mmmm DE FINANCIËN BESPROKEN ëEsssyU's daH: KOFFIE H/IG LANGS WONDERLIJKE WEGEN VRIJDAG 19 NOVEMBER 1937 DERDE BLAD PAG. 9 Tweede Kamer Directe belastingen contra het groote gezin Minister Romme houdt zijn maidenspeech et van tevoren va? voor de relatie zelf recte. Het is een nieuw woord, dat blijkbaar Voornde "gróote^gezJiTnen^ Herrts^hie?P als met de directe belastingen. Beide kunnen juist van deze belasting? en de en. Wat dit laatste punt betreft, valt J arannkNokt,°enrmetZdeZS''tdSn! velerlei lage lusten. De Minister bleek gaarne bereid we*'in en^e^tue^öT^riTgiï 'vmTdé indien we ons niet vergissen, bij de begrooting nog wel op deze zaak Wanneet kcaJ-en zenuwen genoeg keUen van depük- kefende wetking den ceffeine. Een spanne Vertaald door E. Ze bukte zich. toen ze iets zachts voe In al de drukte van haar gesprek met Smith en Verne en haar voorbereidingen om bij hen het werk te beginnen had ze in het geheel niet meer gedacht aan dat ding, waar haar moeder zoo veel waarde aan hechtte. Blijkbaar had Mary eTWdze d" ,tvoorschijn haalde, riep Rose: „Wat een ichtig ding! Maar j_e zult nu niet z'ehaald Het zou dwaasheid zijn, om .te beweren, dat Daphne s leven nu ineens zoo heerlijk was als ze zich dit wel had voor- opgelfotenre^itten in 'n kantoorlokaal! gebogen over een voor baar zeer onbelangwekkende correspondentie, met technische .termen, waar zij dikwijls niets van begreep. De warmte in hoofdpijn, zoodat ze al heel wat van haar frissche 1 een paar maal hadden ze zelfs al eens op de Theems Geregeld eens per maand halen en nam hij ze mee te d Hij beweerde, dat hij dit Het was nog vroeg in het najaar toen Eil. voor een van jullie tóden: Wié zou 't zijn?" Rose zat te lezen: Daphne was ijverig aan het kousen Rose ging overeind zitten en legde haar boek neer. „Nu, het was ook maar gekheid hoor! Het is heel aardig van de Hertogin. Wat zijn de vereischten? Je weet, Eileen. dat ik volkomen tevreden ben met mijn tegenwoordig lot!" „Voor Rose zou het als geknipt zijn", nu voor het eerst ook een woordje in he „Voor jou zou het op zn minst zoo goed zijn!" antwoordde Rose. „Maar. ga voort, Eileen?" „Het salaris is honderd pond per jaar en je bent intern". „Is het dan buiten de stad?" vroeg Rose. En toen het antwoord bevestigend luidde, zeide ze: „Zie je, dat geeft den doorslag. Dan wil ik 't niet hebben, want ik wil niet uit Londen weg. Ik ben al drie-en-twintig jaar lang gen! Dus, zie nu Daphne maar te overreden, dat zij het neemt. Die ging er nu bij zitten en zei op haar kalme, nadrukkelijke wijze: „In waarheid had ik ook meer hst oog op Daphne. Je herinnert je wel, dat toen wij den laatsten keer dineerden met Mr. Churton, hij zei. dat hij. - nu je zoo veel meer rou tine van stenografie had gekregen, je erebaantje a'yjy- Daphne.'é,Het hOTorarium^vtad "k zeer vrfoUcend"^ twee pond per week niet vèr reikt! „Moeder en ik hebben er eens over gepraat en we zijn bei- het baantje. Het is aan een sanatorium voor soldaten, die aan g^sverstikking hebben, geleden. Het is een particuliere inrich ting met een dokter aan het hoofd, die bijzonder belangstelt in dergelijke gevallen. Ik geloof, dat hij een stille, zwijgzame man is. Hij moet niet bijzonder op vrouwen zijn gesteld, maar. nu het steeds moeilijker wordt om mannen te krijgen, kan hij niet langer buiten vrouwelijke hulp. Hij woont in het sanato rium: zijn moeder heeft een particuliere woning op het ter rein en de secretaresse zou daar ook haar intrek hebben. Het eigenlijke werk aan het hospitaal is heel licht en dus wordt er van je verwacht, dat je Mrs. Oliphant ook eenigszins bij staat. Zij schrijft novellen, ofschoon ze nu niet veel meer werkt, doordat zij aan zenuwzwakte lijdt. Heb je den moed. om het eens te probeeren. Daphne? Moeder zegt, dat ze je geheel als een van de hunnen behandelen zullen. Ze heeft Mrs. Oliphant enkele jaren geleden goed gekend. Er moet zich een treurige geschiedenis hebben afgespeeld in haar leven. „Ik zou het heel graag eens probeeren", zei Daphne. „Is zij Esther Oliphant? Dan heb ik een paar boeken van haar ge lezen". „O, ik ken haar", zei Rose nu. „Is zij niet voor de tweede keer met een Duitscher getrouwd? Zeker, ik heb er van gehoord. Ze hebben hem geïnterneerd". Eileen schudde het hoofd. „Ze is getrouwd met een Duitscher, maar hij is gestorven, drie jaar na den oorlog. Het was haar zoon uit het tweede huwelijk, die geïnterneerd werd. Hij is nu dood. de arme jon gen! Ze zeggen, dat zij nooit over haar verlies heen gekomen is. Ze hield heel veel van dien zoon, terwijl ze nooit veel gaf om den oudste, die nu aan het hoofd van het sanatorium staat"i Wordt vervolgd

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1937 | | pagina 9