9
beMjes
naar huis ontboden, en heelt men voor dit gebaar
zich schadeloos gesteld, door nu de Fransche en
Britsche ambassadeurs geruimen tijd op een on
derhoud met Von Ribbentrop te laten wachten.
De heer Henderson heeft zich in de hall van het
bekende hotel Adlon daarover zitten te ver
bijten.
De Führer was onderwijl rustig bezig, zijn nieuw
ste Rijksdagrede op te stellen, waarop de wereld
in sterke spanning wacht, zonder dat Foreign
Office of Quai d'Orsay daarop door middel van
hun diplomatieke kanalen merkbaren invloed
konden uitoefenen. Attolico, de Italiaansche col
lega van Henderson, heeft intusschen met den
Brit een bespreking gehad, zoodat men in de lei
dende Duitsche kringen langs dit achterdeurtje
toch wel het noodige kan hebben vernomen.
Zoowel Frankrijk als Groot-Brittannië hebben
zidh nieuwe en zwaardere lasten opgelegd. De
Fransche minister van financiën Reynaud heeft
van zyn land het offer van vijftien milliard ge
vraagd, teneinde de bewapening tot hooger niveau
te kunnen opvoeren. De serie maatregelen, door
hem aangekondigd, omvatten overwerk voor de
arbeiders, omzetbelasting voor den handel, be
snoeiing van „oorlogs"-winst van de grootbedrij
ven, en verder sterke bezuiniging op de perso
neelsuitgaven. Men zou hem hebben uitgekreten
zoo hij in vreedzamer tijden zou hebben getracht,
op deze manier tot saneering en opbouw te gera
ken; thans legt men zich gaarne bij dit alles neer,
in de verwachting, dat men door nieuwe inspan
ning zich zóó zal kunnen versterken, dat van
deze oorlogsbereidheid een nieuwe steun tot het
behoud van den vrede zal mogen uitgaan.
Minister Simon heeft, in Engeland, eveneens de
lasten des volks aanzienlijk moeten verzwaren,
want de begrooting, door hem ingediend, beloopt
niet minder dan een totaal aan uitgaven van
1.322.000.000 pond sterling. Het is een getal, dat
men aarzelt neer te schrijven; verreweg de hoog
ste raming in vredestijd. Van dit bedrag gaat
ongeveer de helft heen aan verdedigingsdoelein
den, enhet kan nog wel méér worden. Door
allerlei belastingen hoopt men 942 millioen pond
sterling bijeen te kunnen krijgen; de resteerende
380 millioen zal uit nieuwe leeningen moeten
komen. Men ziet, dit zijn zoowel zware lasten
voor het heden, als voor de toekomst. Waar moet
het heen, zoo het inderdaad tot een oorlog ge
raakt, indien de voorbereiding daartoe alleen
reeds zulke fabelachtige schatten verslindt? Hoe
zullen de landen van Europa ooit de uitputting te
boven komen, welke door schrikbarende offers
als deze onherroepelijk moet worden teweeg ge
bracht!
Naast deze financieele lasten, bijna te zwaar om
te worden gedragen, heeft het Britsche kabinet
thans ook tot een anderen maatregel besloten, die
als een druk op de vrijheid moet worden onder
vonden, n»l. de algemeene dienstplicht. Men is
daartoe waarlijk niet lichtvaardig overgegaan. De
oude en nieuwe Britsche bondgenooten hebben
er sterk op aangedrongen, in het bijzonder Frank
rijk, dat zich afvroeg wat het moest beginnen met
een Engelsche steunverleening bij een gewapend
conflict, welke eerst na maanden eenigszins effect
zou kunnen gaan sorteeren.
De voorgenomen conscriptie is overigens een nog
zoo bescheiden begin, dat haar beteekenis
voorshands meer van moreelen, dan practischen
aard moet worden geacht. 250 a 300 duizend mili
ciens, die slechts zes maanden zullen worden ge
oefend, en waarvoor men nauwlijks het benoodig-
de kader tot zijn beschikking heeft, zyn aller
minst een imponeerende militaire aanwinst te
noemen. Maar het is althans een begin, en tegen
over Duitschland tevens een waarschuwing. Hoe
de Führer daarop reageert weet de lezer reeds,
waarin hij boven ons is bevoorrecht, hoewel wij
wel natuurlijk het onze ervan kunnen vermoeden.
BINNENLAND
A LOM heerschte tevredenheid over het resul-
taat der verkiezingen. Een beetje bittere na
smaak kregen de anti-revolutionairen in hun
mond, toen bleek, dat enkele onbeduidende ver
tellingen een zetel in Zuidholland naar de libe
ralen deden overgaan. Waaruit men weer leert,
dat het zelfs bij evenredige vertegenwoordiging op
enkele stemmen kan aankomen.
Dit is een waarschuwing voor de a^. raadsver
kiezingen, welke de Christelijke groepen met op
timisme kunnen tegengaan, doch die geen winst
brengen als er niet voor gewerkt wórdt. De
candidaten zijn nu bijna overal aangewezen; bij
de roomsch-katholieken gaf dat hier en daar nog
al eenige strubbeling; in den Haag werd de gras-
lijst raar door elkaar gehutseld; in Delft werden
eenige ouden op zy geschoven; in kleine plaatsen
vielen ook eenige slachtoffers. De vroegere leden
van de opgeslokte K.D.P. zijn niet overal even
tevreden over de bejegening van hun vroegere
leiders; in Soest leidde dat zelfs tot de stichting
van een nieuwe „katholieke Volkspartij". Daar
zal niet veel van terecht komen. Ons volk gaat
hoe langer hoe minder gevoelen voor verspilling
van stemmen; de kleine partijen boeren achteruit.
194
Geen wonder, ze parasiteeren meestal op geest
verwante groepen.
Mocht men dat op ander terrein ook maar meer
inzien. Op schoolgebied b.v. zoekt of bewaart men
o.i. te weinig de eenheid. Dat bleek in Haren bij
Groningen, waar volgens het Chr.-hist. lid der
Eerste Kamer, Prof. Lohman, het jongste school
bestuur, dat verdeeling bracht, groote fouten
maakte Wat men moet toegeven, want het even
eens Chr.-hist. Kamerlid, de heer Krol schreef in
de Nederlander: „Zeker, af te keuren is de opname
op de lijst van bewilliging van een aantal te
jonge kinderen, waaronder zelfs één van beneden
het jaar. Ik heb in de Tweede Kamer deze han
delwijze ook niet goedgekeurd, maar is dat nu
iets om van groote fouten te spreken?" Nu, een
geringe fout vinden wy dat niet.
Wij mengen ons niet graag in dergelijke plaatse
lijke oneenigheden, omdat een objectief oordeel
vaak moeilijk te geven is; maar hier wijst een
verdediger zelf op gemaakte fouten. Voor ons is
't echter van minder belang, wie de fout maakte,
dan wel, wat de gevolgen zijn. Welnu, die zijn
niet anders dan verzwakking van het Christelijk
volksdeel. Tweedracht breekt kracht. En dat in
deze tijden, nu gee-telijke en staatkundige geva
ren ons dagelijks bedreigen.
Het is nóg vrede, nu wij dit schrijven. Maar wat
zal het morgen zyn? We kunnen geen dag vooruit
zien. Intusschen riep de oorlogsdreiging onze
soldaten reeds naar de grenzen. Het is verheugend,
dat alle bladen, wier vertegenwoordigers een in
druk van onze landsverdediging kregen, zonder
uitzondering enthousiast zijn over het "moreel der
militairen; d.w.z. er is geen gemor en gekanker,
maaT plichtsbesef. Ook blijkt meer en meer, dat
de ontwapenaars volkomen ongelijk hadden toen
zij jaar op jaar schreeuwden: „bewapening trekt
het oorlogsgevaar aan". Het is thans voor ieder
duidelijk, dat Nederland bereid en in staat is zijn
grenzen te verdedigen en dat dit van meer dan
„symbolische beteekenis" zal zijn als het er op
aan komt. Marine, land- en lucht-macht van Ne
derland mogen er zijn en zullen hun plicht doen.
Dat zal offers kosten .helaas, ja! Doch Nederland
vecht alleen, wanneer zijn zelfstandig volksbe
staan bedreigd wordt; voor iets anders gaan onze
militairen nooit in het vuur. Daartoe dienen ook
de oefeningen, welke thans op groote schaal ge
houden worden en waarbij, helaas, eenige onge
lukken gebeurd zijn.
Te Soesterberg werd een dienstplichtige gedood,
doordat de koppeling tusschen twee radio-wagens
brak; bij Doetinchem schoot een schildwacht zich
zelf per ongeluk dood; by Venray trapte een
werklooze, die hulpdienst verrichtte bij het leg
gen van mijnen op zoo'n mijn en werd gedood;
tussdhen de gemeenten Monnikendam en Uitdam,
ongeveer vier kilometer zuidelijk van het eiland
Marken, is een militair vliegtuig, de L 12, be
mand met twee personen, onklaar geraakt en in
het IJselmeer gevallen. De beide inzittenden, een
ofificier-vlieger en een korporaal-vliegtuigmaker,
konden, voor het toestel geheel in het süp was
weggezakt, worden gered; de laatste brak beide
beenen, maar hun toestand is goed.
Eenige sensatie ontstond door de berichten, dat
verdwaalde Duitsche vliegtuigen bij Zoutkamp en
bij Neerbosch noodlandingen moesten maken. De
een was de koers kwijt geraakt, de ander had geen
benzine meer. Alles louter toeval? Wij mogen het
tegendeel niet beweren; maar als zulke dingen in
deze dagen wat vaak gebeuren, dan wordt ons
volk onrustig. Het publiek gaat er van uit, dat
vliegers de grenzen tusschen twee landen niet
passeeren. zonder dat ze er erg in hebben. Vooral
tegenwoordig niet.
Hoe zal het afloopen met de regeling om „zaken-
verlofgangers"' te vervangen door dienstplichtige
werkloozen, weten we op dit moment nog niet.
Er Ls nog al ernstig bezwaar tegen gerezen en een
verplichte oproeping zouden wij ook moeilijk
kunnen verdedigen. De regeering wil echter haar
standpunt nader toelichten. Als dit overzicht
verschijnt, is dit reeds gebeurd.
Intusschen gaat, ondanks de moeilijke tijden de
regeerir>g door met de bestrijding der werkloos
heid. Deze week werd weer een flinke stap voor
waarts gedaan. Het ligt n.l. in de bedoeling, voor
de taak, die tot nog toe door het Werkfonds en
de departemeptale werkverschaffingsafdeeling ls
verricht een meer zelfstandig bedrijf in het leven
te roepen onder de verantwoordelijkheid van den
minister van Sociale Zaken. Dit lichaam zal de
verschillende onderdeelen in onderling verband
regelen, terwijl de leiding zich uitsluitend zal
bezighouden met deze tak van overheidszorg, die
uit de werkloosheidssfeer zooveel mogelijk wordt
losgemaakt.
Dat de crl is nog aanhoudt, blykt overigens op
verschillende wijzen. Wij denken daarbij niet in
de eerste plaats aan de spinazie, die doordraait.
Daarover moet men niet te veel misbaar maken.
Zoo iets gebeurde vroeger ook. De belemmerde
uitvoer in 't algemeen is van meer belang. Al
kunnen we de eerste kersen en tomaten, welke
deze week aan de veiling kwamen te Utrecht en
te Vleuten, zelf wel op.
Er zijn wel andere crisisverschijnselen. Daar ls
de verplaatsing van de kantoren vein Bata, de
Tsjecho-Slowaaksche schoenfabrikant, van Eind
hoven naar Londen; terwijl opvallend is, dat de
booten van de H.A.L. al sedert September en
waarschijnlijk ook voor de e.v. maanden vol
geboekt zyn met buitenlandsche joden, die het
veiliger Amerika opzoeken.
Als binnenlandsche crisisverschijnselen moeten
daarbij de voorschriften der regeering, de prijs-
opdrijvings- en hamsterwet, geldend voor abnor
male tijden, genoemd worden, en voorts het feit,
dat dezer dagen bij de firma Hus in den Haag een
aanvang gemaakt is met het bakken van het zoo
genaamde oorlogsbrood, teneinde na te gaan hoe
ons volk in tijden van tarweschaarschte het best
kan worden geholpen. Daartoe fabriceert deze
firma dagelijks 40 brooden van 8 ons, bestaande
uit 65 pet tarwe, 20 pet rogge en 13 pet aardappel
meel. Het brood smaakt goed, zeggen de proevers.
Wij hopen het; in 19141918 dachten velen an
ders over het toenmalige oorlogsbrood. Volgens
de ervaring van de 16000 bakkers, welke ons land
telt, geeft ons broodetend volk de voorkeur aan
Amerikaansche tarwebloem. Vorig jaar werd
27015 ton verwerkt, tegen 4135 ton van elders..
Het valt echter te loven, dat de regeering nu
reeds organisaties schept om in geval van nood
klaar te zijn. De ontworpen distributie-regeling
zal m algemeene trekken gelijk zijn voor alle te
distribueeren artikelen voor huishoudelijk ge
bruik, met verschil evenwel in de détails. In het
algemeen wordt uitgegaan van de volgende richt
lij nèn:
a. Indien een tekort aan een bepaald artike
dreigt te ontstaan, zullen de beschikbare hoe
veelheden daarvan zooveel mogelijk gelijk over
alle consumenten worden verdeeld, met inacht
neming van bepaalde behoeften en seizoen
invloeden.
b. Daarbij zullen de bestaande organen van han
del en verkeer zooveel mogelijk worden inge
schakeld.
Is er ook zoo iets als een crisis gaande onder de
burgemeesters? Sommigen van hen, sommigen,
hoor! gaan nogal eens over de tong. De burge
meester van Heesch is handgemeen geweest met
een vroegeren ontvanger; hebben twee schuld
waar twee kijven? De burgemeester van Ootmar-
sum moest de beenen nemen; die van Vriezen-
veen volgde hem. Werd ook hem de grond te
warm onder de voeten, al leefde hy als forens in
Almelo; wat wij overigens erg verkeerd vinden.
Andere burgemeesters werden voor de rechtbank
gedaagd wegens fraude; weer anderen hadden te
weinig tegen fraude gewaakt: Vijf burgemeesters,
die ontslagen waren als inspecteurs bij de werk
verschaffing eervol, wel te verstaan
hoopten wachtgeld te krijgen toen aparte func
tionarissen in dienst werden gesteld. De Centrale
Raad' heeft hun beroep verworpen. Volkomen
terecht, naar onze meening. Het is o.i. al erg ge
noeg, dat sommige burgemeesters voor alles en
nog wat tijd hebben en betaalde bijbetrekkingen
waarnemen. Dat moet uitzondering zijn en blijven.
Dit geldt ook voor Kamerleden, maar die schijnen
tegenwoordig niet zoo vaak meer aangezocht te
worden door de Regeering. Wanneer ze thans tijd
over hebben, en niet in de Kamer moeten zijn,
kunnen ze op handen en voeten onder de Kamer
door. Slopers hebben nl. oude, onderaardsche
gangen ontdekt in de buurt van Ridderzaal, Hof
weg en Vijver. Wie weet, welke verrassingen nog
te wachten zijn en welke schatten aan 't licht
komen. Of zou het by modder en puin blijven?
Een meevaller had de Haagsohe Dierentuin, toen
daar een meerval van 1.20 M. gebracht werd; een
veelvraat onder de roofvlsschen, welke zeer zeld
zaam in ons land geworden is. De Haagsche vis-
scher, die het beest in zijn fuik ving, was for
tuinlijker dan de drie Belgische kotters, die
wegens visschen in onze territoriale wateren in
de Soheveningsche haven aan de ketting werden
gelegd en pas na de geëischte cautie te hebben
gesteld, weer vrijgelaten werden.
Heel veel ander „gemengd nieuws" was er deze
week niet; ook met verkeersongevallen liep het
nog al los, zeker mede door het gure weer.
Behalve dan het vreeselijke gebeuren bij Waar-
genburg (Zalt-Bommel) waar drie kleine kinde
ren overreden en gedood werden. Enkele roof
overvallen mislukten of slaagden gedeeltelijk; een
paar bedriegers werden ontmaskerd; te Uithuizen
werd een man verdacht zijn zuster van 61 jaar
te hebben vermoord, maar hij is weer in vrijheid
gesteld. Hij schijnt geheel onschuldig te zijn en
dan is het wel erg onder verdenking van zuster
moord te staan.
Maar nog erger is het wanneer men eenige jaren
onschuldig in de gevangenis heeft doorgebracht,
zooals de 52-jarige J. C. KI. te Arnhem, die
indertijd ten onrechte verdacht werd van een
moord te Giessen-Nieuwkerk, en dan nu wegens
mishandeling in dronkenschap te moeten terecht
staan. De rechter was zeer mild en gaf slechts
een voorwaardelijke gevangenisstraf.
Dat kan goed werken, maar het verhaal, dat wij
hoorden, terwijl we dit overzicht schreven, ver
heugt ons meer. Als een jonge man, door werk
loosheid uit het lood geslagen, in slecht gezelschap
een diefstal begaat en in de gevangenis terecht
komt, doch wegens zijn oppassend gedrag gratie
en na terugkeer in de maatschappij werk krijgt,
zijn schuld belijdt en dankbaarheid toont; dan
zijn we blijde met de blijden en danken we met
hen Gods genade, die den afgezworvene niet los
liet.
I. Bekend spreekwoord.
Stel uit deze lettergrepen een bekend
spreekwoord samen:
boom den die du dijt Een
ge ge plant rig ver wordt,
zei.
II. Bekende Fries.
Stel uit deze letters naam en vóórnaam
samen van den maker van het beroemde
Friese planetarium:
a Eee g iii n ss.
III. Een Rotterdamse visvrouw.
Op de kruisjes naam en voornaam van een
befaamde Rotterdamse visvrouw:
X Vaatwerk.
X Hoofd eener abdij.
X Vierhandig dier.
X Lichte zijden stof.
X Gebreid wantje.
X Ijzerhoudende aardsoort.
X Hengelsnoer.
X Zó staat er
X Plechtig beroep.
X Plooisel van kan'
IV. Groot Alpenmeer.
Op de kruisjes komt de naam van een groot
Alpenmeer:
1 Afkorting voor: gulden; 2 mannetjes
schaap; 3 het heilig boek der Muzelmannen;
4 eigenaars van zeeschepen; 5 de huid even
openrijten; 6 zijn stem uitbrengen; 7 twee
wielig rytuig; 8 draaikap op een schoor
steen; 9 staat vaak op thermometers.
OPLOSSING
van de rebus in de vorige Kinderkrant
De liefde werkt in den aard onbaatzuchtig en
verspreidt haar zegen zonder bijgedachten, een
voudig daar zij niet anders kan.
OPLOSSING
van de raadsels in de vorige Kinderkrant
I. De onderdelen .yn: auto, Asen, laag, sits,
mist, erts, erwt, raaf. Het gevraagde dorp is
Aalsmeer.
I De onderdelen zijn: Jhr, dek, eed, des, Vir
(uly). De bekende admiraal is Tjerk Hidde
de Vries.
III. De onderdelen zijn: 1 G(ram), 2 bis; 3 bes;
4 voren; 5 beken; 6 schenen; 7 ratel; 8 raten;
9 lip; 10 ons; 11 G(ulden). De bedoelde
ketting is: Gierketting.
DE SLIMME LOOPJONGEN
Een jóngen kwam een winkel binnen en vroeg of
hij even mocht telefoneren.
Ja, dat mocht hy. Hij belde dus een nummer op
en vroeg:
„Is u daar, mijnheer Jansen?.... O, ik had ge
hoord, dat u een loopjongen nodig hebt en dan
wou ik even by u komen, of u mij soms kunt ge
bruiken, ziet u?
Wat zegt u? O, hèbt u een loopjongen, myn
heer? O, dat is erg jammer voor me. Maar is
het een goede loopjongen, mijnheer?O, is u
best tevreden over hem! Ja, dan kunt u my niet
gebruiken Het spijt me erg. Dag mijnheer Jansen!"
De jongen schelde af en wilde heengaan.
„Jongen", zei de winkelier, „ik zou je misschien
wel kunnen gebruiken".
„Dank u, mijnheer, maar dat zal niet gaan. Ik ben
de loopjongen van mijnheer Jansen en ik wilde
alleen maar even weten of ik kans had op een
salarisverhoging, ziet u. Dag mynheer! Dank u
wel".
van
Oom c^an.
Jongens en Meisjes,
QE verkiezing is al weer achter de rug en met
4—de schoonmaak schieten we aardig op. Dat
zijn 'twee heel mooie dingen.
Over de verkiezing heb 'k veertien dagen geleden
ook al een kattebelletje geschreven en dat heejt
me een briefje van een moeder bezorgd. Die moe
der was niet boos en ze schreef me heel vriende
lijk. Maar toch kon 'k heel goed merken, dat ze
een beetje teleurgesteld was. Hoe dat kwam?
Luister maar eens.
Die moeder heeft een zoon van 14 jaar leerling
H.B.S. Zijn Paasrapport was niet al te best. En
in plaats dat nu deze vrind z'n kostelijke uren na
schooltijd gebruikte om z'n scha in te halen, ging
hijverkiezingsbiljetten bezorgen. Zoals te be
grijpen was z'n moeder dddr helemaal niet over
te spreken en heeft ze zoonlief geducht onder
handen genomen.
Juist in die tijd kwam meneer de H.B.S.er mijn
kattebelletje van 15 April onder de ogen. Zie je
wel, zei hij tegen z'n moeder, Oom Jan zegt ook,
dat alle jongens flink moeten meehelpen.
Ja, daar heb 'k toe opgewekt maar dat
andere? Beste makker, als ik by dat onderhoud
was tegenwoordig geweest, dan zou 'k moeite
gehad hebben om je niet een flinke draai om je
ooren te geven'.
Wij hadden vroeger een oude schoolmeester, die
met zo'n heel ernstig gezicht kon zeggen: we
moeten 't éne doen en 't andere niet nalaten. Al
mis ik dat plechtige gezicht die waarheid zou
'k je ook wel wil inpeperen.
We hebben bij de laatste verkiezing prachtig
succes gehad. Ik ben er best tevreden mee jij
ook? Zorg nu dat 't vóór de grote vacantie óók
met je rapport in orde komt. Afgesproken? De
hartelijke groeten aan je moeder. Houd haar m
ere, kameraad'.
Al m'n ruimte heb k bijna al weer verpraat.
'k Had een heel lijstje van dingen, waarover 'k
eens graag met jullie praten wou. Maar dat moet
'k nu maar uitstellen tot een volgende keer.
Morgen is Prinses Juliana jarig. Natuurlijk dra
gen. we dan allemaal oranje. Onze Prinses wordt
30 jaar. Heb je je vader en moeder al eens horen
vertellen van de grote geestdrift op de dag van
haar geboorte? 't Was toen al even erg als op 31
Januari van 't vorige jaar.
Wat is er in die dertig jaar veel veranderd, m
Europa en ook in ons land. Maar zoals 't toen
was, zó is 't nog en moge t zo blij v en tot
in verre toekomst: Oranje boven'.
OOM JAN.
De hoogste autoweg van Azië leidt naar de topvan de Papandajan op Java, vanwaar men een
schitterend uitzicht op de „autokrater'' heeft. In het kokende water van de vulkaan is een ei in
vijf minuten gaar.
„BRANDES, WEET GIJ HET NOG?"
Frederik» Wilhelm III van Pruisen was gewoon
elke morgen met de koningin te ontbijten. Op
zekere morgen zag hij op haar werktafeltje een
nieuwe muts liggen, die hem bijzonder fraai toe
scheen.
„Wat kost die muts, mevrouw?" vroeg de koning
glimlachend.
„■t Is niet goed, dat de mannen alles weten", ant
woordde de koningin schertsend. „Zij vinden het
doorgaans te duur, omdat zij van die dingen geen
verstand hebben."
„Nu ja, maar zeg eens, wat kost die muts?"
„Vier thaler 7.20) als gij het dan weten wilt,"
sprak de koningin.
„Ontzettend, wat een geld voor zo'n ding,"
schertste de koning. Tegelijkertijd ziet hij een
oudgediende voorbijgaan, dien hij binnen roept.
„Brandes", zegt de koning, „de dame, die daar cp
de sofa zit, heeft veel geld. Wat denk je wel, oude
kameraad, dat zy voor die muts heeft betaald?
Maar laat je niet foppen door 't mooie rode lint."
„Och, Sire, ik heb van zulke dingen geen ver
stand," geeft de soldaat schouderophalend 'en
antwoord, „maar ik geloof wel dat hij een Mark
(60 cents) zal kosten."
„Een mark!" riep de koning lachend uit, „neen
vriend, dat ding kost 4 thaler."
„Zo ziet gij, dat deze dame niet zo heel bang is
om geld uit te geven. Laat u daarom door haar
deze som maar eens cadeau geven."
De koningin opent glimlachend haar beurs en
geeft den soldaat 4 blanke Thalers. „Maar", voegt
zij er schalks bij, „ziet gij wel dien groten heer,
die daar voor het raam staat? Hij heeft veel meer
geld dan ik. Al wat ik heb, heb ik van hem en
hij geeft gaarne. Laat u van hem het dubbele
geven."
De koning gaf nu den oudgediende acht Thalers,
die den veteraan bijzonder goed te pas kwamen.
De koning vergat dit voorval nooit. Als hij later
na de dood der koningin, dezen bejaarden krijgs
man in het oog kreeg, was hij altijd gewoon hem
iets te geven, terwijl hij op weemoedige toon
vroeg: „Brandes, weet gij het nog?"