?eMjes ditmaal heeft laten ©verbluffen. Ook Italië is grimmig, en Mussolini heeft, zoowel in pers als gesproken woord, bedreigingen laten vernemen, welke nog wel in hoofdzaak tegen Frankrijk zyn gericht, hetwelk geen concessies in Afrika wil aanbieden, doch die tevens getuigen voor een vertrouwen in de „as", welke zich wel eens weder verbijsterend actief zou kunnen gaan betoonen. Vreemde geruchten hebben de laatste dagen de ronde gedaan, voor zoover het Italië betreft. In Brindisi en Bari zouden troepenconcentraties plaats vinden, welke op het beramen van een nieuwe militaire fascistische actie duiden. Deze beide steden liggen aan de Apulijnsche kust, tegen over den kleinen koningssfcaat Albanië. Dit „land der witte bergen" bevindt zich juist in één lijn met dezen „hak" van Italië, en eigent zich uit dien hoofde bijzonder voor de rol van strategisch steunpunt, voor het geval dat Italië hier de Straat van Otranto, en daarmede de Adriatische Zee, zou willen afsluiten. In Rome heeft men voor deze mogelijkheid reeds van overlang een open oog getoond. Reeds in 1927 sloot het een overeenkomst met Tirana ,welke in 1936 nog nauwer werd aan gehaald, waardoor Italië en Albanië in vele op zichten één belangengemeenschap gingen vormen. Zuid-Slavië, hierdoor in zyn levensbelangen be- reigd, dit land zag aankomen, dat het in tijden van oorlog zijn vrijen zeehandel zou zien afge sneden, achtte toen den tijd gekomen, eveneens in nauwer relatie met Italië te treden, teneinde zich veilig te stellen. De Italiaansohe troepenconcentraties in Apulië, juist in een periode, waarin van Engelschen en Franschen kant aan een hergroepeering der Euro- peesche krachten wordt gearbeid, krijgen door deze omstandigheden een merkwaardig relief. Ita lië, thans reeds de geldschieter, haven- en wegen aanlegger van Albanië, zou wel eens den lust kunnen toonen, zijn kleinen bondgenoot zóó dicht tegen zich aan te halen als een moeder haar kind. Zoo zou wellicht een nieuw „protectoraat"' ont staan, waarvan ditmaal niet Tsjechen of Slowaken, doch vrijheidslievende Albaneezen de dupe zouden worden. Op het moment ,dait wij dit schrijven, is de toestand nog zeer onzeker in dit deel der wereld, en is voorspellen daarom een hachelijk Werk. Het zou ons echter niet verwonderen, zoo Italië het voorloopig bij een gebaar, hetwelk de bedoeling heeft Zuid-Slavië te intimideeren, zou willen laten. Als de Zuid-Slaven in dezen kente- ringstijd maar goed beseffen, dat hun belangen noch aan aan den westersch-democratischen, noch aan den autoritair-Duitschen, doch uitsluitend aan den Italiaansch-fascisfcischen kant liggen, kan men in Rome heel tevreden zyn. Waartoe verder gaan, en door een half verkapte annexatie de Albanee- sche bergbewoners prikkelen, die vanouds taaie vechtjassen en geboren vrijheidsstrijders zijn? In den Arabischen staat Irak, gelegen tu<-schen Transjordanië en de Perzische Golf, is door een betreurenswaardig auto-ongeval een plotseling einde gekomen aan de regeering van koning Ghazi, die op 27-jarigen leeftijd het leven liet. De vorst laat een vierjarigen troon-opvolger na, die voor loopig door een zwager van den heengeganen koning zal worden vertegenwoordigd. Ghazi was, krachtens afstamming en opvoeding, sterk Bri-tsch georiënteerd. Hij wist bovendien, dat Engelands oliebelangen in zijn rijk de ruggegraat van zijn geprotegeerde heerschappij vormden. Doch onder zijn volk bestaat een aanmerkelijk anti-Bri-tsche strooming; de Engelsche Palestina-politaek is daar aan ongetwijfeld niet vreemd. Het plotseling ver scheiden van den koning was voor agiitators te Mosoel dan ook een gereede aanleiding, daarvan Engeland de schuld te geven; er zou te Bagdad niet een ongeluk, doch een door Londen op touw gezette moord hebben plaats gehad. Van dit wilde gerucht is de Britsche consul te Mosoel het slacht offer geworden; een woedende menigte bracht hem op de stoep van zijn ambtswoning om het leven. In hoeverre anti-Britsch gestook door middel van buitenlandseh geld daaraan mede schuldig staat is een belangwekkende, doch openblijvende vraag. Rest ons nog te vermelden, welk een verrassende stembus-overwinning liberalen en katholieken in België mochten behalen, en op hoe verpletterende manier Rex, ten ko- te van zeventien zetels, ver slagen werd. Ook de socialisten boekten zware verliezen. Een liberaal-katholieke coalitieregee- ring zal vermoedelijk spoedig te Brussel het roer in handen kunnen nemen. BINNENLAND EGENS Goede Vrijdag, waar men in ons land nog steeds geen raad weet, hoe men hem vieren zal, is de week wat korter dan gewoon lijk. En het overzicht zal dus navenant zijn, denkt de lezer, die geleerd heeft gevolgtrekkingen maken. Och, dat behoeft volstrekt niet. Er is de vorige week wel iets overgeschoten, waarover wat te zeggen zou zijn. En bovendien is dit een harmo nica-rubriek; waarbij uitrekken echter minder moeite kost dan indrukken. Ook deze week is er overvloedig stof. Gelukkig vraagt de rubriek: ongevallen, tot heden weinig aandacht. Dat kon de volgende week met de Paaschdagen, hopélijk niet te guur, wel eens 158 anders zyn. Een treinontsporing te Delft; een bij Ressen-Bemmel en een omgekantelde auto bij Halfweg is nagenoeg alles. Voorts nog twee ongevallen: motorrijder bij Breda gedood en een 79-jarig heer bij Voorschoten uit de trein gevallen en later overleden. Voorzoover thans bekend geschiedden er slechts twee ernstige bedrijfsongevallen: op het terrein der Droogdok Mij te Rotterdam viel een 18-jarige nagel jongen dood; en in de vuurwerkfabriek van de firma Kat te Leiden heeft zich een ontploffing voorgedaan, waardoor een 59-jarige arbeider ern stige brandwonden aan gelaat en armen bekwam. Vreeselijke gebeurtenissen voor hen die het trof en de familie, maar vergeleken bij anders een „stille week". Deze kwalificatie geldt niet voor de rubriek mis dadigheid. Daar staan we telkens weer voor ver rassingen. De demoraliseerende invloed der werk loosheid speelt hierbij zeker een rol; en dan denken w aan den werklooze, die na 21 inbraken ein delijk te Zwolle ingerekend werd; en aan vader en dochter te Amsterdam, die in overspannen toestand herhaaldelijk getracht hebben brand te stichten. Aan oplichting heeft zich ook schuldig gemaakt een pas overleden steuntrekker te De venter, die 15 jaar lang in zorg was en in wiens gedurende eenige dagen gesloten woning de politie nu den reeds bewusteloozen bewoner vond, be nevens een boekje van de Rijkspostspaarbank met een flink saldo en nog een belangrijk geldsbedrag opgeborgen in een trommel en verschillende doosjes. De onverbeterlijke Abraham Herschel, wiens foto en levensbericht ter waarschuwing door de Ameri- kaansche politie wordt verspreid, kan zich niet op de werkloosheid beroepen. Na een langdurige ge vangenisstraf te hebben uitgezeten wegens oplich terijen, diefstallen en verduisteringen, heeft hij, op vrye voeten gesteld, nauwelijks teruggekeerd in de maatschappij, onmiddellijk weer zijn oude praktijken hervat en zoekt hij links en rechts slachtoffers voor zijn oneerlijke transacties. Be doelde persoon weet het vertrouwen té winnen van de menschen met wie hij in relatie treedt en hun tot afgifte te bewegen van goederen, die hij nimmer zal betalen en men zij dus gewaarschuwd. Aan een meer voorkomende misdaad maakte een 17-jarige jongen uit Amersfoort zich schuldig. Hij heeft zich, vergezeld van een verdacht individu, door den eigenaar van een huur-auto met onbe stemd doel door Utrechts dreven laten ryden, doch liet plotseling stoppen en mishandelde den chauf feur met een hard voorwerp, waarna hij er met de auto van door ging. De „metgezel" bleef be teuterd achter en werd spoedig door de politie ingerekend. Hij had den gewonde van zijn geld moeten berooven. Te Wijk by Duurstede gaf de jongen zich aan de politie over en bleek hij iin het bezit te zijn van een revolver met 12 scherpe patronen. Hij, zoowel als de venter, werden in arrest gesteld. De toestand van den chauffeur is gelukkig niet levensgevaarlijk. Dat hierbij geestelijke storing tengevolge van jeugdwerkloosheid in 't spel zou zijn, is moeilijk aan te nemen. Anders staat het wellicht met den trambestuurder, die op de Nieuwe Mentfedebrug bij Diemen de „Gooische" plotseling liet stoppen ert in het Kanaal sprong, waaruit hij met moeite werd gered. Deze man verkeerde in een vlaag van verstandsverbijstering tengevolge van het feit, dat hij voor vervroegd ontslag vreesde en dan met zyn vrouw en 9 kinderen van een schraal pen sioentje zou moeten leven. Hij deed zijn werk sedert 20 jaar met groote toewijding; zijn gedrag was voorbeeldig. Wanneer men dezen man belooft, dat hem geen ontslag boven het hoofd hangt, dan stap ik met gerustheid in de tram, waarop hij als bestuurder dienst doet. Bij gebrek aan werk gaan sommigen in goud han delen. Dat bleek onlangs reeds. En ook deze week heeft de Amsterdamsdie politie weer haar slag geslagen. Zy deed, geassisteerd door rijksambte naren van de Waarborg en de Belastingen der gouden en zilveren werken, een inval in een hotel op het Weesperplein, waar vooral des Zondagsmor gens regelmatig allerhande kooplieden bijeen komen om goud en zilver te verhandelen. Op Amerikaansche wijze drongen plotseling de politie mannen en ambtenaren de eetzaal binnen, waar zy een vijftigtal clandestiene handelaren in goud en zilver verrasten. Na een scherpe contróle, die geruimen tijd in beslag nam, werden twaalf hun ner gearresteerd, omdat zij op clandestiene wijze handel dreven, geen gebruik maakten van de wet telijk voorgeschreven registers en in vele gevallen in het bezit waren van ongekeurd goud, waarop geen invoerrecht, waarborgbelasting en keurloon waren betaald. Men is geneigd bij deze misdadigheid op Zondag morgen te denken aan het woord van Jezus: Gij kunt God niet dienen en den mammom. Wat ech ter niet wil zeggen, dat de Zondag niet op andere wijze kan worden ontheiligd Moet mon het mis schien als een reactie tegen de weer oplevende carnavalspret beschouwen, dat, uitgaande van de Zuidelijke bisdommen, een actie is ingezet voor een betere viering van den Zondag. Moge zij resultaat opleveren. Het roomsche carnaval schynt echter aanstekelijk gewerkt te hebben op den rooden burgemeester van Zaandam. Die is n.l. bezig aldaar weer een kermis, maar dan een veredelde in te voeren. Hoe zijn partijgenoot A. B. K., oproerig krabbelend, daarover denkt, is ons niet erg duidelijk gewor den. Eerst juicht hij' er over en zegt dat de komi sche voordracht van den hoofdpersoon in het moderne carnaval „inderdaad een vermaan zal zijn om van de kermisviering een opvoedkundige waar de te laten uitgaan. Een verkleede kermispreek alzoo. Maar een preek. Geen volk met eigener aard dan het Nederlandsche." Maar aan het slot heet het na een opsomming van lage kermisverma kelijkheden: „Dit is de kermis. Daarmee staat of valt zy. De menschen kan men veredelen. Het is een hoopvol werk. Maar de kermis is: klatergoud, lawijt, stank en vooral veel fantasie. Ach, lieve help, als dat het ergste was...." Neen, het ergste is dat niet, maar het is vaak wel aanleiding tot erger dingen. Doch bovendien; is het nu, gelet op alles om ons heen, een tijd om de pretmakerij te bevorderen? Daarvoor zijn de tijden toch te ernstig. Juist daar om moeten we de bevolking wat opvroolijken; zegt menigeen. Dan vergeet men de narigheid der werkloosheid b.v. Het is droevig als men niets anders heeft te bieden dan verdoovende middelen. Tegen de werkloosheid moet natuurlijk gedaan worden, wat menschelijk mogelijk is. Is de regee ring daarvan wel in elk opzicht doordrongen? Wy juichen het toe, dat minister van Dyk de Neder landsche industrie niet passeert. De werven krij gen opdrachten in series. We konden deze week lezen vam de F.K. 58, het nieuwste snufje van de N.V. Vliegtuigen Koolhoven en de man, die het toestel in precies zeven minuten van Soesterberg naar Rotterdam had gebracht, de „testpiloot" van de fabriek, Th. Coppers, haalde boven het vlieg veld een serie stoute stukjes uit, waarmee hij het bewijs leverde, dat dit nieuwe jachtvliegtuig niet ten onrechte een zoo goede roep geniet. Soester berg wil er 36 van bestellen. De Koninklijke Marine heeft bovendien dezer dagen aan de N.V. Ned. Vliegtuigenf abrieik Fokker opdracht gegeven voor de levering van 31 torpedo- watervliegtuigen van het type Fokker T 8 W., bestemd voor de dienst der Koninklijke Marine. We vinden het jammer, dat ze gebouwd moeten worden, maar nu ze noodzakelijk zyn is het ver blijdend, dat ze hier gemaakt worden. Daarom verbaast het te meer, dat de regeering maar weer toestemming heeft verleend aan de K.L.M. voor de zooveelste maal een millioenenorder voor vier Douglas DC 5-vliegtuigen te Santa Monica te plaatsen. De vliegtuigen worden reedis in dit na jaar in Nederland verwacht. In zake de groote DC 4 is nog geen erukele beslissing genomen. Deze kan wegens verschillende omstandigheden voor eerst ook niet verwacht worden. Het schijnt wel of de directie van de K.L.M. zich weimig van de werkloosheid hier te lande en van de publieke opinie aantrekt en dat de regeering al te gemakkelijk tot medewerknig bereid is. Zonder nadere verklaring, zonder excuus bijna, wordt eenvoudig meegedeeld, dat de bestelling gedaan is en ons belastinggeld gaat weer den vreemde. Zestienhonderd man personeel van Fokker mogen een beroep op de regeering doen om de werkgelegenheid in de nationale vliegtuig industrie niet in gevaar te brengen door het plaatsen van orders voor vliegtuigen in 't buiten land, die door de Nederlandsche fabrieken kun nen worden uitgevoerd; ze krijgen ten antwoord, dat vier groote machines elders gebouwd zullen worden en de „heilige Monica" zal er wat bly mee zyn. Ook in Inddë signaleerde men een zonderlinge hou" ding der regeering. Een der bladen vestigde er n.L de aandacht op, hoe de dienst voor de scheepvaart het toelaatbaar acht, een vreemdeling op Madoera een post te geven als onderhavenmeester te Kalianget die hem nauwkeurig op de hoogte moet brengen van alle mogelijkheden, welke dit eiland, deel uitmakend van de vlootbasds Soera- fbaja, biedt. Deze vreemdeling in Ned.-Indisehen Staatsdienst steekt de gevoelens, die hern voor zyn eigen vaderland bezielen, niet onder rtoelen of (banken, en hij demonstreert ze o.a. door een ha kenkruis, dat hij aam zijn woning heeft doen aan brengen. Hij moet maar een poosje de Haagsche Duitsche school aan de Weissenbruchstraaf bezoe ken. Daar leerde men zelf en leert men dus nu ook anderen wat hoffelijkheid is in een gastvrij land. Over gebrek aan weerkkraohten behoeft men anders in Indië niet te klagen. En met het over- ttollige geld weet men ook wel raad. Want terwijl «eenerzijds aan 110000 inheemschen nieuwe rijk- Idom zal worden verschaft door het uitreiken van rubberoogstvergunningen, (waarmee men werkt als met drankvergunningen in Nederland plachit te geschieden)komt er anderzijds het bericht, dat de Indische regeering overweegt om de belastingen op te voeren, maar ook de salariseen te verlagen. Geen prettig vooruitzicht! Nu, daarover kan de N.S.B. ook niet roemen als ze aam de verkiezingen denkt, al gaat ze nog zoo •te keer, al lokt ze nog zooveel herrie uit, al dient ze nog zooveel klachten in om de aandacht te trekken en al is ze nóg zoo inoonsekwenit. Domi nees moeten niet aan politiek doen; zoo luidt het a.b.c. der nationaal-socialistische beginselen. Maar voor de politieke party, welke N.S.B. heet, mag Ds. L. C. U. Ekering, Ned. Herv. predikant te Am sterdam, wél optreden in een openbare vergade ring. Gelukkig: het aantal bezoekers van deze godsdienstoefening op heidensche fundeering te Ouwerkerk bleef beneden de dertig. Het lijkt mij zoo toe, dat er van de N.S.B. na de verkiezingen niet veel zal over bly ven. Alleen maar, men vergete niet, dat, hoe weinig Nederlan ders ook voor de besmetting vatbaar mogen zijn, het nationaal-socialisme een geestelyke en staat kundige epidemie is eri blijft. DE TEKENSCHOOL VAN MEESTER CIRKELMAN Meester Cinkelman laat jullie hier zien, hoe je met 'n paar eenvoudige lijntjes en cirkels een kip, een gans en een konijn kaïn tekenen. Voor de oirkels kun je een passer gebrui ken, maar ais je die niet hebt, kun je even goed verschillende ronde voor werpen nemen. NOG NET OP TIJD DE kaboutertjes hadden het diruk. Ze waren bezig de eieren te beschilderen, die zij vanavond en vannacht moesten verstoppen voor de kinderen. Morgen was het Paasfeest en dan zouden de kinderen komen zoeken naar die prachtige eieren, het een nog mooier dan t ander. Grootvader Puntmuts, dié kon schilderen! Jonge, jonge, wat een prachtige kleuren kon hij te voor schijn toveren en zo vlug! Z'n mandje was telkens 't eerste gevuld. De haasjes bonden het dan vlug op huin rug en zo ging het naar de tuinen van de verschillende kinderen. De haasjes wisten precies waar zij moesten wezen en ook hoeveel eieren zij moesten verstoppen, 't Leek wel of zij alle. kindertjes kenden. Op de onmogelijkste plaatsjes werden de eieren verstopt, die de kinderen morgen lachend te voor schijn zouden halen. De haasjes renden af en aan, maar ze hadden nog lang niet genoeg. Opeens zei Grootvader Puntmuts: „Nu heb ik geen verf meer; ik dacht, dat ik net genoeg had. Ja, en die moet ik zelf halen, anders brengen jullie de goede kleur niet mee. Dan moet er weer ge ruild worden en dat duurt nog langer." Grootvader zei tegen alle kabouters wat ze doen moesten, zodat zij niet op hem behoefden te wach ten en ging vlug op weg naar de verfwinkel van mijnheer Kraai. Dat was nog een heel eindje uit de buurt. Opa kwam vermoeid in de winkel aan en moest even gaan zitten. Ja, als je oud wordt gaat alles niet meer zo vlug.... Mijnheer Kraai wist al gauw wat de kabouter hebben moest en zei: „Blijft u nu maar wat uit rusten, dan zal ik de verf klaar maken". Alles werd in een goed gesloten bus gedaan en Puntmuts ging weer op huis aan, want hy was bang, dat hij anders niet klaar zou komen, 't Werd al wat schemerig in 't bos. Eensklaps liep er een veldmuisje over 't bospad. Puntmuts schrikte er van, en viel over een uit stekende boomwortel. Hij wilde opstaan maar kon niet. Hij begreep, dat hij z'n voet verstuikt had. Och, och, hoe moest hy thuis komen? En nu waren er misschien morgen kindertjes, die geen eitjes in de tuin vonden. Puntmuts ging op een steen zitten en zuchtte hoorbaar. Juffrouw Kraai, die juist voorbij vloog, dacht: „Wat "hoor ik daar?'" Ze kwam nieuwsgie rig naar beneden. „Scheelt er iets aan, Puntmuts?" vroeg ze. „Ja, ik ben gevallen en kan niet verder lopen. Zou je even naar mijn huis willen gaan en vra gen of Langoor hier wil komen. Dan kan ik op z'n rug zitten en zo naar huis gaan, anders komen de eieren niet klaar." „Goed,"' zei de kraai en vloog meteen weg. Je begrijpt, dat de haasjes en kaboutertjes erg schrokken, toen zij hoorden, wat Puntmuts was overkomen. Vader Haas had de langste beenen, dus hij ging op weg om Puntmuts te halen. De kraai vloog voor uit en wees de weg. Ze hadden Puntmuts gauw gevonden. Hij klau terde op Haasjes rug en hield zich goed vast. Vader Haas liep voorzichtig Hij nam geen erge grote sprongen, want hy was bang, dat Punt muts zou vallen. Eindelijk kwamen zy thuis. Allen wilden Puntmuts helpen, maar de twee grootste kabouters pakten grootvader vast en zetten hem op een makkelijke stoeL Vlug werd zijn voet stijf verbonden en toen ging hij dadelijk weer aan 't schilderen, 't Ging echter niet zoo gemakkelijk Hij moest z'n been op een stoel laten rurien. Maar gelukkig, juist toen het zonnetje wilde door breken waren de laatste eieren klaar. Toen kon Grootvader Puntmuts eindelijk uitrusten. Zoo vonden op het Paasfeest toch nog alle kin dertjes de mooi gekleurde eieren in hun tuin. De bekende A-B-C-koek, zoals die op Pasen aan Duitse schoolkinderen gegeven werd. (Zie Kat tebelletje van Oom Jan). van Gom (3ctn. Jongens en Meisjes, I "jAT 'k voor m'n krabbeltje deze week aan Pasen denk spreekt wel vanzelf. Maar toch wil k 't hier niet hebben over de grote betekenis, die 't Paasfeest voor ons heeft. Daarop zal zeker wél op een andere plaats in ons Zondagsblad en ook in de Kinderkrant ge wezen worden. 'k Wilde jullie iets vertel len van een heel oud ge bruik, waarvan ook in onze tijd nog iets te vinden is. 'k Bedoel 't eten van paos- brood. In de oude tijd werd er echter veel meer w rh van gemaakt dan tegen woordig. Vele plaatsen, vooral in Duitsland, hadden een eigen soort gebafc, dat om streeks Pasen zo goed als door de gehele bevolking gegeten werd. Hiernaast zie je de afbeelding van een broodje, zoals dat te Aken gebakken en Posch wecke'' werd genoemd. In 1840 besloten de bakkers van deze stad geen Poschwecke meer te bakken, maar over dit besluit werden de burgers zó boos, dat er in heel de stad relletjes ontstonden, die bekend staan als de Poschweck-opstanden. Ook waren in Duitsland de zogenaamde a-b-c- koeken erg bekend. Ze werden omstreeks Pasen door ieder met de grootste smaak gegeten. Het volksgebruik schreef deze koeken bizondere krachten toe. Kinderen, die op school goed hun best hadden gedaan, kregen zo'n abc-koek tor beloning. Dat zij een goed middel was de kennis- der lettertekens bij te brengen, spreekt. Maar ook dacht het volk, dat men door het eten van die koek.... een bepaalde kennis kon opdoen. In dit verband wordt verteld van Columbanus, die was aangewezen om in Ierland en Schotland het Christelijk geloof te gaan prediken. De moeilijk heid was echter, dat hij de talen dier landen niet spreken kon. Doch geen nood! Hij liet een koek bakken, waarop het alphabet van die beide landen geschreven stond. Hij at die koek op en kreeg op die wijze terstond het vermogen, om de beide talen te spreken en te verstaan 1 Zo kwam ook het eten van afbeeldingen van bepaalde heiligen in koekvorm voor bij ziekten, waartegen deze heiligen werden aangeroepen, om er op deze wijze van te worden bevrijd. Nog eens: met de eigenlijke grote betekenis van Paasfeest hebben al deze dingen weinig te maken. Maar toch is 't wel aardig er iets van te weten. Daarom vertelde 'k er hier een en ander van. OOM JAN. IN HET MUSEUM Het hoofd der school: „En daar, kinderen, staat de schedel van den Egyptischen pharao Cefren." Piet Eigenwijs: „Dan had die pharao ook geen groot hoofd, meneer!" Het hoofd der school: „Dat zal wel uitkomen! Maar deze schedel is uit de tijd toen hy nog 'A jongen was!" REBUS 167

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1939 | | pagina 12