DE FRANSCHE KAMER
BESPREEKT CLICHY
WOENSDAG 24 MAART 1937
EERSTE BI.AD PAG,
Buitenland
DE BRITSCH-ITALIAANSCHE
SPANNING GROEIT OPNIEUW
„Indachtig blijven en zich
voorbereiden", zegt Mussolini
Ter gelegenheid van den achttienden
verjaardag van de oprichting der fascis
tische strijdhonden, heeft Mussolini
van het balkon van het Palazzo Vene-
zia een redevoering uitgesproken, waar
in hij o.m. het volgende zeide:
,De achttiende verjaardag van de op
richting der strijdhonden wordt van
daag in het Italiaansche imperium ge
vierd.
De herdenkingsdag valt samen met
het beëindigen van mijn Afrikaans'.he
reis, die dag na dag volgens een tevoren
vastgesteld en zelfs gedrukt program
geheel volgens de plannen ten uitvoer
is gelegd, volgens een program, dat ook
de analfabeten van zekere bladen in
het buitenland-zouden hebben kunnen
De reis, die noch vroeger begonnen, noch
bekort is heeft mij getoond, dat het wern
.der Italianen begint de woestijnstop pen te
veranderen in vruchtbaar land en dat de
nieuwe weg langs de kust den consulairen
wegen van het oude Rome waardig is".
„Tegen Italië, aldus ging Mussolini voort,
woedt op het oogenblik een drukinktstorm.
Wij stellen tegenover de oneerlijkheid van
andere instanties onze onbetwistbare op
rechtheid. Met de economische belegering,
waarop na negen maanden een overgave
der belegeraars volgde, heeft het Italiaan-
schn volk zijn proef doorstaan.
Desondanks moet met luider stemme wor
den uitgesproken dat deze door beroeps
pacifisten ondernomen veldtocht de voor
bereiding vormde voor verwarring en con
flicten. Men spreekt er van, dat het Ita
liaansche volk gemakkelijk vergeet. Dat is
een dwaling. Het Italiaansche volk heeft
er veertig jaren op gewacht Adoea ts
wreken.
Zwarthemden! De leuze van den tegen-
woordigen tijd is: Indachtig blijven en zich
voorbereiden".
Diplomaten worden verontrust
In buitenlandsche politieke kringen te
Rome wordt de politieke ontwikkeling van
den toestand met verslagenheid gevolgd.
De algemeene indruk is, dat een ernstige
ommekeer ten kwade is ingetreden.
- 'sDuee's groote rede van het balcon van
het Palazza Venczia wordt beschouwd als
een duidelijke aanwijzing, dat de betrekkin
gen tusschen Italië en Engeland met den
dag meer gespannen worden. Enkele diplo
maten gaan zelfs zoover, dat zij den toe
stand even ernstig achten als tijdens de
Britsche vlootconcentratie in de Middel-
landsche Zee in het najaar van 1935.
De Italiaansche minister van Buiten
landsche Zaken, graaf Ciano, had een
langdurig onderhoud met den Britschen
ambassadeur. Sir Eric Drummond..waar
bij Ciano, naar verzekerd wordt, in de
scherpste bewoordingen geprotesteerd heeft
tegen de Britsche perscampagne in verband
met Mussolini's reis naar Libve en voorts
er op gewezen heeft, dat het BritschIta
liaansche gentlemen's agreement inzake de
Middellandsche Zpe niet de goede resul-
taten heeft opgeleverd, die de Italiaansche
regeering er van verwacht had.
Naar Volkenbonds-Interventie?
De in zekere kringen besproken mogelijk
heid, den Volkenbond te doen interve-
nieeren in de Spaansche aangelegenheden,
wordt te Rome uitermate ernstig geacht
Men is van meening dat er op het oogen
blik in een deel van de buitenlandsche pers
en van de buitenlandsche publieke opinie
een soort anti-Italiaansche coalitie bestaat
van denzelfden aard als die, welke men te
Rome tijdens den Ethiopischen veldtocht
brandmerkte.
De door Mussolini uitgesproken rede
Öoet in sómmige opzichten denken aan die,
welke hij den 2en October 1935, den dag
van de algemeene civiele mobilisatie, heeft
gehouden.
Herhaaldelijk hebben de meest gezag
hebbende woordvoerders van de Ita
liaansche regeering verklaard, dat
Italië in geen geval de vestiging van
een communistische republiek in Span
je zou dulden. De Italiaansche houding
is sedertdien niet gewijzigd.
Onderzoek naar de
schuldigen geëischt
Vrijheid van arbeid en
vrijheid van woord
In de Fransche Kamer is gistermid
dag het debat begonnen over de relle
tjes te Clichy en de algemeene staking
die hieruit is voortgevloeid.
De Fédération Républicaine heeft een
motie ingediend, luidende als volgt:
„De kamer, die een der meest elemen
taire vormen van de vrije meenings-
uiting beschermd wil zien, noodigt de
regeering uit, allen Franschen staats
burgers, die de wet eerbiedigen, de uit
oefening van de vrijheid van vergade
ring te waarborgen.
Daar zij bovendien de werkelijke ver
antwoordelijkheid voor de droevige ge
beurtenissen van 16 Maart niet ver
plaatst wil zien, besluit zij, aan een
parlementaire commissie, bestaande uit
44 door de fracties aan te wijzen leden,
de taak op te dragen, een grondig on
derzoek in te stellen naar het ontstaan
en de ontwikkeling van de gebeurtenis
sen op dezen bloedigen avond. Zij wijst
iedere toevoeging af en gaat over tot de
orde van den dag".
Als eerste nam Tixier Vignancourt
an de Fédération Républicaine het woord
om de interpellatie te verdedigen over de
maatregelen, die de regeering denkt te ne
men tegen het verbond van vakvereenigin-
gen van de Seine, dat de algemeene sla
king op 18 Maart op touw heeft gezet.
Tot slot spoorde hij het Fransche volk
in, zich tegen de tyrannie te verzetten.
Ook Delaunay en Poitou D u p 1 e s s y,
die daarna spraken, critiseerden de regee
ring. Laatstgenoemde beschuldigde Blum,
die toch verklaard had, in republikeinschen
geest te willen regeeren, een aantal Fran
schen van hun vrijheden te willen beroo
ven. Eén partij, zeide spr. verder, is niet
bevoegd om over individueele vrijheden te
spreken, d. i. de communistische partij, die
niet republikeinsch is en het charter der
republikeinsche vrijheden niet erkent.
Wij zullen ons, zoo besloot hij, tegen be
velen, die onderdrukking beoogen, weten te
verzetten. Het is onze plicht, te handelen en
het bestaan der republiek te redden.
Na de pauze werd het woord gevoerd
door Meck, die de regeering interpel
leerde over de vrijheid van arbeid tij
dens de jongste algemeene staking. Hij
verklaarde o.a., dat de arbeiders, die bij
christelijke vakvereenigingen waren
aangesloten, met den dood werden be
dreigd en uit de fabrieken weggejaagd
en dat zij gedwongen werden, zich bij
de C.G.T. (het Fransche vakverbond)
aan te sluiten.
Spr. besloot met te zeggen, dat de
C.G.T. geen monopolie mag vormen en
dat de christelijke vakvereenigingsleden
die bereid warert, met de regeering sa
men te werken, nooit zullen toelaten,
dat zij als burgers van den tweeden
rang worden beschouwd.
Vervolgens interpelleerde de voorzitter
van de fractie der parti social frangais
Ybarnegaray, over het gebeurde te
Clichy en over de verantwoordelijkheid
Dor het bloedvergieten.
Hij zeide, dat de kogelregen iets belang
rijks heeft getroffen: den wederkeer van
Frankrijk tot de hoop. Hij keerde zich tegen
de door de „Humanité" en de „Populaire"
gevoerde perscampagne, die de verantwoor
delijkheid voor het gebeurde op de parti
social frangais wil afwentelen. Hij herin
nerde eraan, dat de parti social frangais 400
personen, waaronder 200 vrouwen, uitge-
noodigd heeft voor een bijeenkomst in een
bioscoop te Clichy en dat de minister van
binnenlandsche zaken deze onschuldige bij
eenkomst, ondanks het drijven der linksche
partijen, niet k°n verbieden, waarop door
den burgemeester van Clichy, den commu-
nistischen afgevaardigde H o n e 1 en het
volksfront te Clichy tot geweld werd aan
gespoord.
Ybarnegaray las een oproep voor,
die op den morgen van de betooging in het
socialistisch orgaan „Le Populaire" is ge
publiceerd.
Spr. merkte op, dat het blad zoodoende
protesteerde tegen een bijeenkomst, waar
voor de socialistische minister toestemming
had verleend. Ziedaar het drama.
Ybarnegaray herinnerde aan de talrijke
incidenten, die door de communisten tegen
de parti social frangais zijn uitgelokt en
die aanleiding hebben gegeven tot vecht
partijen en gewonden in geheel Frankrijk.
Dit kan aldus spr., niet voortduren. De
communisten staan onder de bevelen van
de Komintern, die hen betaalt. Hebben uw
minister van oorlog en uw minister van
buitenlandsche zaken u niet gezegd, dat de
vrede voor Frankrijk afhangt van de orde
in het binnenland?
Duitschland blijft een mysterie. Wij we
ten, dat het een geweldig leger heeft ge
vormd en niet zou dulden, dat zich aan zijn
grenzen nog een communistische mogend
heid nestelt.
Terwijl de communisten heftig protestee-
rend: „verraad" roepen, vervolgde Ybarne
garay met te zeggen, dat hij niet wil. dat
op het gebied der buitenlandsche politiek
dubbelzinnigheid bestaat.
Minister-president Blum kwam vervol
gens tusschenbeide. Ik geloof, zeide hij, dat
't in ons aller belang is, 't ernstige misver
stand, dat zoo juist tusschen den spreker en
een groot gedeelte der kamer is gerezen,
uit den weg te ruimen. Geeft de heer
Ybarnegaray toe, dat van buiten af druk
op Frankrijk zou kunnen worden uit
geoefend?
Ybarnegaray herinnerde er daarop aan,
dat hij in alle debatten over de buitenland
sche politiek een dusdanige houding heeft
aangenomen, dat het een wreedheid zou
zijn, aan zijn gevoelens te twijfelen, en hij
verklaarde, dat het eenige gevaar, dat
Frankrijk bedreigt, naar zijn meening het
Duitsche gevaar is.
Hij trachtte vervolgens de dubbelzinnig
heid aan te toonen van de aanwezigheid
der radicalen ter rechterzijde van het ka
binet en der communisten ter linkerzijde.
Alles, wat in deze dubbelzinnigheid tot
stand gebracht zal worden zal onzeker en
teer zijn. Niet bij ons, zoo verklaarde spr.
tot slot, moet gij de fascisten zoeken; doch
daar (hier wees spreker op de banken der
communisten).
Wat de maatregelen bet-eft, die gij tegen
de parti social frangais hebt aangekondigd,
deze vreezen wij niet, daar wij ons niets te
verwijten hebben. Onze actie wordt in het
volle daglicht gevoerd.
Na Ybarnegaray interpelleerde de volks
democraat, Reille Soult, over den terug
slag der gebeurtenissen te Clichy op de al
gemeene en economisch^ politiek. Hij be
schuldigde de communisten er van. het op
bouwwerk der regeering te belemmeren.
Nadat Bonnevay vervolgens verklaard
had, dat zoolang den rechter niet gebleken
is, dat de parti social frangais een nieuwe
vorm is van den ouden strijdhond .,Croix
du feu", deze partij haar volkomen vrijheid
binnen de grenzen van het recht moet be
houden, beklom minister-president Blum
het spreekgestoelte.
Blum antwoordt
Blum, die vervolgens aan het woord
kwam verklaarde dat in de bioscoop te
Clichy 500 personen der Parti Social Fran
gais bijeen waren geweest, waaronder een
honderdtal vrouwen. Indien de Parti Social
een legale partij is, dan is ook een bijeen
komst van deze partij niet tegen de wet,
zegt men, doch de kwestie is minder een
voudig. De strijdhonden zijn ontbonden,
maar in den tusschentijd is de Parti Social
opgericht. De regeering had deze partij
kunnen ontbinden gelijk zij met de Vuur-
kruisen heeft gedaan, maar op die manier
men de Parti Social beschouwd hebben
een nieuwen strijdhond. Wij gelooven
ook dat de partij niets is dan een voortzet
ting van de Vuurkruisen (levendige protes
ten van rechts). Blum zeide dat een onder
zoek is geopend naar de oprichting van de
Parti Social. Dan zal uitgemaakt kunnen
worden in hoeverre de partij een voortzet
ting is van de Vuurkruisen. Tot dusverre
handelde de Parti Social onder het mom
legaliteit, doch beteekent dit dat a'
haar vergaderingen goedgekeurd moeten
worden? De regeering heeft de bijeenkomst
te Clichy niet verboden en deze zelfs be-
beschermd, evenwel heeft zij verscheiden
andere bijeenkomsten wel verboden, want
zij heeft zoowel de vrijheid van vergadering
te beschermen als de orde op den open
baren weg!
k voor mij ben van oordeel, zoo
vervolgde Blum, dat de agenten geen
bevel hebben gekregen om te
sch ieten,, ma ar dat zij tijdens de
relletjes, toen zij het verband
met hun chefs kwijt waren ge
raakt, op eigen initiatief heb-
en gehandeld.
Ik ben van oordeel, dat politietroepen on-
DE SPAANSCHE
BURGEROORLOG
Geen nieuws van beteekenis
van de fronten
Volgens Radio-Sevilla is aan het noorde
lijk front geenerlei wijziging gekomen,
evenmin als in Guadalajara en Asturie.
Aan het front van Madrid is een vijande
lijke aanval op Aravaca afgeslagen en een
stelling van den vijand bezet.
Vervolgens gaf Radio-Sevilla bizonder-
heden over de jongste aanvallen der roode
troepen in Guadalajara: De rooden kwamen
van de hoogten van Copernal aan voor de
loopgraven van Padilla de Hita. Er ontspon
zich een verbeten gevecht, waarbij de volks-
fronters werden gesteund door twaalf tanks
en uitgebreide troepenmachten. Zij werden
gestuit door de automatische wapens en de
artillerie trok terug. De vijand verloor vijf
honderd dooden en gewonden. De verliezen
der witten waren gering.
Naar de Unipress uit Madrid meldt, open
den de batterijen der nationalisten plotse
ling een hevig bombardement op de hoofd
stad, dat een groot aantal slachtoffers zou
hebben geëischt. Midden in het centrum
explodeerden granaten van zwaar kaliber,
o.a. in de onmiddellijke nabijheid van de
Puerta del Sol en van de Gran Via.
Het offensief van de nationalisten ten
noorden van Cordova wordt voortgezet.
De actie begon tusschen Belmez en Espiel
langs den spoorweg Cordova-Madrid. De
troepen van Franco rukten in noord-ooste
lijke richting op, sterk gehinderd door de
sneeuw. Zij maakten zich meester van de
dorpen Villa Nueva del Dupe en Alcara-
cejos. De generale staf heeft den rechter
vleugel gemobiliseerd.
Het doel van deze actie was, den spoor
weg bij Ciudad Real te bereiken. De eerste
linies van de roode troepen werden na een
verbitterd gevecht doorbroken. Nabij den
spoorweg stieten de nationalisten op een
sterke stelling van de volksfronters nabij
Pozoblanco. Zij stelden zich tevreden met
het leggen van een spervuur en versterk
ten hun stellingen voor den racht.
Ontruiming van legaties te Madrid?
Van betrouwbare zijde wordt vernomen,
dat zeer binnenkort de gebouwen der Ne-
derlandsche, Belgische en Poolsche
legaties te Madrid zullen worden ontruimd.
Men wacht nog op de komst van vijftien
autobussen van de kust, die de vluchtelin
gen naar Alicante zullen vervoien, waar
zij aan boord zullen gaan van een Neder-
landsch schip.
Naar verluidt, worden momenteel te Lon
den onderhandelingen gevoerd voor het
zenden van een groot Britsch hospitaal-
der leiding niet zonder bevel mogen schie
ten. Op deze wijze moeten de ordediensten
zijn georganiseerd. Men moet de leiders met
zorg uitkiezen en aan den gemiddelden man
geen vuurwapens geven.
Nopens de algemeene staking op Donder
dag j.l. zeide Blum, dat de regeering met
eenige bezorgdheid den terugslag in Frank
rijk en in het buitenland gadeslaat. Hij ver
volgde met te verklaren, dat zekere inci
denten betreurenswaard en zelfs ontoelaat
baar waren, maac vestigde er de aandacht
op. dat de begratenis in alle kalmte had
plaatsgevonden en dat de relletjes te Clichy
geen kloof hadden gebracht tusschen de ar
beidersklasse en de regeering.
Blum deed vervolgens een beroep op
het vertrouwen van de Kamer.
HONIG S BOUILLONBLOKJES thans 6voor;8ct. eh 25% zwaarder dan de meeste, andere.
schip naar Spanje, teneinde de evacuatie
te vergemakkelijken van andere vluchtelin
gen uit de legaties en ambassades te
Madrid.
De collectieve besprekingen Inzake de
evacuatie van vluchtelingen zijn geëindigd.
Tal van landen, waaronder Noorwegen,
onderhandelen momenteel afzonderlijk met
de regeering van Madrid.
DE KWESTIE DER BUITEN
LANDSCHE VRIJWILLIGERS
„Niet één Italiaan zal Spanje
verlaten...." verklaart Grandi
Het sub-comité van de commissie
voor niet-inmenging in den Spaanschen
burgeroorlog is Dinsdagmorgen te Lon
den bijeengekomen ter verdere bestu
deering van de kwestie van het terug
trekken der buitenlandsche vrijwilli
gers, die in Spanje strijden.
Groote beroering wekte de mededee-
ling van dien Italiaanschen vertegen
woordiger. graaf Dino Gr a n d i, dat de
Italiaansche regeering in geen geval
bereid is, over een repaitrieermg van de
buitenlandsche vrijwilligers in discussie
te treden, zoolang het goud van de Va-
lencia-regeering in. t buitenland niet ge
mobiliseerd is. Als zijn persoonlijke mee-
ning voegde Grandi hieraan nog toe, dat
niet één Italiaansche vrijwilliger Span
je verlaten zal voordat de burgeroorlog
De voorzitter van de commissie voor niet-
inmenging, lord Plymouth, noemde de mo-
dedeeling van Grandi „uitermate ernstig'
en kondigde aan, dat hij daarover terstond
met de Brittsche regeeriqg overleg zou
plegen.
Door „neutrale" leden van het subcomité
werd Grandi's verklaring opgevat als een
antwoord op de in de afgeloopen dagen
door de Engelsche pers verspreide valsche
berichten over „Italiaansche nederlagen aan
het Guadalajara-front".
De Italiaansche regeering heeft verder
aan de Britsche regeering medegedeeld, dat
de zoogenaamde ontscheping van Italiaan
sche troepen op 5 Maart alleen bestond uit
medisch materieel en vrijwillig geneeskun
dig personeel, zooals doctoren en verplegers.
Er is geen sprake van wapenen noch van
vrijwillige strijders.
In Britsche kringen wordt medegedeeld,
dat de inlichtingen, welke van andere zijde
worden ontvangen, deze Italiaansche ver
klaring schijnen te bevestigen.
Sandlers besprekingen te Londen
In antwoord op een in het Lagerhuis ge
stelde vraag betreffende het bezoek van den
Zweedschen minister van buitenlandsche
zaken aan Londen, verklaarde de minister
van handel, R u n c i m a n, dat hij Sand'
1 e r de verzekering had gegeven van Groot-
Brittannie's sympathie voor ieder initiatief,
dat ten doel heeft, de belemmeringen van
den internationalen handel te verminderen.
Runciman wilde er echter op wijzen, dat
de Oslo-conventie van 1930 in een soort ta-
rievenbestand voorzag en niet in de vorming
van een lage tarievengroep.
Voor zoover hem bekend was, zijn tijdens
de onlangs te Den Haag gehouden conferen
tie geen voorstellen inzake den lage-tarie-
vengroep gedaan.
„Daily Telegraph" in
in Italië verboden t;
De „Daily Telegraph" meldt, dat dit tC
in Italië is verboden op grond van
hoofdartikel van 15 Maart jl., getiteld
nieuwe protector van den Islam" en vanjo
opschrift boven een telegram uit MaiJe:
luidende: „Italianen met de bajonet teijT
gedreven". in
De Daily Telegraph" mag niet meerg
verkocht worden, noch per post i
né's worden toegezonden.
Voor de rookwarenbranche: JOS. MESRIÏic
Stadhouderskade 118, A'dam-Z. Andere 8
vragen aan Lucifax Fabriek N,V. A'dan V
(Ai
De Turksche premier op reïi
De Turksche premier Ismet Ineu
wordt op 12 April a.s. te Belgrado verwai's
in gezelschap van admiraal Chukru Okpi
Hij zal op de doorreis een dag te Seri
vertoeven en daar politieke hesp
voeren.
Direct na zijn terugkomst in Turkije'
de premier,zich aan boord van een torperi
jager, welke door twee speciaal gezond
Britsche torpedojagers geëscorteerd zal lor
den, naar Londen begeven, om daar zijn ldj
op de kroningsfeesten te vertegenwoordigP
Belasting-afpersing te Dusseldok»
De directeur der gemeentebelasting te Dit
selóorp en een negental zijner ambtenaif'
zijn gearresteerd, aangezien zij ;,mid<fel
eeuwsohe" bedreigingen toepasten bij
innen van achterstallige belastingen. V
P
Poolsch-Silezische
mijnwerkers staken
Sinds acht dagen staken de 3400 arbeidj
van de Giesche-mijn in Janow (PoolsL
Silezië). Vrijdag jj. zijn des morgens
1500 arbeiders, die in de mijn gebleven Cl
ren, in hongerstaking gegaan. Gistef
heeft men 43 dezer voedselweigcraars
komen uitgeput uit de mijn moeten haj
en naar het ziekenhuis moeten overbrenf
Eén hunner is aan de gevolgen van 1
voedselweigering overleden.
Aangezien de Silezische wojwode
vertegenwoordigers der vakvereeniginfM
toegezegd heeft de eischen der stakers&li
zullen bestudeeren, heeft men besloten
voedselweigering in de mijn voor 48 uur
onderbreken.
Veowaal uit
'tHollandsgwe
Boerenleven
G|VERMEE&
(43
Hij zwijgt, en zij gaat voort: „Ik heb je willen vergeten, ik
heb niets meer met je te maken willen hebben". Zij glimlacht
weemoedig. „Maar ik kon niet, ik móést van je blijven houden.
hn ik wist tegelijk dat je terug zou komen".
Zij klemt zich aan hem vast, kijkt hem met oogen vol
liefde aan. „Maar nu moet je me nooit meer alleen laten,
Gijs. nooit meer".
Hij weet geen ander antwoord te vinden dan haar in zijn
armen te sluiten, lang en sterk
In de kamer van de pastorie zit Van den Berg tegenover
'dominee Velt. Van buiten komt vaag het geruisch van het
leest.
Het is stil: de beide mannen rooken hun sigaren; de groote
Bchemej lamp omschijnt hen met een zacht, vertrouwelijk licht.
Vanmorgen na de kerkdienst heeft dominee Velt tegen zijn
Ouderling o-—„U moest vanavond maar eens bij mij
komen; naai het feest zult U wel niet gaan, vermoed ik, en
er zijn nog enkele zaken te bespreken".
En Van den Berg heeft het beloofd. De avonden bij den
ouden predikant doorgebracht, hadden steeds iets intiems.
Vroeger was heit druk in de pastorie geweest. Maar de zoons
en dochters van den dominee waren de een na den ander het
huis uitgegaan, en zijn vrouw was enkele jaren geleden ovc
leden. Zoo was hij eenzaam in het groote huis achtergeble
ven en was er een besef van gemeenschap gegroeid tusschen
hem en zijn ouderling, die ook eenzaam in zijn woning achter
gebleven was.
Van den Berg had de uitnoodiging van dominee Velt
gaarne aangenomen. Op Koninginnedag op de woning ach
terblijven, alleen met een oude knecht, die wat op de werf
loopt te rommelen, de boer weet, dat hij op zulke avonden
wanneer het geruisch van het feest tot zijn huis doordringt,
eigen eenzaam leven het zwaarst voelt.
Nu zijn de zaken afgedaan. In de gemakkelijk veerende
fauteuils zitten de beide mannen tegenover elkaar.
„Een volle kerk vanmorgen", prijst Van den Berg, ,,'t is
een genot zooveel menschen bij elkaar te zien. Er waren er
heel wat van de andere kerk".
„Ja", antwoordt de dominee peinzend, een rookwolk weg-
t'azend en nastarend. „Ja. zoo besef je iets van wat het zeg
gen wil: ééne kudde en één herder. Want tenslotte, van welke
kerk we zijn, de Heere, de Herder, is dezelfde".
Van den Berg knikt
„Al die menschen voor je te zien", gaat de dominee voort,
„aJ die verschillende ouden en jongen, rijken en armen,
hoe heerlijk is het tot die allen van 's Heeren goedheid te
mogen spreken".
„Uw toespraak was vanmorgen heel mooi. Zoo gevoelden
wij het allen wel, denk ik: we zijn één volk. En als we nu
maar vast blijven in ons geloof, en de wetten van den Heere
nakomen
„Ja, ja", beaamt de dominee.
Van den Berg vervolgt met een zucht: „Het is alleen maar
zoo jammer, dat wij daarvan hoe langer hoe meer vervreemd
raten. De Zondag wordt meer en meer ontheiligd, en in de
stad is het leven dikwijls een kermis. En dringt dat in ons
dorp ook niet door?" Hij luistert naar het zwak gerucht der
feestvierenden. Een troepje jongens en meisjes trekt rumoerig
ringend door de straat „Zooals nu dit feest'', vervolgt de
boer, „wat is er nog overgebleven van het mooie begin van
vanmorgen".
De beide mannen rooken zwijgend hun sigaar, luisteren
naar nu en dan doorklinkend feestrumoer.
Dan zegt de dominee ineens: „Er was niemand van de
Bruinings in de kerk. Ik heb ze trouwens enkele Zondagen
ook al gemist. Weet u of er iets niet in orde is?"
De boer haalt de schouders op, onverschillig. Dominee
moet daar nu weer niet mee aankomen.
De oude predikant merkt wel aan het plotseling stugge ge
zicht van zijn ouderling, dat hij beter doet niet meer over de
Bruinings te spreken. Er is iets schichtigs in zijn oogen, dat
verraadt, dat hij op een pijnlijke plek geraakt is.
„Ik zal ei dan wel eens heen moeter", meent de dominee.
„Er is zooveel werk, je verliest je gemeenteleden zoo gemak-
Kehjk uit het oog".
Alwezig knikt Van den Berg. Hij zit weggedoken in de
stoel en staart naar zijn sigaar, waarvan een ijl rooksliertje
opstijgt.
Ook de dominee staart voor zich. Dezen stuggen onwrik-
baren boer begrijpt hij niet. Verbergt deze harde, vierkante
kop een zware innerlijke strijd? De dominee vermoedt het.
want hij kan het oogenblik niet vergeten, waarop hij
tceken van de strijd op het gelaat van den boer gezien heeP*
Maar wie hem hier ziet zitten, star voor zich turend, harK
tiotsch, kan bijna niet aan zachter gevoelens gelooven.
fei en taai moet de vijandschap van deze boeren wel zijn i
den indringer, die zich in hun polder heeft durven vestigeh
denkt de predikant. Eéne kudde en één herderMocht^
ailen die zich naar Christus noemen de muren en grenzen
ben van elkander scheiden, eens verbreken om zich gezamete
lijk achter den Meester te scharen. Maar iedere groep, iedi
mensch afzonderlijk, werpt verschansingen op rondom zip
kleine beperkte leven, en het ideaal is zoo ver, zoo ver.
Als de boer opschrikt en de stilte merkt, die om heen li®]
staat hij op. Het is zijn tijd.
Bij het afscheid nemen, kan de grijze dominee het toch nil
laten om den forschen boer op de schouder te kloppen. „Va®
den Berg zegt hij ernstig, „laten wij er om denken, <fc
Heere wil ook de Bruinings bij zijn kudde. Laten wij zorg
hun de weg niet te versperren om tot Hem te komen". B
Als Van den Berg naar huis fietst, moet hij telkens a
deze woorden denken. Wat wil dominee Velt toch van he
„Je moet het goed met hen maken", heeft hij de vorige ke
gezegd En nu dit weer: „Sta die menschen niet in de weg
Maar wat wil de dominee dan? Moet hij naar Bruining t
gy.an? De driftige, kort aangebonden boer -zou in staat z
hem dooi de hond van de werf te laten jagen. Misschien
griipt een oude predikant, die gewoon is overal met eerbi
ontvangen te worden, dat niet. Nee, er is hier niets te d
hij heeft hier geen taak,
(Wordt vervolgd)