DE VROUW. en haar beroep Stekeligheden KNIPPATRONEN „VAN EN VOOR DE VROUW" UITGAVE DER VIJF SAME VWERRENDE CHRISTELIJK E DAGBLADEN 6—ii FEBRUARI B IN enkele artikelen heeft ons Vrouwenblad gewezen op het typisch vrouwelijke be roep van dienstbode. Het moge zijn, dat de roep weerklank vindt, die vraagt naar de mannelijke arbeidskracht, ook in het huis gezin, toch zullen we het allen wel hierin met elkaar eens zijn, dat deze toestand fei telijk weinig normaal is en slechts ontstaan door het gebrek aan vrouwelijke arbeids krachten, dat geschikt en bereid is, huis houdelijke werkzaamheden als beroep te verrichten, èn mede door den overvloed, welke de markt des levens aan mannelijke arbeidskrachten te zien geeft. De tijd ligt nog niet zoo heel ver achter ons, dat, vooral vanuit feministischen kring, geageerd werd tegen elk streven om den vrouwenarbeid beter te beschermen dan den arbeid, die door mannen werd verricht. Zoo men een werk over den loonarbeid als van Prof. Diepenhorst openslaat, zal men daar van merkwaardige voorbeelden aantreffen. Zeker, niet slechts bepaalde feministische groepen waren het, die tegen deze speciale bescherming in het strijdperk traden. Er wa len ook socialisten, die hun argumenten ten beste gaven. Bekend is daarbij de redenee- xing, die b.v. door den heer Wibaut werd op gezet Deze omschreef elke bijzondere be scherming van den vrouwenarbeid als een verzwakking van hethuwelijk. Immers, zoo was dan de meening, als men ertoe over gaat de vrouw in haar werk te belemmeren, dan komt zij in een afhankelijker positie te staan ten opzichte van haar man. Zij moet "maar afwachten hetgeen hij op -tafel legt en van vrijheid is niet veel overgeble- In deze laatste redeneering moge een vleug van waarheid liggen opgesloten, van het huwelijk wordt op deze wijze toch wel een gewrongen beeld gegeven. Alsof de echt slechts zou bestaan in twee buiten elkaar staande levenssferen van de beide echtge- nooten! En alsof de beide echtgenooten niet gezamenlijk een nieuwe sfeer scheppen, die van het gezin! En alsof er voor dat gezin geen vrees voor weinig samenhangendheid zou bestaan, wanneer de vrouw als regel buitenshuis vertoeft! Hoe het zij, het feminisme en het socia lisme mogen al niet worden vereenzelvigd -lang niet elke feministe is socialiste en we vermoeden zoo, dat niet elke socialist uitgesproken feministisch gezind is hier in komen beide richtingen met elkaar een, dat zij zoeken eenzijdige belemmering van vrouwenarbeid tegen te gaan. Zeker, tegen voorschriften voor den arbeid geheel bestaan bij deze richtingen wellicht geen bezwaren. Maar men schrijve deze voorschriften dan aan beide sexen gelij kelijk voor. Ongebonden vrijheid wenscht men als regel niet. Gelijkheid wil men weL Intuaschen is, meenen we, aan deze eerste geestdrift in den loop van den tijd wel iets veranderd. Het leven op maatschappelijk gebied heeft, naast voorschriften voor den. kinderarbeid, voorschriften gebracht voor den vrouwenarbeid, en we vermoeden dat hiermee bijna algemeen genoegen wordt genomen. Het inzicht in den eigen aard var de vrouw zal hiertoe wel mede hebben bij gedragen. En dan is te wijzen op een kloeke uitspraak als van mejuffrouw Mr E. C. Dorp: „Ik aarzel dan ook geen oogenblik als mijn overtuiging uit te spreken, dat de fe ministische postulaten zullen blijken opge schroefde eischen te zijn, die niet beant woorden aan de werkelijke natuur vrouw zelf, dat de taak der gehuwde moet blijven hetgeen zij tot nu toe geweest is: haar werk in het gezin, maar indirect, door het gezin, van den grootsten invloed op de maatschappij". „Maar het allerergste is, dat het gezinsleven te gronde gaat, de warmte, die van den huiselijken aard'uitstraalt, ook den armste koestert, verloren gaat; dat het beste wat er voor den mensch in het vijandige leven is, hem ontnomen wordt, aan menigeen al de jeugd. De woning wordt onordelijk, vuil en ongezellig. Het plichtsgevoel van den man verslapt, hij zoekt in menig geval genoegen buitenshuis en gaat drinken. De kinderen vinden moeder niet thuis, zij gaan de straat op. De jonge fabrieksarbeider, geen huiselijk geluk in zijn jeugd gekend heb bende, heeft ieder gevoel voor het gezin, .waarin hij is opgegroeid, verloren en trouwt zoodra hij een eenigszins behoorlijk week geld verdient, en in menig geval steunende op de verdienste van de fabrieksarbeidster, die hij huwt, om zoo dezelfde ellende weer voort te sleepen naar het volgende geslacht". Een opwekkend beeld kan men het niet noe- dat mejuffrouw van Dorp ons biedt. Is het onjuist? Waar is, dat het op enkele be denkelijke mogelijkheden, die misschien nu n dan werkelijkheid worden, de aandacht estigt Het kan goed zijn, in enkele korte schet sen iets te zeggen over de vrouw en haar beroep. Veel aspecten heeft het onderwei p. In den laatsten tijd hoort men weer meer dan voor enkele jaren over de plaats en roeping der vrouw. Dr. A. J. Rasker gaf kort geleden een mooi referaat over in 1 licht. Hierop komen we terug. En voorts zullen we zien, dat in bepaalde gevallen de rouw geroepen kan worden tot werkzaam heden, die naar den aard der zaak met haar natuur weinig strooken, maar die noodza kelijk kunnen zijn. We denken hierbij de brandweer-vrouwen, zooals we haar in de Residentie kennen, en die in oorlogstijd de mannen moeten vervangen. Veel aspecten heeft het onderwerp. Op gevaar af, er enkele te verwaarloozen, mogen we het vraagstuk niet in zijn geheel laten rusten. in de wintermaanden zetten. Alleen omstreeks Kerstmis zingen I -Li__ J. Lamorc we er, vanwege de curiositeit, nog wel eens LUCHTCn Vflll OS Kali ICI5 een serie liederen by. En een enkele maal grijp ik 's Zondagsmorgens voor 't ontbijt nog even in de toetsen. Wy lijken tegenwoordig veel liever op de plaatjes van de super-selectie-radio-wonder- toestellen met ontzettend jonge, knappe en slanke vaders en moeders en ongelooflijk sportieve kinderen in fraaie interieurs met gezellige open haarden en fraaie combinatie meubels, die zich allen concentreeren om dat super-selectie-radio-wonder-toestel in een prachtige combinatie-meubelkast. Wat wil een ouderwetsch harmonium zelfs met de dubbele harp, de vox humana en een spiegel om je hoed in op te zetten concur- reeren tegen de ongebreidelde, woeste, jachtige radio-muziek-lawine, die uit het vierkante luidsprekertje van de distributie stroomt als je het kraantje openzet. Wat wil Worp tegen Louis Armstrong of hoe die jazz- mijnheer mag heeten. Daatje en ik hebben indertijd bloedig ge spaard om aan ons orgeltje te komen en il heb er daarna bloedig op gestudeerd om er een psalm en een lied uit te halen. En tegen woordig betrek je voor f 250 per maand de muziek van de gemeente, net als water De gemeente zorgt voor elck wat wils. We behoeven ook de psalmen niet meer te zingen. Daarvoor zorgen Jo Vincent en Willem Ravelli op een gramofoonplaat. Tempora mutantur et nos in illis. En toch, vroeger, jadaar heb je die ouwe vent met zijn onmogelijk sikje weer. Zoo teeken ik dan MIJNHEER DE MAN. IN onze huiskamer staat een orgel. Dat is natuurlijk op zichzelf al iets om te gie ren van 't lachen, maar als je 't ziet dan sla je gewoon dubbel. Dat behoor je althans te doen als je nog een tikje gevoel voor het moderne interieur in je body hebt. Mijn orgel heeft een mahoniehouten kast met een enormen decoratieven kop, bevat tende al de tierlantijnen die men op een dergelijke oppervlakte kan bijeenbrengen als omlijsting van een groot stuk spiegelglas. Waarschijnlijk heeft men het in den ouden tijd, toen het gemaakt werd, al als combi natie-meubel bedoeld. Men kon er in de eerste plaats op spelen en in de tweede plaats kon moeder-de-vrouw er haar hoed opzetten en nauwkeurig de plaats van haar hoedepennen bepalen. Over die tweede functie zwijg ik nu maar, al komen er her inneringen op aan Zondagsche momenten, wanneer Daatje in haar beste spullen, vóór den kerkgang nog een blik in die spiegel wierp om te zien of haar hoed goed stond, waarna ze al de kinderen een stijve pak- kerd gaf, nóg eens in de spiegel keek of haar toilet van deze omhelzingen niet geleden had en vervolgens in een reuk van eau-de- cologne en pepermunt verdween, vader achterlatende met de kinderen en met de Heraut, die hij toch niet zou kunnen lezen. Maar die eerste functie: er kon op dat orgel worden gespeeld. Dat was in den tijd toen in de Christelijke kranten en bladen advertentie-plaatjes zag, waarop precies zulke orgels voorkwamen, maar dan om geven door: ten eerste: een statige moeder op de orgelkruk met een nauwe en lange taille, een geweldige haardos en een half geopende zingende mondten tweede: kin deren met lange vlechten met strikken op hun rug of met nette matrozenpakjes aan; ten derde: een domineesachtig uitziende va der met snor en baard, die gelukkig glim lachend toezag. Om je slap te lachen. Er kon op dat orgel worden gespeeld. Ik 'heb het gekund. Ik kon er geen acrobatische toeren op doen, maar ik kon een psalm een lied spelen en Daatje kon er bij zingen met een behoorlijke sopraan. Later begonnen de kinderen er doorheen te zingen, hetgeen een vreemd spektakel gaf, maar ons toch niet onwelluidend in de ooren klonk en nog later paarden zij hun hooge en schrille stemmen aan de onze tot een huiselijk lof gezang. Toen ware.i wij precies het advertentie plaatje, zij het ook, dat wij wat anders op gesteld stonden en er niet zoo dominees- gezin-achtig uitzagen. Ja, ik heb orgel kunnen spelen en Jan en Toos hebben het ook geleerd. De rest van de kinderen niet meer. Thans staat het orgel ongebruikt in een hoek, glimmend en hope loos ouderwetsch. Zelfs Daatje heeft het niet meer noodig om er haar hoed in op te De natuur is vol grillen: nu eens zet ze oud hoofd op jonge schouders, dan weer laat ze een jong hart kloppen in een tachtig jarige. EIMERSON. Van meening veranderen is niet altijd onge stadigheid, maar dikwijls levenswijsheid. GUIDO GEZELLE. Met Koning Winter valt niet te spotten, dat hebben wij in de maand December aan den gevoeld en niemand weet, welke ver rassingen hij ons nog zal brengen. De huisvrouw moet in de wintermaanden alles in het werk stellen om te zorgen, dat haar gezinsleden het huis behaaglijk en n vinden bij hun thuiskomst, ervaren huisvrouw zal in den loop der jaren wel geleerd hebben, welk stookmate- riaal het geschiktst is voor de kachels en op welke wjjze zij dit niet alleen het zuinigst kan branden, doch tevens het grootste pro fijt er van kan trekken. Een belangrijk probleem is het luchten, want slecht geluchte vertrekken worden veel minder gauw warm, dan kamers die voldoende frissche lucht bevattten. Men kan het luchten bij strenge koude be perken tot vijf minuten per dag en degeen, die zich toch wenscht te houden aan het gebruikelijke half uur, behoeft zich niet te verwonderen, indien de kamer niet warm te krijgen is. Meermalen per dag gedurende vijf minuten zal men dus in deze maanden moeten luchten. In woningen met centrale verwarming is luchten van nog meer belang dan in die, welke door kachels verwarmd worden. Deze laatste zuigen de verbruikte kamerlucht op en de meeste vensters zijn niet zóó herme tisch gesloten, dat er geen versche lucht door de kieren dringt. De buizen der cen trale verwarming bieden echter geen enkele mogelijkheid om de verbruikte lucht af te voeren, daarom is grondig luchten dringend noodig. Van groot belang om de warmte, door sto ken verkregen, te bewaren, is, dat er geen koude luchtstroom in de kamers dringt door kieren van deuren en tochtige ramen. De veerende „strips" van dun metaal werken ir dit opzicht uitstekend, terwijl men kamer deuren kan afsluiten met reepjes vilt of gummi. Een bescherming tegen koude vindt men tevens in courantenpapier, dat men in enkele lagen onder het vloerkleed kan leggen. Verder kan men er een dik pak van maken, dat met stof overtrokken als voetkussen dienst kan doen. Courantenpapier in schoe nen voorkomt het krijgen van koude voeten, terwijl het onder de bovenkleeding gedra gen een goed middel tegen de koude is voor menschen, die veel op straat moeten zijn. Wasschen en strijken van kunstzijde MEVROUW TSJANG KAI SJEK, echtgenoote van den grooten Chinee, schen maarschalk werkt op haar terrein even hard als haar man op het zijne. Een onlangs gemaakte opname van de maarschalksvrouw tijdens het uitdeelen van geschenken aan Chineesche weeskinderen,- Kunstzijden tricotkleeding heeft zich de laatste jaren meer en meer weten in te burgeren en wel omdat zij aangenaam is er het dragen en bij een goede bp handeling een langen levens duur heeft. Alle kleedingstul; ken van zijden tricot gemaakt zoowel japonnen, blouses al? dessous maken niet alleen een uitstekenden indruk door de wijze van uitvoering, doch te vens dragen de warme en mooie tinten hier zeer veel toe bij. Van groot belang voor de gezond heid is, dat dit weefsel poreus is en daarom aan hygiënische eischen voldoet. Men zal echter slechts dan kunstzijden tricot weefsel met genoegen dragen, indien men 't met kennis en voorzichtig be handelt, hetgeen vooral voor het wasschen en strijken geldt. Zijden tricot verliest de pasvorm indien men het op een kleerenhanger opbergt Hoe eigenaardig het moge schijnen, men kan kleedingstukken van dit materiaal 't beste opvouwen en in een doos bewaren of wel door een vrij groote, overtrokken ring halen, die aan een haak wordt opgehan gen. Kunstzijde is zeer gevoelig voor tempe ratuurswisselingen en daarom mogen kunstzijden kousen niet afwisselend in koud en warm water gewasschen en ge spoeld worden, doch gebruikt men voor beide behandelingen water van dezelfde temperatuur. Kunstzijden tricot kleeding stukken mogen niet in het water blijven liggen, zoodat de behandeling van het was schen achter elkander moet geschieden. Men maakt een lauw vlokken sopje, doet de betreffende stukken hierin en drukt hierin herhaaldelijk uit. Wrijven, bor stelen en uitwringen moeten vermeden worden, aangezien men hierdoor de draden los werkt en onder- zoowel als bovenklee ding haar vorm verliest. Men drukt, zoo als gezegd de weefsels slechts uit doch néémt zoo dikwijls nieuw sop als wen- schelijk zal blijken te zijn en daarna spoelt men de stukken in lauw water na. Bij verkleurde tricot-weefsels voegt men aan het laatste spoelwater een scheut azijn bij. Onderkleeding rekt meestal in de lengte uit en om dit te voorkomen hangt de stukken over een schoone wasch- lijn, terwijl men ze voorzichtig in de breedte oprekt natuurlijk nat zijnde. Kunstzijden heerenoverhemden, vereischen bijzondere zorg en ook deze worden in een zacht lauw sop gewasschen, waarvoor men bij voorkeur goede vlokken-zeep gebruikt, die eerst flink schuimig geslagen wordt. Men laat ze in het zeepwater ongeveer vijftien minuten liggen en drukt de tricot- stof daarna herhaaldelijk uit niet wrij ven, ook niet de meest vuile plaatsen als hals en manchetten, vervolgens lauw spoe- len en in den vorm gerekt uitgespreid op een doek laten drogen, waardoor het strij ken met een niet te heet ijzer vergemakke- lijkt wordt. Kunstzijden weefsels worden trouwens nooit met te warme ijzers gestreken, aan. gezien de weefseldraden niet tegen groote hitte bestand zijn. No. 21 Dit moderne voorjaars-complet van wollen stof, waarvan de japon zoowel als de cape met grove stiksels zijn versierd, kan, behalve door zeer corpu lente dames, door alle figuren worden gedragen. De japon met het origineele kraagje van een zeer fijne organdi, is van een knoopsluiting voorzien. j De cape wordt met mouwsplitten gedragen, welke ook met stiksels zijn gegarneerd. Bijzonder fleurig is dit complet van licht grijze af- kleedende stof, versierd met stiksels en kraagje in bleu. Ook de voering van de cape wordt dan in de garneertint gekozen. Zeer gekleed is het geheel van j zwart laken, waarvan de cape vjordt gevoerd met een wit satijn. Voor alle voorkomende maten zijn patronen te be stellen. De hoeveelheid stof welke men noodig heeft wordt op het patroon aangegeven. Men meet de volgende maten: De halve bovenwijdte, van middenachter, onder den arm doormeten, tot middenvoor. De lengte, van het hoogste punt op den schouder, zoo lang men de japon wenscht. De taillewijdte, strak om de taille. De heupwijdte, om het breedste gedeelte van de heup, deze maat wordt glad gemeten, zóó, dat de centimeter niet kan verschuiven. De voorlengte, van den halskuil tot laag in de taille. De ruglengte, van den halsknokkel tot in de taille. De prijs van het op maat gemaakte patroon bedraagt, voor de japon 50 cent 5 cent porto; voor de cape 45 cent 5 cent porto; /oor beide partonen tezamen 85 cent 5 cent porto, toe te zenden aan de Redac tie van „Van en Voor de Vrouw", adres: Admini stratie van ons blad. Bestelbon van patroon No. 21 Ondergeteekende wenscht te ontvangen het patroon van de japon met cape No. 21. De japon No. 21 Doornalen wat niet De cape No. 21 verlangd wordt waarvoor bijgaand het bedrag in postzegels Halve bovenwijdte I Lengte J Taillewijdte „,J Heupwijdte ,,J Voorlengte Ruglengte Naam 1 Adres HYGIËNE m het dagelijksche leven De huisvrouw zal er bij alles wat zy doet steeds op bedacht moeten zijn rekening te houden met hygiënische eischen. Meermalen doet men uit sleur of uit onnadenkendheid dingen, die met dit laatste in strijd zijn, soms echter ook uit gemakzucht. De keuken is een vertrek waar de grootste zindelijkheid betracht moet worden en meer malen ziet men hier de opgedroogde modder van schoenen afborstelen, zelfs kleeren, in plaats dat men zich de moeite getroost dit even buiten te doen of in de gang. Alle levensmiddelen en wel in het bijzonder worst en vleeschwaren moeten in papier verpakt zijn, dat óf vetvrij óf ondoordring baar is. Afgezien van het feit, dat vettig papier er weinig smakelijk uitziet, is het ook uit hygiënisch oogpunt bezien verkeerd om reeds eerder gebruikt papier nogmaals te be nutten voor eetwaren. Een aangewende, doch ongetwijfeld verkeer de gewoonte is het proeven van lepels, die later weer gebruikt voor het roeren in pannen. Men kan op deze wijze ziektekie men overbrengen op de overige gezinsleden. Nog meer slechte gewoonten? Zeker, nog veel andere, geef Uw oogen maar eens den kost, let op uwe omgeving, doch in de eer plaats op u zelf. Herhaaldelijk ziet men menschen, die den vinger met de lippen vochtig maken, indien zij in een boek bladeren, waardoor de ba cillen, die zich in den mond en het speeksel bevinden, overgebracht worden op het pa pier. Even verkeerd is het vochtig maken met de tong van brief-omslagen en post zegels, omdat men niet weet wie deze in de handen gehad heeft. Spelden en allerlei andere dingen worden zonder nadenken tusschen de lippen geno men, terwijl vele kinderen de gewoonte hebben als zij buiten wandelen of spelen om te kauwen op bloemstengels, gras enz. Meer malen zijn vergiftigingen het gevolg hier van. Kleine zweertjes, puistjes, brandblaren worden met een naald doorgeprikt, zonder dat deze vooraf gedesinfecteerd is, terwijl men ze daarna met de vingers uitdrukt, waar door infectie kan ontstaan. Een weinig nadenken kóm vele fouten op dit gebied voorkomen en hiermede tevens de onaangename gevolgen. Wat eten we ende weelc VOl9 ZONDAG Vermicelli soep Gesneden ham doperwtjes gesm. boter Appelpudding (ev. met slagroom) MAANDAG Kerryschotel (met soepvleesch) DINSDAG Rollade Schorseneeren Aard. purêe Karnemelksche pap WOENSDAG Koud vleesch Br. lof Warme griesmeelpudding DONDERDAG Hutspot Geb. kaasboterhammen VRIJDAG Kop bouillon Broeder-in-de-pan ZATERDAG Gebraden bloedworst Roode kool Beschuit met appelmoes Van de met gemerkte spijzen vindt men de recepten hieronder UflMTERQP.UnTCI Q_ ÏVIIII LIIUUIIU I LLU die weinig kosten WINTERSCHOTELS die weinig kosten, die dus uiterst eenvoudig zijn in hun bereiding, maar die tegelijkertijd echt bij den winter passen omdat ze ons in dit jaar getij van flinken eetlust een overvloed var degelijk voedsel brengendat zijn o.a. de oud-Hollandsche stamppotten. „Oud-Hollandsch" voor zoover het de tra ditie betreft: immers nog voordat het keu kenfornuis zijn intrede had gedaan, hing s aan den ketting boven het open de ijzeren pot, waarin de verschillende be- noodigdheden voor den maaltijd sai gaar werden, om tenslotte ook same door elkaar geroerd of gestampd dampend de schotels te worden overgeschept Niet meer „Oud-Hollandsch" echter wat bereiding betreft: die heeft, op gezag van wetenschappelijk onderzoek omtrent de vq* dingsstoffen op verschillende punten 4H grondige verandering ondergaan. Op de eerste plaats vormt bij ons het vleesch' niet meer zooals vroeger de hoofdzaak' den stamppot: klapstuk, worst of spekj worden weliswaar gebruikt, maar de hoe-j veelheid beperkt zich gewoonlijk tot slecht^ ongeveer 100 gr. per persoon; zelfs is het geen vreemd verschijnsel, dat het gerecht r vleesch wordt bereid en dat de voedingswaarde op peil wordt gebracht door toevoeging van erwten of boonen, van melï of kaas. In de tweede plaats verbinden we aan eer „modernen" stamppot de voorwaarden va: een korten kooktijd, met de bedoeling, dat de vitaminenwaarde van groente en aardappe len onverminderd zal blijven. Ervaring heef! ons geleerd, dat binnen een half uur alle groenten een voldoende mate van gaarheid kunnen bereiken, terwijl voor de aardappe-, len dezelfde kooktijd geldt. In de derde plaats wordt bij een „modernen" stamppot geen kooknat weggegoten: van den aanvang af beperken we de hoeveelheid water, zoodat na een half uur juist voldoende vocht aanwezig is voor het door-elkaar- stampen. Een enkel voorbeeld moge dienen, om deze theoretische bespreking in de praktijk vast te leggen. Als stamppot zullen we den huts pot kiezen: veranderen we die keus in b.v, boerenkool-, zuurkool-, savoye kool- of kool raapstamppot, dat blijven toch in hoofdzaak de regels voor de bereiding en de duur van den kooktijd gelijk. HUTSPOT (ev. met klapstuk) iy2 kg. aardappelen, 1 kg. wortelen, 14 kg, uien, y2 liter melk, 60 gr. (3 afgestreken eetlepels) boter of vet, wat zout Boen de ongeschilde aardappelen schoon, pit ze, snijd ze in vierde-parten en doe ze in de pan met een bodempje kokend water, Leg er de gesnipperde wortelen en uien en ev, klapstuk op, strooi er wat zout over (niet veel) en laat in de goed gesloten pan op een zacht vuur alles samen een half uur door koken, tot aardappelen en groenten gaar zijn Giet er de melk bij en laat die aan de kook komen; neem de klapstuk er uit, stamp al les door elkaar met de boter of het vet en onderzoek of de hoeveelheid zout voldoende is geweest. GEBAKKEN KAASBOTERHAMMEN Een smakelijke aanvulling, die dezen stamp-; pot kan maken tot een volledigen maaltijd (met enkel misschien een appel of een si naasappel als dessert) bestaat in gebakken kaasboterhammen. Per persoon rekenen we twee gesmeerde sneden brood van gewone dikte; we leggen tusschen de twee sneetjes een dikke plak kaas, bakken dan in de koekenpan met wat boter de belegde boterhammen aan weers kanten goudbruin en dienen ze vooral warrn1 op, zoodat de kaas week blijft. C.C. MAATCORSET door duizenden Dames erkend als Het best passend en meest steun gevend corset dat zij ooit gedragen hebben. Ook blijft U met een C.C. Maatcorset een mooi slank figuur behouden, om dat het speciaal voor U gemaakt wordt en door specialisten de maat is geno men. Boekje No. 21 kosteloos op aanvr. CORSET CENTRALE DIERGAARDELAAN 23A Tel. 12836 ROTTERDAM MELL0NA en ADELSHOEVE HONING VLOEIBARE ZONNl SCHIJN GEZONDHEID met lepels VRAAGT UW WINKELIER N.V. Bijenstand „MELLONA" Santpoo: Huile-Anti-Ride oogen en voorhoofd, bim ruit U zien, dat de huid glad wordt. Verkrijgbaar bö Kappers en schoonh salons. Ét ƒ1.25—ƒ1.75. Indien niet te verkrijgen tegen lnzendlnj het bedrag aan den Importeur: Breit gg reeds met NE VEDA-» WOL? Hebt gij NEVEDA-brel-J patronen? Indien niet, geile va U het onderstaande Ingevuld aan ons ln te zenden: Aan de N.V. Ned. Wolspinnerij, Heerengr. 483. A'dam (C.)4 M., U gelieve my GRATIS toa te zenden een NE VEDA-; patroonsbeschrijving Damesblouse, Deux - Pit Heeren-slipover, Melsjesji (doorhalen wat niet verlangd wordt), en naam van den Nevedr -winkelier stede op te geven.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1939 | | pagina 8