VAN RIJN'S MOSTERD KIMONO-MARKT IN TOKIO ROEMEENSCH HANDWERK „VAN EN VOOR DE VROUW" UITGAVE DER VIJF SAMENWERKENDE CHRISTELIJKE DAGBLADEN 914 JANUARI 1939 A waarin Japan zich zelf blijft In zware wolken zwerft een geur van ir olie gebakken visch door de zaal, die be reikt wordt door een smalle, donkere gang Aan den ingang hangt een ietwat opvallend uithangbord, waarop het Engelsche op schrift prijkt: „Kimoni Obi Markt". Een jongeman met kleurige kimono's over den arm prijst luide zijn waren aan en belang stellend als wij zijn, gaan wij deze overdek te „markt" binnen en bevinden ons in het Oostersche „Paradis des dames". Men jvent aan alles, zelfs aan vettige laaghangende olieluchtjes en zoo raken we dan vertrouwd met de eigenaardige verlichting der zaal. Het is een wedstrijd tusschen de enkele aan wezige electrische lampen en het van één zijkant binnenvallende daglicht, waardoor een eigenaardig schijnsel op alle voorwer pen geworpen wordt We bevinden ons dan in de groote verkoopruimte, waar de stal letjes langs de witte muren zijn geplaatst en een met matten bekleede verhooging hebben, waarop de koopman op zijn kou sen heen en weer loopt en ongemerkt het kooplustige publiek gadeslaat. Aan lange dwarsstangen hangen de vele kimono's, ter wijl tegen de muren enorme kasten met open vakken zijn aangebracht, die een bonte kleurenmengeling te zien geven. Een ty pisch Japansche kinomo-markt doet zich aan ons oog voor en talrijke vrouwen, Ja pansche, zoowel als Engelsche en Ameri- kaansche, warrelen dooreen. De koopman, met zijn steeds lachend gelaat, taxeert het publiek, ziet wellicht ietwat op de zoekende dames neer, want het geldt niet als bijzonder voornaam om tweedehands ki mono's te koopen. Het is echter de eenige mogelijkheid om gemaakte kimono's mach tig te worden en de talrijke vreemdelingen maken hiervan dan ook gaarne gebruik. Te genwoordig koopen ook vele Japansche schoonen op deze markt omdat het practisch en goedkoop is. Het uitzoeken der zijde, het ontwerpen der te borduren motieven en het met de hand naaien dezer kleedingstukken kost veel tijd, terwijl de prijzen aanmerke lijk hooger komen. De Japansche vrouwen èn meisjes genieten van de kleur-effecten en de motieven der stiksels van de verschil lende uitgestalde kimono's, die zoo goed harmonieeren met de matte, fluweelige huid en de diepzwarte, sierlijk opgemaakte kap sels. Opvallend is echter, dat zij zich, waar het de keuze betreft, zeer onzeker toonen en Zich steeds weer vergewissen of ze mogelijk niet beter en goedkooper zullen slagen. De koopman als mannequin! ^Vertoeft een buitenlandsche ietwat langer bij een kraampje, dan reeds klinkt de vraag ,Van den koopman: „You like komono?" en Vlug draait hij zijn vragenlijstje af, nadat zyn donkere oogen in minder dan geen tijd de belangstellende kijkster reeds getaxeerd hebben! „Onderkimono?, bovenkimono of Haori (mantelkimono)? Ceremonie- of daag- sche kimono? Al sprekende haalt hij een pak kimono's met vlugge handbeweging uit de vakken van zijn stand, neemt er enkele energiek uit en vouwt deze gedeeltelijk open. Intuitief voelt hij of deze de dame aanstaat en vervult dan de rol van „manne quin", trekt de kinomo aan en loopt op zijn kousevoeten over het podium heen en weer, Eich van alle kanten latende bekijken. Intus- Bchen hebben ook de andere kooplieden de kapitaalkrachtige buitenlandsche opgemerkt en komen op haar toeloopen. De vraag naar den prijs is overbodig, want ieder stuk is ge prijsd en hiervan mogen bonafide handelaars niet afwijken; trouwens ze zijn slim genoeg om elkander op de vingers te zien. Afdin gen op de prijzen, die tusschen 10 en 20 yen varieeren, gaat evenmin, zelfs niet, indien men zich vastberaden omkeert om weg te gaan, een methode, die. op Chineesche mark ten haar uitwerking niet mist. De koop man zal zich met schijnbaar onverschillig gelaat afwenden en zijn waterpijp met niet te definieeren zwarten inhoud op den vloer uitkloppen om ze daarna doodkalm opnieuw te vullen. We zien hoe een Japansche moeder èen trouwkimono voor haar dochter zoekt en bergen van glanzende zijde voor haar wor den uitgespreid. Het borduursel bestaat uit bloemen uit de verschillende jaargetijden; we zien zoowel appel- als kersenbloesem, pinksterbloemen, zomergewassen, chrysan ten en kleine gestyleerde winterbloemen. Deze motieven zijn het, die in combinatie met de kleuren de eenige variatie geven aan de kimono's, waarvan de snit steeds dezelfde is gebleven. Een ceintuur van vier ineter lang De gelukaanbrengende bamboemotieven zijn aan geen jaargetijde gebonden en vormen daarom een zeer veel aangewende versie ring. Heel anders zien de kimono's der brui loftsgasten er uit; deze zijn eenkleurig en hebben behalve het familieteeken, meestal slechts een rond ornament op rug en mou wen, terwijl de mouwopslagen enkele ge borduurde motieven vertoonen. De voering is echter in zeldzaam mooie kleurencontras- ten uitgevoerd, soms tot aan de ceintuur koraalrood en verder paars, terwijl men ook veel zwart en oranje ziet. Een jonge vrouw van omstreeks vijf en twintig jaar zal meest donkere kleuren dra gen, die met kleine motieven worden ver sierd; doch zij vindt hierin ruimschoots ver goeding door de mogelijkheid van kleurige onderkimono's te dragen. Is na veel zoeken tenslotte de keus gemaakt, dan is men nog niet klaar, want ook de „obis", de breede, gedrapeerde ceintuur, vereischt de noodige aandacht. Breede rollen zijde worden afge wikkeld, ook brocaat wordt meermalen ge kozen, voor de, de niet minder dan vier me ter lange obis. We zagen ook zorgzame huis vaders bezig met het koopen van een kimo no voor zichzelf en enkele zijner kinderen. De mannen-kimono's zijn donker en van ge streept weefsel vervaardigd, terwijl die der kleintjes bedrukt worden met landschappen, boeddha's en de nooit ontbrekende karpers. De karper speelt een groote rol en evenals deze visschen steeds stroomopwaarts zwem men, moeten de Japansche jongens al vroeg leeren de moeilijkheden van het leven te overwinnen. Waaiers voor mannen en voor vrouwen Typisch is, dat er onderscheid bestaat tus schen de waaiers, die door de mannen en die, welke door vrouwen worden gebruikt. De eerste hebben smalle openingen tusschen de verschillende vakjes, die der dames daar entegen zijn geheel dicht, hetgeen haar wel belet door haar waaier heen te zien, doch niet om er coquette blikken overheen te werpen! De kimono-markt in Tokio is, ondanks het feit dat men er de meestuiteenloopende so ciale en internationale tegenstellingen aan treft, door de Oostersche psyche van kooplie den en een deel van het publiek, buitenge woon interessant. De bonte kleurenmenge ling der kimono's, het frou-frou van de zijde, de bizarre motieven en zware borduur sels herinneren op romantische wijze aan het oude Japan, ondanks de hooge moderne huizen en alle moderne comfort, ontleend aan Westersche gewoonten en gebruiken. ZORGEN Zie, ik liet in jonge jaren, Kalm en onbewust, Zorgen hebben noch bezwaren Ooit mijn ziel ontrust 'k Liet den dag van morgen zorgen Voor zijn eigen kwaad; Wonderwel wist ied're morgen Met het zijne raad. Zie, ik gaf in later dagen, Meer bewust, mijn lot Zonder vreezen, zonder vragen In de hand van God; Wonderwel weet ied're morgen Met het zijne raad. 'k Laat'den dag van morgen zorgen Voor zijn eigen kwaad. JACQUELINE E. VAN DER WAALS Onderstaand motief (Roemeensche boeren vrouw) is tegenwoordig zeer gewild. In fris- sche kleuren opgewerkt kan men er aardige kussens, sierhanddoeken, theemutsen enz. van maken. Door middel van carbonpapier brengt men de teekening (die op ware grootte gegeven is)' op de stof of het linnen over. Neem voor al levendige kleuren, daar deze bij dit soort borduurwerk behooren en het mooiste re sultaat geven. Hoe ziet Uw naaidoos eruit? Men zegt wel eens, dat men van den inhoud van een hand- tasch een indruk kan krijgen van bepaalde karaktereigen schappen eener vrouw. In derdaad ziet men soms tas- schen, die een waar „manus je van alles" zijn, waarin al les wat voor de hand komt., een plaatsje vindt en af en toe is het noodig, dat eens grondig opruiming gehouden wordt. Hetzelfde is het geval met de naaidoos, die men het visite kaartje der huisvrouw zou kunnen noemen. Bij het ope nen ziet men bij enkelen een gewir-war van draden, knoo pen, haakjes, oogjes, enz., ter wijl de accurate huisvrouw zal zorgen, dat haar naaidoos even ordelijk is als die, welke ons plaatje aangeeft. Nuttige wenken De aanschaffing van glas- en aardewerk kost geld en onnoodige uitgaven moeten vermeden worden. Wanneer men druk in de weer is, zal men de heete pudding of vla, nadat deze gekookt is, wel eens onmid dellijk in de schaal overgieten met het ge volg, dat een „krak" aankondigt, dat de schaal gebarsten is. Veelal gaat de inhoud verloren en is de schaal onbruikbaar. Denkt u er een volgende maal aan, wanneer u een warme toespijs of compote in een glazen schaal overgiet, eerst een natten doek op het aanrecht te leggen en de schaal vóór het vullen hierop te plaatsen. Het is een kleine moeite, nietwaar, en voorkomt veel misère. Hetzelfde geldt ook voor het vullen van in- maakglazen en jampotten! Gevulde flensjes Onderstaand recept van smakelijke gevulds flensjes zal stellig welkom zijn als u zoekt naar een nieuw gerecht. Men bedenke daar bij, dat het een voedzaam hapje is. Hoewel smaken verschillen zal het, vooral door het hooge eitwitgehalte van de quark, wel alge meen lekker gevonden worden. Kan men geen quark krijgen, dan is ter vervanging hiervan zeer droge hangop (die b.v. gedu rende 24 uitgelekt heeft) te gebruiken. In het recept zijn de hoeveelheden berekend op pl.m. 15 stuks. Men neme daartoe: voor de flensjes: 150 gram bloem (iy2 ons), 2 eieren, i/2 liter melk, wat zout, 40 gram bo ter (2 afgestreken eetlepels). Voor het vul sel: 400 gram quark, 1 eierdooier, ruim y2 dl (4 eetlepels room), 75 gram suiker (5 af gestreken eetlepels), de geraspte schil van 1 citroen of 1 sinaasappel. Bereid het vulsel door de quark steeds roe rende te vermengen met de eierdooier, sui ker, room en de geraspte schil van citroen of sinaasappeL Klop voor het beslag de eieren met de melk, voeg er de bloem bij en meng alles tot een glad mengsel. Roer er langzamerhand de rest van de melk door en iets zout. Bak van het beslag dunne flensjes. Vul elk met een deel van de quark-massa en rol hei op. Serveer ze op een warmen schotel. 'Uur ftu/ncfe/ien ■xyn oloi of> cjcAoêfcaó jófkocf! REFLECTO NIEUW - MODERN OLIE-SHAMPOO VERF in 18 perfecte kleuren gemaakt door Societé KEMOLITE - PARIS Da direct vervende ..KEEl.ECTO" ehampoi een nieuwe vinding om grijs, wit, gebleekt - veel gebleekt, vaal of dor haar te kleuren REKLEOTO kan U ai die H. MESICER, Tam t 108, DEN HAA( Uw DAGELIJKSCH Kopje KOFFII Uw DAGELIJKSCH Kopje T H E l! daar K&G NiV. Kaïfis Gttwünk, Importeurs, Kampe j Breit gij reeds met NEVEDr WOL? Hebt gij NEVEDA-bre patronen? Indien niet, geilet U het onderstaande in ge vu 1 aan ons in te zenden: Aan de N.V. Ned. Wolspinner; Heer en gr. 483, A'dam (C. M., U gelieve mij GRATIS t< te zenden een NEVED/ 1 patroonsbeschrijving voor eet j Damesblouse, Deux - Pièce Heeren-slipover, Meisjesjurk; (doorhalen wat niet verlangd wordt), en de j naam van den Neveda-winkelier te mijnt stede op te geven. m GENEESKRACHTIG - HOES Zuivere Bijenhoning 0.37 p. pond; 3 ponds alléén emmertjes franco huis. Fa. K. J. HUIGEN, Raampoortstraat 21, Giro Ruwe honing is een echt natuurproduct, d zenuwgestel in groote mate. Depót voor LEI Terweeweg 84, Oegstgeest, Telefoon 1610; D TWEREND BIJENHONINt potten 1.Emmertjes inhoud 9 pond 3.! 1 279760 Telefoon 43664 ROTTERDA1 at sterk maakt en kracht geeft aan U 1 DEN en Omstreken: Reformhuis Ligthai1 epöt v. DEN HAAG:Westeinde 194,Tel. 3368Ï Homerische Vrouwenfiguren Pénélopee, het type van de lieftallige moeder en altijd trouwe echtgenoote 7 wintig jaar wachtte zij op haar man VAN Odysseus, den zwerver, en Nausikaa, het lieftallige jonge meisje, dat hij ontmoette, ver haalden we een vorig maal. Van zijn bedroefde gade, die reeds 20 jaar op den terugkeer van haar ge liefden man wachtte, repten we nog met geen woord. Toch geeft Homerus ook van deze Pénélopee een prachtig beeld, wanneer hij haar teekent in haar stille, eenzame smart en onkreukbare trouw aan den zoo lang reeds afwezigen echtgenoot, dien zij in gedachten gaarne den schoonen bijnaam van Leeuwenhart geeft. Zij is een verstandige vrouw, in den bloei harer jaren, groot en aantrekkelijk van uiterlijk. Zij woont in het paleis met haar zoon, die thans zoo langzamerhand volwassen is geworden. Veel heeft zij te lijden van allerlei vrijers, die een huwelijk met haar wensdhen, en, wat erger is, voortdurend op haar kosten leven, eten en drinken, ja brassen in haar eigen huis, zonder dat ze hier iets tegen vermag. Telemachus, de zoon, ziet met leede oogen aan, dat op deze manier het vaderlijk goed stelselmatig kleiner wordt. Zonder dat zijn moeder er iets van weet, laat hij een schip in gereedheid brengen en vaart in alle stilte uit om te onderzoeken, of hij ook iets te weten kan komen over zijn vader, of hy nog in leven is, en op zijn terugkeer mag worden gehoopt. Als de mannen, die naar de hand van zijn moeder dingen, hooren van het vertrek van den zoon, beramen zij listen om den jongen man te dooden. De heraut van Pénélopee had gehoord, welke plannen daar binnen door de mannen beraamd werden, en hij haastte zidh zijn meesteres van de snoode voornemens op de hoogte te stellen. De arme vrouw stond perplex. Moedersmart „Zy, ach, daar stond zij met wanklende knieën, haar hart was gebroken! Sprakeloos stond zij daar maar en geen woord kon zij uiten, haar oogen Liepen van tranen vol en haar stem, die bloemenstem, stokte. Eindelijk kon zy haar woorden weer vinden, zij antwoordde vragend: „Zeg mij heraut, waarom is mijn kind weg? Het was toch niet noodig, Dat hy snelvarende schepen besteeg, die den menschen tot paarden Dienen op zee en waarmee zij het wijde water doorklieven. Aoh, verlangde hy dan, dat zijn naam bij de menschen vergaan zou!"" „Ik hoorde niet eens dat hij ging! O! waari hebt gij niet, zelfs gij niet, Harteloozen, er toen aan gedacht, om mij op mijn sponde, Wakker te maken, hoewel het u zeker bekend was, wanneer hij 't Holle, donkere vaartuig besteeg? Aoh, had Ik maar vernomen, Dat hy die reis overwoog. O, dan was hij zeker gebleven, Hoe hij zich repte te gaan...."' Tegen het vallen van de duisternis gaan de vrijers toebereidselen maken ter uitvoering van hun booze plannen. „Doch op haar kamer boven lag de sc'nrandre Pénélopee, nuchter, Zonder, ach, spijzen of dranken te proeven en steeds overpeinzend, Of haar voortreflijke zoon aan den dood zou ont komen, of dat hij Om zou worden gebracht door de overmoedige Gelukkig komt Telemachus behouden terug, al blijft hij lang zonder levensteeken weg. Ook Odysseus hervindt na lange omzwervingen zijn echtgenoote. Doch hij komt in zijn eigen pa leis als een bedelaar vermomd, om zich den toe stand daar eens aan te zien hij heeft n.l. ver nomen, hoe vele vrijers het zijn vrouw moeilijk maken en dan eerst al die ongewenschte gasten onschadelijk te maken. Pénélopee herkent hem niet in zijn schamele kleeding en verwaarloosd uiterlijk. Wel vindt zij dezen gast zeer sympathiek, en met ingehouden spanning hoort zij aan het geen hij weet te vertellen van de omzwervingen van Odysseus, dien hij, naar zijn zeggen, vroeger wel heeft ontmoet en van wien vele verhalen de ronde doen. Ja, een bijzonder mensch vindt zij dien vreemde ling, en aan haar oudste slavin geeft zij opdracht hem te verzorgen en de voeten te wasschen. Deze vrouw, de vroegere min van Odysseus, herkent hem dan aan een litteeken op zijn voet, maar hoe verblijd zij ook is, niets mag zij vertellen aan haar meesteres van deze vreugdevolle ontdekking, zoolang niet de vrijers uit den weg zijn geruimd. Pénélopee spreekt meermalen met den vreemde- Hoe slim Pénélopee de vrijers aan het lijntje hield Dan spreekt zij: „Maar, ach, naar Odysseus Gaat mijn verlangen en daaraan kwijn ik in 't diepste mijns harten Zij (d. z. de vrijers) maken haast met huwelijk, en ik zit maar listen te spinnen.... Eerst heeft een godheid mij ingeblazen een lijkkleed te maken, Dat ik een machtig weefgetouw opzetten zou in mijn kamér, Ragfijn en bover de maat en daaraan zou weven. Ik sprak hen Hierop onmiddellijk toe: „Jonge mannen, gij wenscht, nu Odysseus Om is gekomen, die Eedle, te huwen met m ij. Maar blijft gij nu, Hoe gij ook haast naar dit huwlijk, nog wachten, totdat ik dit weefsel Af heb gemaakt, opdat deze draden niet onaf verwaaien! Dat voor Laertes 1) tot lijkwa moet dienen, wanneer eens het noodlot, 't Moordende lot van den dood, die ons lang vooruit pijnigt, hem neerslaat. Dat mij niet één der Achaeïsche vrouwen in 't stadsvolk verwij te, Als hij, die zeer grooten rijkdom bezat, zonder lijkwa moet liggen". Toen ik zoo sprak, gaf het hart van die trotsaards gehoor aan mijn woorden. Zoo placht ik dan overdag aan dat machtige weefsel te werken, Maar ik ontrafelde 't 's nachts in den rood bruinen lichtglans van fakkels. Drie jaren merkten zij niets en liet ik de Grieken gelooven. Doch toen het vierde begon en er manen vergingen, En weer de lentetijd kwam en er vele dagen verliepen, Toen betrapten zij tóch mij ten slotte met hulp van slavinnen Onverschillige honden en kwamen en gingen aan 't schelden! £00 moest ik tegen myn wil en gedwongen de lijkwa voltooien! Nu kan ik niet meer aan 't huwlijk ontkomen Intusschen vorderen de plannen van Odysseus tenslotte weet hij, sluw als hij is, het huis t Pénélopee voorgoed van de vrijers te ontdoen. Als haar verteld wordt, dat die vreemdelijc waarlijk Odysseus, haar veel beweende echtgc noot is, kan zij dit nieuws niet gelooven, en mee1 s zij dat zij bedrogen wordt. Daarom blijft ze g reserveerd. c Levendig geeft Homerus de ontmoeting weer: „Maar, toen zy over den marmeren drempel getrede Binnen was, ging ze in het licht van het vuur tegenover Odysse' Zitten aan d'anderen wandMet de oogen'* ter neder geslage c Zat hij daar tegen een hoogen pilaar en hij wachtte en wachtj c Of zijn geestkrachtige vrouw met haar eigen oogen hem ziend Hem iets zou vragen. Maar langen tijd zat zij zwijgend. Verwondrii* Greep haar in 't hart. En nu eens zag, met haar oog naar het zijijr •Zij hem herhaaldelijk aan en dan weder was 'tj j haar onmooglij Hem in zijn schamele kleed te herkennen..., Telemachus verwijt haar dan, dat zij een hal van steen heeft om zoo op een afstand van ha echtgenoot te blijven bij het weerzien maar 1 geeft treurig ten antwoord. „Toch niet, mijn zoon, maar mijn hart in mijn borj is verbijsterd! Onmooglij* Kan ik tot hem een enkel woord zeggen, ik kèn hem niet vragej Ja, ik kan hem niet regelrecht aanzien". Maar slim ontlokt ze Odysseus een antwoor!^ waarin hij, als hij waarlijk haar echtgenoot i moet toonen, dat hij op de hoogte is van dinge, in huis die alleen haar en haar echtgenoot b< kend waren. En dan blijkt deze gast volkomen 0 c de hoogte. v Nu vliegt Pénélopee hem dan ook om den hal en smeekt hem niet boos te zijn om haar houdinjn Zoo hervinden de lang gescheiden echtelieden el J kaar. Het trouwe wachten van Pénélopee is w<f beloond. P x) De vader van Odysseus.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1939 | | pagina 8