Het regeeringsjubileum van
Koningin Wilhelmina
Gemeenteraad van Leiden
H.M. de Koningin dankt in
de Nieuwe Kerk
DINSDAG 6 SEPTEMBER 1938
TWEEDE BLAD PAG. 6
IN DE KERKEN HERDACHT
Indrukwekkende dienst
in de Pieterskerk
Daartoe uitgenoodigd door do Neder-
landsche regeering vonden gisteravond
in het geheele land kerkelijke herden
kingsdiensten plaats. Ook hier ter stede
ie het regeeringsjubileum van Koningin
Wilhelmina in onderscheidene kerkge
bouwen op plechtige wijze herdacht.
In de Pieterskerk 6tond deze plechtigheid,
die een indrukwekkend karakter droeg, on
der leiding van Ds. M. J. Punselie.
Onder de zeer vele aanwezigen, die dit be
dehuis vulden, merkten wij om. op den
burgemeester, tnr. A. v. d. Sande Bakhuy-
zen, mr, P. E. Briët, curator der universiteit,
mr. P. J. Idenburg, secretaris van het cura
torium der Universiteit, den legerpredikant
Ds. Nauta, het Collegium van het L.S.C., de
-Ned. Herv. predikanten J. C. van Apeldoorn,
Joh. W. Groot Enzerink, D. Kuilman, M. Ot-
tevanger en J. de Wit, die allen in ambtsge
waad waren verschenen en verder deputa
ties van de Drie Octobcr-vereeniging, do
Chr. Oranjevereeniging, de Contact-Commis
sie en de Ver. Koninginnedag. Voorts waren
er enkele gemeenteraadsleden.
Een eenvoudige planten- en bloemenver
siering, waartusschen het portret van H. M.
de Koningin, was rond den kansel aange
bracht.
De organist, de heer Mens, speelde voor en
na den dienst een fantasie van volksliederen.
Als overdenkingswoord voor deze plech
tige ure koos Ds. Punselie Ps. S9 19 II:
„Onze koning ie van den Heilige Israëls",
vooraf werd echter eerst nog gemeenschap
pelijk gezongen: „Den hoogen God alleen zij
.eer, Elk kniel' voor Hem aanbiddend neêr".
Ds. Punselie zette in het begin van zijn
herdenkingsrede allereerst uiteen, dat wij
op 6 September een zeer merkwaardigen
dag beleven, een dag waarop voor veertig
jaar Koningin Wilhelmina Haar regeertaak
aanvaardde en gekroond werd.
De Oranje-liefde van ons volk, aldus
spr., is geen tooneeldear, dat bij sommi
ge gelegenheden voor den dag wordt
gehaald. Integendeel, de Oranje-liefde
zit ons diep in het hart en is onweer
staanbaar. Oranje toovert de nuchtere
Hollanders om tot geestdriftelingen.
God schonk ons in de Oranjes dan ook
wel een kostbaar en schoon geschenk. Vol
ontroering zegt ons volk dan ook: „Onze
Koningin is van den Heilige Israëls".
In het voorbijgaan eenige oogenblikken
bij het geslacht der Oranjes stilstaande en
daarbij teruggaande tot den Vader des Va
derlands, wees Ds. Punselie er op, dat Ko
ningin Wilhelmina de schoonste tradities
.van Haar geslacht voortzet.
Met groote zoijg voor Haar taak door Haar
onvergetelijke moeder, Koningin Emma,
voorbereidf, is het leven van Koningin Wil
helmina geworden tot een wonderlijke uit
straling van rijke gaven.
Onze Koningin, aldus spr., ïs een echte
Nederlandsche Koningin, die de dingen aan
vaardt, zooals zij zich ook aandienen. Zij
liet zich niet drijven door den stroom der
omstandigheden naar oen bepaalde richting
maar leidde en leidt steeds tactvol, daarbij
lettende op de groei der dingen. Koningin
Wilhelmina heeft een nobel en ongerept ka
rakter, maar is daarnaast onvervaardbaar
en fier, en dit is te begrijpen, want Zij is een
Oranjetelg.
Voor het Nederlandsche volk, dat een
godsdienstig volk is, is het zeer belang
rijk, dat het een Koningin bezit, die
Haar weg gaat in oen vol geloofsvertrou
wen en die Haar kracht zoekt in God.
Ook in dit opzicht is Koningin Wilhelmina
een ware Oranjetelg, want het is de
traditie van Oranje, dat het geloofsver
trouwen steeds hoog gehouden werd.
Godvruchtig, eenvoudig, natuurlijk,
waardig en in vol plichtsbesef heeft
Koningin Wilhelmina Haar eigen stem
pel gedrukt op Haar Koninklijke waar
digheid.
Voortgaande zette Ds. Punselie het als een
groot en niet genoeg te waardeeren voor
recht uiteen, dat de troon van Oranje nog
vast en onwankelbaar in het midden van
het Nederlandsche volk staat opgericht en
zulks temeer daar rondom ons heen toch
eel uiteen valt.
Spr. eindigde zijn rede met een beroep op
het gebedsleven van een ieder re doen. La
ten wij, aldus spr., toch ged-uriglijk in ons
gebed Koningin Wilhelmina aan de hooge
bescherming van God opdragen, Wiens troon
den hemel gevestigd is en Die in wondere
genade Haar aan ons volk geschonken heeft.
Zij blijve nog lang onze geliefde Lands
vrouwe! O God, geef heil aan onze Ko
ningin!
Aan het einde van dezen indrukwekken-
den dienst werden twee coupletten van het
Wilhelmus gezongen.
Dankdienst in de Geref. Kerk ter
gelegenheid van het jubileum
van H. M. de Koningin
In de goedgevulde Hooigrachtkerk leidde
ds Wiersinga den dienst. Naar aanleiding
Spreuken 815: Gij zijt de heerlijkheid
hunner sterkte (anders vertaald: hun
achtig sieraad zijt Gij) ging ds W. uit
her leven van H. M. de Koningin na,
de Heere ons een Vorstin gegeven heeft,
die zich ldat regeeren, door de Opperste
Wijsheid, en die haar sterkte niet zoekt in
haar inzicht of raadslieden of leger, haar
luister niet in aardsche heerlijkheid, niet
in haar diadeem of koningskleed of prach
tig paleis, maar die zegt en het door haar
daden toont: mijn machtig sieraad, mijn
sterkte en luister zijt Gij, Heere God!
Telkens werd er op gewezen hoe het al
oude Wihelmus, die nationale psalm, ge
loofsbelijdenis van den Zwijger, ook
Koningin Wilhelmina geldt. Spreker wekte
de gemeente op den Heere te danken
bovenal omdat we een Vorstin hebben, die
veertig jaar lang, van jonge vrouw af tot
vandaag toe, er voor uitkwam, dat zij den
Heere vreest, dat zij zich in al haar daden
door Jezus Christus de Wijsheid laat ge
zeggen, dat zij haar hoogste sieraad in
Hem vindt, dat zij daarin haar volk is
voorgegaan in de vreeze Gods.
Na geteekend te hebben hoe bij vele ge
legenheden uitkwam haar zich volkomen
afhankelijk willen weten van den Heere,
haar geloof en geloofsvertrouwen en haar
offerbereidheid, liet ds Wiersinga zien, hoe
i verwarringen, waarin heel de wereld
zich thans bevindt, de troon van zulk
Oranjevorstin een zeer sterke weerstand is
tegen het mee-ondergaan van ons volk i:
die verwarring.
Tenslotte werd gewezen op onze verant
woordelijkheid en roeping bij het dankeü
•oor de gave van deze godvruchtige, trou-
ve, toegewijde Vorstin.
Nadat gezongen was Gezang 29, ging ds
Wiersinga voor in dankgebed. Na den slot
zegen zong de gemeente twee coupletten van
het Wilhelmus: Mijn Schild ende betrouwen,
Oorlof, mijn arme schapen, die zijt in
grooten nood.
Hedenmiddag te 2 uur kwam de gemeen
teraad in vergadering bijeen onder voorzit
terschap van den burgemeester Mr. A. v. d.
Sande Bakhuijzen.
Afwezig met kennisgeving de heeren
Splinter, v. Stralen en Hessing.
De burgemeester hield de volgende toe
spraak.
Rede burgemeester
Dames en Heeren,
Leden van den Gemeenteraad
Aan den vooravond van den nationaleD
herdenkingsdag van het 40-jarig Jubileum
van Hare Majesteit de Koningin wil ik ook
in dezen kring een woord wijden aan deze
bijzondere en heugelijke gebeurtenis.
De samenwerking van Koningin en volks
vertegenwoordiging is geregeld op een
wijze, die alom voldoening geeft en menige
vuurproef goed doorstond. De bijzonder^
positie van de Kroon in het bestuur vaa
het land is heilzaam gebleken en de wijze
waarop die macht is uitgeoefend, wordt
algemeen aanvaard en hoogelijk gewaar
deerd.
De rol die de draagster der Kroon in
dit samenstel van krachten en machten
Vervult, is er eene van groote teerheid en
vooral zeer veel eischend van takt en toe
wijding. En ook op dit punt is er, naar het
zoo duidelijk blijkt, reden te over voor die
pe erkentelijkheid en bewondering, die op
zichzelve de algemeene deelneming in
een oprechte feestelijke viering van het ju
bileum van Hare Majesteit zoo begrijpelijk
maken,
Maar het schoonste van deze volks
uiting is toch ongetwijfeld de klaar aan
den dog tredende dankbare en hartelijke
liefde, die Koningin Wilhelmina in die 40
jaren van geven en toewijden aan Neer-
lands Volk zich in de harten harer onder
danen heeft veroverd voor haar persoon,
haar inderdaad koninklijk gedrag en voor
beeld.
Met mij zal menigeen getroffen zijn door
'de algemeenheid der deelneming in het
feestbetoon en vooral door de hartelijkheid,
die er uit sprak. Ik ben persoonlijk niet
Weinig geroerd, toen ik dezer dagen zoo-
.Veel mogelijk buurten in onze stad be
zocht en daar gezien en gehoord heb hoe
men zich uitgesloofd had om naar buiten
te toonen, dat men die Koningin lief heeft
en eeren wil. De oprechtheid en algemeen
heid is inderdaad treffend on verheugend.
Leiden heeft het Jubileumfeest' volop,
breeduit en waardig ge-'ierd en het past
mij om hjer namens het Gemeentebestuur
een woord van groote waardeering uit te
spreken voor de wijze, waarop dit feest is
ineengezet en uitgevoerd. Zoowel de dames
en heeren, die in comivé's en commissies,
alles hebben voorbereid als de talrijke
ambtenaren en particulieren, alsmede ver-
eenigingen en organisaties, die bij de uit
voering hunne medewerking verleenden,
hebben den dank der gemeentonaren ruim-
schoots verdiend.
Ik spreek, Dames en Heeren, tot u naar
ik hoop met uwe instemming, maar ik weet
dat ik ook spreek uit naam van de geheele
Leidsche bevolking, wanneer ik hier dank
breng aan Hare Majesteit voor alles wat Zij
in 40 jaren voor ons deed, voor de toewij
ding aan haar moeilijke taak, voor de liefde,
die Zij ons Volk brengt en daarbij den
wensch voeg, dat Zij onder Gods leiding
nog lange jaren ons de zegeningen van
Haar bestuur moge doen deelachtig blijven.
Onder de Ingek. Stukken bevindt zich
o.a. een adres van den Leidschen Verhuur-
dersbond inzake de heffing van de straat-
belasting, welk adres in praeadvies wordt
genomen.
Daarna wordt overgegaan tot' behande
ling der agenda:
1. Onderzoek van den geloofsbrief van het
nieuw benoemde raadslid, den heer H. Oost
veen.
Een commissie, bestaande uit de heeren
Tobé, v. d. Reijden en v. d. Laan, rappor
teert tot toelating, zoodat daartoe besloten
wordt.
2. Benoeming van vier leden van de Com
missie van Financiën (aftredend: de H. H.
M H de Reede, H Lombert, P L Hessing en
P van der Tas).
De aftredenden worden herkozen.
3. Benoeming van vier leden van de Com
missie van Fabricage (aftredend: de H. H.
J H Schüller, J H A Manders, Mr C Beeken
kamp en J Wilbrink).
De aftredenden worden herkozen.
4. Benoeming van vier leden van de Com
missie voor het Openbaar Slachthuis (aftre
dend: de H. H. Th M W Bergers, J A van
der Reijden, M Dubbeldam en F Eikerbout).
De aftredenden werden herkozen. In de
plaats van den heer Dubbeldam wordt be
noemd de heer A. J. Jongeleen.
5. Benoeming van twee leden van de Com.
missie voor den Markt- en Havendienst (af
tredend: de H. H. J J Valentgoed on J Wil
brink).
De aftredenden worden herkozen
0. Benoeming van drie leden van de Com
missie voor de Huishoudelijke verordenin
gen en uit dezen van den Voorzitter (aftre
dend: de H. II. Mr D A van Eek, J H A
Manders en Mr C Beekenkamp).
De aftredenden worden herkozen
7. Benoeming van twee leden van de Com
missie voor de Strafverordeningen (aftre
dend: de H. H. Mr. D A van Eek en Mr C
Beekenkamp).
De aftredenden worden herkozen
8. Benoeming van vijf leden van de Com
missie voor het Onderwijs (aftredend: de
H. H. Th B J Wilmer, T Groeneveld, M H de
Reede, T S Goslinga en Dr M Key).
De aftredenden worden herkozen
9. Benoeming van vier leden van de Com
missie voor de Stedelijke Fabrieken van
Gas en Electriciteit (aftredend: de II. H. Mr
D A van Eek, E J Coster, T S Goslinga en
J Wilbrink).
De aftredenden worden herkozen
10. Benoeming van een lid van de Com
missie van Beheer over de gestichten „En
degeest", .„Voorgeest" en „Rhijngeest" (af
tredend: de heer Th B J Wilmer.
De heer Wilmer wordt herkozen
11. Benoeming van vier leden van de Com
missie voor den Geneeskundigen- en Ge
zondheidsdienst (aftredend: de H. H. A v:.n
Rosmalen, H L J Tobé, A J Jongeleen en
T S Goslinga).
De aftredenden worden herkozen.
12. Benoeming van twee leden van de
Commissie voor het Oud-Archief, uit de le
den van den Raad (aftredend: de H. H. M
H de Reede en J H A Manders).
De aftredenden worden herkozen
13. Benoeming van twee leden van de
Commissie voor het Oud-Archief, buiten de
leden van den Raad (aftredend: de H. H,
W J J C Bijleveld en Mr W van Iterson.
De aftredenden worden herkozen
14. Benoeming van drie leden van do
Commissie voor het Stedelijk Museum „de
Lakenhal" (aftredend: de H. H. Prof Dr L
Knappert, J H A Manders en Prof Dr W
Martin).
De aftredenden worden herkozen
In de plaats van Prof. Knappert wordt
de heer A. Krantz benoemd.
Naar aanleiding van het aftreden van
Prof. Knappert spreekt de voorzitter onder
applaus van de vergadering eenige harte
lijke woorden vaiwiank aan diens adres v
de vele diensten, door Prof. Knappert be
wezen.
15. Benoeming van een lid van het
stuur der Stedelijke Werkinrichting, buiten
de leden van den Raad (aftredend: de heer
B Bouchier).
De heer Bouchier wordt herkozen.
16. Benoeming van een Commissaris
Gemeentelijke Hulpbank (Gem. Bank
Leening en Geldschietbank) (aftredend: de
heer Mr F J J Trapman).
De heer Trapman wordt herkozen.
17. Benoeming van vijf leden van de Ver-
keerscommissie (aftredend: de H. H. T
Groeneveld, J Wilbrink, J H A Manders,
Mr G H E Nord Thomson en D Parmentier.
De aftredenden worden herkozen.
De voorstellen 18 t./m. 25 worden goed
gekeurd.
Aan de orde is thans hét aan de regee
ring gezonden adres van de onderwijzers-
organisaties inzake verlaging der leerlingen-
schaal. De organisaties verzoeken adhaesie
van den raad.
De heer Groeneveld (s.d.a.p.) steunt
dit verzoek om adhaesie.
Wethouder Tepe (r.k.) herinnert aan
het standpunt van B. en W. in 1935, toen
eenzelfde verzoek werd afgewezen. B. en
W. hebben thans geen reden om een an
der standpunt in te nemen. Iedereen is het
er mee eens, dat verlaging van de leer-
lingenschaal wenschelijk is.
Het heeft geen zin om te adresseeren. De
regeering baseert zich uitsluitend op de fi-
nancieele onmogelijkheid. Het zou niet ge
past zijn, desondanks op verlaging aan te
dringen.
De heer Groeneveld (s.d.a.p.) erkent
de financieele bezwaren, doch meent, dat
het toch gewenscht is, nog eens op die ver
laging aan te dringen.
De heer v. E c k (s.d.a.p.) zegt, dat men
niet absoluut' kan uitmaken, of er voor een
bepaalden maatregel al of niet gelden be
schikbaar zijn. Vroeger was er voor defensie
ook geen geld, nu wel. Indien er nu van alle
kanten aandrang op de regeering wordt uit
geoefend, is er reden om te verwachten, dat
de regeering haar standpunt nader zal over
wegen.
De heer Lombert (r.k.) verklaart, dat
de r.k. raadsfractie zich zal aansluiten bij
het advies van B. en W., ofschoon zij over
tuigd is van de wenschelijkheid eencr ver
ging der leerlingenschaal.
De Voorz. wijst den heer v. Eek er nog
op, dat het staatsrechtelijk niet verant
woord is, als een lager orgaan wil aandrin
gen op doorvoering van een maatregel,
waarvan een hooger orgaan, dat beter de
diverse belangen tegen elkaar kan afwegen,
meent, dat er geen gelden voor beschik
baar zijn.
De heer v. Eek (s.d.a.p.) ig het daarmede
niet eens. Een lager orgaan mag niet uit
maken wat moet gebeuren, doch mag wel
een wenschelijkheid uitspreken.
Het voorstel van B. en W., om geen ad-
heasie te betuigen wordt aangenomen mot
14 tegen 11 stemmen.
Tegen: de s.d.a.p. en de heeren Manders
i v. Weizen.
Rondvraag
De heer Goslinga (a.r.) vraagt nadere
inlichtingen omtrent de sluiting dei* scho
len.
De Voorz. deelt mede, dat in overleg
met den geneeskundigen dienst door den
burgemeester een sluiting der lagere scholen
is gelast tot 12 September, als voorzorgs
maatregel in verband mot het heerschen
van de kinderverlamming. Weliswaar is fn
de stad zelf nog geen geval van deze ge
vreesde ziekte geconstateerd, doch het voor
komen van een geval in de onmiddellijke
nabijheid (Zoetenvoude) is aanleiding ge
weest tot het nemen van dezen maatregel.
Voor eenige ongerustheid is dernalve geen
enkele reden. Het sluiten der scholen is
slechte een uiting van verregaande voor
zichtigheid, welke eigenlijk nauwelijks ver
antwoord is.
Do heer Coster (r.k.) vestigt de aan
dacht op de wenschelijkheid van een ver-
keersbrigade.
De heer Manders (r.k) meent, dat het
wenschelijk zou zijn, indien de trams ver
dwenen uit de straten van Leiden cn er
bussen voor in de plaats kwamen.
Voorts vraagt: hij B. en W. te willen be
vorderen, dat nu pr nog geen uitzicht be
staat, dat het tunnelplan in de naaste toe
komst zal worden verwezenlijkt het tun
neltje aan don Maredijk geschikt wordi' go-
maakt voor het verkeer.
De voorz. antwoordt, dat het wegnemen
van de trams op groote moeilijkheden zou
stuiten. Het andere punt zal spr. in de ver
gadering van B. en W. bespreken.
De heer v. Eek (s.d.a.p.) bepleit meer
banken in de Leidsche HouV, alsmede het
beschikbaar stellen van stoelen tijdens de
DE JEUGDHULDE AAN
KONINGIN WILHELMINA
De burgemeester reikt de vlag
aan de Leidsche deputatie uit
Het was hedenmorgen een groote
drukte iir de stad. Leidsche jeugdver-
eenigingon marcheerden met muziek
en ontplooide banieren naar het Kaas-
marktterrein waar de Leidsche deputa
tie, die hedenmiddag aan de Nationa
le Jeugdhulde, welke H. M. de Konin
gin op den Jpam zou wordlen gebracht,
zou deelnemen, uit banden van den
burgemeester de plaatselijke vlag ont
ving.
Voor deze vLaguitreiking bestond ook
van de zijde van het publiek groote be
langstelling.
Met den burgemeester waren Ojm. aan
wezig de gemeentesecretaris Mr. Dr. C. E.
van Strijen, wethouder Tepe, de Commissa
ris van Politie.
Alvorens de vlag werd uitgereikt werd
onder leiding van den heer M. Bolderdijk
en begeleid dioor het Leddech Politie Mu
ziekgezelschap het „Wilt heden nu treden'
gezongen.
Inmiddels had zich de Leidsche deputa
tie, bestaande uit de dames E. Raphael;
B. van Noort; C. Guldemond en G. J. Hoo-
gendoorn en de heeren R. van Maanen, J.
Schout; B. Schalks; M. L. Mussert Jr; J.
v. <1 Steen, Rooyakkers en Korenhof, voor
het spreekgestoelte opgesteld
De burgemeester spreekt
De burgemeester, die vervolgens tot dë
vlaguitreiking overging, zeid:e hier geko
men te zijn om aan een afvaardiging van
de Leidsche jeugd, de vlag van de Slèutel-
stad toe te vertrouwen, om daarmede te
gaan naar de hoofdstad des Rijks en die
vlag in vereeniging met. die van alle ande
re Gemeenten van Nederland, eerbiedig te
buigen voor de Koningin, als een uitdruk
king van do vereering, die Gij deze edele
hoogs Vrouwe toedraagt. Zij die het groote
voorreoht genieten deel uit te maken van
die deputatie zullen, wanneer zij daar te
samen met duizenden jongens en meisjes
uit alle streken van ons land op het plein
voor het Koninklijk paleis te Amsterdam
staan, zeer ontroerd zijn, wanneer de deu
ren van het balcon zich openen en zich
H.M. voor hen vertoont. Zij zullen daar voor
zich zien die vriendelijke verschijning, die
nobel i Oranjeprinses, afstammelinge van
zoovele groote figuren, die dat Huis ons
volk schonk, de draagster van het bloed
van den grootsten aller, den Vader des
Vaderlands, van Prins Willen?, en zij zul
len daarbij met dankbaarheid gedenken al
wat door onze geschiedenis heen, Oranje
voor Nederland deed, wat dat Huis
ons beteekend heeft en nog zegt.
Naast die hulde, die zij aan de Oranje-
vorstin brengen, zullen zij daarheen uit
dragen de aanhankelijkheid van U, jonge
ren, aan de persoon van de draagster der
Kroon. Men kan en moet Hare Majesteit
zien als het grondwettelijk hoofd van den
Staat, maar daarneven kunnen en willen
wij ons niet losrukken, van het aantrekke
lijk beeld, dat het karakter, dat de gee6t,
dat de mcnschelijke eigenschappen
Koningin Wilhelmina ons voor oogen
hebben gebracht in een 40-j. tijdvak, over
vol van belangrijke gebeurtenissen iin ons
volksbestaan. Haar daden, Haar woorden
hebben ona telkens weer naa9t de Vorstin,
regeert, doen gevoelen het edelf
karakter van de Vrouw. Door Hare Regee-
ring won Zij onze dankbaarheid en onze
waardeering, door Haar karakter en Haar
daden deed Zij in ons harte een teerder
snaar trillen, die liefde heet. Een liefd9,
die niet beredeneerd werd. maar opwelde
omdat menschen als wij zijn, het ge vos]
ons nog beheenschen kan en mag en dit
gevoel gewekt werd door zoo veelvuldig
bewijs van onbaatzuchtige overgave van
al Haar Kunnen en willen om voor het
volk een Moeder te zijn.
De burgemeester beeindigde zijn toe
spraak met er op te wijzen, dat het mede
aan de jongeren gegeven is om den troon
van Koningin Wilhelmina en straks dien
van Prinses Juliana te schragen. Aan U,
jongeren, do zorg om de door God gege
ven eenheid, Oranje, Nederland, getrouwe
lijk te bewaren.
Met een: Gaat dan! gij dragers van
de Leir\che vlag, buig die voor onze
Koningin als een bewijs, dat Leidens
Jongeren bereid zijn, dat ook zij den
bond van Oranje en Nederland aan
gaan voor nu en voor altijd, zond dë
burgemeester de Leidsche deputatie
heen waarbij hij de Leidsche vlag in
de handen 6telde van don heer R. van
Maanen.
Plechtig klonk het Wilhelmus over het
K a asmarktt errein.
Hierna nam die deputatie plaats in drie
auto's en vertrok men, voorafgegaan door
het Politie-muziekkorps, voor een korte
route door de stad. Op de Beestenmarkt
werd de stoet ontbonden en vertrokken de
drie auto's in de richting Amsterdam.
Van het Stadhuis
Uitbreidingsplan
De Burgemeester van Lelden brengt ter
algemeene kennis, dat een plan tot herzie
ning van het plan van uitbreiding voor de
gemeente Leiden, tea aanzien van gronden,
gelegen ten Noordwesten van den Kanaal-
weg, den Trekvliet, de trambaan Leiden
Voorschoten en den spoorweg LeidenWoer
den, met ingang van 7 September a.s,
cn met 20 September d.a.v. voor een ieder
ter inzage zal liggen ter gemeente-secretarie
(aftl. Algemeene Zaken).
A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN,
Burgemeester.
Leiden, 6 September 1938.
GEF.N SPREEKUUR
Wethouder Verwey is verhinderd Woens
dag spreekuur te houden.
concerten.
De voorz. zal het bestuur van de Leid
sche Hout met dezen wensch in kennis
stellen.
De heer v. d. R e ij d e n (c.h.) vraagt of de
schoolkindervoeding nog doorgaat.
De Voorz. antwoordt, dat de voedselver-
strekking op de scholen eveneens is stop
gezet
Daarna sluiting.
„In alles een met mijn volk"
Met opgeheven hoofde de
toekomst tegemoet.
In aansluiting op ons verslag over de plechtigheid in de Nieuwe Kerk
vermelden we nog het volgende:
Terwijl de aanwezigen zich van hun zetel verhieven sprak de Koningin
na de rede van Dr Colijn de volgende woorden, die helder en duidelijk
door het kerkgebouw weerklonken:
Leden van de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal,
Ik wensch U mijne erkentelijkheid te betuigen voor de gevoelvolle woor
den, die gij in uwe adressen, als vertegenwoordigers van het Nederland
sche volk, in deze plechtige ure tot mij gericht hebt.
Deze historische plaats van samenkomst, alwaar mijne vaderen en ik den
eed aflegden op de grondwet, en door de Staten-Generaal werden inge
huldigd verhoogt nog hiervan de beteekenis.
Met voldoening en waardeering zie ik terug op de thans achter ons
liggende veertig jaren als een tijdperk van ononderbroken goede en
vruchtbare samenwerking tusschen volksvertegenwoordiging en Kroon,
die een niet te overschatten beteekenis heeft gehad voor ons volksbestaan
en allen die 's rijks gebieden bewonen.
In alles één met mijn volk. 'm denken en voelen, in liefde voor zijne vrij
heid en rechten en voor zijne onafhankelijkheid, behoud ik van de afge-
loopen veertig jaren een blijde herinnering.
In zorgvolle en benarde omstandigheden, in beproeving, maar ook in
dagen van vreugde zijn wij nog nauwer saamgegroeid en heb ik mij ge
dragen geweten door de liefde en het vertrouwen van mijn volk.
Dank zij zijn vlijt, taaiheid en uithoudingsvermogen en zijn vasten wil
zijn bestaan en onafhankelijkheid ten allen tijde met Gods hulp te hand
haven. kunnen wij den druk der tijden ten spijt op vooruitgang en ont
wikkeling bogen, hetgeen ons aanzien bij de andere volken ten goede is
gekomen en hun vertrouwen in ons nog heeft versterkt.
U, Mijnheer de Voorzitter van den Ministerraad en Minister van Staat
breng ik mijn dank voor Uwe rede en voor de beteekenisvolle woorden
tot mijn volk en mij gericht. Zij zullen, van U komende, ongetwijfeld een
diepen indruk achter laten.
Dien dank betuig ik ook voor Uw uit het hart kermend adres, Mijne Hee
ren Commissarissen, waarin ik moge zien de vertegenwoordigers der
elf provinciën, die samen dit ondeelbaar land vormen moge Uw arbeid
en streven steeds tot heil van de U toevertrouwde gewesten blijven
strekken.
De zon schijnt niet zonder schaduwen te werpen die ook over ons
heen gaan.
Als wij arbeiden is het onze plicht de werkelijkheid niet te verbloemen,
maar haar te zien. zooals zij is. en wat zij mee brengt onvervaard en
kloek aan te durven en met een groot en sterk vertrouwen en opgeheven
hoofde de komende tijden tegemoet te gaan.
De heer Mulder 40 jaar
drukker
Bekende Leidsche figuur
Het is vandaag 40 jaar geleden dat de
heer J. P. Mulder dë zaken van zijn vader
den heer P. J. Mulder overnam en in Leiden
het toen reeds bekende steendrukkersbedrijf
voortzette. De zaak heeft zich in den loop
der jaren sterk ontwikkeld en ook gewijzigd.
De boekdruk is op den voorgrond gekomen
en de offsetdruk heeft een plaats gekregen
in het bedrijf.
Wij wenschen den heer Mulder gaarne
ook van deze plaats, dat hij nog vele jaren
met genoegen de gang van zaken in zijn be
drijf moge gadeslaan.
Leyds Goedt
Heden wordt de 20.000ste bezoeker ver
wacht. De tentoonstelling ivordt niet ver
lengd en dus is het vanavond om 11 uur;
sluiting,
JUBILEUM ETALAGEWEDSTRIJD
NEDERLANDSCH. FABRIKAAT
De uitslag van deze wedstrijd, die onder
leiding van de Leidsche Middenstands-Cen
trale werd georganiseerd, is, dat werd toege
kend aan de firma Wed. P. de Wilde en
Zoon de eerste prijs met 104 punten, aan de
firma Gebr. Gerzon de 2e prijs met 101 pun-
"*n en aan de Fa. P. J. v. d. Zanden en Zn.
5 3e pr. met 99 punten.
Aan deze wedstrijd werd deelgenomen
door 63 firma's met 117 étalages. Het was
dus voor de jury een zeer omvangrijke en
moeilijke taak al deze uitstallingen te be-
oordeelen en te keuren. Zij hoeft zich echter
op voortreffelijke en deskundige wijze van
deze taak gekweten, waarvoor haar zeker
een woord van dank toekomt.
D>e jury bestond uit do heeren: ir. P. C.
Lindenbcrg te Leiden, namens do Vereeni
ging „Nederlandsch Fabrikaat", M. v. d.
Hoek te Al'fen namens de Kamer van Koop
handel en Fabrieken voor Leiden en mevr.
A. van Gilse van Geldermalsen te Noordwijk
namens de Ned. Vereeniging van Huis
vrouwen.
RADIO-DISTRIBUTIE
fDINSDAG 6 SEPTEMBER
Programma 3: 8-Keulen, 10.20 Parijs Radio,
12.06 Radio PTT Nord, 12 20 Pnrüs Radio, 13.20
Brussel VI., 14.20 Brussel Fr 1720 Brussel VI.,
19 10 Keulen. 29.05 Deutschl.s. of dlv., 20.2U
Brussel VI.. 22,30 Boedapest of dlv, 23,05 Keulen.
Programma 4: 8Brussel VI., 9.20 diversen,
10,35 Londen Reg., 14.20 Droltwlch
WOENSDAG 7 SEPTEMBER
Programma 3: 8Keulen, 10.2o diversen
10.35 Parijs Radio, 12.05 Radio PTT Nord, 12.20
Brussel VI., 14.20 Keulen, 15.2-9 Londen Reg.,
16 20 Keulen, 17.20 Parijs Radio, 18.20 Londen
Reg., 19,20 Brussel VI., 19,50 diversen, 20.20.
Brussel Fr., 21.35 Londen Reg., 31.55 Brussel VI.
of dlv., 22.35 Keulen.
Programma 4: 8Brussel VI., 9.20 diversen,
10.35 Londen Reg., 11.50 Droltwlch
Agenda
De avond-, nacht- en Zondagdienst der
apotheken wordt van: Zaterdag 3 Septem
ber ('s-avonds 8 uur) tot en met Vrijdag 9
September a. s. waargenomen door de Apo
theken: J. E. M. ten Dijk, Haven 18. Telef,
85; A. J. Donk, Doezastraat 31, telef. 13.
echter met dien verstande dat voor vandaag
tot vanavond 8 uur alléén waarneemt: Apo
theek Duyster, Kr. Rijn 18, tel. 523 en Dinsr
dag 6 September (nat. feestdag) alléén:
Apotheek Boekwijt, Breestraat 74, tel, 552.
Voor Oegstgeest: Mej. J. Doedens,
Wilhelminapark 8, tel. 274.
Kinderverlamming
Het eerste geval
Bij een 6-jarig jongetje, wonend aan de
Toussaintkade, is heden kinderverlamming
geconstateerd. Het kind is naar het Acad.-
Ziekenhuis overgebracht.
Dit is dus het eerste geval wat zich iri
Leiden heeft geopenbaard en waarvan niet-
gezegd kan worden, dat de besmetting el-,
ders is opgeloopen.
De toestand van het kind is niet veront
rustend. Ook die van de andere gevallen is
goed te noemen, van eigenlijke verlamming
is daar geen sprake.
Op de uitreis
PELIKAAN. Maandag te Jodhpur.
IBIS. Maandag te Singapore.
NANBOE. Dinsdag 7.39 uur voorm. vatt
Amsterdam naar Batavia.
Op de thuisreis: