TfMEë doetje qoed! Minister SlotemakerdeBruïne bestrijdt critiek DINSDAG 7 FEBRUARI 1939 TWEEDE BLAD PAG. 5 Wetsontwerp Spellingswet is nu gereed Wetsontwerp omtrent onder wijzers-opleiding spoedig in het Staatsblad Aan do Memorie van Antwoord aan de Eerste Kamer inzake de Begrooting voor het Departement van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen voor 1939 wordt o.m. ont leend: Verschillende leden waren niet voldaan over het door den Minister gevoerde beleid. ,Tal van punten, welke de volle aandacht verdienen, worden, naar zij meenen, niet tot oplossing gebracht Dit oordeel in zijn algemeenheid be vreemdt den Minister omdat de feitelijke basis voor de geschetste houding ontbreekt Hij toont dat aan door een opsomming te geven van een groot aantal onderwerpen, dat onderzocht wordt en wat al voorgesteld is. De spellingkwestie Het betoog, dat de spelling-1934 dient te worden gehandhaafd en algemeen inge voerd, wordt in het Voorloopig Verslag met name gesteund door een viertal argumen ten. Ten eerste zou deze spelling een voor uitgang beteekenen en mag de klok niet worden teruggezet De Minister is overtuigd, dat met betrekking tot ge slacht en voornaamwoord de spelling- 1934 voor de taal een achteruitgang bc- teekent Hij neemt haar dus niet voor zijn rekening. Ten tweede zouden de kinderen volgens 3e regels 1934 onderwezen zijn en is een wij ziging daarin uit onderwijs-oogpunt onver dedigbaar. Dit argument mast kracht Ook vroeger hebben wijzigingen plaats gehad, die toen dus wel mogelijk waren. Ten derde zouden de onderwijskrachten .voorstander zjjn van de spelling-1934. Deze bewering is in haar algemeenheid onjuist. Zoowel onder de onderwijzers als onder de leeraren wordt ook een andere overtuiging aangetroffen en bij hun eigen schriftelijken arbeid toegepast Aangezien de regels 1 tot 3 ruimte lie ten voor twijfel, heeft de Minister aan de commissie Fockema-Andreae ver zocht hem allereerst op dit terrein van voorlichting te dienen. Het rapport, dat reeds ontvangen is en in het algemeen 'duidelijke lijnen trekt, liet intussóhén nog enkele vragen open, waaromtrent de Minister spoedig een nader rapport verwacht. Alsdan zal een wijziging van het Koninklijk Besluit bevorderd wor den in den geest, als reeds bij de Memo rie van Antwoord aan de Eerste Kamer op 9 April 1938 is kenbaar gemaakt Een wetsontwerp met betrekking tot He schrijfwijze der Nederlandsche taal is gereed en wordt thans, aangezien het ook voor het Rijk over zee zal gelden, toegezonden aan de daartoe aangewezen instanties in Nederlandsch Oost-Indië, Suriname en Curasao. Hoofd- en bijvakken Het komt den Minister voor, dat bij het Sliddelbaar Onderwijs het maken van een onderscheid tusschen hoofd- of kernvakken en bijvakken zeker de aandacht verdient, het woord „facultatieve" dient hierbij z.i. vermeden te worden. Nadat de herziening jvan de Middelbaar-Onderwijs-wet tot stand gekomen is, wil de Minister gaarne nagaan, in hoeverre deze gedachte in de alsdan vast te stellen nieuwe algemeene leerplannen Verwezenlijkt kan worden. Bij het lager on derwijs staat de zaak anders. Alleen reeds het feit, dat de Lager-Onderwijswet 1920 een algemeen leerplan, van Regeeringswege vast te stellen, niet kent, en dat ook do gedachte aan zulk een leerplan met de grondprincipes Van deze wet in strijd is, maakt, dat in ieder geval ten aanzien hiervan de Regee- ring een afwachtende houding dient aan te nemen. Wat de Katholieke Economische Hooge- school te Tilburg aangaat, is het den Minis ter niet duidelijk, welke consequenties eeni- ge leden willen getrokken zien uit de veran dering van de wettelijke positie der Rotter- damsche Hoogeschool. Gyimnasium en H.B.S. In hoeverre het onderwijs, aan de gymna- a en de Middelbare Scholen verschaft, in vloed heeft op de latere geschiktheid der abituriënten tot zelfstandigen arbeid of op de neiging om in den vreemde een werk kring te zoeken, is niet gemakkelijk na te gaan. Ongetwijfeld moet te dezen met tal van andere factoren rekening worden gehou den. Ook hierbij moet men zich voor gene raliseeren hoeden. De Minister zou de bezwaren willen po gen te overwinnen door een selectie bij de toelating tot het Voorbereidend Hooger- en Middelbaar Onderwijs, waaraan het Ko ninklijk Besluit van 19 Maart 1938 zal kun nen bevorderlijk zijn, benevens door een regeling van het Voorbereidend Hooger- stein een belangrijke bijdrage zal leveren. De leerlingenschaal Over de groote wenschelijkheid van ver laging der leerlingenschaal bestaat er tus schen den Minister en wien ook geen verschil van meening. De Minister heeft dit reeds bij herhaling gezegd. Slechts omtrent de finan- cieele mogelijkheid van verlaging der schaal in de huidige budgetaire omstandigheden bestaat verschil van inzicht De Minister is van oordeel, dat de toepas sing van artikel 56, tweede lid, der Lager- On derwij awe t 1920 practisch niet mag leiden tot de invoering van een nieuwe leerlingen schaal. Met beslistheid moet hij de opmer king van de hand wijzen, dat bij de ruimere toepassing van genoemd wetsartikel niet steeds de noodige gelijkmatigheid wordt in acht genomen. Openbaar en Bijzonder La ger Onderwijs worden op gelijke wijze be handeld. Met de leden, die terecht de vergelij king lunchen de wijze van subsidiee- ring van de lichamelijke opvoeding en van de openbare leeszalen en bibliothe ken wraakten, is de Minister van oor deel, dat een consequent doorgevoerde lichamelijke opvoeding van zeer veel belang moet worden geacht. Het ver plicht stellen va/n dit vak bij het Lager Onderwijs zou echter van de openbare kassen aanzienlijke offers vragen, het geen de Minister thans niet verantwoord acht. Toelating van Duitsche emigranten in Nederland Duitsch radio-bericht wekt ongegronde hoop AMSTERDAM, 7 Februari. De Joodsche Perscommissie voor Bijzondere Bericht geving verzoekt ons het volgende mede te deelen: Zeer groote verwarring is helaas bij vele Joden in Duitschland teweeg gebraoht door een voor Engeland bestemde uitzending van de Duitsche radio. Hierin werd een bericht omtrent Nederland gepubliceerd, waardoor de indruk werd gewekt, dat de Nederland sche Regeering 7400 Duitsche emigranten, van wie 6400 volwassenen en 1000 kinderen, toestemming zal verleenen, om zich gedu rende een bepaalden tijd in Nedertand te vestigen of op te houden. Merkwaardigerwijze komen deze cijfers overeen met de mededeelingen, opgenomen in de Memorie van Antwoord aan de Eerste Kamer inzake de algemeene beschouwingen over de Rijksbegrooting voor 1939. Het hoogst betreurenswaardige gevolg er van is inmiddels echter geweest, dat bij wie Duitsche Joden ten onrechte nieuwe gevoe lens van hoop zijn opgewekt omtrent de mo gelijkheid van toelating tot Nederland. Handelsbetrekkingen NederlandLetland Overeenkomst gesloten 's-GRAVENHAGE, 7 Februari. De Re- geeringspersdienst meldt: Een Lettische delegatie, onder leiding van den .heer Kampe, chef van de afdeeling „Verdragen" van het Ministerie van Buiten- landsohè Zaken, heeft gedurende de afgeloo- pen week te Den Haag onderhandelingen gevoerd met een Nederlandsche delegatie, DE VERHOUDING TOT BELGIE Nog geen oplossing der hangende kwesties in zicht Goede verstandhouding met Duitschland van belang geacht Aan de Memorie van Antwoord aan de Eerste Kamer inzake de Begrooting van Buitenlandsche Zaken voor 1939 wordt het volgende ontleend: De Minister deelt de opinie, dat doelbe wust moet worden gestreefd naar de in standhouding van het Instituut van den Volkenbond. De politiek van de Nederland sche Regeering, die juist er naar streeft om de gevaren, die het Volkenbondslidmaat schap onder de huidige constellatie voor de kleine mogendheden zou kunnen medebren gen, te ondervangen op andere wijze dan door den Bond den rug toe te keeren, geeft hiervan blijk. Ook de Regeering acht, naar zij bij herhaling heeft doen blijken, de ligheid der kleine staten het best gew borgd door een deugdelijk stelsel van collec tieven bijstand. Gaarne geeft de Minister dan ook op nieuw de verzekering, dat de Regeering elke gelegenheid zal aangrijpen om te komen tot een herleving van dit beginsel. Daarbij moet echter met de mogelijkheid worden rekening ge-houden dat, juist teneinde het gestelde doel in de toekomst te kunnen verwezenlij ken, het noodzakelijk zou kunnen zijn, aan vankelijk nog verder te gaan in de richting van aanpassing der thans hoogstens formeel nog geldende, doch in waarheid slechts een schijnbestaan leidende, bepalingen aar werkelijkheid. Betrekkingen met Duitschland Het belang van goede betrekkingen met Duitschland, met nadruk door eenige leden bepleit, behoefde de Regeering zeker niet te worden voorgehouden. Zij is er zich ten volle van bewust dat, afgescheiden van overwegingen van internationaal gemeen schapsgevoel, hetwelk ook in ons volk als traditie leeft. Nederland's zakelijke positie in de wereld te allen tijde zoowel waarborg als beweegreden zal vormen voor het stre ven naar een goede verstandhouding tot an dere mogendheden en met name ook tot Duitschland. Dat omgekeerd dit streven ten opzichte van Nederland ook aan Duitsche zijde bestaat, zag de Regeering met voldoe ning en waardcering bevestigd in de jongste rede van den Rijkskanselier. Verhouding tot België Te midden van zoovele internationale tegenstellingen is het ongetwijfeld hoogst wénschelijk dat landen als België en Neder land, die, op een zeer belangrijk punt in West Europa gelegen, de erfgoederen die hun zijn toevertrouwd ongerept bewaard willen zien en overtuigd zijn daarmede naast hun eigen belang ook een algemeen belang te dienen, in de beste verstandhou ding van goede buurschap leven. Zulks be hoeft volstrekt geen uitdrukking te vinden in militaire afspraken, welke dan ook, waar- Van geen sprake is. De Minister kan niet verklareri dat het bezoek van den Koning der Belgen meer uitzicht heeft geopend dan tevo ren bestond op oplossing van de han gende kwesties met België in verband met herziening van de scheidingsrege ling van 1839. Wel is er reden aan te nemen, dat de sfeer waarin die kwesties mocht het gelukken eenmaal een grondslag te vinden voor onderhande lingen zullen kunnen worden behan deld, een zal zijn van vriendschap. Nederland Omtrent het vraagstuk van verheffing van eenige van Hr. Ms. zendingen in het bui tenland tot ambassades kan de Minister thans slechts verklaren dat deze verheffing door de Regeering althans wat enkele hoofd steden betreft te meer als noodzakelijk wordt beschouwd, naarmate de vertegen woordiging van andere landen, wier beree- kenis met die van Nederland niet steeds i: te vergelijken, in rang boven de Nederland sche vertegenwoordiging is komen te staan. onder leiding van Mr. A. van Kleffens, adjunct-directeur van de Handelsaccoorden. Deze onderhandelingen hebben geleid tot een overeenkomst, regelende de handelsbe trekkingen tusschen Nederland en Letland, welke overeenkomst op 2 Februari j.l. op het Departement van Economische Zaken is ge- teekend door de leiders der beide delega ties. Zooals gemeld heeft Zuster 1. Y. Langhout onder groote belangstelling afscheid genomen als adjunct-directrice van het Ziekenhuis „Eudokia" aan den Bergweg te Rotterdam. We geven hier nog een tweetal foto's van dit af scheid. In 't midden zittend Zuster Langhout. rechts Dr R. Wolvius (directeur)links Zuster D. A. van Duin ^waarnemend directrice}} verder, de hoofdzusters van Eudokia SIR HENRY DETERDING t Weer is een groote zoon aan Nederland ontvallen. Een mensch van groot formaat, een koopman eerste klas. Een zeldzaam worstelaar met cijfers en getallen. Wiens grootste levenslust hard, ernstig werken was. Sir Henry Deterding. een Amsterdamsche jongen. Geadeld door zijn werk. met lof gedoctoreerd. Is tot de voorste rij der grooten doorgedrongen. Maar heeft zijn kleine land in groote stijl geëerd. Hij was, en blijft voor ons. een van de groote zonen Van 't vrije vaderland dat door de eeuwen heen Zijn kloeke koopmansgeest de wereld durfde toonen Al stond het in zijn strijd, zijn worstling. vaak alleen. (Nadruk verboden) LEO LEN Prins Bernhard woont begrafenis bij Van Jonkvrouwe van Hardenbroek Om drie uur gistermiddag vond te Lang broek de teraardebestelling plaats van Baronesse J. I. van Hardenbroek van Har denbroek, geboren Jonkvrouwe Roëll. Onder de aanwezigen bevonden zich Z.K.H. Prins Bernhard en tal van burgemeesters uit omliggende gemeenten. Het was de eerste maal dat Z.K.H. Prins Bernhard bij een begrafenis aanwezig was. Geestelijke en moreele herbewapening Adres van 300 ambtenaren 's-GRAVENHAGE, 7 Febr. Ongeveer 300 hoofdambtenaren, ambtenaren en verde re leden van het personeel van het Ministe rie van Economische Zaken hebben naar aanleiding van de door H, M. de Koningin op 27 Januari j.l. uitgesproken rede inzake geestelijke en moreele herbewapening aan Hare Majesteit het navolgende adres ge- richt: „Ondergeteekenden, werkzaam bij het Mi nisterie van Economische Zaken, vervuld van hartgrondige dankbaarheid en hoogste waardeering voor de Koninklijke woorden, welke Uwe Majesteit op Vrijdag 27 Januari 1939 voor de radio wel op zulk een diep ge voelde wijze heeft willen uitspreken, geven met verschuldigden eerbied aan Uwe Ma jesteit de verzekering van hun oprecht voor nemen de door Uwe Majesteit bedoelde gees telijke en moreele herbewapening met inzet ting van alle hunne krachten na te streven". Nieuwe directeur Luchtvaart bedrijf Ir J. H. Coops benoemd Naar wij vernemen is thans benoemd tot directeur van het Luchtvaartbedrijf te Soesterberg de heer Ir. J. H. Coops te Bus- sum, als opvolger van luit.-kolonel Van Rooyen De heer Coops was vroeger verbon den" aan Numans Blikfabrieken te Amster dam. Begrafenis Baron van Ittersum Groote belangstelling te Zwolle ZWOLLE, 7 Februari. Op de Algemeene Begraafplaats te Zwolle is gistermiddag in den familiegrafkelder bijgezet het stoffelijk overschot van Ir. F. A. R. A. B a r o n v a n Ittersum, oud-lid van Gedep. Staten van Utrecht en voorzitter van de Coöperatieve Centrale Raiffeisenbank aldaar Een groot aantal belangstellenden had zich rondom de groeve verzameld. Nadat de kist, welke met tallooze bloemen was bedekt, in den grafkelder was neerge laten, trad allereerst de voorzitter van den Raad van Toezicht van de Centrale Raiffei senbank, de heer G. W. S t r o i n k naar vo ren. Hij herdacht hetgeen Baron van Itter sum voor de Bank had beteekend. De heer Van Ittersum, zoo zeide hij, vatte zijn taak oorspronkelijk op. Hij ging zijn eigen weg, doch daarbjj stond het voor hem vast, dat hij de aan de Bank toevertrouwde gelden te allen tijde moest kunnen terugbetalen. Thans bij zijn verscheiden staat de Bank stevig en krachtig en het moet voor hem een groote voldoening zijn geweest, dat zijn devies steeds door de Bank in practijk kon worden gebracht. Namens honderdduizen den dankte spr. den heer Van Ittersum voor zijn werk. Baron v. Dorth tot Medler sloot zich namens den Raad van Bestuur bij deze woorden aan. Namens de pachters herdacht de heer E. J. S n e 1 uit Heino den overleden landsheer, waarop de heer Fleskens woorden van waardeering sprak namens de Centrale Boerenleenbank te Eindhoven. De heer W. C. Hooft Graafland heeft namens de familie voor de belangstel ling dank gezegd. CHR. SLAGERSPATROONS Te E m m e n werd een vergadering gehou den van Chr. Slagerspatroons om te komen tot oprichting van een afdeeling Drente van den Ned. Bond van Chr. Slagerspatroons. Mede aanwezig waren de Bondsvoorzitter en secretaris en het bestuur der afdeeling Gro ningen. Na een korte inleiding van den Bonds voorzitter. den heer C Verwoerdt te Den Haag, werd met zoo goed als algemeene stemmen tot de oprichting besloten en een voorloopig bestuur, bestaande uit de heeren F. Dijkstra te Coevorden, J. Dijkstra te Nieuw Weerdinge en W. Koetsier te Meppel, gekozen, welke met medewerking van den Bondssecretaris de propaganda in de prov. Drente krachtig ter hand zullen nemen. MINISTERS TERUG VAN VACANTIE 's-GRAVENHAGE, 7 Februari. Naar wij vernemen hebben de Ministers van Water staat en van Justitie hun ambtsbezigheden i hervat. Het stroopersdrama te Waddinxveen Het O.M. persisteert bij zijn eisch van tien en zes jaren gevangenisstraf De Rotterdamsche Rechtbank heeft voortgezet de behandeling van de zaken tegen den 35-jarigen landarbeider H. R. en den 39-jarigen landbouwer W. H., bel den uit Waddinxveen en gedeti neerd, die terechtgestaan hebben ter zake van poging tot doodslag en mede plichtigheid daaraan. Het betrof hier het bekende stroopersdrama. Veertien dagen geleden heeft de rechtbank beslist, dat alsnog als getuige zon worden gehoord Dr. J. van Woerden, terwijl ook de wapendeskundige J. J. Kool weer als getuige was opgeroepen. De president Mr. J. G. Huyser vroeg dr Van Woerden, die den veldwachter in het Van Iterson-ziekenhuis te Gouda behandelt, of uit de verwonding is af te leiden, hoe de veldwachter zijn arm gehouden heeft, toen hij door het schot getroffen werd. Getuige Dr. Van Woerden heeft daarop ge antwoord, dat uit den aard der verwonding geen conclusie dienaangaande kan worden getrokken. De getuige zegt op verdere vragen, dat hij uit dien aard der verwonding niet heeft kun nen opmaken, hoe de richting van het weer is geweest, waaruit geschoten is. Getuige legt aan de rechtbank over doosje met ortgeveer 25 hagelkorrels, die uit PROVINCIALE STATENVERKIEINGEN C.-H. candidatenlijst De C.-H. candidatenlijst voor de verkie zing van leden der Provinciale Staten ziet er in den Statenkring Amsterdam als volgt uit: 1. Jac. Rustige; 2. Jhr. F. J. E. van Lcn- nep (aftr.)3. Mr. Dr M. Visser; 4. Bar.ssö J. J. Mackay; 5. J. Vlugt; 6. Mr. W. F. Schokking; 7. W. van der Beke Callenfels; H van Saane; 9. L. J. van Splunter; 10. .1, H. Meewezen; 11. J. J. D. H. Verschoor; 12. S. Attema; 13. Dr. J. Smit; 14. C A. Baron Bentinck. Voor den Statenkring Amersfoort luidt de C.-H. candidatenlijst: 1. Jhr. Mr. J. W. H. Rutgers van Rozenburg (aftr.); 2. F. C. C. Baron van Tuyll van Serooskerken van Zuv- len (aftr.); 3. M. van der Vaart (aftr.); 4. Jhr Mr H. W. L. de Beaufort (aftr.); 5. H. van Galen Last; 6. Mr. M. J. de Geus; 7. J, Prikkel; 8. J. S. de Vroege; 9. J. Mondria; 10. W. A. van Hoogdalem: 11. F. E. Ever wijn Lange; 12. J. Lokhorst Internationale bescherming van kunstschatten 's-GRAVENHAGE, 7 Februari. Een commissie van vooraanstaande juristen uit Frankrijk, Engeland, België en Nederland is gisteren in het Vredespaleis bijeengeko men. Haar taak is den Volkenbond een ont- werp-conventie aan te bieden, waarin maat regelen vervat zijn tot bescherming tegen diefstal van bezittingen van kunst- en his torische waarde. Malversaties te Ravenstein Penningmeester van Ziekenfonds gearresteerd De Gemeentepolitie van Ravenstein heeft volgens het H.bld. een arrestatie ver richt, welke in dit kleine Brabantsche' stad je groot opzien heeft verwekt. Zij is n.l. overgegaan tot aanhouding van don secreta ris-penningmeester van hot ziekenfonds en het ziekenhuisverplegingsfonds. De man heeft bekend zich aan verduistering van gel den, toebehoorende aan de fondsen, malver saties in de boeken en aan brandstichting te hebben schuldig gemaakt. Hij is gevanke lijk naar 's-Hertogenbosch overgebracht en ter beschikking van de justitie aldaar ge steld. Uit het onderzoek, dat nog in vollen gang is, kwam vast te staan, dat de knoeierijen over een reeks van jaren zijn gepleegd. Hoe groot de verduisterde bedragen zijn, heeft men nog niet met nauwgezetheid kunnen vaststellen en het is de vraag, of dit wel' ooit vastgesteld zal kunnen worden, want de voornaamste administratieve bescheiden zijn door brand verwoest. Uit de overgeble ven boeken en verdere papieren heeft men kunnen vaststellen, dat een bedrag van f 1000 vermist is, terwijl de arrestant zelf verklaard heeft, dat hij naar schatting onge veer f 1500 heeft verduisterd. Om ontdekking te ontgaan heeft de man eenigen tijd geleden brand gesticht in zijn woning. Een groot deel van de administra tieve bescheiden is daarbij vernietigd. Zuster Langhout neemt afscheid van de doktoren. Van rechts naar links: Zuster y. Langhout. Dr F. A. Schalij. Dr EDeddes, Dr J. HL. van Ree. Dr A. van Rossem. Dr M. V. van Aardenne de wond van den veldwachter zijn verwij derd De President: Daar zoeken we al maanden naar! De hagelkorrels blijken kaliber 5 te zijn, hetgeen de wapendeskundige Kool reeds verondersteld had. Er zijn ongeveer 150 kor rels in één patroon. Dr. van Woerden zegt nog op een vraag van den president, dat de mogelijkheid be staan heeft, dat de veldwachter zou zijn doodgebloed, wanneer hij later zou z;jn ge vonden Over den afstand, waarop geschoten moet zijn heeft getuige geen oordeel. Getuige Kool blijft er bij, dat die afstand op anderhalven meter moet worden gesteld. Verdachte R. merkt op. dat hij het geweer voor den buik heeft gehouden toen hij door den veldwachter werd aangeroepen. Bij het omdraaien is toen per ongeluk het schot afgegaan. Getuige Kool, daarover nog eens ge vraagd. zegt het niet mogelijk te achten, dat verdachte R. het geweer voor den buik gehouden heeft Het O. M., waargenomen door Mr. J. C V. M e i s c h k e zegt in zijn nader requisitoir, dat het thans nog gehouden getuigenver hoor hem geen aanleiding geeft om wijzi ging te brengen in de eischen. Het O.M. per sisteert derhalve bij zijn eisch van 10 jaren gevangenisstraf tegen H. R. terzake van po ging tot doodslag op den Rijksveldwachter v. d. Hoef en van 6 jaren gevangenisstraf tegen W H terzake van medeplichtigheid daaraan. De verdediger van R., Mr. W. F. P. C. Viëtor blijft bij zijn meening, dat het over tuigend bewijs van de poging tot doods'ag niet geleverd is. De rechtbank bepaalde de uitspraak o-> 20 Februari. Verbindendverklaring Collectieve Arbeidsovereenkomsten AMSTERDAM, 7 Februari. Het Neder landsch Verbond van Vakverecnigingen heeft zich met een schrijven gewend tot den Minister van Sociale Zaken in verhand met den onbevredigenden gang van zaken ten aanzien van de verbindendverklaring van collectieve arbeidsovereenkomsten krachtens de wet van 25 Mei 1937. Het N.V.V.-bestuur acht het op zichzelf reeds teleurstellend, dat niettegenstaande de vele aanvragen, tot dusverre slechts eón collectieve arbeidsovereenkomst algemeen verbindend is verklaard, n.l. die vonr do schoenindustrie, omdat het onwaarschijnlijk wordt geacht, dat geen der andere aan ra gen voor inwilliging in aanmerki'-" kwam. Chr. Emigratie Centrale Naar ons wordt medeg<ïdeeld, bestaat w voci de algemeene vergadering van de b i s t e 1 ij k e E m i g r a t i e-C entra. i 3 die morgen om 2 uur in het Gebouw voro Chr. Soc. Belangen. Kromme Nieuw o Grfttl.t te Utrecht wordt gehouden. fhn*e tv.er.gisteliinc De toenemende int.iessa v«xir emigratie en de krachtige bemoeiing vau de Zijde der Regmrin. maken het n< ,1- zakeli.k, dat een groote C. .ristelijke Verinni ging spoedig zoo geoutil'.Trd is. dat zij do mat-»rieele en geestelijke belangen van do aanstaande kolonisten op redelijke wnzo kan bri artigen. Er wordt aan herinnerd, dat ooi belangstellenden toegang hebb^a

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1939 | | pagina 5