9 beMjes naar huis ontboden, en heelt men voor dit gebaar zich schadeloos gesteld, door nu de Fransche en Britsche ambassadeurs geruimen tijd op een on derhoud met Von Ribbentrop te laten wachten. De heer Henderson heeft zich in de hall van het bekende hotel Adlon daarover zitten te ver bijten. De Führer was onderwijl rustig bezig, zijn nieuw ste Rijksdagrede op te stellen, waarop de wereld in sterke spanning wacht, zonder dat Foreign Office of Quai d'Orsay daarop door middel van hun diplomatieke kanalen merkbaren invloed konden uitoefenen. Attolico, de Italiaansche col lega van Henderson, heeft intusschen met den Brit een bespreking gehad, zoodat men in de lei dende Duitsche kringen langs dit achterdeurtje toch wel het noodige kan hebben vernomen. Zoowel Frankrijk als Groot-Brittannië hebben zidh nieuwe en zwaardere lasten opgelegd. De Fransche minister van financiën Reynaud heeft van zyn land het offer van vijftien milliard ge vraagd, teneinde de bewapening tot hooger niveau te kunnen opvoeren. De serie maatregelen, door hem aangekondigd, omvatten overwerk voor de arbeiders, omzetbelasting voor den handel, be snoeiing van „oorlogs"-winst van de grootbedrij ven, en verder sterke bezuiniging op de perso neelsuitgaven. Men zou hem hebben uitgekreten zoo hij in vreedzamer tijden zou hebben getracht, op deze manier tot saneering en opbouw te gera ken; thans legt men zich gaarne bij dit alles neer, in de verwachting, dat men door nieuwe inspan ning zich zóó zal kunnen versterken, dat van deze oorlogsbereidheid een nieuwe steun tot het behoud van den vrede zal mogen uitgaan. Minister Simon heeft, in Engeland, eveneens de lasten des volks aanzienlijk moeten verzwaren, want de begrooting, door hem ingediend, beloopt niet minder dan een totaal aan uitgaven van 1.322.000.000 pond sterling. Het is een getal, dat men aarzelt neer te schrijven; verreweg de hoog ste raming in vredestijd. Van dit bedrag gaat ongeveer de helft heen aan verdedigingsdoelein den, enhet kan nog wel méér worden. Door allerlei belastingen hoopt men 942 millioen pond sterling bijeen te kunnen krijgen; de resteerende 380 millioen zal uit nieuwe leeningen moeten komen. Men ziet, dit zijn zoowel zware lasten voor het heden, als voor de toekomst. Waar moet het heen, zoo het inderdaad tot een oorlog ge raakt, indien de voorbereiding daartoe alleen reeds zulke fabelachtige schatten verslindt? Hoe zullen de landen van Europa ooit de uitputting te boven komen, welke door schrikbarende offers als deze onherroepelijk moet worden teweeg ge bracht! Naast deze financieele lasten, bijna te zwaar om te worden gedragen, heeft het Britsche kabinet thans ook tot een anderen maatregel besloten, die als een druk op de vrijheid moet worden onder vonden, n»l. de algemeene dienstplicht. Men is daartoe waarlijk niet lichtvaardig overgegaan. De oude en nieuwe Britsche bondgenooten hebben er sterk op aangedrongen, in het bijzonder Frank rijk, dat zich afvroeg wat het moest beginnen met een Engelsche steunverleening bij een gewapend conflict, welke eerst na maanden eenigszins effect zou kunnen gaan sorteeren. De voorgenomen conscriptie is overigens een nog zoo bescheiden begin, dat haar beteekenis voorshands meer van moreelen, dan practischen aard moet worden geacht. 250 a 300 duizend mili ciens, die slechts zes maanden zullen worden ge oefend, en waarvoor men nauwlijks het benoodig- de kader tot zijn beschikking heeft, zyn aller minst een imponeerende militaire aanwinst te noemen. Maar het is althans een begin, en tegen over Duitschland tevens een waarschuwing. Hoe de Führer daarop reageert weet de lezer reeds, waarin hij boven ons is bevoorrecht, hoewel wij wel natuurlijk het onze ervan kunnen vermoeden. BINNENLAND A LOM heerschte tevredenheid over het resul- taat der verkiezingen. Een beetje bittere na smaak kregen de anti-revolutionairen in hun mond, toen bleek, dat enkele onbeduidende ver tellingen een zetel in Zuidholland naar de libe ralen deden overgaan. Waaruit men weer leert, dat het zelfs bij evenredige vertegenwoordiging op enkele stemmen kan aankomen. Dit is een waarschuwing voor de a^. raadsver kiezingen, welke de Christelijke groepen met op timisme kunnen tegengaan, doch die geen winst brengen als er niet voor gewerkt wórdt. De candidaten zijn nu bijna overal aangewezen; bij de roomsch-katholieken gaf dat hier en daar nog al eenige strubbeling; in den Haag werd de gras- lijst raar door elkaar gehutseld; in Delft werden eenige ouden op zy geschoven; in kleine plaatsen vielen ook eenige slachtoffers. De vroegere leden van de opgeslokte K.D.P. zijn niet overal even tevreden over de bejegening van hun vroegere leiders; in Soest leidde dat zelfs tot de stichting van een nieuwe „katholieke Volkspartij". Daar zal niet veel van terecht komen. Ons volk gaat hoe langer hoe minder gevoelen voor verspilling van stemmen; de kleine partijen boeren achteruit. 194 Geen wonder, ze parasiteeren meestal op geest verwante groepen. Mocht men dat op ander terrein ook maar meer inzien. Op schoolgebied b.v. zoekt of bewaart men o.i. te weinig de eenheid. Dat bleek in Haren bij Groningen, waar volgens het Chr.-hist. lid der Eerste Kamer, Prof. Lohman, het jongste school bestuur, dat verdeeling bracht, groote fouten maakte Wat men moet toegeven, want het even eens Chr.-hist. Kamerlid, de heer Krol schreef in de Nederlander: „Zeker, af te keuren is de opname op de lijst van bewilliging van een aantal te jonge kinderen, waaronder zelfs één van beneden het jaar. Ik heb in de Tweede Kamer deze han delwijze ook niet goedgekeurd, maar is dat nu iets om van groote fouten te spreken?" Nu, een geringe fout vinden wy dat niet. Wij mengen ons niet graag in dergelijke plaatse lijke oneenigheden, omdat een objectief oordeel vaak moeilijk te geven is; maar hier wijst een verdediger zelf op gemaakte fouten. Voor ons is 't echter van minder belang, wie de fout maakte, dan wel, wat de gevolgen zijn. Welnu, die zijn niet anders dan verzwakking van het Christelijk volksdeel. Tweedracht breekt kracht. En dat in deze tijden, nu gee-telijke en staatkundige geva ren ons dagelijks bedreigen. Het is nóg vrede, nu wij dit schrijven. Maar wat zal het morgen zyn? We kunnen geen dag vooruit zien. Intusschen riep de oorlogsdreiging onze soldaten reeds naar de grenzen. Het is verheugend, dat alle bladen, wier vertegenwoordigers een in druk van onze landsverdediging kregen, zonder uitzondering enthousiast zijn over het "moreel der militairen; d.w.z. er is geen gemor en gekanker, maaT plichtsbesef. Ook blijkt meer en meer, dat de ontwapenaars volkomen ongelijk hadden toen zij jaar op jaar schreeuwden: „bewapening trekt het oorlogsgevaar aan". Het is thans voor ieder duidelijk, dat Nederland bereid en in staat is zijn grenzen te verdedigen en dat dit van meer dan „symbolische beteekenis" zal zijn als het er op aan komt. Marine, land- en lucht-macht van Ne derland mogen er zijn en zullen hun plicht doen. Dat zal offers kosten .helaas, ja! Doch Nederland vecht alleen, wanneer zijn zelfstandig volksbe staan bedreigd wordt; voor iets anders gaan onze militairen nooit in het vuur. Daartoe dienen ook de oefeningen, welke thans op groote schaal ge houden worden en waarbij, helaas, eenige onge lukken gebeurd zijn. Te Soesterberg werd een dienstplichtige gedood, doordat de koppeling tusschen twee radio-wagens brak; bij Doetinchem schoot een schildwacht zich zelf per ongeluk dood; by Venray trapte een werklooze, die hulpdienst verrichtte bij het leg gen van mijnen op zoo'n mijn en werd gedood; tussdhen de gemeenten Monnikendam en Uitdam, ongeveer vier kilometer zuidelijk van het eiland Marken, is een militair vliegtuig, de L 12, be mand met twee personen, onklaar geraakt en in het IJselmeer gevallen. De beide inzittenden, een ofificier-vlieger en een korporaal-vliegtuigmaker, konden, voor het toestel geheel in het süp was weggezakt, worden gered; de laatste brak beide beenen, maar hun toestand is goed. Eenige sensatie ontstond door de berichten, dat verdwaalde Duitsche vliegtuigen bij Zoutkamp en bij Neerbosch noodlandingen moesten maken. De een was de koers kwijt geraakt, de ander had geen benzine meer. Alles louter toeval? Wij mogen het tegendeel niet beweren; maar als zulke dingen in deze dagen wat vaak gebeuren, dan wordt ons volk onrustig. Het publiek gaat er van uit, dat vliegers de grenzen tusschen twee landen niet passeeren. zonder dat ze er erg in hebben. Vooral tegenwoordig niet. Hoe zal het afloopen met de regeling om „zaken- verlofgangers"' te vervangen door dienstplichtige werkloozen, weten we op dit moment nog niet. Er Ls nog al ernstig bezwaar tegen gerezen en een verplichte oproeping zouden wij ook moeilijk kunnen verdedigen. De regeering wil echter haar standpunt nader toelichten. Als dit overzicht verschijnt, is dit reeds gebeurd. Intusschen gaat, ondanks de moeilijke tijden de regeerir>g door met de bestrijding der werkloos heid. Deze week werd weer een flinke stap voor waarts gedaan. Het ligt n.l. in de bedoeling, voor de taak, die tot nog toe door het Werkfonds en de departemeptale werkverschaffingsafdeeling ls verricht een meer zelfstandig bedrijf in het leven te roepen onder de verantwoordelijkheid van den minister van Sociale Zaken. Dit lichaam zal de verschillende onderdeelen in onderling verband regelen, terwijl de leiding zich uitsluitend zal bezighouden met deze tak van overheidszorg, die uit de werkloosheidssfeer zooveel mogelijk wordt losgemaakt. Dat de crl is nog aanhoudt, blykt overigens op verschillende wijzen. Wij denken daarbij niet in de eerste plaats aan de spinazie, die doordraait. Daarover moet men niet te veel misbaar maken. Zoo iets gebeurde vroeger ook. De belemmerde uitvoer in 't algemeen is van meer belang. Al kunnen we de eerste kersen en tomaten, welke deze week aan de veiling kwamen te Utrecht en te Vleuten, zelf wel op. Er zijn wel andere crisisverschijnselen. Daar ls de verplaatsing van de kantoren vein Bata, de Tsjecho-Slowaaksche schoenfabrikant, van Eind hoven naar Londen; terwijl opvallend is, dat de booten van de H.A.L. al sedert September en waarschijnlijk ook voor de e.v. maanden vol geboekt zyn met buitenlandsche joden, die het veiliger Amerika opzoeken. Als binnenlandsche crisisverschijnselen moeten daarbij de voorschriften der regeering, de prijs- opdrijvings- en hamsterwet, geldend voor abnor male tijden, genoemd worden, en voorts het feit, dat dezer dagen bij de firma Hus in den Haag een aanvang gemaakt is met het bakken van het zoo genaamde oorlogsbrood, teneinde na te gaan hoe ons volk in tijden van tarweschaarschte het best kan worden geholpen. Daartoe fabriceert deze firma dagelijks 40 brooden van 8 ons, bestaande uit 65 pet tarwe, 20 pet rogge en 13 pet aardappel meel. Het brood smaakt goed, zeggen de proevers. Wij hopen het; in 19141918 dachten velen an ders over het toenmalige oorlogsbrood. Volgens de ervaring van de 16000 bakkers, welke ons land telt, geeft ons broodetend volk de voorkeur aan Amerikaansche tarwebloem. Vorig jaar werd 27015 ton verwerkt, tegen 4135 ton van elders.. Het valt echter te loven, dat de regeering nu reeds organisaties schept om in geval van nood klaar te zijn. De ontworpen distributie-regeling zal m algemeene trekken gelijk zijn voor alle te distribueeren artikelen voor huishoudelijk ge bruik, met verschil evenwel in de détails. In het algemeen wordt uitgegaan van de volgende richt lij nèn: a. Indien een tekort aan een bepaald artike dreigt te ontstaan, zullen de beschikbare hoe veelheden daarvan zooveel mogelijk gelijk over alle consumenten worden verdeeld, met inacht neming van bepaalde behoeften en seizoen invloeden. b. Daarbij zullen de bestaande organen van han del en verkeer zooveel mogelijk worden inge schakeld. Is er ook zoo iets als een crisis gaande onder de burgemeesters? Sommigen van hen, sommigen, hoor! gaan nogal eens over de tong. De burge meester van Heesch is handgemeen geweest met een vroegeren ontvanger; hebben twee schuld waar twee kijven? De burgemeester van Ootmar- sum moest de beenen nemen; die van Vriezen- veen volgde hem. Werd ook hem de grond te warm onder de voeten, al leefde hy als forens in Almelo; wat wij overigens erg verkeerd vinden. Andere burgemeesters werden voor de rechtbank gedaagd wegens fraude; weer anderen hadden te weinig tegen fraude gewaakt: Vijf burgemeesters, die ontslagen waren als inspecteurs bij de werk verschaffing eervol, wel te verstaan hoopten wachtgeld te krijgen toen aparte func tionarissen in dienst werden gesteld. De Centrale Raad' heeft hun beroep verworpen. Volkomen terecht, naar onze meening. Het is o.i. al erg ge noeg, dat sommige burgemeesters voor alles en nog wat tijd hebben en betaalde bijbetrekkingen waarnemen. Dat moet uitzondering zijn en blijven. Dit geldt ook voor Kamerleden, maar die schijnen tegenwoordig niet zoo vaak meer aangezocht te worden door de Regeering. Wanneer ze thans tijd over hebben, en niet in de Kamer moeten zijn, kunnen ze op handen en voeten onder de Kamer door. Slopers hebben nl. oude, onderaardsche gangen ontdekt in de buurt van Ridderzaal, Hof weg en Vijver. Wie weet, welke verrassingen nog te wachten zijn en welke schatten aan 't licht komen. Of zou het by modder en puin blijven? Een meevaller had de Haagsohe Dierentuin, toen daar een meerval van 1.20 M. gebracht werd; een veelvraat onder de roofvlsschen, welke zeer zeld zaam in ons land geworden is. De Haagsche vis- scher, die het beest in zijn fuik ving, was for tuinlijker dan de drie Belgische kotters, die wegens visschen in onze territoriale wateren in de Soheveningsche haven aan de ketting werden gelegd en pas na de geëischte cautie te hebben gesteld, weer vrijgelaten werden. Heel veel ander „gemengd nieuws" was er deze week niet; ook met verkeersongevallen liep het nog al los, zeker mede door het gure weer. Behalve dan het vreeselijke gebeuren bij Waar- genburg (Zalt-Bommel) waar drie kleine kinde ren overreden en gedood werden. Enkele roof overvallen mislukten of slaagden gedeeltelijk; een paar bedriegers werden ontmaskerd; te Uithuizen werd een man verdacht zijn zuster van 61 jaar te hebben vermoord, maar hij is weer in vrijheid gesteld. Hij schijnt geheel onschuldig te zijn en dan is het wel erg onder verdenking van zuster moord te staan. Maar nog erger is het wanneer men eenige jaren onschuldig in de gevangenis heeft doorgebracht, zooals de 52-jarige J. C. KI. te Arnhem, die indertijd ten onrechte verdacht werd van een moord te Giessen-Nieuwkerk, en dan nu wegens mishandeling in dronkenschap te moeten terecht staan. De rechter was zeer mild en gaf slechts een voorwaardelijke gevangenisstraf. Dat kan goed werken, maar het verhaal, dat wij hoorden, terwijl we dit overzicht schreven, ver heugt ons meer. Als een jonge man, door werk loosheid uit het lood geslagen, in slecht gezelschap een diefstal begaat en in de gevangenis terecht komt, doch wegens zijn oppassend gedrag gratie en na terugkeer in de maatschappij werk krijgt, zijn schuld belijdt en dankbaarheid toont; dan zijn we blijde met de blijden en danken we met hen Gods genade, die den afgezworvene niet los liet. I. Bekend spreekwoord. Stel uit deze lettergrepen een bekend spreekwoord samen: boom den die du dijt Een ge ge plant rig ver wordt, zei. II. Bekende Fries. Stel uit deze letters naam en vóórnaam samen van den maker van het beroemde Friese planetarium: a Eee g iii n ss. III. Een Rotterdamse visvrouw. Op de kruisjes naam en voornaam van een befaamde Rotterdamse visvrouw: X Vaatwerk. X Hoofd eener abdij. X Vierhandig dier. X Lichte zijden stof. X Gebreid wantje. X Ijzerhoudende aardsoort. X Hengelsnoer. X Zó staat er X Plechtig beroep. X Plooisel van kan' IV. Groot Alpenmeer. Op de kruisjes komt de naam van een groot Alpenmeer: 1 Afkorting voor: gulden; 2 mannetjes schaap; 3 het heilig boek der Muzelmannen; 4 eigenaars van zeeschepen; 5 de huid even openrijten; 6 zijn stem uitbrengen; 7 twee wielig rytuig; 8 draaikap op een schoor steen; 9 staat vaak op thermometers. OPLOSSING van de rebus in de vorige Kinderkrant De liefde werkt in den aard onbaatzuchtig en verspreidt haar zegen zonder bijgedachten, een voudig daar zij niet anders kan. OPLOSSING van de raadsels in de vorige Kinderkrant I. De onderdelen .yn: auto, Asen, laag, sits, mist, erts, erwt, raaf. Het gevraagde dorp is Aalsmeer. I De onderdelen zijn: Jhr, dek, eed, des, Vir (uly). De bekende admiraal is Tjerk Hidde de Vries. III. De onderdelen zijn: 1 G(ram), 2 bis; 3 bes; 4 voren; 5 beken; 6 schenen; 7 ratel; 8 raten; 9 lip; 10 ons; 11 G(ulden). De bedoelde ketting is: Gierketting. DE SLIMME LOOPJONGEN Een jóngen kwam een winkel binnen en vroeg of hij even mocht telefoneren. Ja, dat mocht hy. Hij belde dus een nummer op en vroeg: „Is u daar, mijnheer Jansen?.... O, ik had ge hoord, dat u een loopjongen nodig hebt en dan wou ik even by u komen, of u mij soms kunt ge bruiken, ziet u? Wat zegt u? O, hèbt u een loopjongen, myn heer? O, dat is erg jammer voor me. Maar is het een goede loopjongen, mijnheer?O, is u best tevreden over hem! Ja, dan kunt u my niet gebruiken Het spijt me erg. Dag mijnheer Jansen!" De jongen schelde af en wilde heengaan. „Jongen", zei de winkelier, „ik zou je misschien wel kunnen gebruiken". „Dank u, mijnheer, maar dat zal niet gaan. Ik ben de loopjongen van mijnheer Jansen en ik wilde alleen maar even weten of ik kans had op een salarisverhoging, ziet u. Dag mynheer! Dank u wel". van Oom c^an. Jongens en Meisjes, QE verkiezing is al weer achter de rug en met 4—de schoonmaak schieten we aardig op. Dat zijn 'twee heel mooie dingen. Over de verkiezing heb 'k veertien dagen geleden ook al een kattebelletje geschreven en dat heejt me een briefje van een moeder bezorgd. Die moe der was niet boos en ze schreef me heel vriende lijk. Maar toch kon 'k heel goed merken, dat ze een beetje teleurgesteld was. Hoe dat kwam? Luister maar eens. Die moeder heeft een zoon van 14 jaar leerling H.B.S. Zijn Paasrapport was niet al te best. En in plaats dat nu deze vrind z'n kostelijke uren na schooltijd gebruikte om z'n scha in te halen, ging hijverkiezingsbiljetten bezorgen. Zoals te be grijpen was z'n moeder dddr helemaal niet over te spreken en heeft ze zoonlief geducht onder handen genomen. Juist in die tijd kwam meneer de H.B.S.er mijn kattebelletje van 15 April onder de ogen. Zie je wel, zei hij tegen z'n moeder, Oom Jan zegt ook, dat alle jongens flink moeten meehelpen. Ja, daar heb 'k toe opgewekt maar dat andere? Beste makker, als ik by dat onderhoud was tegenwoordig geweest, dan zou 'k moeite gehad hebben om je niet een flinke draai om je ooren te geven'. Wij hadden vroeger een oude schoolmeester, die met zo'n heel ernstig gezicht kon zeggen: we moeten 't éne doen en 't andere niet nalaten. Al mis ik dat plechtige gezicht die waarheid zou 'k je ook wel wil inpeperen. We hebben bij de laatste verkiezing prachtig succes gehad. Ik ben er best tevreden mee jij ook? Zorg nu dat 't vóór de grote vacantie óók met je rapport in orde komt. Afgesproken? De hartelijke groeten aan je moeder. Houd haar m ere, kameraad'. Al m'n ruimte heb k bijna al weer verpraat. 'k Had een heel lijstje van dingen, waarover 'k eens graag met jullie praten wou. Maar dat moet 'k nu maar uitstellen tot een volgende keer. Morgen is Prinses Juliana jarig. Natuurlijk dra gen. we dan allemaal oranje. Onze Prinses wordt 30 jaar. Heb je je vader en moeder al eens horen vertellen van de grote geestdrift op de dag van haar geboorte? 't Was toen al even erg als op 31 Januari van 't vorige jaar. Wat is er in die dertig jaar veel veranderd, m Europa en ook in ons land. Maar zoals 't toen was, zó is 't nog en moge t zo blij v en tot in verre toekomst: Oranje boven'. OOM JAN. De hoogste autoweg van Azië leidt naar de topvan de Papandajan op Java, vanwaar men een schitterend uitzicht op de „autokrater'' heeft. In het kokende water van de vulkaan is een ei in vijf minuten gaar. „BRANDES, WEET GIJ HET NOG?" Frederik» Wilhelm III van Pruisen was gewoon elke morgen met de koningin te ontbijten. Op zekere morgen zag hij op haar werktafeltje een nieuwe muts liggen, die hem bijzonder fraai toe scheen. „Wat kost die muts, mevrouw?" vroeg de koning glimlachend. „■t Is niet goed, dat de mannen alles weten", ant woordde de koningin schertsend. „Zij vinden het doorgaans te duur, omdat zij van die dingen geen verstand hebben." „Nu ja, maar zeg eens, wat kost die muts?" „Vier thaler 7.20) als gij het dan weten wilt," sprak de koningin. „Ontzettend, wat een geld voor zo'n ding," schertste de koning. Tegelijkertijd ziet hij een oudgediende voorbijgaan, dien hij binnen roept. „Brandes", zegt de koning, „de dame, die daar cp de sofa zit, heeft veel geld. Wat denk je wel, oude kameraad, dat zy voor die muts heeft betaald? Maar laat je niet foppen door 't mooie rode lint." „Och, Sire, ik heb van zulke dingen geen ver stand," geeft de soldaat schouderophalend 'en antwoord, „maar ik geloof wel dat hij een Mark (60 cents) zal kosten." „Een mark!" riep de koning lachend uit, „neen vriend, dat ding kost 4 thaler." „Zo ziet gij, dat deze dame niet zo heel bang is om geld uit te geven. Laat u daarom door haar deze som maar eens cadeau geven." De koningin opent glimlachend haar beurs en geeft den soldaat 4 blanke Thalers. „Maar", voegt zij er schalks bij, „ziet gij wel dien groten heer, die daar voor het raam staat? Hij heeft veel meer geld dan ik. Al wat ik heb, heb ik van hem en hij geeft gaarne. Laat u van hem het dubbele geven." De koning gaf nu den oudgediende acht Thalers, die den veteraan bijzonder goed te pas kwamen. De koning vergat dit voorval nooit. Als hij later na de dood der koningin, dezen bejaarden krijgs man in het oog kreeg, was hij altijd gewoon hem iets te geven, terwijl hij op weemoedige toon vroeg: „Brandes, weet gij het nog?"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1939 | | pagina 12