Expositie
Heinemann
ZATERDAG n SEPTEMBER 1937
DERDE BUAD PAG. 9
Calvinistische Studenten-Beweging
Het twintigste Congres te
Lunteren
De ouderdom van het menschelijk
geslacht Toespraak Prof. Waterink
Op de wis- en natuurkundige sectic sprak
Dr W. J. A. Schouten, van Arnhem,
over: „De ouderdom van het menschelijk
geslacht".
Spr. schetst, hoe in een vorige eeuw de
evolutie-theorie ook op den mensch werd
toegepast. Sindsdien heeft men gezocht naar
tusschenschakels tusschen de dierenwereld
en den mensch. Dit onderzoek heeft echter
niet tot een overtuigend resultaat geleid
Steeds meer wordt erkend, dat men natuur
wetenschappelijk geen voorouders van den
mensch- kan aanwijzen. Daardoor komt de
theorie van Darwin heel zwak te staan.
Spr. behandelt uitvoerig de vele vondsten
van fossiele skeletten in de laatste kwart
eeuw. Men weet vhans, dat in langvervlog»n
tijden, over een groot deel van Europa ver
spreid, de Cro-Magnonmensch woonde. Do/e
verschilde slechts weinig van den tegen-
woordigen Europeaan. Er is geen reden om
aan te nemen, dat hij op een lagei'e trap
van ontwikkeling stond want zijn schedel-
inhoud is zelfs grooter dan die van don
mensch, die thans ons werelddeel bewoont.
Nog vroeger loefde ook in Europa de Ncan-
dcrdaler. Deze verschilde meer van de thans
levende rassen. Van evolutionistische zijde
heeft men trachten aan te toonen, dat de
Neanderdaler niet rechtop kon gaan en
niet met spraak begiftigd was; maar men
is daar niet in geslaagd.
De Cro-Magnonsche rendierjager kwam in
West-Europa voor ten tijde van den. laat-
stcn ijstijd. Men heeft op allerlei manieren
getracht deze periode in de geschiedenis te
dateeren. De meeste berekeningen verdie
nen weinig vertrouwen. Wanneer evolutio
nisten willen vasthouden aan de groote ge
tallen, die zij veelal opgeven voorden ouder
dom van het menschelijk geslacht, dan zul
len zij een aannemelijke verklaring moeten
geven voor liet feit. dat de aangroeiing van
het menschelijk geslacht in vroegere perio
den veel langzamer is geweest dan in den
historisch en tijd.
De meest exacte methoden geven als resui
ONS FEUILLETON
KORTE INHOUD VAN HET VOORGAANDE
Ook aan Enkkunen ging '1 jaar (566 miel
onqemerkt voorbij. Wel kwam 't hier niet
tot groote uitspattingen als in andere steden,
maar toch ook hier zien velen met angst en
vreeze de toekomst tegemoet.
En steeds meer komt 't gevaar naderbij.
'Bet Westfriesche land werd afgestroopt, ker.
ken en abdijen verwoest.
Verleden jaar kwam Alva met tienduizend.
'Spaansche soldaten. Nog nooit zoo duidelijk
als toen was uitgekomen hoe Filips zijn erf
landen beschouwde. Als wingewesten van
Spanje, waar Spanjaarden de lakens uitdea
len moesten. Het was een pracht-gelegenheid
voor een gemeenschappelijk optreden van
voornsch en on-roomscli tegen dergelijke
tyrannieke methoden, tegen liet vertrappen
van de volksvrijheden en privilegies. Maar
op dat moment, toen het tijd was om te
handelen, stoven de edelen uiteen, liepen ze
over. kusten ze de roede, die hen sloeg..
Luitgen Pietersz Buiskes. een rijke Enk-
liuizer koopman-reeder, benijdt dc honderdpn
armere burgers, die over het ijs de stad ver
laten. Dit volk gaat, hij blijft. Zij gaan ge
varen, ontberingen en armoede tegen. Hij
zal veilig zijn en heeft aan niets gebrek.
'Een onbehaaglijk gevoel kruipt bij Buiskes
omhoog. Hij voelt zich achterstaan bij deze
■vluchtelingen. Hun hart is zuiver, hun ge
weten onbevlekt. Zij strijden en lijden om
'Christus' wil. Hij voelt zichzelf een lafaard.
Als Buiskes de uitkomsten van dit seizoen
'bekijkt, dan kan hij roemen in zegeningen,
'die des te sterker uitkomen omdat zoovclen
in de druk zijn geraakt. Maar zijn dit
zegeningen? vraagt Buiskes zich af als hij
zijn grootboek voor zich heeft. Of is de winst
die ik gemaakt heb, gegaan ten koste van
mijn overtuiging, van mijn geloof? Is het
zoo'n soort verradersloon?
(Zie vervolg hieronder)
D E V E O
Buikgordels, soepel en gemakkelijk
Goed waschbaar
Alleen-verkoop: -
Den Haag, Tal. 337055
Fa. C. Roosen Zn.
Elders wende men zich tot de fabrikante
Fa D. VAN OORT te Baarn.
laat, dat de Cro-Magnonmensch vóór 20.000
jaren in Midden-Europa zou hebben geleefd
Deze uitkomst strookt niet met de Bijbel-
sche chronologie. Voortgezet onderzoek is
noodzakelijk. Het zou gelukkig zijn. wan
neer Christelijke geologen en theologen
hierin konden samenwerken.
Op deze lezing volgde nog een uitvoerig
Gisterenavond sprak voor het congres
prof. dr J W a t e r i n k over: „Vergeef ons
onze schulden".
Er is durf voor noodig deze bede in ver
band te zetten met dc verhouding van indi
vidu en gemeenschap. We beginnen met de
erkenning, dat we in die gemeenschap staan
en grijpen dan tenslotte naar dc bede om
die gemeenschap vol te beleven. De oplos
sing ligt in de ideaalstelling.
We spreken hier over onze schulden.
Schulden van anderen zien we zoo gemak
kelijk, ook nog wel die van mij zelf, maar
nu de verhouding tusis-chen de schulden van
mij en van die anderen. „Ons", dat is een
organische eenheid. Hier moeten we er bid
dend naar streven deze eenheid in het ge
loof te zien. Zóó moet deze typische relatie
beleefd worden.
Het is onmogelijk het vraagstuk van in
dividu en gemeenschap op te lossen door
ons op één van deze beide standpunten te
stellen. We moeten een aspect zoeken van
waaruit we deze twee in een eenheid vatten
kunnen. Dat is het schuldig staan voor Gods
aangezicht van mij en van die anderen.
Bij die verhouding zien we ook de solida
riteit van de schuld. Schuld is een bekente
nis voor God. Wie God niet lief heeft, kan
nooit zoover komen.
Tenslotte: in dat vergeef ons onze schul
den wordt de spanning van individu en ge
meenschap opgelost. Zoo worden we ook
predikers van de genade Gods aan de wereld
rondom ons.
DE VIJFDE DAG
Gemeenschap der heiligen De kracht
Gods Sluiting van het Congres
Vrijdagmorgen, de laatste dag van het
conrges! ITet naderend einde teekent zich
reeds af in het vertrek van verschillende
gasten, die onder luid gejuich in de befaam
de kampauto naar het station worden ge
reden.
Maar ook nieuwe belangstellenden arri-
veeren. Prof. Schilder heeft een heele
Kampensche delegatie meegebracht. Samen
met Ds de Waard en Dr Cremer en
verschillende anderen verschijnt hij in de
De modellen, waarmee wij op
onze recente
MODESHOW
zulk een succes mochten oogsten,
zijn thans in de etalages en in
onze salons te Den Haag en
Rotterdam te bezichtigen.Wij noo-
digen U beleefd tot 'n bezoek uit.
i Oslivald
vroege morgen op het congres. Door het
ongunstige weer wordt vandaag binnen ver
gaderd. Eerst is er de morgenwijding onder
leiding van den heer R. Bakker.
Dan is er de ledenvergadering van de
C.S.B. In plaats van de aftredende bestuurs
leden worden gekozen de heeren J. S.
Bed et. R. II. Br emmer. J. C. Hum-
me 1 e n en J. L i n z e 1. De statuten en het
huishoudelijk reglement worden opnieuw
vastgesteld.
Referaat Prof. Dr. K. Schilder
Prof dr K. Schilder krijgt nu gelegen
heid zijn rede uit te spreken over: „Ge
meenschap der heiligen".
Spr. begint met te constateeren, dat dit
begrip met een zekere routine gehanteerd
wordt en dat daarom voorzichtigheid ge
boden is. Er bestaan verschillende opvattin
gen over, die alle deze fout vertoonen, dat
ze in de eerste plaats geheel verkeerde be-
teekenis aan de termen van dit begrip toe
kennen en in de tweede plaats, dat ze de
dingen van buiten af bekijken en zoo uit 't
empirisch gegevene op willen klimmen tot
het principieel gebondene.
We moeten daarom teruggaan naar het
geen de Schrift ons aangaande deze ge
meenschap openbaart. Ook van de begrip
pen in de Twaalf Artikelen kan geen woord
gesproken worden, dat niet op Gods openba-
ring rust.
Men kan lang twisten over de vraag hoe
dit begrip in de Twaalf Artikelen gekomen
is. Deze zijn ontstaan uit oude doopsbelijde-
nissen, maar in lang niet alle redacties
komt het voor. In de oude Kerk legde men
't begrip Komonia toon hagioon gemeen
schap der heiligen uit in verschillende
zin. In de eerste plaats was er de opvat
ting als zou er onder verstaan moeten wor
den: gemeenschap aan dezelfde heilige
zaken, nl. de sacramenten. In de tweede
plaats: gemeenschap,met de heiligen in de
hemel, de martelaren enz. Augustinus ver
staat er de Kerk onder en wij volgen hem
hierin. Daarom heeft dit begrip ook zijn
plaats in het artikel over de eene, heilige,
algemecne Christelijke Kerk.
Is deze opvatting altijd aanvaard? Hét
antwoord hierop moet ontkennend luiden.
Modulaties in deze opvatting kunnen aan
vaard worden, als zij niet de gronden van
dit belijden doorbreken.
Foutief is de opvatting, dat gemeenschap
der heiligen wil zoggen: ik heb Christus
in mij en nu geeft mij dat het recht ge
meenschap te oefenen met die hetzelfde ge
voelen.
Ook het samenkomen op grond van reli
gieuze adspiralics, van geestelijk kapitaal
is onschriftuurlijk.
Te verwerpen is verder de doopersche op
vatting. die de gemeenschap der heiligen
Zoekt in hot, invieme kringetje binnen de
kerk, de ecclesiola in ecclesia. Steeds wordt
hier de grond van de gemeenschap gelegd
in wat vrucht is en niet in het primaire.
De Reformatie greep weer terug naar het
Woord Gods. Calvijn, <le Confessio Belgica,
de Catechismus zijn daar rle bewijzen van.
Met name is hier ook Bastingius' commen
taar te noemen. Hij zegt: primair is de ge
meenschap, die God gemaakt heeft. Zijn
inlijving cler uitverkorenen in Christus. Die
God die menschen tegen vleesch en bloed in
gemaakt heeft tot Zijn kinderen. Bastih»
giu.s legt de grond voor deze gemeenschap
niet in de vruchten, maar in het primaire
van Gods stichting dezer gemeenschap.
Wat zijn nu die heiligen? De uitverkore
nen, de geroepenen en gerechbvaardigdefl
in Christus. De kerk van elke eeuw. De
samenkomst, de congregatie die God eerst
door een daad Zijnerzijds souverein gesticht
heeft, en die nu door ons in gehoorzaam
heid des geloofs onderhouden wordt
Wat hebben wij nu aan deze solutie?
In de eerste plaats komt God hierdoor tot
Zijn eer. Hij plaatst ons voor die gemeen-
sohap der heiligen. Het was niet ons werk.
Hij dreef ons bijeen en wij hebben dit té
erkennen.
Alle mvstiekerij wordt hier verder radi
caal de deur uitgeworpen, en het geloof
kri'gv zijn plaats. Hoeveel menschen n.v.
zijn er vandaag die de vraag naar de ge
meenschap der heiligen losmaken van het
institueeren der kerk.
Gemeenschap der heiligen zien we niet
alleen zijn effect hebben in de kerk, maar
ook in het Koninkrijk Gods. Als de kerk
herstelt wat in de beginne was, komen
ook de kerkmenschen weer op hun juis'cé
plaats te staan in de wereld.-In de kerk
worden de menschen door Woord- en Sacra
mentsbediening wedergeboren en gebakerd
en krijgen ze de geloofssterking om nu op
alle terrein des levens te werken naar alle
geboden Gods. Gemeenschap der heiligen
brengt op dit gebied o.a. mee oplossing der
sociale kwestie, bestrijdt de zonde, brengt
harmonieën waar disharmonieën waren.
Staande in liet geloof van de gemeen
schap der heiligen kunnen we ook de ket
terijep van de laatste tijd afwijzen.
Zoo heeft de dialectische theologie het
begrip gemeenschap aangetast. Zij begon
te toornen tegen dc gemeenschapswellust
van romantiek en idealisme. Brunner ver
heerlijkt de „Gemeinschaft" maar kan
ig-een woorden genoeg vinden om do
„Soeietat" zoo zwart mogelijk te schilderen.
Ook hier wijst' het trekken van het open
baringswoord dat God souverein gespro
ken heeift, alleen de weg.
Discussie
In de discussie gaf prof. Schilder of)
magistrale wijze nog de noodige verduide
lijking aan zijn betoog.
Verschillende vragen kwamen naar voren.
Besproken werd de verhouding van Kerk
eri Koninkrijk Gods; zichtbare en onzicht
bare Kerk, de kwestie van de grond \oor de
dpofiserkenning die spr. in dc katholiciteit
van het Christendom wilde zoeken. De plu
riformiteit als erkenningsgrond wees hij na-
nadrukkelijk af.
Ook de oecumenische beweging werd be
sproken. Spr. was van meening, dat noch in
Oxfórd, noch in Edingburgh een bukken was
vóór de eischen van het Woord Gods ook
voor de Kerk-inrichting en beoefening van
dè gemeenschap der heiligen.
Na de maaltijd, waar mr. van derFlier
dè groeten van de N.C.S.V. overbracht, werd
dé discussie in gezellige kring voortgezet,
waar prof. Schilder nog op vele vragen van
antwoord diende.
Referaat Ds. J. W. Siertsema
Giéteravond hield Ds. J. W. Siertsema
vim Haarlem een referaat over de woorden
„Want Uw is de kracht." Deze bede
spreekt tot den mensch van onzen tijd, die
oiii .kracht en krachtmenschen roept. Maar
dén dreigt de zelfvergoding: individualisme
en. staatsabsolufisme komen uit dezelfde
zonde op, nl. dat de kracht bij den mensch
gezocht wordt.
Ook de Kerk is niet ontkomen aan de zou
de, andere goden te kiezen dan Hem, die
alleen God is. Sacramenten worden soms t»-
magische middelen, gebeden en belijdenis tot
tooverformules.
Hiertegenover staat: Uw is de kracht.
Zoo is de prediking een bctooning van geest
en kracht, opdat on3 geloof niet zou zijn in
wijsheid der menschen. maar in de kracht
Gods.
Hét bestaan der gemeente, hPt geloof der
gèitteente, het leven der gemeente is er al
léén door Gods kracht.
Deze wereld is in haar geschiedenis het
werkterrein van de verlossende kracht God?,
heel de geschiedenis wordt door haar tw»
heerScht, en ontvangt zoo haar bestemming
en doel.
Het is dan ook niet toevallig dat dit woord
in de doxologie staat tusschen koninkrijk en
heerlijkheid. Het koninkrijk komt, wordt
door Gods kracht, dat is ook de Christus
Gods verwezenlijkt, en zoo wordt steeds
meer Zijn heerlijkheid openbaar. Door de
kracht van Christus wordt deze wereld heen-
gestuurd naar het einde. Hij grijpt van dag
tot dag verlossend, reddend in, om zoo heci
dd 'schepping te maken tot een lofzang, tot
eén doxologie van den Naam des Heeren.
En zoo is dit woord „Want Uw is do
kracht" een woord van aanbidding, en öcs
congres kan geen schooner besluit, vinden
Maar tegelijk is daarmede gezegd, dat dit
woord ons leven raakt.
Wie God toch vindt als zijn Vader, die
vindt ook de kracht Gods
Wanneer ons leven hier evenwel vaak zoo
arm is, wanneer wij niets meer tot stand
brengen, wanneer Gods koninkrijk in ons
leven niet meer doorbreci.t, dan wijst dit
heen naar ongeloof, we zeggen niet meer
kinderlijk: Onze Vader, we vertrouwen niet
méér op onzen Heiland, want Hij is een
kracht Gods tot zaligheid, een ieder, die ge
looft.
Niets kan Hem weerstaan om In ons Ie-
vénj in ons denken en doen. in onze arbeid
en studie, den Naam des Variers te verheer
lijken, Zijn kracht, te openharen.
Dan is onze roeping niet te groot, ons
idéaal niet te hoog, dan kunnen geen moei
lijkheden ons benauwen, geen gevaren ons
déren, want ik vermag immers alle dingen
door Christus, die mij kracht geeft.
Dan klinkt in het „Onze Vader. Uw Is de
kracht" reeds door het lied der aanbidding,
dat. éénmaal hemel en aarde zal vervullen:
Hém, Die op den troon zit, en het Lam, zij
de dankzegging en de eer. en de heerlijkheid
en de kracht in alle eeuwigheid.
Slotwoorden
tenslotte met een korte toespraak het Con
gres gesloten.
Hét twintigste Calvinistische Studenten-
congres behoort weer tot het verleden.
Tezamen hebben wij in de afgeloopen week
ovér de problemen gesproken, die ons aller
leveh raken. We hebben gezien, hoe God
ons in Zijn openharing de oplossing schenkt.
GèStérkt zijn we voor het werk, dat ons
wéér wacht Het staat niet aan ons te be-
oorrleelen in hoeverre het congres al of niet
geslaagd mag heeten in alle opzichten. We!
weten we dit. dat op dit congres in het tij
zonder de eenheid van de Calvinistische
studentenbeweging tot uiting kwam, zoo
wel in discussie als in ontspanning. Daar
voor kunnen we niet anders dan dankbaar
zijn. Congres Lunteren, 1937, behoort tot het
verleden.
Zaterdagochtend gangen de deelnemers
weer uiteen naar hun werk aan de universi
teit, en het kamp ligt weer even stil en ver
laten als Maandag bij de opening temidden
der bloeiende heide en de ruischende bos-
Ter gelegenheid van zijn 25-jarig jubileum
als predikant der Geref. Kerk van Rotter
dam is Ds F. C. Meyster gisteravond
gehuldigd in het kerkeraadsgebouw-Amman-
De voorzitter van een comité uit de ge
meente, de heer H. J. van W ij 1 e n, heeft
daarbij hartelijke en waardeerende woorden
gesproken en den jubilaris een geschenk
onder enveloppe aangeboden. Voorts werden
hem aangeboden een perzisch tapijt, een
fauteuil, een krantenbak en een theeblad.
Het woord werd gevoerd door de heeren v.
Bock el namens de catechisanten, Bos ma
namens oud-catechisanten, A. G. Corbeth
namens de commissie van beh r en de diaco
nie, ouderling J. Manni namens kerkelijke
colleges, en Mr. P. B. Bouman namens de
Red. van de Kerkbode.
In een ernstig en geestig dankwoord ge
tuigde Ds. Meyster van de gevoelens,
welke hem en de zijnen in deze dagen be
zielden.
Er was muzikale medewerking van de
heeren H. H. Tobé, F. Tollig en Riede-
TEL I5787-UÏRECHT
NED. HERV. KERK
Drietal: Te Eist, G. J. v, d. Burgt te
Loenen (Vel.), C. M. v. Endt te Groenlo en
H. Kluin te Neerbosch.
Beroepen: Te Schelliumen, cand. A.
Wisgerhof te Amersfoort. Te Lóón op
Zand, cand. A. Vroegindewey te Waddinx-
veen. Te Wirdum (toez.), J. Oosterhuis te
Gasselte. Te West-Terschelling (toez.),
cand. G. P. Klijn te 's-Gravenhage.
Aangenomen: Naar Assen (Ned. Herv.
Evang.), H. v. d. Loos Jr. te Lage Zwaluwe.
Naar Kamerik, J. G. R. Langhout te Den
Bommel. Naar Wartena en Warstiens,
- G. Meijer Drees te Zutphen.
Bedankt: Voor Woltersum, cand. G.
Meijer Drees te Zutphen.
GEREF GEM.
HULPPREDIKERS
Tot hulppredikers bij de Geref. Kerk van
Dedemsvaart is benoemd de héér H.
H e t m a n, cand. te Schoonebeek.
GIFTEN EN LEGATEN
Wijlen mevr. J. Breesnee heeft aan de
Geref. Kerk van Rotterdam gelegateerd
een som van f 6000.onder den last van
vruchbgebruik gedurende het leven van een
zuster der Gemeente.
De V r ij e U ni versite it ontving een
legaat groot f 6000 van wijlen Mej. G. M. v.
Til, waarvan f 3000 voor de Medische facul
teit.
De diaconie der Geref. Kerk te Scheve-
ningen ontving een gift groot f 1000.
VRAAGT UW WINKELIER
V.Z. PAP IN BLIK
BETER DAN IN FLESSCHEN
GEEN STATIEGELD
NEEMT PROEF MET EEN BLIK
V.Z. GORTEPAP of V.Z. BLOEMPAP
Blijft geruimen tijd goed
N.V. Vereenigde Zuivelbereiders
Persoonsdam 18, ROTTERDAM, T.t 25030
VRAAGBAAK
voorv
CHRISTELIJKE INSTELLINGEI
Vertrouwensadressen ten dienste vatl
Stichtingen van Barmhartigheid. Zieken*
huizen. Sanatoria. Instellingen. Tehuizen
MODDERKOLK DUS
Waddinxveen Tel. 2
MEUBELEN
rschillende doeleinden
Aan de fabriek te Waddinxveen
Vondelstraat 7 te Amsterdam
(Levering via wederverkoop)
DRENTSCHE EXPORTSLACHTERIl
ASSEN TELEFOON 10
prima Grove Metworst
(Gerookt of ongerookt) en
Grove Snijworst
Vraagt ollerte of reizigersbezoelc
DE ONDERLINGE BRANDWAARBORG
MAATSCHAPPIJ
Direct;. De Jong Co
Keizersgracht 583
AMSTERDAM
Tel. 41913; 44901; 44001
BRAND-, INBRAAK-, STORM- EN
ANDERE VARIA-VERZEKER ING
VAN DEN BRiEL EN VERSTER
N.V. Linnenfabrieken - Eindhoven
Leidend sinds 1847 op het gebied van:
HUWELIJKSUITZETTEN en
AANVULLING LINNENKAST ln
Linnen, Halflinnen en Katoen.
Stalen, Monsters en Reizigersbez. gratis
Levering direct aan Particulieren 1
Toonkim Rotterdam, Rochn.aen.trant 3S3
Toonkamer Den Haagt Ia. Neerdcrroort 40
WOLTER DROS N.V.
Ingenieursbureau Opgericht 1875
Amersfoort Van Perseynstraat 25
CENTRALE VERWARMING
volgens alle systemen
Automatische olie- en kolenstokers
Complete sanitaire installaties
Indien U doorslaande muren hebt of
vochtige kelders, neemt dan eens een
proef met
„VOCHT EX"
absoluut afdoende en geheel kleur
loos Op
aanvrage zenden wij U
gratis en franco ons prospectus.
Verkoopkantoor „Vochtex"
Dubbeldam Telefoon 6073
Anttollandscli
^Koopman
oor K. NOR E L
(23
Hij stelt zichzelf gerust: Ik neem deze dingen veel te
dramatisch op. Ik heb mijn overtuiging niet verloochend; ik
ben bij mijn geloof gebleven. Ik neem niet deel aan de mis; ik
roep de heiligen niet aan: ik houd me ook buiten de kettei-
sche beweging. Maar dat is toch geen gebrek aan overtui
ging, geen aanranding van mijn geloof, als ik me houd buiten
een beweging, die kerken verwoest en een Abdij verbrandt?
De Prins van Oranje heeft immers precies hetzelfde gedaan
of eigenlijk nog erger. Die ging er vandoor, vluchtte naar de
Dillenburg, terwijl ik, eenvoudig koopman als ik ben, op mijn
post blijf. Als een voornaam heer, de leider van alles, zich
zoo'n vlucht veroorlooft, wat heb ik dan mezelf te verwijten,
als ik de kettersche beweging van een afstand gadesla?
Waarom moet hij toch voortdurend denken aan de vluch
telingen, die in Januari weggegaan zijn? Waarom komt tel
kens weer het gevoel boven: Ik hoor daar ook bij? Waarom
ziet hij telkens Jan Derksz voor zich, voortstrompelend over
het gladde,, scherpe ijs, de zon tegemoet? En waarom moet ge
durig een stem in zijn hart zeggen: de arme Jan Derksz is
toch gelukkiger dan zijn rijke baas? Hij gelooft immers dat de
Bijbel het Woord van God is; de prediking van Andries
Dirksz neemt hij volledig aan. Hij weet, dat alleen het geloof
in Christus zalig maakt.
Het geloof in Christus? Ach, wat is tegenwoordig alles ver
af en vaag, begraven naar het schijnt onder de eischen, die
zijn bedrijf hem in toenemende mate stelt. Hij zou nooit zulke
gunstige resultaten verkregen hebben, als hij niet met zijn
zaken was opgestaan en naar bed gegaan. Als hij niet pre
cies nagegaan had. waar vracht te vinden was en haring te
plaatsen. Wie mag hem euvel duiden, dat hij op zijn zaken
past en daarin opgaat? Is dat soms verkeerd? Wie zich slap
aanstelt in zijn werk is de broeder van een doorbrenger, heef
Salomo immers gezegd? Ja, maar Christus zeide: Zoekt eerst
het Koninkrijk Gods en alle deze dingen zullen u toegeworpen
worden.
Buiskes voelt zich al weken lang geslingerd. Het bevredigt
hem niet om van verre te blijven staan, om zijn broeders in
het geloof aan hun lot over te laten. Hij voelt zich soms haast
een verrader van de goede zaak, en hij kan met heimwee
terugdenken aan de voorbijgegane jaren. Toch komt hij er
niet toe, om weer naar de samenkomsten te gaan, die in het
diepste geheim op donkere zolders achter nauwe stegen nog
steeds gehouden worden.
De troepen van Alva trekken al hooger naar het noorden.
Tal van steden krijgen Spaansche garnizoenen. Blokhuizen
worden voor hen gebouwd, naar het heet om de steden beter
tegen overvallen te verdedigen, maar als ze klaar zijn en be
wapend worden, dan zijn de monden der kartouwen niet
naar buiten maar op de steden gericht. De Nederlanden
zuchten onder vreemde heerschappij.
Als Buiskes daaraan denkt kan hij zijn vuisten ballen,
zoodat de knokkels wit trekken. Philips maakt van de Neder-
M 'j i CCT SPaansch wingewest. Onder Karei V waren de
Nederlanden een deel van zijn groote Rijk met geen mindere
réchten dan welk ander deel ook. Nederlanders regeerden
mee over de pas ontdekte vreemde landen in het verre westen
en zuiden. Ja feitelijk was een Nederlander souverein qe-
r over het groote rijk. waarin de zon nooit onderqlnq
want Keizer Karei liet zich immers gaarne voorstaan op zijn
Nederlanderschap. Nu heerscht er een Spanjool en deelen
bpan,aarden d.ens bevelen uit. Zij willen de Nederlanders
knèchten zooals zij de Mooren hebben geknecht. Nederlan-
r°T één kam ^schoren met de zwarte heidenen
uit Afrika. En de edelen, die eerst in opstand waren, bukken
zich nu onder het Spaansche juk. Willem van Oranje vluchtte
land al ur®' Cn heer van Breder°de stroopt het eigen
Er loopen geruchten, dat de Prins daar op Dillenburg toch
niét heelemaal werkeloos zou blijven. Hij moet er over denken
om. in bond met de Duitsche vorsten en de Fransche Huqe-
noten een inval te doen in de Nederlanden en de strijd tegen
Alva aan te binden. Een leger zou hij tot 3it doel uitrusten
en hij zou van plan zijn een vloot in zee te brengen. De ge
ruchten zijn haast ongelooflijk. Hoe zou de Prins op eigen
gelegenheid een leger kunnen uitrusten in staat om slag te
léveren met de Spaansche troepen? Hij mag rijk zijn. de kos
ten van een veldtocht gaan uit boven het vermogen van welke
particuliere beurs ook. Een heel land moet zulke kosten
dragen. En waar haalt hij een vloot vandaan? Daar weten ze
hier in Enkhuizen van mee te pra.ten, noeveel het kost om
een Sflialdfcel ujft4e rusten tegen de kapers van Duinkerken
of Algiers. Het zijn hersenschimmen. Maar als het kan. als
het wéér was, dat Oranje niet gevlucht is om de Nederlan
den aan hun lot over te laten, maar om daar op de Dillenburg
plannen tegen Alva voor te bereiden, danja, dan heeft
hij een heel verkeerd oordeel over den Prins geveld. Dan ia
hij geen lafaard, maar een tacticus
Buiskes betrapt er zich op, dat hij alweer met zichzelf ln
tegenspraak komt. Hij wou immers met het verzet tegen Alva
evenmin iets te maken hebben als met de kerkelijke strijd.
Hij wou zijn geloof in stilte belijden en zich alleen be
moeien met zijn handel en zijn reederij. En nu komt de be
geerte naar vrijheid van de vreemde overheersching even
hard boven als het verlangen naar de samenkomsten van de
ketters. Buiskes. waarschuwt hij zichzelf, waar zijn je oude
zekerheid en rust gebleven? Hoe komt het dat je zoo onte
vreden bent over je houding van de laatste maanden? Hoe
zit dat toch, dat je zoo'n diep respect hebt voor de menschen.
je vrienden, die trots alle gevaar nog regelmatig samenkomen,
en dat je vereering voor den Prins weer begint te groeien nu
elke week je nieuwe berichten brengt, die het steeds zekerder
maken, dat Oranje daar in Duitschland. het werk tot bevrll-
ding van de Nederlanden, in Holland en Vlaanderen al jaren
geleden begonnen, met kracht voortzet?
DHfetJ® de,.tiid van dc terugkeer van de buizenvloot. De
„Kafael is binnen met een goede vangst. De andere schepen
zullen nu ook wel spoedig komen.
(Wordt vervolgd.)]