DEELZENBERM^
MAANDAG 5 SEPTEMBER 10
EERSTE BLAD PAG. 2
Buitenland
DE DRUK BEZOCHTE
LEIPZIGER HERFSTMESSE
Speciale belangstelling
voor Nederland
Onze Eerl. corr. schrijft ons uit Leipzig:
Rond 6000 exposanten op de herfstmesse....
Bat wil wat zeggen! Waarschijnlijk heeft
men dat voor een belangrijk deel toe te
schrijven aan het feit, dat de „Ostmark"
het voormalige Oostenrijk thans voor
de eerste maal deelneemt. Dat is interes
sant want juist in de maand September
vindt te Weenen de op dien tijd gebruike
lijke herfstmesse plaats, waar wij als
fer niets tusschen komt eens persoonlijk
een indruk willen gaan opdoen. Er zijn in
het geheel 172 Oostenrijksche firma's naar
Leipzig gekomen en vooral van Duitsche
£ijde was de belangstelling voor deze nieuwe
„Volksgenossen" opvallend sterk. De overige
gouwen van Groot-Duitschland zijn in over
eenstemming met hun industrieele beteeke-
pis vertegenwoordigd, en ook de Rijkshoofd
ptad, Berlijn, neemt ditmaal een levendig
aandeel aan de anders niet zoo belangrijk
geachte herfstmesse. Het meest actief zijn
yerder Beieren, Saksen, de Rynpfults, Han-
öover, Weslfa'en en Baden.
Van bevoegde zijde laten wij ons vertel
len, dat het aantal buitenlandsche exposan
ten ditmaal, vergeleken met een jaar ge
leden, alweer 15 pet. is toegenomen, terwijl
er dienovereenkomstig twee vreemde lan
den meer zijn, dus in totaal 25 staten,
(waarvan 7 overzeesche landen.
Merkwaardig genoeg wordt het grootste
laantal exposanten met een respectabele
jdeelname van 127 exposanten, geleverd
'door.... Tsjecho-Slowakije, het land dus,
fwaarmede men sedert jaar en dag overhoop
Bigt wegens het Sudeten-vraagstuk. In
Praag schijnt men te beseffen, dat handel
en politiek met elkaar weinig of niets uit
staande hebben en het zou te wenschen
eijn, dat men zoo coulant ook in andere
hoofdsteden begon te denken!
Het valt ons op, dat de Duitsche pers in
haar eerste berichten omtrent de buiten
landsche deelnemers haast overal het
leerst.ons land noemt, een onderschei
ding, welke wij dan ook inderdaad ver
dienen.
Dan pas komen Egypte, België, als ge
heel nieuwe gast Ceylon, voorts Madeira, en
met bijzondere hoffelijkheid Hongarije en
'de overige buitenlandsche deelnemers aan
öe beurt. Wij noemen nog: Argentinië,
Bulgarije, Roemenië, Yoego-Slavië en
iDuitschlands belangrijkste bondgenoot: Ita
lië! Volledigheidshalve herinneren wij er
'dan nog aan dat Sovjet-Rusland datUnter
den Linden nog altijd zijn embassade heeft
sedert een viertal jaren al niet meer
deelneemt aan de Leilpziger messe, een feit,
.hetwelk in het Derde Rijk niet al te zeer
betreurd wordt Want ook zonder Rusland
'draagt de stad Leipzig in frappante
tegenstelling tot Breslau en Koningsbergen
jwaar ook ieder jaar een Messe gehouden
'wordt, het typisch karakter van een koop
mansstad en de Brühl is een tastbaar be
wijs, dat men op een speciaal terrein de
Joden voorshands nog niet 1 on uitschake
len! Zelfs al zou men dat in de Wilhelm-
strasse of in hel Bruine Huis te München
wenschen in Leipzig is de bevolking in
ternationaal blyven denken, hetgeen begrij
pelijk is!
Tijdens het diner, dat ons, vertegenwoor
digers der buitenlandsche pers op iedere
Messe in de Harmonie wordt aangeboden,
hoorden we in verband hiermede een rede
naar zeggen: „Hierin ligt de groote taak
van de Leipziger Messe, een brug voor den
vrede onder alle volken tè zijn!" Het was
een Duitscher, die dat zeide en het ware
te wenschen, dat zijn landgenooten dezen
wenk wat meer ter harte namen!
Nederlands collectieve stand
Inmiddels maakten wij een rondwande
ling door onzen grooten stand. Direct bij
den ingang staat een marmeren buste van
H. M. de Koningin. Op oranje-kleurig pa
pier heeft het Ministerie van Economische
Zaken een overzicht laten drukken van wat
ons hier geboden wordt en het is de moeite
waard. Geheel nieuw is een overzicht van
onze productie uit de West, waarbij al da
delijk de panamahoeden opvallen, welke
afkomstig zijn uit Suriname en Curagao.
„En wilt u hier maar eens even ruiken!",
verzoekt onze gids beleefd, daarbij wijzende
op een tafel, waar in een ruikkastje de
verschillende specerijen zijn neergezet. Het
Javaansche kapok wordt aan Australië ge
leverd en wij zien er dikke zwemvesten mee
gevuld, maar die zijn van Engelsch fabri
kaat, want in Nederland schijnt men zoo
ver nog niet te zijn. Kleine drijfkussens
worden ermee gevuld, bestemd voor water
ratten, die by het kippen van him kano
daarmede hun leven kunnen redden. Groote
drijfzakken worden ons getoond, welke bij
het aanleggen van bruggen benut worden
en men hoopt, dat hiervan binnen afzien-
baren tijd gebruik gemaakt zal worden door
het Duitsche leger.
Deze zeer interessante afdeeling der Ne-
Gwatkin bezoekt
Konrad Henlein
Hij acht de perspectieven
niet zonder hoop
„De Tsjechen moeten naar hun
eigen gebied terugkeeren
Ash ton Gwatkin, lord Runci-
man's voornaamste medewerker, heeft
Zondag te Asch, de woonplaats van
Henlein, met dezen en met het ka
merlid Frank, een bespreking van an
derhalf uur gehad. Henlein zou den En-
gelschman op de hoogte hebben gesteld
van het onderhoud, hetwelk hij de vorige
week te Berchtesgaden met Hitier
heeft gehad. Hi] deelde mede, wat de
wenschen en richtlijnen van den rijks
kanselier zijn en welk antwoord hij
heeft gegeven op de boodschap, die Hen
lein namens Runciman had overge
bracht.
Ashton Gwatkin is hierna onmiddellijk
naar Praag teruggekeerd, waar des avonds
ook lord Runciman arriveerde, die het week
einde bij den aartsbisschop van Praag, mgr.
Kaspar, had doorgebracht. Een langdurig
onderhoud tusschen de beide Britten volgde,
waarbij Ashton Gwatkin heeft medegedeeld,
woike resultaten hij had verkregen tijdens
zijn conferentie met Henlein en Frank te
Asch.
Nadat Runciman door Ashon Gwatkin was
ingelicht, heeft een zijner directe medewer
kers aan Havas verklaard: Ashton Gwat
kin heeft van zijn gesprek met Henlein een
bevredigenden mdmk meegebracht. Men
moet zich natuurlijk voor overdreven opti
misme hoeden, maar de perspectieven, na
den terugkeer van Henlein uit Berchtesga
den, zijn niet zonder hoop".
President Benesj heeft den geheelen Zon
dag gewijd aan de bestudeering der conces
sies, waartoe de Tsjecho-Slowaaksohe regee
ring bereid is en aan de mogelijkheid, deze
in overeenstemming te brengen met do acht
punten van Karlsbad.
De „acht punten van Karlsbad"
Henlein heeft na de conferentie met Ash
ton Gwatkin het oogstfeest bijgewoond, dat
in het district Asch werd gehouden. Het
Sudeten-Duitsche Kamerlid Wollner heeft
ter gelegenheid daarvan een rede gehouden.
Een regeling tusschen de Tsjechen en Su-
deten-Duitschers, aldus spreker, is slechts
mogelijk op grond van de acht punten \au
Karlsbad. Voorwaarde daarvoor is echter,
dat alle Tsjechen, die pas na 1918 in het
Sudeten-Duitsche gebied zijn geïmmigreerd,
naar hun eigen gebied terugkeeren. Wij voe
ren onzen strijd niet met oorlogsmiddelen,
maar met legale. Men moet daarom thans
ook niet in het geheim de eene plaats na
de andere door militairen laten bezetten,
maar men moet liever een beroep doen op
de godin der rechtvaardigheid. Men kan
niet inzien, waarom nu opnieuw militaire
maatregelen worden genomen, terwijl men
te Praag onderhandelt en lord Runciman
zich te Praag bevindt, om vreedzame advio-
zen te geven. Ons zal men met dergelijke
nieuwe maatregelen niet verontrusten, want
voor het uitvechten van een twist zijn twee
noodig en die tweede is er niet. Duitschland
wil geen oorlog, maar wel wensch te Fueh
rer ondubbelzinnig, dat de 3^ millioen
Sudeten-Duitschers het recht krijgen, dat
hun als deel van een groote en trotsche
natie toekomt. Compromissen zijn bij dezen
strijd om het recht niet meer mogelijk. De
cischen van Karlsbad, besloot spreker, vor
men het uitgangspunt voor het accoord. Zij
zijn niet de laatste, maar de eerste eischen,
die wij hebben te stellen.
De partijdag te Neurenberg
Hedenmiddag is Adolf Hitler te Neurem
berg aangekomen, ter bijwoning van het
Congrps der N.S.D.A.P. Behalve de traditio-
neele proclamatie, morgen voor te lezen, zul
len de belangwekkendste redevoeringen van
den Führer ongetwijfeld die zijn, welke hij
houdt tijdens de bijeenkomst voor de cultu-
reele aangelegenheden op Dinsdag er
sluitingsredevoering op 12 September.
derlandsche collectieve expositie weTd ge
organiseerd door de afdeeling „Handels
museum" van het Koninklijk Koloniaal In
stituut te Amsterdam, in opdracht van het
Nederlandsche Ministerie van Koloniën en
uit het drukke beozek valt af te leiden,
dat Nederland met zyn waardevolle over
zeesche bezittingen speciale belangstelling
geniet. Hetgeen voor de hand ligt, want
Duitschland wil zyn voormalige koloniën
weerom hebben en wacht slechts op het
juiste oogenblik, om dezen vurigen wensch
in vervulling te brengen! En mocht het dan
eenmaal zoover gekomen zijn, dan zal onze
koloniale tentoonstelling op de Reiohsmesse
te Leipzig met Duitsche concurrentie te
rekenen hebben!
FRANSCH-AMERIKAANSCH
OORLOGSMONUMENT
Op de plek waar de
Amerikanen landden
Redevoeringen van Bonnet
en Bullitt
Amerika betoont reserve
Op een landtong in de nabijheid van
Bordeaux, waar in het jaar 1917 de eer
ste Amerikaansche troepen landden, die
in Frankrijk zouden meestrijden aan de
zijde der geallieerden, is Zondag een mo
nument onthuld, hetwelk deze histori
sche gebeurtenis in herinnering brengt.
Zoowel de Fransche minister van bui
tenlandsche zaken, Bonnet, als de
Amerikaansche ambassadeur Bullitt,
hebben bij deze gelegenheid uiting gege
ven aan de oude vriendschap tusschen
beide groote republiken, welke reeds
stamt uit de dagen van Lafayette en
den Araerikaanschen Vrijheidsoorlog.
Bonnet herinnerde aan de geheime
voorbereiding van Amerika's deelneming
aan den wereldoorlog, waarom de geallieer
den niet hadden gevraagd, doch die ingege
ven werd door de ongeschreven moreele wet,
die het Fransche en Amerikaansche volk
beheerseht. Daarom, aldus Bonnet, zijn tus
schen ons geen verplichtingen of bondge
nootschappen, die in het geheim, in Tcanse-
larijen worden aangegaan, noodig. Wij
weten, dat wij de openbare meening van
Amerika achter ons hebben, als het recht
aan onze zijde is.
De beginselen, die ons reeds tweemaal
hebben vereenigd, hebben niets van hun
zuiverheiij verloren. Nog opt 1 Dec. 1937 heeft
president Roosevelt verklaard: „Ik vertrouw,
dat wij de oude wereld kunnen helpen, om
de naderende ramp te voorkomen". Nooit
hebben uwe en onze leiders zich er mede
vereenigd, onverschillig te blijven, wanneer
een wereldbrand onze beschaving dreigt te
vernietigen. Frankrijk is zeker van
vriendschap, zoolang het een politiek van
vrede tegenover zijn buren voert. Van dien
vredeswil, heeft Frankrijk nog onlangs be
wijzen gegeven en het gaat daarmede nog
steeds voort.
Wij verhelen ons niet den ernst van
het Tsjecho-Slowaaksoh probleem. Maar
wij hopen, dat dank zij de vredelievende
gevoelens, die alle volken moeten bezie
len, dank zij de hooge opvattingen, die
de regeeringen te Berlijn en Praag moe
ten hebben van haar internationale ver
antwoordelijkheid, dank zij de nauwe
samenwerking tusschen Groot-Brittannië
en Frankrijk, de gevaren, die Europa
bedreigen, bezworen zullen worden.
In elk geval zal Frankrijk trouw blij
ven aan de pacten en verdragen, die het
heeft aangegaan.
Wat wij verlangen is, dat men ons
helpt den vrede te bewaren en de wereld
beter te maken.
Al is de Amerikaansch-Fransche
vriendschap verstevigd in een oorlog, zij
heeft nooit een ander doel dan den
vrede gehad,
Bullitt houdt slag om den arm
Bullitt antwoordde, dat de Vereenigde Sta-
eten en Frankrijk verbonden zijn door de
zelfde idealen van vrijheid, democratie en
vrede. Amerikanen en Franschen moeten
weten, dat men gelukkiger leeft als vrij
mensch, dan als slaaf. Al heeft de historie
bekwame dictators gekend, een regeering
van en voor het volk is beter. Wij weten,
dat internationale verdragen zoo noodig
methodisch herzien moeten worden, dat het
verstandiger is af te zien van geweld, dat
men zich niet moet. mengen in de binnen-
landsche aangelegenheden van andere lan
den. Wij weten, dat geen enkel ras supe
rieur is aan een ander ras. Algemeene vrede
is voor oné van het allerhoogste belang,
want wij weten, dat oorlog vernieling zou
beteekenen van de zoo moeilijk verkregen
cultureele waarden.
Laten wij bidden, dat wij in vrede mogen
blijven met alle landen. Maar, zooals ik
reeds op 22 Februari 1937 heb gej
indien weer een oorlog in Europa mocht
uitbreken, kan niemand verklaren, of voor
spellen, of de Vereenigde Staten al dan niet
in een dergelijken oorlog meegesleept zullen
worden,
Fa. H. j. Phaff Winschoten
BOTERORABBELKOEKEN
Oudste adres
Zoo
In bussen 6 st. 0.50; 10 st 0.85;
Luxe bussen 10 st. 0.90; 17 st 1 1.50;
Boven 2.— franco
Telei. 20 Gironummer 30584
j. c. repko workum
De Spaansche burgeroorlog
Franco heeft succes
in het Ebro-gebied
Rechtschen bezetten Corbera
De rechtsche troepen hebben in het
gebied van de rivier de Ebro een gewel
dige machtsontplooiing tot stand ge
bracht. De eene republikeinsche ge
vechtslinie na de andere moest voet voor
voet worden veroverd, waarbij vooral de
zware artillerie een groote rol speelde.
Tegen Zaterdagmiddag slaagden de op
rukkende witte troepen er in Corbera,
dat tusschen Gandesa en de Ebro is ge
legen, te veroveren. Daarna werd de op-
marsch onmiddellijk voortgezet.
De republikeinen hadden, naar United
Press seint, tusschen Gandesa en Mora bij de
Ebro met prikkeldraad en machinegeweren
versterkte loopgraven aangelegd en ook Cor
bera zelf van versterkingen voorzien. Het
offensief der nationalisten werd systema
tisch uitgevoerd. De kanonnen vernielden
eerst de prikkeldraadversperringen en lieten
daarna een regen van projectielen in de
loopgraven dalen Toen reden de tanks op.
gevolgd door de infanterie. Terwijl de twee
de en derde loopgravenlinie nog werden sre
bombardeerd, bezetten de nationalisten reeds
de eerste linie, waar zij groote hoeveelheden
wapens vonden, die de gevluchte roode sol
daten hadden weggeworpen.
Corbera geleek wel een blokhuis. Overal
waren mitrailleurs opgesteld, op verschillen
de plaatsen was anti-tankgeschut verborgen,
maar de nationalistische opmarsch ging zoo
vlug, dat bijna geen enkele tank werd
schadigd en de manschappen overweldigd
konden worden.
Het gevolg van dit nieuwe succes is, dat
de zak aan den rechteroever van de Ebro
weer aanzienlijk verkleind is. Door te trach
ten de rivier te bereiken, willen de witten
dezen inham in tweeën snijden, om aldus
naar alle kanten de óvergebleven vijande
lijke afdeelingen te kunnen aanvallen en
over de Ebro terug te werpen.
Uit 't nationalistische communiqué blijkt,
dat vele honderden republikeinen zijn ge
vangen genomen en veel oorlogsmateriaal
buitgemaakt is.
strijd tusschen Kwangtsji en Hoeangmei.
Aan het front bij Hsintze hebben de Ja-
panneezen opnieuw gifgas gebruikt, waar
door een geheel Chineesch regiment werd
gedood.
Bij Joeitsjang hebben de Japansche troe
pen versterking ontvangen, de Chineezen
handhaven evenwel hun stellingen
Japansche bloedwraak
Het Chineesche nieuwsbureau bericht, dat
de Japanneezen bij Taiwang aan den spoor
lijn Taukau-Tsingwa, 3780 onschuldige
Chineezen in koe'en bloede hebben omge
bracht, uit wraak voor het dooden van
Japansche schildwachten door Chineesche
guerilla-benden. De Japanneezen veronder
stelden, dat de schildwachten door boeren
uit de omliggende dorpen werden gedood.
Zij staken daarom de dorpen in de om
geving in brand en plaatsten mitrailleurs
rondom, waarmede zij, die uit de branden
de huizen vluchtten, werden doodgeschoten.
De J apansch-Chineesche oorlog
CHINEEZEN LEGGEN NIEUWE
DEFENSIE-LINIE AAN
Japanners moorden dorpen uit
Nu de Japansche strijdkrachten de
buitenste verdedigingslinie van Hankau
hebben doorbroken, leggen de Chinee
zen volgens berichten uit Kioekiang een
binnenste verdedigingslinie aan, die
Woening in de provincie Kiangsi en
Janghsin en Kitsjoen in de provincie
Hoepeh verbindt, en welke door on
geveer 400.000 troepen zal worden ver
dedigd.
Voorts wordt gemeld, dat de Japan
sche troepen den spoorweg van Kioe
kiang naar Nantsjang hebben afgesne
den, waardoor den Chineeschen troepen
die uit het Loesjangebergte in zuidelijke
richting terugtrekken de terugtocht
wordt afgesneden. De hoofdmacht der
Japanneezen rukt thans naar Teian op.
Van Chineesche zijde wordt gemeld, dat
er aanduidingen zijn, dat de Japansche
troepen binnenkort een aanval willen doen
ten noorden van de Jangtse in de richting
van Kwangtsji. Hun poging, de Chineesche
verdediging ten westen van Joeitsjang te
doorbreken, is blijkbaar mislukt. Te Hoeang
mei, het punt van uitgang van den aanval,
worden zeven regimenten infanterie, dertig
vechtwagens, een regiment cavalerie en een
regiment artillerie verzameld. Men ver
wacht derhalve binnenkort een hevigen
Militaire dienstplicht
in Hongarije
Sociale hervormingen in zicht
iredy, de Hongaarsche minister-pre
sident, heeft bekend gemaakt, dat binnen
korten tijd in Hongarije de militaire dienst
plicht zal worden ingevoerd. De bestaande
sportorganisaties zullen daartoe worden
veranderd in vereenigïngen voor verplichte
militaire voorbereiding. Soldaten, die aan
hun dienstplicht hebben voldaan, zullen
worden opgenomen in schietvereenigingen.
De premier heeft verder aangekondigd,
dat speciale wetten zullen worden uitge
vaardigd nopens onderzoek voor het huwe
lijk, het gezins-inkomen en voor ver
strooiing na den arbeid.
Uit goede bron wordt verder vernomen,
dat de regeering besloten heeft tot een
agrarische hervorming, die voor een opper
vlakte van 57.000 hectare per jaar zal gel
den. Een derde deel van de onvervreemd
bare bezittingen van meer dan 160 hectare
en een vierde van de vervreemdbare bezit
tingen van meer dan 270 hectare zullen
kleine stukken worden verkaveld.
Ten aanzien van de buitenlandsche poli
tiek zeide I m r e d y, dat de betrekkingen
met Duitschland en Italië nauwer aange
haald worden en dat Hongarije zijn betrek
kingen met de kleine entente wü normali-
seeren.
Een Roemeensche kinderroofster
Ontvoerde eenige honderden kinderen!
De politie te Jassy (Roemenië) heeft de
35-jaripe Katinka Barbalate gearresteerd,
van wie men aanneemt, dat zij de laatste
jaren eenige honderden kinderen ontvoerd
heeft. Zij heeft reeds bekend, dat zij 25
meisjes tusschen de 7 en 9 jaar geroofd
heeft, die zij, volgens haar zoggen, aan
zigeuners verkocht heeft of aan boeren voor
het verrichten van landarbeid.
De vrouw beloofde „nadere opzienbaren
de onthullingen voor later". Zij zeide. dat
zy de kinderen in afgelegen huizen hield,
waar zij „afgericht" werden.
Daar Barbalata ziek is, heeft men haar
naar het gevangenishospitaal overgebracht.
BINNENLAND
„Anti-revolutionaire Staatkunde"
Het Angustus-September-jubileum-
nummer
Onder de gedenkschriften, welke in deze
dagen verschijnen, neemt het Kronings
nummer van „Anti-rev. Staatkunde" wel
een zeer bijzondere plaats in.
Allereerst door de keurige uitvoering,
waarvoor de uitgever J. H. Kok zorgde,
maar vooral ook door de artikelen in hun
onderling verband. Deze handelen over de
belangrijkste politiek-sociale vragen, welke
gedurende de regeering van Koningin Wil-
helmina aan de orde zijn geweest: Kabinet
ten, Anti-revolutionaire Kamerfracties, Ons
Constitutioneels recht, Sociale ontwikke
ling, Defensie, Partijwezen en Boeken
schouw.
Ieder schrijver behandelt op eigen, maar
steeds op voortreffelijke wijze (en in eigen
spelling: van de streng volgehouden De
Vries en Te Winkel af tot die van Terpstra
toe) het onderwerp, dat voor zijn rekening
kwam; Ihet geheel levert een belangrijke
documenten-studie, welke nog menigmaal
zal geraadpleegd worden.
FRANSCHE ONDERSCHEIDING
HAARLEM, 5 September. Jhr. Dr. J. C.
Mollerus, secretaris van den Ned. Tuin-
bouwraad, is benoemd tot Ridder der Orde
van verdienste voor den landbouw van
Frankrijk.
RUBRIEK
i SEPTEMBER
HILVERSUM II.
(ATIOXAAL PROGRAMMA.
AVRO, KRO, NCRV en
solist, t 30 Het KRO-kooi
„Koningin
eeniging „Patrimonl
"ïuzieKcorns van
m.m.v. het
AVRO-Morgen wijding koor. 10.00 NCRV-or-
kest en de Koninklijke Ckr. Zangvereenlglng
„Excelsior". Den Haag. 10 45 Plechtige Na
tionale Gedachtenisviering Id de Nieuwe
Kerk te Amsterdam. M m v. leden van het
Concertgebouworkest en Toonkunstkoor o.l.v.
(O.a.
S.Exc. Dr. H. Colljn). 1.00
Het VARA-orkest. (Om ca. 1.00 Berichten).
I.30 Het AVRO-KInderkoor. met orgelbege
leiding. 2.00 Het KRO-orkest. 2.30 OrgelspeL
3.00 Reportage van de Nationale Huldebe-
tooglng op den Dam te Amsterdam, even
tueel afgewisseld met gram.muziek. 4.30
VPRO: Herdenkingswoord en declamatorlum.
R 00 Voor de kinderen. 6.30 Declamatie met
muziek, 6.00 NORV-Fanfare. 6.30 VARA-or
kest en solist. 7.00 VARA-Tooneel. (Om ca,
7.00 Berichten). 8.00 Berichten ANP. 8.10
NCRV.-Harmonle-orkest en toespraken tot -
de stamgenooten ln Zuid-Afrlka. (O.a. door
Z.Exc. Dr. H. Colljn). 8.30 Het NCRV-Har-
monle-orkest en gemengd koor. 9.00 Repor
tage van de hulde van de Nederlandsche
Jeugd aan H.M. de Koningin. 10.00 Declama
torlum m.m.v. het AVRO-Gemengd koor en
orkest. 10.45 Orgelspel. 11.00 Berichten ANP
II.15 Nederlandsche volksliederen. Hierna:
Slotwoord.
Declumatle. 2.20 Orkest. 4.05 Mandoline-
orkest. 6 50 Trio. 6.50 Orkest. 7.40 Orgeb
8.05 De Band Waggoners. 8.50 Reportages.
10.26 Amerikaansche Volksliederen. 10.55 Or-
R A UI O-P AR IS 1618 M. 12.40 Orkest. 4.20 Zang,
6.20 Orkest 7.20 Viool en plano. 8.35 Ka
mermuziek. 9.50 Radlotooneel.
KEULEN 456 M. 7.39 en 8.60 Orkest 11.6Q
Rijkspartfjdag 1938. 2.30 en 3.35 Concert
4.10 Muzikaal tusschonspel. 4.20 Orkest. 8.20
Rijkspartijdag 1938. 10.50 Koor en orkest
BRUSSEL 322 en 484 M. 322 M.: 12.60
Orkest. 8.20 Orl
484 M..
Radlotooneel.
1.30 Orkest. 5.20 Plano. 8.20
Oprichting van een
Staalwalswerk
Door Amerikaansche belanghebbenden
Naar verluidt wordt door Amerikaansche
belanghebbenden de hiogelijkheid overwogen
tot het oprichten van een staalwalswerk hier
te lande.
Het zou in de bedoeling liggen plaat- en
betonijzer, rails en stalen damwanden te
walsen voor levering hier te lande, alsmede
voor export te leveren.
Het betrokken consortium heeft zijn belan
gen in handen gesteld van den heer Th. de
Groen, industrieel te 's-Gravenhage.
MOND- EN KLAUWZEER
By het vee van den landbouwer D. Zuk te
Spoolde bij Zwolle zijn weer eenige ge
vallen van mond- en klauwzeer geconstateerd.
Te Z e v e n h oven is bij den landbouwer
D. 'v. Harten de gevreesde ziekte onder zijn
vee uitgebroken.
Te R e e u w ij k waar het vee van één
veehouder besmet was, is deze veeziekte
thans ook bij het vee van nog een viertal
veehouders geconstateerd.
Te B1 e i s w ij k is door een twaalftal land
bouwers aangifte gedaan van Mond- en
klauwzeer. Bij vrijwel de meeste landbou
wers heerscht deze ziekte onder het vee dit
jaar voor de tweede maaL
Autobus uitgebrand te Delft
Inzittenden ongedeerd
DELFT, 3 September. Hedenavond is op
de Oude Delft een groote autobus van de
Vios te Wateringen, die geheel bezet was
met passagiers, in brand geraakt.
De inzittenden, afkomstig uit Rijswijk en
op weg naar Delft en Rotterdam om de
feestverlichting te aanschouwen, konden
zich nog bijtijds in veiligheid stellen.
Eenige personen moesten door omstanders
uit de bus worden geholpen.
De autobus is geheel uitgebrand. Eeniga
kleedingstukken en een handtaschje gin
gen in de vlammen verloren.
De brandweer was spoedig ter plaatse en
heeft het vuur met een paar stralen op de
motorspuit gebluscht.
(72
„Moeder, ge wit wet ik wil, es t'ie komt is 't goed, aan-
dersook".
't Laatst van de September-maand was buiig. Hoog was de
Beems tegen de zomerkaden gedreven door den Wester
storm en nog voor den tijd blonk 't water in de uiterwaarden,
al zou het na enkele dagen weer terugvloeien in smaller bed.
't Was 'n Zatedagmiddag. dat de storm in vernieuwde
hevigheid bruiste door de ijler wordende boomkruinen, en
gierend striemde over den polder met gudsenden regen,
zoodat inderhaast touwen werden geworpen over koren
stapels en hooimijten achter den Elzenberm. De razend war
relende wolkenvluchten scheerden somber dreigend over 't
nog groene land en 't bulderend geraas om de hooge schuu*
en 't huis van Lindert Driewegen deed allen toevlucht zoe
ken binnen, waar ze 't wilde spel van de losgebroken natuur
krachten konden volgen.
Met donderend geraas was een tweede boom op Hein de
Grauws achterhuis neergestort en had Bet je angstig dicht bij
Hein doen schuilen. Ze had om drinken gevraagd, zoo had
de schrik haar te pakken en bevend had ze neergezeten in
Heins eigen leunstoel, toen de baas met wrevelig gezicht naar
haar toegebogen de kom in haar handen gaf. Een dankbare
blik was 't loon, dat hij voor zijn hulp ontving.
Dienzelfden middag brak de storm 't dak van de directie
keet op den Kanaaldijk open, rolde 't asfaltpapier in rafels
op en rukte het weg. De planken stonden eve"n krakend te
zwiepen in den tierenden storm tot de spijkers 't begaven en
alles met een kermend gekraak werd neergesmeten in de
luwte van den nieuwen dijk. De zijkanten, nu zonder verband,
sloegen los, de ruiten barstten en in deze chaos van neer
stortend hout en glas, in de warreling van rondvliegende
teekeningen- en kleeren, kranten en splinters probeerde Ver
meer te redden wat hij kon.
Toen hij zich uit den rommel had bevrijd en behouden bul
ten kwam zag hij hoe de heele directiekeet in elkaar zeeg en
de storm 't laatste zijschot neerbeukte. Toch was die heele
ravage, die hij uit elkaar zag blazen, voor zoover 't los lag,
voor hem niet 't ergste. Dat de kostbare berekeningen, de
vele rollen met teekeningen daar ergens onder de neerstor
tende buien bedorven werden was een ramp.
Gelukkig kwam er hulp. Van een ark, die tegen den kant
gedreven lag en geen gevaar liep door 't noodweer op drift
te slaan omdat 't vaartuig in den modderigen kanaaloever
zich had vastgezet, sprongen twee mannen op den wal. Ze
voegden zich bij hem in de schuilplaats achter 't steenen ge
bouwtje, dat bij de sluiswerken behoorde.
Hun oliejassen stonden stijf om hun lichamen en de Zuid
westers gaven hun 't aanzien van drieste krijgers.
De storm joeg nog steeds over den dijk en adembenemend
was de snelheid, waarmee de luchtmassa's voorbij de men-
schen suisden, zoodra ze zich waagden uit de luwte van 't
steenen huisje. Hier was de overmacht der elementen.
Het buitenwater rees nog steeds tegen den dam, voor de
sluisdeuren. Als hij 't hield was het goed, doch bij 't bezwij
ken zouden de nieuwe deuren haar vuurproef wel doorstaan.
Doch wie garandeerde, dat de dijken ter weerszijden reeds
zoo vast waren, dat 't opgezweepte woelige water met grage
tongen geen opening kon lekken, om met onweerstaanbaar
geweld zich te storten over 't lage land van den Ossendijk-
schen polder?
Dat zou voor Vermeer, die dit gedeelte van 't nieuwe
Kanaal onder zijn hoede had, een gevoelige kras door zijn
eer geven.
Met veel moeite wisten ze nog enkele menschen bij elkaar
te vinden op dezen Zaterdag, omdat de meeste werklui en
meer verantwoordelijke personen sinds weken verderop
huisden.
Samen gingen ze, tegen de rukken van den storm in ge
bogen, naar de sluis, inspecteerden zoover ze zich konden
wagen den dam.
Angstig hoog was het water aan de buitenzijde gerezen,
doch de dijken toonden geen spoor van afslag. Met den
wind in den rug stonden ze even bij elkaar. Voor hen lag de
wijde polder.
Is het wonder, dat op dat oogenblik bij Vermeer de ge
dachten gingen naar den Elzenberm? Als er hier iets ge
beurde moest Lindert Driewegen de eerste zijn, die gewaar
schuwd werd. De weteringen, stevig voorzien den laatsten
tijd. moesten in geval van nood 't overstortend water kunnen
bergen.
Zou Lien in hem niet den held zien, als alles goed ging?
Hij, de ingenieur, die door zijn berekeningen 't geweld en de
woede der elementen breidelde?
In de deinende woonark schuilde hij tot dien avond de
storm minderde en nog voor 't vallen van de duisternis kon
den hij en zijn mannen hun inspectietocht voortzetten langs
de boorden van het kanaal.
Toen eerst was er gelegenheid om uit den warwinkel van
planken en splinters, lappen asfalt en dooreengeworpen
inventaris, de gewichtigste dokumenten en zijn eigen be-,
zittingen te redden. Tot uit de sloot achter den dijk werden
papieren en kleedingstukken teruggebracht.
Op den Elzenberm verkeerden dien avond Stijn en Gijs in
groote ongerustheid over Tinus, die zelfs uren later dan den
gewonen tijd, nog niet was teruggekeerd, hoéwei de storm
was uitgeraasd. Zou er iets zijn gebeurd met de Zeehond?
Sijke, zenuwachtig van nauw-onderdrukten angst." kwam de
consternatie nog vergrooten en de geruststellende woorden
en veronderstellingen van Gijs waren niet bij machte de
vrouwen te kalmeeren.
Nog laat reed Gijs met Linderts tilbury naar het Kanaal.
Lindert zelf ging mee. meer om den toestand van t' werk te
zien, zooals hij zei. maar in werkelijkheid om bij Gijs te zijn,
indien er iets ergs was gebeurd.
Na een tocht van weinig woorden, kwamen ze aan de
sluis.
Een wachtsman, die in oliejas en zuidwester uit z'n loodsje
kwam in 't donker, wees hun de richting, waarin ze Vermeer
moesten zoeken en op Gijs' angstige vraag of de Zeehond
nog buiten was, moest de man zeggen, dat 't bootje sinds
drie dagen niet gemeerd had aan 't steigertje.
Er was een groote ongerustheid in beider hart toen ze
langs de grasbermen de richting in gingen, waar Vermeer
moest zijn. 't Paard stond in de luwte van 't nieuwe huis.
(Wordt vervolgd