jHeuure ^riïtsrljr (tfmtranl
Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken
OPDAT HIJ OVERWONNE!
Weer een kleine natie het
slachtoffer
Italië overweldigt Albanië
«EAGER?
GIS
Sbonnementsprijiï:
Per kwartaal in Leiden en in plaatsen
waar een agentschap gevestigd is 235
Franco per post 235 portokosten
Per week0.18
Voor het Buitenland bij wekelijksche
zending4.50
Bij dagelijksche zending5.50
Alles bij vooruitbetaling
losse nummers 5 ct. met Zondagsblad 7'/» ct.
Bureau: Br
123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 36936
NO. 6671
ZATERDAG 8 APRIL 1939
20e Jaargang
Sttfotrtentieprijjem
Van 1 tot 5 regels t.171/»
Elke regel meer022'h
Ingezonden Mededeelingen
van 1—5 regels230
Elke regel meer 0.45
Voor het bevragen aan 't bureau
wordt berekend0.10
Zelfs op dit Paschen, in deze angstige
tijden, nu de wereld elk oogenblik in vuur
en vlam kan slaan, piogen, ja moeten wij
van vrede en overwinning spreken en zin
gen. Tweeërlei voorwaarde moet daarbij
echter vervuld worden: ten eerste dat wij
alle oppervlakkigheid, ook vrome, mijden
en ten tweede, dat wij het zien als een
stuk van ons geloof.
„Dat is óns Paschen"; zoo kon men
nog in het begin dezer eeuw in de sociaal
democratische pers lezen, wanneer men
in de ontluikende natuur het beeld zag
van de „zegenrijke opstandigheid" van
het proletariaat, welke aan de verdrukte
klasse gewisselijk de overwinning zou
brengen. Zóó iets schrijft men nu niet
meer, want men is eenige keeren tot be
zinning gekomen en thans verklaren som
migen van hen in vollen ernst: de mensch-
heid is tot het inzicht gekomen, dat zonde
en vergeving reëele begrippen zijn, welke
niet buiten ons maatschappelijk leven en
Streven omgaan.
Dat is zeer stellig geestelijke winst,
welke ons echter voor de vraag moet stel
len of ook wij afgerekend hebben ach
neen, daartoe komen wij niet of al
thans dagelijks meer afrekenen met onze
vrome oppervlakkigheid. Hoe gaarne
nemen immers ook wij genoegen met een
Paaschevangelie, dat ons bemoedigt met
de belofte: Christus is herrezen en met
oqs, arme zondaren, komt het nu wel te
recht.
Deze vrome meditatie moge geestelijk
genot voor ons zijn, ze geeft geen ge
loofskracht in het opkomen voor de eere
Gods op elke plaats, waar wij staan; zij
verliest de lijn uit het oog van het Kruis
naar het eindgericht der wereld. Zóó krij
gen wij slechts antwoord op de vraag:
„wat heeft Paschen ons te gevën"; ter
wijl ver daarboven uit gaat de vraag,
welke beteekenis het heeft voor de komst
van het Godsrijk, voor de definitieve
triumf van den Middelaar.
Na het feit van Jezus' verrijzenis uit de
grafspelonk van Arimathea zijn er slechts
twee dingen, waaraan heel het wereldge
beuren dienstbaar gemaakt wordt: de
Evangelieprediking en het laatste oordeel.
Ware het niet zoo, of lieten wij dit ge
loofsstuk los, dan zouden we in deze da
gen geen raad weten met ons Paasch
feest.
Hoeveel jaren of eeuwen ons nog
scheiden van de wederkomst van Christus,
weten wij niet. Daarover berekeningen
te maken is ijdel èn zondig. De Openba
ring van Johannes dient niet, om onze
nieuwsgierigheid te bevredigen. Maar dat
wij thans leven in de periode, ons ge
schilderd in het zesde hoofdstuk van het
laatste Bijbelboek, wie zijn oogen niet
sluit voor het wee van onze dagen, moet
dat zien.
Daar is het bloed-roode paard en zijn
berijder, aan wien een groot zwaard werd
gegeven om oorlog te voeren, opdat de
menschen elkander zouden dooden.
Daar is het -zwarte paard van den hon
ger en de sociale ellende, des te nijpen
der .omdat de tarwe voor den arme en de
gerst voor den allerarmste schier onbe
taalbaar zijn, terwijl de rijken der wereld
noch aan verzachtende olie, noch aan
Wijn, die vroolijk maakt, gebrek hebben.
Daar is het vale paard en zijn berijder
heet de dood; het zwaard en de honger
kunnen hem zelfs niet verzadigen; de
pestilentie, die in de donkerheid wandelt
en de booze beesten der wildernis,- zoowel
als de verdervende bacteriën zullen zijn
oogst volmaken.
Is dit niet het beeld van onze dagen?
Gewis, en wij moeten nog verder gaan.
Wij strijden tegen ziekte en verderf. Wij
bidden tegen de aanmatiging van de ge
weldhebbers dezer wereld en nochtans
gelooven wij, dat God achter al deze din
gen staat; dat Hij ze wil en dat het de
uitvoering is van wat geschreven was op
de rol des boeks, verzegeld met zeven
zegelen, totdat het Lam, dat geslacht was,
doch nü staande voor den troon, waar
dig geacht werd om het boek te openen.
Maar, hoe kunnen we dan in 1939
Paaschfeest vieren? Dit zou stellig onmo
gelijk zijn, als we het van de menschen
en de zedelijke verbetering door het hu
manisme verwachtten. Het wereldleven is
echter geen doel op zich zelf. Het gaat om
het Godsrijk, om de volkomen triumf van
Koning Jezus, van Wien het ook geldt,
evenals van den berijder van het witte
paard: overwinnende, opdat Hij over-
wonne!
Daarom zendt God zijn oordeelen, op
dat de menschen tot boete en bekeering
zouden komen. De berijders van de drie
paarden, het roode, het zwarte en het
vale, zijn dienstbaar aan Hem, die op het
witte paard zit en die reeds de overwin-
ningskroon draagt.
Met een vrome meditatie komen we er
stellig op dit Paaschfeest niet en bevor
deren we evenmin de zegepraal van het
Godsrijk op aard. Onze roeping is te be
lijden, te strijden en te lijden als het
moet om te weerstaan alle macht der
lfettgen, die het leven in staat en maat
schappij voor zich opeischt en die Gods
Kerk terugdringt om te zijn als „een
hutje in den komkommerhof".
Wij zouden verstijven van schrik en
amechtig achterwaarts wijken, als we let
ten op de grootmachten, gewapend met
zwaard, honger en pestilentie; indien het
Paaschfeest ons niet predikte, dat de
verrezen Heiland, in Wien wij méér dan
overwinnaars zijn, overwinnende voor
gaat, opdat Hij overwonne. Waarom wij
ook bidden: „Gord uw zwaard aan de
heup, o Held! uw majesteit en uw heer
lijkheid. En rijd voorspoediglijk op het
woord der waarheid; uw rechterhand zal
U vreeselijke dingen leeren. Uw pijlen
zijn scherp, volken zullen onder u vallen,
j treffen in het hart van des Konings
ijanden. Uw troon, o God, is eeuwiglijk
a altoos!"
De invasie van Tsjechen
te Oldenzaal
Dankbaarheid van vluchtelingen
OLDENZAAL, 8 April. De dankbaarheid
voor de liefdevolle hulp aan de Tsjechische
vluchtelingen op het station te Oldenzaal
verleend, uit zich thans in vele telegram
men en brieven, welke burgemeester G. H.
P. Bloemen, van alle zijden ontvangt.
In een schrijven uit Vlissingen, door 20
Tsjechische vluchtelingen onderteekend,
wordt gezegd, dat zij nooit en nimmer de
vriendschappelijke opname en hartelijkheid
die hun is ten deel gevallen, zullen verge
ten. Uit Haarlem ontving de heer Bloemen
een soortgelijk schrijven. Een Joodsche han
delaar uit Amsterdam zond den burgemees
ter een gulden. Hij schreef o.a.: „een klei
ne gift voor de armen uwer gemeente, van
een kleinen koopman die op deze manier
zijn bewondering en achting uitdrukt voor
hetgeen voor de vluchtelingen is gedaan"'.
Het comité van bijzondere nooden te Am
sterdam zond eveneens een dankbetuiging.
en^tto&erne^cljiltaryen&Paaftrés
£*$cl;entuejp? let: uw JHoftetdiara-
Op den dag, waarop de Christenheid her
denkt, dat de Heiland der wereld werd aan
het kruis geslagen, opdat Hij ons met God
verzoenen zou, heeft een van de Christelijke
naties van Europa, onder welke zelfs Apos
telen hebben gearbeid, zioh aan een kleinen
nabuur, dien zij 'haar broeder had moeten
achten, vergrepen, en hem gruwelijk geweld
aangeaaan. Albanië, dat nog nauwelijks
feodale tijden achter zich heeft gelaten,
waarin het onder het harde juk van den
Turk moest bukken, is door Italië, dat over
een geperfectionneerde oorlogsindustrie kan
beschikken, en zulks ook met cynische koel
bloedigheid heeft gedaan, op een manier,
welke elk weldenkend mens oh moest be
schamen, in één etmaal tijds onder den voet
geloopen en verpletterd. In wat voor wereld
leven wij toch, twintig eeuwen nadat de ster
rees boven Bethlehem, dat wij deze dingen
moeten aanzien, waartegen overal het men
schenhart in verzet komt, zonder dat het
mogelijk lijkt, ze uit een samenleving, welke
naar vrede en rechtvaardigheid snakt, te
verbannen! Hoe doelloos ook lijkt dit alles,
dit dringen der staatkundige machten, om
elkander terzijae te schuiven en een over-
heerschende plaats onder de zon in te nemen
zonder dat men één oogenblik zioh ervan
rekenschap schijnt te geven, dat hierin geen
bestendigheid is, omdat slechts gerechtig
heid een volk verhoogt, maar zonde de
schandvlek is van een natie.
Er blijft, ook, na de gepleegde barbaarsch-
heden in het gebied der Adriatische Zee,
waar bombardementen schoon gelegen ste
den vernielden en weerlooze bevolkingen
overleverden aan ongekende verschrikkin
gen, over de I tal i aansch- Al ban eesch e ge
schillen een waas hangen van geheimzinnig
heid, hetwelk nog niet wil wijken. Tus-
schen Rome en Tirana immens bestond, nu
reeds jaren achtereen, een bijzonder nauwe
relatie. Het hoog geëvolueerde Italië had
zich. op weloverwogen staatkundige gron
den, vérstrekkend ingelaten met het aan
den overwal van de Straat van Otranto ge
legen Albanië, om dit op te heffen uit zijn
economische en cultureele achterlijkheid,
en het te maken tot een betrouwbaren
buur waarop het zou kunnen steunen bij
de ontwikkeling van zijn strategische po
sitie. Tusschen beide landen waren verdra
gen gesloten, waarin de onafhankelijkheid
der Albaneesche natie en haar status quo
waren gegarandeerd, doch tevens clausules
waren opgenomen, waarin Italië's defensieve
stellingen ten zuiden van de voor dit land
uiterst belangrijke Adriatische Zee werden
gewaarborgd. Albanië, dat zich van de
gelijkheid van zijn kracht ten opzichte van
zijn sterken buurman bewust was, toonde
uit dien hoofde tegenover de Italiaansche
aspiraties een groote mate van inschikke
lijkheid, grooter wellicht dan men van
zeer vrijheidlievend volk zou hebben ver-
wacht. Waarover liepen dan de geschilion,
waaromtrent men gedurende de laatste da
gen steeds meer verontrustende vaagheden
vernam, en van welken aard was het ulti
matum, hetwelk door Rome zoo plotseling
aan Tirana gesteld, en door de regeering
van koning Zogoe verworpen werd?
De wereld tast omtrent deze dingen nog
volledig in het duister. Men kan niet anders
doen dan vermoedens uitsproken, en dan
deze geheele aangelegenheid trachten te be
trekken in het harde spel der machtsverhou
dingen, waarin de dictatoriale staten zulk
een niets en niemand ontziende rol spelen.
Door de steeds veroer om zich heengrijpen
de geweldsactie van de spil Rome-Berlijn
heeft Groot-Brittannië zich gegoopt gezien
tot een tegen-initiatief, waarvan de eerste
étappe door een militair verbond met Po
len werd gekenmerkt. Londen echter ziet
verder dan tot Polen alleen en heeft coalitie-
voornemens, welke zich eveneens tot den
Balkan uitstrekken. Welnu, dit overwegende,
>n het nut inziende van op dit schiereiland,
gezamenlijk met Duitsohland, vasten voet
te hebben, schijnt Italië uit een voorwendsel
motief te hebben gemaakt, om tusschen
de Balkanstaten een wig te drijven,
einde bij voorbaat aan de Engelsch-Fran-
sche diplomatie den pas af te snijden. De
Balkan beteekent in het Duitsch-Italiaan-
sche overleg, een rijke voorraadschuur vqn
granen, oliën en delfstoffen, een opslag
plaats, waaruit men putten kan zoo in da
gen van internationaal wapengeweld de
zeemogendheden opnieuw het middel van
een hongerblokkade zouden willen toepas-
u Italië overweldigt Albanië, omdat in
dit landje de levens zijner onderdanen ge-
zouden hebben geloopen, ziedaar wat
zegt; het maakt van dit gebied een
pied k terre op het vasteland tegenover zich,
een toegangsdeur tot begeerde hulpbronnen,
ziedaar wat men in werkelijkheid bedoelt
Er wordt hier, uit machtshonger, op brute
manier moord en roof gepleegd, onder het
masker van een zich menschlievend
mommend cynisme. De daad gaat gepaard
met contractbreuk zoowel ten opzichte van
ALG. FRIESCHE LEVENSVERZ.MY
LEEUWARDEN - BURMANIAHUIS
GROOT NOORDHCLLANDSCHE
VAN 1845
AMSTERDAM - VAN BREENENHUIS
BEIDER GARANTIE VOOR ALLE
VERZEKERDEN
Albanië als van Engeland, met welk land
men juist een jaar geleden zich plechtig ver
bond, in de verhoudingen rond de Middel
landsche Zee geen wijzigingen aan te bren
gen. Bij dit alles zwijgen, tot op heden, zoo
wel Londen als Parijs, wellicht omdat de
tijd voor een krachtig antwoord voor hen
•nog niet naar kan worden geacht De we
reld intusschen verontrust zich, in het besef,
dat het geweld, ook thans nog. de overhand
heeft Zorgelijk worden de vooruitzichten
tegen het oogenblik, dat van verder aarze
len en zwijgen niet meer sprake kan zijn.
Er is er slechts Eén, die weet, wat dan uit
dit alles kan groeien
AFSCHUWELIJK ZEDEN
MISDRIJF IN HET MASTBOSCH
Een vijfjarig meisje meegelokt
Poging tot wurging van het kind
GINNEKEN. 8 April. Gistermid-
dag ging het vijfjarig dochtertje van
een tandarts, wonende aan de Ba
ronielaan te Breda, na den koffie
maaltijd met haar zevenjarig broertje
in het nabijgelegen Mastbosch
spelen. Hier is zij meegelokt door
een kerel. De jongen liep naar huis
en vertelde zijn moeder wat er ge
beurd was. Deze ging er per fiets
onmiddellijk op uit en ontmoette drie
grootere meisjes, die het kind in een
kreupelboschje meer dood dan
levend hadden gevonden. Er was
een ernstig zedenmisdrijf op het kind
gepleegd, waarna een poging tot
wurging was gedaan. De toestand
van het kind is hoogst zorgwekkend.
De dader is nog niet gevonden.
In verband met dit misdrijf verzoekt de
burgemeester van Ginneken de drie onbe
kend gebleven jongedames, die het slacht
offertje hebben gevonden en op wier nade
ring de pleger van het misdrijf vermoedelijk
de vlucht heeft genomen, zich onverwijld
met hem in verbinding te stellen tot het ge
ven van inlichtingen. De drie jongedames
zijn vermoedelijk kampeersters, die uit Dor
drecht afkomstig zijn en zich gedurende dc
Paaschdagen in de omgeving van Breda op
houden.
De kuststeden onbarmhartig ge
bombardeerd
Tirana reeds door Italianen bezet
In den nacht van Donderdag op Vrijdag zijn de Italiaansche troe
pen, welke te Bari en Brindisi waren geconcentreerd, naar Albanië
overgebracht. Vrijdagmorgen verschenen 170 Laliaansche oorlogs- en
transportschepen voor de Albaneesche kust. Vierhonderd Italiaan
sche vliegtuigen begonnen over het land te kruisen; over de hoofd
stad Tirana werden biljetten uitgeworpen met den raad geen weer
stand te bieden.
Verschillende kuststeden, waaronder Valona en Durazzo, werden
gebombardeerd. Naar verluidt werd in Durazzo een Italiaansche lan
dingspoging aanvankelijk afgeslagen.
Naar Stefani uit Rome meldt, zijn thans de Albaneesche haven
steden Santi Quaranta, Valona, Durazzo en San Giovanni di Medua
door de. Italiaansche troepen bezet. Te Durazzo is een escadrille ver
kenningsvliegtuigen geland.
In het Noorden hebben de Italianen voorts Alessio bezet en in het
Zuiden Delvine. Zij hebben inmiddels hun opmarsch voortgezet.
Volgens te Durazzo ontvangen berichten zou de Albaneesche re
geering Tirana hebben verlaten en een toevlucht gezocht hebben te
Elbassani. In de hoofdstad heerscht een ware chaos. In vrijheid ge
stelde gevangenen hebben gewapende afdeelingen gevormd en het zijn
vooral deze afdeelingen, die den opmarsch van de Italianen trachten
tegen te houden.
Koningin Geraldine en haar pas geboren kind zijn naar verluidt
naar Griekenland gevlucht.
Een gevolmachtigde missie van koning Zogoe, bestaande uit den
minister van economische zaken en een hooggeplaatst officier, vergezeld
van den Italiaanschen militairen attaché, heeft een conferentie met den
(taliaanschen commandant, generaal Guzzoni, aangevraagd, om
hem eenige voorstellen van den koning over te brengen. Deze voorstel
len zijn naar Rome doorgegeven.
Volgens „Un. Press" zouden er aan Albaneeschen kant 140 dooden
en honderden gewonden zijn; Italië zou vijf en twintig dooden en zestig
gewonden hebben.
Militaire verloven
ingetrokken
Mogelijkheid, dat groot-verlof
gangers, ingedeeld bij grens-
en kustbeveiliging worden
opgeroepen
Er is geen reden tot ongerust
heidaldus de regeering
's-GRAVENHAGE, 8 April.
De Regeeringspersdienst meldde
gisteravond:
De regeering heeft als voor
zorgsmaatregel de militaire ver
loven doen intrekken en de groot-
verlofgangers, die zijn ingedeeld
bij de kust- en grensbeveiliging,
doen weten, dat de mogelijkheid
bestaat, dat zij kunnen worden
opgeroepen.
Nadrukkelijk wordt er op ge
wezen, dat deze eventueele op
roeping dus uitsluitend het per
soneel betreft, dat betrokken is bij
de kust- en grensbeveiliging.
Voorts bereikte ons gisteravond
het volgende bericht:
De gebeurtenissen in Albanië
geven naar het oordeel der Neder-
landsche regeering op het oogen
blik geen reden tot ongerustheid.
De Regeering heeft aanstonds
maatregelen genomen tot verhoo
ging van de paraatheid aan de
grenzen, o.a. hierin bestaande, dat
het verkeer over de wegen aan
de grenzen gedeeltelijk is afge
sloten.
De Italiaansche troepen in Tirana
ROME, 8 April. (Stefani). De Itali
aansche troepen zijn hedenmorgen 9 uur
Tirana, de hoofdstad van Albanië, bin
nengetrokken.
De Italianen blijven in Tunis
De Fransche autoriteiten van Tunis loo-
genstraffen formeel het bericht uit Duit-
sche bron, dat 50.000 Italianen bij het con
sulaat van Italië te Tunis verzocht hebben,
te mogen repatrieeren.
Maandag, Tweede Paaschdag,
zal er geen nummer van ons
blad verschijnen
Oit Nummer bestaat uit DRIE bladen
en het ZONDAGSBLAD
Italiaansche troepen hebben de Alba
neesche kuststeden bezet en zijn den op
marsch naar het binnenland begonnen.
Naar verluidt is een Albaneesche de
legatie onderweg om opnieuw met de Ita
lianen te onderhandelen.
Koningin Geraldine is met haar baby
naar Griekenland gevlucht.
Nog geen reacties van den kant der
groote mogendheden.
Ingediend is een wetsontwerp tot ver-*
hooging van het crediet voor werkverrui
ming met 30 millioen gulden.
De vereeniging van Leeraren bij het
Christelijk M. O. vergaderde te Leeu
warden.
DROOG WEER
Verwachting: voor het geheele
land. meest zwakke wind uit oostelijke
later wellicht uit zuidelijke richtingen,
helder tot licht of half bewolkt. Later
toenemende bewolking, droog weer»
koude nacht, iets warmer overdag.
BAROMETERSTAND
Stand vanmorgen half twaalf 763.6
CHERMOMETERSTAND
Stand vanmorgen half twaalf 9.6 C.
9 April. Zon op 5.20 uur, onder 6.45 uur
9 April. Maan op nra. u. ond. vm 8.29 u
10 April. Zon op 5.18 uur, onder 6.47 uur
10 April. Maan op vm. 0,45 u. ond vm. 9,22 u
FIETSERS LICHT OP:
9 April. Van 'sav. 7,15 u. tot 'smorg. 4.48 u.
10 April. Van 's av. 7.17 u. tot 's morg. 4,45 u
R1JKS-TCUTOOW STROOMEND WARM
6AU EN KOUD WATER OP A LLC KAMERS
KAMERS MET OWTETJT-f3-MET BADKAMER - f 4-
Ministers onderbreken
Paaschuitstapje
DEN HAAG, 8 April. Naar wij vernemen,
zijn de ministers Col ij n en Van Dijk.
die gezamenlijk een Paaschuistapje per
auto in de Ardennen hoopten te maken en
zich reeds onderweg bevonden, op het
nemen van de berichten uit Albanië
Den Haag teruggekeerd, waar zij gister
avond zijn aangekomen.
Door inbrekers overvallen en
zwaar gewond
VF.LSEN, 8 April. Vrijdagochtend om
streeks half zeven is de heer G. Zwennes,
employé bij de N. V. van Laers' Walsbedrij
ven, op het oogenblik dat hij het kantoor
gebouw. dal gevestigd is in het voormalig
kasteel Rooswijk, betrad door een tweetal
mannon aangevallen, waarvan de een hem
de ke°l dichtkneep en de andere hem met
een zwaar voorwerp op het hoofd sloeg,
waardoor een bloedende wonde ontstond en
de heer Z. het bewustzijn verloor Na eeni
ge uren vond men het slachtoffer in dcer-
niswekkenden toestand in een der beneden
gangen. Men waarschuwde de politie, dte
onmiddellijk verscheen en den heer Z. naar
het St. Antoniusziekenhuis te IJmuiden
Oost liet vervoeren. Eerst tegen den avond
was de heer Z. zoover hersteld dat hij
eenige inlichtingen omtrent het gebeurde
kon verstrekken. Het slachtoffer was eerst
drie dagen in dienst der firma.
Auto tegen trein opgereden
GOITDA. 8 April Oo den onbewaakten
overweg der spoorlijn Gouda—Schoonhoven,
nabij dp Stolwijkersluig is een personen
auto tegen den trein opgereden, die om
9.15 o.m uit de richting Schoonhoven te
Gouda aankomt. De auto werd bestuurd
door den 30jargen J Stronland uit Rotter
dam De chauffeur die met den toestand
ter plaatse onheken* was. zas don trein te
laa! Hu trachtte nog 't stuur om te gooien,
doch slaagde er niet in een botsing te
voorkomen Fen tweede inzittende, de beer
G Hartveld eveneens uit Rotterd-im liep
enkele lichte verwondingen op De auto
werd zwaar br®chadigd en moest worden
weggesleept. De trein, die onmiddellijk na
de botsing stoptP. kon nn enkele minuten
vertraging weer vertrekken.
SPECIAL DRY
Generaal Agent ANDRE KERSTENS. Tilburg
(Red)
ONGELUK OP DEN RIJKSWEG
TE OVERSCHIE
Inzittende van zijspan gedood
Schuldige automobilisten
doorgereden
OVERSCHIE, 8 April. Hedennacht om
streeks half twee reed op den Rijksweg al
hier een gezelschap motorrijaers afkomstig
uit Rotterdam, in de richting Den Haag. Het
waren de 23 jarige monteur E. Ch. de Brouw
met op de duo zijn 21 jarige echtgenoote.
Er achter reed de motor met zijspan be
stuurd door de 25-jarige koopman J. de
Korte. In het zijspan was gezeten de 27-
jarige Mej. \V. Courbois. Als derde in de rij
volgde ce moto met zijspan bestuurd door
den 27 jarigen koopman .T. M. Lane. Op de
duo was gezeten zijn echtgenoote en in het
zijspan de 39-jarige broodbakker W P. Ver
meid.
Bij den oprit van de viaduct werd het ge
zelschap ingehaald door een personenauto
uit Rotterdam, welke wilde passeeren. Het
voertuig door Lane bestuurd kreeg een duw
van de personenauto, waarooor de heer
Vermeul uit het zijspan werd geslingerd en
op het wegdek bleef liggen. Door den schok
reed L. ook tegen de motor van de K. aan.
Beide voertuigen sloegen om. maar met en
kele lichte schaafwonden konden de berij
ders weer overeind komen.
De auto was inmiddels doorgereden.
Fen tweede per«onen-autn. wplke ftn.irop uit
Rotterdam naderde trachtte men met
armzwaaien tot vtonpen te kriigen. wat ech
ter niet gelukte De auto reed door en
reed over den heer Vermeul heen en sleep
te hem epn heel eind, met het gelaat over
het wegdek mee.
Tenslotte «topte de chauffeur om -»>on
wat er aan de band wn* maar reed direct
daarop weer door. gevolgd door den motor,
bestuurd door De Brouw die het nummer
traehttp op te nemen.
Dr Roo-t Crolliers verleende dc eerste
hulp en liet den zwaar gewonden Vermeul
naar bef riekenhuis te Rotterdam vervoe
ren.. waar dere vanmorgen om 9 uur aan
de hekomen verwondingen is overleden.
De versrhi'tende motorrijwielen werden
zwaar beschadigd.
(ijnl die
ken ik