Lagerhuis toetst Chamberlain's beleid
Het Sudetenland onder
Duitsch bewind
DINSDAG 4 OCTOBER 1938
EERSTE BEAD PAG. a
Duff Cooper laakt gebrek aan
beslistheid in regeeringsoptreden
„Overwinning van het brute geweld",
oordeelt Attlee
Eden tegen vier-mogendheden-pact
Gistermiddag om kwart voor drie is
het Engelsche Lagerhuis bijeengekomen.
Toen Chamberlain verscheen
bracht het huis hem staande een ovatie.
Duff Cooper, de afgetreden minis
ter van marine, werd door de oppositie
toegejuicht. Hij zeide het woord te moe
ten voeren over een zeer pijnlijke en
delicate zaak, waarna hij de redenen uit
eenzette, die hem ertoe hadden gebracht,
zijn ontslag te nemen als minister.
In zijn toespraak verklaarde Cooper:
»,Wij werden van dag tot dag naar een oor
log met Duitschland gedreven. Wij hebben
pas op het laatste oogenblik en dan nog op
een onzekere manier, gezegd, dat wij bereid
jvaren te vechten.
Nu weten wij, dat een bericht van tegen
gestelde uitwerking den Duitschen leiders in
de ooren werd gefluisterd. De Britsche re
geering heeft niet de taal gebruikt, welke
dictatoren verstaan. De door den premier en
Simon gebruikte taal zegt niets voor de
mentaliteit van Hitler en Mussolini.
De minister-president heeft het Britsche
standpunt te Berchtesgaden of Godesberg
niet duidelijk gemaakt".
Cooper gaf een uitlegging voor zijn aftre-
'den. Het was onprettig voor hem de regee
ring eenig nadeel te berokkenen, te meer,
ciaar de premier meer populair was dan ooit
Cooper verklaarde, dat toen Hitier tenslot
te teekenen begon te vertoonen van een ge
matigder houding, hij reeds wist van een
mobilisatie der Britsche vloot
Chamberlain was uit Godesberg terugge
keerd met niets anders dan een ultimatum,
met voorwaarden, welke slechts een wreede,
wraakzuchtige vijand zou dicteeren aan een
{verslagen vijand, na een langen oorlog.
Cooper veroordeelde ook de voorwaarden
fvan München.-Hij voegde hieraan toe: „Daar
de Duitschers hun man onder hebben, zullen
zij niet het genoegen missen hem te slaan
cn het Duitsche leger zal zijn buit niet
missen."
Cooper critiseerde het feit, dat Cham
berlain de Engelsch-Duitsche verkla
ring had onderteekend, zonder overleg
te plegen met het kabinet, de bondge-
nooten of de dominions.
„Dit is niet de manier, waarop de bui
tenlandsche aangelegenheden van het
Britsche rijk moeten worden geleid",
Als resultaat van MQnchen, aldus Coo
per, heeft Groot-Brittannië nu voor den
eersten keer op zich genomen een grens
in midden-Europa te verdedigen. Daar
om zouden wij nu een leger op de basis
van het Europeesche vasteland moeten
qp de be^n houden en onze herbewape
nüig versnellen,
tooper zeide nog, dat de minister-pre
sident geloofde tot een redelijke rege
ling te kunnen komen van alle open
kwesties. „Hij kan gelijk hebben, doch
daar ik dat niet kan gelooven, is het
beter, dat ik ga"g
Chamberlains rede
Om even over half vier verhief Cham
berlain zich van zijn zetel*
Refereerende aan de toespraak van Coo
per zeide hij: Wanneer iemand een groote
positie opgeeft, moet iedereen met eerbied
naar hem luisteren. Hij vroeg verontschul
diging vandaag reeds aan Cooper te ant
woorden. .Hoewel ik niets terug heb te
nemen of te betreuren."
Hij vervolgde: Toen het huis verleden
JWoensdag bijeen kwam, waren allen onder
de schaduw van een groote en naderende
dreiging. Vandaag zijn allen in dankbaar
heid vereend, dat de gebeden van millioenen
zijn beantwoord en de wolken van bezorgd
heid zijn weggetrokken.
Het memorandum van 'Godesberg was in
'feite een ultimatum met een tijdlimiet van
zes dagen, terwijl de overeenkomst van
Mtinchen terugkeerde tot het Engelsch-
Fransche plan en de voorwaarden vastlegde
,voor de toepassing van het hoofdbeginsel
Van dat memorandum inzake de verant
woordelijkheid der vier mogendheden en
internationaal toezicht
Chamberlain zette uiteen, dat ben ge
meenschappelijke garantie tegen een niet-
uitgelokten aanval, op grond van de over
eenkomst van München, door Groot-Brit
tannië en Frankrijk aan den Tsjecho-Slo-
Waakschen staat gegeven, niet vervat was
ln het memorandum van Godesberg.
Bovendien hadden Duitschland en Italië
beide op zich genomen waarborgen te ge-
.ven, indien de kwestie der Hongaarsche
en Poolsche minderheden zou zijn geregeld.
Ten slotte was er nu de verklaring, dat
een verdere bijeenkomst der vier mogend
heden zou worden gehourfen, indien de
Poolsche en Hongaarsche vraagstukken
öiet binnen drie maanden zouden zijn ge
regeld.
Voor hen, die het ultimatum afkeurden
'en streefden naar een redelijke en ordelijke
procedure, was elk dezer wijzigingen een
stap in de juiste richting.
„Bij het doen van een uitspraak
hierover zouden wij er goed aan
doen, niet te spreken over een
persoonlijken of nationalen tri
omf voor iemand. Een waarachtige
triomf is, dat aangetoond ls, dat de vertegen
woordigers der vier groote mogendheden de
mogelijkheden kunnen vinden tot overeen
stemming te komen over de wijze, waarop
zij door middel van een beraadslaging uit
een moeilijke en delicate aangelegenheid
kunnen komen, in plaats van met verlies
Van menschenlevens en aldus een ramp heb
ben afgewend, welke een einde zou höbben
gemaakt aan dn beschaving, zooal? wij die
hebben gekend".
„Uit naam van dit huls en de bevolking
Van dit land eeg ik", aldus Chamberlain,
fcdat Tsjeoho-Slowaklje onze bewondering en
eerbied heeft verdiend voor de zelfbeheer
schin.g, waardigheid en prachtige discipline
tegenover een dergelijke beproeving, waar
slechts weinig naties zich ...aatsi
hebben gezien" (applaus).
Chamberlain werd herhaaldelijk van de
labourbanken af heftig geïnterrumpeerd.
Eén keer heeft bij scherp geantwoord op
het geroep: „schande!" Hij zeide: „Ik heb
niets, waarover ik mij zou moeten scbrnvu"
De Tsjechen vragen een leening
Voortgaande zeide Chamberlain, van
de regeering van Tsjecho-Slowakije door
bemiddeling van haar gezant te 1.on den
het beroep te hebben ontvangen, te hel
pen aan een leening van dertig millioen
pond onder garantie der Britsche regee
ring.
Chamberlain geloofde, dat dit een
beroep is, dat een sympathiek en edel
moedig antwoord zou ontvangen.
De regeering stelt er de Tsjechen van
op de hoogte, dat zij bereid is onmid
dellijk schikkingen te treffen voor een
voorschot van 10 millioen pond, welke
ter beschikking van de Tsjechische re
geering zouden zijn voor dringende be
hoeften.
Het eindbedrag, waarover beslist zou
moeten worden, hangt, volgens Cham
berlain af van verschillende factoren,
waarover thans niet kan worden beslist.
De minister van financiën had namens
de regeering een brief gericht tot de
Bank van Engeland, waarin verzocht
wordt een noodzakelijk crediet van 10
millioen pond te -verstrekken.
Wanneer het huis in November zijn
zitting zal hervatten, zal het parlement
worden gevraagd de -noodige wetten goed
te keuren voor de terugbetaling.
De houding der conferentie
deelnemers
Sprekende over de andere deelnemers
aan de conferentie van München zeide
Chamberlain:
Er zijn vandaag harde dingen gezegd over
den rijkskanselier in het heden en in het
verleden. Ik ben van meening, dat het huis
moeilijkheden moest erkennen van
iemand van die positie om krachtige ver
klaringen, zooals hij reeds had afgelegd,
terug te nemen en te erkennen, dat door
toe te stemmen, hoewel op het laatste
oogenblik, in een bespreking met andere
landen over kwesties, waarover hij reeds
eens voor al had besloten, een werkelijke
6ubstantieele bijdrage vormde.
Wat Mussolini betreft, diens bijdrage
was zeker van groot belang en misschien
beslissend. Het was op diens voorstel, dat
de laatste schikkingen voor een mobilisatie
24 uur werden uitgesteld om ons gelegen
heid te geven over den toestand te beraad
slagen en op de conferentie zelve waren
zoowel hij als graaf C i a n o zeer behulp
zaam bij de besprekingen.
Zij waren het, die reeds spoedig na het
begin der onderhandelingen voor den dag
kwamen met een memorandum, dat Dala-
dier en ik als een basis voor de besprekin
gen konden aanvaarden.
Ik ben van meening, dat Europa en de
geheele wereld reden hebben om het hoofd
der Italiaansche regeering dankbaar te zijn
voor hetgeen hij heeft gedaan om bij te
dragen tot een vreedzame oplossing.
D a 1 a d i e r had in sommige opzichten
de moeilijkste taak van ons alle vier, met
het oog op de speciale betrekkingen, die
zijn land met Tsjecho-Slowakije verbonden.
Ik stel er prijs op te verklaren, dat zijn
moed, zijn bereidwilligheid om verantwoor
delijkheid te aanvaarden, zijn volharding
en zijn altijd goede humeur gedurende den
geheelen duur van onze besprekingen vap
onschatbare waarde waren.
Chamberlain zeide verder, dat de Ver-
eenigde Staten voortdurend een steeds toe-
nemenden invloed hadden uitgeoefend.
„Deze boodschappen van R o o s e v el t, zoo
krachtig en zoo overtuigend, toonden, dat
de meening van het machtigste land ter
wereld zich over 3000 mijlen Oceaan kon
laten hooren aan de menschen in Europa.
Naar de meening van Chamberlain was
de grootste kracht echter niet die van eeni-
gen enkeling, doch de „onmiskenbare een
stemmigheid onder de volkeren der wereld,
dat een oorlog diende te worden vermeden
en de volken van het Britsche rijk waren
één met die van Duitschland, Frankrijk en
Italië en hun bezorgdheid en diep verlan
gen naar vrede beheerschten de geheele
atmosfeer van de conferentie. Ik geloof, dat
dit de concessies mogelijk gemaakt heeft en
niet de bedreigingen
Het persoonlijk contact met Hitier
Sprekende over zijn onderhoud met Hit-
Ier van j.l. Vrijdag, zeide Chamberlain:
„Ik weet niet, waarom deze bespreking
aanleiding zou geven tot achterdocht en
nog minder tot critiek. Ik heb geen pact
gesloten, ik heb geen nieuwe verplichtingen
aangegaan, er is geen geheime afspraak en
ons onderhoud was geen ander land vij
andig."
De premier zette uiteen, dat het doel, dat
hij met deze bespreking had beoogd, was,
te trachten, het persoonlijk contact met
Hitier verder uit te breiden en te zien, of
het hoofd van een democratische mogend
heid en de leider van een totalitairen staat
punten gemeen konden hebben.
Hij gaf als zijn meening te kennen, dat
de door den Duitschen rijkskanselier
hemzelf geteekende verklaring wel iets meer
was dan een vrome meeningsweengave en
dat aan beide zijden oprechtheid en goede
wil bestonden.
„Indien er", zoo voegde spr. eraan toe,
.„één les is, die wij. naar ik meen, uit de
gebeurtenissen der laatste weken kunnen
putten, dan is het wel deze, dat een duur
zame vrede niet bereikt kan worden door
stil te zitten en erop te wachten. Daadwer
kelijke en positieve pogingen zijn hiertoe
noodig."
Bewapening mo2t doorgaan
Chamberlain zeide teveel rea
list te zijn om te gelooven, dat
ns in één dag het parad ij skan
•den verwezenlijkt. Slechts de
fundeeringen zijn gelegd, doch met den bo-
enbouw is nog in 't geheel niet begonnen.
Laat niemand, omdat nu te München
dit accoord tusschen de vier mogend
heden is geteekend, denken, dat men
zich kan veroorloven de hand te lichten
met de uitvoering van het groote be
wapeningsprogramma, die van dag tot
dag in snelheid en omvang toeneemt."
„Indien er ontwapening moet komen,
zal dit stap voor stap moeten geschie
den, in overeenstemming en in daad
werkelijke samenwerking met andere
landen. Totdat wij weten, dat wij deze
samenwerking tot stand kunnen bren
gen, en totdat wij het eens zijn over de
werkelijke stappen, die genomen moe
ten worden, moeten wij hier op onze
hoede blijven."
Chamberlain vervolgde: „Terwijl wij
'astbesloten moeten blijven, de tekortko
mingen van onze bewapening en defensieve
toebereidselen aan te vullen, opdat wij ge
reed zijn om ons te verdedigen en onze di
plomatie kracht bij te zetten, zie ik nieuwe
mogelijkheden, om de kwestie der ontwa
pening ter hand te nemen, en ik geloof, dat
zij thans op zijn minst even hoopvol zijn als
ooit te voren.
Aan zulk een taak, het terugwinnen van
het vertrouwen, het geleidelijk wegnemen
van de vijandelijke gevoelens tusschen de
naties, zoodat zij voelen, dat zij veilig haar
wapens stuk voor stuk kunnen afschaffen,
zou ik alle energie en tijd willen wijden,
die mij nog resten vóór ik mijn ambt aan
een jongere overdraag."
Attlee spreekt over een groote
nederlaag
Nadat Chamberlain zijn verklaring be
ëindigd had, nam Attlee het woord. Deze
zeide, dat, terwijl allen zich erdoor opge
lucht voelden, dat er geen oorlog is geko-
i, zij zich hierover niet onbezorgd kon
den verheugen.
„Dit is niet een overwinning geweest van
de rede en de menschheid, het is een over
winning geweest van het brute geweld",
aldus Attlee.
De gebeurtenissen der laatste
paar dagen vormen een der
grootste diplomatieke neder
lagen, die dit land en Frankrijk
ooit te boeken hebben gehad er.
het lijdt geen twijfel, dat het een
enorme zege is voor Hitier.
Lof voor de Tsjechen
Attlee vervolgde, dat terwijl ieder erken
de, dat de minister-president zich groote in
spanning had getroost, en dat hij de man
was, die den vrede had gered, hij ook de
man was-, die hem in gevaar had gebracht.
Het waren de Tsjechen, die den vrede in
Europa hadden bewaard. Zij hadden prach
tige zelfbeheersching getoond en de meeste
menschen in Engeland geloofden, dat de
Tsjechen op beschamende wijze verraden
zijn. Hun eminente president was een groot
patriot, een groot Europeaan. Hij was dooi
de Duitsche leiders op smadelijke wijze be
lasterd, doch had zich nimmer verwaardigd
om te antwoorden. „Zijn geheele gedrag
heeft het verschil laten zien tusschen een
beschaafd man en een gangster."
Nadat Attlee verklaard had. een leening
aan Tsjecho-Slowakije niet voldoende te
achten, zeide hij. dat de oorzaak van deze
agressie niet het bestaan van de.minder
heden in Tsjecho-Slowakije was of hierin
gezocht diende te worden, dat de positie der
Sudeten-Duitschers onduldbaar geworden
was. „De oorzaak was, dat Hitier besloten
had. dat de tijd rijp was voor een nieuwen
voorwaarts in de verwezenlijking van
plannen tot overheersching van
Europa."
„Europa", aldus- Attlee, „leeft thans onder
voortdurende dreiging van wapengeweld,
en daarom kunnen vele menschen zich op
het oogenblik niet gelukkig voelen. Zij
len, dat geweld en het kwade een or
lijke overwinning hebben behaald."
Als Hitier eens vroeg om Sumatra?
Attlee verklaarde, dat Chamberlain
de dupe is geworden van de dictators.
Alles wat men thans in de plaats van de
bondgenootschappen en collectieve vei
ligheid had, was een belofte van Musso
lini en een belofte van Hitier.
Wat zou de premier zeggen, als Hitier
thans om koloniën vraagt? Vtronde. s'el,
dat hij alleen maar vraagt om den Belgi
schen Congo of Nederlandsch Sumatra.
Hoe zou men daar dan tegenover staan?
De premier is overtuigd van de goede
trouw van Mussolini en Hitier. Laat
deze dan blijken door het opgeven
plannen tot agressie en het deelnemen
aan een conferentie tot het opbouwen
van een nieuwen volkenbond. Het wer
kelijke vraagstuk, zoo besloot Attlee, is:
wat kunnen wij doen voor de toekomst
van de menschheid?
VERZEKERING
MoaUc&appif - Sneeh
Eden aan het woord
Nadat do libeiale leider Sinclair
bezorgdheid had aan den dag gelegd voor
de vrijheid in Midden-Europa nam Eden
het woord. Hij bracht hulde aan de zelf
beheersching van de Tsjecho-Slowaaksche
regeering en aan de kalme waardigheid en
den onversaagden moed van Benesj.
Eden meende, dat nagegaan diende te
worden, welke de omstandigheden waren,
die de Britsche regeering genoopt hadden,
voorstellen aan een bevriende natie op te
dringen en hoe stappen moesten worden
overwogen om te verzekeren, dat Engeland
niet nogmaals zulk een onaangename rol
zal spelen.
De voorstellen van München waren geen
zelfbeschikking. „Er zullen niet velen onzer
zijn, hoe wij ons ook opgelucht voelen, die
niet een zeker gevoel van vernedering heb
ben ondervonden, toen wij deze voorstellen
lazen."
Spr. betoogde vervolgens, dat het verlee-
nen van een garantie aan Tsjecho-Slowakije
een afwijking vormde van de traditioneele
Britsche politiek, en stelde de vraag, wan
neer deze garantie in werking zou treden.
Hij sprak de bede uit, dat een viermogend-
hedenpact niet de buitenlandsche politiek
der Britsche regeering zou worden,
„Er is niet voldoende reden om te trach
ten, Europa te organiseeren op een basis,
die één der grootste mogendheden uitsluit.
Geen raad kan in Europa volledig zijn, zon
der de deelneming van alle mogendheden,
klein en groot."
Drie conclusies
Aan drie conclusies, zoo eindigde Eden,
schijnt men niet te kunnen ontkomen:
1. De snelheid van onze herbewapening
dient met alle te onzer beschikking staan
de middelen te worden opgevoerd.
2. Het doel en het karakter van onze her
bewapening moeten opnieuw bestude
"n in 'icht der gebeurtenissen van
de laatste weken.
liet burgc.rgedeelte van de natie moet
worden aangemoedigd, zich zoo te organi-
n, dat het in staat is, aan iedere toe
komstige uitdaging het hoofd te bieden on-
inilere voorwaarden dan de thans be
staande.
Opeenvolgende capitulaties brengen slechts
opeenvolgende vernederingen met zich mede
en deze op haar beurt brengen nog meer
ernederende eischen."
Na een eensgezind streven door een eens
gezinde natie te hebben bepleit, besloot
Eden: „Ik geloof, dat wij den vrede niet
slechts voor deze maand en voor de volgen
de zouden moeten redden, doch voor onze
;eneratie."
Minister Hoare antwoordt de sprekers
Aan het einde dèr debatten heeft Sir Sa
muel Hoare de uitgeoefende critiek be
antwoord. Hij zeide o.m.: Enkele dagen ge
leden stonden wij op nog geen haar breedte
afstand van den grootsten rampspoed, dien
de wereld ooit ge;ien heeft Sommigen in
het lagerhuis en oncler het volk gelooven,
dat geen vrede in Europa mogelijk, en dai
de oorlog onvermijdelijk is, zoolang de dic
taturen bestaan en dat het beter zou kun
nen zijn den oorlog te hebben, nu wij esn
geschilpunt hebben, waarvan kan worden
veronderstelt, dat het tot de geheele wereld
spreekt, dan een oorlog uit te stellen tot een
toekomstigen datum, waarop onze positie
moeilijker zou kunnen zijn.
De conclusie van een dergelijke opvatting
voor mij zóó ontzettend, dat ik haar niet
zou kunnen aanvaarden, zoo lang er nog
vonkje hoop bestond, dat de catastro
phe kan worden vermeden.
Ik geloof dat de catostrophe kan worden
vermeden en de eerste minister is vast deze
i'ertuiging toegeaaan.
Hoare vervolgde: De oorlog is afgewend
i de vraag is: was de prijs te hoog? Ik
geef openhartig toe, dat Tsjechoslowakije
een vreeselijken slag heeft gekregen. Ik be
treur zeer diep de positie, waarin het ge
drongen is; de feiten waren echter te sterk
onweerstaanbaar.
Do minister besloot: Tegelijk met het
hardnekkig volgen van een politiek
vredes zullen wij onze voorbereidingen
oortzetten. teneinde ons sterk te houden
te maken.
Ik geloof, dat wij van meening kunnen
zijn, dat wij een nieuwe periode ingaan,
waarin wij de pioblemen onder oogen zien,
elke jaren geleden onder oogen hadden
moeten worden gezien, en zullen bevinden,
dat het mogelijk is ook al keuren wij
bijna iedere methode af, die in de dicta-
tuurlanden aangenomen is voor Europa
om in vrede te leven voor de democratieën
en de dictaturen, naast elkander.
De debatten werden na deze rede van Sir
Samuel Hoare verdaagd.
Een motie ingediend
Aan het einde van de lagerhuisdebatten
van gisteren werd door Chamberlain,
sir John Simon en MacDonald de vol
gende motie voorgesteld: „Dat dit huis de
politiek van Z. Majesteits regeering goed
keurt, waardoor de oorlog werd voorkomen
tijdens de jongste crisis en dat het zijn po
gingen zal voortzetten om een duurzamen
vrede te verzekeren".
De debatten over deze motie zullen
Woensdag plaats hebben. De stemming
over de motie wordt Woensdagavond ver
wacht.
HALIFAX OVER DE JONfiSTE
EUROPEESCHE CRISIS
Een verklaring in het
Hoogerhuis
In het Britsche hoogerhuis over de
jongste Europeesche crisis sprekende,
zeide de minister van buitenlandsche
zaken Halifax, dat naar zijn mee-
Een waardevolle aanwinst
Politiek, economisch, commercieel
(Van onzen Duitschen correspondent)
De stemming van het volk is een voor
treffelijke barometer voor de politieke
situatie. Toen Hitier zijn onvoorwaarde-
lijken eisch ten opzichte van het land der
Sudeten-eischers had gesteld en de oor
logsverklaring als het ware in de lucht
hing, keek iedereen ernstig en werd de
ernst van het oogenblik fluisterend be
sproken. De krantenkiosken beleefden
sedert onheuglijken tijd weer eens goede
dagen en vooral 's avonds, als er extra-
edities verschenen, was de belangstel
ling voor het allerlaatste nieuws enorm.
Geestdrift voor een nieuwen oorlog heb
ben wij nergens kunnen vaststellen,
waaruit blijkt, dat de harde jaren van
1914 tot 1918 nog altijd niet in vergetel
heid zijn geraakt.
Thans, nu de vrede voor den eerstvolgen
den tijd gegarandeerd wordt, leeft men weer
veel luider, men kijkt opgewekt, men vereert
Hitier als den man, die de wereld voor
een nieuwe ramp heeft bewaard en nu ja,
men geeft tenslotte ook toe, dat Chamber
lain, Daladier, maar waarschijnlijk het
meest dan toch Mussolini daarbij hun
invloed hebben uitgeoefend. Maar het mooist
van alles is toch de officieele mededeeling
op de voorpagina van alle kranten, dat de
Duitsche troepen onder generaal-majoor
Ridder von Leeb het fel bestreden ge
bied der Sudeten-Duitschers zijn binnen
gerukt, want nu zullen de gehate Tsjechen
aan den lijve ondervinden, wat hun verzet
tegen de Duitsche overmacht beteekent. En
Duitschland ls thans een macht van 80 mil
lioen inwoners geworden, een wereldrijk,
hetwelk met Engeland, Frankrijk en Italië
op één lijn gesteld wordt!
Kerkelijke dankbaarheid
Geheel in overeenstemming met deze ty
pisch Duitsche geestdrift zijn de telegram
men, welke uit alle dcelen van het Dcrèc
Rijk aan den Führer worden gezonden Om
te beginnen waren het de katholieke kar
dinalen, die zich ditmaal verplicht: gevoel
den, Hitier een bewijs van hun greote dank
baarheid te zenden: „Le garantie van den
wereldvrede is voor het Duitsche Episcopaat
aanleiding, uit naam van alle Duitsche dio
cesen geluk te wenschen en dank te betui
gen en voor Zondag plechtig klokgelui aan
te kondigen." Dit telegram draagt de onder-
teekening van aartsbisschop kardinaal
Bertram.
Het ligt voor de hand, dat de Evangelische
geestelijkheid bij de katholieken niet achter
wil blijven en dus hebben ook de leiders der
Duitsche Evangelische Kanselarij bij monde
van Dr Werner aangekondigd, dat „uit
dankbaarheid voor het werk der bevrijding
op Zondag 2 October van twee uur tot half
drie over heel Duitschland de klokken moe
ten luiden". En hoewel deze kerkelijke in
stantie van staatswege door de geestelijkheid
der Belijdende Kerk nog altijd niet als be
voegd wordt erkend, schijnt men onder den
indruk der feiten toch gevolg gegeven te
hebben aan dezen wensch.
In opdracht van het Evangelische „Aus-
senamt" heeft bisschop D. Heckel voorts
aan den president der Evangelische Kerk in
het gevrijde gebied, D. Wehrenfennig,
een 'uitvoerig telegram gezonden, waaruit
de bereidheid tot hulp en ondersteuning valt
af te leiden. Ook de Gustaaf-Adolf-Stichting
zegt aan D. Wehrenfennig telegrafisch on
dersteuning van het zwaar bezochte land der
Sudeten-Duitschers toe en leest men al
deze uitingen van erkentelijkheid, dan vraagt
men zich af, of dit niet een prachtgelegen-
heid zou zijn tot een definitieve en voor alle
partijen bevredigende oplossing van het ker
kelijk vraagstuk, hetwelk nog steeds is blij
ven hangen tusschen Staat en Kerk. Toen
namelijk Oostenrijk bij Duitschland werd
ingeschakeld, verwachtte men iets dergelijks,
maar het feit, dat de Duitsche bisschoppen
zonder hun Oostenrijksche ambtsbroeders tot
dusver in Fulcra vergaderd hebben, bewijst,
dat deze toenadering voorshands niet moge
lijk is. E" tijdens ons verblijf in het voor
malige Oostenrijk hebben wij vastgesteld,
dat aartsbisschop Innitzer nog steeds naar
een vergelijk tusschen staat en kerk streeft
zonder daarbij mannen als kardinaal Faul
haber om advies te vragen! Of de Hussieten
uit het land der Sudenten-Duitschers eerder
voor toenadering te vinden ziullen zijn, moet
voorshands worden afgewacht.
Wij beperken ons derhalve liever tot
de materieele voordeden
van den nieuwen „Anschluss" en stellen dan
vast, dat alleen reeds de exploitatie van
Karlsbad, Franzensbad, Mariënbad
Teplitz-Schönau voor Groot-Duitschland een
aardige winst beteekent. Deze badplaatsen
in Sudeten-Duitschland genieten over
gansche wereld een goede reputatie en -al
zullen er onder het nieuwe bewind wel niet
veel joodsche kurgasten heen komen, toch
zal het nieuw beleid van productieve waarde
blijken, temeer, waar de toestand vooral het
laatste jaar buitengewoon slecht is geweest.
Wie waagde zich dezen zomer nog naar
Karlsbad of Mariënbad? Wij lieten ons om-
Tent Karisbad vertellen, dat het thans een
deficit heeft van rond 270 Tsjechische kro
nen, terwijl het kleinere Franzensbad
schuldenlast van 38 millioen kronen torst!
De weinige gasten, die er zich nog naartoe
gewaagd heoben, bewoonden de betrekkelijk
dure hotels niet meer. maar gingen bij
ticulieren hun intrek nemen en zoodoende
konden de eigenaars van de Kurhuizen en
hotels allang hun verplichtingen niet meer
nakomen. Alleen in Mariënbad zijn in het
vorige jaar twaalf groote hotels failliet ge
gaan en verkocht. Nieuwe huizen werden
nergens meer gebouwd en voor verbeterin
gen miste men het geld. Zoodoende ligt hier
voor Duitschland weer een groot arbeidsveld
en zal nu naast het voormalige Oostenrijk
ook Sudeten-Duitschland een attractie wor
den voor het van huis uit zoo graag reizende
Duitsche volk! Voor lichamelijke genezing
doen de genoemde badplaatsen voor Baden-
Baden en Wiesbaden stellig niet onderi
Tenslotte moeten wij dan nog de aandacht
vestigen op de industrie, welke in het ba
vrijde gebied gevonden wordt. De productie
van bruinkolen en textiel geeft den door
slag, maar ook het Boheemsche glaswerk en
porcelein heeft een goede reputatie. Zoo be
teekent de inlijving van dit fel bestreden
gebied voor het toch al zoo machtig gewor
den Derde Rijk ongetwijfeld een waarde
volle aanwinst, niet slechts vanuit politiek,
maar minstens evenzeer uit commercieel en
economisch gezichtspunt,
ning van den aanvang af in de Brit
sche opvattingen twee beginselen met
elkaar in conflict waren geweest. Het
eerste was de noodzaak, op eenigerlei
wijze tegemoet te komen aan de eischen
die namens de Duitsche bevolking van
het Sudetenland werden gesteld. In de
tweede plaats was er het gevoel ge
weest, dat, hoe men ook over dezo ab
stracte eischen zou denken, een beslis
sing door geweld op den langen duur
fnuikend zou zijn voor de Europeesche
orde en die betrekkingen tusschen de
naties, waarop de veiligheid alleen ge
baseerd kan zij
Voortgaande zeide Halifax, dat men hem'
zou vragen, waarom de sovjet-unie niet bij
de besprekingen omtrent Tsjecho-Slowakije
was betrokken. Hij was zoo vrij te her
halen, wat hij een paar dagen geleden te
gen den sovjet-ambassadeur had gezegd
Het was, wilde men een oorlog vermijden,
van het grootste belang, dat een basis voor
onderhandeling moest worden gevonden, het
was noodig, snel te handelen en de regee
ring was gedwongen te erkennen, dat de
hoofden van de Duitsche en de Italiaanscho
regeering vrijwel zeker zouden weigeren,
te onderhandelen in een conferentie, waar
de sovjet-regeering vertegenwoordigd
zou zijn. Halifax voegde hieraan nog toe
„Het feit, dat het, wilden wij met de Duit
sche en de Italiaansche regeering tot een
bespreking komen, onmogelijk was, de sov
jet-regeering rechtstreeks in deze bespre
kingen te betrekken, beteekende geenszins
een verslapping van onzen wensch, onge
twijfeld evenmin als die van de Franscb.
regeering, de goede verstandhouding en bi
trekkingen met de sovjet-regeering te bel
waren."
Halifax sprak de hoop uit, dat het huls
bereid zou zijn, het standpunt der regeering
te deelen, dat zij juist handelde door dt
we moreele verplichting tot waarbop
ging van de nieuwe Tsjechische grenzen op
zich te nemen.
Halifax zeide vervolgens, dat er wel geen,
lid van het huis zou zijn, die niet aan pre-,
sident Benesj hulde zou wilde brengenl
en hem zijn sympathie betuigen. Nooit was
een meer wreede of meedoogenlooze veri
minking van een staat geëischt, doch
;sj heeft, gesteld voor een wreed dilem
ma, zijn rol vervuld en de geschiedenis zou
hem een speciale plaats inruimen vanwege
de wijsheid van zijn keuze, want zonder
ijn besluit had een Europeesche
oorlog onmogelijk voorko
kunnen worden.
Halifax bracht hulde aan Runciman
en zijn staf. Het heeft, zeide de minister,
ongetwijfeld niet aan hen gelegen, dat de
Runciman-missie heeft gefaald. Runcimari
aarzelde niet, de verantwoordelijkheid voor
de definitieve breuk op de schouders te leg-
van de Sudeten-Duitsche leiders en
degenen binnen en buiten Tsjecho-Slowa<
kije, die hen steunden.
Halifax wijdde ten slotte eenige woorden
aan minister-president Chamberlain. De
moed, aldus Halifax, waarmede hij alle po
litieke risico's nam, zijn volharding en ge-
loof, zijn weigering mislukking te aanvaar
den, zijn onuitputtelijkheid in het uitden
ken van nieuwe middelen om succes te be-
halen wanneer alles scheen te mislukken,
dit waren dingen, die de geheele wereld
wel heeft begrepen, doch wat de wereld
nooit naar waarde zou kunnen schatten, ii
het vrijwel ondraaglijke gewicht
dat persoonlijk en nagenoeg a. 1-1
leen op de schouders van den
minister-president rustte,
Waar U ook bent
zorgt altijd Dr. J. B. MEENK'S HOOFDPIJNPOEDERS
bi] U te hebben. Ook verkrijgbaar In atull
Verkrijgbaar bij apotheker» en drogisten
Bloedig weekeinde in Palestina
Meer dan 140 slachtoffers
Het afgeloopen weekeinde in Palestina
wordt een der bloedigste geaoht van de af
geloopen dertig maanden. Er moeten meet
clan 140 personen gewond of gedood zijn.
Tusschen Sjafamir en Ramallah is hel
tot hevige gevechten gekomen tusschen
Britsche troepen en opstandelingen. Er zijn
aan de zijde der opstandelingen minstens 52
dooden gevallen. Aan Engelsche zijde werd
een officier gedcod en werden twee soldaten
gewond.
Door het ontploffen van een mijn op de
binnenplaats van een huis te Jaffa zijn zes
Arabieren gedood en drie andere gewond.
De Jood Jacob Kotek is door het militaire
gerechtshof ter dood veroordeeld wegens het
dragen van vuurwapenen en munitie. Het. is
voor de tweede maal, sedert het begin def
ongeregeldheden, dat een Jood is ter dood
veroordeeld.
Bij een aanval op de Joodsche) wijken -ari
Tiberias werden twintig personen gedood
en velen gewond.