rCSjSDH LMMKT DONDiiRDAO 4 MAART 1937 DERDE BEAD PAG. 9 Eerste Kamer Begrooting van Justitie Verschillende sprekers behan delen het optreden van de N.S.B. Vergadering van 3 Maart 1937 Overzicht De Eerste Kamer is wel wat heel erg als Tweede Kamer opgetreden bij de behande ling van de begrooting van Justitie. Allerlei, dat voor een paar maanden aan de „overzijde" was behandeld, werd gerepe teerd. Er was in het debat weinig van groote lijnen te ontdekken. Bij al deze herhalingen kon de belangstelling moeilijk groot zijn, al scheen de minister van Justitie er wel be hoefte aan te hebben om zich achter bergen stukken te verschansen, terwijl een van '3 ministers ambtenaren nog een niet onbe langrijk deel van de departementsbibliotheek in reserve hield. Het komt ons niet nuttig voor om redevoe ringen, die naar haar aard gevoeglijk gemist konden worden, althans in den gedetailleer- den vorm, waarin zij in de Handelingen een plaats zullen krijgen, nogmaals aan een be schouwing te onderwerpen. Dat de heer Kolff met een waardig protest opkwam tegen de on-Nederlandsche en in zich zelf onware juridische opvattingen, wel ke blijkbaar van N.S.B.-zijde in het Voorloo- pig Verslag waren geventileerd, hoorden we met genoegen en instemming. Mr. Mendels hield over de preventieve hechtenis beschouwingen, waarover zeer ze ker te debatteeren valt. Ook anderen deden waarschuwende woorden er over hooren, al maanden zij tevens voor overdrijving zich te hoeden. De heer Knottenbelt onderwierp het op treden van politie en O. M. in het geval- Ries aan critiek. Daarvoor is plaats o.i., ook al beschouwt men deze zaak zelf als volkomen afgedaan en de gevallen beslissing als ten volle ge- grond. Van meer dan een zijde werd scherp optre den gevraagd tegen de ordeverstorende ter reurdaden van nat.-socialistische partijgan gers, die voorkeur hebben voor allerlei hel dendaden in het duister, maar als regel den moed missen om voor hun methodisch- Duitsch terroristisch optreden verantwoorde lijkheid, ook strafrechterlijke, op zich te ne- nemen. Ze probeeren er altijd uit te draaien. Dat op de ongewenschtheid van de aanwezig hcid in de rechterlijke macht van personen, die tot een voor andere leden der magistra tuur verboden vereeniging behooren werd gewezen, zal algemeen instemming kunnen vinden. Met genoegen hoorden hoorden we den heer Mendels woorden van lof wijden aan het hooge peil van onze rechterlijke macht. De .Jclassejustitie" bestaat voor hem blijk baar niet meer. Met deze „Aufklarung" wen- schen we hem en de zijnen geluk. Heden verder. Na Justitie komt Binnenlandsche Zaken en de Postbegrooting. previ De heer v. VESSEM (n.a.b.) Zijn we hier ln den Duitsehen RtJkadag? De heer MOLTMAKBR (a.d.): Daar mogen ze nleta zeggen dat mogen jullie alleen hier. De heer v RAPPARD (11b.): Waarom maak Je Je daar druk over? (Gelach.) in met omzichtigheid worden t Inatituut is met waarborgen het ia een bezwaar, dat b"Ü de politii .ftrek" hii echter gebleken i dat niet f gel{jke gevallen De miniater zorge voor ven •eventieve hechtenis in wetgei De elach om at ireeniglngen ge. vele gevallen De heer v. RAPPARD (11b.) beplel ling Verslag '■fc. i tegrengaan. Gevr wordt besteedt. De aanhangers der N.S.B. veroorlov> zich tegenover anderen dingen, die ze z« op hun vergaderingen niet dulden. Da smijten ze een lnterrumpant er zond 7 werd gesteld, welke goede gedach- evlng zou blijken. Het beroep op het „gezonde volks gevoel", dat de N.S.B. In dit verband doet, ia van vreemden oorsprong. We moeten er niets van hebben. En evenmin van de godsdienstige saus, die de heeren over dat volksgevoel uitgieten. Deze tirades hebben met het beroep op hoogere chris telijk vormen niets te maken. Ze missen alle reëele beteekenis. De Ulthreiding van het aantal substituu (Ierland gewraakt. Een ran de dupe geworden. De heer MENDELS (s. partU te Broek op Lan a an gors, die het hem las Jood. Ook het optreden var bepaaldi ïg toegepast. Dit laatst i zijn dikwijls overladei De vroegere rifksbouw eft 15 i vaak gevolg "van hter-commtssarls- t werk. iter Vrijman b.v. onder abno: 'rijgesproken worden. Der- bero oogt hij, dat de leed, dat door verkeerde toepassing antleve hechtenis kan worden veroorza Ten slotte wordt afgekeurd, dat leder er rechterlijke macht lid zijn van voo mbtenaren verboden vereeniglngen. Da i een ongepaste houding. Aan dezei motie i Wellicht worden ze dan lid 3 gen Raad. Het ls wel de rechtspraak daarvan zal maar dan ls de rechtsstaat lijd op fah-e wfi ild, dat als Muj afgerekend. Wat er dan er' V. VESSEM (n.s.b.) Nas ruls. er HERMANS (s.d.): Als ik ;al ik tevreden zijn. (V rschilende daden der de aandacht gevestigd N.S.B. wor i de N.S.B. eigei ook dit In Arnhem deed de N.i laatste. De leider der beweging was ei verontwaardigd over en beloofde aan d« politie alle medewerking. Ten slotte bleek, dat hU zelf tot die smeerpartü op dracht had gegeven. Als de he. Dlitierechter N.S.B.-er we rslag VOORZITTER hei ie heer HERMANS voldoet aan dit verz wijst er ten slotte op. dat het Eerste 1 ■lid de heer de Marchant et d'Ansembo doet alsof hU van al dit optreden n ie heer v. SASSÉ VAN IJSSELT (r.k.) dri Tegen In hae marechaussée. Te v ppard dat gedaan. KNOTTENBELT (lib.) bepleit der voogdij verschuil •atificatie :ht hU beteri muziek uitgezonden. beschamend meent de heer Knottenbelt, de Just geschoten. Hij dringt aan op e«n bet bij de benoeming van rechter-comn n 's Ministers rede ln deTwerJ- DE RIJMPRENT VOOR DE NEDERL. SCHOOLJEUGD Eerst in de toekomst zal de wezenlijke waarde kunnen worden bepaald Het oordeel van den Minister De werklooze onderwijzers In de Memorie van Antwoord aan de Eerste Kamer omtrent de Begrooting van Onderwijs voor 1937 zegt de Minis ter dat voor een algemecne klacht over de resultaten van het onderwijs geen grond aanwezig is; zeker niet wanneer men deze klacht tot de over heid richt. De inderdaad groote bedragen, die aan het onderwijs worden ten koste gelegd, worden goed besteed. Er wordt bij het onderwijs hard en met toewij ding gewerkt. Wat de rijmprent ter eere van het Prin selijk Huwelijk betreft wijst de Minister er op, dat het de bedoeling van de regeering geweest om aan de schooljeugd een herinnering to geven aan dit voor land en volk zoo heugelijk en gewichtig gebeuren; een herinne.ring, waarvan dus de waarde blijkt in de toekomst, terwijl' die van een leermiddel met het oog op het heden moet worden bepaald. De rijmprent is ontstaan door samen werking van een dichter wiens bijzondere dichterssrave algemeen erkenning vindt en een grafisch kunstenaar, die bewezen heeft over bijzondere kwaliteiten te beschikken. Het stemt den Minister tot verheugenis, dat deze zeldzame samenwerking door het initiatief van de ï-egeering is tot stand ge komen en dat het aldus mogelijk werd op ruime schaal een kunstwerk te verspreidon, waarvan de wezenlijke waarde, als van ieder kunstwerk, eerst in dc toekomst ge heel objectief zal kunnen worden bepaald, doch waarvan blijkens talrijke uitingen in de schoolwereld, de kunstwereld en de letterkundige wereld de waarde reeds thans door velen is beseft. Nijverheidsonderwijs De Minister is van oordeel dat voor zoo ver de beschikbare middelen dit zullen veroorloven. aan het Nijverheidsonderwijs voor meisjes nog eenige uitbreiding dient te worden gegeven. Vele van de van rijkswege g£ eerde Nijverheidsscholen voor meisjes leiden sedert tal van jaren op voor dienst bode. Ware dit niet het geval geweest, dan zou het tekort aan Nederlandsche dienst meisjes nog zeer belangrijk grooter zijn nu het geval is. In 1919 waren er naar schatting in Nederland ongeveer 200.000, thans zijiv er ongeveer 100.000 dienstboden werkzaam, waarvan ontreveer 30.000 van vreemde nationaliteit. Hiervan zijn onge veer 7-000 grensstreek-bewoonsters. Bijb. Gesch. op de Openbare School Met groote belangstelling volgt de Minis ter hetgeen hier en daar wordt verricht om Bijbelkennis onder leerlingen van openbare lagere scholen te bevorderen. jj Voor een dwingende wettelijke ba- j| paling daargelaten of zij principieel gewenscht zou zijn is de tijd zeker nog niet gekomen. Schrijfwijze Ned. Taal Het overleg met de Kon. Academie van Wetenschappen en de Belgische Regeering heeft nog niet gevoerd tot positief resultaat. Teneinde uit de sinds vele jaren bestaande moeilijkheden te geraken, acht de Minisfe'r zeer de overweging waard de gedachte, dat de wet een lichaam zou aanwijzen het welk te dezer zake hetzij adviseerende hetzij beslissende bevoegdheid hebben zou en dat wettelijke mogelijkheid worde ver kregen om een aldus vastgestelde spelling ook in het onderwijs te doen eerbiedigen. Werklooze onderwijzers Ook de Minister betreurt, dat zoovele relukRis. Ei S-.aK'nT t leder behoeft t Moeilijkheden De commissaris der Koningin in de provincie Overijssel, mr. A. baron v. Voorst tot Voorst, bracht gisteren een bezoek aan het overstroomde gebied bij Deventer. Z.Exc. (links) met den burgemeester van Deventer bij de klep der schipbrug, waar het water bijna overheen stroomt. bezitters van de onderwijzersakte niet in de gelegenheid zijn een betrekking te ver krijgen. Een voorziening door tewerkstelling de scholen met financieele hulp aan de besturen van scholen of vereenigingen zou getwijfeld op den weg van den Minister kunnen liggen, doch de daartoe benoodigde aanzienlijke geldsommen staan niet te jner beschikking. Zelfs door herstel van de vorige leerlm- gensehalen en door invoering van acht- iarigen leerplicht zou nog niet voor ee.n derde gedeelte der werkloozen een plaats 3d de school open komen. De vraag, of aan dit maatschappelijk euvel iets kan worden gedaan, is ongetwij feld van de grootste beteekenis. Maar zij is van algemeenen aard en kan niet alleen noch ook in de eerste plaats door het de partement van onderwijs worden behan deld. Kunsten en Wetenschappen De indiening van een ontwerp-monumen- teuwet heeft de Minister in beraad gehou den, omdnt hij tegenover eenige hierbij rijzende vragen zijn standpunt nog niet heeft bepaald. DE HANDELSOVEREENKOMST MET TURKIJE Onze Industrie vaart er wel bij Aanleg van groote havenwerken dlffp waarborgen wordei MOLTMAKER jchterlijke macht ln Nederland n heer Mendels zou h« ga ntvangen over het geval hooger beroep door drie i Langendijk, die voor de r terechtgestaan. ,d.) lel ai bij nati: irlngen mt Opleiding van Dienstboden Internaat te Arnhem geopend Gister is te Arnhem het eerste internaat van het algemeen comité tot het organiseeren van internaten voor spoed-opleiding van dienstboden ge opend. Een hartelijk welkom riep de hec Meyer de Vries, hoofd-inspecteur voor de werkverschaffing de aanwezigen toe, waarna de heer Mr. D. G. Draaier, dir.- gen. van de werkverschaffing en de eteun- verleening namens den Minister van So ciale Zaken, de openingsrede uitsprak. Spr. getuigde van zijn groote waardeer in; vöor al het pogen, dat hier en elders wordt aangewend om tot een flinke opleiding tot dienstbode te komen. Het valt toe te juichen, dat thans reeds in een drietal plaatsen van ons land een methode wordt toegepast welke wat de resultaten betreft, uitgaat, boven die de dagcursussen, n.l. de inernaten. Deze arbeid zal op den duur blijken in hooge mate een zegenrijke werking uit te oefenen. Financieele medewerking van derden evenwel onontbeerlijk. Wil echter de arbeid slagen, dan is ook de medewerking noodig van de ouder; van de gezinnen, waaruit de meisjes, die kunnen worden opgeleid, moeten komen Die ouders dienen te begrijpen dat wat voorstaan een goed werk is. Mat den wensch, dat er veel succes voor dezen arbeid zal zijn weereglegd, verklaarde spr. namens den Minister van Sociale Zaken dit internaat voor geopend. Officïeele Berichten CONSULATEN De heeren C. P. Lomverse en A. J. Paezl. ziin benoemd tot resp. consul en consul der Nederlanden te Tampico. LEGER EN VLOOT De luit ter zee 2e kl. bij de Kon. Mi eRserve, F. Hijman, ls geplaatst a. b. E Tegen de NSB-ordevei worden opgetreden. Echtei eden der politie niet altijd feilloos. wel voldoende de etchn. ambten. 2e kl., M J Engelvaai RIDDERORDEN Fa. VAN WIE LIK 9 NOORDEINDE DEN HAAG Telefoon 112246 De handelsovereenkomst, welke de Nederlandsche regeering dezer dagen met Turkije gesloten heeft, opent wijde perspectieven voor de Nederlandsche industrie. Nu er een regeling getroffen is inzake de compensatie van eventu- eele leveringen aan Turkije- is de weg geopend tot deelneming der Nederland sche industrie aan de uitvoering van de groote werken, welke de Turksche regecring tot ontwikkeling van haar land op het program heeft staan. Deze plannen, welke den onderhandelaars bij hun besprekingen over de tot stand handelsovereenkomst voor oogen hebben gestaan, betroffen den aanleg de oorlogshaven Gölcük, van de kolenhavcn Eregli voorts irrigatiewerken in de vlakten van Ismir en Adana en den bouw van eenige radio-zenders. Voor de oorlogshaven Gölcük. welke aan een baai van de zee van Marmora is ge legen. heeft de Nederlandsche Mij havenwerken in opdracht van de Turksche ïgeering een ontwerp gemaakt. Dit plan omvat behalve de eigenlijke oor logshaven met haar krachtinstallaties ook ;n scheepswerf voor den bouw gsschepen-.Dit plan is door de Turksche regeering definitief goedgekeurd. In den kring van Nederlandsche industricelen heeft zich een „Gölcük-comité" gevormd waarbij, behalve de Ned. Mij voor haven betrokken waren StorkHengelo, Stork-Hijisch, Conrad. Heemaf en de Vries Robbé. Het staat nog niet vast, of de Turk sche regeering dit plan- waar een be drag van ongeveer 16 millioen. Turk sche ponden mee is gemoeid, terstond in zijn geheel dan wel in étappes zal uitvoeren. Bouw van een Kolenhaven Ook voor den bouw van de kolenhaven Eregli (het Haraclea van de oudheid) aan de Zwarte Zeekust, welke een zeer belang rijk kolenbekken als achterland heeft, zijn de Nederlandsche ondernemers in overleg met de Turksche regeering. Voor dit plan dat mede den aanleg verlaad-inrichtingen omvat, en welks kos ten naar ruwe schatting acht tot negen millioen Turksche ponden beloopen inte resseeren zich van Nederlandsche zijde vooral de Albetam in Den Haag, de Neder landsche Mij voor havenwerken, Stork en Werkspoor. Dit project is nog niet defini tief door de Turksche regeering goedge- Van de zeer omvangrijke irrigatiewerken, welke ten behoeve van den katoenbouw de vlakten nabij Ismir (Smyrna) en Adana zijn ontworpen hoopt de Nederlandsche industrie eveneens haar deel te grijgen. Voor de radio-zenders zijn door Philips bij de Turksche regeering eenige projecten in gediend. VRIJDAG 5 MAART HILVERSUM I 1875 M. 8.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.20 VARA. 12.00 AVRO. 4.00 VARA. 7.30 VPRO. 9.00 VARA. 10.40 VPRO. 11.0012.00 VARA. 8.00 Gram.pl. 10.00 Morgenwijding. 10.20 Gram.pl. 10.40 Declamatie. 11.00 Gram.pl. 11.15 Decla matie. 11.30 en 12.00 Gram.pl. 12.15 Ko- vacs Lajos' orkest. 1.00 Jan van der Heyden Hei"denking. 1.20 Kovacs Lajos' orkest en Gram.pl. 2.15 Declamatie en Gram.pl. 4.00 Gram.pl. 4.30 Voor de kin deren. 5.00 De Flierefluiters en solist. 5.30 Melody Circln en solist. 6.00 De Ram blers. 6.30 Pontiek radiojournaal. 6.50 Or gelspel. 7.00 Berichten V.GP. 7.35 Bijbel- sche causerie. 8.00 Gehiigenisavond voor geestelijke vrijheid. 9.15 Grootorkest, De Ramblers, Mannenkoor „G.E.W-A." en solisten. 10.30 Berichten ANP. 10.40 Avondwijding. 11.0012.00 Gevar. pro gramma. (Vervolg). HILVERSUM II 301 M. Algrem. Programma, verzorgd door den KRO. 8.009.15 en 10.00 Gram.pl. 11.30 Bijbelsche causerie. 12.00 Berichten. 12.15 KRO-Melodisten m.m.v. solist en Gram.pl. 2.00 Orgelcon cert. 3.00 KRO-Kamerorkest en Gram.pl. 4.45 Gram.pl. 5.15 KRO-orkest. 6.00 Land en tuinbouw-halfuur. 6.20 De KRO-Melo disten en solist. 7.00 Berichten. 7.15 Cau serie „Suggestie en Suggestibiliteit". 7.35 Bedrijfsreportage. 8.00 Berichten ANP. 8.10 Gram.pl. 8.20 Paul Godwins orkest. 9.00 „De Schipbreuk", komische cantate*. 10.00 Gram.pl. 10.30 Berichten ANP. 10.40 12.00 Gram.pl. DROITWICH 1500 M. 11.4011.50 Pianosoli. 12.10 Orgelconcert. 1.35 Philh. Strijktrio. 4.20 BBC-orkest en solist. 5.35 Blaaskwin- tet. 6.45 Zangvoordraeht. 7.40 Reportage uit een tinmijn. 10.00 Orgelspel. 10.30 Strijkkwartet. RADIO PARIS 1648 M. 12.35 Visciano-orkest. 4.20 Saxofoonk vartet. 5.50 Zang. 6.05 Pianorecital. 6.50 Vervolg zang. 7.05 Ver volg pianorecital. 8.20 Concert. 9-05 „La; Gazette de Montmartre". 11.201.05 Or kestconcert. KEULEN 456 M. 5.50 Orkestconcert. 7.50 Amusementsorkest. 11.20 Kleinorkest. 3.35 Omroepkoor en solisten. 5.20 Orkest en solisten. 8.05 Koor. 9.50 Zang. 10.2011.20 Omroeporkest. BRUSSEL 322 en 484 M. 322 M.: 12.50 Sa lonorkest. 1.30 Kleinorkest. 6.50 Mando lineconcert. 8.20 Kleinorkest. 9.20 Klein- 484 M.: 12.50 Kleinorkest. 1.30 Salon orkest. 1.50 Zang. 5.20 Omroeporkest. 6.50 Pianorecital. 7.35 Zang. 8.20 Omroep orkest en solist. 10.30—11.20 Accordeon- muziek. DEUTSCHLANDSENDER 1571 M. 7.30 Zang en piano. 8.00 Gevarieerd programma. 9.40 Nieuws uit Amerika. 9.50 Amuse- ments-orkest. Levensverzekering-Maatschappij CONFIDENTIA NV Catharijneslngel 48 UTRECHT KAPITAAL- en VOLKSVERZEKERING LIJFRENTEN Actieve Vertegenwoordigers gevraagd. (Advü Deze werken brengen belangrijke orders voor de industrie met zich mede, hetgeen: blijkt uit het feit, dat bijv. ten aanzien van de haven van Gölcük de leveringen aan machines en andere goederen ongeveer -40 procent van de totale contractsom zullen beloopen, niet medegerekend de betaling voor de machinerieën en de diensten, welkö noodig zijn voor de uitvoering. De stand van zaken is dus deze: de Turk-» sche regeering heeft eenige groote plannen in portefeuille- waarvan sommige definitief zijn vastgesteld. Van geen van deze plannen is de uitvoering formeel aan een onderne-» mer gegund. Daar echter de onderhande lingen over de thans gesloten overeenkomst juist met het oog op deze plannen en da daaraan voor de Nederlandsche industrie verbonden perspectieven zijn geopend, kan men in het gunstige resultaat dezer onder handelingen grond vinden voor de ver wachting, dat de Turksche regeering deze I opdrachten aan de Nederlandsche industrie I zal gunnen, vooral ook omdat zij zelf voor Men kan wel zeggen, dat de aanleg van den export van haar land naar 'Nederland! de beide havens het voornaamste deel is I gunstige voorwaarden heeft weten te be- van de werken, die eventueel aan de Neder- dingen. Verwaal uit PrHoLLANDSC-WE BocaeNLCveu OjVERMEEft (26 Dat is een vonnis, hard en koud in zijn schijnbare goed heid. Arie's toestand is ernstig: misschien kan hij spoedig sterven: wellicht is hij al gestorven Neeltje staat op. „Wij gaan met de kapwagen. Gijs spant hem in", waar schuwt haar man. Maar zij heeft nu geen rust meer. In jachtige haast doet 2ij haar werkschort af, waarin zij de geheele tijd aan het bed heeft gezeten, en zij trekt de mantel aan, die Aaltje haar brengt. Zij zet haastig haar hoed op en loopt dan naar buiten, waar haar man en Aaltje Gijs bij het inspannen helpen. Ter wijl de mannen het tuig aangespen klimt zij reeds in de wagen. Zij gaat achterin zitten en zegt niets tegen haar kinderen, die verwonderd en angstig bij Aaltje bijeen staan. In de schemer van de donkere kap is haar bleek gelaat nog strakker, nog wezenloozer. Slechts één gedachte heeft zij: zij snoet naar Arie. Piet is kalm. Hij beheerscht nu met ijzeren rem zijn zenu wen. Toen Aaltje de boodschap van het ongeluk kwam brengen heeft hij meer uit haar verschrikt gezicht dan uit haar woorden begrepen, dat er iets ergs gebeurd was. En een wilde, waanzinnige angst had hem voortgedreven. Hij zag geen gevaar. Hij had zijn paard opgezweept en opgehitst tot een dolle galop waarvan het dier nu nog staat te beven. Wat geeft hij er om, al had hij het paard dood-gereden. Die angst, die onzekerheid, waardoor hij zich bezeten krankzinnig ge voeld had, moést hij kwijt. Hij moest zijn jongen zien. En toen vond hij hem, dat levendige pientere ventje, dat altijd dartel als een veulen geweest was, en het lag daar, het be woog niet. Slechts één enkel oogenblik hadden de befloerste oogen in een korte verheldering hem herkend. „Zoo'n jon gen, zoo'n best kind", bonsde het al maar in zijn hoofd, toen hij op den dokter wachtte. Het was een lange, wreede en angsten-zware wacht geweest. In vlugge, beheerschte draf loopt het paard naar de stad. Piet vertelt zijn vrouw hoe hij den jongen achter gelaten heeft. In de auto heeft hij naast de baar gezeten en telkens het bloed van de lippen geveegd. De oogen had het kind niet opgeslagen. En toen zij in het ziekenhuis gekomen waren had hij even bij het bed gestaan, waarin het kind lag, nog even bleek, stervend. Hij had er maar naar staan staren, tot de dokter, een vreemde, dien hij niet kende, de hand op zijn schouder legde. „Je moet je vrouw gaan halen, Bruining", had hij gezegd. „We kunnen niets doen, we moeten afwach ten, maar je moet je vrouw op alles voorbereiden". Piet stokt. Hij kijkt schuw zijn vrouw aan. En zij zien elkander in de oogen, die vol zijn van hetzelfde stom en zwaar te dragen leed. Zij' komen ia het Ziekenhuis en staan lang bij het bedje, waarin hun kind stil, en soms even kreunend, ligt te ver bloeden. Als de donker valt en het licht achter de schermen die om het bed staan, is aangegloeid, sterft hun kind. Hij heeft hen niet meer herkend. De verpleegster veegt nog wat bloed van de kleine kin, en laat hen alleen. „Arie", snikt de moeder zacht, zij wankelt en grijpt zich vast aan de arm van den man naast haar, die stil en met stomme smart staat te staren naar het doode kind. Gijs, die de fiets van den portier heeft teruggebracht, rijdt hen naar hun woning terug. Door de stille, donkere nacht rijden zij; eenzaam, droefgeestig klinkt de eentonige hoefslag van het paard; de wielen ruischen. Zij zitten achterin de donkere wagen. Voor het eerst na jaren weer, legt de man zijn arm om de vrouw. Een warmte stroomt nu door haar heen. En moe en afgetobd legt zij haar hoofd op zijn schouder, en schreit. HOOFDSTUK IX De dominee en zijn ouderling loopen langs de weg; ze zijn op huisbezoek geweest en praten over hun bevindingen na. Doch de predikant zegt niet veel. Hij zoekt een gelegenheid het gesprek een andere wending te geven. Op deze rustige weg moet hij met Van den Berg een woord van hart tot hart spreken. Vermoedt de boer dat? Hij praat en doet drukker dan anders, en springt van het eene onderwerp op het andere, alsof hij bang is voor een gaping in het gesprek. Tenslotte moet de dominee resoluut ingrijpen. „Vreeselijk, op eens je kind te moeten verliezen", zegt hij plomp tusschen hun gesprek over aardappelziekte in, De ander zwijgt; begrijpt waar de predikant heen wil. „Hoe bedoelt u?" „Bruining", antwoordt de dominee onbarmhartig. Zwijgen; stug. De boer heeft zich plotseling in een scherpe weerbaarheid gestoken, zooals een egel zich tot een prikkelige bal in zijn stekels rolt. „Ja, Van den Berg", zegt de dominee nu voorzichtig, doch op den man af, „ik wilde daarover eens graag met je praten". Zwijgen. Met zware stappen loopt de groote, forsche boer naast den ouden predikant. Een trotsche, onneembare vesting, denkt deze bezwaard. Maar de muren van Jericho zijn ook gevallen! „Ik ben er verleden week geweest, toen ik van het onge luk gehoord had. Een verschrikkelijke slag voor die ouders" de dominee wacht even „en voor jou ook, vermoed ik". Voorzichtig, schuins, gluurt hij naar het gelaat van den man naast hem. Het groote roode hoofd gebogen, turen diens oogen naar de weg vóór hem. Antwoord komt er niet. Zeven maal en nog eens zeven maal gingen de kinderen Israels rond om de muren der stad in het geloof op de hulp Godsl „Een harde slag; de menschen waren er kapot van. Die vrouw schreide maar .Ik geloof, dat ze een moeilijk, eenzaam leven heeft". Is het verbeelding, of is er werkelijk een kort, bijna on-, merkbaar schokken van de breede schouders, een klein, on verschillig bewegen van het hoofd? „Het valt niet mee om als vreemde onder jullie boeren te komen wonen. Ik weet daar zelf van mee te praten, Vad den Berg". „We hebben hooit waf tegen u gehad", stugt de boer. [(Wordt vervolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1937 | | pagina 9