INDISCHE BEGROOTING 1939
"Wi, 'vt wwL\
kd&D
ZATERDAG 25 FEBRUARI 1939
Tweede Kamer
Ontwortelde cultuur
Kruisers of slagschepen?
Vergadering van 24 Febr. 1939
Overzicht
De Ondenvijscritïci, waarbij zioh nog
de heer Effen di gevoegd ha-d met
klachten over te weinig volksscholen,
moesten van minister Welter ver
nemen, dat ze, naar communistischen
trant, schromelijk overdreven of, naar
soc.-dem. gewoonte, den afstand uit het
oog verloren tusschen het wenschelijke
en het mogelijke. De heer Meyerink had
dit den vorigen dag terecht opgemerkt
verklaarde de Minister.
Waarom bijv. verzuimen ze melding te
maken van de 8 millioen, die door locale
gemeenschappen voor onderwijs worden
uitgegeven boven de 32 millioen, die op de
begrooting staan? Ook verliezen ze uit het
oog, dat de bezuiniging bezinning heeft ge
bracht en alle luxe in het Indische onder
wijs is afgesneden, zoodat we met minder
geld veel meer kunnen doen aan voorheen.
We loopen dan ook in op het analphabetis-
m.e, al is de belangstelling van de bevolking
voor het onderwijs in vele streken nog zeer
matig. Slechts in de Preanger komen we
tot 50 net. Om deze reden valt ook aan do
door den heer v. Sleen gevraagde leerplicht
nog niet te denken. Liohamelijke oefening
dwingend voorschrijven, achtte de Minister
minder noodig. De kinderen in Indië zitten
toch al meer in de boomen dan op den
grond.
Aan cultuurreservaten gelooft de Minister
niet en nog minder is hij van meening. dat
het Christendom de Balineesche cultuur
zou ontredderen.
Wie op Bali den Islam niet wil weren,
mist het recht om zich tegen toelating
van het Christendom te verzetten.
De praatjes van den heer Stokvis over
bevoorrechting van het bijzonder onderwijs
kwamen erbij den Minister slecht af. Cijfers
werden geproduceerd, die vernietigend voor
diens looze beweringen waren.
Bovendien kreeg deze te hooren, dat
Indië de persoonlijke en financieele
offers voor het bijzonder onderwijs niet
missen kan. Zij stellen in staat te beter
onze groote taak in dat land te vervul
len. De critiek van den heer Stokvis
achtte de Minister ver beneden de maat.
Te dezen aanzien was de bewindsman het
tnet de heeren Meyerink en v. Poll vol
komen eens. Geen enkele openbaring van
particulier initiatief op onderwijsgebied
mag worden afgewezen. De antieke verhaal-
ONS FEUILLETON
Korte inhoud van het voorafgaande
Tusschen twee groote moderne gebouwen
van een manufacturenmagazijn en een filiaal
van de Provinciale Bank, staat in het dorp
Waterdam het kleine antieke pandje De
Bloeyende Amandelboom, eigendom van dei
ouden heer Wiechers.
Adriaan, eenig zoontje van den heer Wie
chers, bekijkt zijn vader en tante Ditje, de
huishoudster op zijn eigen wijze.
Na de lagere school gaat hij naar de H.B.S.
van een naburig stadje.
Op de jaarlijksche kermis ontmoet hij
Deborah Olivier, dochter van een sectarist
in Waterdam. Sedert de schooljaren heeft
hij haar niet meer gezien. Hoewel hij niets
voor haar voelt, volgt er toch door dit kleine
voorval een ontwaking bij hem. Hij gaat zich
man voelen. Als hij dan naar de vierde klas
van de vijfjarige H.B.S. gaat, besluit hij zich
niet meer zoo afzijdig te houden van zijn
klassegenooten als voorheen. Hij zoekt een
beter ingerichte lunchroom en eet daar
's middags zijn brood op. Dit duurt echter
ook niet lang. Na een kort twistgesprek met
een der andere bezoekers, Rogier Blommen-
daal, die roode denkbeelden verkondigt, be
sluit hij weer te veranderen. Hij komt nu
in een Christelijk volkskoffiehuis terecht,
en juist hier maakt hij kennis met de ellende,
waarvan Rogier gesproken heeft.
Na het eindexamen komt Adriaan in den
kruidenierswinkel van zijn vader. Op aan
dringen van Brinkman, zijn vroegeren onder
wijzer wordt hij tevens voorzitter van de
Jongefingrvereeniging. Op een bestuurs
vergadering bepleit hij de wensohelijkheid
om behalve Bijbelsche geschiedenis,
onderwerpen op andere terreinen te
handelen.
(Zie vervolg hieronder)
tjes, waarmee de heer Stokvis indruk
trachtte te maken, toonen, hoe klein zijn
optreden eigenlijk is.
De Minister had gelijk. De soc.-dem. afge
vaardigde is klein van stuk bijna zouden
we, denkende aan de Visscherijdebatten
zeggen: hij behoort tot de „puf" maar
zijn parlementair optreden vertoont al even
min grooten stijl. Hij vergeet, dat 't Neder-
landsche parlement geen Volksraad is en
is overigens, 10, 15 jaar ten achter bij de
politieke ontwikkeling in Nederland.
Bij dit onderwijsdebat heeft hij opnieuw
een slecht figuur geslagen. Het zal, door
zijn verkeerde instelling, het laatste niet
zijn.
Ten slotte trachtte hij zijn aftocht te dek
ken door een beroep op de Groninger school-
motie van 1902. De s.d.a.p. zou toen reeds
voor vrijheid en gelijkberechtigdheid v£
bijzonoer onderwijs zijn geweest
Het was een armelijk verweer, omdat die
Groninger schoolmotie het summum
politieke onoprechtheid was. Zij diende
slechts als lokmiddel om confessioneele
arbeiders naar de s.d.a.p. te krijgen en
rigens hebben de feiten bewezen, dat tot
lang na de pacificatie het: geen kind en
geen cent in de s.d.a.p aanhang vond.
Het recht van de bijzondere school is
slechts noodgedwongen en schoorvoetend
erkend en op den keper beschouwd, geven
elen het nog slechts een secundaire plaats
door aanvaarding bij voorkeur van de meest
formalistische wetstoepassing.
De heer v. Poll kwam in verband met
Bali nog eens terug op de ontworteling in
en door de humanistische cultuur. Prof. v.
ren ontweek echter alle cardinalo
vragen en vluchtte uit het concrete naar
het formcele. Z.i. ging het er slechts om do
waarden van een bepaalde cultuur te erken
nen. Maar is dat nu een kwestie? Niemand
ontkent die, maar in casu was in geding de
vraag of men een gebied met Hindoe-cul
tuur zal afsluiten niet voor T islamitisme,
maar wel voor het christendom, dat door
cultureel ontwortelde humanisten als een
ramp voor de Baliërs wordt afgeschilderd.
We herhalen: hier botsten wereldbeschou
wingen.
Het christendom is voor geen enkele
cultuur een ramp of een kwaad geble
ken, maar wel een zegen, omdat het de
openbaring brengt van Hem, Die de
bron en het inbegrip is van het abso
luut goede, ware en sChoone en de
Schepper en Verlosser van menschheid
en cultuur beide.
Gods openbaring doet ons beider wezen
en hoogste doel kennen. Geen enkele cul
tuur heeft in den loop der eeuwen ooit den
zoekenden mensch de groote levensraadse
len kunnen oplossen. „Het leven der heiden-
sohe cultuurvolken is één zoeken, één tas
ten. of ze vinden mochten den sleutel der
mysteriën in ons, rondom ons en boven ons"
schreef Prof. Biesterveld eens. Het heiden
dom bracht in zijn afgoden niet meer dan 'n
caricatuur van d&n levenden God. In hun
beste uitingen dringt ten hoogste het: „niet
van het Koninkrijk Gods" zioh naar
onze lippen.
En daarom kan het christendom vnor
geen enkele andere cultuur ahdiceeren. Het
beteekent ook geen vernietiging, maar wel
vernieuwing, omzetting, verheffing, verede
ling, in 't licht van Hem, die de volkomen
heid der schoonheid is.
„Volksgezondheid" en „Economische Za
ken" geven geen aanleiding tot het maken
van bijzondere opmerkingen. Met genoegen
vernamen we, dat de Minister zich be
raadt hoe hij voor 1940, wanneer de bijzon
dere Nederlandsche welvaartsbijdrage van
iy2 millioen zal vervallen, daarvoor equi
valent of tegemoetkoming kan verkrijgen.
„Oorlog" en „Marine" kunnen echter niet
zoo maar worden gepasseerd.
Men weet, dat op dit punt in Indië den
laatsten tijd eenige onrust openbaar is ge
worden.
Deze onrust wordt o.i. ook kunstmatig
aangewakkerd door hen, die meenen,
dat voor de maritieme verdediging van
LIJDERS aan MAAGPIJN
maagkramp, zuur, hartwater en slechte spijs
vertering zullen baat vin
den bij het gebruik van
het reeds vijftig jaren
in den handel zijnde
BOOM'S MAAGPOEDER
Alleen echt indien de ver
pakking is voorzien van
den naam BOOM. r 1.29 per doos; per halve
doos f 0.75. - Nederlandsch fabrikaat.
Indië veel meer en in sneller tempo
moet worden gedaan, ook al waardee-
ren ze wat tot nu geschied is en nog
geschiedt.
Zelfs een marine-officier heeft zioh in clit
verband uitgelaten op een wijze, die in
hooge mate onbehoorlijk en beleedigehd
voor Rcgcering en parlement is. Hij schreef
aan de verantwoordelijke Regeering gebrek
aan moed en karakter toe en verweet het
Parlement laksheid ten aanzien van Indië's
defensie.
De heer v. Poll heeft daarover terecht
den staf gebroken. Van Regeeringszijde hier
en in Indië is deze uiting reeds gedesa
voueerd. Maar is dat voldoende?
Nederland doet voor Indié's verdediging
wat mogelijk is. Verleden jaar nog is beslo
ten tot een bijdrage van 8V2 millioen in de
exploitatie-uitgaven boven de aanbouwkos-
ten voor de marine, welke geheel voor Ne
derlandsche rekening komen, terwijl voorts
de mogelijkheid geopend is, dat het Moeder
land nog verder gaat bijdragen in de explói-
tatiekosten van de vloot in Indië.
In 't snelst mogelijke tempo wordt boven
dien het leger versterkt en het zgn. vloót-
an-Deckers uitgevoerd.
Toch heeft de Volksraad verleden week
afwijzend geadviseerd ten aanzien van het
nieuwe plan inzake de verdeeling van de
kosten van de vloot
Niet met drie kruisers neemt men genoe
gen. maar er moeten er zes komen en veel
meer torpedojagers, onderzeeërs en vlieg
tuigen op kosten van Nederland. Zelfs wór
den den laatsten tijd slagschepen vier
stuks gevorderd. Hoeveel dat kosten moet
in eens en blijvend, hoe deze honderden
millioenen zouden moeten worden gevonden
in vraag, die met gratie aan Nederland
ter beantwoording gelaten wordt Onze
eigen budgetmoeilijkheden 1 millioen
oan sociale zorg per dag schijnen bij dit
alles geen rol te spelen.
Hier botsen eveneens het wenschelijke en
het mogelijke.
Nederland getroost zich voor z'jn.
defensie geweldige offers. Tusschen de
40 en 50 groote en kleine maritieme
eenheden zijn in aanbouw, grootendeels
voor Indië. Het personeel er voor moet
worden opgeleid, wat allerminst een
voudig is. We toonen dag aan dag, dat
Indië ons heel veel waard is.
Dat het bij het thans in uitvoering zijnde
aanbouwplan zal blijven, is niet aan te
nemen. Dus zal er voor Indië nog meer wor-j
den gedaan, maar niet alles tegelijk kan'
worden aangevat. Eerst het vierjarenplan,
waaraan we bezig zijn, zeide minister Van
Dijk deze week in de Eerste Kamer.
Men vil zware schepen. Maar een kruiser'
van 24.000 ton kost zeker 65 70 millioen
en moeten we gaan tot 30.000 ton dan nade
ren we de 100 millioen. Vier slagschepen
kosten 3 h 400 millioen en wil men er dan
nog een kruiser bij, dan verzwaren we jaar-
lijks ons budget met 40 50 millioen. Even,1
nadenken is dus wel geraden.
Aldus oordeelt men ook in de Tweede-
■Kamer. 1
Het minimum-plan-Deckers- is niet'Vol
doende, verklaarde de heer Duymaer V.
Twist, nu onze vloot ook op verdediging-
ingesteld zal moeten zijn. De Regeering ga
voor 1940 nogmaals na wat er nog gebeuren
kan Aan een motie-S t o k v i s -r- ook weer
een aftandsch beestje waarin een andere
verdeel ing der vloot kosten gevraagd wordt
na onderzoek door een commissie, bestaat
geen behoefte.
Niettemin trachtte de soc.-dem. indiener
haar nog te verdedigen, al begreep hij reeds,
dat hij met deze onpractische motie voor
een verloren zaak pleitte.
Generaal Bajetto, die in theorie wel
wat voor slagschepen voelde, wilde in deze
zaak de leiding der Regeering aanvaarden.
Meent zij verder te moeten gaan, dan is hij
bereid te volgen. De motie-Stokvis, die een
buiging schijnt in een richting, die van de
zijde zijner geestverwanten voorheen als
extreem militairisme zou zijn gebrandmerkt,
leek ook hem overbodig. Tot gelijke con
clusie kwam de heer Wen del aar.
De heer v. Poll. die in de motie-Stokvis
een poging tot reactie zag op een twee
maanden geleden door de Kamer genomen
beslissing, wees haar eveneens af.
Niet onaardig was zijn opmerking, dat. de
slagschepen-ij veraars in 1953 een critiek
jaar zien, maar zouden we een slagschip
gaan bouwen, dan zou dat pas in 1955 vol
komen gereed zijn. In hun gedachten cang
wel wat laat' Beter is het, als we uitbrei
den, versterking te zoeken in kruisers en
wat daar verder, bij hoort.
De heer A m e 1 i itk greep de gelegenheid
aan om een goed woord te doen voor die
adjudanten-onderofficier, wien indertijd de
gelegenheid om onder-luitenant te worden,
is afgesneden. Gaarne zou bij zien, dat hun
deze promotie alsnog mogelijk werd ge
maakt
Dinsdag gaat dit debat verder.
Bij den aanvang der vergadering heeft de
heer W ij n k o 0 p verlof gevraagd den
Minister van Algemeene Zaken te mogen
interpelleeren, over het al of niet medewer
ken van de Nederlandsche regeering in
zake de voorziening in den nood der Spaan-
sche kinderen en ahdere vluchtelingen in
Nederland.
Over dit verzoek zal Dinsdag bij don aan
vang der vergadering worden beslist.
Correctie
Minister Welter heeft Donderdag niei
gesproken van een „schilderij zonder „lucht'',
rnaar van een „schilderij zonder licht". De
beeldspraak zal in haar beteekenis nu dui
delijker zijn.
De motie-Stokvis
In behandeling wordt thans genomen de
«ellng oorlog, benevens de motle-Stokvls
erverdeellng der defensiekosten.
De heer DUl'MAER VAN TWIST <a.r.) Is
eenlng, dat de opmerking ln de M. v. A..
waarschijnlijk op etgen krachten zijn e
i de doelstelltni
Verslag
ische vluchtelln
ring.
dslagl:
edf
Indië
Tde ls de
over de
•edienst der begro
ifdeellng onderwt
ing van Nederlai
1935.
EFFENDÏ (comm.) acht dei
plicht ai dan niet
Spr. bepleit het
jent.
1 het e
landL
MINISTER van Koloniën acht verschillen-
an de door den heer van Sleen geuite wen-
n redelijk, doch financieel niet uitvoerbaar
staat sceptisch tegeno\er de eischen va/
heer Effendi: de heer Effendl bedenke, da
politiek ls: de kunst van het berelkbi
illeen uit de
len. Op het
dikwijls betei
1 het onderwijs kat
1 nlel
ng aflei;
ichoolgaande kim
Sail. Spr. kan zich
11? Wil men den Isla
cl het Christendon
besprekend
king, dat
1 heer Stokv
lister de
irdt achti
iet niet thuis b
ven van hoofd
lachtlgste van
ik niet kunnen volvoeren. De klachte
n heer Stokvis zUn ongegrond.
wU dit vraagstuk uit de hoogte zie
het
openbaar door het bijzonder onderwijs, hU
doelde dat er voor Indië zich een sohoolvraag-
stuk gaat voordoen. Spr. richt zich te
:leld der regeering.
VAN SLEEN (s.d.I dankt de
d. HU hi
De he«
Spr. ls
erdedlgin
aan. Op 1
1 beschlkkei
n de motle-
afwukt var
licht zUn motie
:lng heeft Nederland
militaire ultgi
r BAJETTO
iral Jachtkrulser
lar ligt de grens
mogelijke? Spr. la/
ran Indië I
:n defensiefonds,
r.k.) sp
«rking der Indh
dheld door-
defen-
I vliegtuig/
ndpunt, dat het onderwijs
relijk ls achteruitgegaan en beveelt een pi
t Invoering van leerplicht op beperkt teri
eerodlenst wordt
Volksgezondheid
Btf -de behandeling van de afdeellng volksge
zondheid spreekt mevr. DE VRIES—BRUINS
(s.d.) dat op deze begrooting geld beschikbaar
wordt gesteld voor tien artsen, acht spr. van
groot belang Doch de toestand is ln het alge
meen nog onbevredigend. De groote sterfte ten
gevolge van malaria, ondanks
ïring,, die zUn vertrouwt
evaarlijke situatie, die z
ing van het Chineesch-J.
:t uitsluitend lichte kru
ld van Indië In het gehe
IV11 men een daadwerkel
dient een slagschepeneski
In verband met de motie Stokvis merk
3p dat hö de goede zijde van de voorgesteld'
regeerlngs-regeling. ziet. Spr. kan zich niet
71 De 6heer WANDELAAR (11b.) bespree
AM EU NIC (a-r.) bespreekt de
die de adpudant-ondorofficlerer
>e mogelijkheid om onder-luiten;
voor de oudere adjudant-onderoffl
jwei afgesneden.
agt hierin verbetering door vrijstel
ever. van het af te leggen exar
- VAN POLL (r.k.) vraagt of he
regeering niet met een voorstel
an zes krylgers durft te kon
rs ln de minderheid te gerak
t de motie-Stokvis is spr. i
e motie inhoudt, dat de daa
mmlssle tot dezelfde conclusi'
i de voorsteller. Het tegenwo<
:rust i
ïrste. Aai
voldo«
genheld om het goede voedsel te koopen
i ae groote zuigelingensterfte te wUten.
De hse. VAN LITH DE JEUDE (11b.) ner-
aalt zijn vraag, of de minister bereid zou zijn
s populariseering van hygiënischs maatrege-
:n te doen bevorderen.
doch de macht c
geldmiddelen.
Het lnstltuu
voortreffelijk we
izlen
de volksgezondheid.
jreekt door
volksvoeding
kan beter zelfstandig
in werken.
afdeellng volksgezondheid wordt goedge-
d.
■eneens na eenige discussie bii de behande-
BRIELLE, 25 Febr. Gisteren is op 93-jari-
gen leeftijd de heer J. K. Overbeeke, op
richter en directeur-uitgever van de Nieuwe
Brielsche Courant overleden. Hij was
oudste uitgever van Nederland.
De overledene was drager van het Witte
Mobilisatiekruis. Tal van jaren was hij lid
van den gemeenteraad van Brielle, welke
gemeente hij ook als wethouder diende.
Bezoekt onze terreinen ol zendt 20 ct,
porti voor 't Boekje No 8
„DE GRtlOT'S HOUTBOUW
Vrooms hoop Telefoon 32S
M. 8.55 VARA,
5.00 VPRO. 5.20
8.66 Orgelspel.
Orgelspel. 9.46 Cai
die terzake doen". 12.20 Berichten, hierna:
Het AVRO-orkeat en solisten. 1.05 AVRO*
Amusementsorkest. 1.30 Causerie: ..Wat er
ln Indië gebeurt". 1.50 Gram.mu/.iek. 2.00
Causerie: „De waarde van het bo-ek". 2.26
Reportage voetbalwedstrijd. 4.15 Gram.muz,
4.25 AVRO-Dance Band. 1.66 Berichten ANP.-
6.00 Gesprekken met luisteraars. 6.30 Voor
de kindoren. 6.00 De Ramblers. 6.30 Sport-
praatj 6.45 Berichten ANP. gram.muziek;
7.00 VARA-Kalender. 7.05 Noviteiten-orkest.
VARA-Mount-Boys en soli«te. 8.00 BerlchtcD
ANP. mededeelingen. 8.20 Verkorte opera:
„Die lustlgen Weibor von Windsor". 9.40
Radlotooneel. 10.15 De Vagebonden. aollat
en vocaal trio. 11.00 Berichten ANP, hierna:
Orgelspel. 11.40—12.00 Dansmuziek (gr.pl.),'
ILVERSUM II. 415.5 M. 8.30 NCRV. 0.30 KRO,
5.00 XCRV. 7 4511.30 KKO. 8 30 Morgei
Udlng. 9.30 Plechtige H. Mis. 10.60
ICRO-Melodisten. 100—1.""
snweek''). 2.00 Gram.muz
7.30 Gewijde
oerwoudnegens van de Motaba-rlvler. 9.2')
Zang met plano-begeleiding. 9 30 Gram.muz.
9 50 KRO-orkest en solist 10.30 Berichten
ANP. 10.40 Epiloog. 11.00- 11.30 Esperanto-
lezlng.
HoirWICH 1500 M. 12.20 irrkest. 1.20 Kwintet
1.G0 Raadselwedstrijd 2.40 Orkest 840
Kleinorkest 4 20 Rellgleuz. causerie. 4.40
Harmonie-orkest 5.20 Causerie. 5.40 Orkest
6.30 Filmpraatje. 6.50 Radlotooneel. 8.16
Kerkdienst 9.25 Radiotoon-el OrKestt en
mannenkwartet 10.50 Epiloog.
AIUO-PATMS 1648 M. 10.20 Hawallan-cnsem-
ble. 11.20 Orkest 12.00 Zang. 12.31 OrgeL
I.20 Zang. 1.35 Orkest. 8.20 Zang. 3.35 Ac
cordeon. 3 50 6.50 Radlotooneel. 7.25
Orkest. 8.35 Zang. 8.50 Koor en Orkest
II.20 Orkest
KEULEN 456 M. 7.50 Gamba, cembalo en orgel.
L 3.20 Ork
9.35 Orkest 11.20
484 M. 322 M.: 10.20
el. 11 50 Piano. 12.20
12.55 en 1.30 Orkest 8.20 en 9.35 Orkest. 10.30
Orkeet en duo.
EUTSCHLASOSEXDER 1571 M. 7.30 Winter
hulpprogramma. 9.50 Kwintet. 10.20 Orkeet.
jltIJd een poeder ol cachet van Mljnhardt*
Mijnhardt's Poeders per stuk 8 ct. Doos 45 ct.
Cachets, genaamd,Mljnhardtjes"2st. IQct. Doos 50c()
(Reel.)
27 FEBRUARI 1830
10.20 v.m. VPRO
8.16 Berichten).
Grai
10.0'
(Om
_enwljding. 10.20
Declamatie. l'J.40 pianovooo-dracht 11.10
Vervolg declamatie. 11.30 Gram.muziek. 12.00
Esmeralda. (Om 12.16 Berichten). 12.30 Gram.
muziek. 12.45 VARA-Orkest. 1.16—1 45 Gram.
muziek. 2.00 Utrechtsch Stedelijk Orkest
(opir.), 2.20-Zsng en plano
'2.45 Decla
jelspel
4.05 Gra
3.15 .Fantasia". 3.45 Or-
n.muziek. 4.30 Voor de kin-
izlek. 6.00 Orgelspel. 6.28
5.00 Gra
Berichten. 6.30 Muzikale
muziek. 7.00 VARA-Kalender. 7.05 Gram.-
muzlek. 7.10 Causerie: „Reisindrukken uit
Afghanistan". 7.30 Planoduet
ling SOS-B
8.55 Gra
„De Krekeltjes
8.40
tle-orkest
10 00 Berichten ANP. 10.10 VARA-Orkest
10.45 Gram.muziek. 11.00 De Ramblers. 11.30
12.00 OrgelspeL
HILVERSUM II. 415.5 M. NCRV-Ultsendlng.
.00 Schriftlezing, meditatie. 8.15 Berichten,
10.30 M.
luzlek. (9.309.45 Gelukw
11.00 Chr. Lectuur. 11.30
luzlek. (12.00—12.16 Berichten). 12.30
irichten ANP. herhaling
SOS-Berichten. 8.15 NCRV-Salonorkest en
gram.muziek. 9.30 Causerie: „Onze kinderen,
hun onderwijs, hun examens'". 10.00 Berich
ten ANP. actu.
10.45 Gymnast
iel halfuur. 10.30 Gi
lekles. 11.00 Kane:
nek. 11.50—12.00
Schrl
1L25
zing.
DROITWICH 1500 M. 11.05 Zang en plano
12.20 Causerie. 12.45 Orgel. 1.20 Militair or
kest. 2.00 Declamatie. 4.15 Cello en plano.
5.21 Plano. 5.40 Harpkwintet. 6.40 Muzikale
causerie. 7.20 Variété. 8.20 Discussie. 9.10
Piano. 9.45 Debat 10.30 Orkest 11.20 Fran-
sche causerie 11.35 Orkest
RADIO PARIS 1648 M. 10.00 Orkest 12.30 Zang.
1.10 Orkest 2.35 Zang. 3.50 Piano. 5.05 Plano.
5.35 Viola. 6.35 Piano. 6.50 VlooL 7.25 Orkest
8.35 VlooL 8.54 Concert.
KEULEN' 456 M. 6.30 Orkest 11.20 Orkest. 12.86
Orkest. 1.30 Concert. 3.20 Orkest 6.45 Plano
duetten. 7.30 Volksliederen. 8.00 Westduitsch
;ht. 9.50 Orkest en planoduo. 11.20
Oil-
i 484 M. 322 M.: 12.60 en 1.30
1-ano. 6.50 en 7.20 Orkest 8.20
sst. 9.20 en 10.30 Syinphonle-
en 1.30 Ensemble. 6.35 Orkest.
/2)eXoon cué de j0 «1
i re^ra-flfït
DOOR MARTHA VI55ER
(33
Meer dan hijzelf beseft, rahen Adriaans woorden de har
ten. Hij mag dan geen vurig man wezen, zijn betoogtrant
is rustig en helder, zijn stemgeluid aangenaam. Wat hij daar
allemaal heeft beweerd, is niet gloednieuw voor de leden
van „Onderzoekt de Schriften". Brinkman heeft vele malen
tot hén in denzelfden geest gesproken, zij het dan ook niet
in verband met een voorgestelde wijziging van het werkpro
gram. Brinkman is echter tot het laatste toe nog eenigermate
de van buitenaf gekomen leermeester gebleven. Veel heeft
Waterdam aan hem te danken, ongetwijfeld, maar geheel
geassimileerd is hij niet. Wiechers daarentegen is een jongen
uit hun midden' en van hun eigen jaren, met hen opgegroeid.
Dat is anders. Bovendien; Wiechers heelt jaren lang school
gegaan in de stad. Hij moet daar in aanraking zijn gekomen
met velerlei verleidingdie hij heeft getrotseerd. Dat
maakt hem tot den man, die het weet, tot den held bijna
van wiens glorie een zwakke glans op hen schijnt af te stra
len. omdat -ii samen, hij en zij. Waterdamsche jongens zijn.
Zoo wordt Adriaan de primus inter pares, wiens woord
niet zonder gezag is. Met wat over en weer praten, wat
tegenstribbelen en wat toegeven krijgt hij zijn voorstel er
dan ook zonder ernstige tegenkanting door, in zooverre dan,
dat voortaan één maal per maand een avond besteed zal wor
den aan een vrij onderwerp in den geest als door Adriaan
bedoeld. Hijzelf zal de eerste inleider zijn en handelen over
Dr Kuypers leer der gemeene gratie.
XXVII
Een dag of wat voor Adriaan zijn inleiding, die tot een
lezing is uitgebreid, zal houden, meldt zich een hem onbe
kende, blijkbaar wat uit zijn krachten gegroeide jonge man
in De Bloeyende Amandelboom.
Hij stelt zich voor als Sander Witkop, tijdelijk onderwij
zer aan de school van Brinkman. Hoewel het niet in alle bij
zonderheden met hem eens, heeft hij groote belangstelling
voor alles wat Dr. Kuyper betreft. Min of meer toevallig
hoorde hij van Adriaans inleiding. Zou hij wellicht een in
troductie kunnen krijgen? Voorloopig voor die eene verga
dering. Hij weet trouwens niet eens, of hij wel lid van „On
derzoekt de Schriften" zou kunnen worden, hij behoort na
melijk niet tot dezelfde kerkformatie als Wiechers en de
jongen, van wien hij over die inleiding hoorde. Vanzelf deelt
Adriaan hem mede, dat jongelingen van positieve belijdenis
uit alle kerken op de vereeniging welkom zijn, welk ruim
standpunt door den ander weer buitengewoon wordt geap
precieerd. Gaarne zou hij zich als lid opgeven, maar hij
denkt niet geregeld een avond per week te kunnen missen,
want hij is onderwijzer. En onderwijzers beschikken over
weinig werkelijk vrijen tijd: altijd maar weer correctie-werk
en doorstudeeren. Zonder een flink aantal bijaktes bereik ie
in de onderwijzerswereld niets. Wil Wiechers wel gelooven,
dat je gemakkelijker dokter wordt of advocaat, dan school
meester? Als je het aantal studiejaren van een onderwijzer
met hoofdakte en bijvoorbeeld de drie moderne talen optelt,
kom je al over het vermaarde elftal van onze academisch
gèvormden heen. Het verschil is alleen, dat die laatsten naar
hun geploeter worden gewaardeerd en betaaldeen
schoolmeester blijft zijn leven lang een weinig getelde hon
gerlijder.
Met groote aandacht volgen de leden van „Onderzoekt
de Schriften" de voorlezing van Adriaans hoogst interessan
te inleiding. Daar zit studie achter, dat begrijpen ook de
eenvoudigsten onder de jongens. Die Wiechers blijkt de be
nijdenswaardige gave te bezitten, moeilijke zaken zóó uiteen
te kunnen zetten, dat ook een traag, onontwikkeld verstand
er iets van gaat snappen.
Van de gelegenheid tot gedachtenwissïling wordt nage
noeg geen gebruik gemaakt. Het blijft bij een enkel verzoek
om nadere toelichting van een niet geheel begrepen onder
deel. Van eigenlijke critiek is op dit moment nog geen sprake
Het zeker niet eenvoudige onderwerp ligt log en zwaar tus
schen den inleider en zijn hoorders in. Heel wat leden van
„Onderzoekt de Schriften" duizelt het ietwat. Hoe zouden zij
het wagen met Wiechers in het krijt te treden? Dit wil niet
zeggen, dat zij nu ook meteen voor de door hem ontwikkelde
denkbeelden gewonnen zijn. Geenszins. Als zij alles eens
rustig hebben overdacht, en er een paar nachtjes over heb
ben geslapen, dan zullen er nog wel heel wat bedenkingen
en bezwaren loskomen. Doch nu nog niet. Nu staan ze alleen
nog maar „paf" van Wiechers' geleerdheid en gevoelen ze
leen hun Voorzitter, doch in hem ook hun aangedaan.
Sander Witkop toont zich aan het eind der bijeenkomst
zeer enthousiast. „Geweldig, kerel, geweldig", zoo compli
menteert hij Adriaan. Meteen vraagt hij, of het goed is als
hij in den loop van de week nog eens even aanloopt.
En Sander lóópt die week nog eens even aan.
En de week daarop nóg eens
Hij voelt zich eenzaam in Waterdam.
Wellicht zou hij zich ook in Amsterdam en Rotterdam
eenzaam voelen. Sander vertegenwoordigt een menschen-
type, dat overal eenzaam is, wijl het teveel van zijn naaste
verwacht en derhalve nimmer vindt, wat het zoekt. Sander is
een pluizer, die zich moeilijk bij het gewordene neer
leggen. Rusteloos zoekt hij naar de oorsprongen der dingen*
ook in zijn eigen hart. Is hij dan geen Christen, een mensck
die in Christus zijn rustpunt, althans in beqinsel, gevonden
heeft?
De buitenstaander, die Sanders uitwendig leven kent, en
deze vragen vanuit de dogmatiek tracht te benaderen, zal
allicht geneigd zijn „ja" te zeggen. Sander zelf is hiervan
echter niet zoo zeker. Als hij zijn hart onderzoekt, is hij ge
neigd te veronderstellen, dat hij wellicht GEEN Christen
zou zijn. als de geloofswaarheden hem niet van kindsaf wa
ren ingegoten. En aangezien hij geen man is, die er genoe
gen mee neemt zich met een SDitsvondigheidje van zulke
hoogsternstiqe zaken af te maken, leeft hij in een voortdu
rende onzekerheid. Hij wenschte somwijlen in een godde
loos, ontaard gezin te zijn geboren. Als in menschen uit zulk
een omgeving het verlangen naar God ontwaakt, dan mag
men aannemen, dat het de Heere zelf is. Die aan zoo n hart
werkt. Wordt vervolgd