Het regeeringsjubileum van Koningin Wilhelmina Gemeenteraad van Leiden H.M. de Koningin dankt in de Nieuwe Kerk DINSDAG 6 SEPTEMBER 1938 TWEEDE BLAD PAG. 6 IN DE KERKEN HERDACHT Indrukwekkende dienst in de Pieterskerk Daartoe uitgenoodigd door do Neder- landsche regeering vonden gisteravond in het geheele land kerkelijke herden kingsdiensten plaats. Ook hier ter stede ie het regeeringsjubileum van Koningin Wilhelmina in onderscheidene kerkge bouwen op plechtige wijze herdacht. In de Pieterskerk 6tond deze plechtigheid, die een indrukwekkend karakter droeg, on der leiding van Ds. M. J. Punselie. Onder de zeer vele aanwezigen, die dit be dehuis vulden, merkten wij om. op den burgemeester, tnr. A. v. d. Sande Bakhuy- zen, mr, P. E. Briët, curator der universiteit, mr. P. J. Idenburg, secretaris van het cura torium der Universiteit, den legerpredikant Ds. Nauta, het Collegium van het L.S.C., de -Ned. Herv. predikanten J. C. van Apeldoorn, Joh. W. Groot Enzerink, D. Kuilman, M. Ot- tevanger en J. de Wit, die allen in ambtsge waad waren verschenen en verder deputa ties van de Drie Octobcr-vereeniging, do Chr. Oranjevereeniging, de Contact-Commis sie en de Ver. Koninginnedag. Voorts waren er enkele gemeenteraadsleden. Een eenvoudige planten- en bloemenver siering, waartusschen het portret van H. M. de Koningin, was rond den kansel aange bracht. De organist, de heer Mens, speelde voor en na den dienst een fantasie van volksliederen. Als overdenkingswoord voor deze plech tige ure koos Ds. Punselie Ps. S9 19 II: „Onze koning ie van den Heilige Israëls", vooraf werd echter eerst nog gemeenschap pelijk gezongen: „Den hoogen God alleen zij .eer, Elk kniel' voor Hem aanbiddend neêr". Ds. Punselie zette in het begin van zijn herdenkingsrede allereerst uiteen, dat wij op 6 September een zeer merkwaardigen dag beleven, een dag waarop voor veertig jaar Koningin Wilhelmina Haar regeertaak aanvaardde en gekroond werd. De Oranje-liefde van ons volk, aldus spr., is geen tooneeldear, dat bij sommi ge gelegenheden voor den dag wordt gehaald. Integendeel, de Oranje-liefde zit ons diep in het hart en is onweer staanbaar. Oranje toovert de nuchtere Hollanders om tot geestdriftelingen. God schonk ons in de Oranjes dan ook wel een kostbaar en schoon geschenk. Vol ontroering zegt ons volk dan ook: „Onze Koningin is van den Heilige Israëls". In het voorbijgaan eenige oogenblikken bij het geslacht der Oranjes stilstaande en daarbij teruggaande tot den Vader des Va derlands, wees Ds. Punselie er op, dat Ko ningin Wilhelmina de schoonste tradities .van Haar geslacht voortzet. Met groote zoijg voor Haar taak door Haar onvergetelijke moeder, Koningin Emma, voorbereidf, is het leven van Koningin Wil helmina geworden tot een wonderlijke uit straling van rijke gaven. Onze Koningin, aldus spr., ïs een echte Nederlandsche Koningin, die de dingen aan vaardt, zooals zij zich ook aandienen. Zij liet zich niet drijven door den stroom der omstandigheden naar oen bepaalde richting maar leidde en leidt steeds tactvol, daarbij lettende op de groei der dingen. Koningin Wilhelmina heeft een nobel en ongerept ka rakter, maar is daarnaast onvervaardbaar en fier, en dit is te begrijpen, want Zij is een Oranjetelg. Voor het Nederlandsche volk, dat een godsdienstig volk is, is het zeer belang rijk, dat het een Koningin bezit, die Haar weg gaat in oen vol geloofsvertrou wen en die Haar kracht zoekt in God. Ook in dit opzicht is Koningin Wilhelmina een ware Oranjetelg, want het is de traditie van Oranje, dat het geloofsver trouwen steeds hoog gehouden werd. Godvruchtig, eenvoudig, natuurlijk, waardig en in vol plichtsbesef heeft Koningin Wilhelmina Haar eigen stem pel gedrukt op Haar Koninklijke waar digheid. Voortgaande zette Ds. Punselie het als een groot en niet genoeg te waardeeren voor recht uiteen, dat de troon van Oranje nog vast en onwankelbaar in het midden van het Nederlandsche volk staat opgericht en zulks temeer daar rondom ons heen toch eel uiteen valt. Spr. eindigde zijn rede met een beroep op het gebedsleven van een ieder re doen. La ten wij, aldus spr., toch ged-uriglijk in ons gebed Koningin Wilhelmina aan de hooge bescherming van God opdragen, Wiens troon den hemel gevestigd is en Die in wondere genade Haar aan ons volk geschonken heeft. Zij blijve nog lang onze geliefde Lands vrouwe! O God, geef heil aan onze Ko ningin! Aan het einde van dezen indrukwekken- den dienst werden twee coupletten van het Wilhelmus gezongen. Dankdienst in de Geref. Kerk ter gelegenheid van het jubileum van H. M. de Koningin In de goedgevulde Hooigrachtkerk leidde ds Wiersinga den dienst. Naar aanleiding Spreuken 815: Gij zijt de heerlijkheid hunner sterkte (anders vertaald: hun achtig sieraad zijt Gij) ging ds W. uit her leven van H. M. de Koningin na, de Heere ons een Vorstin gegeven heeft, die zich ldat regeeren, door de Opperste Wijsheid, en die haar sterkte niet zoekt in haar inzicht of raadslieden of leger, haar luister niet in aardsche heerlijkheid, niet in haar diadeem of koningskleed of prach tig paleis, maar die zegt en het door haar daden toont: mijn machtig sieraad, mijn sterkte en luister zijt Gij, Heere God! Telkens werd er op gewezen hoe het al oude Wihelmus, die nationale psalm, ge loofsbelijdenis van den Zwijger, ook Koningin Wilhelmina geldt. Spreker wekte de gemeente op den Heere te danken bovenal omdat we een Vorstin hebben, die veertig jaar lang, van jonge vrouw af tot vandaag toe, er voor uitkwam, dat zij den Heere vreest, dat zij zich in al haar daden door Jezus Christus de Wijsheid laat ge zeggen, dat zij haar hoogste sieraad in Hem vindt, dat zij daarin haar volk is voorgegaan in de vreeze Gods. Na geteekend te hebben hoe bij vele ge legenheden uitkwam haar zich volkomen afhankelijk willen weten van den Heere, haar geloof en geloofsvertrouwen en haar offerbereidheid, liet ds Wiersinga zien, hoe i verwarringen, waarin heel de wereld zich thans bevindt, de troon van zulk Oranjevorstin een zeer sterke weerstand is tegen het mee-ondergaan van ons volk i: die verwarring. Tenslotte werd gewezen op onze verant woordelijkheid en roeping bij het dankeü •oor de gave van deze godvruchtige, trou- ve, toegewijde Vorstin. Nadat gezongen was Gezang 29, ging ds Wiersinga voor in dankgebed. Na den slot zegen zong de gemeente twee coupletten van het Wilhelmus: Mijn Schild ende betrouwen, Oorlof, mijn arme schapen, die zijt in grooten nood. Hedenmiddag te 2 uur kwam de gemeen teraad in vergadering bijeen onder voorzit terschap van den burgemeester Mr. A. v. d. Sande Bakhuijzen. Afwezig met kennisgeving de heeren Splinter, v. Stralen en Hessing. De burgemeester hield de volgende toe spraak. Rede burgemeester Dames en Heeren, Leden van den Gemeenteraad Aan den vooravond van den nationaleD herdenkingsdag van het 40-jarig Jubileum van Hare Majesteit de Koningin wil ik ook in dezen kring een woord wijden aan deze bijzondere en heugelijke gebeurtenis. De samenwerking van Koningin en volks vertegenwoordiging is geregeld op een wijze, die alom voldoening geeft en menige vuurproef goed doorstond. De bijzonder^ positie van de Kroon in het bestuur vaa het land is heilzaam gebleken en de wijze waarop die macht is uitgeoefend, wordt algemeen aanvaard en hoogelijk gewaar deerd. De rol die de draagster der Kroon in dit samenstel van krachten en machten Vervult, is er eene van groote teerheid en vooral zeer veel eischend van takt en toe wijding. En ook op dit punt is er, naar het zoo duidelijk blijkt, reden te over voor die pe erkentelijkheid en bewondering, die op zichzelve de algemeene deelneming in een oprechte feestelijke viering van het ju bileum van Hare Majesteit zoo begrijpelijk maken, Maar het schoonste van deze volks uiting is toch ongetwijfeld de klaar aan den dog tredende dankbare en hartelijke liefde, die Koningin Wilhelmina in die 40 jaren van geven en toewijden aan Neer- lands Volk zich in de harten harer onder danen heeft veroverd voor haar persoon, haar inderdaad koninklijk gedrag en voor beeld. Met mij zal menigeen getroffen zijn door 'de algemeenheid der deelneming in het feestbetoon en vooral door de hartelijkheid, die er uit sprak. Ik ben persoonlijk niet Weinig geroerd, toen ik dezer dagen zoo- .Veel mogelijk buurten in onze stad be zocht en daar gezien en gehoord heb hoe men zich uitgesloofd had om naar buiten te toonen, dat men die Koningin lief heeft en eeren wil. De oprechtheid en algemeen heid is inderdaad treffend on verheugend. Leiden heeft het Jubileumfeest' volop, breeduit en waardig ge-'ierd en het past mij om hjer namens het Gemeentebestuur een woord van groote waardeering uit te spreken voor de wijze, waarop dit feest is ineengezet en uitgevoerd. Zoowel de dames en heeren, die in comivé's en commissies, alles hebben voorbereid als de talrijke ambtenaren en particulieren, alsmede ver- eenigingen en organisaties, die bij de uit voering hunne medewerking verleenden, hebben den dank der gemeentonaren ruim- schoots verdiend. Ik spreek, Dames en Heeren, tot u naar ik hoop met uwe instemming, maar ik weet dat ik ook spreek uit naam van de geheele Leidsche bevolking, wanneer ik hier dank breng aan Hare Majesteit voor alles wat Zij in 40 jaren voor ons deed, voor de toewij ding aan haar moeilijke taak, voor de liefde, die Zij ons Volk brengt en daarbij den wensch voeg, dat Zij onder Gods leiding nog lange jaren ons de zegeningen van Haar bestuur moge doen deelachtig blijven. Onder de Ingek. Stukken bevindt zich o.a. een adres van den Leidschen Verhuur- dersbond inzake de heffing van de straat- belasting, welk adres in praeadvies wordt genomen. Daarna wordt overgegaan tot' behande ling der agenda: 1. Onderzoek van den geloofsbrief van het nieuw benoemde raadslid, den heer H. Oost veen. Een commissie, bestaande uit de heeren Tobé, v. d. Reijden en v. d. Laan, rappor teert tot toelating, zoodat daartoe besloten wordt. 2. Benoeming van vier leden van de Com missie van Financiën (aftredend: de H. H. M H de Reede, H Lombert, P L Hessing en P van der Tas). De aftredenden worden herkozen. 3. Benoeming van vier leden van de Com missie van Fabricage (aftredend: de H. H. J H Schüller, J H A Manders, Mr C Beeken kamp en J Wilbrink). De aftredenden worden herkozen. 4. Benoeming van vier leden van de Com missie voor het Openbaar Slachthuis (aftre dend: de H. H. Th M W Bergers, J A van der Reijden, M Dubbeldam en F Eikerbout). De aftredenden werden herkozen. In de plaats van den heer Dubbeldam wordt be noemd de heer A. J. Jongeleen. 5. Benoeming van twee leden van de Com. missie voor den Markt- en Havendienst (af tredend: de H. H. J J Valentgoed on J Wil brink). De aftredenden worden herkozen 0. Benoeming van drie leden van de Com missie voor de Huishoudelijke verordenin gen en uit dezen van den Voorzitter (aftre dend: de H. II. Mr D A van Eek, J H A Manders en Mr C Beekenkamp). De aftredenden worden herkozen 7. Benoeming van twee leden van de Com missie voor de Strafverordeningen (aftre dend: de H. H. Mr. D A van Eek en Mr C Beekenkamp). De aftredenden worden herkozen 8. Benoeming van vijf leden van de Com missie voor het Onderwijs (aftredend: de H. H. Th B J Wilmer, T Groeneveld, M H de Reede, T S Goslinga en Dr M Key). De aftredenden worden herkozen 9. Benoeming van vier leden van de Com missie voor de Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit (aftredend: de II. H. Mr D A van Eek, E J Coster, T S Goslinga en J Wilbrink). De aftredenden worden herkozen 10. Benoeming van een lid van de Com missie van Beheer over de gestichten „En degeest", .„Voorgeest" en „Rhijngeest" (af tredend: de heer Th B J Wilmer. De heer Wilmer wordt herkozen 11. Benoeming van vier leden van de Com missie voor den Geneeskundigen- en Ge zondheidsdienst (aftredend: de H. H. A v:.n Rosmalen, H L J Tobé, A J Jongeleen en T S Goslinga). De aftredenden worden herkozen. 12. Benoeming van twee leden van de Commissie voor het Oud-Archief, uit de le den van den Raad (aftredend: de H. H. M H de Reede en J H A Manders). De aftredenden worden herkozen 13. Benoeming van twee leden van de Commissie voor het Oud-Archief, buiten de leden van den Raad (aftredend: de H. H, W J J C Bijleveld en Mr W van Iterson. De aftredenden worden herkozen 14. Benoeming van drie leden van do Commissie voor het Stedelijk Museum „de Lakenhal" (aftredend: de H. H. Prof Dr L Knappert, J H A Manders en Prof Dr W Martin). De aftredenden worden herkozen In de plaats van Prof. Knappert wordt de heer A. Krantz benoemd. Naar aanleiding van het aftreden van Prof. Knappert spreekt de voorzitter onder applaus van de vergadering eenige harte lijke woorden vaiwiank aan diens adres v de vele diensten, door Prof. Knappert be wezen. 15. Benoeming van een lid van het stuur der Stedelijke Werkinrichting, buiten de leden van den Raad (aftredend: de heer B Bouchier). De heer Bouchier wordt herkozen. 16. Benoeming van een Commissaris Gemeentelijke Hulpbank (Gem. Bank Leening en Geldschietbank) (aftredend: de heer Mr F J J Trapman). De heer Trapman wordt herkozen. 17. Benoeming van vijf leden van de Ver- keerscommissie (aftredend: de H. H. T Groeneveld, J Wilbrink, J H A Manders, Mr G H E Nord Thomson en D Parmentier. De aftredenden worden herkozen. De voorstellen 18 t./m. 25 worden goed gekeurd. Aan de orde is thans hét aan de regee ring gezonden adres van de onderwijzers- organisaties inzake verlaging der leerlingen- schaal. De organisaties verzoeken adhaesie van den raad. De heer Groeneveld (s.d.a.p.) steunt dit verzoek om adhaesie. Wethouder Tepe (r.k.) herinnert aan het standpunt van B. en W. in 1935, toen eenzelfde verzoek werd afgewezen. B. en W. hebben thans geen reden om een an der standpunt in te nemen. Iedereen is het er mee eens, dat verlaging van de leer- lingenschaal wenschelijk is. Het heeft geen zin om te adresseeren. De regeering baseert zich uitsluitend op de fi- nancieele onmogelijkheid. Het zou niet ge past zijn, desondanks op verlaging aan te dringen. De heer Groeneveld (s.d.a.p.) erkent de financieele bezwaren, doch meent, dat het toch gewenscht is, nog eens op die ver laging aan te dringen. De heer v. E c k (s.d.a.p.) zegt, dat men niet absoluut' kan uitmaken, of er voor een bepaalden maatregel al of niet gelden be schikbaar zijn. Vroeger was er voor defensie ook geen geld, nu wel. Indien er nu van alle kanten aandrang op de regeering wordt uit geoefend, is er reden om te verwachten, dat de regeering haar standpunt nader zal over wegen. De heer Lombert (r.k.) verklaart, dat de r.k. raadsfractie zich zal aansluiten bij het advies van B. en W., ofschoon zij over tuigd is van de wenschelijkheid eencr ver ging der leerlingenschaal. De Voorz. wijst den heer v. Eek er nog op, dat het staatsrechtelijk niet verant woord is, als een lager orgaan wil aandrin gen op doorvoering van een maatregel, waarvan een hooger orgaan, dat beter de diverse belangen tegen elkaar kan afwegen, meent, dat er geen gelden voor beschik baar zijn. De heer v. Eek (s.d.a.p.) ig het daarmede niet eens. Een lager orgaan mag niet uit maken wat moet gebeuren, doch mag wel een wenschelijkheid uitspreken. Het voorstel van B. en W., om geen ad- heasie te betuigen wordt aangenomen mot 14 tegen 11 stemmen. Tegen: de s.d.a.p. en de heeren Manders i v. Weizen. Rondvraag De heer Goslinga (a.r.) vraagt nadere inlichtingen omtrent de sluiting dei* scho len. De Voorz. deelt mede, dat in overleg met den geneeskundigen dienst door den burgemeester een sluiting der lagere scholen is gelast tot 12 September, als voorzorgs maatregel in verband mot het heerschen van de kinderverlamming. Weliswaar is fn de stad zelf nog geen geval van deze ge vreesde ziekte geconstateerd, doch het voor komen van een geval in de onmiddellijke nabijheid (Zoetenvoude) is aanleiding ge weest tot het nemen van dezen maatregel. Voor eenige ongerustheid is dernalve geen enkele reden. Het sluiten der scholen is slechte een uiting van verregaande voor zichtigheid, welke eigenlijk nauwelijks ver antwoord is. Do heer Coster (r.k.) vestigt de aan dacht op de wenschelijkheid van een ver- keersbrigade. De heer Manders (r.k) meent, dat het wenschelijk zou zijn, indien de trams ver dwenen uit de straten van Leiden cn er bussen voor in de plaats kwamen. Voorts vraagt: hij B. en W. te willen be vorderen, dat nu pr nog geen uitzicht be staat, dat het tunnelplan in de naaste toe komst zal worden verwezenlijkt het tun neltje aan don Maredijk geschikt wordi' go- maakt voor het verkeer. De voorz. antwoordt, dat het wegnemen van de trams op groote moeilijkheden zou stuiten. Het andere punt zal spr. in de ver gadering van B. en W. bespreken. De heer v. Eek (s.d.a.p.) bepleit meer banken in de Leidsche HouV, alsmede het beschikbaar stellen van stoelen tijdens de DE JEUGDHULDE AAN KONINGIN WILHELMINA De burgemeester reikt de vlag aan de Leidsche deputatie uit Het was hedenmorgen een groote drukte iir de stad. Leidsche jeugdver- eenigingon marcheerden met muziek en ontplooide banieren naar het Kaas- marktterrein waar de Leidsche deputa tie, die hedenmiddag aan de Nationa le Jeugdhulde, welke H. M. de Konin gin op den Jpam zou wordlen gebracht, zou deelnemen, uit banden van den burgemeester de plaatselijke vlag ont ving. Voor deze vLaguitreiking bestond ook van de zijde van het publiek groote be langstelling. Met den burgemeester waren Ojm. aan wezig de gemeentesecretaris Mr. Dr. C. E. van Strijen, wethouder Tepe, de Commissa ris van Politie. Alvorens de vlag werd uitgereikt werd onder leiding van den heer M. Bolderdijk en begeleid dioor het Leddech Politie Mu ziekgezelschap het „Wilt heden nu treden' gezongen. Inmiddels had zich de Leidsche deputa tie, bestaande uit de dames E. Raphael; B. van Noort; C. Guldemond en G. J. Hoo- gendoorn en de heeren R. van Maanen, J. Schout; B. Schalks; M. L. Mussert Jr; J. v. <1 Steen, Rooyakkers en Korenhof, voor het spreekgestoelte opgesteld De burgemeester spreekt De burgemeester, die vervolgens tot dë vlaguitreiking overging, zeid:e hier geko men te zijn om aan een afvaardiging van de Leidsche jeugd, de vlag van de Slèutel- stad toe te vertrouwen, om daarmede te gaan naar de hoofdstad des Rijks en die vlag in vereeniging met. die van alle ande re Gemeenten van Nederland, eerbiedig te buigen voor de Koningin, als een uitdruk king van do vereering, die Gij deze edele hoogs Vrouwe toedraagt. Zij die het groote voorreoht genieten deel uit te maken van die deputatie zullen, wanneer zij daar te samen met duizenden jongens en meisjes uit alle streken van ons land op het plein voor het Koninklijk paleis te Amsterdam staan, zeer ontroerd zijn, wanneer de deu ren van het balcon zich openen en zich H.M. voor hen vertoont. Zij zullen daar voor zich zien die vriendelijke verschijning, die nobel i Oranjeprinses, afstammelinge van zoovele groote figuren, die dat Huis ons volk schonk, de draagster van het bloed van den grootsten aller, den Vader des Vaderlands, van Prins Willen?, en zij zul len daarbij met dankbaarheid gedenken al wat door onze geschiedenis heen, Oranje voor Nederland deed, wat dat Huis ons beteekend heeft en nog zegt. Naast die hulde, die zij aan de Oranje- vorstin brengen, zullen zij daarheen uit dragen de aanhankelijkheid van U, jonge ren, aan de persoon van de draagster der Kroon. Men kan en moet Hare Majesteit zien als het grondwettelijk hoofd van den Staat, maar daarneven kunnen en willen wij ons niet losrukken, van het aantrekke lijk beeld, dat het karakter, dat de gee6t, dat de mcnschelijke eigenschappen Koningin Wilhelmina ons voor oogen hebben gebracht in een 40-j. tijdvak, over vol van belangrijke gebeurtenissen iin ons volksbestaan. Haar daden, Haar woorden hebben ona telkens weer naa9t de Vorstin, regeert, doen gevoelen het edelf karakter van de Vrouw. Door Hare Regee- ring won Zij onze dankbaarheid en onze waardeering, door Haar karakter en Haar daden deed Zij in ons harte een teerder snaar trillen, die liefde heet. Een liefd9, die niet beredeneerd werd. maar opwelde omdat menschen als wij zijn, het ge vos] ons nog beheenschen kan en mag en dit gevoel gewekt werd door zoo veelvuldig bewijs van onbaatzuchtige overgave van al Haar Kunnen en willen om voor het volk een Moeder te zijn. De burgemeester beeindigde zijn toe spraak met er op te wijzen, dat het mede aan de jongeren gegeven is om den troon van Koningin Wilhelmina en straks dien van Prinses Juliana te schragen. Aan U, jongeren, do zorg om de door God gege ven eenheid, Oranje, Nederland, getrouwe lijk te bewaren. Met een: Gaat dan! gij dragers van de Leir\che vlag, buig die voor onze Koningin als een bewijs, dat Leidens Jongeren bereid zijn, dat ook zij den bond van Oranje en Nederland aan gaan voor nu en voor altijd, zond dë burgemeester de Leidsche deputatie heen waarbij hij de Leidsche vlag in de handen 6telde van don heer R. van Maanen. Plechtig klonk het Wilhelmus over het K a asmarktt errein. Hierna nam die deputatie plaats in drie auto's en vertrok men, voorafgegaan door het Politie-muziekkorps, voor een korte route door de stad. Op de Beestenmarkt werd de stoet ontbonden en vertrokken de drie auto's in de richting Amsterdam. Van het Stadhuis Uitbreidingsplan De Burgemeester van Lelden brengt ter algemeene kennis, dat een plan tot herzie ning van het plan van uitbreiding voor de gemeente Leiden, tea aanzien van gronden, gelegen ten Noordwesten van den Kanaal- weg, den Trekvliet, de trambaan Leiden Voorschoten en den spoorweg LeidenWoer den, met ingang van 7 September a.s, cn met 20 September d.a.v. voor een ieder ter inzage zal liggen ter gemeente-secretarie (aftl. Algemeene Zaken). A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN, Burgemeester. Leiden, 6 September 1938. GEF.N SPREEKUUR Wethouder Verwey is verhinderd Woens dag spreekuur te houden. concerten. De voorz. zal het bestuur van de Leid sche Hout met dezen wensch in kennis stellen. De heer v. d. R e ij d e n (c.h.) vraagt of de schoolkindervoeding nog doorgaat. De Voorz. antwoordt, dat de voedselver- strekking op de scholen eveneens is stop gezet Daarna sluiting. „In alles een met mijn volk" Met opgeheven hoofde de toekomst tegemoet. In aansluiting op ons verslag over de plechtigheid in de Nieuwe Kerk vermelden we nog het volgende: Terwijl de aanwezigen zich van hun zetel verhieven sprak de Koningin na de rede van Dr Colijn de volgende woorden, die helder en duidelijk door het kerkgebouw weerklonken: Leden van de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal, Ik wensch U mijne erkentelijkheid te betuigen voor de gevoelvolle woor den, die gij in uwe adressen, als vertegenwoordigers van het Nederland sche volk, in deze plechtige ure tot mij gericht hebt. Deze historische plaats van samenkomst, alwaar mijne vaderen en ik den eed aflegden op de grondwet, en door de Staten-Generaal werden inge huldigd verhoogt nog hiervan de beteekenis. Met voldoening en waardeering zie ik terug op de thans achter ons liggende veertig jaren als een tijdperk van ononderbroken goede en vruchtbare samenwerking tusschen volksvertegenwoordiging en Kroon, die een niet te overschatten beteekenis heeft gehad voor ons volksbestaan en allen die 's rijks gebieden bewonen. In alles één met mijn volk. 'm denken en voelen, in liefde voor zijne vrij heid en rechten en voor zijne onafhankelijkheid, behoud ik van de afge- loopen veertig jaren een blijde herinnering. In zorgvolle en benarde omstandigheden, in beproeving, maar ook in dagen van vreugde zijn wij nog nauwer saamgegroeid en heb ik mij ge dragen geweten door de liefde en het vertrouwen van mijn volk. Dank zij zijn vlijt, taaiheid en uithoudingsvermogen en zijn vasten wil zijn bestaan en onafhankelijkheid ten allen tijde met Gods hulp te hand haven. kunnen wij den druk der tijden ten spijt op vooruitgang en ont wikkeling bogen, hetgeen ons aanzien bij de andere volken ten goede is gekomen en hun vertrouwen in ons nog heeft versterkt. U, Mijnheer de Voorzitter van den Ministerraad en Minister van Staat breng ik mijn dank voor Uwe rede en voor de beteekenisvolle woorden tot mijn volk en mij gericht. Zij zullen, van U komende, ongetwijfeld een diepen indruk achter laten. Dien dank betuig ik ook voor Uw uit het hart kermend adres, Mijne Hee ren Commissarissen, waarin ik moge zien de vertegenwoordigers der elf provinciën, die samen dit ondeelbaar land vormen moge Uw arbeid en streven steeds tot heil van de U toevertrouwde gewesten blijven strekken. De zon schijnt niet zonder schaduwen te werpen die ook over ons heen gaan. Als wij arbeiden is het onze plicht de werkelijkheid niet te verbloemen, maar haar te zien. zooals zij is. en wat zij mee brengt onvervaard en kloek aan te durven en met een groot en sterk vertrouwen en opgeheven hoofde de komende tijden tegemoet te gaan. De heer Mulder 40 jaar drukker Bekende Leidsche figuur Het is vandaag 40 jaar geleden dat de heer J. P. Mulder dë zaken van zijn vader den heer P. J. Mulder overnam en in Leiden het toen reeds bekende steendrukkersbedrijf voortzette. De zaak heeft zich in den loop der jaren sterk ontwikkeld en ook gewijzigd. De boekdruk is op den voorgrond gekomen en de offsetdruk heeft een plaats gekregen in het bedrijf. Wij wenschen den heer Mulder gaarne ook van deze plaats, dat hij nog vele jaren met genoegen de gang van zaken in zijn be drijf moge gadeslaan. Leyds Goedt Heden wordt de 20.000ste bezoeker ver wacht. De tentoonstelling ivordt niet ver lengd en dus is het vanavond om 11 uur; sluiting, JUBILEUM ETALAGEWEDSTRIJD NEDERLANDSCH. FABRIKAAT De uitslag van deze wedstrijd, die onder leiding van de Leidsche Middenstands-Cen trale werd georganiseerd, is, dat werd toege kend aan de firma Wed. P. de Wilde en Zoon de eerste prijs met 104 punten, aan de firma Gebr. Gerzon de 2e prijs met 101 pun- "*n en aan de Fa. P. J. v. d. Zanden en Zn. 5 3e pr. met 99 punten. Aan deze wedstrijd werd deelgenomen door 63 firma's met 117 étalages. Het was dus voor de jury een zeer omvangrijke en moeilijke taak al deze uitstallingen te be- oordeelen en te keuren. Zij hoeft zich echter op voortreffelijke en deskundige wijze van deze taak gekweten, waarvoor haar zeker een woord van dank toekomt. D>e jury bestond uit do heeren: ir. P. C. Lindenbcrg te Leiden, namens do Vereeni ging „Nederlandsch Fabrikaat", M. v. d. Hoek te Al'fen namens de Kamer van Koop handel en Fabrieken voor Leiden en mevr. A. van Gilse van Geldermalsen te Noordwijk namens de Ned. Vereeniging van Huis vrouwen. RADIO-DISTRIBUTIE fDINSDAG 6 SEPTEMBER Programma 3: 8-Keulen, 10.20 Parijs Radio, 12.06 Radio PTT Nord, 12 20 Pnrüs Radio, 13.20 Brussel VI., 14.20 Brussel Fr 1720 Brussel VI., 19 10 Keulen. 29.05 Deutschl.s. of dlv., 20.2U Brussel VI.. 22,30 Boedapest of dlv, 23,05 Keulen. Programma 4: 8Brussel VI., 9.20 diversen, 10,35 Londen Reg., 14.20 Droltwlch WOENSDAG 7 SEPTEMBER Programma 3: 8Keulen, 10.2o diversen 10.35 Parijs Radio, 12.05 Radio PTT Nord, 12.20 Brussel VI., 14.20 Keulen, 15.2-9 Londen Reg., 16 20 Keulen, 17.20 Parijs Radio, 18.20 Londen Reg., 19,20 Brussel VI., 19,50 diversen, 20.20. Brussel Fr., 21.35 Londen Reg., 31.55 Brussel VI. of dlv., 22.35 Keulen. Programma 4: 8Brussel VI., 9.20 diversen, 10.35 Londen Reg., 11.50 Droltwlch Agenda De avond-, nacht- en Zondagdienst der apotheken wordt van: Zaterdag 3 Septem ber ('s-avonds 8 uur) tot en met Vrijdag 9 September a. s. waargenomen door de Apo theken: J. E. M. ten Dijk, Haven 18. Telef, 85; A. J. Donk, Doezastraat 31, telef. 13. echter met dien verstande dat voor vandaag tot vanavond 8 uur alléén waarneemt: Apo theek Duyster, Kr. Rijn 18, tel. 523 en Dinsr dag 6 September (nat. feestdag) alléén: Apotheek Boekwijt, Breestraat 74, tel, 552. Voor Oegstgeest: Mej. J. Doedens, Wilhelminapark 8, tel. 274. Kinderverlamming Het eerste geval Bij een 6-jarig jongetje, wonend aan de Toussaintkade, is heden kinderverlamming geconstateerd. Het kind is naar het Acad.- Ziekenhuis overgebracht. Dit is dus het eerste geval wat zich iri Leiden heeft geopenbaard en waarvan niet- gezegd kan worden, dat de besmetting el-, ders is opgeloopen. De toestand van het kind is niet veront rustend. Ook die van de andere gevallen is goed te noemen, van eigenlijke verlamming is daar geen sprake. Op de uitreis PELIKAAN. Maandag te Jodhpur. IBIS. Maandag te Singapore. NANBOE. Dinsdag 7.39 uur voorm. vatt Amsterdam naar Batavia. Op de thuisreis:

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1938 | | pagina 6