VIM UIT OOST- EN WEST-INDIE WEK DE GAL IN UW LEVER OP WOENSDAG 2 FEBRUARI 1938 EERSTE BLAD PAG. s NVv.h. J. GILTAY ZN BOEKBINDERIJ RONDBLIK OP DE LANGE BAAN iVifET de hervorming van den volken- bond wil het nog steeds niet bijster vlotten. De zoogenaamde commissie van 28, wier speciale taak het is, deze hervorming voor te bereiden, heeft ook gisteren zich weer met besprekingen beziggehouden, welke zich voornamelijk concentreerden rond het befaamde artikel 16, de zoo genaamde sanctie-paragraaf Het zijn in het bijzonder de neutrale mogendheden, o.a. de Oslo-staten, die zich om dit artikel bekommerd hebben, daar zij het als een toekomstig struikelblok aanzagen, en zelfs als een hinderpaal voor hun eigen veilig heid en vrede. Deze staten hebben uit de spannende dagen van het Italiaansch- lAbessijnsche conflict een heugenis over gehouden, welke niet spoedig zal verblee- ken. De internationale hemel kondigde toen storm aan. en zij die anders geen schade zouden hebben beloopen, daar zij ver ver wijderd waren van het tooneel van de ramp, dreigden destijds daarin op indirecte manier te worden betrokken, dank juist deze sanotiemaatregelen. Men kan een waardig lid van de Geneefsche gemeen schap zijn, en zelfs een zeker optimisme met zich meedragen aangaande de toe komst der internationale bemiddeling, en toch de oogen wijd open hebben voor de risico's van onberaden, ongemotiveerd in ternationalisme. Het sanctie-artikel, zoo is dezer dagen te Genève terecht betoogd, is nog nimmer integraal toegepast, omdat steeds de wal het schip bleek te keeren. Het kan daarom beter op non-actief wor den gesteld, gelijk men de veiligheidspal van een revolver overzet, om alle risico .voor den drager daarvan te vermijden. De Fransche woordvoerder Paul Boncour heeft het tegenoverliggende standpunt niet zonder succes weten te verdedigen. Hij on derstreepte in zijn rede, dat niemand auto matisch tot deelname aan sanctiehandelin gen is gebonden, tenzij een volstrekt een parig besluit in deze richting wordt geno men. Deze eenparigheid, zoo liet Boncour doorschemeren, is in de naaste toekomst niet te verwachten. Waarom zich dan kop schuw toonen en een artikel uit het hand vest schrappen, dat als het internationale leven verder is geëvolueerd, te eeniger tijd nieuwe en betere diensten zou kunnen be wijzen? Er zijn dagen geweest, dat men over deelneming aan sancties wat minder libe raal dacht, toen men zulks eenvoudig een moreele verplichting achtte, of althans een noodzaak, die uit internationale belangen en vriendschappen voortsproot. Zullen deze dagen wellicht nog eens terugkeeren? De commissie van 28 verkeert hieromtrent in even groote onzekerheid als ieder ander. iVandaar dat zij haar arbeid voorloopig zal laten rusten, tot na September a.s., ten einde eerst nieuwe instructies bij de vol kenbondsvergadering op te doen. „De wereld is krankzinnig geworden" De Amerikaansche Senaat verontrust Bij de debatten in den Amerikaanschen senaat over de buitenlandsche politiek der .vereenigde Staten heeft Borah een waar schuwing doen hooren tegen een herhaling ,van „de dingen, die den wereldoorlog ver oorzaakt hebben". „De wereld", aldus Borah, „is krankzin nig geworden. Dat is ook te wijten aan het feit, dat de indruk gevestigd wordt, dat 'Amerika en Engeland in gemeenschappelijk overleg hun vlootbewapening versterken. Hiram Johnson, democraat (Califor- nië), vroeg van de regeering een ophelde ring omtrent de buitenlandsche politiek, opdat „de groote ongerustheid omtrent de toekomst weggenomen worde". Roosevelts rede in Chicago aangaande het in quarantaine plaatsen van aanvallen de mogendheden verwierp hij evenals Pitt- mans poging, om de buitenlandsche poli tiek der regeering te rechtvaardigen als een politiek van „non interventie". Vol gens hem is het gevolg van de mislukking der Brusselsche conferentie geweest, dat de Vereenigde Staten geworden zijn „een be dreigende natie, die haar bedreigingen niet heeft ten uitvoer gebracht". Volgens Borah dreigt de vloot-wedloop tot een situatie te leiden even noodlottig als die van vóór den wereldoorlog. DE HERVORMING VAN DEN VOLKENBOND Het veel-omstreden sanctie-artikel Een rede van Paul Boncour Gisteren heeft de commissie van 2S voor de volkenbondshervorming een rede aan gehoord van den Franschen staatsman Paul B o n c o u r. Boncour betoogde o.a., dat het tragische van den tegenwoordigen toestand is, dat juist enkele landen, die vanaf het begin door hun volkenbondsgeest hebben uitgemunt, thans ageeren tegen het bekende sanctie-artikel, waarmee zij de uit den bond getreden staten in het gevlij komen. Boncour erkende ten volle het falen van artikel 16 in de practijk en was het geheel eens met professor Rutgers, dat dit falen nauw verband houdt met de misluk king der ontwapeningspogingen. Hij ver heugde er zich over, dat Unden en Rut gers, in tegenstelling tot den Zwitser- schen gedelegeerde, erkend hadden, dat men moet blijven streven naar de ver wezenlijking van het beginsel van de col lectieve veiligheid. Paul Boncour Boncour zeide ook ten volle te begrijpen de huivering der kleine staten voor hun verplichting tot economische sancties, die hen in een oorlog zou kunnen betrekken, waarbij hun eigen belangen rechtstreeks op het spel zouden staan. Boncour achtte echter die vrees der kleine staten onge grond, daar de regel van de eenstemmig heid bestaat zoowel in den volkenbonds raad, waar steeds een vertegenwoordiger van de groepen der kleine staten zitting heeft, als in de algemeene vergadering, dio voor iedere kwestie van sancties pleegt te worden bijeengeroepen. Boncour herinnerde voorts er aan, dat in het geval van de toepassing der sancties tegen Italië de coördinatie-commissie aan alle staten gelegenheid had geboden, mede te deelen, hoever zij meenden met de toe passing der sancties te kunnen gaan. "Don- cour verzekerde aan de kleine staten, dat deze practijk van 1935, die de individueele vrijheid van beoordeelen der staten eerbie digde, ook in de toekomst zal moeten wor den nagevolgd. Hij hoopte, dat de kleine staten door deze verklaring zouden zijn ge rustgesteld en niet langer op schrapping, of buiten toepassing stelling van artikel 16, uit het volkenbondsverdrag zouden aan dringen. Boncour sprak als zijn overtuiging uit, dat economische sancties op den duur van beslissende beteekenis in den oorlog zullen zijn daar, naar de meening van de mili taire deskundigen, een moderne oorlog niet meer door plotselinge verrassingen snel zal kunnen gewonnen worden. Daarom deed Boncour een beroep op allen, om in de tegenwoordige ernstige omstandigheden den wereldvrede te dienen door de hand having van de bepalingen over de econo mische sancties in het volkenbondsverdrag. Daar de tijdsomstandigheden niet gunstig zijn voor een beslissende be spreking van het onderwerp, besloot de commissie vervolgens zich te verdagen, totdat de volkenbondsvergadering haar nieuwe richtlijnen zal hebben verstrekt. Dit zal in geen geval vóór de volken bondsvergadering van September ge schieden. HET GETORPEDEERDE BRITSCHE KOLENSCHIP Engeland versterkt zijn patrouillediensten Het Britsohe kolenschip, dat vracht voer voor de Spaansohe republikeinsche regeering- en door een duikboot in den grond is geboord, blijkt de „Endymion" te heeten. In Londen is men over dit gebeuren zeer verstoord en spreekt men zelfs van zeerooverij, een gevolg echter van het feit, dat de Britsche regeering steeds heeft geweigerd Franco's kust- blokkade te erkennen. Maatregelen zijn reeds genomen om de Britsche patrouil lediensten te versterken. In verband met het torpedeeren van het Britsohe schip „Endymion" heeft de Spaan- sche ambassade te Londen een verklaring in de Britsche pers gepubliceerd, waarin wordt gezegd, dat de Spaansche regeering ont kent, dat de vloot van Franco over onder zeeërs beschikt, aangezien bij het uitbreken van den burgeroorlog alle onderzeeërs in handen van de regeering zijn gebleven. Men herinnert evenwel aan de verklaring van Queiipo de Llano op 9 Sept 1937, dat de rechtschen vier onderzeeërs hadden ge In de verklaring wordt hieraan toege voegd, dat het toch voor de geheele wereld duidelijk is, dat de onderzeeërs, die derge lijke daden van zeeroof begaan in de Mid- dellandsohe Zee, Italiaansche schepen moe ten zijn. De Spaansche regeering is ver wonderd, dat de buitenlandsche inmenging ten gunste van de rechtschen in dergelijke mate wordt toegestaan, dat belangrijke vlooteenheden ter beschikking worden ge steld. De Spaansche ambassadeur te Londen heeft op het Foreign Office een nota over handigd, waarin wordt geprotesteerd tegen de hernieuwde hulp ter zee van de Italiaan sche regeering aan Franco. „Hierdoor wor den de internationale overeenkomsten ge schonden. De Spaansche regeering beschul digt Italië, de torpedojagers „Aquila" en „Falco" aan Franco te hebben gegeven, de schepen voeren thans den naam „Velasco Ceuta" en „Velasco Melilla". Evenzoo zijn de torpedojagers „Allessandro Powerio" en „Guelielmo Pepe',, alsmede de Italiaansche onderzeeërs „Mola" en „San Jurjo" aan Franco gegeven. De beide onderzeeërs liggen te Solier ^Majorca). Geen Italiaansche duikbooten Te Rome is van bevoegde zijde meege deeld, dat de Italiaansche duikbooten de Italiaansche territoriale wateren niet heb ben verlaten. Zulks naar aanleiding van ge ruchten, als zou de „Endymion" door een Italiaansche duikboot zijn getorpedeerd. LEVERDE BELGIE OORLOGS MATERIAAL AAN SPANJE? Minister Marck weerlegt beschuldigingen De Belgische minister van P. T. T., Marck, heeft gisteren in de Belgische Kamer geantwoord op de van Rexisti- sche zijde gedane beschuldigingen tegen den socialistischen minister Wauters en den gewezen liberalen minister Jas- par, volgens dewelke dezen zich des tijds met de leverantie van vliegtuigen en ander oorlogsmateriaal aan rood Spanje zouden hebben bezig gehouden. De heer Marck zeide o.a., dat op 12 Aug. 1936 de Belgische luchtvaartmaatschappij Sabena van een Nederlander, Parel, eet voorstel ontving voor het aan hem verkou- pen van twee a drie gedeklasseerde Fokker toestellen. Deze zouden volgens Parel voor Zuid-Afrika bestemd zijn geweest. Drie vliegtuigen werden aan den Neder lander verkocht Op 19 Augustus 1936 werd evenwel een koninklijk besluit afgekondigd, volgens hetwelk de export van vliegtuigen van een exportvergunning afhankelijk werd gesteld. Deze vergunning werd niet aan den Nederlander verleend. De vliegtuigen bevin den zich thans nog in een loods op 't vlieg veld van BrusselHaren. Op 23 December 1936 werd door een ge- rechterlijke actie, gevoerd op verzoek van den Spanjaard Bolanos van de Sabena terugbe taling geëischlt van 750.000 francs, de koopsom van de drie vliegtuigen, welke voor rekening van Bolanos waren gekocht Achter af bleek, dat Parel eigenlijk maar 600.000 francs betaald heeft en 50.000 francs com missie per vliegtuig had geëisóht. Het verzoek van Bolanos werd herhaalde lijk van de hand gewezen. De minister concludeerde, dat geen enkele politieke personaliteit zich in deze kwestie gecompromitteerd heeft Hierna kwamen ook minister Wauters en oud-minister Ja spar hun optreden in deze zaak verdedigen. Tenslotte verklaarde minister-president Janson, dat de Rextèten een laakbare daad hebben begaan met documenten te publi- ceeren, welker herkomst zij niet willen be kend maken. GERUCHTEN ROND VON BLOMBERG Hij zou aftreden als minister van oorlog In sommige Berlijnsche kringen is men van meening, dat generaal-veldmaarschalk Von Blomberg, de Duitsche Rijks minister van oorlog, die op het oogenblik met verlof in Italië vertoeft binnenkort zijn functies zou gaan neerleggen. Zulks zou verband houden met het huwelijk dat Von Blomberg heeft aangegaan, en dat in bepaalde kringen misnoegen heeft gewekt Van officieele zijde verklaart men intusschen, dat alle deze geruchten voor barig zijn. Wel verluidt, dat Adolf Hitler den laatsten tijd herhaaldelijk geconfereerd heeft mot de liooge leiders der rijksweer, o.a, Fritsch, Raeder en met generaal Keitel, Blombergs voornaamsten medewerker. Vijftien jaar fascistische militie Gisteren heeft Rome den vijftienden ver jaardag herdacht van de fascistische mili tie. Een aantal militie-bataljons en leger de legaties defileerde in den nieuwen parade pas langs M u s s ol i n i, dio vervolgens de onderscheidingen uitreikte en in een korte toespraak er zijn tevredenheid over betuigde, dat de militie een gesloten massa vormt „Gedurende de 15 jaar van haar bestaan", aldus de duce, heeft zij in Libye, in Abessy- nië en in Spanje haar bloed vergoten en bladzijden van roem geschreven. Sprekende over den nieuwen paradepas zeide Mussolini: „De tegenstanders van Italië beweren, dat deze pas de duidelijkste uiting is van een zuiver militaristischen geest. Dat doet Italië genoegen, want juist daarom is de pas ingevoerd". Tenslotte wendde de duce zich in zijn door de radio verspreide toespraak recht streeks tot de Italianen in Spanje met de woorden: „Het fascistische Italië is sterk. Het beert veel wapenen en nog meer mannen, cxm die wapenen te bedienen. Plet heeft één opper bevel en een gestaalde wilskracht. Italië eerbiedigt ieders belangen, doch het is bereid zijn vrede en zijn toekomst tegen ieder te verdedigen". Een anti-Duitsche expositie te Parijs „Vijf jaar Hitler-regime" De Duitsche pers houdt zicih uitvoerig bezig met een anti-Duitsohe tentoonstelling, welke gisteren te Parijs is geopend, en die „Vijf jaar Hitler-regime" heet Zij protestee ren scherp tegen deze zoogenaamde exposi- tie, welke door het beruchte Thaelmann- eomité is georganiseerd en met den steun van verschillende groepen van 't volksfront is tot stand gekomen. „Deize nieuwe Hetz-campagne", aldus het „Berl. Tageblatt", „wordit gefinancierd met gelden van het volksfront, waarmede de nieuwe regeering Chautemps zich solidair heeft verklaard. De Fransche regeering laat hier een hoogst gevaarlijk spel met zich spelen, waarvan zij zeer zéker te gelegener tijd rekenschap zal moeten geven". De „Berl. Lokal Aruzeiger" sdhrijft: „Dergc lijke (tentoonstellingen zijn niet enkel een onbeschaamde provocatie van het Duitsche rijk, maar tensloitte een beleediging van het Fransche volk, dat met het Duitsdhe m vrede leven wil"... 0cReu*enbui is heel yoordel,g/ U krijgt het dubbele en U betaalt minder reinigt alles NAAMLOOZE VENNOOTSCHAP ALG. BURGER-ZIEKENFONDS Opgericht April 1902 - Telefoon 117970 's-Gravenhage, L. Copes v. Cattenbargb 80 Afd. Ziektekostenverzekering Nieuwe wijze van verzekering tegen de kosten van ziekte, ziekenhnisverpleglng en operatie. Geheele particuliere behan deling met vrije kenze van artsen, apothekers, specialisten en ziekenhuizen. PROSPECTUS OP AANVRAGE Vertegenwoordigers(sters) gevraagd DE TOESTAND IN PALESTINA Een bloedig treffen nabij Jenin Talrijke Arabieren gewond of gedood Uit Jeruzalem wordt gemeld, dat in het Jenin-distriot hevige gevechten hebben plaats gehad tusschen Engelsche troepen en gewapende Arabische strijders. De strijd begon 's avonds, vond den geheelen nacht voortgang en was ook den volgenden dag nog niet beslist. De Engelsche soldaten pro beerden de Arabieren met hulp van tanks, vliegmachines, schijnwerpers en raketten te omsingelen, doch dezen weerden zich met taaien heldenmoed. In hun rijken zouden meer dan twintig dooden zijn gevallen en een zeer groot aantal gewonden. De meeste bendeleden zouden Arabieren van Syrische, Transjordanische of Iraksche herkomst zijn Men meent, dat de Arabische francs- tireurs versterking hebben ontvangen van de bevolking der dorpen, die zich onttrok ken heeft aan de collectieve straffen, welke aan die dorpen zijn opgelegd. In het Jenin- district, waar alle telefoonverbindingen verbroken zijn, zijn 300 Arabieren gearres teerd, De Britsche troepen omsingelden de drie dorpen Arara, Ajoun en Yamoen, die van bijzondere strategische beteekenis zijn. Verplaatsbare radioposten zijn opgesteld, waardoor de samenwerking der verschil* lende eenheden verbeterd wordt. Volgens de „Jerusalem Evening Press" heeft de grenspolitie aan de Syrisch-Pales* tijnsche grens eenige vrachtwagens met' wapens in beslag genomen. Ook in het district van Jericho is het tot botsingen gekomen. Een Arabier en ver scheiden inlandsche politie-agenten werden gedood. De Fransche C.S.A.R.-affaire Twee luitenants-kolonel gearresteerd De luitenants-kolonel van het Fransche leger Benoit en Cachier, die beide tot de reserve behooren, zijn gisteren gearres* teerd, verdacht van medeplichtigheid aan de C.S.A.R.-affaire. In hun woningen zouden bijeenkomsten gehouden zijn. Zij worden beschuldigd van! medeplichtigheid aan het onrechtmatig in* voeren van wapens en het ongeoorloofd be» zitten van springstoffen. Een hond maakt jacht op kindereiï Tientallen kinderen gebeten In de Duitsche grensplaats Gogh is Zater dag een groote herdershond een meisjes- scnool binnengedrongen. Het woedende dier viel de kinderen aan en beet ze, waar hij maar kon. Tien meisjes werden als het ware met wonden overdekt. Zij moesten naar het ziekenhuis worden vervoerd. Daags tevoren had hetzelfde beest op straat drie andere schoolkinderen aangevallen, die eveneens ter verpleging moesten worden opgenomen. Het merkwaardige van het geval is wel, dat deze zelfde hond een week geleden te Hulm in een schoollokaal is binnengedrongen en daar meer dan twintig kinderen gebeten heeft. Maar het meest verwonderd is wel, dat dit gevaarlijke dier Zaterdag nog niet doodgeschoten was. De heer Philips in Indië MEDAN, 31 Januari. (Aneïa). Een verte genwoordiger van Aneta aan boord van de „Christiaan Huygens" een onderhoud met dr. A. F. Philips, directeur van de Phi lips Fabrieken, die eenige dagen in Deli zal vertoeven en een bezoek zal brengen aan autoriteiten en sultans, terwijl hij ook ver schillende ondernemingen zal bezichtigen. Daarna zal hij naar Padang doorreizen, waarna dr. Philips via Benkoelen en ver moedelijk Palembang naar Java gaat, oim zijn opwachting te maken bij den gouver neur-generaal. De heer Philips zal besprekingen voeren met diverse autoriteiten waarna hij via China, Japan en Galifornië over New-York naar Nederland terugkeert, waar hij in Juni weer hoopt te arriveeren. De heer Philips verklaarde onder meer, dat veel aandacht zal besteed worden aan radiokwesties in Indië, waarbij vooral ook de radio-ontvangst in Noord-Sumatra, wel ke volgens bekomen adviezen verbeteringen behoeft, de aandacht' heeft. Ook zal gelet worden op den inheemschen omroep in het algemeen, waarvoor contact zal worden ge zocht met de inlandsche radiofederatie, ter beoordeeling in hoeverre plannen tot verbe tering van de Phoho-ontvangst door opstel ling van een nieuwen sterken, gerichten kortegolf-zender te Eindhoven te verwezen lijken is. Hiervoor zullen directe uitgaven van circa f 250.000 noodig zijn. De heer Philips, over den algemeenen economischen toestand sprekende, meende dat optimisme gerechtvaardigd was. Hij achtte de huidige inzinking slechts van zeer tij de lijken aard. Ontploffing aan boord van de „Reael" Twee stokers het slachtoffer Zondagmorgen heeft aan boord van het s.s. „Reael" van de K.P.M. een zeer ernstig ongeluk plaats gehad, dat reeds één men- schenleven heeft gekost, terwijl voor het le ven van een tweede slachtoffer gevreesd wordt, lezen wij in het B. N. De „Reael" lag toen het nog donker was reeds voor Priok en wachtte het daglicht' af om de haven binnen te loopen. De stoom voor de machine der „Reael" wordt opgeleverd door twee waterpijpketels, waarin een druk van 14 atmosfeer. Twee Inlandsche stokers bevonden zich bij een der ketels, toen juist de pijp zich met een knal begaf. Met een geweldige kracht spoot de stoom uit het lek; de ketel liep leeg en de twee ongelukkige stokers kregen een goed deel van de stoom, welke een tempera tuur van 350 gr. C. had, over zich. Het toe gesnelde macihinekamerpersoneel vond de tfwee zwaar verminkte stokers, die naar eeii veiliger plaats werden gedragen. Voor een der slachtoffers heeft de hulp der doktoren niet meer mogen baten: hij is denzelfden dag in het K.P.M.-ziekenhui3 overleden. Ook het andere slachtoffer is deerlijk mef brandwonden overdekt; voor zijn leven werd gevreesd. Een ontsnapte moordenaar weer gevat Naar de Deli Crt vernam heeft de Veld* Politie te Siantar een Javaainsche koelie ge* arresteerd, die een-en-twintig jaar geleden! nabij Tandjong Balei een moordaanslag pleegde op een Europeeschen assistent, ten gevolge waarvan deze overleed. De koelie werd toen veroordeeld tot een langdurige gevangenisstraf, doch wist na vijf jaren te ontvluchten en was sedert dien spoorloos verdwenen. In 1917 werd op de kebon Poelahan (Tand jong-Balei) de assistent, de heer de Vries, door een Javaanschen koelie Taib doodelijk gewond. De koelie was ontevreden over de hem toebedeelde, portie rijst en ging zijn be klag indienen bij den heer de Vries. Er ontstond een twist, waarbij de koelie zijn pisau blati nam en den assistent doode lijk verwondde. De landraad van Tandjong Balei veroor deelde Taib destijds tot vijftien jaar gevan genisstraf en men zond dén man als dwang arbeider naar Maes (Makassar), waar hij in 902 ontvluchtte. Gedurende vele jaren hoor de men niets meer van Taib totdat de veld politie te Siantar dezer dagen het een en ander over hem vernam, dat een verder on derzoek rechtvaardigde. Taib werd gearresteerd en bekende ten slotte de ontvluchte dwangarbeider te zijn- én U zult 's morgens „kiplekker" uit bed springen. Eiken dag moet uw lever een liter gal ln de In gewanden doen vloeien. Wanneer de galafachelding onvoldoende is. wordt Uw voedsel niet verteerd, het bederft. Er vormen zich gassen in Uw lichaam. U raakt verstopt. Uw organisme wordt vergiftigd en U wordt humeurig en loom. U ziet alles zwart. De meeste laxeermiddelen zijn slechts lapmid delen: een geforceerde stoelgang neemt de oor geheel herstelt. Een plantaardig, zacht, i troffen middel om de gal te doen vloeien. Elscht Carter's Leverpilletjes, verkrijgbaar bU apothekers en drogisten ln flacons van 0.76. Meester begreep: ditmaal waren het niet Kobus' hersenen, 'die bevrediging zochten; ditmaal vroeg zijn hart. „Je weet even goed als ik, Kobus, dat de Bijbel ons van geen vagevuur spreekt. Het is den mensch gezet eenmaal te sterven en daarna het oordeel". „Ja, ja, ik wéét et, maar benne dan al die Roomsche gek, 'die d'r in geloove? God is toch barmhartig"? „Vind jij het barmhartig, Kobus, iemand, die hier de strijd gestreden heeft daarna opnieuw in ellende te brengen? Me dunkt het moet een ontzettende gedachte zijn, het lichaam van een van je dierbaren te zien in de rust des doods en dan te gelooven dat de ziel op hetzelfde oogenblik door helsche smarten wordt gepijnigd. Denk eens aan je vader, die" „Meester et gaat om hém, om hem die hier in dut graf zei legge. Meester, wat motte me nou van hém geloove"? „Oordeelt niet, laat de dooden rusten". „Ja, maar meester, zie je, ik hoop dat ik d'r geen zunden an doen, maar ik kom d'r nie over uitgeprakkezeerd. De man heb van z'n jonge jare of gezaid, dat ie bekeerd was en hai kon toch zo getuige, meester, hai was zo thuis in de Schrift." „Hij wist die anders ook wel eens heel onschriftuurlijk te .verklaren", kon meester niet laten te zeggen. wLa da zo zain, maar meester, hai hait anders de weg na de hemel geweze. Me aige vader, o meester, daar mos ie bai ge weest zain. De man had et 'zo benauwd met z'n aige en wat de domnee ök zee et gaf allegaar niks. Toe kwam Hannes. Die heb met 'm gepraat en gebeje, meester je wier d'r koud van, zo mooi as de vent prate kon. En wat een vraimoedegait. Hai was nog jong, amperan dertig en me vader was de zeuventig gepasseerd, maar meester zoo zeker as ik weet, dat de Heere me vader hait opgenome, zoo zeker weet ik, dat Hannes em de weg geweze hait. En as ie dan denk an al da geknoei met die broje en as ie dan hoort hoe die gezope hait, meester dan wor je d'r beroerd van. Je weet misschien wel, hoe die main een keer hait offebekt. Ze zegge hier wel, dat ik toe ben offedrope, omdat ik niks kon terugzegge, nee meester da was et 'm nie. Ik zee: „Hannes, zee ik, jai hoort nie in dé kroeg. Jai mos toch wete, da geen dronkaard et Koninkraik der Hemelen ken beërreve. Ik meenden et goed, meester, ik doch om me vader en ik doch: Kobus. ök een kind Gods ken ofdwale, jai mot em waarschouwe. En toen, meester, toe zee die: man. zee die, durf jai je vuile vingers uitsteke na main? As jai Gods volk anraak, dan raak ie Gods oogappel an, denk daar maar om. Och meester, hai zee nog veul meer, van de toorn Gods, die op me zou neerdale, nou ja, je weet wel. Toe ben ik vort gegaan, want ik doch; as ik nog meer zeg, zait hai ök nog meer en dan bezundigt ie z'n aige nog erreger. Kaik, meester, en nou ken me dat ök nog weer spaite". „Je bedoelt, dat je hem niet genoeg gewaarschuwd hebt? Hannis is vaker gewaarschuwd dan enkel die keer door jou, dat weet ik". „Och ja, dat ken wel en da doet er ök aigeluk niet toe. ,.'t Blaift voor main maar de vraag: wat mö je van zoo'n man denke. Zie je, voor zoo'n man hoop ik op een vagevuur". t.En ik hoop, dat hem zijn zonden vergeven zijn. Hannes"! „O, wat dattan betreft, netureluk meester! Maar die worre je toch enkelt maar vergeve as ie berouw toont. Zoowat hebbe me van Hannes nie gehoord. Die is zoo rustig gesturreve, as tie geleefd hait en as z'n vrouw nie zo van de kook was geraakt, dan had enkelt de dokter kenne zegge, wat ie ge- mekeerd hait. Meester, as ie bekeerd ben, dan mö je d'r maar nie zoo op los leve. Wie de weg des Heeren geweten hait, hè, die kreigt dubbelde slage. Vergeving hebbe we noodig, ne tureluk, maar me motte ök goed make, wa we misdeje. As die tollenaar zait, dat ie et gestolene vierdubbelt zei teruggeve, wordt em toch ök nie gezaid, dat ie et wel houwe mag. Teuge andere zou ik et nie graag zegge, meester, maar jai ben geen prater en et mot me van me gemoed: Hannes was een dief en dronkaard en hai gong wel zonder berouw. Ik ken nie geloove, da zoo eentje maar regelrecht na de hemel gaat en ik ken ök nie geloove, dat ie in de hel is." ,,'t Doet er ook niet toe, wat wij van hem gelooven, Kobus. „Al weten wij niet van Hannes' berouw, toch kan er dat wel geweest zijn. Als zijn laatste gedachte een gebed om vergeving was zal geen mensch dat ooit weten, maar dan is het door God gehoord. Ook voor de zonden van Hannes heeft Christus geleden. En nogmaals, Hannes, laat de dooden rusten, laat het oordeel aan God. Wat weten wij van onzen medemensch? Alleen dat, wat we zien. We weten niet, hoe zwaar de strijd was, die Hannes te strijden had; we weten wel, hoe vaak hij viel en niet hoe vaak hij de verzoeking weerstond. Dat weet God alleen en Hij meet met andere maat dan wij. Wat het vagevuur betreft, man, ook ik geloof aan een vagevuur, maar dan een vagevuur aan deze kant van het graf. In dat vagevuur zijn we, als we onze zonden zien. niet maar zoo in het algemeen, doch als onze verkeerde woorden, daden en gedachten een voor een herleven voor ons geestesoog. Laten we hopen, Kobus, dat de Heere ons dat vagevuur niet onthoudt. Maar nou moet ik gaan, heuscb, ik kwam om Willy, Mijn vrouw wacht op haar." Meester had nog veel meer willen zeggen, maar èn de tijd èn de aanwezigheid der kinderen drong hem tot gaan. Net als Kobus, had hij ze enkele oogenblikken vergeten, had niet gemerkt, dat ze onder het gesprek dicht genoeg bij ge komen waren, om te kunnen luisteren. Wat zouden ze gehoord hebben, wat begrepen? Willy's gedachten maar zien af te leiden, over iets beginnen, dat haar interesseerde, dan vergat ze het wel. IX. „'t Spoor zei dut jaar nog gaan raie", vertelde op een Januari-avond Piet Zwaanswijk van achter zijn krant. „Is 't echt". Die uitroep van vader verwonderde het gezin meer dan het nieuws, dat Piet vertelde. „Vader schaint er danig mee in z'n schik te zain", lachte Piet. „Pas maar op moeder, strakkies wordt ie nog wereld reiziger". „Hai neemt een abberement", veronderstelde Jan. Vader Kobus was er meè in zijn schik. Dat het nou toch gebeuren zou, juist zooals hij het gevraagd had, juist op tijd voor zijn jongen. De oorlog was niet bevorderlijk geweest voor de werkzaam heden aan de spoorweg. Algemeen had men gemeend, dat er nog wel een jaartje zou voorbijgaan, eer de trein liep en nu uiterlijk Augustus zou de lijn geopend worden. Kobus kotf het in de benauwd warme kamer niet uithouden, hij moest naar buiten. Hij moest alleen zijn met zijn gedachten en met God. j XWordt vervolgd)] J

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1938 | | pagina 2