Groot-Brittannië's diplomatieke actie A. BERGHOUT CZïeZoon uit de in* o WOENSDAG 22 MAART 1939 EERSTE BT7AD PAG. a RONDBLIK Ook Memel Duitsch Ofschoon de reactie op het gebeurde in Tsjecho-Slowakije nog geenszins is gestild, en met name te Londen een breed vertakte diplomatieke beweging gaande is, ten einde een nieuw stelsel van veiligheid tegen eveu- tueele verdere Duitsche expansie te vormen, heeft Berlijn zich hierdoor niet laten weer houden tot het ondernemen van een volgen den stap, de herinlijving van de havenstad Memel en van het daarbij behoorende ge bied in het Duitsche Rijk. Men heeft hier te doen met een logisch uitvloeisel van een Duitsche machtspolitiek, welker oogmerk het is, ook aan de Oostzijde de grenzen tot haar vorige positie terug te brengen, ten einde aan Duitschland zijn machts- en in vloedssfeer van voor den wereldoorlog te hergeven. Deze nieuwe étappe op den weg ter con solidatie der Duitsche positie is aanzienlijk minder opzienbarend, dan het uiteenrukken [van wat er nog van den Tsjecho-Slowaak- schen staat was overig gebleven. Geschied de dit laatste vrijwel geheel onverwacht, en bij wijze van een overrompeling, welke voor geen enkel beletsel, ook niet voor het schen den van een plechtige overeenkomst, terug deinsde, ditmaal heeft men te doen met een politieke overeenkomst met een kleinen buurstaat, die op de noodzaak van zulk een concessie van overlang was voorbereid, en ook reeds geruimen tijd geleden had te ken nen gegeven, ten opzichte van zulk een eisch de grootst mogelijke mate van in schikkelijkheid te willen betrachten. De omstandigheden, waaronder Hacha en Chvalkovski zich genoopt zagen, 'n Duitsch protectoraat over Bohemen en Moravië in te roepen, waren van dramatischen, teven3 van tragischen aard, en hebben dan ook niet nagelaten, de verontwaardiging en het medegevoel van een aanzienlijk deel der beschaafde wereld gaande te maken. Wat thans te Berlijn heeft plaats gevonden, is nog niet in onderdeden bekend, doch wel licht mag men aannemen, dat de door Neu mann in Duitsch-Lithauen met steeds be nemende hevigheid gevoerde Anschlusv- actie, de Lithausche onderhandelaars bij voorbaat erop heeft voorbereid, dat zij slechts door een aanzienlijke, niet beknib belde concessie de veiligheid van hun overige rijksgebied konden redden. Lithauen is overigens op een merkwaar dige wijze in het bezit gekomen van het gebied, hetwelk het thans weder zal moeten missen. Toen in 1919 de gebieden werden uitgestippeld, welke het territoir van de nieuwe randstraten zouden moeten vormen, zat bij de onderhandelaars te Versailles het streven voor, het Duitsche Rijk in de Oost- zee-zóne zooveel mogelijk te verzwakken. Vandaar dat men Oost-Pruisen tot een Duitsche enclave maakte, los van het ove rige Duitsche ge/bied, en ook met royale hand zorg droeg voor verbindingen met de zee voor de nieuw gevormde republiekon. Het formeeren van den Poolschen Corridor, het scheppen van de „vrije stad Dantzig", en ook de historie van het Memelgebied zijn evenzoovele voorbeelden daarvan. Het Memelgebied, Duitsch van bevolking en zeden, zou eveneens een vrijstaat worden onder volkenbondstoezicht, zoodat de nieu we staat Lithauen op vrij eenvoudige wijze, door een arooord met dit machtelooze romp staatje, zich van het gebruik van de zee haven Memel zou kunnen voorzien. Lithauen echter betoonde zich daarmee niet voldaan en wist het onderhavige territoir aan zien te trekken, een voorloopig bezit, waarin het in 19?3 door de gezantenconferentie defini tief bevestigd werd. De Memel-Duitschers moesten zich tegen wil en dank deze an nexatie laten welgevallen; het moederland was te machteloos, om hen te steunen in hun verzet De op onregelmatige manier verkregen winst ziet de regeering van Kaunas zich thans, nu Duitschland in oude kracht herre zen is, ontgaan; het is daarmee tevens for meel afgesneden van de zee. en van zijn ex port-mogelijkheden. Naar verluidt is echter in de Berlijnsche regeling inbegrepen eau overeenkomst, krachtens welke Lithauen ook in de toekomst van Memel als havan zal kunnen gebruik maken. De desbetref fende modaliteiten zijn intussohen nog niet bekend geworden. Deze nieuwe voortschrijding der Duitsdhe staatsmacht boezemt een begrijpelijke be zorgdheid in aan de overige jonge Oostzee- staten. die zich er duidelijk van bewust zijn, dat zij ook eertijds binnen de Duitsche staatsgrenzen besloten lagen. Ook Polen ge voelt zich meer en meer onbehaaglijk, en ziet reeds het moment naderen, waarin de kwesties van Dantzig en den Corridor aan do orde zullen worden gesteld. Vandaar dal men in Warschau thans te vinden is voor een aansluiting aan de nieuwe Britsche veiligheidspolitiek, welke een gezamenlijke dam tegen nieuwe Duitsche eischen pro beert op te werpen. Of zoo het verstoorde evenwicht zal kunnen worden hervonden is een vraag, die op dit tijdstip nog niet voor beantwoording rijip moet worden geacht. Het onderhoud tusschen Hacha en Hitier Dramatische tafreelen geheel verzonnen? BERLIJN, 21 Maart (D.N.B.) Teekenend voor het gebrek aan scrupules, waarmede van Britsche zijde thans weer naar de leu gen gegrepen wordt om een anti-Duitsche stemming te verwekken, noemt men hier het bericht van den diplomatieken corres pondent van de Daily Telegraph", waarin een relaas van het onderhoud te Berlijn tusschen Hacha, Chwalkovski, Hitier, Goe- ring en Von Ribbentrop wordt gegeven. Dit maakwerk, aldus wordt hier ver klaard, dat in alle details zuiver het pro duct van fantasie is, draagt zóó duidelijk het stempel van de leugen en verraadt zóó openlijk het doel, dat daarmede nagejaagd wordt, dat het overbodig zou zijn er van officieele zijde stelling tegen te nemen. Opmerkelijk is het, dat dit product ge schreven werd, hoewel men wist, dat de radio-omroep te Praag, nog vóór Hacha te Berlijn was aangekomen, mededeelde, dat de president voornemens was de verklaring van hereeniging van Bohemen en Moravië in het historische verband met het Duitsche rijk mede terug te brengen. Engeland weigert Duitsche bestellingen De im Grooft-BrJbtiamïië veroorzaakte ver ontwaardiging over de door Duitschland toe- fepaste politiek van geweld jegens Tsjedho- lowakije komt tot uiting in een steeds meer vijandige houding ten aanzien van handha ving der Britsch-Duitsche economische be trekkingen. Gisteren vernam Havas, dat de industrieelen van Lancashire belangrijke be stellingen op katoenen stoffen van Duitsche zijde geweigerd hebbein. Dit besluit is des te meer veelbeteekenend, zoo zegt men in in- dustrieele kringen, daar de Duitadhe firma's bereid waren voordeelige prijzen te betalen en de aangeboden contracten veel belangrij ker waren dan die, welke kortelings waren aangegaan. ONS FEUILLETON Korte Inhoud van het voorafgaande Tusschen twee groote moderne gebouwen van een manufacturenmagazjjn en een filiaal van de Provinciale Bank, staat in het dorp Waterdam het kleine antieke pandje De Bloeyende Amandelboom, eigendom van den ouden heer Wiechers. Adriaan, eenig zoontje van den heer Wie chers, bekjjkt zy'n vader en tante Ditje, de huishoudster, op zijn eigen wijze. Na de lagere school gaat hij naar de H.B.S. van een naburig stadje. Na het eindexamen komt Adriaan in den kruidenierswinkel van zijn vader. Op aan dringen van Brinkman, zijn vroeger en onder wijzer, wordt hü tevens voorzitter van de Jongelingsvereeniging. Toch bevredigt hem dit leven niet. In een vertrouwelijk gesprek met Sander Witkop, een onderwijzer, vertelt hij dezen iets van zijn moeilijkheden. Sander vraagt of Adriaan er nooit aan gedacht heeft predikant te worden. Als Adriaan er eens terloops met zyn vader over spreekt ontmoet hij zooveel tegenstand, dat hij besluit er voorloopig maar over te zwijgen. Dat duurt zoo eenige jaren. In den winkel heeft een jongen voor loop- er winkelwerk. Ap Cosijn genaamd, zijn in trede gedaan. Overigens is het winkelmerk geheel voor Adriaans rekening, want met vader gaat het steeds achteruit. Tot het einde komt Nog ruim een jaar na den dood van zijn vader zet Adriaan de zaak geheel in diens geest voort. Dan besluit Adriaan, achter dit levem, dat hem toch nooit zal kunnen bevredigen, een pumt te zetten en een nieuwe richting in te slaan. Hij wil predikant worden. In het ge heim neemt hij maatregelen om de zaak te verkoopen, Tot zijn verbazing komt juffrouw Cosijn, Aps moeder, heb in verband hiermee een bezoek brengen. Hoe weet zij dat? CZie vervolg hieronder) Een viermogendheden- verklaring van solidariteit? Amerika zou overeenkom stige houding willen aan nemen Volgens Reuter wordt door de Brit sche diplomatie momenteel een sol' riteitsverklaring tegen eventueele nieu we Duitsche agressie voorbereid, welke in algemeene termen zou worden opge steld. De tekst wordt nog bestudeerd door de vier betrokken regeeringen, n.l. Engeland, Frankrijk, Rusland en Polen. Terwijl de Russen en Polen wenschen dat het document clausules zal bevat ten, welke de onderteekenaars binden tot optreden, meent men, dat Britsche kringen meer voelen voor een onmid dellijke algemeene verklaring, die niet de mogelijkheid uitsluit van definitieve militaire verplichtingen of zelfs van een internationale conferentie, later, wanneer de onderteekenaars zulks wenschen. Men is van gevoelen, dat een conferentie in de huidige crisis uiterst te onpas zou zijn, vooral wanneer zij te Boekarest zou worden gehouden, gelijk, naar verluidt, de Russen voorstellen, terwijl de uitwerking van bepaalde verplichtingen te veel tijd zou kosten. Men legt den nadruk op het feit, dat de onderhandelingen, die met de Russen ge voerd worden, over het ontwerp der ver klaring, niet moeten worden uitgelegd als verschil van meening. Men legt er voorts den nadruk op, dat de huidige onderhandelingen meer betrekking hebben op de methoden dan op de alge meene Groote belangstelling toont men in de houding van Italië, welke ongetwijfeld op gehelderd zal worden door de rede, die Mussolini Zondag zal uitspreken. Het vertrek van Attolico uit Berlijn naar Rome heeft commentaar uitgelokt in diplomatieke kringen, evenals de geruchten uit Parijs over Fransche stappen bij Rome, welke echter tot dusverre zijn tegengespro ken. De positie van Washington Van betrouwbare zjjde wordt volgens de „Associated Press" verklaard, dat wanneer de voorgestelde anti-agressie verklaring zou worden onderteekend, Amerika bereid zou zijn een gelijke verklaring voor zichzelf af te leggen. „Uitnoodiging tot zelfmoord", zegt Duitsch blad Onder het opschrift: „uitnoodigingen tot zelfmoord" merkt de diplomatieke mede werker van de „Berliner Boersenzeitung" hierover o.m. op: Engeland probeert het psychologische voordeel van het oogenblik van schrik uit te buiten en de begrijpelijke opwinding, welke met de bliksemsnelle af wikkeling van de Tsjechische kwestie ver bonden was, als duurzame anti-Duitsche spanningen diplomatiek vast te leggen en te conserveeren. Intusschen bevindt de meerderheid van de kleine Europeesche staten zich in de ge lukkige positie, terug te kunnen zien op 'n langdurig verleden van vriendschappelijke, op zijn minst echter correcte neutrale be trekkingen tot het rijk. Daaronder moeten vooral de Scandinavische landen, Neder land en Zwitserland en de meeste Oostzee landen worden gerekend. Onder de andere bevinden zich eenige, die langen tijd gedwongen waren zich ter beschikking te stellen van de vroeger door Frankrijk gevoerde omsingelingspolitiek. Zij hebben zich intpsschen, eerst België en Zuid-Slavië. onlangs ook Roemenië van deze eenzijdige verplichting ontdaan. Zij hebben daarom, evenmin als Hongarije, eenige reden hun houding tegenover het rijk te veranderen. Behalve Tajecho Slowakije is er in feite geen andere kleine staat in Europa geweest welke zich in den dienst van een ander tot zelfmoord heeft geë.vroneerd tegen de meest primitieve veiligheidsbelangen van het rijk. Er is ook geen klein volk, dat zoo eigen aardig ais het Tsjechische in 't lichaam van het Duitsche volk is opgenomen. Voor Tsje chië was er slechts één natuurlijke poli tiek: een zoo intiem mogelijke verstand houding met het rijk. Benesj heeft onnoo- dig juist het tegendeel van deze politiek gevoerd. Duitschland heeft den door Engeland aangezegden trijd begrepen en aangenomen en zal met alle objectiviteit, doch ook met alle zorgvuldigheid de houding van zijn buren gadeslaan. Wat thans door Engeland en Frankrijk van hen wordt geëischt is af te dalen tot een levensgevaarlijke functie van een com binatie. waarop zij geenerlei invloed kun nen hebben. Deze omsingelingspolitiek put zich uit in het negatieve, in de vergeldings gedachte en ressentiment. Wanneer het de bedoeling der nieuwe Engelsehe politiek is de Duitsche belangen op het vasteland respectievelijk de Engel- sche en Fransche rijksbelangen nog een maal op leven en dood met elkander te la ten strijden, brengt Engeland de kleine sta ten van Europa in een lichtzinnig opgeroe pen gevaarlijken toestand. Alle buren van Duitschland kunnen uit het gevonden evenwicht en de economische ontwikkelingsmogelijkheden hun geweldig voordeel trekken. Voor talloozen onder hen beteekent daarentegen de opwekking zich aan te sluiten bij ae Engelsche omsinge lingspolitiek ook economisch een opwek king tot zelfmoord. DE TOEKOMSTIGE SLOWAAKSCHE STAATSVORM Duitsche bescherming zou slechts een garantie zijn Volgens Havas toonen politieke Duitrohe leringen een zeer merkwaardige reserve ten aanzien van het statuut vain Slowakije. Het schijnt, dat ziij willen /ermijden in het bui tenland en vooral bij de „toekomstige cliën ten" van deze Duitsdhe federatie, den indruk te wekken, dat het statuut door Duitschland wordt verleend. Het lijkt waarschijnlijk, dat na de Duitsdh-Slowaaksohe besprekingen het verband tusschen Duitschland en Slowakije zal worden gepubliceerd in den vorm van een Slowaaksche -rondwet, die plechtig te Bra tislava zal worden afgekondigd», betgeen den schijn zou redden van den onafhamke1 ijken staat. Dc Slowaaksche m-'^iVer Dureanc *v heeft Reuter een uiteenzetting van den nieuwen Slowaakschen staatsvorm gegeven. Hü verklaarde door Tiso gemachtigd e zijn een verdrag met Duitschland te teekenen en over dit verdrag is reeds volledige overeen stemming bereikt De Duitsche bescherming zal niet veel meer dan een garantie zijn. Binnen de perken van de omstandigheden en de noodzakelijkheden van het land zal Slo wakije een eigen gewapende macht handha ven: het zal een klein diplomatiek corps met gezanten of zaakgelastigden in de groote hoofdsteden behouden. Slowakije zal eigen valuta hebben en een tolunde met met Duitschland zal niet nood zakel ij korwijs tot stand behoeven te komen. Over de oeeo- nomische betrekkingen met Duitschland zal later worden beslist. De besprekingen over het terugtrekken der Duitsche troepen naderen haar voltooiing. De oude vlag zal in eere hersteld wordiQ. Roemeensch-Duïtsche besprekingen onderbroken De Roemecnsch-Duitsche handelsbespre' kingen te Boekarest, zijn volgens Reuier gisteren onderbroken. Wohltat, de leider der Duitsche delegatie, zal naar Berlijn ver trekken, om nieuwe instructies te halen. DE ROEMEENSCH- HONGAARSCHE SPANNING Roemeensche troepenconcentratie in Transsylvanië In Boekarest wordt door de kringen, welke in nauw contact staan met de Roemeensche regeering, toegegeven, dat Roemenië in ver sneld tempo voortgaat militaire toebereidse len te treffen. Ontkend wordt echter, dat Hongarije een ultimatum zou hebben ge steld, of ook slechts diplomatiek zou heb ben laten informceren naar Roemenië's troe penconcentratie in Transsylvanië. In hooge Roemeensche kringen heeft men de overtuiging, dat de crisis haar hoogte punt nog niet heeft bereikt, doch dat de komende dagen wel degelijk een beslissing zullen brengen. Naar de regimenten in Transsylvanië worden de reservisten in grooten getale op geroepen. doch in de omgeving van Boeka rest, waar het tweede legercorps ligt, zijn de reservisten nog niet geregistreerd. Wel echter moeten zij zich bij de politiebureaux melden, waar zij geregistreerd worden en instructies krijgen voor een eventueele mo bilisatie. Opnieuw is de onderteekening van de Roe meensche handelsovereenkomst met Duitsch land uitgesteld en men acht het niet uitge sloten, dat het uitstel ditmaal voor onbepaal- den tijd is. Het is duidelijk, dat in regee- ringskringen in Boekarest de overtuiging veld wint. dat het beter is eerst af te wach ten wat Enge lands volgende zet ls. Het parlement te Praag ontbonden Duitschers in Tsjechië onder Duitsch recht Steeds meer anti-Jdodsche maatregelen President Hacha van Tsjechië heeft een beschikking uitgevaardigd, waardoor het parlement te Praag wordt ontbonden, zonder dat over nieuwe verkiezingen iets bekend is. Von N e u r a t h, de Duitsche protector over Bohemen en Moravië, zal het slot te Praag gaan bewonen, alwaar ook Hacha als staatspresident zal verblijf houden. Generaal Von Brauchitz heeft het Duitsche strafrecht in Bohemen en Moravië ingevoerd voor alle Duitschers in dit gebied. Tsjechen zullen onderworpen zijn aan dit strafrecht, wanneer zij misdaden plegen, ge richt tegen den Duitschen staat en het Duit sche leger. Ter behandeling van misdaden tegen den Duitschen staat en het Duitsche leger kun nen speciale rechtbanken worden ingesteld. Verder worden de Duitsche jongelieden in deze gebieden aangespoord zich op te geven als vrijwilliger voor het Duitsche leger. Zij zullen in den zomer of den herfst van 1939 worden ingelijfd en zullen zijn vrijgesteld van den arbeidsdienst. Het anti-semitisme lederen dag worden nieuwe anti-Joodsehe maatregelen genomen. De Duitsche autori teiten ontwijken tot nu toe in deze aangele genheid zelf op te treden. Zij laten de maat regelen nemen door tusschenkomst van Tsjechische vereenigingen. Gisteren heeft de vereeniging van kooD- lieden „Merkur" de Arische handelaars uit- genoodigd zich in hun eigen belang te vooi- zien van biljetten, waaruit blijkt, dat de winkels aan „Ariërs" toebehooren. Bij decreet heeft de nieuwe regeering van Moravië gelast, speciale commissarissen te benoemen in de Joodsche bedrijven. Ook is het verboden geheel of gedeeltelijk Joodsche zaken te koopen of te huren. De Duitsche autoriteiten villen zoo voor komen. dat wijziging intreedt in Joodsche bedrijven voor de anti-semietische maatre gelen worden toegepast, welke ook in Duitschland worden toegepast. Het Duitsche geld In een snel tempo wordt te Praag Duitsch eeld in omloop gebracht. De mark wordt reeds op de stations, in de trams en de win kels in betaling genomen. UW ADRES Voor de behandeling van Uw BOEKHOUDING en BELASTINGZAKEN is Belastingconsulent Lid N. L v. B. Kantoor Kerkstraat 3,Tel. no. 62 en 63 BERKEL E N RODENRIJS (Reel.) DE JAPANSCH- GHINEESCHE OORLOG Een algemeen Japansch offensief In samenwerking met de Japanscho strijdkrachten in Noord-China en de vloot hebben uitgezochte eenheden van het Japansche expeditieleger in Mid- den-China 20 dezer een algemeen offen sief ingezet op zeer groote schaal. Zij staan tegenover 800.000 man Chineesche geregelde en ongeregelde troepen, die volgens persberichten uit Shanghai over een front van meer dan 1000 K.M. verdeeld zijn, In een communiqué van de marine wordt medegedeeld, dat vliegtuigen der Japansche marine in actie zijn geweest en den vijand groote schade hebben toegebracht Ook hebben onlangs Japansche troepen de overblijfselen der Chineesche troepen irt het gebied langs de rivier Han, in het Noorden van het district Woe Han, een vernietigenden slag toegebracht Domei meldt verder uit Hankau, dat bij de eerste gevechten na vier maanden aan het front langs de rivier Sioe (in 't Noordi Westen der provincie Kiangsi) de Japam sche troepen Maandagochtend vroeg eert algemeen offensief hebben ingezet Om drie uur Dinsdagsmiddag werd gemeld, dat de Chineesche troepen werden teruggedrongen Tsjioe-Tien Foe, op 7 K.M. ten Noorden van Woe Ning gelegen, is Maandagmiddag in het bezit der Japanners gekomen. De-Chi neesche stellingen In Lo Pan Sjan, Tsjang Ling Koeng en Wang Nao Sjan zijn snel door de Japanners bezet De positie van Italië Mussolini zal Zondag spreken Te Parijs doet het gerucht de ronde, da£ Frankrijk een niet-officieelen boodschapper naar Italië zal zenden tot het vervullen van j een speciale opdracht De namen van oud- minister-president Laval, die reeds eerder met Mussolini heeft onderhandeld en van De Chambrun, oud-ambassadeur to Rome worden in dit verband genoemd. Men is zich ervan bewust dat men spoedig een besluit zal moeten nemen, aangezien Musso-1 lini Zondag a s. zal spreken en dan onge twijfeld ook de Fransoh-Italiaansche ver houding zal ter sprake brengen. Attolico, de Italiaansche ambassadeur te Berlijn, is thans te Rome aangekomen. Men ontkent, dat hij zou ontboden zijn, om over de situatie te Berlijn verslag uit te brengen. De Amerikaansche nota aan Duitschland, waarin geweigerd wordt de wettigheid te erkennen van het Duitsche protectoraat over Bohemen en Moravië, is een copie van de verklaring van Summer Welles van Vrij dag j.l.. waarin Duitschlands „daden van moedwillige wetteloosheid en willekeurig ge- weid" veroordeeld worden. Na de ontvangst te hebben bevestigd van de Duitsche mededeeling. zegt de nota: „De regeering der Vereenigde Staten heeft er kennis van genomen, dat de bedoelde pro vincies thans de facto onder bestuur der Duitsche autoriteiten staan. De regeering der Vereenigde Staten erkent niet, dat er eenige wettige basis bestaat voor den aldus aangegeven status". DOOR MARTHA VISSER (54 Wel, zij leest toch het Handelsblad? Wie zaken doet be hoort toch allereerst van markten en beurzen op de hoogte te blijven? Adriaan beaamt dit, waarmee hij zich zelf veroordeelt. Hij leest niet geregeld het Handelsblad, en is met allerlei inder daad lang niet zoo op de hoogte als de militante vrouw te genover hem. Of ze den gevraagden prijs weet? Vanzelfsprekend weet ze dien: zooveel het huis en zooveel voor de zaak en de voorraden tegen factuurwaarde. Over dat laatste wil ze het eerst even hebben. Daai moet wat af. Op z'n minst tien vijftien procent. Iedere zaak heeft win keldochters. Die stroppen koopt ze mee. Niet meer dan billijk, dat ze zich daarvoor een kleine compensatie zoekt. En dan nog wat. Zooveel de zaak. Ze moet zeggen: Wiechers' taxatie is niet aan den lagen kant, doch om een paar honderd gulden wil ze niet pingelen. Wel zou ze in een eventueel koopcontract vastgelegd willen zien, dat het haar uitdrukke lijk recht is den Firmanaam Wiechers te voeren. Even aarzelt Adriaan: vrouw Cosijn zal den firmanaam Wiechers voeren! Diit moest vadex geweten hebben. Het grenst aan heiligschennis „Maar dat is toch vanzelfsprekend," redeneert juffrouw Cosijn verder, die op dit oogenblik als in Adriaans binnenste leest, „zonder dat recht is aan de zaak op zichzelf hoege naamd geen waarde toe te kennen. Dan zou Wiechers moeten verkoopen tegen taxatie van huis, inventaris en voor raden. Dat is haar ook goed. De naam Wiechers zegt iets, hier in Waterdam, véél zelfs, dat is ze met Adriaan eens maar de naam Cosijn zegt ook wat! Als zij voor het geld, dat ze nu in „De Bloeyende Amandelboom" wil steken, haar eigen zaak uitbreidt en moderniseert, ligt „De Bloeyende Amandelboom", overgegaan op een in Waterdam onbekend kooper, in minder dan geen tijd op z'n dooien rug. Adriaan heeft z'n geld dan binnen, zeker, maar ze weet, dat deze afloop hem toch niet bevredigen zou." En daar heeft ze gelijk in. Alleen haar bezorgdheid voor het lot van „De Bloeyende Amandelboom" komt hem wel wat verdacht voor. Adriaan voek, dat ze bezig is, hem in een net te trekken, waar hij al te diep in zit, om er nog heelhuids uit te komen. In zijn eersten pubieken strijd zal hij overwonnen worden door een vrouw Hij kan, als een laatste verweer, niet nalaten op te merken, dat juffrouw Cosijn in haar bod op ..De Bloeyende Aman delboom" toch allereerst haar eigen belang ziet. Hij kan moeilijk aannemen, dat ze handelt uit een gevoel van piëteit tegenover z'n Vader Daar kan Wiechers gelijk in hebbenen tochoch, waarom zou ze het verzwijgen. Ze heeft Adriaans Vader gekend, zoo lang ze hier in Waterdam woont, en dat is al heel wat jaartjes, meer dan dertigDe oude Wiechers was nog niet eens getrouwdNu dan, ze heeft Adriaans vader dus lang geleend, en hem gerespecteerd en bewonderd. Hij heeft een moeilijk leven gehad. Hoe en waarom, daar wil re niet in treden. Dat weet ze ook niet tot in bijzonder- heden Dat weet een buitenstaander nooit. Z ij heeft het óók moeilijk gehad. Dat hebben anderen óók niet begrepen. Maar dat de oude Wiechers het zwaar te verantwoorden heert gehad, dat hoeft niemand haar te vertellen. Dat wéét ze. En hij was erg op z n zaak. Toen ze jong was, begreep ze dat niet. Ze heeft er om gelachen, en er gekheid over gemaakt met anderen. Maar nu ze zelf wat bereikt heeft, is ze er anders over gaan denken. Ze is er nu iets van gaan begrijpen, waaróm de oude man in z'n later leven hoe langer hoe somberder en eenzelviger werd. Hij moet er verdriet van hebben gehad, dat zijn eenige zoon niet voor de zaak voeij'e, zooals hij zelf. Als hij wist, dat z ij er nu in zou gaan, zcu hem dat ook niet heelemaal naar den zin wezen. De Wiechers houden er op die punten een eigenaardigen trots op na. Toch spreekt ze nu niet allereerst als zakenvrouw, als ze zegt, dat het ook respect voor Adriaans vader is, dat er haar op doet staan den naam Wiechers te voeren. „Vrouw Cosijn zal dien naam geen schande aandoen, jongeman," zoo besluit ze haar rede. Adriaan merkt heel nuchter bij zichzelf op. dat toch alleen een vrouw in staat is op een dergelijke wijze te redeneeren en te argumenteeren. Moet hij haar bovendien wel geheel serieus nemen? Is ze oprecht? Adriaan weet het niet; maar een feit is. dat de openbaring van het „ewig weibliche" in vrouw Cosijn hem min of meer ontwapent. Zoolang ze daar tegenover hem zat onder het stilzwijgend beding: „dat ik een vrouw ben is van geen beteekenis, denk dat weg", heeft elk woord van haar toch inderdaad heel behoorlijk betoog hem geïrriteerd. Nu ze deze houding heeft laten varen en v r o u yr. werd tegenover hem, den man, overwint ze. De koop wordt dien middag nog wel niet gesloten en ook de eerste dagen daarop nog niet, doch juffrouw Cosijn is volkomen tevreden. 't Komt in orde, dat wéét zij. Adriaan weet het ook. On- derwijl suggereert hij zichzelf, dat h i j het is, die de beslis sing in handen heeft,daarom stelt hij nog wat uit en ziet nog eens aan. Een andere kooper daagt echter niet op. Nog een goede maand weet hij de zaak slepende te houden. Maat j dan is „De Bloeyende Amandelboom" ook definitief eigen dom van juffrouw Cosijn. Nu wil Adriaan ook maar liefst zoo gauw mogelijk uit Waterdam weg. Een deel van de meubels doet hij van de hand, voor een appel en een ei, 't is allemaal oud spul, niet veel waard. Vrouw Cosijn doet nog een bod op een paar antieke kasten: een heel aardig bod, maar daar gaat Adri aan niet op in. Juist die stukken, met nog enkele andere, die hij al eerder op den ruimen zolder van den secretaris der jongelingsvereeniging heeft laten brengen, wil hij zeil houden. Aan Ditje laat hij de huiskamer en de keuken en het bed, j dat zij al den tijd. dat ze bij de Wiechers diende heeft be- slapen. DitjeAdriaan begrijpt, dat hij zich van haar niet zoo gemakkelijk kan afmaken als van zijn huisraad. Jaren en jaren heeft zij de familie trouw gediendze zal ook wel een spaarduitje hebbenmaar is dat voldoende om van te leven? Veel heeft zoo'n oud mensch niet noodiphóéveel, daar heeft Adriaan niet het minste idee van. (Wordt vervolgdi

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1939 | | pagina 2