In dezen GRIEP-tijd ie inrichting van het jacht (Dor het Prinselijk paar DUIZENDEN VROUWEN Daarmede voorkomt Gij dat de infectie doorzet, want AKKERTJES"zijn échte GRIEP-bestrijders, die een GRIEP in weinige dagen verdrijven f ATERDAG 16 JANUARI 1937 DERDE BEAD PAG. 9 =JANS DEFINITIEVE ^GEVENS Gestreefd naar een practische indeeling fcl comfort en luxe binnen-inrichting van het -hselijk jacht de verdeeling van de inwendige ruimte Prinselijk jacht is in de eerste plaats gehouden met de veiligheid der op enden, die zooals vanzelf spreekt 'ej de allerhoogste eischen moet voldoen. der voorzorgen, welke zijn genomen, is ■Vyerdeeling van het schip in zeven afdee- door middel van zes waterdichte schot G Vier dezer schotten, die evenals de romp het schip van ijzer zijn, te weten het jt geheel voorin bij den steven, dat in het lerschip en het voor- en achterschot der loopen ononderbroken van eenen naar den anderen scheepswand, i/aioverigg twee hebben een doorgang, voor- -Gi van een deur, die in gesloten stand wa- n Jicht afsluit. Het doel der schotten is twee- g. Zij beschermen tegen brand en behoe- voor zinken van het schip in geval van en van ernstige beschadiging der De afstanden tusschen deschot- toch zoo gekozen, dat bij volloopen de ruimte tusschen twee er van, het iajp blijft drijven. Bij brand beperken zij vuur tot één ruimte en kan dit van de rige ruimten uit worden bestreden. 11 fraaie opbouw ie machinekamer in het midden van het de Prinselijke verblijven en die voor gasten achter deze gelegen en de keuken 'verblijven der bemanning voor in het wip ontworpen, liggen alle onder dek. Het 1 «rige deel der verblijven is gebouwd op het tezamen een grooten opbouw vormend, i is die opbouw niet zoo hoog en zoo aBot. dat hierdoor het schip een minder sier- e uiterlijk zou bezitten. Integendeel. De sttjouw accentueert de forsche lijnen van 1 romp. Hij beslaat ook niet de volle edte, zoodat men aan beide zijden langs dekhuis van voor naar achter over het >1,; kan loopen. Voor een deel en wel meer ir het achterschip, zijn deze doorloopen scfirdekt. Het voordek is geheel vrij. Men er alleen den toegang aan naar het ver- I der bemanning en de electrische anker en verdere benoodigdheden voor de be eping der ankers van het schip. deksalon Wanneer men het dek van het Prinselijk ht betreedt, in de midscheeps aan boord nende, vindt men zoowel op stuur- als Aoord een deur, die toegang geeft tot het thuis. Men tréedt dan een hal binnen, ar men een vestiaire vindt. Achter die ligt een groote en zeer lichte deksalon, NS FEUILLETON Ss$rte inhoud van het voorgaande "j Voor nieuwe lezers raiH (30 had een moeilijke reis naar huis 'lak voor de kust was ze dooreen storm frvallen; met groote moeite liep ze door branding langs de pieren binnen, ila een paar dagen was alles klaar voor hf:laalsle reis van het seizoen, lees Poot wist zijn ouders over te halen hij als afhouder deze reis met de TI 130 ic/if meemaken. En vol moed begon de lgen zijn eerste zeereis. je eerste dag had hij veel last van tee- ."rlcte, maar de jongen hield zich dapper. l^anderen mochten hem graag en zijn vroo- jongenslach werkte aanstekelijk. fjVa eenige dagen zijn ze in volle zee ge inen en nu treedt onze afhouder voor het Tlsf in functie. Het ongewone werk valt wel zwaar, maar hij houdt vol. Het rt niet lang meer. of de eerste haring z&rdt gevangen. thuis was de moeder van Kees onge- vat achtergebleven. Ze had er een voorge- 1 Hl van. dat er iets heel ergs zou ge- esfren. En dot voorgevoel kwam uit. want telIdra ging het gerucht door Haringstad, ;elJ de H 130 met man en muis vergan was. s. \laar gelukkig was dit bericht overdreven, ■ids een buurvrouw van vrouw Poot kwam ear np zekeren dag vertellen, dat de ver- tste 130 terecht was. (Zie vervolg hieronder.) het vertrek, waar de opvarenden gedurende den dag, behalve gedurende de maaltijden, zullen verblijf houden, waar de Prinses en de Prins gasten zullen kunnen ontvangen, waar zij in een gezellig hoekje gezeten door de groote ramen ziende, het voorbijtrekkend landschap zullen kunnen aanschouwen of wel den blik over het wijde water kunnen laten glijden. Daar komen veel kastjes voor de dagelijksche benoodigdheden, een meubi leering overeenkomstig de wenschen van Prinses en Prins, de radio, filminstallatie. Doch hoe dit alles er uit zal zien kan nog niet worden gezegd, omdat de vraag be treffende de artistieke aankleeding van het schip nog niet is beantwoord Aan de achterzijde heeft de deksalon twee groote openslaande deuren, waardoor men het achterdek betreedt. Eerst komt men in een soort waranda, gelegen onder het naar achter doorgetrokken dak van den deksalon. Daarna eerst staat men vrij. Op het open dek komen stoelen. Daar kunnen de opvaren den genieten van zon en buitenlucht, terwijl zij bij regenweer zich kunnen terugtrekken in de veranda of wel bescherming zoeken onder een tent, die over het achterdek kan worden gespannen. Eetsalon, tevens werkkamer Door een gang kan men in de richting van het voorschip de hal verlaten naar de eetsa lon. Behalve de gebruikelijke meubileering zal hier een bureau worden ingebouwd, want het verlangen is dat het schip een plaats biedt, waar de Prinses en de Prins zich kun nen terugtrekken om arbeid te verrichten. Wilde men de genoemde ruimte niet te klein maken, dan was voor een afzonderlijke werk kamer in dit schip geen plaats te vinden. Naast de gang en tusschen hal en eetsalon liggen, grenzend aan de laatste, een dienka mer en hierachter het stuurhuis. In de dien kamer komen kasten voor glaswerk en vies, een lift naar beneden naar de keuken en een doorgeef-opening naar de eetsalon. In het stuurhuis worden alle bedienings organen en de controle-instrumenten voor de twee hoofdmotoren aangebracht. Dit stuurhuis staat in open verbinding met de ganig, waardoor het deel uitmaakt van de overige ruimten van het schip. Aldus blijven de opvarenden in contact met de kern van het scheepsbedrijf, waardoor in niet geringe mate het sportieve element in dit schip wordt verhoogd. Boven op het dekhuis en achter stuurhut en schoorsteen komen de roei-zeilslocp e motorbijboot te staan, welke met behulp van davits overboord gevierd kunnen worden. De overgebleven ruimte kan dienen tot het nemen van zonnebaden en voor vol genot van licht en lucht. De inrichting beneden het dek Van de inrichting van het schip onder het dek kan het volgende worden verteld. Voor de machinekamer, die in de midscheeps ligt, treft men de keuken aan en de verblijven voor de bemanning. Kapitein, machinist, dek- knechts en bedienend personeel beschikken, deels over een eigen hut en bovendien heb ben zij hun eigen douche-gelegenheid. In de keuken, in de onmiddellijke nabijheid, zullen een plaats vinden een koelkast, een warmwa tervoorziening en een kleine centrale verwar ming, die des avonds in voor- of najaar de kilte kan verdrijven en die des winters dienst kan doen om het schip vorsövrij te houden. Achter de machinekamer liggen de Prin selijke vertrekken, bestaande uit slaapver trekken en badkamer. Men bereikt dit ver blijf langs een trap, die neergaat uit de hal, Langs een andere trap uit de deksalon afda lend, bereikt men in het achterschip de ver- die anders opzien tegen de 4 crilicke dagen, vreezen ze niet meer. dank rij een plan'a ardlg middel, uitwendig aan te wenden, HELPT ONMIDDELLIJK I 1 I I Orlgineele .flac. 75 c. Proefriac. 15 e. -+ Bij Apotheken en Drogisterijen «- Import: H. TEN flERKEL, Hilversum, die U op verzoek gratis en franco brochure over COS toezendt Laat Uw reis niet bederven neemt COS mee (Adv.) staat Gij èlk oogenblik aan besmetting bloot. Neem daarom eiken avond een 'AKKERTJE (Adv.) blijven voor de gasten, welke bestaan uiteen tweepersoonshut en twee eenspersoonshutten. Deze twee kleine hutten zijn door het verwij deren van een los tusschenschot tot een groote hut voor twee personen te maken. Bovendien hebben de gasten een eigen douche-gelegenheid. Dc definitieve maten Nadat eenigen tijd geleden de maximum lengte en breedte en de uiterste diepgang van het schip in ontwerp bekend zijn ge maakt, uitsluitend met het doel aan belang stellenden een algemeen idee te geven van de grootte van het vaartuig, zijn thans dank zij berekening, uit de teekening en door beproeving de maten van het schip komen vast te staan. De grootste lengte over dek gemeten bedraagt 31 meter, de lengte op de waterlijn 29,28 meter, de breedte 5.50 meter en de diepgang 1.54 meter. Met een halve lading motorbrandstof en water aan boord, hetgeen mogelijk is bij vaarten door kanalen, gezien de mogelijkheid tot bijvullen, wordt de diepgang van het schip aanmerkelijk minder. Tegen GRIEP Door haar ziektekiemdoodende eigenschap, haar hoeslstillende werking, haar gunstigen invloed op borst, keel en ademhalingsor ganen is het beproefde middel in griep-tijd akkers Abdijsiroop Overal verkrijgbaar. In flacons vanaf f 0.75 (Adv.) UIT HET SOCIALE LEVEN De heer B. v. Eesteren gaat heen Een verlies voor de werkgevers Het begin van een zeer waardeerend ar tikel in De Bouwer, het orgaan van de (roode) Alg. Ned. Bouwarbeidersbond luidt als volgt: „De heer B. v. Eesteren, oud-voorzitter van de Algemeene Patroonsbond voor de Bouwbedrijven, heeft in „De Aannemer" medegedeeld, dat hij zijn bondswerkzaatn- heden, met uitzondering van zijn lidmaat schap van de „Raad van1'Arbitrage voor het bouwbedrijf" moet beëindigen. Het advies van zijn arts heeft reeds geruime tijd ge leden in deze geest geluid. Met den heer v. Eesteren gaat een be langrijke figuur in de aannemerswereld uit onze gezichtskring verdwijnen. Reeds was de laatste jaren het contakt sporadisch ge worden, daar het zich rechtstreeks bemoeien ir.et de regeling van de arbeidsvoorwaarden door de nieuwe Patroonsbond in andere handen was gelegd; maar het was er toch nog een enkele keer. Dat behoort naar menschelijke berekening nu geheel tot het verleden. De heer v. Eestercr. was gedurende eenige van de moeilijkjste jaren voorzitter van de Alg. Patroonsbond. Hij heeft zich daarbij laten kennen als een „kwaaie" tegenstan der; d.w.z. als iemand die z'n mannetje stond. Als voorzitter van de conferenties was de heer v. Eesteren de kalmte en de gemoede lijkheid zelf. De kalmte en gemoedelijkheid waren geen schijn, maar maakten werkelijk het wezen van zijn persoonlijkheid uit, en vormden zijn kracht. Wanneer de omstan digheden het eens medebrachten, dat een grens werd overschreden waar zijn gemoe delijkheid ophield, bleef hij kalm, maar zijn terechtwijzingen waren er niet minder scherp om. WAT PLANT IK IN MIJN SIERTUIN? Boskoop zal het U laten zien Groote bloemen- en planten- tentoonstelling Van 2t April10 Mei a.s. In de laatste tien jaren is er wat de lief hebberij en zorg voor de siertuin bij het woonhuis aangaat, een groote, gunstige verandering te con stat ee ren. Voorheen moest men telkens weer de op merking maken, dat ons volk er niets voor gevoelde de omgeving van het huis te ver fraaien met bloemen en planten en was het verschil met wat men in het buiten land voor mooie tuinen zag, wel heel groot. Maar, door welke oorzaak laten we nu maar in het midden, er kwam e>en snelle en tamelijk radicale verandering. Meermalen kunnen we een edele wed ijver waarnemen tusschen verschillende bewoners onzer steeds meer zich uitbrei dende tuinsteden, wie toch wel de mooiste tuin heeft, en gaan de wandelaars vaak met critische blik rond om te zien hoe anderen het hebben. We zijn nog niet waar we kunnen wezen, doch het feit, dat er in heel veel tuinen met zorg (van kennis van zaken zullen we nog maar zwijgen) gewerkt wordt en ge tracht wordt iets moois tot stand te bren gen verblijdt ieder, die bloemenliefhebber is. Een tuin, hoe klein ook, kan een bron van genot zijn. Maar eenige kijk moet men er toch wel op hebben. En alles wat men voor moois bij een ander ziet, behoeft men nog zelf niet te nemen. De tuinliefhebbers uit andere landen be nijden ons, want wij zitten het dichtst bij het vuur en kunnen ons dus het best warmen, of, zonder beeldspraak, wij wonen dicht bij de oentra van onze wereldberoem de boom- en plantenkweekerijen en kun nen dus het eerst genieten van wat deze kweeken. En wat deze kweeken laten ze ons in Boskoop van 19 April tot 10 Mei as. eens zien. Daar doen ze goed aan. De liefhebberij moet nog meer aange kweekt worden. Men moet eens zien hoe de planten ge rangschikt kunnen worden om een goed effect (met vaak weinig materiaal) te ver krijgen. Men moet eens zien wat voor moois er is. dat geschikt is voor de tuinen. Boskoop en omgeving hebben veel moois Dat weten ze in het buitenland heel goed. Dat, weten ze in ons land langzamerhand ook. Maar nog niet allen vermoeden we. Daarom is het goed, dat een tentoon stelling van tamelijk lange duur gehouden wordt Bijna drie weken. Misschien nog langer In 1935 ging er één roep door het land over het mooie, dat Boskoop ons liet zien Ieder treurde toen de storm een aanval deed en de tent vernielde. Meer dan 80.000 bezoekers verlustigden zich in al het mooie. Dat zal weer zoo worden. Nu niet bedreigd door omwaaiende ten ten. Men wil een vaste tweejaarlijksche show van Boskoopsche culturen. Wellicht een jaarlijksche. Daarvoor wordt een permanent gebouw' opgetrokken. Alleen ingericht voor het ten toonstellen van bloemen en planten. Dat i eenig in ons land en geeft groote voordea len. De belichting is altijd een moeilijke kwestie bij gebouwen, die voor iets anders dienen. In een speciaal gebouw kan met alles wat noodig is, gerekend worden. Dit gebouw, dat thans onder leiding van Ir C. Fvets verrijst, naast 't reeds hekend' ..Flora", tegenover het station-Boskoop, kost f 75.000 en komt tot stand met medewerking van de omliggende gem eenen Hazerswoude Alphen, Reeuwijk en Zwammerdam (jam mer genoeg mist men de naam Waddin veen, waar nog meer kweekerij is dan in Zwammerdam). De oppervlakte voor "de tentoonstelling te benutten is bijna een halve hectare. ÏTej zal op tijd klaar zijn om de stroom bezoekers, die ongetwijfeld zullen komen te toonen, wat de kweekers van Boskoop en omgeving kunnen. De Spoorwegen verleenen volle medewer king door vanaf verschillende stations ex tra retourkaarten met toegang tot de ten toonstelling tegen gereduceerde prijs be schikbaar te 6tellen. Ook zal de treindienst geheel in gestel worden op het te verwachten druk bezoek Reeds is er veel belangstelling uit h buitenland en van reisbureaus. Het belooft een schitterend en druk be zocht blormenfestijn te worden. GERECHTSWEZEN in tiidelliken dienst. ma zUn voorts tot rijksinspecteur vai »t verkeer in tlidel. dienst, ir L. J. Noomei Den Haag:; ir H. P. R. Rook te Zwoll' ZONDAG 17 JANUARI BLOEAIEXDAAL 245,9 AL Uitzending va« Geref. Kerkdiensten uit de Geref. Kerk. Voorganger: Ds E. de Jong van Remalang Siantar (wegens ongesteldheid van Ds. Brussaard). 10 v.m. Gez. 3:4: Na de Wet: Ps. 130 2, Lezen Jesaja 35 18, Tekst Mattheüs 11 2—6, Ps. 123 1 en 2, Ps. 33 17 en 21, Ps. 89 7. 5 n.m. Ps. 118 3: Na de 12 Artikelen: Ps. 84 6, Lezen Ezechiël 36 25—29. Tekst Joh. 3 1—10, Ps. 4 en 6, Ps. 77 8; Ps. 51 4. MAANDAG 18 JANUARI HILVERSUM 1 1875 M. Algem. programma, verzorgd door de VARA. 10.00 VPRO. 8.00 Gram.pl. 10.00 Morgenwijding. 10.20 Or gelspel. 11.00 Declamatie. 11.20 Gram.pL 12.00 „Melody Circle" en gram.pl. 1.00— I.45 De Flierefluiters, m.m.v. solist. 2.00 Pianorecital. 2.40 Gram.pl. 3.05 Gram.pl. en lezing „Boek en schoonheid". 3.30 Gram.pl. 4.30 Kinderuurtje. 5.00 Ensemble Cor Meylink en gram.pl. 6.30 Muzikale causerie met illustratie. 7.10 Veiligheids- kwartiertje. 7.30 De Krekeltjes en gr.pl, 8.03 Berichten ANP. 8.10 Zangvoordrachit. 8.40 Voordracht. 9.00 Groot orkest en solist. 10.00 Berichten ANP. 10.05 Gr.pl, 10.15 De Ramblers. 11.00—12.00 Gram.pl, HILVERSUM II 301 M. NCRV-Uitzendingr. 8.00 Schriftlezing. 8.159.30 Gram.pl, 10.30 Morgendienst. 11.00 Chr. lectuur, II.30—12.00 en 12.15 Gram.pl. 12.30 Or gelconcert. 1.15 Zang en piano. 2.00 Schooluitzending. 2.35 Gram.pl. 3.003.40 Causerie over Kamerplanten. 4.00 Bijbel lezing. 5.00 Chr. Kinderkoor „Jong Hol land". 6.00 De Vedelaars. 7.00 Berichten, 7.15 Reportage Amsterd. Chr. Jeugdcerb- trale. 7.45 Reportage. 8.00 Berichten ANP. 8.15 Gram.pl. 9.Ö0 „De onrechtmatige overheidsdaad". causerie. 9.30 Het Nederl, Sextet. (Om 9.55 Berichten ANP). 10.30— 11.30 Gram.pl. Hierna: Schriftlezing. DROITWICH 1500 M. 11.05 Orgelspel. 12.45 BBC-orkest m.m.v. soliste. 1.35 Orgelcon cert. 3.203.55 Ensemble. 4.50 Pianovoor dracht. 5.35 Octet. 7.00 BBC-orkest. 7.40 Orkest en solisten. 8.50 Piano-recital. 9.40 Buitenlandsch overzicht. 9.55 Orgelspel. 10.20 Kwartet en solist. 11.35 Band. RADIO PARIS 1648 AI. 11.20 Kamerorkest. 4.20 Orkestconcert. 6.05 Zang. 9.05 Uit zending voor Oud-Strijders. (Concert en voordracht). KEULEN 456 AI. 5.50 Orkest. 11.20 Philh. orkest. 12.35 Symphonie-orkest. 1.35 Sehrammel-ensemble. 3.20 Amusements orkest. 5.20 Kleinorkest en solisten. 7.35 „Reichsparteitag der Ehre 1936". 9.50 Orkest en solisten. BRUSSEL 322 en 484 M. 322 AT.: 12.50 Om roeporkest. 1.30 Salonorkest. 5.20 Omroep orkest. 8.20 „Die lustige Witwe", operette. 484 M.: 12 40 Salonorkest. 1.30 Omroep orkest. 5.20 Salonorkest. 6.35 Omroep orkest. Zuivere toonweergave met WALDORP RADIO N.V. WALDORP RADIO DEN HAAG (Adv.i 1 en 2. Permanente Tentoonstellingshallen, (02 X 40 en 35 X 20 Meter! 3. Gebouw „Flora"; 4, Zaal voor congressen en uitvoe* ringen; 5. Café-restaurant; 6. Ontvangzaal; 7. Keuken; 8. Vergaderzaal; 9 en 10. Parkeerterreinen. IILAND5CUE VISSCHERSIEVEN °&.van TÖJLINGEN Dat gaat zoo gauw niet. De boot kon ze niet op sleep- fuw nemen. Maar ze heeft hulp ingeroepen. Ze zijn heele- Zuidover afgedreven, pf— Gedreven? lie Krek! Zelf kunnen ze geen vin verroeren, omdat ze aan in^n stroom zijn „afgeleverd". De kwebbelstem zakte in ernstige diepte. Geen mast er meer intact. En wat mot een zeilschip dan beginnen? ^rjks. zeg ik je. ooi Met weewarige wellust vertelde ze: Op gena en ongena rijven daar gind~r die stumpers. Verschansing weggeslagen, zee heb vr- v-1Mensch, wat kijk ie?Stil nou „(..aarNou is het nog een kwestie van een paar dagen lnifl ze zijn aan kei end van hun lijden. Sjonge! Wat zal Kees ireïn hoop te vertellen hebben. Die heeft een heeleboel mee gemaakt. Gelukgewenscht hoor! J Zouden zewerkelijk gered Dat staat als een paal boven water. Let op mijn woorden. Binnen enkele dagen zijn de mannen thuis. Ik hoop het. Vrees en vreugde wisselden elkaar af. De logger dreef onbeschermd op zee. En Kees was daar. Rondom, alles water. Een kapot schip. Duizend gevaren. Maar ze leefden. Alles wel aan boord. Het klonk haast ongelooflijk. En toch moest het waar wezen. Een verzinsel kon het niet zijn. Verlangend zag Vrouw Poot uit naar haar man. Wat bleef hij lang weg? Zou hij het nieuws gelezen hebben? Waar schijnlijk niet. Want dan was hij natuurlijk vlug naar huis gekomen. De kinderen wachtten ook al. Moe, wanneer komt Kees? Dat weet ik niet, baasje. Hij komt toch, hè moe? Datgeloof ik wel. En buurvrouw zei Ja, buurvrouw! Het kind keek haar aan, met de vraag in zijn oogen: Hoe kan dat? Als één iets beweert, moet je dan nog twijfelen? Er klonken voetstappen. Vader? Het geluid verzwakte, verdween. En opeens leek de klok harder te tikken. Waar bleefSnelle passen, een ruk aan de deurknop Vader! Ha, jongens! Dag vrouwtje! Ik zie het al. Je weet het! Kees is Is het waar? 'k Hoorde het op den winkel en ben direct naar het kantoor geloopen. De reeders waren opgebeld. Ze zijn ge vonden! Is dat geen dankzegging waard? Dien avond was Haringstad één groote familie. Wie praten kon, sprak over den vermisten logger. In dertien hui zen lagen de bewoners lang wakker. De 130 was terecht. Zouden de uitgevaren sleepbooten op tijd komen? Was het S.O.S. niet te laat uitge^mden? Had de morse-sleutel niet eerder moeten vonken? XIX. Tot hiertoe Nogmaals kroop een nacht over de wachtsluï. Ofschoon de bemanning op teleurstelling was voorbereid, toch knaagde wanhopige moedeloosheid. De vrachtboot draaide den vorigen dag op een afstand bij, er werden bizonderheden gevraagd en gegeven; zonder ver wijl zou er geseind worden. In deze omstandigheden het eenige wat te doen viel. Aan beide boorden werd ingezien, dat er geen sloep kon worden uitgezet. Tenzij de visschers er persé op stonden. Volk vroeg het zijn mannen. Hij zou blijven, tot er een sleep kwam. (Het kon een enkel uur aanloopen). Maar wilde het volk, het kon gaan. Eenparig werd besloten, den 130 en den Ouwe niet te ver laten. Trouwens: het risico, oversteken in een ranke scheeps- sloep op een holle zee, was groot. Toen zette de stoomer koers naar het Zuiden. Uren achtereen waren de schepelingen aan dek gebleven. De horizon behield zijn ongebroken lijn. Waanzinnig lang en vaag in het egale grauw van lucht en water. De stuurman had zijn schipper aangeraden de kooi op te zoeken. Hoewel noode, had Volk gehoor gegeven. Zijn hoofdwond, door stooten opnieuw bloedend, bonsde. Koorts rillingen matten hem af. In het vooronder sliepen de jongens. De ouderen woelden onder de dekens. Ze konden niet slapen. Ze hadden immerg niet gewerkt! Soms sluimerden ze even in, om dan weer wakker fc schrikken bij het gestommel van de wachtslieden. Telkens klonk een lustelooze vraag: Hoe is het boven? Ze wisten het antwoord: Regen, windstil! Windstil. De lap zeil, aan den kalen fokkemast geslagen, omdat er tenslotte toch iets geprobeerd moest worden, hing slap en nat. Weggedoken in hun olie jassen stonden de roerganger en zijn maats. Drie verkleumde menschjes. Somber onder neer-i gutsende regen. Het water zocht en vond openingen, sieper-* de tusschen gewatteerde kragen, krinkelde over rillend rugvel. Eens drong door het regengordijn een fletse lichtveeg. Hutlampen van een passagiersboot. comfort, warmte, be* schutting, veiligheid. Morgen zou dit schip meeren. Binnen, thuïsl En zij? Tegen den ochtend duwde een „kouwetje'' de wolken uit een. Het begon te klaren. De zon aarzelde eerst, toonde een vaal gezicht, als na een slapeloozen nacht. Het briesje woei frisch, veegde voorzichtig de wolkrimpels weg, neuriede opgewekt. Voldaan trok de zon zich hooger uit het goor- groene zeebed. Morn, zeiden ze en floten. Dan keken ze onderzoekend rond. De Ouwe? Ziek? (Wordt vervolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1937 | | pagina 9