkelijk binnensohijnt. Diep geel, groen, oranje, ter- ra-cotta, goudbruin, zijn kleuren, die voor kussens zeer geschikt zijn en ons op som bere regendagen den moed niet doen ver liezen. Oranje uit warm rood en geel ont staan, is een kleur, die men nog lang niet algemeen durft toe te passen, en die door Goethe honderd jaar geleden in zijn kleu renleer beschouwd werd als irriteerend en niet voordeelig werkend. Zacht geel geverf de kamers stimuleeren tot arbeiden, terwijl groen veel voor heerenkamers gekozen werd en wordt. „De groene tafel" is schier in alle landen bekend als de belangrijkste plaats, waar vele beslissende besluiten geno men werden. Groen werkt kalmeerend, werkt aangenaam op de oogen en rustig op de zenuwen in, terwijl blauw daarentegen voor een woning weinig prettig werkt en aan kamers een kouden indruk verleent en tevens iets onpersoonlijks. Blauw speelt daarentegen een groote rol op het gebied der heeren- en dameskleeding en vooral voor het laatste heeft men schier on eindige variaties. Het inwendige van ons huis, moet, evenals ons leven, helder en klaar zijn, eenvoudig van vorm en lijn, weinig pretentieus van kleur. Gezondheid en humeur zijn veel meer af hankelijk van de huiselijke omgeving dan men oppervlakkig wel denkt. Het gezinsleven kan er slechts bij winnen, indien men sombere verf en kleurloos be hang door wat lichtere kleuren vervangt, want eensklaps zal alles er veel aangenamer uitzien, hetgeen niet nalaat op de stemming te werken. Men kan soms in kamers komen, waar men zich eensklaps thuis voelt, terwijl andere, hoe kostbaar zij wellicht gemeubileerd zijn, beklemmend en drukkend werken. Laten heldere, frissche kleuren onze kamers dan ook mogen verlevendigen! NUTRICIA- KINDERMEEL WE hebben den Zondagmiddag gezellig gepasseerd met het dagmeisje van mijn zoon Jan. Niet dat zij persoonlijk tegenwoordig was, maar zij vormde het on derwerp van ons zeer levendig gesprek. Emerence (zoo heet dat meisje) gaat name lijk weg. Mijn schoondochter is daar niet rouwig om (dat is punt één) maar hoe krijg je een ander? (dat is punt twee). Punt I: Ze is er niet rouwig om. Nee, ze kan er niet rouwig om zijn, want Emerence is een best kind, maar haar handen staan verkeerd voor 't werk. Alles moet haar worden voorgekauwd en achterna gesjouwd. Ze zal nou eens niks uit haar eigen doen. Ze doet wat haar bevolen wordt, maar 't moet haar telkens weer worden gezegd. Als ze de voorkamer gestofzuigerd en gestoft heeft en je bent b.v. zelf nat boven bezig, dan zal ze niet komen vragen wat ze ver der kan doen (laat staan, dat ze uit haar eigen eens wat aanpakt) maar dan gaat ze met een gerust hart met de kinderen zitten spelen en als je dan beneden komt dan heeft ze met de jongens het grootste plezier. De jongens hangen natuurlijk wel aan haar, maar Lies heeft Emerence niet ols kinder meisje gehuurd. Ze is nog een kind, dat weet Lies wel, en ze zal haar 't hardste en 't zwartste niet opdragen, maar je zou van zoo'n meisje van 15 jaar al veel gemak kunnen hebben, als ze maar wilde, als het maar niet zoo'n dooie pier was, waar niks bij zat. En dat moet dan van achten tot drieën f 2.75 in de week verdienen plus het zegeltje. Ze loopt met gemanicuurde nagels rond en ze ziet er uit als een H.B.S.-meisje. Niet dat ik dat kind niet gun, dat ze aardig voor den dag komt, zegt Lies, maar als ze bij mij is, moet ze werken en er komt niet dat uit haar vingers Zoo weiden we uit over punt I en Jan vult de concrete opmerkingen van Lies aan met algemeene beschouwingen over het karakter van de hedendaagsche dienstbode, uit welke beschouwingen we leeren mogen, dat het met de Hollandsche degelijkheidsoberheid, netheid, ingetogenheid en met het „zijn of haar plaats kennen" op een eindje loopt. Bij Jan eten ze om den anderen dag vleesch, maar bij Emerence thuis slaan ze geen dag over, terwijl Emerencê's vader toch slechts los-werkman bij de gemeente is. Ik gun het die menschen wel, zegt Jan, maar Punt I is onuitputtelijk. Daar kun je de heéle economie, de politiek en het sociale vraag stuk bij te pas brengen. Maar Emerence gaat nu weg omdat ze op de fabriek 7,50 kan verdienen (maar zulke meisjes rekenen dan niet, dat ze in hun dienst de kost haast vrij hebben, zegt Lies) en omdat 't in 't huishouden toch niks wordt. En hoe krijg je een ander? Dat is punt II. De meisjes liggen niet opgeschept en als je hoort wat kinderen, die eigenlijk zoo van de school komen, moeten verdienen dan sla je daar steil van achterover e hebben dan nog heele series noten op hun zang. 't Is een tref als je een goeie krijgt. Lies weet tal van verhalen van collega's- mevrouwen, die allerlei ongeloofelijke din gen met hun dagmeisjes hebben meege maakt. Al met elkander sprekende groeien de moeilijkheden om een ander te krijgen zien- deroogen. En Lies kan toch niet zonder hulp. Alleen door het naloopen van de bel neemt Emerence haar al veel werk uit de handen. Ze zouden eens kunnen probeeren haar f 3.te geven en haar een verdere salaris- verhooging in uitzicht te stellen. Emerence is nog wat speelgraag en ze „ziet" geen werk' maar als je het haar opdraagt dan doet ze het toch behoorlijk. Ze wordt ook eiken dag een dagje ouder en het spreekt vanzelf, dat zoo'n kind nog veel moet lee ren. Je kan haar niet met een volslagen 'dag- dienstbode vergelijken. Ze is niet kwaad en ze is heusch wel gewillig. En dat ze het dametje uithangt, daar kun je ook weer niet zoo he él veel van zeggen. Het is beter zóó, „De eerste domineesvrouw Blikken uit het gelukkig huwelijks leven van Maarten Luther en zijn echtgenoote t,Luther bleef een oogenblik in de deuropening staan. Hij had een bleeke gelaatskleur, maar was voller in het gezicht dan op de afbeelding, die Kathrien van hem had gezien. Ook her kende zij dadelijk de diep-liggende, donkere oogen. Hij droeg nog de pij der Augustijner monniken, maar niet meer de ton suur, die den geestelijke kenmerkte. Een haarlok lag schuin over het breede voorhoofd. Wat Kathrien opviel, was. dat deze man, die vooral de laatste jaren een gevaarvol en af mattend leven had gehad, er nog zoo jeugdig uitzag".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1939 | | pagina 10