Vervolgverhaal
B
m
M
m
Wé
m
m
m
k
A
bi
Zwerfvogel
#1
i
Ét
SE
II
i
p
Iftf
i
i
#§ll
M
m
door Gré
Ast
3)
Haar man, klein, had een ietwat hooge rug en
trok met z'n linkerbeen. Zijn haar grijsde al een
beetje en hij had donker-bruine oogen, die altijd
Jachten.
Toen Lien kwam waren er twee jongetjes,
Robbie en Jonny, mooie kinderen, 't Hadden
prinsjes kunnen zijn. Ze waren steeds in 't wit
en als Lien 's morgens met ze uitreed, Jonny in
de witte wagen met Robbie er naast, dan was
ze werkelijk een beetje trolsch.
Zelf droeg ze een grijs-blauw katoenen jurk
met een glanzend witte schort, en buiten ging
daar een lange blauwe verpleegstersmiantel over,
waarbij ze een grijze vilthoed droeg.
Zoo wou mevrouw het, om het bijzondere, om
de chique. Het stond deftig. Het viel op. De men-
schen keken hen na. Bleven staan. Spraken er
over. Haalden de schouders op. Zoo'n lef....;.
Dat Marie, 't keukenmeisje, een tullen muts
droeg op. haar blond-rossig haar, had ook al ge
praat gegeven. Hier was 't Haagje niet Wat
verbeeldde Mevrouw zich wel. Ze woonde nou
onder heel eenvoudige menschen, daar moest ze
rekening mee houden. En daar ze dat niet deed
kreeg ieaereen een weerzin tegen haar, lachten
ze om haar malle kunsten. Hoe kon zoo'n vrouw
Zondags met de gemeente mee opgaan?
Tegen Marie luchtten de menschen hun hart
wel eens. ,,'t Is mijn Mevrouw", zei Marie, waar
na ze zweeg.
Toch had ze t lang niet prettig in haar dienst
Mevrouw was gauw uit haar humeur; prikkel-
haar en driftig.
Marie bleef gewoonlijk kalm, dat vond ze het
beste neg.
Alleen als 't te bar werd, als Mevrouw haar
iets verweet waar ze part noch deel aan had,
dan sprak ze van zich af, deed ze wel es iets
waar ze stiekum „lol" van had. Zoo gebeurde 't
eens Mevrouw kreeg bezuiniging in 't hoofd
dat Marie veel en veel te veel gebruikte.
„Is nu de boter al weer op, kon dat niet wat
minder?"
„O, jawel Mevrouw" zei Marie en maakte voor
de koffie-tafel gebakken aardappeltjes klaar zoo
droog, dat ze gewoon niet te genieten waren.
Marie werd gebeld. Moest binnen komen. De
aardappelen meenemen en over bakken.
„Met of zonder boter?" vroeg Marie met een ver
holen lachje.
Een paar vurige oogen van Mevrouw was het
alleszeggend antwoord.
Een andere keer ging 't over ile petroleum.
Marie kwam te kort. Vroeg aan Mevrouw of ze
bij mocht halen.
„Bij halenis die bus nu weer 41 leegw
Mevrouw zette een gezicht of ze erg geschrokken
was. „Hoe is die olie zoo gauw weer op?"
„Weet ik 't. 'k Heb er heusch niet van gedron
ken", klonk 't wat brutaal van Marie. Dat
achterdochtige ook altijd, dacht ze geërgerd.
Mevrouw werd woest. „Zwijgen diep be-
leedigd, 't hoofd recht en trotsch omhoog keerde
ze Marie de rug toe.
En diezelfde dag prikte Marie boven 't keuken
tafeltje goed zichtbaar dat Mevrouw het dade
lijk wel moest zien als ze er wat oplei liet
vers: „Weest vriendelijk en Uw woord zij zacht..."
Marie en Lien spraken elkaar zelden. Mevrouw
hield hen streng gescheiden. De maaltijden ge
bruikten zij ieder apart. Marie in de keuken. Lien
met Robbie en Jonny boven op de speelkamer.
Alleen *s morgens met 't bijbellezen kwamen
allen bij elkaar in de eetkamer. Marie zat dan
op een stoel bij de deur. Lien in 't hoekje bij 't
buffet.
Lien en Marie mochten bij 't binnenkomen alleen
Mijnheer en Mevrouw groeten, de kinderen niet.
Marie stoorde zich daar niet altijd aan. Als Rob
bie zei: „MQrgen Marie", groette zij terug: „Mor
gen Robbie".
„Ik wil dat niet meer hebben, Marie", verbood
Mevrouw.
En wat deed Marie toen. De andere morgen
kwam ze binnen met strak gesloten mond, ging
zwijgend zitten.
„Marie, waarom zeg jij geen goeie-morgen",
kwam Mevrouw na 't bijbellezen in de keuken,
spinnijdig met opgezet gezicht, de handen strak
gebald van drift en ergernis.
„Als U niet wil dat ik de kinderen goeie-morgen
zeg, dan zeg ik U ook niets".
„Ik kan in mijn huis verbieden wat ik wil» be"
grijp je dat? Wanneer ik zeg dat ik die lange
dreun van „Morgen meneer, morgen Mevrouw,
morgen Robbie" niet hooren wil, dat je volstaan
kunt met „Goeie morgen Mijnbeer en Mevrouw",
dan doe jij wat ik zeg".
„Als Robbie mij goeie-morgen zegt, dan kan ik
niet zoo onvriendelijk zijn om niets terug te
zeggen", bleef Marie tegenspreken.
„Met de kinderen hoef jij je niet te bemoeien.
Daar zorg ik voor".
En van toen af zei Robbie geen „goeie-morgen,
Marie" meer, als zij voor 't bijbellezen binnen
kwam.
Dat had Mevrouw bewerkt.
Lien maakte ook wat mee waardoor ze zeer ge
griefd was.
Het was Sint-Nicolaasdag. 's Middags om vier
uur kwam Mevrouw Robbie en Jonny van de
speelkamer halen om mee naar beneden te gaan.
Lien moest alleen boven blijven. Zij hoorde de
lcinderen heen en weer loopen en lachen.
Anderhalf uur zat zij zich te vervelen.
Toen kwamen de kinderen terug, de armmeu
vol speelgoed. „Kijk es", lieten ze Lien zien,
„dit hebben we zelf mogen zoeken".
Voor Lien kwam er niets.
„Ik geef met Kerstfeest cadeaus voor allemaal'*!
zei Mevrouw later.
Lien dacht: had me dat eerder gezegd. Maar het
meest hinderde haar dit, dat Mevrouw haar niet
met de kinderen beneden had laten komen.
Waarom mocht zij daar niet bij zijn. Dag en
nacht moest zij met de kinderen optrekken, maar
als er iets gezelligs, iets leuks was, daar hoorde
zij niet bij. Haar plaats bleef in de kinderkamer.
Het werd Kerstavond.
Lien zat te wachten op de verrassing.
Een keurig wit pakje, met rood lint omstrikt,
waartusschen een takje hulst.
Lien maakte het open: een scheurkalender, een
wandtekst, een witte schort
Lien ging er mee naar Marie. „O", zei die, „ifc
heb drie kerstavonden hier mee gemaakt. Drie
keer kreeg ik een snoezig pakje wit-rood, met
telkens de zelfde inhoud: een scheurkalender,
een wandtekst, een witte schort. En de kinderen
worden overladen met dure cadeaux. Mijnheer
en Mevrouw geven elkaar kostbare geschenken".
Lien moest Zondags als ze met de kinderen wan
delde ook de katoenen jurk dragen met de
blauwe verpleegsters mantel. Dat vond ze vree-
selijk.
Ze vroeg aan Mevrouw of dat niet meer hoefde,
of ze wat anders dragen mocht.
Mevrouw zette een bedenkelijk gezicht, wilde
eerst weten wat ze aantrekken wou.
„M'n mantelpakje", zei Lien. Het was hetzelfde
pakje waarin ze gevlucht was uit huis. Ze had
het toen pas nieuw en het daarna weinig gedra
gen. Mevrouw had het mantelpakje niet van
haar gezien en dacht dat ze het kortgeleden had
gekocht. Ze moest het laten zien.
„Hm", monsterde Mevrouw, „een beetje minder,
was ook goed geweest. Enfin, draag het maar".
De eerste Zondagmorgen dat Lien er in was uit
gegaan, begon het wat te x-egenen. Ze was met
de kinderen op de terugweg, vijf minuten van
huis.
Om de hoek van de Laan zag ze Mevrouw aan
komen, de cape los om de schouders, met bloote
hoofd of ze zoo in de haast was weggeloopen.
„Waarom ben je uitgegaan?" vroeg ze boos. Lien
bleef van schrik staan. „Doorloopen", gebood
Mevrouw» en keerde mee terug. „Dit is toch geen
weer. Hoe haal je het in je hoofd?"
„Ik ga toch iedere Zondagmorgen uit", antwoord
de Lien. „En van morgen was 't droog".
„Praatjes, uitvluchten", viel Mevrouw uit. „Het
dreigde de heele morgen. Ik heb op weg naar de
kerk nog tenig willen gaan om je te waarschu
wen, maar ik dacht dat je zelf wel verstandig
genoeg was. Maar je bent natuurlijk alleen uit
gegaan om dat nieuwe mantelpakje".
Mevrouws vader, Jonkheer Nomens van Wagen
borgen was een aardige man. Hij kwam heel
weinig en altijd even kort. Eten, een nacht sla
pen, weg.
Eén keer had Lien hem ontmoet. Hij kwam
boven naar de kinderen zien. Eerst gaf hij haar
de hand, en praatte vriendelijk tegen haar.
Soms kwam hij onveiwachts. Zoo gebeurde 't
eens, 't was een regendag, Robbie en Jonny
waren met Lien op de speelkamer aangewezen,
dat ze plots een claxon hoorde die aanhield tot
voor 't huis. Robbie was 't eerste bij 't raam.
De kruiser „Emile
Bertin" op wegi
naar de Noord*
Afrikaanschc
kust, om deel te
nemen aan de
Fransche vloot-
manoeuvres,
welke aldaar heb
ben plaats gehad
SCHAAKRUBRIEK
Redacteur: W. J. H. CARON, Jacob Marisstraat 42,
Amsterdam-West Men wordt verzocht correspon
dentie over deze rubriek aan bovenstaand adres
te richten.
Probleem No. 527
(No. 7 van den wedstrijd)
-
Wit begint en geeft in twee zetten mat.
Wit ((12): Kh5, Db7, Ta7, Tel, Ld4, Lh3, Pf5, pi.a5,
c3, d2, f2, g7.
Zwart (9): Ke6, De5, Lg8, Ph7, pi. c4, d3, d6, f3, fG.
Gevraagd sleutelzet en varianten.
Probleem No. 528
(No. 8 van den wedstrijd)
jg
a
i
m
11
jjj
li
u
IS
0
i
KI
'-V
Wit tbegint en geeft in twee zetten mat.
Wit (10)Kdl, Tg5, Th4, La7, Lc2, Pc4,
I, pi-b3,
Pf6, pi.c3, c7, d6, h3
Zwart (9): Kd4, Ld8, Lg4, Pe
Gevraagd alleen sleutelzet.
Oplossing van probleem Na. 524
(No. 4 van den wedstrijd)
Wit (11): Kd5, Dhl, Lgl, Le6, Pc7, Pfl, pi. c5, d2,
f2, f5, h2.
Zwart (11): Kh3, Dg7, Tf4, Th6, Lf8, Pa5, Pg2,
pi.d3, d4, h4, h5.
Mat in twee zetten.
Sleutelzet: 1. Dg7—g8!
Geen nevenoplossing is 1. Tf4Xfbt omdat Zwart
door LXf5 schaak geeft en Wit nietrin staat ia
mat te geven.
De oplossing van No. 523 zal pas later gegeven
worden. Het naizicn der ingekomen varianten,
waarbij de gegeven punten sterk uiteenloopen, was
een te omvangrijke taak, dan dat ik er geheel
mee kon klaar komen. Maar wat in 't vat zit,
verauurt niet
Op ihet diagi'am van no. 526 is een zetfout ge
slopen: TgS moet, gelijk ook het onderschrift aan
geeft, zwart zijn.
Nagenoeg een ieder heeft dit zoo ook opgevat.
Mocht iemand zijn oplossing nog willen verande
ren, dan ontvangt hij hiervoor den tijd tot 20 Jan.
Goede oplossingen van No. 524 zijn ingezonden
door:
S. Bersma, F. I. v. Bloois, J. v. Bokkem, A. Borst
lap, J. A. v. Donkelaar (1), A. de Gioot, J. Hof
wegen, G. Holleanan, C. W. Kalkman, R. D. v. d.
Kooy, W. J. Leeve, C. B. v. d. Meeberg, A. Poldc-
vaart, A. J. de Ruyter, C. v. Santen, F. A. v. San
ten, Ghir. Steenberg (1), Th. Visser, B. v. d. Zou-
wen, allen Rotterdam, J. Blokland, J. A. Bogort,
Gouda, C. Bode, Bolnes, W. J. de Bruijn, C. Ilagen,
S. P. de Wit, Bodegraven, J. de Bruyne, Slootdorp
(1), M. Opbreek (1), B. Poslma, Jac. Riedé, II. C.
J. Spier (1), J. F. Stoffels, den Haag, Adr. Cap-
pon, Cadzand (1), L. A. v. Duin, Doxhrecht, J.
Eisenga, Lisse, P. Fase, Bai-endi'echt, G. G. den
Hollander, D. Hoogstrate, E. J. Ouweneel, Harder
wijk, A. Haas Jr., A. Roskam, M. Versluis, Schie
dam, A. Huizer, A. v. Prooyen, Rhoon, H. IJzer
man, A Meuzelaar (1") Papendreoht, C. W. Kie
boom, Werkendam, H. Jansen, Langerak,
Schaap, W. Kok, Spakenburg, J. Koomans, 's-Gra
vendeel, P. Kuyper Fz., Hilversum, D. de Mos
Naaldwijk, G. F. Muller, Almelo, J. H. J. Nieler
Jr., Utrecht,, Th. F. Pieters, Zeist, J. Ruytenburg
Axel, J. A. Scheepmaker, Noordw.hout, Mej. M
v. d. Slikke, Breda, D. A. Tom (1) Vlaardingen
C. v. Venetië, Leiden, A. Verduijn, Honselersdijk,
D. Zemel, Leimui den.
CORRESPONDENTIE
J. v. H. Rotterdam. Accoord.
G. W. P. Zuilen. U had inderdaad kunnen vol
staan met één (onvex*schillig welken) zet van
zwart). De rest was overbodig, daar ze geen nieu
wen matzet oplevert.
B. S. Ridderkerk. Die van'ant had U goed, maar
de onjuiste nevenoplossing 1. Kf6: deed dit punt
verloren gaan.
Ik dank allen, die mij bij de jaarwisseling hun
goede wenschen zonden, hartelijk. Wederkeerig
wensch ik den lezers een gezegend jaar 1937.
SPAANSCHE PARTIJ
1 e2e4 e7e5
2 Pgl—f3 Pb8c6
3 Lflb5 a7a6
4 Lb5a4 Pg8—f6
5 0—0 Lf8e7
6 Tfl—el
Nu wit pion e4 dekt, dreigt pionwinst door LXc6
en PXe5.
6 b7b5
7 La4—1)3 d7d6
3 c2c3
De bekende voortzetting, die den looper het veld
c2 opent en d2d4 voorbereidt
8 Pc6a5
9 Lb3c2
10 d2d4!
Nu dreigt d4Xe5! enz.
c7c5
10
11 Pbld2 0—0
12 Pd2—fl
Dit paard moet naar e3, waar het uitstekende
diensten doet.
13 v Lc8g4
Blijkens het vervolg kan wit nu tot een heftigen
aanval komen onder opoffering van een pion. Het
is niet uit te maken met behulp van het geringe
materiaal, dat één partij slechts verschaffen kan,
of dit pionoffer in alle opzichten correct is.
Is dit laatste niet het geval, dan is 12 Lg4
wel een zeer krachtige zet, daar wit door 13 Pe3
een pion verliest
13 Pfl—e3
Aljechin zet door.
13 Lg4Xf3
14 DdlXf3 c5Xd4
15 Pe3—f5 d4Xc3
16 Df3Xc3 Tf8c8
Niet DXc3 wegens PXe7f en daarna bXc3 met
stukwinst.
17 Dc3g3 Le7—f8
18 Lc2d3 Pa5c6
19 Lel—g5 Pf6e8
20 Tal—cl Dc7b7
21 a2a3 g7—g6
Onjuist, omdat de natuurlijke bewaker der ko-
ningsetelling Lf8 van het bord verdwijnt waarna
zwart een zwakke overhoudt.
22 Pf5h6f Lf6X'h6
23 Lg5Xh6 Pc6d4
24 Teldl b5b4
25 f2—f4! e5Xe4
26 Dg3Xf4 b4Xa3
27 b2Xa3 Tc8—c3
Dit verhindert wel hot dreigende 28 cö wegens
TXd3 29 TXd3 Pe2f 30 TXe2 Dixit 31 DXd3
maar even later moet de toren terug naar c7.
Beter was daarom 27 Pc6, gevolgd door Pc6e5.
28 Df4—f2 Pd4e6
Het paard kon beter naar c6 gaan.
29 a3a4 Ta8—c8
30 Tel—fl!
Met do scherpe dreiging Ld3Xa6!
De zwarte Dame mag dan niet nemen op a6 we
gens DXf7t, Kh8, Df8t, PXI8, TXf8 mat.
30 Tc3c7
31 Tdlbl Db7c6
32 a4a5!
Om Tb6 te laten volgen.
32 Ped—c5?
Het groote bezwaar van dozen zet is, dat Ld3 naar
c4 kan gaan en krachtig ingrijpen kan. Zwart
had echter niet veel beters om pion a6 te bescher-
33 Lil3—c4 Dc6d7
Onjuist ware PXe4 34 LXf7f Kh8 35 Dd4f enz.
34 Df2a2! Pc5Xe4
35 TflXf7! Dd7Xf7
36 Lc4Xf7f Tc7Xf7
37 Da2eG Opgegeven.
Dit was de beslissende partij, waardoor Aljechin
No. 1 werd.
DE RUILBEURS,
BOVEN-HARDINXVELD
Ten dienste van de lezers der Ver. Chr. Pers
De aanvragen van Lever's zeep bons konden we
allemaal afwerken. Niemand hoeft meer te wach
ten voorloopig. Maar met Klokbons is het droevig,
als er eens wat binnen komen worden ze met ge
juich begroet. Heeft iemand er een flinke partij
voor ons? En Hag zegels? We kunnen ook nog als
uitzondering gebruiken: 2 Flora's honden plaat
jes, 25 van Delft's Bezige Bijtjes, 60 Gouda thee
lichten bons, 6 zwarte Kahrel Artis bons en 25
Niemeyer. Wie stuurt ze?
Wil s.v.p. gratis ruilformulier zenden aan:
Naam:
Ad res:
Woonplaats:
Datum:
De waarde der bons is als volgt: Bussink 8, Coe-
lingh 3, D-E 6, v. Delft 10. Dobbelman 4, H-0 6,
Droste 20, Hagzegels 8, Hille 8, Holl. Zw. Weeg-
sch. 3, Paul Kaiser 6, Klaverblad 8, Klokzeep 10,
Kwatta 3, Lever's zeep 20, van Nelle 4, Patria
deel 1 10, deel 2 15, Pette 10, Pleines 3, Rademaker
3, Sickesz 3, Verkade oude albums 2, Boerdei'ij 4,
Waar Wij wonen 10, Wascholine 2.
Wie heeft voor ons Kwatta winkeliersbons?
Boerderij-bons nemen we niet meer aan!
VOORWAARDEN:
1 De Ruilbeurs bepaalt de waarde der bons en
plaatjes.
2 Tot 500 pt. betaalt U 15 ct., tot 1000 pt. 20 et
(aan postzegels).
3 Is het gevraagde niet in voorraad, dan leest
U het antwoord in het Zondagsblad.
4 Vul dus goed in van welk blad der V.C.P. U
lezer is.
5 Teveel gestuurde punten kunnen geboekt blij
ven tot een volgende zending.
6 Van het puntenaantal dat U stuurt, wordt door
de Ruilbeurs 5 afgetrokken.
7 Vraagt U van een album speciale nummers,
dan betaalt U 2 pt. per plaatje meer.
CORRESPONDENTIE:
B. te Rotterdam. Na aftrek van de volledige serki,
is er een tegoed van 285 pt.
C. de P. te Hoek (Z.) 79 W.W.W. genoteerd.
Jan P. te Oudega. Bocrdeiïj verz. 152 W.W.W. gen.
Saldo 2000 pt We zien dus nog 2 maal 20 ct
tegemoet.
D. A. van der V. te Wildervank. Coelingh bons
vragen we niet, evenmin plaatjes van K. en G.
Na afti-ek van C. bons waren er 880 pt. over.
B. albums zijn niet voor punten verkrijgbaar.
J. B. te Tilburg. U bent ons 124 pt. schuldig.
P. v. d. L. te Aalsmeer. Verzonden.
H. B. te Arnhem. Hag 8 pt
Mej. M. M. te de Li-er. Tot 1000 pt. 20 ct. Nu dus
nog 2 maal 20 ct. (in postzegels van 5 of 6 ct
s.v.p.) U krijgt 1800 kwatta
J. v. d. B. te Zeist, Alleen Herfst 107 blijft gen.
E. v. K. te Leiden. Zijn de postzegels er uit ge
waaid?
J. v. A. te Soesterlbeirg. Saldo 1039 pt.
J. B. te den Haag. 33 W.W.W. gen.
T. C. te Noordwijk-B. Alleen plaat B volgt nog.
P. H. B. te Rotterdam-Z. Zoo is 't in orde.
H. de B. te Veendam. Nu nog 147 Droste tegoed.
Als we die plaatjes gebruiken kunnen, krijgt U
een seintje.
T. H. P. te Rotterdam-Z. Over 136 pt.
ALBUMRUIL
De heer B. J. Spit, Binnensingel 104 Vlaardingen,
biedt te koop aan:
Schatten der Aarde, Ertsen en Metalen, compleet
voor 0.90.
Pauli, de kleine Chinees, compleet 1.25.
Het bruine monster, voor 0.40.
DE RUILBEURS—HARDINXVELD.
OPLOSSING
van het Cirkelraadsel in ons vorig nummer:
1—6 on wed er; 2—7 Numcri; 38 omweg; 40
Rudi; 611 ruwaard; 712 Ivonne; 813 gloor;
914 Isar; 1116 dagdief: 1217 eender; 1318
ra-aio; 14—19 rust; 16—21 finesse; 17—22 rammel;
1823 oudje; 1924 tuig; 2126 effenen; 22—27
Latona; 23—28 erica; 2429 gaas; 26—1 negrito;
272 adelen; 283 animo; 294 ster.
De zes woorden zijn: a. onorde; b. rigide; c. derrie;
d. frotté; e. elegie; f. naaste.
Geld, met zweet vergaard
Wordt met smaad verkwist,
Of met vrees bewaard,
Of met smart gemist.
Hendri1' de Vrios.
33