CHAMBERLAIN OVER ENGELANDS VEILIGHEIDSPLANNEN DINSDAG 4 APRIL 1939 EERSTE BLAD PAG. 3 RONDBLIK Engeland is eensgezind Het Lagerhuisdebat over Engelands bui- tenlandfche politiek heeft niet veel nieuwe gezichtspunten naar voren kunnen brengen. Zijn voornaamste beteekenis bestond wel hierin, dat de woordvoerders van de oppo sitie erdoor de gelegenheid kregen, hun in zichten te geven over een wending in de Britsche opvattingen, welke door Qhamber- lain zelf als een nieuw hoofdstuk in de geschiedenis g9kenhierkt werd. De premier heeft nog eens onderstreept, dat men ook thans nog hetzelfde doel najaagt, hetwelk zoolang hy in de Downingstreet zetelt, steeds het oogmerk zijner regeering is ge weest namelijk een bestendiging van den Europeeschen vrede. Slechts in de midde len, waarmee men dit doel zoekt te ver wezenlijken, is wijziging aangebracht. Eerst trachtte men naar overeenstemming met het Duitsohland van Hitier door onderhandelin gen en door het sluiten van een accoord, •hetwelk op wederzijdsch vertrouwen be rustte. Deze periode van toenadering moest helaas als .geëindigd worden beschouwd, toen de overeenkomst van Münohen door de annexatie van Moravië en Bohemen werd teniet gadaan. Wat zou men nog verder stre ven naar contact met een tegenpartij, welke blijkbaar niet van zins is haar handteeke- ning te honoreeren? Het aarzelend gevestig de vertrouwen werd ruw aan den kant ge schoven; er bleef wel niets anders over dan het nemen van maatregelen, waardoor de internationale veiligheid op andere manier zou kunnen worden verzekerd Vandaar Engelands bereidheid, om zonder eenige restrictie en zonder marchandeeren aan Polen het volledig bezit van zijn huidig ter ritoir en van zijn volstandige onafhankelijk heid te waarborgen. Een leidinggevend Engelsch persorgaan heeft nog een oogen- blik getracht, de beteekenis van deze histo rische ommezwaai te verkleinen, door het voor te stellen alsof over het bezit van Danzig en den Corridor nog nader te spre ken zou zijn. Doah in Engelschen regeerings- kring heeft men deze uitlatingen onmiddel lijk gedesavoueerd. Welk vertrouwen z-u Warschau kunnen ontleenen aan een Brit- sohen steun, die slechts effectief zou wor den, indien het zich in zijn houding ten op zichte van Duitsohland door Engeland zou moeten laten leiden? Ook Praag heeft des tijds een buitenlandsch beleid onder Engelsdhe pressie moeten voeren, hetwelk mede ertoe heeft geleid, dat de eenheid van Tsjechoslowakije geleidelijk weggebrokkeld is. Onomwonden is thans in het Engelsche parlement verklaard: „Hetgeen ons vóór alles bezig houdt is de handhaving van onze onafhankelijkheid, en wanneer ik zeg onze, dan bedoel ik niet alleen'de Britsche, maar ook de onafhankelijkheid van alle staten, die bedreigd mochten worden door agres sie''. Hier wordt derhalve een internationale solidariteit geproclameerd, welke de Oost en Zuid-Oost-Europeesdhe staten met Enge land in één band vereenigt, en achter deze proclamatie, zulks bleek zeer duidelijk uit de gevoerde debatten, staat niet slechts de huidige Engelsche regeering, doch het ge- heele Engelsche volk, gelijk dit door zijn politieke partijen vertegenwoordigd wordt. Engeland, zoo lang verdeeld in twee kam pen, waar het 't gevoerde buitenlandsch be leid betrof, is thans eensgezind, en bereid, voor zijn nieuwe eenparige inzicht ook Zware offers te brengen. De vraag moet worden gesteld, of alle staten, waarover Engeland, gezamenlijk met Frankrijk, zijn welwillende protectie denkt uit te strekken, voor deze toegezegde be scherming even gevoelig zullen zijn. Er is aan elke medaille een keerzijde; zoo ook aan deze. Door bescherming te aanvaarden begeeft men zich naar een politiek kamp, hetwelk tot op zekere hoogte anti-Duitsoh georiënteerd moet worden geacht. Wel treedt tieze anti-Duitschheid eerst iin actie, zoo Berlijn daartoe aanleiding zou geven, nl. door nieuwe daden van machtspolitiek, doch in het Derde Rijk is men zeer verbeten op hetgeen men aanvoelt als een voorloopig nog slechts latente vijandigheid. Polen, Roemenië en Zuid-Slavië zijn bovendien nog immer huiverig voor een nauwer con tact met Sovjet-Rusland, hetwelk men uit hoofde van zijn politiek verleden ernstig blijft wantrouwen, en dat iin Warschau en Boekarest nog immer als de oude erfvijand wordt beschouwd, ten koste van wiens grondgebied men den eigen staat bij den vrede van Versailles heeft kunnen verrij ken. Zoo feekenl zich in de Engelsche poli tiek deihalve wel zeer sterk de hang naar een nieuwe evenwichts-coalitie, doch tenslotte kan deze slechts tot stand komen, zoo alle betrokken partijen daarin bewilli gen. Besprekingen, gelijk Beek thans Londen gaat voeren, zullen mede ertoe "kunnen dienen, daartoe den weg verder te effenen! „Zij houden geen be dreiging in, zoolang Duitsohland een goede buur zal zijn'' Een nieuw hoofdstuk in de Britsche geschiedenis Minister Beek werd bij zijn aankomst te Londen door Lord Halifax begroet In het iagerhuisdebat over de buiten- kmdsche politiek der Engelsche regeering heeft Chamberlain een nadere toe lichting gegeven van Engelands houding ten opzichte van Polen. Mijn verklaring van Vrijdag, zeide de premier, is gekenschetst als een voor loopig bewijs van verzekering, in af wachting van een volledige assurantie- polis. Ik zelf heb er den nadruk op ge legd, dat de verklaring van voorbijgaan- den, tijdelijken aard is. De benaming „voorloopig verzekeringsbewijs" is niet slecht, voorzoover de vergelijking op gaat. Zij is echter onvolledig, omdat, ter wijl het uitgeven van een „voorloopig verzekeringsbewijs" inhoudt, dat het door iets meer substantieels gevolgd wordt, mijn verklaring den aard heeft van een volledige verzekeringspolis, die een geweldige afwijking is van hetgeen Engeland tot dusverre op zich heeft ge nomen en inderdaad een nieuwe richting in de lijn van onze buitenlandsohe poli tiek is. Dat wij van onze traditioneele denk beelden zijn afgeweken, vormt een zoo belangrijke gebeurtenis in de Britsche politiek, dat ik meen te mogen zeggen, dat het een hoofdstuk op zichzelf zal zijn, wanneer de geschiedenis zal worden geschreven. Reeds in September heb ik gewaarschuwd voor de mogelijkheid van zulk een wijzi ging, als wij thans onder het oog zien. Chamberlain citeerde eenige zinnen uit zijn radio-reoe van 27 September, waarin hij zeide ervan overtuigd te zijn, dat weer stand moet worden geboden tegen elke po ging om de wereld te overheerschen. Op dat oogenblik, zeide hij, besefte ikzelf niet, dat de dingen die toen in verband met Tsjeoho- Slowakije gebeurden, noodzakelijk een on- oerstelling als deze moesten insluiten. Mijn informaties waren toen, evenals zij thans zijn, van dien aard, dat de oorlog een zoo verschrikkelijk ding is, dat ik het land niet kon vragen nieuwe verplichtingen op zich te nemen, die ons wellicht in den oor log zouden brengen, tenzij een zoo belang rijk beginsel op het spel stond als ik zoo even aangaf. Chamberlain oerwees naar de Nieuwjaars boodschap van Roosevelt, en naar diens ver klaring van einde Januari, waarin hij zeide. dat iedere poging om anoere volken te over heerschen slechts een uitdaging was om Sen wereldvrede in gevaar te brengen, en dat tegen een dergelijke uitdaging verzet moest worden geboden. Er waren menschen, die dachten, dat de eerste 6tappen op den weg naar zulk een uitdaging reeds geaaan waren. Toen het mogelijk dengenen, die van die meening waren, voor te houden, dat op grond van de verzekeringen, die niet alleen mij, maar de geheele wereld waren gegeven, verwacht kon worden, dat de buitenlandsdhe politiek oer Duitsche regeering grenzen had, dat de Duitsch'ers geen andere rassen wilden over heerschen, maar slechts de Duitsohers in aan hun land grenzende gebieden wensch- ten te assimileeren. Deze verzekeringen hebben thans geen waarde meer. Dit is een nieuwe factor, die het. vertrouwen geheel vernietigd heeft en de Britsche regeering gedwongen heeft den nieuwen weg in te slaan, waarover ik Vrij dag de eerste mededeeling deed. Het is waar, dat men ons thans vertelt, dat er andere redenen zijn (om te handelen Duitsohland deed) zooals historische motieven, vrees voor aanvallen. Er zijn mis sohien uitstekende redenen, maar zij zijn niet in overeenstemming met de tevorn gegeven verzekeringen. Zij zouden ongetwij feld de vraag doen rijzen, of niet thans nog andere redenen zouden worden gevonden voor verdere expansie. Ik beweer niet, dat deze uitdaging een feit is geworden. Geen officieele verklaring heeft zelfs een derge lijke actie geformuleerd, hoewel er heel wat onofficieels gezegd is. De laatste gebeurtenissen hebben haar uitwerking gehad ver buiten de grenzen der landen, die erbij betrokken waren, en mis- sohien veel verder dan zij verwachtten, die die gebeurtenissen hebben veroorzaakt Het is geen overdrijving, wanneer men zegt, dat de openbare meening in de geheele wereld diep geschokt en verontrust is. Dit land is geheel vereenigd door de overtui ging, dat Wij ons standpunt duidelijk moe ten uiteenzetten, wat ook het gevolg mag zijn. Niemand kan meer dan ik betreuren, dat het noodzakelijk is dergelijke woorden in spreken. Evenmin als in September ben ik thans een man van den oorlog. Ik heh noch de bedoeling, noch den wensch het groote Duitsche volk anders te behandelen, dan ik mijn eigen volk behandeld wil zien. Met groote verwachtingen zag ik uit naar het resultaat der reeds in Duitschland be gonnen handelsbesprekingen, die, naar ik oaoht, onzen beiden landen en velen an deren staten, van voordeel zouden zijn ge weest, doch het vertrouwen, dat zoo deer lijk geschokt is, wordt niet gemakkelijk hersteld. Wij waren daardoor genoodzaakt den toestand opnieuw te beschouwen. De premier herinnerde er aan, dat hij langs gezegd heeft, dat Engeland geen vage verplichtingen, die bij onvoorziene omstandigheden van kracht zouden wor den, op zich moest nemen. Doch wat wij thans op ons nemen is een vast omlijnde verplichting, geldende voor een zékere om standigheid, nl. dat een poging gedaan zou worden, de wereld door geweld te over- heereohen. De zaak kan niet ophouden op het punt. waar zij thans staat. Als deze politiek oe politiek der Duitsche regeering zou zijn, is 10, 30 «n 60 tobh (Reel.) het duidelijk, dat Polen -niet het eenige land zou zijn, dat gevaar loopt, en de poli tiek. die ons gebracht 'heeft op onze verze kering voor Polen, kan natuurlijk niet be vredigd of ten uitvoer gelegd worden, in dien wij ons moesten beperken tot een enkel geval, dat tenslotte misschien niet het ge val zou zijn(het einde van dezen zin ging in de toejuichingen verloren). De laatste gebeurtenissen hebben terecht of ten onrechte alle staten, die aan Duitsch land grenzen een ongelukkig gevoel be zorgd, en onzeker ten aanzien van Duitsoh- lands toekomstige plannen gemaakt. Indien dit aan eci. misverstand zou moe ten worden geweten, en de Duitsche regee ring nooit een dergelijke gedachte zou heb ben, dan zouden de overeenkomsten ter verzekering van de onafhankelijkheid de zer landen nooit in werking treden en Europa zal geleidelijk in een toestand van rust komen, waarin het bestaan der over eenkomsten wellicht zelfs vergeten zou worden. Laat mij hierop den nadruk leggen: wat ook het resultaat mag zijn van de bespre kingen, thans tusschen Engeland en andere landen gevoerd, zij houden geen bedreiging voor Duitschland in, zoolang Duitschland een goede buur zal zijn. De zaak, waarom wij ons bekommeren, zoo vervolgde Chamberlain, is het behoud van onze onafhankelijkheid, en daarmee bedoel ik niet alleen de Engelsche onaf hankelijkheid, maar die van alle staten, die wellicht door agressie bedreigd worden door de politiek, zooals ik die heb aange geven. Wij verwelkomen de medewerking van ieder land, wat ook zijn binnenlandsch systeem mag zijn, niet voor agressie, maar voor den tegenstand tegen agressie. Ik geloof dat dit volk thans eensgezind is, niet alleen in de goedkeuring van wal wij verklaard hebben, maar ook ten aan zien van het doel, dat daarachter ligt. Ik geloof, dat het geheele Britsche rijk onmogelijk worden ingewilligd ten koste die goedkeuring deelt. De deelen van het Y?n tevensruimte van kleinere naties. Britsche rijk overzee hebben onzen arbeid De Britsche regeering is er zich wel van voor den vrede tot dusverre gadegeslagen I bewust, dat wat thans vereischt is, meer is met de vurige hoop, dat zij succes zou heb- j dan deze interimaire verklaring. Op diplo- ben. Bij allen is het besef gegroeid, dat zij matiek terrein is veel werk te doen. Welke niet eeuwig kunnen leven in die atmosfeer j verplichtingen ook aanvaard worden, van verrassingen en alarmeering, waarvan j mc»pen geen vage, niet nader bepaa.de Europa in de laatste maanden heeft ge. verplichtingen zijn, zij moeten nauwkeurig leden. J en bepaald zijn, ook valt er nog veel schreven, dat ons verder voert dan de cata- 'ogus van verplichtingen, die Eden opge steld heeft. Wij boekstaven thans, dat bij het innemen van dat standpunt het land in zijn geheel meer vereenigd is dan bij eenige andere politieke kwestie van dezen tijd (toejuichingen). Naar mijn meening is het de plicht van ons allen op het oogen blik van deze wijziging om den volledigen omvang van haar toepassing te erkennen en te aanvaarden. Zij kondigt een defini tieven koers van optreden af, wanneer het noodig mocht worden. Van dat besluit kan men niet terugkomen, het is een uiterst ernstige verplichting, omdat zij niet alleen de dreiging inhoudt van de mogelijkheid van oorlog in zekere omstandigheden, maar omdat zij ons verplicht om in zekere om standigheden den oorlog op te nemen." Vervolgens gaf Simon te kennen, dat de verklaring weergeeft, wat het geheele ka binet denkt en dacht. Hij voegde hieraan toe: „De leider van den Duitschen staat heeft te Wilhelmshaven gezegd, Duitschland niet den wensch heeft om dere naties aan te vallen. Wanneer dat zoo is, des te beter. Ieder weet, dat Groot-Brit- tannië niet het voornemen heeft tot een agressie, waar ook. Ieder weet, dat het standpunt, dat wij bereid zijn in te nemen niet gericht is tegen het leven, of de vrij heid van welken staat het ook zij, maar dat het een standpunt is, dat wij willen handhaven ten koste van alles tegen een bedreiging met overheersching in Europa. Duitschland zegt, dat het recht heeft op een levensruimte. Wie ontkent dit? Maar Duitschlands recht op levensruimte kan Het gewone dagelijksche leven kan in een toestand van onzekerheid geen voortgang vinden. Voor zoover de re geering kon bijdragen tot het herstel van het vertrouwen door duidelijke woorden, hebben wij onzen plicht ge daan en daarmede naar ik vertrouw, den wil van dit volk vertolkt Ik vertrouw, dat onze actie, die inge zet maar niet geëindigd is, zal blijken gericht te zijn tegen en niet op den oor log, waarmee niets gewonnen, niets ge nezen en niets volbracht wordt en gericht op een meer gezonde wereld, waarin de rede de plaats van het geweld zal in nemen en bedreigingen plaats zullen maken voor goede en redelijke argu menten (luide toejuichingen). Sinclair aan het woord Na Chamberlain nam Sinclair het woord. Hij zeide o.m.: Als ik mij niet ver gis, is het de bedoeling der regeering min der de overwinning in een mogelijken oor- log te verzekeren, dan het uitbreken van een oorlog te voorkomen. Het is duidelijk, dat wij den oorlog slechts kunnen verhin deren door het opbouwen van een onover winnelijke weerstandskracht tegen agressie en door het Hitier en zijn generaals zonne klaar te maken, dat zij, .wanneer zij één van hun buren aanvallen, aan twee fronten zullen hebben te vechten. Hoewel het Britsche volk den oorlog ver afschuwt, zullen wij nooit met succes met Hitier kunnen onderhandelen, zoolang hij weet, dat de Britsche regeering op het laat ste oogenblik voor oorlog zal terugdeinzen. Sinclair verklaarde voorts, dat Danzig en de corridor voor Polen een levensbelang zijn. Afstand van Danzig en de corridor zonder de krachtigste waarborgen voor de Poolsche belangen zou Duitschland gele genheid geven de economische en daardoor politieke onafhankelijkheid van Polen ern stig te bedreigen, zooals dat in het Sude- tenland ook gebeurd is. Ik wil niet zeggen, aldus Sinclair, dat de status quo in Danzig altijd gehandhaafd moet blijven, doch, indien wij onze rechten verantwoordelijkheden in de mandaat gebieden slechts willen afstaan in ruil voor solide waarborgen voor de rechten der in boorlingen en den wereldvrede, dan heeft Polen het volledige recht een .dergelijk standpunt in te nemen in een kwestie, waarbij zijn bestaan op het spel staat. De vrede zal ervan afhangen, of de regee ring in staat zal zijn, Hitier ervan te over tuigen, dat zij ditmaal sterk zal zijn. Het zal echter niet gemakkelijk zijn hem te over tuigen. Spr. wenschte ook een duidelijke verkla ring over do houding der regeering ten aanzien van Nederland, België en Zwitser land. Wij moeten, zoo zeide hij, onmiddellijk beginnen met stafbesprekingen met Frank rijk, Polen en andere staten. Indien de re geering tot de slotsom komt, dat de dienst plicht moet worden ingevoerd, dan hoop ik, dat zij het land de waarheid zal zeggen. De regeering is eindelijk tot de juiste po litiek gekomen. De vraag, of wij Hitier kunnen weerhouden den oorlog in te gaan, zal hoofdzakelijk afhangen van de leiding van dit huis. Laten wij ons daarom aaneen sluiten om van de regeering een snelle krachtige actie te verkrijgen. Wij moeten al onze materieele hulpbronnen aanwenden ten bate van vrijheid en gerechtigheid. Een eensgezind huis Sir John Simon, die namens de regee ring het debat besloot, zeide verwijzende naar de verklaring van Chamberlain: „Met een of twee uitzonderingen, die slechts de algemeene eensgezindheid in het licht stel len, kuijnen wij, dezen dag kenmerken als den dag, in onze historie waarop deze on metelijk belangrijke verklaring in alle dee len van het Lagerhuis is aanvaard en goed gekeurd Het is oen verklaring, die ons uit drukkelijk verbindt in een hoek van de wereld, waar wij tot dusver vrij geweest zijn van uitdrukkelijke verplichtingen, en welke verbintenissen voorspelt ook in an dere hoeken. Dat wil zeggen, dat er een hoofdstuk ln onze geschiedenis wordt ge- doen aan het binnenlandsche front Het is mijn overtuiging, dat alles, wat dit land sterker en eendrachtiger zal maken, aanvaard moet worden en vooruitgebracht moet. De debatten eindigden zonder stemming. Minister Beek te Londen De Poolsche minister van Buitenlandsche Zaken Beck is te Londen aangekomen, alwaar hij met Chamberlain en Halifax po litieke besprekingen zal voeren. Daarnaast zal de Poolsche minister zekere economische en handelskwestiies in groote trekken he spreken. Men verneemt, dat .waarschijnlijk deskundigen naar Londen zullen komen, in dien een economische overeenkomst wordt gesloten. Naar verluidt zal Beek Vrijdag naar Polen terugkeeren. Op vragen betreffende de tegenwoordige positie van Dantzig heeft Butler in het La gerhuis verklaard, dat de kwestie-Dantzig ongetwijfeld te zijner tijd tijdens de bespre kingen met Beek ter sprake zal komen, en dat het onder deze omstandigheden mis plaatst zou zijn, reeds thans een verklaring af te leggen. Vón Neurath als Rijksprotector Morgen de plechtige installatie Op 5 April zal de Rijksprotector voor Bohemen en Moravië, Rijksminister von Neurath, zijn ambt te Praag aanvaarden. De installatie zal in het openbaar en op plechtige wijze geschieden. De Rijksprotec tor komt te tien uur met een specialen trein te Praag aan, terwijl de opperbevelhebber van het leger, von Brauchitsch, reeds een uur eerder per vliegtuig arriveert. Er zal een parade worden gehouden, waarvoor president Haoha, de eerste burge meester van Praag en de chef der Tsjechi sche politiie uitgenoodigd zijn. De dag zal met een taptoe besloten worden. De Hongaarsch-Slowaaksche grens vastgesteld De Hongaarsch-Slowaaksche onderhande lingen over de grensafbakening zijn geslo ten. Hedenmiddag ze' Ito- kend worden. Nog vóór Paschen zal eei. bied van ongeveer 1000 vierkante kilometer aan Hongarije worden overgedragen. De Fransche presidentsverkiezing President L e b r u n is gezwicht voor den van alle zijden op hem geoefenden drang om zich opnieuw candidaat te stellen voor het presidentschap der Fransche republiek. Er bestaat een groote mate van waarschijn lijkheid, dat hij als zoodanig zal worden her kozen. IERSCHE TERRORISTEN GEVONNIST De rechtbank van Old Baily te Londen heeft zeven personen schuldig bevonden aan samenzwering en het plegen van bom aanslagen, alsmede het in bezit hebben van springstoffen en vuurwapens. Een Ier werd veroordeeld tot tien jaar dwangarbeid, drie anderen tot acht. vijf en vier jaar. Twee jeugdige personen werden veroordeeld tot drie jaar tuchtschool en een man tot acht tien maanden gevangenis. De Fransche minister van luchtvaart Guy de la Chambre is van Parijs naar Londen gevlogen voor het voeren van be langrijke besprekingen inzake de luchtver dediging. Zijn ovei tocht is niet erg fortuin lijk geweest, want zijn piloot heeft op Fair Oaks een noodlanding moeten maken. HALIFAX OVER DE BUITENLANDSCHE POLITIEK Een toelichting in het hoogerhuis De Engelsche Minister van buiten landsche Zaken, Halifax, heeft in het hoogerhuis een verklaring afgelegd over de buitenlandsche politiek, waar bij hij herinnerde aan Chamber lains verklaring inzake de Poolsch-3 onafhankelijkheid. Halifax voegde daar aan toe: „Ons contact met de Fransche regeering is voortdurend in deze be nauwde tijden zeer nauw geweest Onze beide regeeringen voelden zich op alle punten één en de regeering heeft steeds op de snelle en bereidwillige medewer king van de Fransche regeering kun nen rekenen." Halifax wees erop, dat het inlijven van bijna aoht millioen .Tsjechen een duidelijke afwijking beteekende van de beginselen, welke Iiitler tot dusver had verkondigd, en dat het niet onnatuurlijk was, dat als ge volg daarvan andere aan Duitschland grenzende landen het gevoel kregen, dat hun onafhankelijkheid eveneens gevaar zou kunnen loopen. Daarom scheen het de regeering belang rijk toe, stappen te ondernemen om in zekere mate het vertrouwen in Europa te herstellen en de Britsche regeering heeft zich in verband hiermede met bepaalde andere regeeringen in verbinding gesteld. Dit overleg duurt nog steeds voort. Op hit oogenblik ben ik niet in de gelegenheid, hierover eenige definitieve verklar.ng af te leggen. „De regeering is zich ten volle bewust an het belang van de houding der Sovjci- regpering en hecht waarde aan goede be trekkingen met haar. Wij moeten het fe't voor oogen houden, dat de betrekkingen van sommige staten met Rusland ingewilc keld zijn, doch ik kan het huis, wat do Engelsche regeering betreft, de verzekering geven, dat deze moeilijkheden niet bestaan. De kwestie van Polen Toen ae Britsche regeering den toestand bestudeerde en naging, hoe zij het best een rol zou kunnen spelen bij de bevordering van een vreedzame en ordelijke regeling van de internationale kwesties, deden be paalde omstandigheden de mogelijkheid veronderstellen van gevaarlijke ontwikke lingen in de betrekkingen tusschen Duitsch land en Polen." Halifax herinnerde eraan, dat dit niet moest worden opgevat als een aanvaarding van de geruchten, die de ronde hebbeD gedaan, omdat officieele bevestiging is uit gebleven. „De regeering besloot geen tijd te verliezen bij het nemen van maatregelen om den toestand te stabilseeren. Zij achtte het gewenscht, in den tusschentijd duidelijk te maken, wat haar positie zou zijn, inge val Polen zich gesteld zou zien voor een gevaar, dat het met eenige reden zou moe ten vreezen." Het optreden van de Britsche regeering is in sommige kringen voorgesteld als de wensch Duitschland te omsingelen. Niets kan verder van de waarheid af zijn. De kwestie- is, dat midden in Europa een sterk Duitschland ligt en dat zijn buren bezorgd heid koesteren ten aanzien van zijn bedoe lingen en van plan zijn, uit zelfverdediging gemeenschappelijke maatregelen te nemen. Dit resultaat is het gevolg van een in stinctieve reactie en is zeker niet in het le ven geroepen door eenig voorstel van bu' ten-af. Als in Duitschland beweerd wordt, dat deze vrees slechts voortkomt uit een ver keerd begrip van de bedoelingen der Duit sche regeering, uit een te groote bereidheid in welke kringen ook, van de Duitsche po litiek het slechtste te denken, dan moet ik opmerken, dat, terwijl in allo kringen on middellijk opluchting zou worden gebracht door de overtuiging, dat dit inderdaad zoo is, van de buurstaten op het ootrenbhk nau welijks verwacht kan worden, dat fi5 in het geheel geen rekening houden met het onder werp van de lessen van het verleden. Onze toezegging aan Polen beteekent een nieuwe belangrijke koerswijziging in de Britsche politiek Wij hebben deze verplich ting niet in eenigerlei geest van vijandig heid jegens eenig land op ons genomen, doch in de hoop en in het vertrouwen, dat wij door aldus te handelen, de zaak van de Europeescho stabiliteit en vrede kunnen versterken. nvaah..- DtlNDtVUV Reel. hebben uitgestoken. Ook dient Polen zich het lot te herinneren van den ex-keizer van Abessynië, van het China van Tsjang Kai Tsjek en van het Spaansche regime van Negrin, die door Londen en Parijs be schermd, geholpen en tot verzet aangemoe- digd werden. In het licht van deze gebeur tenissen kan een natie, die rustig wil leven; en zijn onafhankelijkheid bewaren, niet af gaan op beloften van te elfder ure verkre gen vrienden. Het wiijs beleid van Polen, dat zijn buitenlandsche politiek steeds in evenwicht beeft gehouden, is, zoo besluit het artikel, sedert den tijd van Pilsoedski de voornaamste oorzaak van zijn grootheid geweest. Weidmann toch in hooger beroep Op aandrang van een van zijn advocaten heeft Weidmann, die zich overigens geen illusie maakt over het lot, dat hem wacht, tooh nog cassatie aangeteekend tegen zijn doodvonnis. Gayda blijft dreigen „Iedere dag, die voorbijgaat, brengt den vervaldag van de Fransche schuld aan Italië nader." De directeur van de Giornale d'Italia, Virginio Gayda, verklaart, dat de politiek van Frankrijk ten aanzien van Italië en de Britsch-Fransche politiek ten aanzien van Duitschland een verkeerden weg vol gen, omdat zij geïnspireerd worden door il lusies en intrigues. Frankrijk maakt zich illusies door te meenen dat het, nu Italië een afwachtende houding aanneemt, even eens kan wachten. Door te verklaren dat het kan wachten, heeft Italië slechts, voor de laatste maal, blijk willen geven van matiging, om Frankrijk in staat te stellen, hiervan gebruik te maken. Doch dit wach ten duurt niet onbeperkten tijd en iedere dag, die voorbijgaat, brengt den vervaldag van de Fransche schuld aan Italië nader. Aan den anderen kant beoogt het nieuwe Britsche initiatief, dat door Frankrijk ge steund wordt, onder den dekmantel van een reactie op de Duitsche politiek in het Do- naubekken, in werkelijkheid de omsinge ling van Duitschland, die zich automatisch tot Italië zou moeten uitbreiden. Daarom moet aan alle landen, die uitgenoodigd zijn, om zich bij dit initiatief aan te sluiten, de raad worden gegeven, goed de oogen te openen en de beteekenis van dit initiu- tief en de zeer ernstige gevaren, die het medebrengt, op de juiste waarde te schatten. Wat in het bijzonder Polen betreft, dient Warschau te bedenken, dat op het voor het lot van Tsjecho-Slowakije beslissende oogen blik, noch Rusland, noch Frankrijk de mili taire bondgenooten van Praag, een vinger BINNENLAND Officieele Berichten SOCIALE ZAKEN Bü het Departement v bevorderd tot administrateur: Stemberg, referendaris; hoofdcommies, mej. i Mok. Mr. W. Verheul en Pl. de Weever, allen commies; commies: A. Beelaard en mej. M. C. Plppel, adj -commiezen. i der gem. Dordrecht; tot 114 het algem. college van toezicht, büstand advies voor het rükstucht- Raad der Neder landen, vonende te Den Haag. Aan Mr. J. van Raad is eervol ontslag v eend als substituut-griffier bU het kanton .nger ln gemelde rechtbajig, Benoemd iün tot kantonrechter-plaatsveo vanger ln hel kanton Zaandam: Mr. P. W. a DUk, advocaat en procui E. R. Zweep, on Zaandam. STOOMWEZEN Aan den heer Ir. A. C. van de Stadt t Haag ls eervol ontslag verlet ni6ur-dlrecteur voor het sto< ls tot hoofdingenleur-dlrectei.. wezen de heer Ir. J. J. P. Cattelte te Den Haag thans hoofd-lngenleur, en tot Ingenieur lsU 1 als hoold-lng»- i de hi i Den Hang, thans Ingenieur 2de klas: lenoemde ingenieur le kl: klasE RUn t De stoomwezen Ir. A. van RUn ls met InganL 1 Mei 1939 aangewezen als hoofd van het 7e district van het stoomwezen, met behoud van de gemeento Den Haag als zUn standplaata- RIJKSVERZEKERINGSBANK Aan P. G. A. Ingenhula la eervol ontslag ver- leend als commies bU de RUksvorzekerlngi- bank. BOEKEN EN GESCHRIFTEN Erven J. BUleveld, Utrecht. Gregory B 1 e n s t o c len Pacific tot onder ;eer uitvoerige studie. de r nd deze ■eld- •eldoorlog s ook de Atlan> tisv;..» «-.ai gestadig aan bezig ls, zijn al les beheerschende positie al9 „wereldverkeers plein" te verliezen. De opkomendo macht van XU^nofrlnlIuüM» VB,Tl BrltSCh-IOOlS krachtig la mede, geleldelUk aan oreldhandel te ver- redlge verschuiving van heli verkeer ter zee en ie land en «n: herwaardeering van verschillende oevergeble- den, gepaard moet gaan. Gelijk wU zelden, ls deze studie door d-n auteur zeer breed opgezet; hU verdiept zteh daarbjj ln details, welke door hun veelheid i kant bewondering. loeidheld gaande maken" Eén ding kemt bö dit alles duldelök naar voren. De grootebota'ng^der toekomst eenlgde ilaats hebben, gelQk eertijd* ngenomen, tusschen de Ver japan, maar tusschen Japan Sovjêt-Unie. Waar men deze dingen I de practlsche politiek van allen dag reeds hu schaduw naar voren ziet werpen, daar kan het te"r»»uïra «"Sit kunnen maken HU zal echter goed doen .daar- bU niet over het hoofd te zien dat toekomst bespiegelingen, ook waar z(J zich schUnen te gronden op exacte gegevens. tenslotte een \olkomen speculatief karakter dragen De tijd eerit zal ons de dingen kunnen leerenl HOE LANG KAN HITLER OORLOG VOERICIVf Door: Fritz Sternberg Ned. Keurboekerij, De heer S to r nb er g heeft, als hU de oorlog!- dreiging der laatste Jaren beziet zich do hy pothese gevormd, dat b(j een toekomstige we reldbotslng de Sovjet-Unie aan de eene zil.de van de rcheldingslHn zal staan het Derf aan de andere. Voor deze Indeeling der kampen Is natuurlijk veel te zoggen, nl staan deze^dm- ook do andei p-prippld pn vervoleens ïcteele gege- de "kracht van deze belde partijen trac'n- te bepalen. Langs dezen weg tracht hU^dan ziilk een nieuwe wereldcatastrof< len. ook weder op grond van wat Rb'k hypothetisch, den duui bepa^ t men gehinderd door de sceptische ge le. dat bU den aanvang van den wereld- vele „deskundige voor- Bchter geen De Jongst gedaan, die spellingen van alle bleken steek te hoi machtsverschuivingen ln Midden-Europa heo- ben bovendien de basis, waarop de zich grondde, deerlUk ontwricht E derhalve, dat wel Interessante gegevüS ue- vat, doch dat ln zön hoofdstrekking toch niet al te zwaar kaur worden genomen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1939 | | pagina 2