Drie eeuwen Java Suiker Industrie DE MALENBURG ZATERDAG 6 NOVEMBER 1937 DERDE BEAD PAG. 9 De Handelsmissie naar Zuid-Amerika Het rapport aan de Regeering gepubliceerd Tal van conclusies en adviezen Markten moeten op meer intensieve wijze worden benut A LS bijlage van het weekblad „Econo mische Voorlichting" wordt deze week het rapport gepubliceerd van de Handels missie, welke in het voorjaar van 1937 naar Zuid-Amerika is geweest. Dit rapport bevat een groot aantal gedocumenteerde opmerkingen, voor zoover niet uitslui tend voor de Regeering bestemd. Aan de conclusies en adviezen van dit rapport ont- leencn we, voor zoover zij nog niet bekend zijn, de volgende bijzonderheden: De missie is tot de overtuiging gekomen, 'dat haar uitzending nuttig en verantwoord was. Het zou in hooge mate betreurens waardig zijn, indien de stemming en de (goodwill, die het de Missie gelukte wakker te roepen, zonder verder gevolg bleven. De taak voor de Regeering Voor de Regeering zal een punt van over weging moeten uitmaken, of niet de Neder landsche Vertegenwoordiging in de vier be trokken Staten voortaan zoodanig ware in té richten, dat rjeze op bijzondere wijze dienstbaar gemaakt wordt aan het onder zoek en de actieve bewerking der zich voor doende economische mogelijkheden. De Mis sie is van meening. dat het Nederlandsche belang gebaat zou zijn, indien deze Ver tegenwoordiging werd toegerust met een plaatselijk niet gebonden speciaal orgaan, hetwelk in staat wordt gesteld de nooddgc opsporingen en onderzoekingen te doen, de noodjge aanrakingen te zoeken en de noo- dige besprekingen te voeren. Materieel ware de positie van titularissen zoodanig in te richten, dat, binnen zekere grenzen, hun bewegingen niet op financieele belemme ringen behoeven af te stuiten. Gelet op den omvang der betrokken landen, komt 't juist op deze bewegelijkheid aan. De Missie ge looft dat, wanneer een goede keuze wordt gedaan, de onkosten door het resultaat ge makkelijk zullen worden goedgemaakt. Prima vertegenwoordigers noodig Met zekerheid kan geconstateerd worden, dat de AJB.C.-staten en Uru guay voor ons productieapparaat afzet mogelijkheden bieden. Deze afzetmogelijkheden zijn echter alleen te benutten, wanneer ons be drijfsleven deze markten op meer in tensieve wijze bewerkt. Het verkrijgen van prima vertegenwoor digers is voor onzen export van fundamen- deel belang. Rechtstrerksch contact met •importeurs onder uitschakeling van ver tegenwoordigers leidt dikwijls tot teleur stelling. Het is. in het bijzonder in 'deze veraf ge legen landen, van groot belang, dat de Ne derlandsche export-fabrikant zich persoon lijk ter plaatse oriënteert, ziin vertegen woordigers leert kennen etc. etc. Geconstateerd werd. dat samenwerking ïusschen Nederlandsche exporteurs en hun vertegenwoordigers in deze landen veelal niet voldoende intensief is. De Nederland- sche export-fabrikant zal zijn vertegen woordiger geregeld en voortdurend op de .hoogte moeten houden omtrent den gang van de productie, nieuw opgenomen arti kelen, leveringsmogelijkheden, algemeene gang van zaken in zijn branche en prijzen. De Nederlandsche export zal zich moe ten aanpassen aan locale smaak en handels usances. Met name zullen de Nederland sche leveranciers de aldaar gebruikelijke betalingsvoorwaarden moeten accepteeren. De scheepsbouw en metaalindustrie als mede de aannemersbedrijven moeten zoo veel moerdijk naar samenwerking streven, opdat onnoodige onderlinge concurrentie wordt uitgeschakeld. Het zou van 't groot ste belang zijn, indien deze ondernemin gen ter plaatse over een vakkundig ver tegenwoordiger van voldoende allure beschikken konden voor het behartigen hunner belangen in den ruimsten zin des woords. Zeer nuttig ware het, indien het Neder landsche bedrijfsleven zou kunnen beslui ten tot het oreaniseeren van een „supervi sing office", dat als algemeen steunpunt ten behoeve van onze exportindustrieën kan fungeeren. Een zoodanige figuur zal in nauwe samenwerking met onze diploma tieke en commercieele vertegenwoordigers oetcn optreden. De Nederlandsche nijverheid realiseere, dat de steeds verder voortgaande industria lisatie welke ook in dit werelddeel plaats "indt reeds grootendeels in de zgn. „cou rante" artikelen voorziet. Export-verrui ing zal dientengevolge op den duur slechts mogelijk zijn, indien onze indus- trieelen zich instellen op speciale artikelen voor deze markten, hetgeen op den weg onzer kwaliteits-industrie ligt. Landbouw Argentinië, Brazilië, Uruguay en hoewel in mindere mate ook Chili, zijn landen, die groote hoeveelheden arbeids-extensieve agra rische producten voortbrengen en expor ten ren. Met uitzondering van consumptie-aard appelen is er in deze landen slechts plaats voor veredelingsproducten van Nederland sche herkomst. 1 Door hooge tarieven heeft zich een zuivel industrie kunnen ontwikkelen, die in hoofd zaak voorzien kan in de naar evenredig heid geringe consumptie. De verbruiker stelt weinig eischen ten opzichte van de kwaliteit. De primitieve melkwinning maakt 't be reiden van kwaliteitsproducten vrijwel on mogelijk. Bovendien houden de hooge tarie ven de ontwikkeling van een zuivel indus trie. die op de wereldmarkt de ipri.js-con- currentie aan kan, tegen. Redenen waarom van een export van zuivelproducten van eenige beteekenis in de naaste toekomst wel geen sprake zal zijn. Voor fokvee van Nederlandsche origine bestaat in deze vier landen afzetmogelijk heid. Een krachtige propaganda voor ons fok vee is in al deze landen zeer noodzakelijk De afzet van pootaardappelen naar Bra zilië kan van blijvend belang zijn en zich nog verder ontwikkelen. In Sao Paulo is ons pootgped voldoende bekend, in Rio Grande do Sul moet daaraan nog meer he- kendheid ges-even worden. Dit laatste geldt ook voor Chili en Uruguav. Of Argentinië afnemer van pootaardappelen zal worden is zeer de vraag. Het loont echter waar schi.jnlijk de moeite, daarvoor propaganda te maken. In tijden van misoogst heeft Argentinië behoefte aan een belangrijken import van consumptie-aardappelen. De omvang van 't GEEN GEMORS! Geen inkt aan den houder! Geen inkt aan Uw handen! Rustig steunend op den glazen rand, zóó zuigt de pen zich zindelijk vol. Uw vingers blijven schoon! Een schitterende verbetering, deze nieuwe handige Talens „Elite"-flacon! Gevuld met den allcrbesten Talens-vulpeninkt. En toch slechts 60 cent, alom in den boekhandel. Schóón in dubbelen zin: ontwerp Copier, leerdam tekort en de prijst waarvoor geleverd kan worden, bepalen het aandeel, dat Neder land in deze kan hebben De vraag, of het de moeite waard is voor deze wisselvallige markt meer geschikte soorten te verbou wen. dient nader bestudeerd te worden. Voor Brazilië en Uruguay zijn onze beken de soorten wel bruikbaar. Bloembollen en zaden kunnen vermoede lijk in meerdere mate. dan dit thans het geval is. naar deze landen verkocht wor den, indien meer propaganda gemaakt wordt. Naar de afzetmogelijkheid van drui ven in. Brazilië dient, aan de hand van verzamelde gegevens, met belangheb benden een nader onderzoek ingesteld te worden. GEHEIMZINNIGE VERDWIJNING VAN EEN MANUSCRIPT Dichter-zanger Speenhoff gedupeerd Wie weet er meer van De bekende dichter-zanger J. H. Speen hoff wordt sind6 een anderhalf jaar gekweld door een geheimzinnige ge schiedenis, welke hij al dien tijd voor zich zelf heeft gehouden, maar welke hij nu toch aan de openbaarheid prijs wenscht te geven in de hoop, dat het mysterieuze raadsel daar door tot een oplossing zal komen. De hulp. welke hij inroept, houdt verband met de opsporing van een manuscript, het welk hij na zijn Indische reis schreef over het leven in onze Oost, in het bijzonder dat op de olie-ondernemingen. De heer Speen hoff leende anderhalf jaar geleden dit ma nuscript ter lezing uit aan een van zijn in tieme vrienden. Sindsdien is het werlc, be staande uit circa 100 getypte vellen, spoor loos verdwenen. Reeds tijdens zijn verblijf in Ned. Indië begon de dichter-zanger te werken aan een boek, dat hij onder den titel „In ons Indië" na zijn terugkomst in het moederland wilde uitgeven. In het tweede deel beschreef de heer Speenhoff de toestanden in en rond de plantages en in het bijzonder het leven der Europeanen, zooals dat in werkelijkheid is en niet zooals dat dikwijls wordt voorgesteld. Dit deel van Speenhoffs werk vertelt van een jongeman, die naar Indië wordt uitgezonden en in een olieonderneming zal worden ge plaatst. Hem is meegedeeld, dat Europeanen op de plantage leven als beesten en niets anders doen dan vechten, luieren, drinken en zich rijk stelen. Tijdens de bootreis stelt hij zich alvast op een dergelijke levenswijze in. In zijn nieuwe omgeving aangekomen ziet hij tot zijn niet geringe verbazing en blijdschap, dat men hem 't Indische leven in Holland valsch heeft voorgesteld. Het ma nuscript geeft dan een beschrijving van het leven, zooals het in werkelijkheid is en dat zich in niets onderscheidt van dat hetwelk men van een beschaafd en ontwikkeld mensch mag verwachten. Dit tweede gedeelte leende de dichter- zanger ter lezing aan een van zijn beste vrienden, omdat hij een uitgever bereid had gevonden het boek uit te geven en hij er prijs op stelde het oordeel te vernemen van iemand, die daartoe z.i. bevoegd is en die wellicht eenige correcties zou kunnen aan brengen. Deze vriend stond het werk voor eenigen tijd weer ter lezing af aan een der den persoon en sindsdien is het spoorloos Een toelichting op de vraag: Wat is een Mijnhardtje? staat op pag. 2. verdwenen. Naar de heer Speenhoff mee-' deelt, is gedurende anderhalf jaar op alle mogelijke manieren getracht het manuscript terug te vinden, dat is evenwel hoe vreemd dat ook is niet gelukt. Omdat het niet uitgesloten is, dat het manuscript op de een of andere wijzp in het bezit is geko men van nog een vierde persoon, verzoekt de heer Speenhoff langs dezen weg ieder, die het mn»e aangaan, zijn werk terug te willen zenden aan zijn adres: Seinpostduin, Scheveningen. Drinkwaterschaarschte op Urk Aangezien het op Urk al in maanden niet of weinig geregend heeft, heerscht daar thans een groote behoefte aan drinkwater. De kwaliteit van het leidingwater is van dien aard aat het onmogelijk als drinkwa ter kan dienen. Wanneer er niet spoedig ver andering ten goede komt, zal er op 't eiland een onhoudbare toestand ontstaan. Het drinkwater is er al zoo gering, dat hiervoor reeds meermalen pompwater gebruikt wordt. Indien de droogte zou aanhouden en er vorst mocht intrcoen, zal Urk binnen enkele da gen geheel en al zonder drinkwater zijn. KIND OVERREDEN EN GEDOOD Gistermiddag om vijf uur is het driejarig zoontje van de familie T. H. Adam te Koe wacht (Z.V1.) door een vrachtauto over reden en op slag gedood. DOOR AUTO GEGREPEN Gistermiddag kwam de heer A. M. Carree, wonende aan de Cronjelaan te Zeist uit de Montaubanlaan den Utrechtscheweg op rijden. toen uit de richting van Utrecht een auto naderde. De heer C. weifelde een oogen- blik met gevolg, dat hij door de wagen werd gegrepen en tegen de grond geslingerd. De heer C. was vrijwel op slag dood. Den be stuurder van de auto treft geen schuld aan het gebeurde. DOODELIJKE VAL Gistermiddag om ongeveer een uur was dc 58-jarige electricien J. A. Meervoord bezig werkzaamheden te verrichten op een loop kraan in de machinefabriek van de N.V. Backer en Rueb te B r e d a, toen hij tusschen de loopkraan en de muur bekneld raakte. Hij viel van een hoogte van twaalf meter naar beneden en was op slag dood. Het slachtoffer was gehuwd. Groote moeilijkheden in de tachtiger jaren De gevreesde sereh-ziekte Zware slagen tijdens de wereld crisis der laatste jaren II Zware moeilijkheden waren het die de Ja- vasuikerindustrie in de tachtiger jaren te overwinnen had. Alle cultures waren tot dusver vrijwel verliesgevend geweest, alleen de suiker maakte alles goed. Toen oan ook de suiker tenslotte verlies begon op te leve ren scheen het einde nabij.... Het is ongetwijfeld de verdienste van de bekende Amsterdamsche groot-kapitalisten geweest, dat zij den storm tijdig hebben we ten te bezweren; den grooten instellingen, wier bestaan een oogenblik onzeker scheen, nieuw leven hebben verschaft en een middel hebben gevonden om uit de moeilijkheden te geraken zonder dat deze zich financieel door geheel Nederland zouden doen gevoelen. De jaren, onmiddellijk na 1SS4, waren in zooverre gunstig, dat b.v. in 1887 een geringe beetwortelsuikeroogst werd gewonnen, ten gevolge waarvan de suikerprijs onmiddellijk verbeterde en de Java-oogst tot voordeelige prijzen kon worden gerealiseerd, Maar bo venal krachtig hebben tot de betere uitkom sten, bijgedragen de verbeteringen, die, ten- igevolge van de crisis, in het bedrijf der sui kerindustrie op Java werden aangebracht. Teneinde aan de concurrentie aan de riet suiker door de bietsuiker aangedaan, afdoen de het hoofd te kunnen bieden, moesten de fabrieken worden verbeterd, van geheel nieuwe installaties worden voorzien, zooda nig worden ingericht, dat zij zoo voordeelig mogelijk konden werken. Van dien tijd da teert de voortdurende aandacht, die aan de rietcultuur werd gegeven; de pogingen, door de wetenschappelijke helpers der suikerin dustrie ingesteld om van den grond te win nen wat er van te winnen viel en het riet tot den hoogsten vorm van volmaking te brengen. De gevreesde sereh-ziekte Daarbij komt, dat financieele moeilijkhe den niet de eenige waren, die in 1884 de Java-suikerindustrie bedreigden. Het was toch in 1882, dat een suikerfabrikant in het Westen van Java woonachtig, bemerkte.dat het door hem geplante riet niet opgroeide, doch kort bleef en in plaats van den langeu stengel met bladerkroon een bos korte sten gels met uitloopers en bouquetvormig saam- gevatte bladen vertoonde. Dit verschijnsel de eerste uiting der gevreesde serehziekte werd eerst aan toevallige oorzaken toege schreven, doch in het volgende jaar deed het zich ook meer oostwaarts voor en ieder jaar verspreidde zich de geheimzinnige kwaal meer. De directe gevolgen waren zeer nood lottig, daar de kort blijvende stengel oorzaak was, dat het gewicht zoo klein bleef, dat een aantal tuinen zeker een misoogst ople verden. De ziekte bedreigde de suikerindus trie met de vernietiging van het gewas, ten gevolge van welke bedreiging de hulp van de wetenschap werd ingeroepen. Er werden drie proefstations opgericht met het hoofd doel, de sereh-ziekte te bestrijden en met het aanvankelijke nevendoel om de beste voorwaarden voor de cultuur en de verwer king van het suikerriet te bestudeeren. Wel dra werden deze proefstations de centra, "waar alle vraagstukken over de agricultuur, de bemesting, de bestrijding van ziekten en plagen, de botanie, de scheikunde en de ana tomie van het suikerriet werden bestudeerd; waar de suikerchemie, de techniek en de statistiek van de suikerbereiding, de analy tische methode, de methode ter controlee ring van het bedrijf e.d. werden beoefend, en waar de machinale inrichting der suiker fabrieken grondig werd nagegaan. Het Proef station der Javasuikerindustrie is thans één machtig geheel, waarop de industrie kan bouwen. Dividenden van 200 en 300 pet. De voorspoed in de latere jaren is dan ook niet het minst te danken aan de groote krachtsinspanning die men zich heeft ge troost. Dit blijkt o.a. uit de volgende cijfers: In 1844 werd per bouw nog slechts 24 pi- cols suiker verkregen; in 1884 was dit tot bijna 80 picols gestegen, maa rreeds in 1905 was 't ver over de 100, terwijl het in die stijgende lijn sedertdien is voortgegaan. De eenheid van organisatie en de sterke reserveerings- <poIitiek zorgden voor de rest. Wie herinnert zich niet, dat men de han den van verbazing ineensloeg, wanneer men na de fameuse jaren 1919 en 1920 las, dat er maatschappijen waren, die 200 of 300 pet. dividend aan hun aandeelhouders uitkeer den? Natuurlijk heeft de Javasuiker-industrie ook in de na-oorlogsjaren slagen te verdu ren gehad. Niettemin kon de productie voortdurend stijgen. Telde zij in 1894 ruim 500.000 ton elk van 1000 K.G., in 1904 was reeds een verdubbeling verkregen, terwijl bij het uitbreken van den oorlog de oogst, 1,4 millioen tonnen bedroeg. In 1921 wa? deze opnieuw 1,4 millioen, om, mede tenge volge van nieuwe rietsoorten in 1927 tot ruim 2,3 millioen te stijgen, terwijl zij bij het begin der crisis de 3 millioen een weinig overschreed. De groote wereldcrisis De zwaarste jaren zijn voor de suiker industrie ongetwijfeld na 1930 gekomen. Wa re zij niet zoo goed gefundeerd geweest, wellicht zou zij ten onder zijn gegaan. Nu is aan het bestaan van een groot aantal fa brieken wel is waar een einde gekomen, doch het meerendeel van de eroote concerns is toch blijven bestaan en ook tal van klei nere fabrieken hebben dank zij haar sterke positie, zich kunnen handhaven. Zij hec ook langs een weg, die vallen en opstaan nog telkenmale noodie maakt. De Javasuiker industrie gaat een nieuwe periode van wel licht verminderden, maar dam toch van voor spoed tegemoet, nu de suikerpositie Is gesa neerd De suiker werd wel eens de kurk genoemd, waarop Java dreef. Er was misschien in die benaming iets overdrevens, maar toch ook een kern van juistheid. Andere groote ondernemingen als Detroleum. rubber, tabak, om van thee en koffie niet te gewagen, zijn naast de suiker getreden en beïnvloeden thans de economische ontwikkeling van Indië. Maar onder de cultures neemt de suiker toch altijd nog de eerste plaats in. en naast Cuba is het vooral Java. dat zich qualitatief en quantitatief aan de spits der rietsuiker produceerende landen stelt Hec is voor Ne derland en voor Indië beide te hopen, dat de Javasuikerindustrie haar positie op de wereldmarkt zal herstellen en voorzoover zij die heeft behouden, handhaven; groote be langen voor beide onderdeelen van het Ne derlandsche rijk zijn ermede gemoeid. Dat moge men bedenken op den dag, dat 300 ja ren geleden Van Diemens besluit, geheel onbewust en eigenlijk tegen de weinig oj*- bouwende economische politiek der Oost- Indische Compagnie in, den 6toot gaf tot deze industrie. Met oogsten van het suikerriet. Kijkje Kre 'de snijtuiri* ZONDAG 7 NOVEMBER BLOEMENDAAL. 245.9 M. Uitzending van kerk-, diensten uit de Geref. Kerk. Voorgangers Ds Joh. C. Brusaaard Vra. 10 u.Richteren 13:7b: „Simson, ds Nazlreër Gods" Nam. 5 u.: Zondag 30 Held. C„t. H. Avond maal. HL IBVERSÜM I 1 75 M. S.30 KRO. 0.30 NCRV. 12.15 KRO. 5.00 NCRV. 7.4511.00 KRO. 8.30 Morgenwijding. 9.30 Gewijde muziek (gr.pl.-n 9.50 Nederduitsch Hervormde Kerkdienst. Hierna: Gewijde muziek. 11.30 Orgelspel. 12.15 KRO-Orkest. 1.00 Boekbespreking. 1.20 De KRO-Melodisten en solist. 2.00 Gods dienstonderricht voor ouderen. 2.30 Gramo- foonmuzlek. 3 00 Hartvelt-Strijkkwartet en piano. 3.45 Gramofoonmuziek. 4.00 Zieken- lof. 4.55 Sportnieuws. 5.00 Gereformeerde Sport 7.50 „Nederlai 8.10 1 i Hel ANP. Mededet lingen. 8.25 Gramofoonmuziek. 9.30 KRO- Orkest en solist. 10.30 Berichten ANP. 10.40 —11.00 Epiloog. HILVERSUM II 301 M. 8.55 VARA. 10.00 VPRO 12.00 AVRO. 5.00 VPRO. 5.30 VARA. 8.00 VARA. 8.55 Gramofoonmuziek. 9.00 Voetbal nieuws. 9.05 Tuinbouwpraatje. 9.30 „Twintig jaar Sovjet-Unie", causerie met inleidende gramofoonmuziek. 10.00 Zondagsschool. 10.30 Doopsgezinde Kerkdienst. 12.00 Orgelconcert 12.10 Filmpraatje. 12.35 Orgel- en saxofoon- soli. 1.00 Schilderijbespreking. 1.15 Aeollan- orkest 2.00 Boekbespreking. 2.30 Ensemble „Muaica Antiqua" en solisten. 4.00 Dor drecht's Mannenkoor „Caecilia". 4.30 AVRO- Dansorkest. 4.55 Sportnieuws ANP. 5.00 Ge sprekken met luisteraars. 5.30 Kinderuurtje- S.00 Noviteiten-Orkest, m.m.v. „Dubbel Ze ven". 6.30 Sportuitzendlng. 6.45 Berichten ANP. Hierna Gramofoonmuziek. 7.00 „The Lucky Birds" en solisten. 8.00 Berichten ANP. Mededeelingen. S.15 Omroeporkest en solist 9.00 Radiotooneel. 9.29 Gramofoon muziek. 9.45 Radiojournaal. 10.00 Concert gebouw-orkest. Koninklijke Oratorium Ver. en solist 10.30 Kovacs Lajos' orkest en so listen. 11.00 Berichten ANP. Vervolg concert, 11.30—12.00 AVRO-Dansorleest 4.OS KEULEN 4i»6 M. 12.25 Militair orkest 7.20 Gra- mofoon. BRUSSEL 322 en 4S4 M. 322 M.: 25 Gramofoon 10.5(1 Orgel. 11.50 Zang. 12.20 Gramofoon. 1.50 2.20 en 2.35 Gramofoon. 3.05 Accordeon- muzlek. 3 20 Dubbelmannenkwartet „Anl- mato". 7.20 Zajig. 8.20 Operette. 484 M.! 10.29 Orgel. 2.20—2.35 Gramofoon, 8.20: WALDORP STOFZUIGERS Hand- en Sledemodel N.V. WALDORP RADIO DEN HAAG MAANDAG 8 NOVE HILVERSUM I 1875 M. NCRV-UItzehdlng. 8.00 Schriftlezing, meditatie, gewijde muziek (gr.pl.; 8.30 Gramofoonmuziek. 9 30 Geluk- wenschen. 9.45 Gramofoonmuziek. 10.30 Mor gendienst 11.09 Christelijke Lectuur. 11.30 Friesch halfuur. 12.00 Beriohten. 12.15 Gra mofoonmuziek. 12.30 Stichtsch Salonorkesti 2.00 Voor de scholen. 2.35 Gramofoonmuziek, 3.00 Causerie over kamerplanten. 3.40 Gra mofoonmuziek. 3.45 Bijbellezing. 4.45 Be richten. Gramofoonmuziek. 5.00 Voor de kinderen. 5.45 Pianovoordracht. 6.30 Vragen uur. 7.00 Berichten. 7.15 Vervolg vragenuur, 7.45 Reportage. 8.00 Berichten ANP. Herha ling SOS-Berlchten. 8.15 Orgelconcert 9.09 „De liturgie in do Protest-antsche Eere- dienst". 9.30 NCRV-Orkest 10.00 Berichten ANP. 10.05 Dampraatje. ""0.20 Vervolg concert 10.45 Gymnastiekles. 11.00 Vervolg concert, 11.30—12.00 Gramofoonmuz. Hierna: Schrift lezing. HILVERSUM II 301 M. Algemeen Programma, verzorgd dor de VARA. 10.0010.20 VPRO. 8.00 Gramofoonmuziek. 10.00 Morgenwijding. 10.20 Declamatie. 10.40 Gramofoonmuziek, 11.10 Vervolg declamatie. 11.30 Orgelspel, 12.00 The Lucky Birds en solist 12.45 Gra mofoonmuziek. 1.00 ..Fantasia". 2.09 Gramo foonmuziek. 3.05 Declamatie. 3.30 Zang on gramofoonmuziek. 4.00 Gramofoonmuziek. 4.30 Kinderuurtje. 5.00 VARA-Orkest. 6.00 Optreden van amateurs. 6.39 Muzikale cau serie en gramofooomuztek. 7.10 „Drijven de vastelanden?", causerie. 7.30 Viool en piano. 8.00 Herhaling SOS-Berichten. 8.93 Berich ten ANP. 8.10 VARA-Orkest. 9.00 Declamatie 9.30 De Ramblers. 10.00 Berichten ANP. 10.0S Residentie-orkest 11.00 Orgelspel. 11.30— 12.00 „Fantasia". DROITWICH. 1500 M. 11.05 Orgel. 11.3511.50 an 12.05 Gramofoon. 12.45 Orkest 3.20—3.50 m5.20 Plano. 6.40 Or- Orkest 4.50 kost 8.05 Komische voordracht 8.50 Varlété- 10.20 Radlo- 9.55 Gramofoc RADIO PARIS 1048 M. 12.20 Orkest en zang. 3.05 Piano. 3.20 en 4.20 Zang. 4.35 Koor. 6.20 Gevar. concert. 8.35 Gramofoon. 8.50 „La !Tt 8.20 Orkest BRUSSEL. 322 en 484 M. 322 M.: 8.20 Omroep orkest. 10.30—11.20 Orkest. 484 M. 12.20 Gramofoon. 1.502.20, 6.20 door K. LANTERMANS 14 „Ze moeten me niet zeggen, mijnheer Strikforst, dat het 'schrijfonderwijs er zoo op achteruit gaat. Kijk eens, wat een hanepooten". Samen gingen ze er bij zitten om de brief te ontcijferen. En toen ze bij de lezing opschoten, keken ze elkaar even aan. Maar ze vervolgden, met de vinger bijwijzend, al moesten ze voorloopig nog verschillende woorden overslaan. Bij het einde keken ze elkaar weer aan. En zeiden niets. Alleen wreef Paul even aan zijn voorhoofd. Even later werd alles weer in de kluis geborgen, de boel ging dicht en de twee heeren stapten naar de pastorie. Nou, de menschen in de buurt, die het zagen, verwonderden zich daar niet over. Als je al meer dan een week van de morgen tot de avond in die oude rommel zit te wroeten, waar misschien nog een stuk van een geest in zit, dan wil je je ook wel eens een oogenblik verpoozen. De beide heeren, die al goede vrienden geworden waren, stapten naar de pastorie en regelrecht naar de studeerkamer. Laten we het ding nou eerst eens in zuiver leesbaar schrift overschrijven", zei de dominee. „Dan zullen we daarna af spreken, wat ons .e doen st. t". Paul dicteerde en de dominee schreef op. Ze moesten telkens samen kijken, wat er stond, maar na een half uur was dat klaar. „Nu zal ik U de heele zaak van begin tot eind voorlezen, dan krijgen we er de beste indruk van", zei de dominee. Hij stak eerst op zijn gemak een sigaar aan (Paul rookte nooit), ging in een luie stoel leunen en begon zijn vriend voor te lezen: Beste Zoon, Ik ben verloren. Er is geen uitkomst meer. Altijd heb ik ge speculeerd. Het was een hartstocht geworden. Nu eens schat rijk, dan doodarm. Ik moest een flinke som hebben en had niets. Ik heb ze uit de safe gekregen. Strikforst nam het voor zijn rekening, zou bekennen. Ik beloofde hem bij de aandeel houders voor hem te spreken en hem te sparen. Dan was de zaak gered, ik geholpen en hoorde niemand er van. En Strik forst zou ik geldelijk schadeloos stellen, later. Alles liep me tegen. Strikforst had mij zijn woord gegeven en wilde niet meer terugkrabbelen, zei hij. Ik kon hem niet meer helpen. Hij was een verloren man. Had hij één woord gezegd, hij was gered, maar had mij met de heele familie in het ongeluk gestort. Dat wilde hij niet. Zijn vader had ook al zijn heele leven van de zaak geleefd. Hij hing er aan als een slak aan een steen. Nu is de man verloren. En pas zijn vrouw kwijt. Een kindje van een half jaar. Ik ben radeloos. Ik kan Strikforst niet helpen, die zonder inkomsten loopt. Ik kan mezelf niet handhaven. Ik ben ten einde raad. Ik heb dagen en weken gepeinsd en zie geen uit komst meer. Dat verwenschte speculeeren heeft me ten onder gebracht. Als alles bekend wordt, is de heele familie veracht. Het ergst voor jou, die dominee bent. Help dien armen Strikforst zooveel je kunt. Je weet, hoe ik op hem vertrouwd heb. Hem alleen durfde ik ook zeggen, hoe de zaken er bij stonden. Hij heeft me al meer geholpen in zulke zaakies, al wel drie keer. Deze keer is alles mis geloo- pen. Help hem, als er hier soms iets gebeurt. Ik kan niet meer tegen de stroom op. Ik geef de strijd op.waartegen ik mijn heele leven gevochten heb, en die me tenslotte toch nog over wonnen heeft. Ik ben een gebroken man. Mijn hart staat tel kens stil. Maar help Strikforst, als je maar immer kunt. En heb een beetje medelijden met je verdorven vader. Ook als ik er niet meer zijn zal. Jongen, ik durf niet naar je toe komen. Ik schaam me voor mijn besten, trouwen jongen. Je verbrijzelde vader. „Wist U daar iets van, mijnheer Strikforst?" vroeg de dominee. „Niets dominee. Alleen heb ik als jongen wel eens hooren mompelen, dat vader in Amsterdam geld gestolen had, en ook eens, dat hij lange vingers had gehad, meer niet. Hij zelf heeft er nooit een woord tegen me over gesproken. Zelfs niet gezegd, dat we niet altijd hier gewoond hebben". „Uw vader heeft veertig jaar onder de verdenking geleefd, dat hij zich geld toegeëigend heeft, mijnheer Strikforst, en deze brief zegt duidelijk en klaar, dat de man onschuldig is en de schuld van anderen op zijn schouders genomen heeft. Maar wat doen we nu? Zoo blijven kan het niet. Ik zou zeg gen: wat is nu het beste voor Uw vader? De man is vijf en zeventig, nog wel sterk en krachtig, maar toch vijf en zeven tig. Zoon hart kan niet alles meer verdragen. Zou het deze schok kunnen doorstaan, als we hem met de inhoud van deze brief bekend maken? Wat denkt U?" Paul zat met de kin in de hand voor zich uit te staren en dacht na. Het scheen wel, dat hij vergeten was, waar hij zat. Zoodat de dominee na een poosje nog eens herhaalde: „Wat meent U nu, dat het beste is. wat we kunnen doen?" „Vader eenvoudig deze brief met de duidelijke copie geven en hem vragen, of dit echt of verzonnen is. En dan moet hij" zelf daarna maar zeggen, wat er gebeuren moet". Even later ging de meid van den dominee naar den koster, die toevallig thuis was, met de boodschap, of de koster even bij den dominee op de pastorie kon komen. En toen de man verscheen, vond hij alleen den dominee op de studeerkamer, die zei: „Koster, Uw zoon en ik hebben in het archief deze brief gevonden. We hebben hem even voor U over geschreven. Dan kunt U hem makkelijker lezen. Deze brief is niet door den ge adresseerde gelezen, want de enveloppe zat nog dicht en i k heb hem open gemaakt. Nu vragen Uw zoon en ik U twee dingen: 1. is de inhoud waar? en 2. Wat wilt U hebben, dat we doen, als U de inhoud voor echt erkent? Als U er mee klaar is, belt U dan even?" Wordt vervolgd

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1937 | | pagina 9