N.V. KONINKLIJKE FABRIEK VAN VERBANDSTOFFEN
Il^ermöhlen*
Verbandstoffen
voorheen UTERMOHLEN CO.
AMSTERDAM (HOLLAND) EMST
Fabriek te Amsterdam
Verbandstoffen zijn zoo oud als de menschheid
zelf, zij het dan ook dat zij oorspronkelijk en nog
eeuwen lang niet anders dan in de meest primi
tieve vormen werden gebruikt. De tijden liggen
nog niet zoo heel lang achter ons wellicht komt
het hier en daar nóg wel voor dat spinraggen,
kastenmakerslijm en niet te vergeten blaadjes
tabak, beschouwd werden als onvolprezen midde
len om wonden te bedekken.
Het zal u bekend zijn dat de oudste bewoners der
aarde vo<?r het verzorgen van verwondingen
slechts gebruik maakten van kruiden, waarvan zij
de geneeskracht hadden leeren kennen. Dat was
yrijwel het eenige hulpmiddel waarop zij waren
aangewezen en gelukkig was het in haast onbe
perkte hoeveelheid aanwezig. Bedenk maar eens
dat in die oertijden de plantengroei van veel weel
deriger aard was dan tegenwoordig en van geheel
anderen aard. Van bladen, wortels enz. werd een
papje gemaakt en dat met behulp van andere bla
deren en twijgen van klimop-achtige planten (o.a.
lianen) op de wond bevestigd. Vermoedelijk zal het
feit, dat in die eerste tijden de menschheid over
het algemeen krachtiger was en dus meer weer
standsvermogen had dan tegenwoordig, in niet
geringe mate hebben bijgedragen tot spoedige ge
nezing, misschien wel „ondanks" de primitieve
hulpmiddelen.
Geleidelijk nam de kennis der wondbehandeling
toe, tegelijk met het voortschrijden der beschaving
en zoo worden o.a. bij de Egyptenaren reeds tal van
voorschriften aangetroffen, ons bekend uit de ge
neeskundige papyrusrollen die bij opgravingen zijn
te voorschijn gebracht. In latere eeuwen moet wel
een belangrijke achteruitgang of stilstand zijn in
getreden. Het heeft althans honderden jaren ge
duurd alvorens werkelijk belangrijke vorderingen
in de wondbehandeling werden gemaakt. De tal
rijke, bloedige en dikwijls heel langdurige oorlo-
waren juist daarom zoo ontzettend in hunne
gevolgen omdat van de toch al talrijke gewonden
zulk een buitengewoon groot aantal door onvol
doende behandeling ten doode was opgeschreven.
Het z.g. „koud-vuur" eischte dikwijls nog meer
Slachtoffers dan de strijd zelf.
Meen nu niet dat men dit alles maar lijdelijk aan
zag. Verre van dat. Door alle eeuwen heen heeft
de wetenschap zich bezig gehouden met het vraag
Stuk hoe de nadeelige gevolgen van verwondingen
zooveel mogelijk te beperken. Vergeet niet dat de
hulpmiddelen voor een betere bestudeering ook nog
zeer primitief waren en dat de kennis zelfs van
Vooraanstaande geleerden op zichzelf nog maar
zeer bescheiden was. Zoo kon het gebeuren dat zelfs
nog ten tijde van de Napoleontische oorlogen en
ook later nog duizenden en duizenden levens ver
loren gingen die tegenwoordig dank zij de mo
derne wetenschap en techniek vrij zeker behou
den hadden kunnen worden. Dank zij het feit dat
heel langzaam aan betere begrippen ontstonden,
voornamelijk van wat wij thans noemen „de bacte
riologie", wijzigden zich ook geleidelijk de begrip
pen omtrent een doelmatige wondbehandeling. Dat
ging echter maar niet zoo zonder slag of stoot.
Een enkele keer deed zich een waarschuwende
stem hooren, doch het moest 1860 worden, voor
een belangrijke stap in de goede richting werd ge
daan. Toen vond n.l. Davaine in het bloed van
lijders aan miltvuur kleine staafjes. Hij noemde
deze „bacteriën" naar het Grieksche woord baktron
Aan haar komt de verdienste toe de verbandmidde
len in nieuwen vorm het eerst in Nederland te
hebben geïntroduceerd. Men specialiseerde zich
op verbandstoffen, instrumenten en artikelen voor
ziekenverpleging.
Geleidelijk kwam men in Apothekerskringen tot
de erkenning, dat een fabriekmatige vervaardi
ging van verbandstoffen gewenscht is, zij het dan
ook niet zonder strijd. Doch ondanks vele moeilijk
heden tegenwerking enz. verwierven Utermöhlen's
verbandstoffen zich in korten tijd 'n buitengewoon
goeden naam hetgeen tengevolge had dat de vraag
hand over-hand toenam en reeds spoedig naar
grootere ruimte moest worden omgezien. Na eeni
ge tusschentijdsche verhuizingen werd in 1898 de
Cardeermachines. Fabriek Ernst
dat „staaf" beteekent. En in 1865 bewees Pasteur
dat „bacteriën" ziekten veroorzaakten.
De bekende Engelsche geneesheer Lister werkte op
deze bevinding voort en maakte haar tot grond
slag voor zijn z.g. anti-septische wondbehandeling.
In 1867 deelde hij bijzonderheden mede over het
anti-septisch (bederfwerend) vermogen van carbol
maar ook deze mededeelingen werden lang niet
overal met vertrouwen ontvangen. Lister vond zelfs
heftige bestrijders, o.a. Creteur, die in 1870 als
gedelegeerde van de Belgische regeering de slag
velden van Sedan en andere bezocht en rapporteer
de, dat naar zijn meening, de infectie niet wordt
verspreid door sporen of microscopische deeltjes,
maar dat de stinkende gassen de eigenlijke ziekte-
verspreiders zijn.
Tegelijkertijd geeft van Bruns dan een voorschrift
voor het „ontvetten" van katoen, dat, wat de hoofd
zaken betreft thans nog wordt gevolgd.
In dien tijd werd de aandacht van C. F. Utermöh-
len op „verbandstoffen" gevestigd en het was op 15
Januari 1880 dat de jonge firma Utermöhlen en
Co zich te Amsterdam in de St. Luciënsteeg no. 7
vestigde.
fabriek aan de Weesperzijde in bedrijf gesteld, uit
wendig een sieraad voor de omgeving, inwendig
een model-inrichting.
Als blijk dat ook in officieele kringen de ontwikke
lingsgang van het bedrijf met belangstelling werd
gevolgd en dat het streven der firma ook daar
waardeering vond moge dienen dat in 1895 het
recht was verkregen tot het voeren van het wapen
van H.M. de Koningin-Moeder. In 1900 verleende
H.M. de Koningin het praedicaat „Koninklijke" en
van dat oogenblik af luidt dan ook de titel der
Vennootschap:
N.V. Koninklijke Fabriek van
Verbandstoffen
v.h. Utermöhlen Co.
een naam die over de geheele wereld roemvol be
kend is.
Steeds talrijker en belangrijker werden de orders,
ook van buitenlandsche regeeringen. Reeds veertig
jaren doet men „zaken" met Zuid-Afrika op de
meest prettige wijze. Onwillekeurig denken we
hier aan de Boerenoorlog. In den uiterst korten
tijd van tien dagen werd een zending van honderd
vijf en twintig kisten verbandstoffen gereedge
maakt en verzonden; wel een bewijs dat men de
firma met vertrouwen, ook in uiterst moeilijke om
standigheden gerust zeer belangrijke opdrachten
kan toevertrouwen.
Een doorn in het oog was het voor den leider dat
er geen enkel practisch en afdoend verband be
stond waarmede verwondingen onmiddellijk en
zonder hulp van derden door den gewonde zelf
konden worden verbonden. Na eindelooze studies
en proefnemingen verraste hij in het begin van
1901 iedereen met een verband, zóó eenvoudig van
samenstelling en zóó gemakkelijk te hanteeren, dat
eigenlijk van het ei van Columbus mag worden
gesproken. Utermöhlen's
Aseptisch snelverband
thans overal bekend en bij voorkeur gebruikt, ver
overde in een minimum van tijd een vooraanstaan
de plaats onder de noodverbanden.
Demonstraties en besprekingen hadden plaats in:
Duitschland, Oostenrijk, Hongarije, Engeland,
Frankrijk, Italië, België, Servië en Bulgarije.
Niet overal wilde onmiddellijk het conservatisme
Fabriek te Ernst
vang. Het hinderde hem steeds dat het zoo belangt
rijke artikel
Watten
niet in eigen inrichting kon worden vervaardigd,
maar van anderen moest worden betrokken. Ook
daaraan moest en zou een einde komen. Men wist
de hand te leggen op een complex te Ernst nabij
Apeldoorn en hier verrees in 1907 de bekende
Utermöhlen's Verbandwattenfabriet
Op de meest moderne wijze uitgerust is deze fa
briek, evenals het stamhuis te Amsterdam, een
modelinrichting geworden, die door haar buitenge
woon groote productie voor een zeer belangrijk
deel voorziet in de behoefte aan verbandwatten
van talrijke landen.
Klein zelfs onbeteekenend begonnen heeft do
Koninklijke Fabriek zich in weinige jaren
een vooraanstaande plaats veroverd.
Een der waschmachines, die
de katoen na het spoelen
automatisch in de centrifuges
werpen
de vlag strijken voor de nieuwe richting in de
Eerste Hulp, doch werkelijk goede vindingen kun
nen op den duur niet worden tegengehouden en dus
werd Utermöhlen's Aseptisch Snelverband uitein
delijk allerwege naar waarde geschat. Thans blijkt
nog dagelijks dat het destijds uitgestrooide zaad
rijke vruchten draagt en dat met de uitvinding van
het Snelverband een onberekenbaar groote
dienst is bewezen aan honderdduizenden om niet
te spreken van millioenen gewonden, die een vlot
te genezing voor een niet gering deel te danken
hebben aan deze vinding.
Nauwelijks waren de jaren van groote inspanning
voor het snelverband achter den rug of de Heer
Utermöhlen zette zich er toe om uitvoering te
geven aan andere plannen, van niet minderen om-
Na harden strijd om de suprematie, ondanks alia
tegenslagen kan men na ruim een halve eeuw ver
klaren: „Wij hebben ons doel bereikt".
Dat geeft reden tot groote voldoening maar het legt
ook groote verplichtingen op. Is het moeilijk om
zijn doel te bereiken en een vooraanstaande plaats
in te nemen, het handhaven is nog vèèl moei
lijker.
De geschiedenis van de N.V. K o n i n k 1 ij k G
Fabrieken van Verbandstoffen v.h.
Utermöhlen en Co. is èèn aaneenschakeling
van strijd om den voorrang en tegelijkertijd een
waarborg dat niet ontijdig uitgerust zal worden
van alle inspanning, maar dat net dezelfde energie
en volharding zal worden voortgegaan op den in
geslagen weg, gedachtig aan het woord van Mar-
nix van St. Aldegonde: „Repos ailleurs".
Verpakken van Verbandwatten in cartonnen vouwdoozen. Fabriek Amsterdam