Morgen
Mei Bier
ham
WOENSDAG 3 MEI 1939
EERSTE BL'AD PAG. 3
VOLMACHTEN VOOR POOLSCHE
STAATSPRESIDENT
Scherpe repliek in Duitsche pers
De Poolsche regeering zal vermoedelijk
Vrijdag in den landdag, na een rede van
den minister van buitenlandsche zaken
Beek, een wetsontwerp indienen, om den
president der republiek te machtigen cot
de volgende gewone zitting van het parle
ment. d. w. z. tot den a.s. herfst, wetsdecre-
ten uit te vaardigen betreffende economi
sche en financieele zaken en de landsver
dediging.
De volmachten zullen geen betrekking
hebben op wijziging der wetten op de sta
bilisatie der valuta.
Tot den eersten November 1939, aldus
„U. P.". zou de president dus het recht krij
gen om alle economische, financieele en mi
litaire aangelegenheden zonder parlement
door verordeningen te regelen.
Het „Hamburger Fremdenblatt" meent,
dat de uitvallen der Poolsche pers tegen
den machtigen buur van Polen, de kwestie
Danzig en daarmede het geheele vraagstuk
der Duit&ch-P.oolsche betrekkingen, op oen
voorgrond der internationale besprekingen
geplaatst hebben.
De vraag dringt zich op. aldus dit blad. of
de overmoedigheid in Warschau niet reeds
zoozeer is toegenomen, dat men de uitwer
king van zijn eigen optreden niet meer
duidelijk herkent.
Duitschland heeft geen enkel dreigement
geuit, integendeel: de deur voor onderhan
delingen staat den Polen nog open. Maar
dt> doldriestheid, die altijd in ce Poolsche
geschiedenis een gevolg van verkeerd be
grepen moed is geweest en in den loop der
eeuwen een nameloos ongeluk over het
land gebracht heeft, komt ook ditmaal op
onbegrijpelijke wijze naar voren.
Do kennis van de gematigde houding der
Duitsche regeering in de kwestie Danzig
had Engeland er van moeten terughouden,
Polen een blanco volmacht te geven.
De Engelsch-Russische
onderhandelingen
Nog weinig vordering gemaakt
De Britsche regeering bestudeert de Rus
sische voorstellen, betreffende de vorming
van een anti-agressie-front in Europa, aldus
schrijft de diplomatieke correspondent van
Reuter.
Een groot aantal staten is hierbij echter
betrokken, hetgeen beteekent, dat het zoe
ken naar de beste methode om weerstand
te bieden aan agressie niet kan worden
overhaast.
Naar verluidt, is de Britsche opvatting,
dat een of andere uitvoerbare regeling over
eengekomen moet worden en dat het niet
noodig is den aard van den Russischen bij
stand te omschrijven. De betrokken staten
echter zouden dit kunnen uitwerken.
Engeland wenscht een overeenkomst en
samenwerking tussohen alle Balkanstaten
met inbegrip van Bulgarije tot stand te zien
komen, doch is niet geneigd tusschenbeide
te komen in methoden, die plaatselijk uit
gewerkt zijn, om dit doel tot stand te
brengen.
Tn het lagerhuis heeft Chamberlain ver-
klaard, dat de besprekingen met Sovjet-Rus-
land en andere betrokken regeeringen al
eenige weken voortduurden. In dien tijd
zijn verschillende voorstellen en tegenvoor
stellen naar voren gebracht van beide kan
ten. Hangende de onderhandelingen is het
niet juist eenigerlei bijzonderheden bekend
te maken.
Korte inhoud van het Feuilleton
Clara van den Cornput, dochter van een
groot-industrieel, en Aat Walle. zoon van 'n
ambtenaarsweduwe, hebben op de H.B.S,
in dezelfde klas gezeten. Na het eindexamen
vindt Aat een betrekking op het kantoor van
Clara's vader, Clara blijft voorloopig thuis.
Doch dat bevredigt haar niet. Ze wil wat
doen. Haar ouders vinden goed dat ook zij
op het kantoor van haar vader geplaatst
wordt. Arnold, haar oudere broer van twin
tig jaar, werkt reeds jaren op de zaak. Zijn
vader meent in Elsa van Doorschot, dochter
van een zeer gefortuneerde familie, een ge
schikte partij voor hem gevonden te heb
ben, doch Arnold toont weinig animo.
Intusschen heeft Clara haar intrede
het kantoor gedaan. Zij verricht haar werk
tot volle tevredenheid van den procuratie-
houd -, die ook wel P. P. genoemd wordt.
Op een middag nemen Clara en Arnold
deel aan een pionic in het zomerhuisje van
een van Clara's vroegere schoolvriendinnen.
Elsa van Doorschot is ook van de partij.
Een broer van de gastvrouw, ontstemd over
zijn gering succes bij Clara, vraagt aan
Arnold, hoe het met zijn pennevruchten
staat. Een twist over deze indiscrete vraag
kan nog juist worden voorkomen.
(Zie vervolg hieronder
Export van oorlogsgrondstoffen
naar Duitschland
Een vraag en antwoord in het Lagerhuis
In antwoord op tot hem gerichte vragen
heeft minister Stanley in het Lagerhuis
verklaard: „ik zou den export afkeuren,
naar welk land ook. van grondostoffen, ten
aanzien waarvan eenigerlei vrees bestaat,
dat onze eigen behoeften wellicht niet ge
dekt zouden worden.
In de afgeloopen maanden is er uitvoer
geweest van schroot en grondstoffen, maar
alleen wanneer er een overschot aan derge
lijke materialen in het Vereenigd Koninkrijk
bestond.
Ik hen er van op de hoogte gesteld, dat de
desbetreffende contracten thans zijn afge
loopen en dat er geen voornemen bestaat
den uitvoer te hervatten".
Op de vraag, of hij stappen zal nemen, om
te voorkomen, dat grondstoffen worden uit
gevoerd naar Duitschland, grondstoffen, dlo
Duitschland noodig heeft voor oorlogsdoel
einden, antnvordde Stanley: „Het is duide
lijk, dat in geval van oorlog bijna alle grond
stoffen voor oorlogsdoeleinden zouden kun
nen worden gebruikt Het is evenzeer dui
delijk. dat bijna alle grondstoffen, die voor
oorlogsdoeleinden gebruikt kunnen worden,
evenzeer geschikt zijn voor vredelievende
doeleinden. De poging om de wereld te ver-
deelen in twee kampen, die geen handels
betrekkingen met elkander moeten hebben,
beteekent een oorlog onvermijdelijk maken.
Voorts zou het mij toeschijnen, dat dit een
werkclijken grond zou geven aan de propa
ganda tegen de omsingeling, die op dit
oogenblik volkomen valsch en ongegrond is"
In antwoord op een nadere vraag, zeid'j
Stanley, dat aan de behoeften van het Brit
sche rijk aan ijzererts, gietijzer en nikkel op
roldoende wijze wordt voldaan.
Het schijnt onuitvoerbaar voor de regee
ringen van het Britsche rijk, om leveringen
aan alle andere landen te ontzeggen.
Nieuwe waarschuwing van Gayda
aan Frankrijk
In de „Giornale d'Italia" wijst Gayda op
het nuttelooze der pogingen van de Fran-
6che pers, om te trachten, Italië af te bren
gen van zijn solidariteit met Duitschland.
Gayda dient in het bijzonder het „Journal
des Dêbats" van repliek, dat beweerd heeft,
cat de asmogendheden in oorlogstijd versla
gen zouden worden, omdat de democratieën
meer goud, meer grondstoffen, meer bewa
pening bezitten, terwijl Italië in een moei
lijke positie verkeert, geïsoleerd als het is in
de Middellandsche Zee, waar het terstond
verslagen kan worden.
Hierop antwoordt Gayda met de Fran-
schen te verzoeken op te passen, alvorens
het te laat is. Hij herinnert eraan, dat de
voorspellingen der Fransche politieke en
militaire leiders over het conflict met Abes-
synië, den oorlog in Spanje en de actie in
Albanië niets waard gebleken zijn.
Maar Italië wacht het Fransche offensief
rustig af. Zijn tien millioen man, die opge>
roepen kunnen worden, worden in geen dag
en in geen vier jaar verslagen. Zijn mach
tige vloot, met schepen van 35.000 ton
een imposant aantal duikbooten, welke
de bezetting van Albanië, de Adriatische
Zee niet meer behoeft te bewaken, verdwijnt
niet zonder den vijand onherstelbare slagen
te hebben toegebracht. Zijn in twee oorlo
gen geharde luchtmacht wordt niet uitge
schakeld, zonder eerst de vitale en verst ver
wijderde punten van het vijandelijke ge"
te hebben vernietigd.
Tenslotte kan het „chemische leger"
Italië, dat over formidabele geheime ont
plofbare stoffen beschikt, niet zoo maar in
eenige dagen tot zwijgen worden gebracht.
Maar Italië kan bovendien tegenover de
Fransche plannen andere militaire en poli
tieke machten in en buiten Europa stellen.
Tenslotte zou Frankrijk, dat in Europa
wordt bezig gehouden, niet in staat zijn, zijn
koloniale rijk, dat over de geheele wereld
verspreid ligt, te verdedigen.
Ais de oorlog zou geëindigd zijn en Frank
rijk met een twee millioen dooden, ver
minkten en gewonden zou zitten en met
vernielde centra van leven en arbeid, zou
het geen mannen en geen kracht meer heb
ben, om zijn rijk te exploiteeren en te be
sturen.
GAFENCO WEER NAAR BOEKAREST
De Roemeensche minister van buiten
landsche zaken Gaf en co, die achtereen
volgens te Berlijn. Londen en Parijs poli
tieke besprekingen heelt gevoerd, heeft zijn
tournée beëindigd te Rome, alwaar hij en
kele ontmoetingen met C i a n o heeft gehad.
In Italiaansche politieke kringen verwacht
men, dat Roemenië tegenover de spil Rome-
Berlijn eenzelfde houding zal aannemen als
Zuid-Slavië, en eventueel een niet-aanvals-
verdrag met Hongarije zal sluiten.
Prins-regent Paul van Zuid-Slavië en
zijn gemalin worden op 10 Mei te Rome
verwacht.
'T MEEST
GEWAARDEERD! DRIESSEN
CH0C0LAAD CARROS
Chr. Fabrieks en Transport
arbeiders
De heer Strijbis houdt de
openingsrede
Rustig voorwaarts gaan
blijft het parool
W. Strijbis
ZEIST, 3 Mei. De Ned. Chr. Bond van Fa
brieks- en Transportarbeiders houdt van-
j en morgen de algemeene vergadering
in hotel „Boschlust" alhier. De samenkomst
werd voorgezeten door den heer W. S t r ij-
P z n. Deze liet zingen Ps. 89 1. las
Psalm 23 en hield daarna de openingsrede.
Spr. getuigde
van de moeilijke
internationale ver
houdingen, heette
allen welkom en
herdacht den over
leden tweeden
voorzitter, den
heer J. van der
Steen. In deze on
zekere tijden is
rust noodig, zoo
vervolgt spreker,
en die rustige
krachtson wikke
ling is ook noodig
in den strijd dei-
geesten, nu fascis
me, nationaal-so-
cialisme, commu
nisme, liberalisme en relativisme ons tegen
over zich vinden. Ook lijdelijke en berustende
christenen, die wars zijn van sociale actie,
doen ons bemerken hoe zwaar in onze dagen
de strijd is.
De internationale toestand heeft vanzelf
voor onze eigen industrie en handel groote
onzekerheden gebracht, te meer, waar de
overheid dientengevolge telkens geroepen
werd bepaalde maatregelen te treffen. De
verwachte opleving in het bedrijfsleven
heeft zich niet blijvend doorgezet, ai nam
de werkloosheid eenigermate af. Vele onder
nemingen hebben nog met groote moeilijk
heden te kampen en lijden onder dvn onbe
stendig blijvenden internationalen politie-
ken toestand.
Wij hebben noodig stichting van nieuwe
Industrieën en uitbreiding van de bestaande,
om onze werkloozen en de groeiende bevol
king in de bedrijven te kunnen opnamen.
Daartoe moeten de voorwaarden worden ge
schapen die een economische exploitatie mo
gelijk maken.
Met dege kennis van zaken en goed onder
scheidingsvermogen hebben we bedrijfsge-
wijze onze medewerking in bovengenoemde
richting te geven en te arbeiden aan de or
dening van het sociaal-economisch leven,
Duitsche oorlogsschepen
verlaten Middellandsche Zee
Barricaden bij Gibraltar verwijderd
De Duitsche oorlogsschepen, die verleden
week de Middellandsche Zee waren binnen-
gestoomd, zijn gistermiddag in westelijke
richting door de straat van Gibraltar ge
varen.
De Britsche autoriteiten hebben, eveneens
gisteren, last gegeven de barricaden, welke
Gibraltar aan de landzijde moesten be
schermen o~ te ruimen.
Het Britsche slagschip ..Ramillies" is met
drie Britsche en drie Fran-;che torpedo-
agers uit Gibraltar vertrokken in oostelijke
richting. Officieel wordt medegedeeld, dat
de „Ramillies" schietproeven zal nemen,
Rebellen-aanslag op Nazareth
Felle strijd nabij den Carmel
Palestijnsche rebellen hebben gisteren in
de omgeving van den Carmel een feilen
strijd aangebonden met de Britsche troepen.
De opstandelingen, onder bevel van oen
nieuwen opperbevelhebber. Aboe Baker, on
dernamen een poging, om Nazareth te om
singelen, met als doel de woningen van de
Arabische familie Farhoein, welker leden
bekend staan om hun opvattingen ten gun
ste van een Britsch-Arabische overeenstem
ming in Palestina
Tenvijl rebellen op de daken van enkele
huizen vuurden ter dekking van andere op-
6tanoelingen, namen deze laatsten stormen
derhand twee huizen, die toebehoorden aan
de familie Farhoen. Zij staken de woningen
in brand, evenals verscheiden regeerings-
bureaux. Tijdens den aanval werd een Ara
bische vrouw gedood en een non gewond.
Een knaap, lid van de familie Farhoen,
werd ontvoerd. Na twee uur trokken de re
bellen terug, achtervolgd door politie en
troepen, die hun ernstige verliezen zouden
hebben toegebracht. Zij grepen echter laat
in, tengevolge van het feit, dat alle telefoon
draden rondom Nazaretli waren doorge
sneden.
zonder dat dit leidt tot verstarring van ver
houdingen.
Deze medewerking hebben wij, zegt spr.,
in 't verleden gegeven en we zullen dit ook in
de toekomst doen en begeeren daarbij den
zegen van Hem, zonder wiens zegen onze
arbeid niet kan gedijen.
Een moeilijke periode heeft de Bond door
gemaakt toen de actie in het haringvis-
schersbedrijf scherpe vormen aannam en het
hoofdbestuur aan de arbeiders moest advi-
seeren de oorspronkelijk gestelde eischen los
te laten en zich accoord te verklaren met
het z.g. minimum-program, dat dan zou wor
den vastgehouden èn waarvoor eventueel
een strijd met de reeders zou worden aan
vaard.
Helaas! de betroikken arbeiders wezen dit
advies af en wilden hun eischen onvermin
derd doorzetten. De leiding van het hoofdbe
stuur werd niet aanvaard en het vertrouwen
opgezegd.
Het sprak wel vanzelf, dat, hoe pijnlijk
ook, het hoofdbestuur niet op zij mocht gaan
voor visschers, die de leiding loslieten. Het
ware onverantwoordelijk geweest, aldus spr.,
de gestelde eischen volledig te handhaven,
omdat gebleken was, dat ze economisch niet
te verwezenlijken waren. Bovendien en voor
alles het hoofdbestuur heeft leiding te geven
en is deze leiding niet waard, indien het
deze uit handen geelt aan wie dan Jok. Het
hoofdbestuur heeft niet te volgen, maar
moet vóórgaan en indien het dit laatste niet
doet, verzaakt het zijn roeping.
Spr. hoopt dat de christelijke visschers zul
len inzien, dat het inzicht van het hoofdbe
stuur in deze actie door de feiten is bewaar
heid geworden en dat, wellicht ondanks
eigen opvattingen, het vertrouwen in de
leiding nooit beschaamd zal worden, omdat
de betuurders hebben geleerd hun arbeid
biddend te verrichten in gehoorzaamheid
en gebondenheid aan het Woord Gods.
In deze verslagperiode daalde het leden
tal van 18438 tot 182-15. Daarbij zijn slechts
896 personen tot en met 21 jaar. Dat is veel
te weinig.
1-Iet bondsvermagen steeg met f 56.179.66
en was op 1 Jan. j.l. f 309.578.84y2. In voor
afgaande jaren hoefde slechts f 9691.41 aan
stakingen te worden uitgekeerd. De werk
loosheid bedroeg in bepaalde maanden on
geveer 40 pet van het ledental. Daardoor
moest in beide verslagjaren f 1.251 4S6 62 uit
de werkloozenkas worden uitgekeerd.
Wat is nu onze taak in de toekomst,
vraagt spr. tenslotte. Het antwoord luidt:
Rustig voorwaarts gaanl „Tegenover de re
volutie het Evangelie" zij onze leuze. De
taak is veelomvattend en zwaar, maar .riet
tè zwaar, want God helpt haar dragen.
Chr. Geheelonthouders
vergaderen
Districtsvergadering van Zuid-Holland
DORDRECHT, 3 Mei. Heden hield het
district Zuid-Holland van de Nat. Chr.
Geheel-Onthouders Vereeniging zijn 83ste
vergadering, in het C.J.M.V.-geibouw.
Om 10 uur werd het samenzijn geopend
met een wijdingswoord van Ds. R. ten
Kate, Ned. Herv. predikant aldaar.
Ds. G. V e n e m a, van Loosduinen, secre
taris. kon in zijn jaarverslag melding ma
ken van een ledentoename van 2074 tot 2112.
dank zij de activiteit van de afdeeling Schie
dam. Hij spoorde aan tot activiteit en tot
contact houden met het districtsbestuur.
De heer G. van Herwijnen, van
Dordrecht, penningmeester, had de hoeken
Kunnen afsluiten met een voordeelig saldo
van f 4.11. Maar dat is gevolg van een zui
nig beheer, want het verminderen van sub
sidies noodzaakte den arbeid wat in te per
ken en enkele propaganda-samenkomsten
uit te schakelen.
Mej. A. C. van Nes. van Leiden, secre
taresse van het hoofdbestuur van de „Hoop
der Toekomst", gaf een uiteenzetting over
het jeugdwerk, waarvan het belang door
haar treffend werd geschetst. Het is van de
grootste beteekenis, de kinderen uit
milieu van drankmisbruik, vroeg ondereen
beteren invloed te brengen. Met velerlei mid
delen zoekt de „Hoop der Toekomst" dat te
bereiken, waarvan spr. een en ander mee
deelde.
De Chr. Ambtenaarsbond in 1938
In het jaarverslag over 1938 van den
Alg. Ned. Chr. Ambtenaarsbond wordt met
verheuging geconstateerd, dat het ledental
zich in stijgende lijn bewoog.
Het hoofdbestuur bleef samengesteld als
volgt: A. van Driel, voorzitter; G. Ilaver-
hoek, tweede voorzitter; L. Vermeulen,
secretaris; J. Goote, tweede secretaris; M.
J. v. Steenes, penningmeester; J. H. Straub
tweede penningmeester. C. J; van Dam
redacteur; S. P. C. van Erk; Tj. Kingma,
I-I. W. Rietberg en J. H. van Wering.
Als vrucht van de propaganda, aldus hef
verslag, kan melding worden gemaakt van
de oprichtingen der afdeelingen Meppel en
Woerden. De pogingen om ook in andere
plaatsen tot oprichting van een afdeeling
te komen, o.a. in Steenwijk, Maastricht,
enz., zijn tot dusver nog niet met succes
bekroond. Wellicht 19 zulks in 1939 moge
lijk. Verder zijn opgenomen verslagen van
de verschillende groepsraden en financieele
Waardevolle tuinbouw-
voorlichting
Proeftuin Zuid-Hollandscb Glasdistrict
Dat de door de bedrijven tot stand ge
brachte en in stand gehouden proeftuin
voor het Zuid-Hollandsch Glasdistrict zeer
belangrijk werk verricht voor de leden in
het bijzonder en voor heel den tuinbouw in
het algemeen bleek wegr eens ten overvloede
uit de algemeeno vergadering te Den Haag
gehouden.
Ruim 4650 leden telt de vereeniging waar
van deze proeftuin uitgaat. Wel meenden
Hilversum en Naarden-Bussum te moeten
bedanken, dorh Leiden sloot zich aan, zoo
dat het ledental op peil bleef. De exploitatie
rekening sloot bij een eindcijfer van f30.850,
met een winst van f 473,62V2 en de verkoops-
afdeeling had bij een eindcijfer van f 14.945
een overschot van f 1306.65.
De aftredende bestuursleden de heeren
Joh. v. d. Eijk te Rotterdam, Wal. van Geest
te 's-Gravenzande en J. Barendse te Poeldijk
werden herkozen, terwijl op voorstel van
het bestuur ook Pijnacker een bestuurslid
kreeg. n.l. den heer P. Bregman.
Nadat het verslag van den directeur ir.
•J. M. Riemens door dezen nog nader werd
toegelicht, waarbij bleek van hoe groot be
lang voor de praktijk de genomen proeven
zijn, werd de TJslandfilm vertoond en de
drukbezochte vergadering gesloten.
AMSTERDAM, 3 Mei. De camdidatenlijst
van de C.-H. Unie voor den Gemeenteraad
luidt als volgt: 1. Jac. Rustige, 2. Mr. W. F.
Schokking, 3. J. H. Meewesen, 4. II. van
Saane, 5. S. Attema, 6. J. Vlugt, 7. Mr. Dr.
M. Visser, 8. J. J. baronesse Mackay, 9. L.
J. van Splunter, 10. Jhr. F. J. E. van Lennep.
11. P. Schouten, 12. J. J. J. Jansen, 13. A.
Willensiek, 14. H. Gerretsen, 15. J. Meijer.
Wij teekenen hierbij aan. dat van de drie
aftredende C.-H. Raadsleden alleen wQthou-
der Rustige op de lijst voorkomt en thans
vo^r het eerst als lijstaanvoerder. Vele jaren
achtereen is dit de heer J. tor Haar Jr. ge
weest, die ook eenige jaren wethouder was.
De heer ter 1-Iaar, die 70 jaar is, en ce lïëer
J. van Meerveld, die den 75-jarigen leeftijd
bereikte, hebben, zooals wij dezer dagen
meldden, verklaard geen candidatuur meer
te aanvaarden.
HILVERSUM I. 1875 cn 415.5 M. 8.00—0.15 KRO
10.00 NCRV. 11.00 KRO. 2.00—12.00 NCRV,
8.00—9.15 Gram.muzlek. (Om 8.15 Ber.),
10.00 Gram.muziek. 10.15 Morgendienst. 10.4&
Gram.muzlek. 11.30 Godsdienstig halfuurtje.
12.00 Berichten. 12.15 Het KRO-Orkest. 1.0(1
Gram.muzlek. 1.20 Vervolg concert. 2.90 u,
Handwerkuurtje. 2.55 Gram.muzlek. 3.00 u.
Causerie „Vrouwen-vredesgang in het Jaag
1939".. 3.15 Gram.muzlek. 3.46 Bijbellezing,
4.45 Gram.muzlek. 6.00 Cursus iiandenax*
beid vnor de Jeugd. 6.396.55 De Eemlan-
ders. (in de pauze Gram.muzlek). 7.00 uur
Berichten. 7.16 Journalistiek weekoverzicht
7.45 Gram.muzlek. 7.50 Causerie .Arbeids
vreugde", 8.00 Berichten ANP., Óerhailng
S.O.S.-berichten. 8.15 Het Christelijk A-Cap-
pellakoor „Sursum Corda". (In de pauze's
Gram.muzlek.) 9.00 Causerie „Willem Farel
HII.VERSUM U. 301,5 BL AT
8.90 Orgelspel. 8.16 Berichten, gram.müziek.
10.00 Morgenwijding 10.15 Gewijde muziek,
(gr. pl.) 10.30 Voor de vrouw. 10.35 Omroep
orkest. 11.00 Voor de vrouw. 11.10 Omroep*
orkest en solist. (Ca. 12.15 Ber.) 12.16 Gram,
muziek. 1.15 AVRO-Aeolian-orkest. 2.00 uur
Voor de vrouw. 2.39 Plano en Viool. 3.00 u.
De Palladians. (Om 3.45 u. Ber.). 4.00 Voor
zieken en thuiszitten den. 4.30 De Twlltght-
Serenaders (opn.). 5.00 Voor de Jeugd. 6.3U
AVRO-Amusementsorkest en solist. 6.28 u.
Berichten. >.30 Sporth.ilfuur 7.0(1 rrlnnon-
cerL 7.35 Causerie over de reuzen-telescoon
van Mount-Palomar. 8.00 Berichten ANP,
8.15 Concertgebouw Orkest (ca. 9é.55 Film*
praatje). 10.29 Disco-nieuws. 11.00 Berich
ten ANP AVRO-Da nee-Band, en solist. 11.40
—12.00 Pianovoordracht.
tet. 5 49 Landhouwkundlee causerie. 6.00 O.
Orkest. 7.00 Biologische oauserle. 7.20 ue-
var. programma. 8.05 Komische voordracht,
8.50 Strijkkwartet. 9.20 Avonddienst. 9.40 U,
Salonorkeet. 10.20 Band.
RADIO—PARIS 164S M. 11.36 Zang 12.25 Or
kest. 1.35 Piano. 2.35 Zang 2.50 Plano. 3.38
Zang 3.50 Harp en plano. 4.26 Plano, zang
en harp. 5.05 Radlotoone9l. 6.29 Orkest. 7.6(1
KEULEN
9.20 Volksliedi
ensemble. 1.30 Conee;
M. 6.30 Orkest. 7.60 Klelnorkest,
11.20 en 12.35 Orkest en
3 20 Orkest. 5.60 U«
lalns. 8.26 Orkest en
BRUSSEL 322 e;
12.05 Cabaret
7.29 Orkest
48 4 Mi 11.60 Orkest. 4.20 en 6.00 Orkest,
6.35 Viool. 7.20 Symphonleorkest. 9.45 Con*
Het verdere verloop van den middag geeft het zonder
linge geval te zien. dat Arnold en Clara, broer en zuster, op
dezelfde roeibank zitten en ook aan de tafel, die inmiddels
door de meegebrachte dienstboden is gedekt, naast elkaar
plaats nemen.
Na afloop heeft de meerderheid van het gezelschap zich
geamuseerd, maar een viertal is niet tevreden.
Dien middag blijft Clara's plaats op kantoor onbezet en
Aat vraagt zich af, wat daarvan de oorzaak kan zijn.
De P. P. geeft hem een bundel papieren en ook een paar
staten, waarvan hij verzoekt: „Leg deze bij juffrouw Corn
put, dan kan ze die stukken morgen afwerken."
„Is de juffrouw ziek?"
„Neen, ze is naar een fuifje bij een vriendin. Een vrij
middagje heeft ze wel verdiend."
Zoo zoo. denkt Aat. naar een fuifje bij een vriendin. Zal
het waar zijn?
Telkens moet hij daar aan denken, wat vervelend! Op
kantoor is het precies zooals het was op de H.B.S. Hij acht
Clara boven al de anderen, maar meer ook niet. Meer niet?
Hij weet beter. Ja, het is nog zooals op de H.B.S., nog de
zelfde tegenstelling. Toen was het Arie Walle en Clara van
den Cornput, nu kaal kantoorbediendetje en dochter van een
groot-industriëel. Een gevoel van machtelooze berusting
maakt hem timide, blijft hem beklemmen, twee, drie dagen.
Dan praat hij zich voor, dat hij "zijn leven niet mag laten
overmeesteren door een hopelooze liefde, want daarvoor is
hij nog te jong.
Veertien dagen later ontmoet Clara op straat den jongen
man, die op het picnicfuifje eerst getracht heeft, zich aan
haar op te dringen en daarna Arnold te grieven.
„Zeg, je broer is toch niet boos op me, omdat ik hem een
beetje in 't zonnetje heb gezet?" vraagt hij luchtig.
„Hoe weet jij, dat hij schrijft?"
„Jij wist er toch zeker ook wel wat van?"
„Niets."
Ze is strak en hoog, haar woorden zijn koud als hagel.
Aat ziet het tweetal loopen en speurt geanimeerdheid in
hun gesprek.
Dat hindert hem. Het hindert hem geweldig. Hij wil boos
zijn op moeder, die hem uitstuurde om een boodschap, waar
door hij het tweetal zag. Hij voelt zich kregel, nu zijn eigen
gevoelens hem onloochenbaar geopenbaard worden en hij
eindigt, met te murmureeren tegen de omstandigheden, die
zijn geval hopeloos maken.
Zoo gaat hij naar huis na een overbodigen omweg van
twee, drie straten. Hij zal er zich overheen zetten, studeeren,
diploma's halen. Geen kop in den wind, geen dwaze dingen,
afleiding zoeken in werken en vergeten.
IV
„Zeg. Arnold, wat ben jij nu eigenlijk van plan?"
„Ik, papa?"
„Ja, jij. Kijk maar niet zoo verwonderd." Papa lacht sma
kelijk.
„Hoe bedoelt u?" vraagt Arnold, nog altijd niet zeker.
„Ik bedoel met Elsa van Doorschot, nou weet je 't."
Arnold kijkt kwaad. „Waarom valt u mij daar zoo ineens
mee op 't lijf?"
„Je op 't lijf vallen? Maar jongen, wat mankeer je? Een
ander zou in jouw plaats in de wolken zijn!"
„Ik houd niet van wolken."
„Nee, jij ziet liever de zon. Daarom moet je het zonnetje
in huis nemen."
Arnold zwijgt nadenkend.
„Is er iets, dat je bezwaart, iets, dat je hebt tegen Elsa?"
„Ik kan niet zeggen, dat ik iets tegen haar heb, maar ik
kan ook niet zeggen, dat ik verliefd hen."
„Die verliefdheid komt wel. Zij van haar kant is verliefd
genoeg, dat kan ik je verzekeren."
Dat streelt hem wel. „Hoe weet u dat?" vraagt hij.
„Dat weet ik zeker. En welke man is op den duur bestand
tegen een verliefde vrouw?"
Ik wel, denkt Arnold. Maar er is iets anders, waartegen
hij niet bestand is. Hij kijkt naar zijn vader, diens krachtige,
welgedane postuur, zijn lacherig gezicht, zijn optimistisch
doortastend uiterlijk. Dat is. waar hij niet tegenop kan. Papa
wint het altijd. En dan. het is toch ook wel gemakkelijk. Hij
verwachtte een moeilijke taak, waar papa hem op af ging
sturen, maar als nu alles voor elkaar is en alleen nog maar
wacht op hem, zonder benauwd gezweet, zonder pijnlijke
tortures
Papa ziet al, dat hij het spel zal winnen. „Zal ik maar
eens met haar vader praten?"
Arnold knikt en glimlacht, want hij weet dit praten al
gebeurd. Maar zijn vader legt dien glimlach verkeerd uit en
is tevreden.
's Avonds zoekt Arnold zijn moeder.
„Papa zal praten met meneer Van Doorschot."
Ze zet zich in een hoogen leuningstoel, vouwt haar handen
in haar schoot en kijkt hem aan, bezorgd en onzeker.
„Elsa is een wereldsch meisje."
„Zij niet alleen, de heele familie is zoo."
„Des te erger, Arnold."
„Vindt u beter, dat ik weiger?"
„Nee, ochHoe sta je zelf?"
„Ik sta neutraal."
„Maar Arnold, dat is toch geen standpunt!"
„Neen. Maar u dan?"
Die vraag snoert haar mond. Zij? Ze weifelt zelf altijd. Ze
gaat steeds opzij. Voor haar man en voor de omstandig
heden en voor alles. Ze heeft geen weerstand. En Arnold is
haar zoon. kind van zijn moeder. Gelukkig is hij een man.
Neen, ongelukkig. Was hij maar een meisje! Maar mannen
hebben toch meer weerstand? Arnold? Neen, niet genoeg.
Zoo peinst ze en ze zegt niets. Wat kan ze doen? Bidden
voor hem en voor haar man en voor Clara. Dat doet ze,
dat doet ze altijd. Maar als Arnold nu tóchwat baat
het dan? En haar man? Die blijft zoo s hij was. Clara is
anders, ja, maar altijd anders geweest. Veranderinq ziet ze
nergens, (Wordt vem)]gdJi<