KEESI NG$ HISTORISCH
ARCHIEF
De Militair Geneeskundige Dienst
^•oed et* las tuen qezamenljjk
een krant...
lU LEEST MEN MEERDERE KPANTEN
J EN LEGT HET GEEEZENE VAST IN
NEDERLAND LET OP U SAECK
HERDENKINGSNUMMER van de Vijf Samenwerkende Christelijke Dagbladen blz. n
in tijd van vrede en in tijd van oorlog
door
Generad-Majoor S. W. Praag
Inspecteur van den Geneeskundigen Dienst
der Landmacht
ZOOWEL in tijd van vrede a's in tijd van
oorlog behoort het tot de taak van den
Militair Geneeskundigen Dienst te waken over de
gezondheid der militairen en hen bij ziekte of bij
verwondingen met alle moderne middelen der
wetenschap bij te staan.
Geen enkel volk kan gedurende langeren tijd
den strijd volhouden zonder te beschikken over
een geneeskundigen dienst, die behoorlijk is ge
organiseerd. nauwkeurig is voorbereid en in staat
om het hoofd te bieden aan de groote vraagstuk
ken. die de epidemiologie, de hygiëne en de be
handeling van zieken en gewonden stellen. Deze
organisatie en voorbereiding omvat zoowel het
personeel als de materieele hulpmiddelen, waar
over zij moet beschikken, teneinde haar taak naar
behooren te kunnen verrichten.
De wereldoorlog heeft wel geleerd, dat de oorlog
niet is: „Une école d'improvisation, mais une
école d'application" en dit geldt in gelijke mate
voor den geneeskundigen dienst.
Vooral in ons land met zijn voortreffelijk geor
ganiseerde geneeskundige diensten en genees
kundige inrichtingen, zijn overvloed aan uitste
kend opgeleide geneeskundigen, is men vaak ge
neigd geweest den militair geneeskundigen dienst
als iets overbodigs te beschouwen, in de ver
wachting, dat ^s eenmaal de nood aan den man
zou komen, men een dergelijken dienst als het
ware uit den grond zou kunnen stampen.
De geneeskundige dienst te velde is echter niet
meer zooals vroeger een bijkomstigheid bij een
veldslag, maar behoort wel degelijk tot één der
voorwaarden, om de overwinning te behalen en
eischt een degelijke voorbereiding. Ontegenzeg
gelijk behouden alle technische methoden, die in
tijd van vrede toepassing vinden ook in den oor
log haar waarde, maar de praktische toepassing
stuit vaak op onoverkomelijke moei'ijkheden, die
samenhangen met de onvoorziene ontwikkeling
der militaire handelingen.
Doch ook in tijd van vrede vervult de militair
geneeskundige diens't een belangrijke rol in het
militaire raderwerk.
Aan het hoofd van het dienstvak staat een In
specteur.
Deze functie dateert reeds van 14 October 1814.
De eerste Inspecteur was een burger met zeer
groote militaire ervaring, m.n. Prof. Brug
man s, hoogleeraar in de kruidkunde, de natuur
lijke historie, de scheikunde en de medicijnen
aan de Leidsche Hoogesehool, welke functie hij
ook na het aanvaarden zijner nieuwe betrekking,
bleef vervullen.
Tegenwoordig heeft de Inspecteur onder zijn
bevelen:
De Militaire hospitalen
Het personeel van den M.G.D.;
Het Bataljon Geneeskundige troepen;
De School voor Reserve-officieren van den Ge
neeskundigen dienst, terwijl aan zijn bureau ook
is verbonden de Hygiënist der Landmacht, d.i.
een officier van gezondheid, wiens taak het is te
adviseeren omtrent alles, wat de hygiëne in het
leger betreft.
Generaal-majoor S. W. Praag.
De Militaire Hospitalen
De Militaire Hospitalen, die in vroegere jaren
zeer talrijk waren (vrijwel elk garnizoen had een
dergelijke grootere of kleinere infirmerie) zijn
in de latere jaren zeer sterk in aantal ingekrom
pen, zoodat er thans nog slechts 5 bestaan, n.m.
te Utrecht, 's-Gravenhage, Amersfoort. Arnhem
en Breda.
Utrecht en 's-Gravenhage zijn z.g. specialisten
hospitalen, waar alle specialismen op geneeskun
dig gebied vertegenwoordigd zijn.
Het personeel van den M.G.D.
De" officieren van gezondheid, die in de militaire
hospitalen of in de garnizoenen dienst doen, heb
ben niet alleen tot taak de zieke militairen en hun
gezinnen te verzorgen, maar werken ook mede
tot de verdere opleiding van de jongere officieren
van gezondheid en het lagere personeel en ver
vullen een belangrijke rol bij de beoordeeling
van de al of niet geschiktheid der militairen voor
den dienst.
Bovendien verrichten zij keuringen en controle
bezoeken voor andere departementen.
Hoezeer in ons leger gewaakt wordt, dat geen
personen in dienst blijven voor wie het dienst
doen schadelijk zou kunnen zijn. moge blijken
uit het feit. dat alle dienstplichtigen bij hun in
lijving aan een Röntgenonderzoek worden onder
worpen. Verscheidene gevallen ook van sluime
rende tuberculose kunnen hierdoor worden onder
kend.
Van de bevinding wordt kennis gegeven aan de
consultatiebureaux ter bestrijding der tubercu
lose, waardoor de militaire geneeskundige dienst
er toe mpdewerkt de tubèrculose te bestrijden.
In alle garnizoenen is een Chef van den M.G.D.
aanwezig; in de kleinste wordt deze functie ver
vuld door een burgergeneeskundige, bij voorkeur
Reserve-officier van gezondheid.
,In de garnizoensplaatsen, waar geen Militair Hos
pitaal aanwezig is, worden de ernstige zieken en
zij voor wie vervoer gevaar zou opleveren, op
genomen in burgerziekeninrichtingen.
Het lagere, vrijwillig dienend personeel bestaat
uit hospitaalbedienden (voor huishoudelijke dien
sten) en verplegend personeel, dat vóór hun aan
stelling het staatsexamen als verpleger heeft
De opleiding hiervoor geschiedt in het Hospitaal
te Utrecht, dat door den Minister van Sociale
Zaken als opleidingsschool voor mannelijke leer
ling-verplegers is erkend.
Bovendien zijn in dit Hospitaal, dat binnenkort
door een modern gebouw zal worden vervangen,
ook verpleegsters werkzaam.
Het Bataljon Geneeskundige Troepen
Het Bataljon Geneeskundige Troepen (samen
gesmolten uit de 4 compagnieën Hospitaalsolda
ten) dat onlangs te Gorinchem in garnizoen is
gekomen, dient tot opleiding van de dienstplich
tige ziekenverzorgers en ziekendragers, die in
tijd van oorlog bij de verschillende troepenonder-
deelen worden ingedeeld.
Behalve hun algemeene militaire opleiding krij
gen ze daar onderricht in „Eerste Hulp Bij On
gelukken."
Bij het eind van hun diensttijd worden zij in de
gelegenheid gesteld zich aan het examen voor
het diploma E.H.B.O. te onderwerpen, waaraan
door de meesten met succes wordt voldaan.
Na afloop van hun opleiding bij het Bataljon Ge
neeskundige troepen krijgen zij hun verdere
vorming in de Militaire Hospitalen of bij de Ge
neeskundige diensten. Zij leeren daar de een
voudige handgrepen der ziekenverpleging, helpen
bij de z.g. ziekenrapporten en begeleiden de troe-
pen bij marschen of bij grootere oefeningen.
Tot hun oorlogstaak behoort het vervoeren van
de gewonden van het slagveld, het verleenen van
eerste hulp en het helpen in de verschillende
geneeskundige formaties te velde (waarover
later).
De Compagnieën Hospitaalsoldaten werden op
gericht onder de regeering van Z.M. Koning
Willem III op 9 April 1869.
Bij de oprichting werd als eisch gesteld, dat de
manschappen moesten zijn van een gezond en
krachtig gestel en in staat zijn zware vermoeie
nissen te verdragen, terwijl speciaal ook op hun
karakter moest worden gelet, dat aan zekere
fermiteit ook goedhartigheid moest paren, terwijl
zij tevens de lust moesten bezitten om voor hun
lijdende kameraden nuttig te zijn. Deze eischen
bestaan nog onverminderd voort.
De School voor Reserve-Officieren.
De School voor Reserve-Officieren van den Ge
neeskundigen Dienst is een instelling van nog
vrij recenten datum, daar zij op 1 Juli 1930 werd
ongericht.
Zij is voortgesproten uit de behoefte, om ook de
reserve-officieren van gezondheid, aan wie in
hoofdzaak in tijd van oorlog de geneeskundige
verzorging van het leger is toevertrouwd (tegen
over ongeveer 80 actieve officieren van gezond
heid staan ruim 1000 reserve-officieren van ge
zondheid) beter geschikt te maken voor hun
oorlogstaak. Het is toch een bekend feit, dat men
een voortreffelijk medicus kan zijn zonder opge
wassen te zijn tegen de eischen, die de oorlog
stelt.
De a.s. reserve-officieren van gezondheid krijgen
als student hun eerste militaire opleiding bij de
Geneeskundige troepen: komen daarna als semi-
arts op de School, doen vervolgens nog eenigen
tijd dienst bij de Militaire Hospitalen of Genees
kundige Diensten en krijgen na hun benoeming
tot Reserve-officier van gezondheid hun verdere
militaire opleiding door detacheering bij den
troep en het deelnemen aan tactisch geneeskun
dige oefeni'ngsreizen, waarbij zij speciaal oplei
ding krijgen om in leidende functies te kunnen
optreden.
Thans een en ander omtrent de taak van den
Geneeskundigen Dienst in tijden van oorlog.
Deze wordt in het z.g. Oorlogsvoorschrift aldus
omschreven:
De M.G.D. heeft tot taak de volledige verzorging
van gewonde en zieke militairen, is voorts belast
met den gezondheidsdienst bij het strijdende
leger en werkt met de burger-geneeskundige
diensten samen ten aanzien van de hygiënische
maatregelen voor de burgerbevolking.
Onder volledige verzorging is onder meer ook
begrepen de zorg voor den geregelden afvoer der
gewonde en zieke militairen en het verschaffen
van materieel, dat voor dezen afvoer en de ver
pleging noodig is.
Om deze taak naar behooren te verrichten zijn
bij den s'af van alle commandanten, zoowel van
de hoogste tot de laagste officieren van gezond
heid ingedeeld, die leiding geven en de beschik
king hebben over het benoodigde personeel en
materieel om de noodige hulp te kunnen ver
leenen.
Tot het personeel behooren ook o.a. militaire
tandartsen, die tegenwoordig een speciale oplei
ding krijgen voor het geven van de eerste hulp
bij kaakverwondingen.
Voor den Hygiënischen Dienst, die zooals reeds
werd vermeld, zoo'n uiterst gewichtige rol speelt
in den oorlog, bevindt zich bij den staf van het
Veldleger als adviseerend lichaam een z.g. Ge
zondheidscommissie, terwijl bij de verschillende
legercorpsen „Gezondheids- en Ontsmettings-
afdeelingen" zijn ingedeeld, die met de uitvoering
der noodzake'ijke maatrege'en, o.a. ook de gas-
ontsmetting zijn belast.
De Geneeskundige Dienst wordt bij de vervulling
van zijn oorlogstaak bijgestaan door de Vereeni-
ging „Het Nederlandsche Roode Kruis".
Het Roode Kruis is in hoofdzaak belast met de
verpleging der gewonden en zieken in het achter
land; met. het strijdende leger heeft het Roode
Kruis geen bemoeienis.
Ook vormt het Roode Kruis de schakel tusschen
den M.G.D. en de vrijwillige hulpverleening der
burgerbevolking, waartoe bij de verschillende
geneeskundige afdeelingen van het leger, gedele
geerden: z.g. Militaire commissarissen zijn in
gedeeld.
Zoowel de M G.D. als het Roode Kruis staan
onder de bescherming van de „Conventie van
Genève".
Volgens de bepalingen van deze conventie is
slechts het personeel, dat tot den M.G.D. en het
Roode Kruis behoort, gerechtigd tot het dragen
van den Roode-Kruis-armband, terwijl ook alleen
het materieel van dezen .dienst of deze vereeni-
ging, van het Roode-Kruisteeken mag worden
voorzien. Vaak wordt pog van dit teeken misf
bruik gemaakt, hetgeen volgens de wet straf
baar is.
Op het eigenlijke gevechtsveld c.q. operatieter
rein worden door den Geneeskundigen Dienst
verschillende formaties opgericht, die ten doel
hebben de zieken en gewonden te verzamelen en
na het verleenen van de noodige voorloopige hulp
te brengen naar de ziekenhuizen in het achter
land, waar zij afdoend geholpen kunnen worden
en hun genezing kunnen afwachten.
Bij het Bataljon treft men de z.g. hulpposten, bij
het Regiment de hulpverbandplaatsen aan, die
o.a. voor het verleenen van dringende operatieve
hulp bestemd zijn. Het vervoer naar het achter
land geschiedt met gewondentreinen, die hun
aanvang nemen bij het „afvoerstation voor ge
wonden en zieken."
Al het materieel, dat voor het oprichten van de
verschillénde geneeskundige inrichtingen noodig
is, is in vredestijd reeds aanwezig in de ambu
lance-magazijnen.
Teneinde de overvulling der hoofdverbandplaats
zooveel mogelijk te voorkomen, worden tusschen
de hulp- en hoofdverbandplaatsen z.g. „verzamel
plaatsen voor marschvaardige gewonden" opge
richt, van waaruit het vervoer naar het afvoer
station met autobussen plaats vindt.
Het is te begrijpen, dat in ons waterrijk land
gaarne gebruik gemaakt zal worden van het ver
voer te water. Hiertoe worden door den Genees-
kundigen Dienst in tijd van oorlog hospitaal
schepen ingericht, waarbij zich ook operatie
schepen (drijvende operatiekamers) bevinden,
zoodat dergelijke schepen in geval van nood ook
als „Hoofdverbandplaats" kunnen fungeeren.
Het snelle vervoer naar achter speelt bij de ge
neeskundige verzorging een uiterst belangrijke
rol. In den afgeloopen oorlog toch is gebleken,
dat men er met alle macht naar moet streven de
wondbesmetting (infectie) te voorkomen en dat
dit in hoofdzaak kan worden verkregen, indien
aan de gewonden binnen een bepaald aantal uren
behoorlijke chirurgische hulp kan worden ver
leend. Dat van een rustig operatief ingrijpen te
midden van het strijdgewoel geen sprake kan
zijn, kan een ieder wel begrijpen en daarom is
het zaak de gewonden zoo spoedig mogelijk naar
achter, naar een veiliger gelegen geneeskundige
inrichting te vervoeren, waarvoor een groot aan
tal z.g. gewondenauto's noodig is. Het gemobili
seerde leger beschikt niet over reeds in vredes
tijd bestaande gewondenauto's, doch hiertoe wor
den vrachtauto's gevorderd, die met behulp van
reeds aanwezige toestellen, (Molema) voor dit
""rvoer geschikt worden gemaakt.
De veiligheid, ook der meer naar achter gelegen
ziekenhuizen, is echter door de moderne wijze
van oorlog voeren, zeer problematisch geworden.
Daarom heeft zich onder de militair geneeskun
digen der verschillende landen een streven ge
openbaard om den militair geneeskundigen dienst
in staat te stellen, zijn verantwoordelijke en
menschlievende taak naar behooren te verrichten
door het stichten van z.g. localité's en villes sani-
taires, plaatsen en steden, uitsluitend bestemd
voor den geneeskundigen dienst, die voor geen
enkel militair doel gebruikt mogen worden en
door den vijand ontzien moeten worden.
Deze plannen, die feitelijk een uitbreiding zijn
van de Conventie van Genève, hebben een punt
van bespreking uitgemaakt op de Internationale
Roode Kruis Conferentie, die in Juni van dit
jaar te Londen we.rd gehouden.
Het denkbeeld zelf vond algemeene instemming,
doch er bleken nog talrijke bezwaren van mili
tairen en juridischen aard te bestaan, die eerst
nog opgelost moeten worden, alvorens zij een
punt van bespreking kunnen uitmaken op een
diplomatieke conferentie, die door Zwitserland
bijeen geroepen zal worden.
Uit het voorgaande is wel gebleken, welk een
belangrijke rol de geneeskundige dienst in vrede
en oorlog vervult in de militaire organisatie.
Moge hij bij de vervulling daarvan zich gedragen
weten door de waardeering van ons volk en moge,
wanneer ooit wat God verhoede hij zijn hu
maan werk op het slagveld zal moeten uitoefenen,
het' dan blijken, dat hij paraat is en voor zijn
taak berekend.
J. J. T. de Vries, Amsterdam:
Reeds eenige jaren ben ik geabonneerd op Uw
Archief en ik kan niet anders zeggen, dan dat
het een zeer waardevol bezit is. Het eenige
jammer is, zou men haast zeggen, dat het niet
al veel eerder bestond.
K. Dubbelman, Amersfoort:
De algemeene chaotische toestand en daarnaast
het pijlsnelle wisselen van het algemeene
beeld der geheele wereld maakt het KEESINGS
HISTORISCH ARCHIEF werkelijk tot een
onmisbaar bezit, dat niet genoeg gewaardeerd
kan worden. Ik persoonlijk beschouw het als
een der belangrijkste, zoo niet HET belang
rijkste werk in mijn boekenkast.
A. v. d. Weg, Uudetvater:
Het is bij de ontzaglijke omvang van wat er
gepubliceerd wordt ook wanneer men zich
zou willen beperken tot betrouwbare bronnen
onmogelijk bij te blijven. Men zou óf geen
tijd hebben om alles te ordenen, óf men zou
geen tijd voor werken hebben. Toch moet men
de dingen, die men beweert en weet, goed
weten. Daarin komt nu juist Uw Historisch
Archief te hulp. Men weet snel, wat men moei
weten en men weet het goed.
geïllustreerd dagboek van het hedendaagsch wereldgebeuren
met voortdurend bijgewerkten alphabetischen index
J. J. Scholten, Accountant bij het Dept. van
Defensie, Den Haag:
tk acht KEESINGS HISTORISCH ARCHIEF
onmisbaar voor ieder ontwikkeld Nederlander
Ned. Chr. Bouwarbeidersbond, Utrecht:
Wij hebben KEESINGS HISTORISCH
ARCHIEF leren waarderen als een praktisch
niddel om van belangrijke geschiedkundige
feiten terstond gegevens omtrent data. namen
en gebeurtenissen bij de hand te hebben.
C. Lamey, Eindhoven:
K.H.A. tegen een kleine vergoeding tienmaal
beter dan tijdroovend. onvolledig verzamelen
van krantenknipsels.
K.H.A. prachtaanvulling op mjjn encyclo
paedic (Oosthoek 2e druk).
K.H.A. het genoegen te kunnen zeggen in
een artikel, debat of polemiek: „Den lOden
Mei 1933 zeide de Minister-President in de
avondzitting der volksvertegenwoordiging...."
Dagblad „De RotterdammerRotterdam:
'KEESINGS HISTORISCH ARCHIEF heeft al
jaren lang op ons bureau een eigen plaats.
Telkens grijpen we naar een van de dikke
deelen. En als men er den weg in weet, stelt
Keesing nooit te leur. 't Is een prachtig werk
en we zouden 't niet graag missen. Hoe ouder
t wordt, van zooveel te meer waarde wordt 't
ook voor 't werk van eiken dag.
BON Aan KEESINGS HISTORISCH
ARCHIEF, Roysdaelstraat 71
AMSTERDAM ZUID
Verzoeke nadere kennismaking met Uw uitgave
Adres:
Woonplaats: R0ft