DE FRANSCHE KAMER BESPREEKT CLICHY WOENSDAG 24 MAART 1937 EERSTE BI.AD PAG, Buitenland DE BRITSCH-ITALIAANSCHE SPANNING GROEIT OPNIEUW „Indachtig blijven en zich voorbereiden", zegt Mussolini Ter gelegenheid van den achttienden verjaardag van de oprichting der fascis tische strijdhonden, heeft Mussolini van het balkon van het Palazzo Vene- zia een redevoering uitgesproken, waar in hij o.m. het volgende zeide: ,De achttiende verjaardag van de op richting der strijdhonden wordt van daag in het Italiaansche imperium ge vierd. De herdenkingsdag valt samen met het beëindigen van mijn Afrikaans'.he reis, die dag na dag volgens een tevoren vastgesteld en zelfs gedrukt program geheel volgens de plannen ten uitvoer is gelegd, volgens een program, dat ook de analfabeten van zekere bladen in het buitenland-zouden hebben kunnen De reis, die noch vroeger begonnen, noch bekort is heeft mij getoond, dat het wern .der Italianen begint de woestijnstop pen te veranderen in vruchtbaar land en dat de nieuwe weg langs de kust den consulairen wegen van het oude Rome waardig is". „Tegen Italië, aldus ging Mussolini voort, woedt op het oogenblik een drukinktstorm. Wij stellen tegenover de oneerlijkheid van andere instanties onze onbetwistbare op rechtheid. Met de economische belegering, waarop na negen maanden een overgave der belegeraars volgde, heeft het Italiaan- schn volk zijn proef doorstaan. Desondanks moet met luider stemme wor den uitgesproken dat deze door beroeps pacifisten ondernomen veldtocht de voor bereiding vormde voor verwarring en con flicten. Men spreekt er van, dat het Ita liaansche volk gemakkelijk vergeet. Dat is een dwaling. Het Italiaansche volk heeft er veertig jaren op gewacht Adoea ts wreken. Zwarthemden! De leuze van den tegen- woordigen tijd is: Indachtig blijven en zich voorbereiden". Diplomaten worden verontrust In buitenlandsche politieke kringen te Rome wordt de politieke ontwikkeling van den toestand met verslagenheid gevolgd. De algemeene indruk is, dat een ernstige ommekeer ten kwade is ingetreden. - 'sDuee's groote rede van het balcon van het Palazza Venczia wordt beschouwd als een duidelijke aanwijzing, dat de betrekkin gen tusschen Italië en Engeland met den dag meer gespannen worden. Enkele diplo maten gaan zelfs zoover, dat zij den toe stand even ernstig achten als tijdens de Britsche vlootconcentratie in de Middel- landsche Zee in het najaar van 1935. De Italiaansche minister van Buiten landsche Zaken, graaf Ciano, had een langdurig onderhoud met den Britschen ambassadeur. Sir Eric Drummond..waar bij Ciano, naar verzekerd wordt, in de scherpste bewoordingen geprotesteerd heeft tegen de Britsche perscampagne in verband met Mussolini's reis naar Libve en voorts er op gewezen heeft, dat het BritschIta liaansche gentlemen's agreement inzake de Middellandsche Zpe niet de goede resul- taten heeft opgeleverd, die de Italiaansche regeering er van verwacht had. Naar Volkenbonds-Interventie? De in zekere kringen besproken mogelijk heid, den Volkenbond te doen interve- nieeren in de Spaansche aangelegenheden, wordt te Rome uitermate ernstig geacht Men is van meening dat er op het oogen blik in een deel van de buitenlandsche pers en van de buitenlandsche publieke opinie een soort anti-Italiaansche coalitie bestaat van denzelfden aard als die, welke men te Rome tijdens den Ethiopischen veldtocht brandmerkte. De door Mussolini uitgesproken rede Öoet in sómmige opzichten denken aan die, welke hij den 2en October 1935, den dag van de algemeene civiele mobilisatie, heeft gehouden. Herhaaldelijk hebben de meest gezag hebbende woordvoerders van de Ita liaansche regeering verklaard, dat Italië in geen geval de vestiging van een communistische republiek in Span je zou dulden. De Italiaansche houding is sedertdien niet gewijzigd. Onderzoek naar de schuldigen geëischt Vrijheid van arbeid en vrijheid van woord In de Fransche Kamer is gistermid dag het debat begonnen over de relle tjes te Clichy en de algemeene staking die hieruit is voortgevloeid. De Fédération Républicaine heeft een motie ingediend, luidende als volgt: „De kamer, die een der meest elemen taire vormen van de vrije meenings- uiting beschermd wil zien, noodigt de regeering uit, allen Franschen staats burgers, die de wet eerbiedigen, de uit oefening van de vrijheid van vergade ring te waarborgen. Daar zij bovendien de werkelijke ver antwoordelijkheid voor de droevige ge beurtenissen van 16 Maart niet ver plaatst wil zien, besluit zij, aan een parlementaire commissie, bestaande uit 44 door de fracties aan te wijzen leden, de taak op te dragen, een grondig on derzoek in te stellen naar het ontstaan en de ontwikkeling van de gebeurtenis sen op dezen bloedigen avond. Zij wijst iedere toevoeging af en gaat over tot de orde van den dag". Als eerste nam Tixier Vignancourt an de Fédération Républicaine het woord om de interpellatie te verdedigen over de maatregelen, die de regeering denkt te ne men tegen het verbond van vakvereenigin- gen van de Seine, dat de algemeene sla king op 18 Maart op touw heeft gezet. Tot slot spoorde hij het Fransche volk in, zich tegen de tyrannie te verzetten. Ook Delaunay en Poitou D u p 1 e s s y, die daarna spraken, critiseerden de regee ring. Laatstgenoemde beschuldigde Blum, die toch verklaard had, in republikeinschen geest te willen regeeren, een aantal Fran schen van hun vrijheden te willen beroo ven. Eén partij, zeide spr. verder, is niet bevoegd om over individueele vrijheden te spreken, d. i. de communistische partij, die niet republikeinsch is en het charter der republikeinsche vrijheden niet erkent. Wij zullen ons, zoo besloot hij, tegen be velen, die onderdrukking beoogen, weten te verzetten. Het is onze plicht, te handelen en het bestaan der republiek te redden. Na de pauze werd het woord gevoerd door Meck, die de regeering interpel leerde over de vrijheid van arbeid tij dens de jongste algemeene staking. Hij verklaarde o.a., dat de arbeiders, die bij christelijke vakvereenigingen waren aangesloten, met den dood werden be dreigd en uit de fabrieken weggejaagd en dat zij gedwongen werden, zich bij de C.G.T. (het Fransche vakverbond) aan te sluiten. Spr. besloot met te zeggen, dat de C.G.T. geen monopolie mag vormen en dat de christelijke vakvereenigingsleden die bereid warert, met de regeering sa men te werken, nooit zullen toelaten, dat zij als burgers van den tweeden rang worden beschouwd. Vervolgens interpelleerde de voorzitter van de fractie der parti social frangais Ybarnegaray, over het gebeurde te Clichy en over de verantwoordelijkheid Dor het bloedvergieten. Hij zeide, dat de kogelregen iets belang rijks heeft getroffen: den wederkeer van Frankrijk tot de hoop. Hij keerde zich tegen de door de „Humanité" en de „Populaire" gevoerde perscampagne, die de verantwoor delijkheid voor het gebeurde op de parti social frangais wil afwentelen. Hij herin nerde eraan, dat de parti social frangais 400 personen, waaronder 200 vrouwen, uitge- noodigd heeft voor een bijeenkomst in een bioscoop te Clichy en dat de minister van binnenlandsche zaken deze onschuldige bij eenkomst, ondanks het drijven der linksche partijen, niet k°n verbieden, waarop door den burgemeester van Clichy, den commu- nistischen afgevaardigde H o n e 1 en het volksfront te Clichy tot geweld werd aan gespoord. Ybarnegaray las een oproep voor, die op den morgen van de betooging in het socialistisch orgaan „Le Populaire" is ge publiceerd. Spr. merkte op, dat het blad zoodoende protesteerde tegen een bijeenkomst, waar voor de socialistische minister toestemming had verleend. Ziedaar het drama. Ybarnegaray herinnerde aan de talrijke incidenten, die door de communisten tegen de parti social frangais zijn uitgelokt en die aanleiding hebben gegeven tot vecht partijen en gewonden in geheel Frankrijk. Dit kan aldus spr., niet voortduren. De communisten staan onder de bevelen van de Komintern, die hen betaalt. Hebben uw minister van oorlog en uw minister van buitenlandsche zaken u niet gezegd, dat de vrede voor Frankrijk afhangt van de orde in het binnenland? Duitschland blijft een mysterie. Wij we ten, dat het een geweldig leger heeft ge vormd en niet zou dulden, dat zich aan zijn grenzen nog een communistische mogend heid nestelt. Terwijl de communisten heftig protestee- rend: „verraad" roepen, vervolgde Ybarne garay met te zeggen, dat hij niet wil. dat op het gebied der buitenlandsche politiek dubbelzinnigheid bestaat. Minister-president Blum kwam vervol gens tusschenbeide. Ik geloof, zeide hij, dat 't in ons aller belang is, 't ernstige misver stand, dat zoo juist tusschen den spreker en een groot gedeelte der kamer is gerezen, uit den weg te ruimen. Geeft de heer Ybarnegaray toe, dat van buiten af druk op Frankrijk zou kunnen worden uit geoefend? Ybarnegaray herinnerde er daarop aan, dat hij in alle debatten over de buitenland sche politiek een dusdanige houding heeft aangenomen, dat het een wreedheid zou zijn, aan zijn gevoelens te twijfelen, en hij verklaarde, dat het eenige gevaar, dat Frankrijk bedreigt, naar zijn meening het Duitsche gevaar is. Hij trachtte vervolgens de dubbelzinnig heid aan te toonen van de aanwezigheid der radicalen ter rechterzijde van het ka binet en der communisten ter linkerzijde. Alles, wat in deze dubbelzinnigheid tot stand gebracht zal worden zal onzeker en teer zijn. Niet bij ons, zoo verklaarde spr. tot slot, moet gij de fascisten zoeken; doch daar (hier wees spreker op de banken der communisten). Wat de maatregelen bet-eft, die gij tegen de parti social frangais hebt aangekondigd, deze vreezen wij niet, daar wij ons niets te verwijten hebben. Onze actie wordt in het volle daglicht gevoerd. Na Ybarnegaray interpelleerde de volks democraat, Reille Soult, over den terug slag der gebeurtenissen te Clichy op de al gemeene en economisch^ politiek. Hij be schuldigde de communisten er van. het op bouwwerk der regeering te belemmeren. Nadat Bonnevay vervolgens verklaard had, dat zoolang den rechter niet gebleken is, dat de parti social frangais een nieuwe vorm is van den ouden strijdhond .,Croix du feu", deze partij haar volkomen vrijheid binnen de grenzen van het recht moet be houden, beklom minister-president Blum het spreekgestoelte. Blum antwoordt Blum, die vervolgens aan het woord kwam verklaarde dat in de bioscoop te Clichy 500 personen der Parti Social Fran gais bijeen waren geweest, waaronder een honderdtal vrouwen. Indien de Parti Social een legale partij is, dan is ook een bijeen komst van deze partij niet tegen de wet, zegt men, doch de kwestie is minder een voudig. De strijdhonden zijn ontbonden, maar in den tusschentijd is de Parti Social opgericht. De regeering had deze partij kunnen ontbinden gelijk zij met de Vuur- kruisen heeft gedaan, maar op die manier men de Parti Social beschouwd hebben een nieuwen strijdhond. Wij gelooven ook dat de partij niets is dan een voortzet ting van de Vuurkruisen (levendige protes ten van rechts). Blum zeide dat een onder zoek is geopend naar de oprichting van de Parti Social. Dan zal uitgemaakt kunnen worden in hoeverre de partij een voortzet ting is van de Vuurkruisen. Tot dusverre handelde de Parti Social onder het mom legaliteit, doch beteekent dit dat a' haar vergaderingen goedgekeurd moeten worden? De regeering heeft de bijeenkomst te Clichy niet verboden en deze zelfs be- beschermd, evenwel heeft zij verscheiden andere bijeenkomsten wel verboden, want zij heeft zoowel de vrijheid van vergadering te beschermen als de orde op den open baren weg! k voor mij ben van oordeel, zoo vervolgde Blum, dat de agenten geen bevel hebben gekregen om te sch ieten,, ma ar dat zij tijdens de relletjes, toen zij het verband met hun chefs kwijt waren ge raakt, op eigen initiatief heb- en gehandeld. Ik ben van oordeel, dat politietroepen on- DE SPAANSCHE BURGEROORLOG Geen nieuws van beteekenis van de fronten Volgens Radio-Sevilla is aan het noorde lijk front geenerlei wijziging gekomen, evenmin als in Guadalajara en Asturie. Aan het front van Madrid is een vijande lijke aanval op Aravaca afgeslagen en een stelling van den vijand bezet. Vervolgens gaf Radio-Sevilla bizonder- heden over de jongste aanvallen der roode troepen in Guadalajara: De rooden kwamen van de hoogten van Copernal aan voor de loopgraven van Padilla de Hita. Er ontspon zich een verbeten gevecht, waarbij de volks- fronters werden gesteund door twaalf tanks en uitgebreide troepenmachten. Zij werden gestuit door de automatische wapens en de artillerie trok terug. De vijand verloor vijf honderd dooden en gewonden. De verliezen der witten waren gering. Naar de Unipress uit Madrid meldt, open den de batterijen der nationalisten plotse ling een hevig bombardement op de hoofd stad, dat een groot aantal slachtoffers zou hebben geëischt. Midden in het centrum explodeerden granaten van zwaar kaliber, o.a. in de onmiddellijke nabijheid van de Puerta del Sol en van de Gran Via. Het offensief van de nationalisten ten noorden van Cordova wordt voortgezet. De actie begon tusschen Belmez en Espiel langs den spoorweg Cordova-Madrid. De troepen van Franco rukten in noord-ooste lijke richting op, sterk gehinderd door de sneeuw. Zij maakten zich meester van de dorpen Villa Nueva del Dupe en Alcara- cejos. De generale staf heeft den rechter vleugel gemobiliseerd. Het doel van deze actie was, den spoor weg bij Ciudad Real te bereiken. De eerste linies van de roode troepen werden na een verbitterd gevecht doorbroken. Nabij den spoorweg stieten de nationalisten op een sterke stelling van de volksfronters nabij Pozoblanco. Zij stelden zich tevreden met het leggen van een spervuur en versterk ten hun stellingen voor den racht. Ontruiming van legaties te Madrid? Van betrouwbare zijde wordt vernomen, dat zeer binnenkort de gebouwen der Ne- derlandsche, Belgische en Poolsche legaties te Madrid zullen worden ontruimd. Men wacht nog op de komst van vijftien autobussen van de kust, die de vluchtelin gen naar Alicante zullen vervoien, waar zij aan boord zullen gaan van een Neder- landsch schip. Naar verluidt, worden momenteel te Lon den onderhandelingen gevoerd voor het zenden van een groot Britsch hospitaal- der leiding niet zonder bevel mogen schie ten. Op deze wijze moeten de ordediensten zijn georganiseerd. Men moet de leiders met zorg uitkiezen en aan den gemiddelden man geen vuurwapens geven. Nopens de algemeene staking op Donder dag j.l. zeide Blum, dat de regeering met eenige bezorgdheid den terugslag in Frank rijk en in het buitenland gadeslaat. Hij ver volgde met te verklaren, dat zekere inci denten betreurenswaard en zelfs ontoelaat baar waren, maac vestigde er de aandacht op. dat de begratenis in alle kalmte had plaatsgevonden en dat de relletjes te Clichy geen kloof hadden gebracht tusschen de ar beidersklasse en de regeering. Blum deed vervolgens een beroep op het vertrouwen van de Kamer. HONIG S BOUILLONBLOKJES thans 6voor;8ct. eh 25% zwaarder dan de meeste, andere. schip naar Spanje, teneinde de evacuatie te vergemakkelijken van andere vluchtelin gen uit de legaties en ambassades te Madrid. De collectieve besprekingen Inzake de evacuatie van vluchtelingen zijn geëindigd. Tal van landen, waaronder Noorwegen, onderhandelen momenteel afzonderlijk met de regeering van Madrid. DE KWESTIE DER BUITEN LANDSCHE VRIJWILLIGERS „Niet één Italiaan zal Spanje verlaten...." verklaart Grandi Het sub-comité van de commissie voor niet-inmenging in den Spaanschen burgeroorlog is Dinsdagmorgen te Lon den bijeengekomen ter verdere bestu deering van de kwestie van het terug trekken der buitenlandsche vrijwilli gers, die in Spanje strijden. Groote beroering wekte de mededee- ling van dien Italiaanschen vertegen woordiger. graaf Dino Gr a n d i, dat de Italiaansche regeering in geen geval bereid is, over een repaitrieermg van de buitenlandsche vrijwilligers in discussie te treden, zoolang het goud van de Va- lencia-regeering in. t buitenland niet ge mobiliseerd is. Als zijn persoonlijke mee- ning voegde Grandi hieraan nog toe, dat niet één Italiaansche vrijwilliger Span je verlaten zal voordat de burgeroorlog De voorzitter van de commissie voor niet- inmenging, lord Plymouth, noemde de mo- dedeeling van Grandi „uitermate ernstig' en kondigde aan, dat hij daarover terstond met de Brittsche regeeriqg overleg zou plegen. Door „neutrale" leden van het subcomité werd Grandi's verklaring opgevat als een antwoord op de in de afgeloopen dagen door de Engelsche pers verspreide valsche berichten over „Italiaansche nederlagen aan het Guadalajara-front". De Italiaansche regeering heeft verder aan de Britsche regeering medegedeeld, dat de zoogenaamde ontscheping van Italiaan sche troepen op 5 Maart alleen bestond uit medisch materieel en vrijwillig geneeskun dig personeel, zooals doctoren en verplegers. Er is geen sprake van wapenen noch van vrijwillige strijders. In Britsche kringen wordt medegedeeld, dat de inlichtingen, welke van andere zijde worden ontvangen, deze Italiaansche ver klaring schijnen te bevestigen. Sandlers besprekingen te Londen In antwoord op een in het Lagerhuis ge stelde vraag betreffende het bezoek van den Zweedschen minister van buitenlandsche zaken aan Londen, verklaarde de minister van handel, R u n c i m a n, dat hij Sand' 1 e r de verzekering had gegeven van Groot- Brittannie's sympathie voor ieder initiatief, dat ten doel heeft, de belemmeringen van den internationalen handel te verminderen. Runciman wilde er echter op wijzen, dat de Oslo-conventie van 1930 in een soort ta- rievenbestand voorzag en niet in de vorming van een lage tarievengroep. Voor zoover hem bekend was, zijn tijdens de onlangs te Den Haag gehouden conferen tie geen voorstellen inzake den lage-tarie- vengroep gedaan. „Daily Telegraph" in in Italië verboden t; De „Daily Telegraph" meldt, dat dit tC in Italië is verboden op grond van hoofdartikel van 15 Maart jl., getiteld nieuwe protector van den Islam" en vanjo opschrift boven een telegram uit MaiJe: luidende: „Italianen met de bajonet teijT gedreven". in De Daily Telegraph" mag niet meerg verkocht worden, noch per post i né's worden toegezonden. Voor de rookwarenbranche: JOS. MESRIÏic Stadhouderskade 118, A'dam-Z. Andere 8 vragen aan Lucifax Fabriek N,V. A'dan V (Ai De Turksche premier op reïi De Turksche premier Ismet Ineu wordt op 12 April a.s. te Belgrado verwai's in gezelschap van admiraal Chukru Okpi Hij zal op de doorreis een dag te Seri vertoeven en daar politieke hesp voeren. Direct na zijn terugkomst in Turkije' de premier,zich aan boord van een torperi jager, welke door twee speciaal gezond Britsche torpedojagers geëscorteerd zal lor den, naar Londen begeven, om daar zijn ldj op de kroningsfeesten te vertegenwoordigP Belasting-afpersing te Dusseldok» De directeur der gemeentebelasting te Dit selóorp en een negental zijner ambtenaif' zijn gearresteerd, aangezien zij ;,mid<fel eeuwsohe" bedreigingen toepasten bij innen van achterstallige belastingen. V P Poolsch-Silezische mijnwerkers staken Sinds acht dagen staken de 3400 arbeidj van de Giesche-mijn in Janow (PoolsL Silezië). Vrijdag jj. zijn des morgens 1500 arbeiders, die in de mijn gebleven Cl ren, in hongerstaking gegaan. Gistef heeft men 43 dezer voedselweigcraars komen uitgeput uit de mijn moeten haj en naar het ziekenhuis moeten overbrenf Eén hunner is aan de gevolgen van 1 voedselweigering overleden. Aangezien de Silezische wojwode vertegenwoordigers der vakvereeniginfM toegezegd heeft de eischen der stakers&li zullen bestudeeren, heeft men besloten voedselweigering in de mijn voor 48 uur onderbreken. Veowaal uit 'tHollandsgwe Boerenleven G|VERMEE& (43 Hij zwijgt, en zij gaat voort: „Ik heb je willen vergeten, ik heb niets meer met je te maken willen hebben". Zij glimlacht weemoedig. „Maar ik kon niet, ik móést van je blijven houden. hn ik wist tegelijk dat je terug zou komen". Zij klemt zich aan hem vast, kijkt hem met oogen vol liefde aan. „Maar nu moet je me nooit meer alleen laten, Gijs. nooit meer". Hij weet geen ander antwoord te vinden dan haar in zijn armen te sluiten, lang en sterk In de kamer van de pastorie zit Van den Berg tegenover 'dominee Velt. Van buiten komt vaag het geruisch van het leest. Het is stil: de beide mannen rooken hun sigaren; de groote Bchemej lamp omschijnt hen met een zacht, vertrouwelijk licht. Vanmorgen na de kerkdienst heeft dominee Velt tegen zijn Ouderling o-—„U moest vanavond maar eens bij mij komen; naai het feest zult U wel niet gaan, vermoed ik, en er zijn nog enkele zaken te bespreken". En Van den Berg heeft het beloofd. De avonden bij den ouden predikant doorgebracht, hadden steeds iets intiems. Vroeger was heit druk in de pastorie geweest. Maar de zoons en dochters van den dominee waren de een na den ander het huis uitgegaan, en zijn vrouw was enkele jaren geleden ovc leden. Zoo was hij eenzaam in het groote huis achtergeble ven en was er een besef van gemeenschap gegroeid tusschen hem en zijn ouderling, die ook eenzaam in zijn woning achter gebleven was. Van den Berg had de uitnoodiging van dominee Velt gaarne aangenomen. Op Koninginnedag op de woning ach terblijven, alleen met een oude knecht, die wat op de werf loopt te rommelen, de boer weet, dat hij op zulke avonden wanneer het geruisch van het feest tot zijn huis doordringt, eigen eenzaam leven het zwaarst voelt. Nu zijn de zaken afgedaan. In de gemakkelijk veerende fauteuils zitten de beide mannen tegenover elkaar. „Een volle kerk vanmorgen", prijst Van den Berg, ,,'t is een genot zooveel menschen bij elkaar te zien. Er waren er heel wat van de andere kerk". „Ja", antwoordt de dominee peinzend, een rookwolk weg- t'azend en nastarend. „Ja. zoo besef je iets van wat het zeg gen wil: ééne kudde en één herder. Want tenslotte, van welke kerk we zijn, de Heere, de Herder, is dezelfde". Van den Berg knikt „Al die menschen voor je te zien", gaat de dominee voort, „aJ die verschillende ouden en jongen, rijken en armen, hoe heerlijk is het tot die allen van 's Heeren goedheid te mogen spreken". „Uw toespraak was vanmorgen heel mooi. Zoo gevoelden wij het allen wel, denk ik: we zijn één volk. En als we nu maar vast blijven in ons geloof, en de wetten van den Heere nakomen „Ja, ja", beaamt de dominee. Van den Berg vervolgt met een zucht: „Het is alleen maar zoo jammer, dat wij daarvan hoe langer hoe meer vervreemd raten. De Zondag wordt meer en meer ontheiligd, en in de stad is het leven dikwijls een kermis. En dringt dat in ons dorp ook niet door?" Hij luistert naar het zwak gerucht der feestvierenden. Een troepje jongens en meisjes trekt rumoerig ringend door de straat „Zooals nu dit feest'', vervolgt de boer, „wat is er nog overgebleven van het mooie begin van vanmorgen". De beide mannen rooken zwijgend hun sigaar, luisteren naar nu en dan doorklinkend feestrumoer. Dan zegt de dominee ineens: „Er was niemand van de Bruinings in de kerk. Ik heb ze trouwens enkele Zondagen ook al gemist. Weet u of er iets niet in orde is?" De boer haalt de schouders op, onverschillig. Dominee moet daar nu weer niet mee aankomen. De oude predikant merkt wel aan het plotseling stugge ge zicht van zijn ouderling, dat hij beter doet niet meer over de Bruinings te spreken. Er is iets schichtigs in zijn oogen, dat verraadt, dat hij op een pijnlijke plek geraakt is. „Ik zal ei dan wel eens heen moeter", meent de dominee. „Er is zooveel werk, je verliest je gemeenteleden zoo gemak- Kehjk uit het oog". Alwezig knikt Van den Berg. Hij zit weggedoken in de stoel en staart naar zijn sigaar, waarvan een ijl rooksliertje opstijgt. Ook de dominee staart voor zich. Dezen stuggen onwrik- baren boer begrijpt hij niet. Verbergt deze harde, vierkante kop een zware innerlijke strijd? De dominee vermoedt het. want hij kan het oogenblik niet vergeten, waarop hij tceken van de strijd op het gelaat van den boer gezien heeP* Maar wie hem hier ziet zitten, star voor zich turend, harK tiotsch, kan bijna niet aan zachter gevoelens gelooven. fei en taai moet de vijandschap van deze boeren wel zijn i den indringer, die zich in hun polder heeft durven vestigeh denkt de predikant. Eéne kudde en één herderMocht^ ailen die zich naar Christus noemen de muren en grenzen ben van elkander scheiden, eens verbreken om zich gezamete lijk achter den Meester te scharen. Maar iedere groep, iedi mensch afzonderlijk, werpt verschansingen op rondom zip kleine beperkte leven, en het ideaal is zoo ver, zoo ver. Als de boer opschrikt en de stilte merkt, die om heen li®] staat hij op. Het is zijn tijd. Bij het afscheid nemen, kan de grijze dominee het toch nil laten om den forschen boer op de schouder te kloppen. „Va® den Berg zegt hij ernstig, „laten wij er om denken, <fc Heere wil ook de Bruinings bij zijn kudde. Laten wij zorg hun de weg niet te versperren om tot Hem te komen". B Als Van den Berg naar huis fietst, moet hij telkens a deze woorden denken. Wat wil dominee Velt toch van he „Je moet het goed met hen maken", heeft hij de vorige ke gezegd En nu dit weer: „Sta die menschen niet in de weg Maar wat wil de dominee dan? Moet hij naar Bruining t gy.an? De driftige, kort aangebonden boer -zou in staat z hem dooi de hond van de werf te laten jagen. Misschien griipt een oude predikant, die gewoon is overal met eerbi ontvangen te worden, dat niet. Nee, er is hier niets te d hij heeft hier geen taak, (Wordt vervolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1937 | | pagina 2