KUNST EN WETENSCHAP
SCHUDT UW LEVER
WAKKER
MAANDAG 9 MEI 1938
Een natievlag voor de „Nieuw Amsterdam"
Aangeboden door
„De Princevlag"b
Mooie middag aan boord
van 't groote schip
't Was koud op de Maas. En telkens
dreven donkere wolken over de „Nieuw
Amsterdam'die nog ligplaats heeft aan
de Wilhelminakade te Rotterdam, maar
weldra haar eerste reis naar de Nieuwe
Wereld zal aanvangen.
De bekende Vereeniging „De Prince
vlag" was op het goede plan gekomen
het machtige zeekasteel, waarop iedere
Nederlander trotsch gaat, een natievlag
aan te bieden. De directie van de Hol
land Amerika Lijn verklaarde zich be
reid dit geschenk te aanvaarden. En zoo
had Zaterdagmiddag 4 uur aan boord
van het schip deze eenvoudige plechtig
heid plaats op een wijze, die het vader
landslievend hart sneller deed kloppen
eiland, maar nog wonen er in Amerika fa
milies. die afstammen van de Hollandsche
kolonisten uit 't be^in van de 17e eeuw.
De „Halve Maen" was 40 last groot, de
„Nieuw Amsterdam" meer dan 36.000 ton!
Groote bewondering vervult ons, zegt spr,
voor de mannen, die de plannen voor dit
schip hebben uitgedacht en ook voor hen,
die die plannen hebben uitgevoerd. Duizen
den arbeiders hebben jaren lang aan dit
zeekasteel arbeid gevonden. Met 't oog op de
bestrijding der werkloosheid zou Spr. wel
willen uitroepen: Geeft ons nog zoo'n schip-
Na er notf op gewezen te hebben, dat in
Amerika reeds toebereidselen gemaakt wer
den de „Nieuw Amsterdam' op grootscl
wijze te ontvangen, droeg Spr. de natievlag
aan de directie over. Moge gezagvoerder en
bemanning in tijden van spanning zich im
mer de woorden van ons oude Wilhelmus
herinneren: „Mijn schild ende betrouwen
zijt Gij o God mijn Heer".
Rappe handen hadden inmiddels de mooie
heldere vlag geheschen, en terwijl de leden
van „De Prineevlag" hun vlaggen ontplooi
den, klonk over de Maas gezang: ons in
drukwekkende volkslied.
De machtige stem van den voorzitter
klonk nog eens: „Leve de Nieuw Amster
dam!" en met een driewerf hoera stemde
de talrijke menigte hiermee in.
„De Prineevlag" defileert voor Rotterdams burgemeester, mr P. Droogleever Fortuyn
Groote belangstelling
Er bestond voor deze plechtigheid groote
belangstelling. Behalve de directieleden van
de H. A. Lijn en de hoofdbestuursleden van
„De Prineevlag" merkten wij o.m. op kolo
nel C. J. O. Dorren, commandant van de
mariniers; H. Ringers, secretaris Rotterd
Comité voor Nat. Belangen; Mr. H. Vlug,
voorzitter Vereen, voor Vreemdelingenver
keer; A. H. Sirks, waterschout;- Prof. Mr. J.
A. Eigeman; Prof. Mr F. de Vries; F. Hof-
stra, waarn. directeur Maritiem Museum; A.
Kortlandt, havenmeester van Rotterdam.
Vele honderden leden van diverse afdee-
lingen van „De Prineevlag", gekleed ii
bekende fleurige uniform en allen voorzien
.van een vlag, hadden ziah verzameld bij
den achtermast op het opper-promenadedek.
Lang voor 4 uur lieten de trommelslagers
hun aanwezigheid reeds merken en klonk
de melodie van menig vroolijk liedje, dat
soms spontaan werd meegezongen.
De overdracht
Toen trad de heer J. G. Berlott, voor
zitter van het hoofdbestuur, naar voren tot
het houden van een korte rede. Na meege
deeld te hebben, dat Rotterdam's burge
meester door ambtsbezigheden verhinderd
was tegenwoordig te zijn, herinnerde Spr.
aan de vermaarde tocht van de „Halve
Maen", welk schip September 1609 in Ame
rika belandde. Dit Hollandsche schip was
het eerste, dat de Hudson opvoer.
Toen de „Halve Maen" weer in Holland
terug kwam en men verslag uitbracht ove
zijn bevindingen, werd besloten een eskade
uit te zenden om het nieuwe land te onder
zoeken. Voor zestig gulden kodht men
eiland, dat men den naam gaf van Nieuw
Nederland; de latere nederzetting ontving
den naam van Nieuw Amsterdam.
Later legden de Engelschen beslag op dit
Fa. H. j. Phaff Winschoten
De vlag aanvaard
De heer H. G. J. de Monchy heeft
mens de- directie van de Holland Amerika
Lijn „De Prineevlag" dank gezegd voor dit
kostbaar geschenk en gaarne de verzekering
gegeven, dat de aangeboden natievlag nooit
in verkeerde handen zal komen.
Onder het zingen van „O schitterende
kleuren" brachten de le.den van „De Prin
eevlag" een vlaggegroet.
Défilé voor den Burgemeester
Na afloop van deze plechtigheid hebben
de Princevlag-leden gedéfileerd voor den
burgemeester van Rotterdam Mr P. Droog
leever Fortuyn, die in gezelschap van
eenige autoriteiten vanaf de trappen van
het Raadhuis dit défilé gadesloeg.
Inzonderheid voor de vele leden van „De
Prineevlag" was 't een mooie middag, die
ongetwijfeld nog lang in de herinnering zal
worden bewaard.
Het Concertgebouw
jubileert
Enkele onderscheidingen
uitgereikt
Hulde aan bestuur, dirigent
en orkest
De viering van het jubileum van het
Con certgebou work est te Amsterdam
heeft Zaterdagmiddag een nieuw hoogte
punt bereikt in een herdenkingsbijeenkomst,
welke met medewerking van het orkest
werd gehouden.
Een groot aantal genoodigdien en eere-
gasten, waaronder Minister mr. J. A. N
P a t ij n, hoofdambtenaren van regeerings
departementen, het gemeentebestuur van
Amsterdam, tal van vooraaoetaan le
figuren op het gebied dei- toonkunst en beel
dende kunst en vele anderen, woonden de
plechtigheid bij.
Nadat Dr. J. P. Fockema Andrea?,
voorzitter van de commissie van advies in
zake de bevordering der toonkunst van
Rijkswege, in een rede de beteekenis van het
Concertgebouw in het licht had gesteld, werd
het woord gevoerd doo»* Minister Patijn
namens den Minister van Onderwijs, die
verhinderd was aanwezig te zijn. Spr. zeide,
dat ook de Regeering niet achter wil blijven
met haar hulde voor en waardeering van
het Concertgebouworkest, Namens de Re
geering wenscht Spr. het bestuur geluk met
het feit, dat het dezen dag mag beleven en
sprak de wensch uit, dat het aan het be
stuur moge gelukken het orkest door de
moeilijke tijden die we thans beleven heen
te brengen en het te doen blijven bestaan
als een kunstwerk, waarop Nederland
trotsch is.
Aan het slot van zijn rede deelde de
Minister mede, dat het de Koningin be
haagd had te benoemen tot ridder in de
orde van den Nederlandschen Leeuw
den voorzitter van het bestuur van het
Concertgebouw, Dr. H. P. Heineken,
en den onder-voorzitter-penningmeester,
G. H. de Marez Oyens J.Czn., ter
wijl aan den suppoost-bouwkundig op
zichter C. de Groot en aan den hoofd
beambte W. Smies was toegekend de
eere-medaille in zilver, verbonden aan de
orde van Oranje Nassau (luid applaus).
Ook andere sprekers, waaronder de Bui
gemeester van Amsterdam, Dr. W. de
Vlugt, hebben daarna bestuur dirigent en
orkest in hartelijke bewoordingen gehuldigd
Willem Kes herdacht
In deze herdenkingsbijeenkomst werd ook
de nagedachtenis gehuldigd van den eersten
dirigent Willem Kes. Een plaquette met
diens beeltenis werd door Prof. Dr. Willem
Mengelberg onthuld, die tegelijk vergun
ning vroeg een enkel woord, dat hem reeds
lang op het hart lag, te mogen uitspreken.
Dit woord luidde: Beterlaatdannooit.
De heer Van den Eerenbeemt bood
vervolgens van het door Dr. Rudolf Mengel
berg geschreven gedenkboek de eerste zes
exemplaren aan minister Patijn, burge
meester De Vlugt, Dr. Heine ken, Dr
Willem Mengelberg, Dr. Fokkema
Andréae en mevr. Rudolf Mengel
berg aan.
Na deze plechtige herdenking hebben hon
derden gebruik gemaakt van de gelegenheid
het bestuur te complimenteeren.
De uithoek Friesland
Het blijft sukkelen naar deze provincie
Waarom wordt Friesland door de Spoor
wegen tooh sinds jaar en dag zoo stiefmoe
derlijk bedeeld'? Men heeft daar altijd het
oudste materieel en niets dan boemeltrei-
nen. Zoo was het en zoo blijft het ook nu
zoo klaagt het R.K. dagblad Ons Noor
den, dat in Groningen verschijnt:
Groningen krijgt straks voor zijn ver
bindingen naar Zwolle behalve de Die
sels stoomsneltreinen, die alleen in Assen
stoppen en de 105 kilometer in een uur
en 12 minuten afleggen.
Leeuwarden houdt pp dit traject het
tweede klasse materieel met uitsluitend
stoomtreinen, die over de 94 km, welke
Leeuwarden van Zwolle scheidt, een uur
en 27 minuten zullen doen. Dus ondanks
het feit, dat het traject 11 km korter
doen de treinen er een kwartier langer
De Diesels, die straks rijden op het
traject GroningenZwolle, doen er maar
een uur en 6 mjnuten over.
De z.g. Friesche sneltreinen stoppen
dan ook in Dedemsvaart, Meppel, Steen
Drama en Tooneel
Studentencorps F. Q. L te Kampen
Voor F. Q. I. heeft Drs. G. D. Jonker,
van Groningen, gesproken over Drama en
Tooneel. Spr. gaf eerst een belichting yan
het begrip kunst in het algemeen. Het is
een samenvoegend vermogen; de nadere be
paling wijst het een plaats in den aestheti-
schen wetskring. Wat het aesthetisohe zelf
aangaat. God schiep de wereld schoon en
zal haar na den jongsten dag weer in ai
haar schoonheid doen blinken. Spr. citeert
o.m. Hartmann, die zegt dat de kunst aan
vankelijk met de religie nauw verbonden
was, maar zich allengs van de religie heeft
losgemaakt. Spr. ziet in deze woorden waar
heid als hij let op Israels cultuur, die hst
schoone aan haar dienstbaar maakte, terwijl
in de nieuwe bedeeling die kunst haar vrije
ontwikkeling kreeg. Met name Calvijn heeft
dit gezien. Met citaten bestrijdt spr. het wan-
denkbeeld dat Calvijn en het Calvinisme
Kunstfeindlich zouden zijn.
De kunst heeft haar eigen individualiteits
structuur. Wel zal het kunstgevoel zijn
intentioneele object, schepping van zijn fan
tasie, straks in kunstmiddelen objecti-
veeren, b.v. in marmer of op het doek, maar
de kunstm i d d e 1 e n zijn altijd secundair.
Uitdrukkingsmiddelen (symbolen) van de
kunst zijn: woord, vorm en rhythme. Spr.
bestrijdt de opvattingen van Prof. Dooye-
weerd die onderscheidt tusschen aesthetiseh-
en symbolisch gekwalificeerde dingstructu-
ren in de kunstmiddelen. Spr. v-aagt zich af
waar in Dooyeweerds opvatting het kunst
werk gebleven is.
De kunst wordt nu verdeeld naar 1e
kunstmiddelen in: epische, beeldende en
rhythmische kunst. Het drama heeft tot
object de daad, maar het woord is hier toch
middel; het drama is dus te rekenen tot de
epische kunst en is essentieel niet te ond'
wijk, Wolvega, Heerenveen, Akkrum,
Grouw, Leeuwarden. Men noemt dit snel
treinen, in werkelijkheid zijn het boe-
meltreinen, zoodat op deze hoofdlijn
straks geen enkele sneltrein meer rijdt.
Het eevolg van een en ander is, dat
men om van Leeuwarden in Utrecht te
komen, bijv. moet vertrekken des mor
gen om 6.14 vertrokken is. De Fries moet
dus over het veel kortere traject Leeu
wardenUtrecht ongeveer een half uur
langer sporen dan de Groninger over dit
zelfde traject, ondanks het feit, dat het
traject Groningen 11 km langer is.
Het geheele voordeel voor Friesland
van de nieuwe dienstregeling bestaat
dan ook hierin, dat het aantal zg. snel
trein-verbindingen naar Zwolle van 7 op
11 wordt gebracht, maar daar houdt het
dan ook mee op.
tirion carlier
linnenweverij
nu en en-station
Telefoon No. 3
Uitsluitend levering rechtstreeks
aan particulieren.
scheiden van lyriek en epiek. Anders even
wel is het met het tooneel. De gemaakte
onderscheiding in de Kunst mag niet tot een
scheiding worden, er is onderling verband.
Nu is het tooneel zelf niet middelpunt, maar
saamvoeging, synthese, van allen die de
De tooneelspcler nu maakt ziohzelf tot
kunstmiddel van zijn eigen intentions!
object. Dat object is bij den tooneelkunste-
naar niet beslist ident met dat van den
dramaturg die het op te voeren drama
sclireef, en het middel tot uitdrukking van
zijn object is: de tooneelspeler zelf. Zoo poogt
men den mensch een objectsfunctie toe te
kennen in den aesthetischen wetskring. Spr.
kent slechts één geval waarin dat meer ge
beurd is, nl. in den economischen wetskring;
in de slavernijis getracht den mensch tot
object te maken in laatstgenoemden wets
kring.
Spr. toont nu aan, dat er in de historie
van Chr. zijde groote bezwaren tegen het
tooneel zijn ingebracht, maar er zijn ock ver
dedigers geweest.
Spr. zegt dat er geen reden is om aan
te nemen, dat een nieuwe poging tot
Chr. tooneel zioh van zonde zal vrijhou
den. Maar praktische bezwaren en de
zonde in den mensch zijn geen afdoende
argumenten tegen tooneel.
Wel echter zijn er principieele beswaren
die doorslaggevend zijn. Behalve de zeif
objectivatie van den mensch, die spr. reeds
noemde, is er nog dit bezwaar, dat er geen
tooneel mogelijk is zonder het conflict. Is
dat conflict tusschen mensch en mensch,
dan heeft men comedie. is het tusschen God
en mensch, dan heeft men tragedie. (Spr.
wees de onderscheiding door Dr. Eringa, van
Rotterdam, in drama, tragedie en comed:e
af). Maar wie durft iomand op te dragen
de rol van Satan te spelen, of welke slechte
rol ook? Om deze redenen keurt
spr. het tooneel, in welken vorm
ook. af.
Hollandsche en Vlaamsche
schilderkunst
Tentoonstelling in „Art!-" te Amsterdam
De bekende kunstfirma D. K a t z te Die
ren heeft in de zalen van „Arti et Amici-
tiae" te Amsterdam, Rokin hoek Spuij
een tentoonstelling ingericht, die de aan
dacht verdient
Prof. H u i b Luns, de voorzitter van'
„Arti", heeft Zaterdagmiddag in tegen
woordigheid van vele kunstbroeders deze
expositie van oude Hollandsche en Vlaam
sche schilderkunst uit de 16e en 17e eeuwr
geopend.
Namens Bestuur en Leden sprak Proh
Luns zijn erkentelijkheid uit voor de
schoone verzameling, die hij gaarne in het
licht zag van het eeuwfeest van „Arti" in
het volgend jaar.
Deze tentoonstelling, aldus spr., zal het
weer eens in herinnering brengen dat do
meesters van vroeger", die deze werken
tan hun vaderland en aan de wereld nai
lieten, de beste, de edelste vertegenwoordi
gers zijn van land en volk.
Hierna gaf spr. een karakteristiek vari
het streven der oude Hollandsche en
Vlaamsche schilders, die hij besloot met
de woorden: Als in het leven van een volk
de machtige aantrekking van het schoone
geen plaats heeft gevonden, dan ontbeert
het iets. Dank zij de meesters, wier werken
hier langs de wanden hangen, staat er in
„Hollands tuin" niet alleen de laurier,
maar pronkt er de onverwelkbare bloem
van de Hollandsche schilderkunst.
De tentoonstelling, die tot 4 Juni ge
opend blijft, is een keurcollectie. Rem
brandt is met eenige fraaie en zeldzame
doeken ook hier de koning. Daarnevens
noemen wij den bekenden Vlaming An-
thony van Dyck en onderscheidene andere
groote meesters uit Noord- en Zuid-Neder-.
land: Ferdinand Bol. Jan Steen, de beide
Ruysdaels, Jan van Goyen, Philips Koninck
enz.
De schilderstukken geven een schoort
bocld van de artistieke kwaliteiten der
groote meesters. Bij de opening kon Prof4
Luns geen autoriteiten verwelkomen, aan
gezien deze berichten van verhindering
hadden gezonden. Wij voelden deze abseni
tie ditmaal als geen gemis: de „autoritei-,
ten" hingen aan de wanden. 1-Iun schoone
werken, kunstuitingen van de eerste orde,
spreken den nazaat na vele eeuwen nog
toe. Het dagelijksche leven hunner dagen,
in zijn bonte verscheidenheid, boeit in
hooge mate, onder het verrassend licht dat
de schilders uit Hollands bloeitijd er over
werpen, niet opzettelijk, maar als van zelf.
Van bijzondere schoonheid zijn de portret-i
ten van Rembrandt, terwijl menig oud-
Hollandsch landschap indruk op den toe
schouwer maakt.
De opbrengst der entreegelden is vooij
„Arti" bestemd, die van den verkoop van
den catalogus voor het „Fonds voor bijzon
dere nooden" te Amsterdam,
Een bezoek aan deze tentoonstelling 13
zeer aan te bevelen.
PROEFSCHRIFT IN HET FRIESCH
Over Gysbert Japiks
Tot doctor in de letteren en wijsbegeerte
promoveerde Vrijdag de heer D. Kalma,
leeraar in het Engelsch aan het Lyceum te
Eindhoven.
Het proefschrift handelde over den Frie«
schen dichter Gysbert Japiks (16031666).
Het proefschrift was in de Friesche taal
geschreven en was het eerste, dat in die taal
in ons land is verschenen.
Het Gezelschap van Christelijke Historici
in Nederland hield dit jaar zijn achttiende
jaarvergadering te 's-Gravenhage, onder
voorzitterschap van dr. J. C. H. de Pater
aldaar, De jaarverslagen van den secretaris
dr. J. V e 1 d k a m p te Hilversum, en den
penningmeester dr. L. C. S u 11 o r p te Schie
dam, werden onveranderd goedgekeurd.
Behandeld werd het rapport van de com
missie betreffende de leemten in de Pxotes-
tantsch-Ghristelijke geschiedvorsching en ge-
schiedschr ij ving
ZONDER SCHADELIJKE LAXEERMIDDELEN
en U zult 's morgéns „kiplekker"
uit bed springen,
lederen dag moet Uw lever minstens een liter ga!
In Uw Ingewanden doen stroomen. Wanneer deze
stroom van gal onvoldoende Is, verteert Uw voedsel
niet, het bederft. U voelt U opgeblazen. U raakt
verstopt. Uw lichaam is vergiftigd en U bent
humeurig, voelt U ellendig en ziet alles somber in.
De meeste laxeermiddelen zon slechts lapmiddelen.
U moet CARTER'S LEVERPILLETJES nemen om
een liter gal vrij te doen stroomen en U zult weer
geheel fit zijn. Onschadelijk, plantaardig, zacht, on-
ovjrtr?Jfln om de £al te doen stroomen.
Eischt Carter's Leverpilletjes bij apothekers eq
drogisten. I, 0.75.
(90
De geregelde Woensdagmorgen-bezoeken aan Woudewijk
had ze gestaakt. Toenemende drukte gaf ze als reden op. Ze
kwam nog wel, maar dan meest 's avonds met Hans. Slechts
een enkele maal kwam ze op een morgen en dan onverwacht.
De oudjes misten haar bezoeken meer, dan ze elkaar wil
den bekennen. Die Woensdagmorgens, wat waren ze heer
lijk geweest. Was het weer niet te ongunstig, dan stond
vader een kwartier voor de trein aankwam al aan het station,
terwijl moeder, ondanks het vroege uur, de koffie klaar had.
't Had dan altijd iets geleken op de Zaterdagen van vroeger,
al duurden de bezoeken kort.
De stilte in het meestershuis werd zoo zwaar te dragen,
üu er die eene, blijde morgen niet meer was.
Dat het zoo stil worden kón!
Vroeger was het feitelijk nooit stil geweest, ook niet voor
Willy er was. Daar was het personeel, dat vaak even inliep,
daar waren leden van het schoolbestuur, die iets met meester
te bespreken hadden, daar waren menschen, die meesters
raad of voorlichting noodig hadden, daar was elke dag
Kobus-de koster. Nu was er de nieuwe meester, joviale jonge
man, nu was er een geslacht voor wie meester enkel nog de
6ud-onderwijzer was, een geslacht, te jong, om meester als
vriend te beschouwen. Neen, ze vergaten meester niet, dat
bleek met nieuwjaar en op verjaardagen. Maar zulke dagen
zijn er niet veel in een jaar.
Op Zaterdagavond, dan waren ze zelden meer zonder be
zoek. Dan klopte om ongeveer zeven uur Ko Zwaanswijk aan
de achterdeur.
,,'t Was me liever, als hij op Zondag kwam", had de juf
frouw een keer gezegd.
„Nooit laten merken, hoor moeder", had meester ge
antwoord.
Zondagavond, dat zou den jongen te veel doen denken aan
vroeger. Het Zondagsche tafelkleed, het Zondagsche servies,
heel de Zondagsche sfeer zou hem doen terugdenken aan de
jaren, toen de plaats tegenover hem nog bezet was.
Lang had het geduurd, eer hij weer in het meestershuis
was verschenen. Zijn geregeld bezoeken was pas begonnen,
toen dat van Willy ophield. Dit was geen toeval, begrepen
de oudjes. Vader Zwaanswijk was zeer oplettend betreffende
alles, wat Willy betrof, ofschoon hij haar naam nooit meer
noemde.
Wou de jongen hen troosten in hun eenzaamheid?
Een flinke kerel was kosters Kobusje geworden, breed ge
schouderd, stevig gebouwd. Het jongensachtige, dat hij zoo
lang had gehouden, was verdwenen, had plaats gemaakt voor
ernst en vastberadenheid.
Had het enkele jaren geschenen of zijn energie was ge
doofd van studeeren sprak hij niet meer toch bleek heel
sterk het tegendeel, toen hij in een lange zomervacantie twee
actes tegelijk verwierf, Engelsch en Duitsch. Niet de studie
maar het examen-doen had hij gemeden. Direct daarna was
hij doorgegaan voor middelbaar Duitsch, was nu al in het
bezit van A, blokte hard voor B.
Het hoofd van de Rotterdamsche Ulo-school, die hij diende,
had zijn lesuren zóó geregeld, dat hij enkele absoluut-noodige
colleges in Leiden kon volgen „alhoewel het in mijn eigen
nadeel is", had de man hem lachend toegevoegd. Een uitste
kend onderwijzer zou de school aan hem verliezen, als hij
later het middelbaar onderwijs dienen ging.
„Voel je daar meer voor dan voor een lagere school?" had
meester Verduynen hem gevraagd. „Ik heb me altijd het
meest tot kinderen aangetrokken gevoeld. Gymnasiasten en
H.B.S.-ers zouden mij te lastig zijn. zoo half kind en half
mensch
,,'k Heb ze nu ook van dien leeftijd, 't valt best mee", had
Kobus geantwoord, toen, ietwat weifelend er bij gevoegd:
hoofd van een school word je niet licht, als je alleen bent en
altijd gewoon onderwijzer te blijven, staat me niet aan."
Dit was de eenige maal geweest, dat hij een tipje lichtte
van de sluier, die zijn levensleed verborg.
Meester zat dikwijls somber voor zich uit te staren, als
Kobus vertrokken was. De juffrouw kon dan vaak zuchten.
Lang duurde het, eer ze elkaar hun diepste gedachten open
baarden. Toch kwam het zoover. Het gebeurde op een dag,
toen wat was al te sterk contrasteerde met wat had kunnen
zijn.
Zaterdagmorgen en geheel onverwacht Willy op bezoek.
„Maar kind, j ij, vandaag?"
„Ja, ik vandaag. Boos? Nee toch?"
„Natuurlijk niet. We zijn veel te blij, dat we je weer eens
zien", zei vader.
„Je treft het maar zoo slecht. We zijn de kamer aan het
doen", zei moeder.
„We? We? Leert u dan nooit, het werk over te geven aan
j^uw gedienstige? En is er maar één kamer hier in huis? Wacht
™aa5' aan* Vooruit, Geertje, we werken met z'n
Een half uur later was de kamer klaar en zaten ze er zoo
rustig, of het geen Zaterdag was.
„Ja", verontschuldigde Willy zich. „ik moest u zien eer de
nieuwe week begon. Denk niet, dat ik u vergeet, al 'kom ik
zoo weinig. 't Is maar, dat ik het hoe langer hoe drukker krijg.
Ik kan haast niét wegkomen. En 's avonds dan is het zoo
ongezellig voor Hans. Hij werkt hard voor zijn boek, hè? Ik
wil er hem geen avond afhouden, 's Avonds zit hij bij mij iö
de kamer te werken. Ja, er komt heel wat kijken voor zoon'
boek over rechtswetenschap
Heel druk was ze. Heel vroolijk deed ze. Ze gaf haar
ouders bijna geen tijd om aan het woord te komen, vroeg bij
haar vertrek wél, wanneer vader en moeder eens weer kwamen
logeeren, maar toonde zich weinig teleurgesteld over huH
„voorloopig nog niet".
Moeder had hoofdpijn na haar vertrek. Vader zei, dat hij
voelde, een dagje ouder te worden, 't Kon ook zijn dat ze
aan bezoek niet recht meer gewend waren, maar hij was wat
moe. Evenwel het gesprek 's avonds met Ko maakte hem
niet moe, dat bezorgde moeder geen hoofdpijn.
Zwijgend zaten ze tegenover elkaar, toen hij was heenge
gaan. Meester vergat te waarschuwen, dat het bedtijd werd.
meesters blik scheen gebonden aan de stoel, waarop „de
jongen" gezeten had. Meester opende een paar maal de
mond, maar sloot die weer, zonder een woord te hebben uit-
gebracht.
Zij, z'n vrouw, zou ze Wat nu? Huilde ze?
„Vrouwtje!"
„Ja, stil maar. 't Is zóó weer over."
„Is het om W%?" (Wordt vervolgd).