STADSNIEUWS
Vraagstuk der Volkshuisvesting
MAANDAG 8 FEBRUARI 1937
TWEEDE BEAD PAG. 6
DIES NATALIS DER
LEIDSCHE UNIVERSITEIT
Belangwekkende rede van
Prof. Dr. J. v. d. Hoeve
Over Voorkoming van blindheid"
Ter gelegenheid van den 362sten ge
boortedag van de Leidsche Universi
teit heeft de rector-magmificus Prof. Dr.
J. van der Hoeve, hedenmiddag in het
Groot-Auditorium van het Academiege
bouw een rede gehouden, getiteld:
„Voorkoming van blindheid"-
In deze belangwekkende rectorale rede
heeft Prof. van der Hoeve uitvoerig uit
geweid over de erfelijke blindheid en de
middelen om deze te doen afnemen en
kwam spr. daarbij tot de conclusie dat
onze theoretische kennis van de wetten
volgens welke en de banen waarlangs
de erfelijkheid zich beweegt, zeer zeker
niet voldoende is om op grond daarvan
een zoo zwaarwichtig besluit, als steri
lisatie is te nemen.
Blindheid behoort tot de ergste rampen,
die den mensch kunnen treffen, en het is
dan ook geen wonder, dat het lot der blin
den altijd diepen indruk op het ontvanke
lijk gemoed der menschheid heeft gemaakt
en men steeds niet alleen tracht dit zoo
veel mogelijk te verzachten, maar ook het
aantal der blinden te verminderen door
alles te doen, wat kan geschieden om blind-
worden te verhoeden, aldus spr.
De schattingen omtrent .het aantal blin
den in de wereld loopen ver uiteen en wis
selen van 2 millioen tot vele millioenen.
Als hoofdgroepen kan men onderscheiden:
erfelijke blindheid en blindheid veroor
zaakt door uitwendige omstandigheden.
Uitvoerig behandelt spr. de gevallen van
blindheid, ontstaan door verwondingen en
beroepsziekten.
De middelen ter voorkoming van blindheid
door primaire oogziekten zullen zijn voor
koming der ziekte en tijdige, goede behan
deling daarvan alvorens de blindheid is
opgetreden. Oogziekten komen voor het
meerendeel voor bij onhygiënisch levende
personen, hygiëne, vooral reinheid is een
der krachtigste wapenen tegen het optreden
van oogziekten. Willen wij den invloed na
gaan, die een enkele oogziekte kan uitoefel
nen, dan wenden wij ons als vanzelf tot het
trachoom, eep ziekte., die over de geheele
wereld haar slachtoffers maakt. Welk een
zee van ellende deze ziekte veroorzaakt voor
den enkeling, voor het aangetaste individu,
kan men eerst beseffen, wanneer men deze
lijders ziet in die landen waar de ziekte
het ergst woedt, als Egypte en Palestina.
De meeste zieken lijden aan voortdurende
onaangename prikkeling der oogen gepaard
aan steeds afnemende gezichtsscherpte.
Voor de gemeenschap beteekent dit een niet
te schatten verlies aan arbeidswaarde. Ho
ward berekent dat in China het trachoom
meer schade aan de gemeenschaJV berok
kent dan alle zoo zeer gevreesde hongers-
nooden en overstroomingen te samen- Het
aantal personen dat in China door trachoom
is aangetast, wordt geschat op 1/3 der ge
heele bevolking, bedraagt dus veel meer
dan 100 millioen lijders.
In ons land komt deze ziekte weinig, in
het rijk buiten Europa komt trachoom ech
ter veelvuldig voor, zoowel in Oost als in
West-Indië. Voor de mogelijkheid om deze
zoo enorm verbreide ziekte uit te roeien en
verder te voorkomen, zijn twee zaken het
allerbelangrijkst, n.l. hygiëne en goede
handeling van de gevallen opdat verdere
f eet ie worde voorkomen.
'Blindheid door oogziekten, secundair aan
algemeene ziekten kan op verschillende
wijze voorkomen worden, hetzij door voor
komen of tijdig behandelen van de primai
re ziekte of door tijdig behandelen van de
secundaire oogziekte. Het voorkomen der
primaire ziekte is wel het meest afdoende
middel. Een mooi voorbeeld van den invloed
van het verdwijnen eener ziekte op het
vóórkomen van blindheid geeft ons de pok
ken. Waar inenting wordt toegepast komt
blindheid niet meer voor een vooruitgang
waarop die wereld trotsch behoort te wezen.
Blindheid en diabetes
Ter voorkoming vam blindheid is gipo-
te voorzichtigheid hij de aanwending
van geneesmiddelen aan te bevelen. De
groote teleurstelling op dit gebied beleef
den de oogartsen hij de invoering van 't
gebruik van insuline. De gevallen van
ernstige gezichtsstoonnissen en blindheid
door diabetes zijn enorm toegenomen.
Hoe komt dit onverwachte en onge-
wenschte gevolg van het gebruik van
deze zoo zegenrijke stof? Wat betreft de
Inwerking van insuline op het oog be*-
staan er drie mogelijkheden: het werkt
gunstig op de diabetische afwijkingen,
ongunstig of het werkt er niet op. Aan
,vele oogartsen, ook aan mij, is nog
steeds de gedachte niet vreemd, dat in
sommige gevallen insuline het oog wer
kelijk schaadt, door het verwekken van
netvliesbloedingen, aldus Prof. van der
Hoeve-
Wanneer mijn optimistische intuïtieve op
vatting juist is en in alle gevallen van dia
betes vanaf het eerste optreden de ziekte
door dieet of insulinegebruik geneutraliseerd
wordt, dan blindheid door diabetes geheel
kunnen verdwijnen en dus insuline ondanks
het voor den oogarts zoo schrikwekkend
begin een prachtig middel ter voorkoming
van blindheid blijken te zijn.
Ben oorzaak voor blindheid, die den laat
ste n tijd sterk de aandacht trekt, het optre
den van blindheid door ondervoeding of
door ondoelmatige voeding, b.v. door gebrek
aan vitaminen.
Het eerste verschijnsel, dat d-oor onder
voeding pleegt op te treden, is nachtblind
heid, de lijder ziet bij minder scherpe ver
lichting moeilijk hetgeen tot bijna geheele
blindheid in het schemerduister kan toe
nemen. In Indië komt blindheid door voe
dingsstoornis zeer veelvuldig voor: het vree-
selijke is. dat wij weten, dat alle deze ge
vallen van blindheid bij tijdige herkenning-
te voorkomen waren geweest.
Door verschillende belangwekkende proef
nemingen is bewezen, dat door vergiftigin
gen, bestraling en voedingsstoornissen: oog
afwijkingen en blindheid kunnen optre
den, die volkomen gelijken op erfelijke af
wijkingen maar geen erfelijke afwijkingen
zijn. Zeer uitvoerig gaat spr. hierna in op
Aan het slot van deze uiteenzetting
kwam Prof. Van der Hoeve, het gebied;
•der erfelijke blindheid overziend, tot de
volgende algemeene conclusies: Waar
schijnlijk kunnen enkele erfelijk-bepaal-
de afwijkingen of hun manifestatie voor
komen worden; men legge zich niet fata
listisch neer bij het feit, dat een afwij
king erfelijk is.
Wettelijk voorgeschreven sterilisee
ring voor oogafwijkingen is niet toelaat
baar, wettelijke toestemming tot vrij-
willige steriliseering verdient overwe
ging.
De raadgevende art® zal voor elk geval af
zonderlijk moeten overwegen in overeen
stemming met den ernst der afwijking, de
wijze van over-erving, den psychischen en
lichamelijken toestand' van het desbetref
fende individu, welke voorlichting en wel
ken raad hij moet geven. In vele gevallen
zal het wenschelijk zijn, dat hij zelf advies
inwint van iemand die in de erfelijkheids-
problemen doorkneed is. Onze kennis van
de erfelijkheidsproblemen is mog zoo onvol
doende, dat men wat de eugenetiek betreft
in maatregelen, voorlichting en raadgeving
zeer groote terughoudendheid moet betrach
ten en sterk zal moeten individualiseeren
Men trachte bij elke erfelijke afwijking
na te gaan of het waargenomen verschijn
sel als zoodanig in het kiemplasma is voor
beschikt, of dat uitwendige omstandigheden
bij het optreden een groote rol spelen- Men
probeere steeds of het mogelijk is de erfe
lijke afwijkingen te neutraliseeren. Het is
noodig onze keunis van erfelijke afwijkingen
veel mogelijk- uit te breiden.
Leidsche Universiteitsfonds
Het jaarverslag
In de heden gehouden vergadering van
den Universiteitsraad van het Leidsch Uni
versiteit sfonds heeft de secretaris het jaar
erslag der commissie van uitvoering ui'ge-
bracht, waaraan het volgende ontleend is.
Met groote dankbaarheid werd een legaat
an duizend gulden, door wijlen Prof. Dr.
Chr. Snouck Hurgronje aan het Leidsch
Universiteitsfonds vermaakt, aanvaard.
Verder heeft het Herman Costerfonds zijn
•kapitaal (groot pl.m. f 14.000) aan het
Leidsch Universiteitsfonds overgedragen,
onder voorwaarde o.a., dat de naam van het
Fonds bewaard bflijve.
Bij Kon. Besluit van 24 Augustus 1936.
Sttal. no. 1368, werd het Leidsch Universi
teitsfonds bevoegd verklaard tot het vesti
gen van een bijzonderen leerstoel ia de
Grieksohe arohaeologie. Krachtens het be
sluiten van Uwen Raad van. 8 Februari 1936
erd daarop Dr. C. W. Lunsingh Scheurleer
tot bijzonder hoogleeraar (benoemd voor een
tijdvak van 3 jaren.
De toegezegde jaarlijksdhe ultkeerimg aan
het Sterrewachtfonds, die voor éénmaal was
opgeschort, kon dit jaar weder worden uit
gekeerd.
Aan Prof. Lam werd voor éénmaal een
subsidie toegekend om achterstand in het
werk op het Herbarium in te halen.
Aan Prof. Bok werd een subsidie verleend
voor de afdeeling Weefselcultuur van het
Laboratorium voor Histologie en Microsco
pische Anatomie.
HET SECTIE-VERSLAG
Algemeene Beschouwingen
en Financiën
L
In het Zaterdag verschenen verslag van
het verhandelde in de secties van den ge
meenteraad bij het onderzoek van de ont-
crp-begrooting onzer gemeente voor het
jaar 1937 met de memorie van antwoord
B. en W., worden allereerst gememo
reerd
de politieke beschouwingen
Een lid wees er o.a. op. dat het, tenge
volge van de huidige samenstelling van den
Raad mogelijk zou zijn, dat de 4 eenlingen
in den Raad feitelijk de stad besturen, waar
mede het wil zeggen, dat de uitslag van
stemming naar rechts of links kan
afhangen van een vacature of van verhin
dering van een der leden om een vergade
ring bij te wonen. Met het oog hierop zou
het beter zijn. indien de nartijen meer aan
elkander zouden toegeven.
Een ander lid was van meening, dat
het algemeen bestuursbeleid van het
College geen groote bevrediging kan
schenken, omdat z. i. de homogeniteit
van het College veelal bedenkelijk zoek
is. Herhaaldelijk kwam het voor. dot
twee wethouders, tegen de voorstellen
van het College in, mede stemden met
hun fractie, zoodat B. en W. bij vele ge
legenheden steun moesten zoeken bij
partijen, welke in hun midden niet ver
tegenwoordigd waren, tegen de par
tijen, die wel in -het College vertegen
woordigd zijn. Aldus wordt z. i. de be
stuurskracht van B. en W. verlamd.
Bij een lid was de vraag gerezen of het
tegenwoordige College van B. en W. beter
heeft gewerkt dan een vorig. Dit lid had
van eenige verandering weinig bespeurd
Ook de ontwerp-begrooting voor 1937 geeft
daarvan niet veel blijk.
Van verschillende zijden werd er op aan
gedrongen om de politieke en algemeene be
schouwingen hij de behandeling van de be
grooting tot het uiterste te beperken, opdat
er voor een vruchtbare behandeling van
do begrooting zelve meer tijd overblijve.
In hun antwoord zeggen B. en W. o. m,
dat verschil van meening uit den aard der
zaak in elk College heerscht, doch dat men
in het bijzonder van het College in zijn
huidige samenstelling gemis aan homogeni
teit in vele opzichten kan verwachten; dit
is nu eenmaal de consekwentie van de
keuze, door den Raad in September 1935
gedaan.
Financieele beschouwingen
Bij het vermelden van enkele punten uit
de financieele beschouwingen, bepalen we
ons tot het antwoord van B. en W., waaruit
genoegzaam de aard der vragen blijkt.
Bij de beoorcleeling van de, aldus B. en
W„ door ons College in de ontwerp-begroo
ting opgenomen maatregelen, moet men tot
uitgangspunt nemen de bijzonder moeilijke
financieele omstandigheden, waarin de ge
meente in stijgende mate is komen te ver-
keeren. Het spreekt van zelf, dat naar mate
het aantal crisisjaren grooter wordt, het ook
moeilijker wordt, om maar steeds weer zon
der verhooging van de belasting 't budget
in evenwicht te houden. Deze loop van za
ken weerspiegelt zich natuurlijk in de dek
kingsmiddelen, die voor en na moesten wor
den voorgedragen.
Naar verschillende zijden moesten mid
delen worden gezocht, en het was dus niet
enkel de winst van de Lichtfabrieken, waar
op voor het gestelde doel een beroep werd
gedaan, al heeft deze, wegens de belangrijke
betcekenis van de Lichtfabrieken ten op
zichte van de gemeentefinanciën, uiteraard
wet het meest tot het verkregen resultaat
bijgedragen.
n aanzien van fondsen of reserves
zooals het vernieuwingsfonds van de Licht
fabrieken. de reserve van het. Grondbedrijf
is steeds rekening gehouden met den
eisch van het op peil houden van het fonds,
c.q. van de reserve op zoodanig bedrag, dat
de vitale belangen van het betrokken bedrijf
blijven gewaarborgd.
Het voornemen der Regeering tot ver
mindering van de bijdrage in de werk
loosheidsuitgaven heeft geen doorgang
gevonden. De Regeering is op aandrang
o.a. van de Vereeniging van Nederland-
sche Gemeenten, daarop teruggekomen.
Het resultaat daarvan voor onze ge
meente is, dat de netto-kosten (verschil
tusschen uitgaven en bijdrage van het
fonds) f 241.530 zullen bedragen, tegen
over een aanvankelijk geraamd netto
bedrag van f 284.193.13, hetgeen dus de
positie, van de begrooting verbetert met
f 42.664. Op de begrooting voor '36 drukt
een netto-bedrag van f 233.450, gevende
thans met 1937 een nadeelig verschil
van pl.m. f 8000, terwijl dit verschil aan
vankelijk ruim f 50.000 bedroeg.
De Lichtfabrieken
De vermindering van de storting in de
vernieuwingsfondsen der Lichtfabrieken is
o. i. ook ditmaal, wanneer men eenerzijds
den moeilijken financieelen toestand der ge
meente en anderzijds den stand van de
fondsen, na de plaats gehad hebbende ex
tra-afschrijvingen, in aanmerking neemt,
wel verantwoord.
Het saldo per 1 Januari 1936 bedraagt
voor de Gasfabx-iek f 476.733.81 en voor de
Electrieiteitsfabriek f 797.213.48, terwijl bij
een storting van y2 pet. er resp. f 9S95 en
f 42.164 aan wordt toegevoegd.
Ter zake van de reorganisatie van de
Lichtfabrieken werd in eerste instatntie op
de begrooting van 1936 een post van
f 35.000 uitgetrokken. Inmiddels werd di
reorganisatie verder uitgewerkt en voorbe
reid met 't resultaat, dat een welomschre
ven plan thans in een vergevorderd stadium
verkeert, aan de hand waarvan de raming
van de besparing voor 1937 kon geschieden.
De afvloeiing van overtollig personeel
nam in 1936 reeds een aanvang door niet-
vervanging van met pensioen of uit ande
ren hoofde vertrokken personeel.
De besparing hierdoor verkregen, ge
voegd bij de lagere uitgaven aan looncn
voor losse werklieden, hebben voor 1936 een
totaal-bedrag van rond f 26.000 bedragen.
In het algemeene schema van afvloeiing
zal in het bij-zonder voor ontslag in aan
merking komen het oudere en pensioenge
rechtigde personeel, hetgeen echter niet
uitsluit, dat ook ander personeel moet af
vloeien, zoo het belang van den dienst dit
noodzakelijk maakt.
De vraag, of het niet beter is, in plaats
van tot egalisatie van pensioenlasten, tot
verhooging van inkomsten (lees belastingen)
over te gaan, beantwoorden wij beslist ont
kennend. Wij zien niet voorbij, dat de egali
satie, door daartoe thans over te gaan. een
verschuiving van lasten naar latere jaren
beteekent. die in gunstiger tijden wellicht
achterwege zou zijn gebleven, maar in de
tegenwoordige financieele omstandigheden
is het niet onbillijk te achten den zwaren
druk van dezen last voor 't hedendaagsohe
geslacht te verlichten.
Leidsche Duinwater Mij.
Wat de afschrijving op het aandeeien-bezlt
van de L.D.M. aangaat, moet men in 't oog
houden, dat in het bedrijf zelf de vereischte
afschrijvingen op de activa plaats hebben
over 1935 bedroegen zij ruim f 84.000
waardoor in dit opzicht de intrensieke waar
de van het beleggingsobject in verhouding
tot. de activa, bewaard blijft. Het is in het
algemeen dan ook geen gebruik, om boven
dien nog eens op het aandeelen-bezit af tc
schrijven; dit zou neerkomen op een dubbele
afschrijving.
Nu is een lichaam als de gemeente door
de voor haar bestaande mogelijkheden van
financiering (belastingheffing) wel in staat,
op het in een zaak gestoken kapitaal af te
schrijven, en er kunnen ook wel omstandig
heden aanwezig zijn, die dit wenschelijk
maken.
Onze gemeente nu heeft zulks tot en met
1936 gedaan t.a.v. het aandeelenbezit der
L.D.M.
Waar nu op het kapitaal van f 1.273.000
reeds f 200.945,64 werd afgeschreven, en ge.
lijk bleek, daarenboven in het bedrijf zelf.
ongeacht een gevormde reserve, steeds de
vereischte afschrijvingen geschieden, zien
wij er geen bezwaar in. om de afschrijving
althans voor het jaar 1937 achterwege te la
ten. Wij verliezen daarbij niet uit het, oog
de in het verslag genoemde omstandighe
den.
Vermindering van subsidies
De verhoogde korting op subsidies behoort
eveneens tot het 'complex van maatregelen,
die wij voor 't verkrijgen van een sluitende
begrooting noodzakelijk achten. Ook on*
College betreurt het zeer, dat die hoogere
korting moet worden voorgesteld, want de
trokken vereenigingen en instellingen doen
alle ongetwijfeld nuttig werk, dat in het al
gemeen ook wel den finacieelen steun van
de gemeente verdient.
Echter mag niet over het hoofd worden
gezien, dat evenals vroeger, ook thans nog
rekening is gehouden met den aard van het
werk en de tijdsomstandigheden, zoodat som
mige subsidies, zooals die aan de T.B C.-
Vereeniging, de Vereeniging tot verzorging
van kleine kinderen, de St. Gerardus Majella
stichting, de Cortonastichting, de Vereeni
ging Christelijke JeugdhulD ook voor 1937
nog geheel huiten korting zullen blijven, en
de korting voor andere subsidies, zooals dis
aan de vereenigingen voor wijkverpleging,
aan de Leidsche Buitenschool en aan de
Kinder-Vacantiekolonies, nog slechts 15 pet.
a 20 pet. zal bedragen, hoewel in vele andere
gevallen de korting tot 50 pet. is opgevoerd.
Nu de regeering de voorgenomen wijzi
ging van de berekening van de subsidie
uit het werkloosheidssubsidiefonds niet in
den aangekondigden vorm zal doorvoeren,
kan blijkens het vorenstaande de bijdrage
f -42.664 hooger worden geraamd, zoodat
het bedrag van f 55.000 kan worden vermin
derd tot f 12.336.
Op de begrooting moeten echter nog eenige
dingen worden geregeld tot een 'bedrag van
f 4700.
In verband hiermede kan genoemd onder
deel tot dit bedrag van f 17.036 worden te
ruggebracht.
Wij vertrouwen, dat het door bezuiniging
als anderszins mogelijk zal blijken ook dat
bedrag alsnog in den loop van 1937 te dek
ken.
RADIO
DISTRIBUTIE
Keuion of dlv. 11.20 Tt,
Danmark; 12.20 Brussel VI.; plm 14.05 Keulen;
16.20 ParUs R; 17.20 Keulen
Programma 4: 8— Brussel VI.: 9.20 G.R.D.;
10.35 Droitwlch; 11.50 Londen R; pion 12.50
Droltwlch; 13.25 Londen R.; IC.20 Droitwlch;
16.50 Londen Reg.; 17.20 Brusel Fr.; 17.35 Droit-
wlch; 18.20 diversen; 19.CO Droitwlch; 20.20 Pa
rUs R.: 20.50 Droitwlch; 21.40 Boedapest of div.
21.55 Weenen of div.; plm. 22.50 Londen Reg.
DINSDAG 9 FEBRUARI
Programma III-: 8.Keulen of lv.. 11.20 Radio
Danmark, 12.20 Brusel VI.,
Gram.muz. GRD, 14.50 TarU
17.20 Brussel VI.. 19.05 Bi
Programma IV: 8.— Bi
muz. GRD. 10.35
14.25 Londen Res
35 Keulei
R.. 15.20 Keulen,
iel Fr.. 19.20 Keulen
isel VI.. 9.20 Gram.-
üg.. 13.35 Droltwlch.
16.50 Droitwlch. 18.20 diver-
18.45 Droltwlch, 19.50 Londen Reg.. 20.35
Droltwlch. 21.4o We...en of div.. 22.20 Brussel
VI., 22.30 Brussel Fr., plen. 22.45 Londen Reg.
Agenda
De avond-, nacht- en Zondagsdienst der
npotheken wordt van Maandag 8 tot en met
Zondag 14 Februari a.s. waargenomen door
de apotheken: J .C. Pelle,- Kort Rapenburg 12,
teLef. 594, J. E. M. ten Dijk, ITaven 18, telef.
85 en mej. J. Doedens, Wilihelniinapark 8,
Oegatgeest, telef. 274.
Notaris Dolk beëedigd
Notaris C. J. F Dolk, die hier ls benoemd
in de vacature van notaris van der Hey-
den, is Vrijdag door de H,aagsche Recht
bank beëedigd. Notaris Dolk is in onze
stad en voornamelijk ook in de omgeving
van Leiden geen onbekende meer. Hij huw
de te Leiden met een dochter van notaris
Mr. C. H. P. Klaverweyden en was om
streeks dien tijd vaak waarnemend nota
ris te Hillegom. In die plaats arbeidde hij
12 jaar en stond er, evenals in Berlicum,
waar hij nu negen jaar de notaris-practijk
heeft uitgeoefend, in hoog aanzien. Notaris
Dolk is ïooprsch-lcatholiek.
De ordening in het taxi-bedrijf
De te dezer zake samenwerkende werk
gevers- en werknemersorganisaties, werk
zaam in of annex aan het taxibedrijf en
gecentraliseerd in een commissie onder
voorzitterschap van den heer D. ten Cale
Brouwer hebben aan het college van B. en
W. dezer gemeente een concept doen toe
komen van de algemeene voorwaarden,
waarop naar hun meening vergunning zou
kunnen worden verleend voor de explxi-
tatie van taxi's en van huurauto's over de
wegen. Zij verzochten dezen leidraad bij de
definitieve vaststelling dier voorwaarden in,
overweging te willen nemen.
Voorts wordt gevraagd om een commii-
sie van advies die de colleges van B. en
zou kunnen voorlichten omtrent alle
hierbij ter sprake komende onderwerpen.
Leidsche Damvereeniging
Borden-competitie
De stand der borden-competitie is thans
als volgt:
Groep. At
Gesp. Gew. Rem. Verl. Pt.
J. Kleer 15 12 3 27
Klinkenberg 13 12 1 25
P. v. d. Stel 14 10 2 2 22
Duijn 14 9 4 1 22
S.v.d. Wijngaard 15 9 1 5 19
J. Huisman Sr. 17 6 7 4 19
H. de Water 15 7 4 4 18
Zaalberg 15 6 4 4 18
A.J.v. Heeringen 14 6 4 4 16
Hes 14 6 3 5 15
W. Klein 14 5 4 5 14
C. Teunissen .m 16 5 3 8 13
B. de Kier 13 4 4 5 12i
H. Martijn13 3 3 7
De heer Schüller valt
Ir. J. Westra aan
Maar hij is in strijd
In het avondblad van „Vooruit" van
Donderdag 4 Februari komt een artikel
voor van het soc.-democratische raads
lid, den -heer J. H. Schüller, waarin
deze betoogt, dat in onze stad de bouw
van goedkoope arbeiderswoningen nood
zakelijk blijft Dit artikel is intussclien
niet zoozeer een uiteenzetting van de
gronden, waarop die noodzakelijkheid
kan worden bepleit, als wel een aanval
op den waarnemend directeur van
Bouw- en Woningtoezicht, Ir. J. Westra,
thans, na de samensmelting der dien
sten, chef van de afdeeling Bouw- en
Woningtoezicht yan Gemeentewerken.
Deze aanval is natuurlijk op zichzelf reeds
niet behoorlijk, omdat het hier betreft een
zaak, waarin alleen het College van B. en
W. verantwoordelijk is. Dit College laat zich
uit den aard der zaak door zijn ambtenaren
adviseeren, maar het blijft toch geheel ver
antwoordelijk voor de politiek die het in
in deze wenscht te voeren. Wanneer de lieer
Schüller het met die politiek niet eens is
dan is dat volkomen zijn recht, maar dan
moet hij zijn aanvallen toch niet richten
tegen een betrokken ambtenaar, maar tegen
het verantwoordelijk College zelf. Op zijn
hoogst kan hij tegen B. en W. zeggen of
schrijven, dat de ambtenaar hen te veel be
influenceert, maar ook dat ligt voor B. en
W.'s verantwoording.
Wij hebben ons tot den heer Westra ge
wend om inlichtingen over de onderhavige
aangelegenheid, maar zooals wij reeds had
den verwacht was hij niet bereid zich in
de zaak te mengen of te laten mengen.
De heer Schüller heeft aan zijn artikel 'n
schijn van recht gegeven door zich te
richten tegen een artikel van de hand van
den heer Westra over de woningmarkt en
het Huurvraagstuk in „Antirevolutionaire
Staatkunde", hoewel 'hij daaruit slechts één
zinnetje citeert en het artikel voor de rest
niet meer aanroert. Wij hebben ons op de
hoogte gesteld van het artikel van den
heer Westra in genoemd maandschrift en
zien dan allereerst dat het reeds in het
Mei-nummer van 1935 verschenen is. Dat is
dus reeds twee Jaar geleden. En dit is
daarom van belang, omdat er juist in die
twee jaar, wat betreft het volkshusvestings
vraagstuk zooveel veranderd is. Dit blijkt
alleen reeds uit het feit, dat het aantal in
woners het vorig jaar met 1500 is toegeno
men en dat er in de laatste jaren een vesti
gingsoverschot was, waar tot voor kort het
aantal ingekomen personen door het aantal
vertrokkenen werd overtroffen. Het zin
netje, dat de heer Schüller citeert, i3 boven
dien uit zijn verband gerukt. De heer
Westra zegt nergens, dat het een fata mor
gana is, dat de particulier tot de productie
van goedkoope arbeiderswoningen kan over
gaan. Integendeel, uit het artikel van Ir. W.
kan, als men het voorafgaande leest, wel
duidelijk de conclusie worden getrokken,
dat particuliere bouw van arbeiderswonin
gen wel degelijk mogelijk is, al geeft Ir.
W. toe, dat de overheidsbouw altijd nog
goedkooper is, in verband met de lage
rente der bouwvoorschotten en de winst-
looze exploitatie. We zullen het stevig ge
fundeerde, 32 pagina's groote, rijk gedocu-
menteerde en logisch opgebouwde artikel
van den heer Westra intusschen niet tegen
de ongemotiveerde aanval van den heer
Schüller gaan verdedigen. Dit artikel is ook
slechts aanleiding tot en geen doel van zijn
geschrijf.
Bergafwaarts
Maar we komen dan tot de hoofdzaak
van de beweringen van den heer Schül
ler. nl. dat het met de behartiging van
de belangen der Volkshuisvesting in
Leiden bergafwaarts gaat. En deze be
wering staaft hij dan allereerst met te
wijzen op het ontbreken van een wo-
ningkarthoteelc en het niet meer 'willen'
houden van B. en W. van een woning
en gezinstelling.
Over de wenschelijkheid van een systema
tisch woningonderzoek of het houden van
een woning- en gezinstelling kunnen wij
ons, ondeskundig als we zijn, niet uitspre
ken, maar ook den leek komt het toch heel
logisch voor, als men het groot aantal leeg
staande-woningen in de stad ziet. dat de
heer Westra de conclusie getrokken heeft
dat een woning- en gezinstelling veel meer
op zijn plaats is in tijden van woningge
brek. Volgens den heer Schüller kan niet
worden volstaan met een onderzoek naar
het aantal leegstaande woningen, dat bruik
baar is, omdat het woord „bruikbaar"' zeer
rekbaar is. Het spreekt vanzelf, dat de heer
Westra onder die bruikbare woningen geen
ideale woningen wil verstaan, maar dan
toch woningen in een lage prijsklasse, die
nog voor de bewoning geschikt zijn en
waarvan voor een groot gedeelte geldt, dat
ze nog zoodanig opgeknapt kunnen worden,
dat weer van een behoorlijke woning kan
gesproken worden. In elk geval zijn deze
bruikbare woningen nog niet onbewoonbaar
verklaard, en zoo lang ze dat niet zijn, zou
een ambtenaar toch werkelijk zijn boekje
te buiten gaan als hij ze als niet meer tP
gebruiken zou aanmerken. Er zijn ook
slechte woningen onder, zeker, en ongetwij
feld ligt het op den weg van B. en W. om
daar in te grijpen? Maar doen zij dat dan
niet? Het saneeringsplan Bouwelouwen-
steegParadijssteeg, waarvan het werk
thans nog in vollen gang is, is toch
wel het beste bewijs, dat B. en W. in dit
opzicht diligent zijn. Onbewoonbaarverkla
ring van bepaalde stadsgedeelten of zelfs
maar van bepaalde woning, is nu eenmaal
niet in een handomdraaien gebeurd. En
moet 't College ook in dit opzicht geen reke
ning houden met de tijdsomstandigheden?
Ook hier geldt het weer, dat de sociaal
democraten wei heel gemakkelijk met het
geld uit de openbare kassen en dus met dat
van den belastingbetaler omspringen, maar
een verantwoordelijke overheid kan dat
niet zoo gemakkelijk doen.
Als de socialisten op het groene kussen
komen, zien ze dat ook dikwijls wel in. Het
financieel regiem van wethouder Verweij
kan hier als voorbeeld worden genomen.
In strijd met de feiten
Met het betoogen van de wenschelijk
heid van een woning- en gezinstelling
bewijst men intusschen nog niet de
straffe bewering, dat het met de volks
huisvesting in onze stad bergafwaarts
gaat. Zulk een bewijs kan de heer
Schüller ook moeilijk geven, want de
bewering is volstrekt in strijd met de
feiten. Wij meenen te weten, dat sinda
1910 in Leiden ongeveer 3500 woningen
van de gemeente en van Woningbouw-
vereenigingen zijn gebouwd. Dat is
ongeveer een zesde gedeelte van de ge-
Iheele woningvoorraad. En ook na 1926.
het jaar, dat de heer Schüller noemt
als het tijdstip, waarop het bergafwaarts
begon te gaan, is deze goedkoope wo
ningbouw zeer actief voortgezet. Zelfs
op dit eigen oogenblik is men nog ac
tief. In het saneeringsplan Bouwelou-
wensteeg—Paradijssteeg worden op het
oogenblik ongeveer 100 woningen ge
bouwd.
Dit neemt natuurlijk niet weg, dat men,
vooral op het oogenblik, de noodige voor
zichtigheid moet betraöhten. Zeer terecht
heeft Minister Slingenberg onlangs in de
Tweede Kamer gezegd, dat vele gemeenten
niet meer zoo sterk wenschen tot verdere
arbeiderswoningbouw over te gaan, omdat
men in die gemeenten met een groot wo
ningoverschot zit. Dit geldt toch zeker ook
van Leiden. Hoe moet het met de binnen
stad, wanneer aan de buitenkant al maar
moer nieuwe woningen worden gebouwd?
Moeten daar dan al die woningen maar leeg
blijven staan, zoodat men een door zijn uit-
gestorvenheid min of meer sinister stads
beeld krijgt? Veeleer lijkt het ons de aange
wezen weg, dat men de bruikbare wonin
gen in de stad gaat verbeteren, terwijl even
tueel voor geheel onbruikbare stadsgedeel
ten nieuwe saneeringsplannen kunnen wor
den ontworpen. En alweer: dat moet zijn
tijd hebben, maar men kan ervan overtuigd
zijn, dat B. en W. in dit opzicht diligent zijn.
zooals ook weer uit 't juist dezer dagen ver
schenen sectieverslag blijkt
Particuliere bouw
En nu 't standpunt van den heer Westra,
dat waar particuliere woningbouw in de be
lioefte voorziet, de overheid slechts aan
vullend heeft op te treden. Dit is ook het
standpunt \an de Regeering, die dit zeer
duidelijk in de Woningwet heeft vastgelegd
en het bij monde van Minister Slingenberg
bij de behandeling van de begrooting nog
eens duidelijk heeft uitgesproken. En nu
moet men niet zeggen, dat de particuliere
bouwers geen goedkoope woningen kunnen
bouwen of het althgns niet doen. Want ook
dan weer spreekt men in flagrantcn strijd
met de feiten. De heer J- de Lange heeft
8 woningen gebouwd in de Koenesteeg. De
heer Zitman zal er 16 'bouwen in de Korte
Waardstraat. De Leidsche Bouwvereeniging
(een particuliere onderneming) heeft een
bouwplan in uitvoering achter de Witte
Rozenstraat onder achitectuur van archi
tect Buurman. En bovendien denkpn we aan
de huizen, die door den heer Buurman in
Staalwijk zijn gebouwd en aan die, welke
de aannemer Oosterom in de Waard
bouwde.
Dit zijn allen, uitgezonderd de laatstge
noemde, woningen beneden een huurprijs
van f 5.
Nog op een punt uit hef artikel van den
heer Schüller willen wij de aandacht ves
tigen. Volgens hem stellen B. en W. de
jaarlijksche behoefte op 60 70 arbeiders
woningen en hij noemt dit een slag in de
lucht. Veeleer doet de heer Schüller hier
slagen in de lucht. Hij werkt vermoedelijk
met gegevens uit oude rapporten en stelt
daardoor de zaak onjuist voor, want het
spreekt vanzelf, dat B. en W. met de ver
blijdende bevolkingsaanwas (die daarom zoo
gelukkig is, omdat daardoor de groote wo
ningovervloed spoediger kan verdwijnen)
rekening houden en dat zij de hefioefte-
cijfers daarbij aanpassen.
En ten slotte: de s.d.a.p. wil de krotten
opruimen. Wij Trillen dat ook. Ook wij wil
len de mensohen uit de sloppen en stegen
halen, doch wij voelen voor het standpunt
van den heer Westra, dat in dezen hoogst
moeilijken tijd ten slotte niet alles mag
gaan ten koste van de gemeenschap en
dat er alles voor te zeggen is om allereerst
den particulier gelegenheid te geven den
bouw tot stand te brengen. Slechts daarna
kunnen de vereenigingen en de gemeente
aanvullend werk verrichten. De zaak heeft
intusschen veel van zijn brandend karakter
verloren in een tijd waarin er geen gebrek
is aan woningen. En er is ook nog dit, dat
ook de belangen van den verhuurder niet
over 't hoofd mogen worden gezien en dat
het nooit geoorloofd is het hem bij de ver
huring van zijn perceelen onnoodig nog
moeilijker te maken dan bij het alreedo
heeft.
Wat de invloed van den zoo scherp en
toch ook weer zoo ongemotiveerd aangeval
len heer Westra betreft: het kan iedereen
genoegen doen, dat onze stad in hem
iemand heeft, die niet met de rtig naar de
gemeentekas toezit, maar die, blijkens het
artikel in A.R. Staatkunde, ook ten opzichte
van het vraagstuk der volkshuisvesting te
genover het sociaal-wcnschelijke het econo-
misch-mogelijke in de schaal legt,
D. de Roode
Heemskerk
Kooten
J. v. d. Lelie
F Lardee
15
10
2 13
J. Kleer nam de leiding over van J. Klin
kenberg doch deze staat met twee partijen
minder, nog zeer gunstig. Ook om de an
dere plaatsen wordt nog fel gestreden. Voor
de derde plaats zijn zelfs nog vier spelers,
die kans hebben.
De stand in G r o e p B is!
Gesp. Gew. Rem. Verl. Pt.
B. Slegtenhorst 14 12 2
C. Gastelaars 16 11 2 3
A. ter Haar 15 10 3 2
I. Teleng 15 10 3 2
M. Optendrees 14 10 2 2
M. J. v. Houten 16 S 3 5
A. Wassenaar 11 6 3 2
F. D. v. d. Bosch 12 G 3 3
C. Klinkenberg .15 7 8
E. Klinkenberg 15 5 4 6
W. Huisman 13 5 3 5
F. de Haan 16 4 5 7
D. A. Eppenga 13 5 1 7
J, Dreef 14 4 3 7
P. Lepelaar 9 2 16
De Roode II 11 1 2 8
C. v. Zuijlen12 1 1 10
G. P. Dille 16 1 15
K. Smit 16 1 15
De strijd om de eerste plaats is hier bijna
beslist. Zoowel Gastelaars, als Ter Haar
boekten respect vier en twee verliespunten,
in de laatste twee ronden waardoor Slegten
horst onbedreigd aan den kop gaat. Do
strijd om de tweede plaats is hier zeer
spannend. Hier zal Optendrees met
minste verliespunten wel laten zien, wat hij
waard is.
Chr. Metaalbewerkersbond
gaat verhuizen
Naar wij vernemen zal binnenkort
hondsbureau van den Chr. Metaalbewerkers
bonden thans gevestigd Apothekers dijk 4,
wordt verplaatst. De bond heeft een huis
aangekocht op de hoelc van de Thorbecke-
straat en de Laat de Kanterstraat om daar
in, nadat het voor het doel geschikt is ge
maakt, zijn kantoren te vestigen.
Met een bijl er op ingeslagen
In de afgeloopen nacht te 1 uur hebben
op het Utrechtsche Jaagpad de 29-jarige H.
S., wonende aldaar en de schipper W. O.,
liggende met zijn schuit in de Rijn, ruzie j
gekregen. O. verkeerde eenigszins onder de
invloed van sterke drank en daagde S. uit
zijn huis te komen. Dan zou hij hem wel
leeren enz. S. gaf aan de uitnoodiging ge
volg, maar nam als voorzorgsmaatregel een 1
bijl mee, omdat, zooals hij verklaarde.
zijn meening O. ook niet ongewapend was. f
Toen hij de deur uitkwam, stevende S' op J
hem af, maar O. wachtte hem*, niet af en 1
ging zelf tot de aanval over. Hij gaf S. een
klap met de bijl, die hem aan het hoofd
de linkerhand verwondde. S. is door de
politie in verzekerde bewaring gesteld,
is door de EITD naar het Ac-ad. Ziekenhuis
gebracht. Na verbonden te zijn kon hij weer
schipwaarts worden gebracht.
INLICHTINGEN VERZOCHT
Zaterdagmiddag te 4.30 uur is op den Sta
tionsweg de 12-jarige F. B. aangereden door
een onbekend gebleven wielrijder- Do jon
gen klaagde over pijn in het rechterbeen!
Dc politie verzoekt ooggetuigen van het on
geval zich op het politiebureau te melden.