Jtieume ^riitsdjr (üourant Chamberlains terugkeer een zegetocht Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leidenen Omstreken Hoop op een vredesregeling voor heel Europa (Duie en}ttoierne^el)ilierijenJO. CMcbenuiejE»? cftofterüara. «EAGER^ GIN aijomumtntsprijö: Per kwartaal in Leiden en in plaatsen waar een agentschap gevestigd is 235 Franco per post 2.35 portokosten Per week0.18 Voor het Buitenland bij wekelijksche zending4.50 Bij dagelijksche zending5.50 Alles bij vooruitbetaling Losse nummers 5 ct. met Zondagsblad 7 '/j Cf. NO. 6511 Bureau: Breestraat 123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 33936 ZATERDAG 1 OCTOBER 1938 19e Jaargang gtbbtrtentiepripm: Van 1 tot 5 regels 1.17'/» Elke regel meer0.22'/» Ingezonden Mededeelingen van 1—5 regels2.30 Elke regel meer0.45 Voor het bevragen aan 't bureau wordt berekend4 0.10 Dankt nu allen God! De stemming van de beurs mag niet de onze zijn: Woensdag nog „Zum Tode betrübt" en Donderdag reeds „himmel- hoch jauchzend"; want dat is in feite knielen voor het wreede noodlot. Er j spreekt niet het minste vertrouwen uit op Gods wijsheid en liefde, doch enkel een I speculeeren op de situatie van het oogen- i blik. Indien we ons zoo gedragen, dan heb ben we vergeten, dat wij en alles in Gods hand zijn en we zouden evenzeer verzuimen om op ons gebed om bewaring voor oorlog een dankzegging voor be houd van vrede te laten volgen. Het is nu juist twee weken geleden, 'dat de nood allerwege tot gebed drong: de wereld bad om afwending van het vreeselijke onheil, dat zich dreigend aan kondigde in Europa. Er zijn twee stadia in het gebed om vrede, schreven we toen- Het kan in oorlogstijd gebeuren. Onze 1 vaderen waren er diep van overtuigd, dat er ook rechtvaardige oorlogen zijn, maar zij wisten ook, dat zelfs deze van j onrecht en geweld Vergezeld zijn en 1 baden daarom: „D'oorlogsvlam stijgt in de lucht, I Vrede, vreugd en zegen vlucht; 't Krijgsheir stroomt aan alle kant j Als een zondvloed over 't land, j Alles smijt het in zijn vaart, Als een hagelstorm ter aard". Maar, wanneer dan hierin de oorlog der middeleeuwen geteekend is, wat heeft ons dan deze dagen boven 't hoofd gehangen? Daar was er één, die zich er op beroemde, dat de wereld verbaasd zou staan van dè ongelooflijke kunst der oorlogstechniek. En de verhalen dienaan gaande, waar of overdreven, waren ver bijsterend. Wat zou dit alles echter beteekend hebben? Niets anders dan dit, dat met feillooze preciesheid en matelooze on barmhartigheid het dood end lood of het verstikkend gas gericht zou worden op de bataljons in het open veld of de weg schuilende burgerbevolking in de „be schermde" stad. Dit alles dreigde, het was zeer dicht bij. Het lot van Europa en meer stond op het spel. En toen kwam er actie. In de volksmassa en in de volksziel. Wie er nog aan mocht twijfelen, hoe afkeerig elk volk, het Duitsche niet in de laatste plaats, van oorlog is, die lette er op hoe in de historische nachtwake van gisteren de massa te München de vreemde staats lieden bejubeld en met dankbare ovaties begroet heeft. Dat was geen ovatie op commando gelijk voor heden besteld is. Over de ontvangst, welke aan Chamber lain en Daladier in hun land ten deel viel, zwijgen we maar. Er zijn geen woorden voor te vinden. Mogen de we reldleiders er maar uit leeren, dat zij een riskant spel spelen, als zij de volkeren naar het front willen voeren. Doch ook de volksziel kwam in be weging. De nood dreef uit tot gebed. Het geprangd gemoed stortte zich uit voor Hem, die oorlog keeren en vrede geven kan. Maat de Christen vergat niet het: „Uw wil geschiede. Uw wil alleen". Want hij weet, dat het „majesteit" is, al wat God doet. En na het vertrouwens volle gebed zong het geloof: „God is ons een Toevlucht en een Sterkte; Hij is krachtiglijk bevonden een Hulp in be nauwdheid; al veranderde ook de aarde van haar plaats en al werden de bergen verzet in het hart der zee". Het is goed ook daarop nu nog te letten, dat de gemeente Gods niet enkel gebeden heeft om afwending van het oorlogswee, maar evenzeer om hulp in benauwdheid, welke immers kan komen en telkens in het leven van personen en volken komt- Onder Gods toelating had het stuk aarde, dat Europa heet, kunnen daveren en wankelen; maar ook dan nog blijft alles in Gods hand. Dat geloof alleen geeft stil vertrouwen en zoo noodig strijdensmoed. Wat het protocol van München verder voor goeds brengen zal over Europa; of de rechtvaardigheid daarin een behoor lijke plaats kreeg; wij weten het niet. Aan bodemloos optimisme geven we ons niet over. Maar het feit, dat het aller- vreeselij'kste is afgewend; dat niet om drie millioen menschen te „bevrijden", vele millioenen ten doode gedoemd, in rouw geworpen of voor hun leven ge broken zouden zijn: dat is een genadig bestel Gods, waarvoor het hart Hem niet genoeg danken kan. Ook naar menschen gaat onze eerbie dige dank uit; dat mag en dat moet. Weer zal een Engelsch staatsman een i.grand old man" worden genoemd en heel de wereld gunt dezen Chamberlain die onderscheiding. Hij heeft getoond, 'dat een staatsman werkelijk groot kan zijn. al schijnt hij zijn waardigheid even op het spel te zetten. Want er stond voor hem meer op het spel en, menschelijker gewijze geredeneerd, zouden in 1914 en volgende jaren de millioenen niet geval len zijn, indien er toen een staatsman van zijn formaat was geweest, die niets had nagelaten om „misverstanden" door per soonlijk contact op te ruimen. Het is ontroerend te vernemen, dat het Duitsche volk te München niet moede werd te roepen: „Danke, danke Cham berlain"; hij mag zich verzekerd houden, dat het volk van „neutraal" Nederland hem even dankbaar gedenkt. Doch vóór en bovenal gaat nu en morgen onze dank uit tot den God der wereld, die déze, haast onbegrijpelijke gebedsverhooring heeft geschonken. Wij zeggen den gezangendichter met kleine wijziging na: 't Menschdom om die gunst verheugd. Looft nu 's Heeren Naam vol vreugd; Met de harpen in de hand. Dankt U 't volk van ieder land. Hoor ons! hoor ons! smeekten wij Een ontfermend God waart Gij. OVERAL GROOTE BLIJDSCHAP Zoo men de verhalen leest over de ont roerende wijze, waarop de onderhandelaars van München, naar hun hoofdsteden terug gekeerd, aldaar door een buiten zichzelf geraakte menigte zyn bejubeld en toege juicht, dan kan het wel niet anders, of men gevoelt diezelfde blijdschap over het be houd van den vrede ook in eigen hart tril len. Ditmaal immers had men niet te doen met menschenmassa's, welke door een offi- cieele staatsregie als décors langs den in- Goed zoo, Neville, God zegene U!" Minister-president Neville Chamberlain is gisternamiddag om tien minuten over half zes op het vliegveld Heston geland. De minister van bui- tenlandsche zaken Halifax overhandigde hem een schrijven van den koning. Terwijl de overige ministers den premier omringden, barstte een minutenlang aanhoudend gejuich los. Chamberlain bleef toen een oogenblik voor de menigte staan en toonde den juichenden menschen het document met zijn handteekening en die van Hitier. Duizenden Londenaren hadden uitdrukking gegeven aan hun gevoel van opluchting over de redding van den vrede, door Chamberlain een grootsche ontvangst te bereiden. In groote stroomen waren de belangstellenden naar het vliegveld Heston gekomen om bij de eersten te behooren, die Chamberlain zouden toejuichen. Langs den weg, die naar het vliegveld leidt, stonden tweehonderd knapen van het Eton-college opgesteld, die spontaan hadden aangeboden den premier, die oud-leerling van Eton is, op deze wijze in te halen. Ook in Downingstreet stond een groote menigte opgesteld, evenals voor het Buckingham Palace, waar men getuige wilde zijn van de aankomst van den premier voor zijn eerste bezoek aan den koning. Na door de ministers te zijn verwelkomd legde de premier een korte verklaring af, waarin liij o.a. zeide: Er zijn slechts twee dingen, die ik wil tochtsweg van dictatoren waren neergezet, maar met Britten en Franschen, die bij zulke gelegenheden kunnen doen en laten wat zij willen, en desondanks als door een gemeenschappelijke kracht gestuwd rond hun eerste ministers opdrongen, en slechts door kreten en vlaggengezwaai iets konden uiten van de dankbaarheid, waarmede zij overvol waren. Wij kunnen ons voorstellen, dat zulk een overweldigend welkom voor Chamberlain en Daladier heel veel heeft te beteekenen gehad. Zij mochten eruit vernemen, van welk een last van angst en druk zij hun volken hebben mogen bevrijden, en dat deze volken op het huidige tijdsgewricht niet allereerst wenschen te zien naar wat prijs gegeven, maar eer naar wat behouden werd. Het leven is zulk een zoet en kost baar bezit, dat men het op hoogen prijs blijft stellen, zelfs als men het onder ver soberde omstandigheden zal moeten voort zetten. Voor de west-Europeesche democra tieën lijkt zulks inderdaad het geval. Wie zich niet geheel en al door zijn gemoeds stemmingen laat meevoeren, heeft oog er voor, dat in hoofdzaak onze zorg en onze blijdschap geconcentreerd zijn geweest rond de daden, welke de autoritaire landen eerst dreigden te doen, en daarna, toen de overige mogendheden hadden toegegeven, rustig hebben nagelaten. De wereld heeft daardoor den vrede behouden, maar heeft 'zij ook waarborgen, dat na München nu in derdaad een andere geest Berlijn en Rome zal gaan bezielen? In veler hart worden deze vragen reeds nu overwogen; moge de toe komst leeren, dat deze bezorgdheid is on gegrond geweest. Neville Chamberlain is met Gods hulp erin geslaagd, ons voor een wereldramp te behoeden, omdat hij zijn tegenstanders met vertrouwen is tegemoet getreden, en zich niet in zelfgenoegzaamheid in Londen heeft verschanst gehouden. Thans is het aan de autoritaire Europeesche machten, welker positie opnieuw door een gebiedswinst en door een verbetering der grenzen strate gisch is versterkt, aan te toonen, dat zij goed zijn voor hun woord, en dat ook zij het heil, niet alleen van eigen staat en volk, maar voor de zooveel grootere west-Euro- peesche landengemeenschap beoogen. Engeland premier toonde zich te dien opzichte zeer blijmoedig, vermoedelijk mede door het enthousiasme van het oogenblik. Hij zag reeds in het verschiet een toenade ring tusschen de voornaamste hoofdsteden, welke ook de laatste sporen van 19141918 zou uitwisschen, en den weg zou openen voor een nieuw Europeesch tijdperk van waren vrede en welvaart. Ook Roosevelt schijnt een gelijke hoop te koesteren, en in de harten van oude vijanden heerscht thans stemming, die groote dingen zou moge lijk maken, zoo de leiders der volken dit historische uur ten volle weten te benutten. Dat het zwaard niet licht voor langen tijd in de scheê zal steken blykt echter reeds uit Polen, dat nu zijn beurt voor wapenmuziek gekomen acht! zeggen. In de eerste plaats wil ik verkla ren, dat ik evenals mijn vrouw gedurende al deze gespannen dagen een onnoemelijk aantal brieven heb ontvangen, brieven van steun, goedkeuring en dankbaarheid. Ik kan u niet zeggen, welke steun dat voor mij geweest is. Ik wil het Britsche volk dank zeggen voor wat het heeft gedaan. In de tweede plaats wil ik verklaren, dat de regeling van het Tsjecho-Slowaaksche probleem, die thans tot stand is gebracht, naar mijn opvatting slechts een voorspel is voor een breedere regeling, waarin geheel Europa den vrede zou kunnen vinden. Vanmorgen heb ik nog een bespreking gevoerd met den Duitschen rijkskanselier Hitier en hier is een papier, dat zijn naam draagt zoowel als den mijnen. Sommigen uwer hebben misschien reeds gehoord wat het behelst, maar ik zou het toch nog wil len voorlezen". Nadat Chamberlain den inhoud van de reeds bekende verklaring had voorgelezen, barstte een wild gejuich uit, waarbij kreten als: „goed zoo, Neville, God zegene u", kon den worden onderscheiden. Chamberlain wuifde de menigte toe en stapte vervolgens in zijn auto, die echter nog geen honderd meter opgereden was, toen de menigte reeds door de afzetting DANK, HEER Dank Heer, dat wij 't weer ervaren: Gij alleen regeert; Weerde van ons de gevaren, 't Vuur, dat slechts verteert. Al onz' angst deedt Gij vervloeien; Heer, 't is ons een droom; Onze blijdschap mocht opbloeien; Dat Uw Rijk toch koom'. Dank Heer, dat wij 't weer ervaren: Gij hoort het gebed; Uit de dreiging der gevaren Hebt Gij ons gered; Want G'ontsloot ons Uw genade Als een waterstroom; Schenkend ons, waarom wij baden; Dat Uw Rijk toch koom'. Dank Heer, dat wij 't weer ervaren: Gij alleen regeert. Temde d'ongena der baren. Hebt 't geweld geweerd. Gij beheerscht het hart der grooten,_ Heerschers hier beneên; Gij beslist, wat z'ook besloten: Gij zijt groot allèèn. Dat de Booze niet verstore Eendracht, nu bereikt. Zegent Gij, niets gaat verloren; Iedere weerstand wijkt. Dat de heerschers nu bekennen: God alleen is groot. Allen, die Zijn wetten schennen. Eten zich den doodaa Wilt nu heden allen treden Voor des Hoogsten troon; Dankend in dit blijde heden Voor Zijn gunstbetoon. Spanningen die wij doorleden Lijken nu een droom; Maar nooit zwijge deze bede: „Dat Uw Rijk toch Aroom'...," 30 Sept. '38. 'A: W. heenbrak en den wagen zoo dicht omring de, dat er geen doorkomen aan was. Men klopte op de ruiten van de auto en zong uit volle borst, terwijl de aanwezige ministers, diplomaten en belangstellenden mee in stemden, het lied: „For he is a jolly good fellow". Minstens tienduizend personen stonden voorts nog buiten het vliegveld te juichen en met vlaggen te zwaaien. Chamberlain leek bijna overstelpt door de hartelijkheid van deze ontvangst. Ten slotte baande de politie een weg voor den premier door de menigte, zoodat hi] vertrekken kon naar 't Buckingham paleis. Hulde door koning en volk De tocht ging langs een even enthousiaste menigte direct naar het Buckingham-paleis, waar de leden van de koninklijke huishou ding plotseling zoo geestdriftig werden, dat zij hard naar buiten holden, toen de auto door het hek reed, om den minister luid keels toe te juichen, toen hij de trap naar de eerste verdieping besteeg. Mevrouw Chamberlain was de eerste die haar echtgenoot binnen het paleis begroet heeft en de Koning kwam daarop met uit gestoken hand op zijn eersten dienaar toe en nam hem, gevolgd door de Koningin, mevrouw Chamberlain, Lord Halifax en den Lord Kamerheer mee naar het balcon. Een gehuil als van een orkaan steeg van beneden op. De Koning, de Koningin en Chamber lain stonden enkele oogenblikken naast elkaar op de eerste rij, maar daarop trok Koning George zich terug. Cham berlain met een hoofsch gebaar aan moedigend de betuigingen van hulde voor zijn persoon in ontvangst te nemen. De minister scheen iets als een afwij zend gebaar te willen maken, omdat hij dan alleen voor den Koning en de Ko ningin zou komen te staan, maar de ALG. FRIESCHE LEVENSVERZ.-MY LEEUWARDEN - BURMANIAHÜIS GROOT NOORDHOLLANDSCHE VAN 1845 AMSTERDAM - VAN BRIENENHUIS DUBBELE GARANTIE VOOR ALLE VERZEKERDEN Koning noodigde hem nogmaals uit zich naar den rand de: balustrade te begeven en nu gehoorzaamde de minis ter en hij dankte naar alle zijden voor de hem gebrachte hulde. De Koning en de Koningin, die zoo juist nog in die hulde gedeeld hadden, vereenigden zich nu met het volk be neden en klapten mee in de handen. Het moet voor Chamberlain een on vergetelijk oogenblik zijn geweest De ovaties beneden hielden natuurlijk niet op, maar ten slotte begaf het gezel schap zich naar binnen en Chamberlain heeft nog een goed uur op het paleis ver toefd, voor hij met zijn echtgenoote naar zijn ambtswoning is vertrokken, waar na nauwelijks een uur rust een kabinetsraad gehouden werd. Den Nobelprijs waardig De bekende Hongaarsche schrijver Law rence Szabo schrijft in de „Azest", dal hoewel reed3 vele waardige personen den Nobelprijs voor den vrede hebben gekregen, de Zweedsche autoriteiten moeten overwe gen dezen thans aan Chamberlain toe te kennen, want hij heeft 'n werk verricht, dat millioenen malen grooter is, dan hetgeen de anderen hebben gedaan. Mevrouw Chamberlain toegejuicht Duizenden telegrammen en brieven met gelukwenschen worden uit alle deelen der wereld aan Downing Street bezorgd. Er is geen land in Europa, vanwaar geen brieven worden ontvangen. Mevrouw Chamberlain heeft tal van bloemstukken gekregen. Toen zij gisteren 11a haar gewone och tendwandeling in het park in Downing street terugkeerde, verzamelde een juichen de menigte zich om haar heen, die zich eerst verspreidde, nadat door mevrouw Chamberlain de volgende verklaring was Nederlanders winnen technische prijsvraag Naar wij vernemen is in the Lincoln Price- Competition, uitgeschreven door the Jamos F. Lincoln Are Welding Foundation te Cleveland, Ohio, de eerste prijs in de afdeeling „Watercraft-Commercial Vessels", alsmede de eerste prijs in de hoofdklasse „Watercraft-Classi'ication" toegekend aan de heeren Dr. P. Schoenmaker, chef van het laboratorium der N.V. Smit Co.'s Transformatorenfabriek te Nijmegen, en ir. G. de R o 0 ij, hoofdingenieur der Marine te Voorburg. In totaal waren meer dan 2000 nzendi-. gen binnengekomen. Bovengenoemde heeren hebben een zeer uitvoerige verhandeling gegeven over de voordeelen en besparingen van de toepas sing van electrisch gelaschte constructies van hoogwaardig staal voor den scheeps bouw. N.V. GRONINGSCHE HYPOTHEEKBANK gevestigd te GRONINGEN De Bank geeft uit: 3V2 Pandbrieven a 100% (Koers van omwisseling IOOV2 VOORNAAMSTF NIEUWS Dit Nummer bestaat uit DRIE bladen en het ZONDAGSBLAD Bij hun terugkeer in Londen, resp. Pa rijs, zijn Chamberlain en Daladier op zeer enthousiaste manier ontvangen. Polen laat zeer dreigenden toon aan het adres van Praag hooren. Een gemeenschappelijke verklaring van Chamberlain en Hitier. De Hooge Raad heeft gister een nieuw gebouw betrokken. Bij Zwolle is een ernstig ongeluk ge beurd: een 13-jarig meisje is door een' schot uit een mitrailleur gedood. PRAKTIJKEXAMENS BOEKHOUDEN Middenstands - diplom* Boekhouden M.0. Handelskennis L.0. Frans, Duits en Engels L.O. Wiskunde L.O. en M.O.K. Nederl., Engelse en Duitse Handelscorrespondentie Hoofdakte},'i. vwtcSS Stormschade verzekering Een specialiteit op het gebied van STORMSCHADE-VERZEKERING l Algemeen Onderling Waarborg Genootschap „R E N O V A T M" te Amsterdam, Spuistraat 219/21. Tel. 35626 Vraagt eens een prospectus aanl 7JCQonrn WOTjEL TCL3I660 CAF£ KAMERS HET0NTB'JT-f-3-MET BADKAMER - F-4- SPECIAL DRY Generaal Agent ANDRE KERSTENS. Tilburg Toen Chamberlain gisteravond kwart voor zes op het vliegveld Heston arriveerde, sprak hii om Vanmnmen h.h tl een bespreking geroerd met den Duitschen rijkskanselier Hitier en hier lk no9

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1938 | | pagina 1