Minister Coiijn over de
Defensiebegrooting
Ruwe
hande
PUROI
DE AVONTUREN VAN PIEPNEUS EN BIBBERSNOE
WOENSDAG 16 DECEMBER 1936
DERDE BI AD PAG
Tweede Kamer
In Indië zoowel als in Nederland
moet er meer gebeuren
Vermeerdering van het contingent
tot 26.000 man is voor behoorlijke
mobilisatiesterkte noodig
.Vergadering van 15 December 1936
Pverzicht
Nieuwe dingen heeft de Dinsdag nir.t
gebracht.
De rede van den heer v. Dijk was voor-
jtreffelijk, mede omdat zij degenen, wien
het aanging, nog eens er aan herinnerde-
onder hoe moeilijke omstandigheden hij
de inderdaad onvoldoende Legerwet van
1922 heeft moeten tot stand brengen. Er is
toen berust, roede met het oog op de om
standigheden, maar onvoldoende was de
nieuwe legerorganisa-tie ongetwijfeld. Daar
om te meer verdient alies krachtigen steun,
dat er toe leiden kan onze weermacht te ver
sterken. ge jij k door de verhoudingen in de
Wereld thans wordt geëiscliL
Er is reeds veel gedaan. Maar we moeten
verder. Met name voor de vloot. In zake de
kruisers zoo drong de heer v. Dijk aan
kieze de Regeering een definitief standpunt.
De vliegtuigensterkte moet nog verder wor
den uitgebreid.
Ook de moederlandsc-he kustverdediging
zal verbeterd moeten worden. Zeker zal
fictief optreden mogelijk moeten blijven.
De soc.-dem. zijn-bezig opeen groot aantal
f;ri>ote vergissingen terug te komen. Het gaat
angzaam. Echter zijn de argumenten wei
nig serieus om hun aarzelende houding te
verdedigen. Heel die houding is inconse-
kwent, omdat de defensie-uitgaven voor In
dië en die voor het moederland nauw yer
band met elkaar houden.
De heer Ter Laan had weer allerlei prac-
tische wenschen, terwijl de heer Wijnkoop
koene sprongen door het luchtruim maak
te. Om zijn militairisme werd hij door Snee-
Vliet later geducht faire genomen. Deze
Verweet tevens en terecht den heer v.
Houten met zijn politie-leger inconse-
kwentie.
Deze achteraan zeulende democraat moet
Eijn politie-leger ook goed willen uitrusten
en dan komt hij, waar de soc.-dem., in wier
paadje van vroeger hij thans loopt, dezer da
gen zijn aangeland. Al zijn ontwapenings-
pathos is dan ook niets dan woordenspel en
kan slechts degenen, die met de oogen dicht
Idoor het leven gaan, misleiden.
De rede van den heer v. Kempen kunnen
We passeeren: ze 'bracht geen nieuws. Dat
deed ook die van den heer v. Poll niet, al
gaf ze dan ook puntig weer de grondfout van
alle ontwapenaars, die wel gelooven in den
mensch, maar vergeten, dat een van God los
geslagen wereld verloren gaal
Met genoegen hoorden we verder zijn be
toog tegen degenen, die zoo onverstandig en
onvaderlandslievend zijn te onderschatten
hetgeen waarover we voor onze weermacht
beschikken. Onze positie is minder ongun
stig dan de ijveraars zonder veratand wel
eens voorgeven.
Aan het slot van den middag leverde de
ïieer Arts nog een bijdrage om te doen zien,
hoezeer ook hij onder d ;n invloed der gewij
zigde omstandigheden is gekomen. Zijn af
wijzing der milita're uitgaven klonk hiel
Wat minder positief dan voorheen.
In den avond ging het deba1 voort.
Het wachten was echter op den minister
Van Defensie.
Echter willen we niet onvermeld laten de
mooie, principieele rede, waarmee de heer
Amelink het anta-militairisme van de C. D.
U. bestreed. Haar onschriftuurlijk stanJ-
punt wordt door onze beste voormannen uit
het verleden op grond van Gods Woord en
met een beroep op de historie veroordeeld.
Calvijn, Groen van Prinsterer en Dr. Bavinck
hebben op dit punt ons duidelijk den weg
gewezen. Wat de heer v. Houten wil, komt
er op neer, dat ons volk onbeschermd aan
'de gruwelen van den modernen oorlog
wordt overgeleverd. Dat is noch Christelijk,
poch historisch, noch democratisch.
Op de rede van den minister komen we
nog nader terug.
Verslag
Voortgezet wordt de behandeling van hoofd
stuk 8 (dep. van Defensie) der Rljksbegrootlng
voor 1937.
De heer VAN DIJK (a.r.) prüst den minister
voor zün bemoeiingen to.v. werklooze reserve
officieren. Spr. waarschuwt den minister, toe te
zien. dat het corps maréchaussee niet op een
gegeven oogenblik aan het dep. van Defensie
wordt ontfutseld.
Spr. zet uiteen, dat do dienstplichtwet 1922
tot stand ls gekomen In een tüd toen van den
Volkenbond en ontwapening veel werd ver
wacht Do geheele Iegerorganisatie hield daar
mede verband. De eerste oefentijd Is te gering,
het verlofskader onvoldoend geoefend. Er zün
kleine en teveel lichtingen en te weinig herha
lingsoefeningen. Het heeft destUds zelfs nog de
grootste moeite gekost dezen onvoldoende op
zet aangenomen te krijgen. Aanvankelijk kon
men zich bü den nieuwen toestand nederleggen.
omdat er vooralsnog geen verstoring van don
vrede te verwachten was en er nog een reserve
was van ln den oorlogstijd geoefende manschap
pen.
Destructie door bezuiniging
Dooh de bezuinigingen op de Defcnsle-ultgn-
ven gingen voort. Thans wil de minister geluk
kig de ergste onvolkomenheden weer wegne
men door het verbeteren der formate van het
bataljon. De infanterie ls gaan lilden aan bloeil
armoede. Met d<> marine is het niet anders. Na
het verwerpen der vlootwet zijn er wel eenlge
schepen aangebouwd, maar van een bepaald
plan ls niets gekomen. Ook het personeel-vruag
stuk is door de bezuiniging aangetast, zoodat er
niet lang geleden voor de schepen in Indië geen
voldoende bemanning aanwezig was. En dan do
luchtmacht. De minister erkent dat er aan de
paraatheid van den militairen vliegdlenst v.-d
ontbreekt. Zulks geldt de vliegtuigen zoowel als
de toerusting ervan, b,v. voor blind- en nucht-
vliegen.
Zoo wao de toestand onzer weermacht tot voor
korten tjd. Met spoed moest worden ingegrepen
om het verzuim zooveel mogelijk ln te halen
Spr. zal thans niet in bijzonderheden treden
over den Internationalen toestand. Doch de be
wapeningen te land en ter zeo worden ongo-
breldeld versterkt en uitgebreid. Nederland kan
het terrein van strjid worden als in onze weer
macht geen aanleiding gevonden kan word n,
dien althans eenlgen tijd tegen te gaan. Reke
ning hebben we te houden met strategische over
vallingen, welke onze mobilisatie en concen
tratie ernstig bemoeilijken of onmogelijk maken
kunnen, als er geen middelen zijn bij of achter
de grenzen om die overvallingen met succes
tegen te gaan.
Onze regeering heeft al veel gedaan om de
moeilijkheden het hoold te bieden, defensl-s-
fonds, maatregelen voor leger en vloot.
Snelheid belangrijke factor
Snelheid ls thans een belangrijke factor Spr.
neeft altijd betoogd, dat met pf zonder defensie
fonds de begrootingen zouden moeten stijgen.
Na een aanvankelijke wijziging der dienstplicht
wet zal er een omvangrijke uitbreiding dezer
wet moeten volgen. We kunnen niet ontkomen
aan contingentsuitbreidlng en verlenging van
den eerste-oefeiilngstUd. Het aantal lichtingen
dat ln 1922 noodig was. kan worden Ingekrom
pen, hoeveel, zai afhangen van omstandigheden
doch men steil# er zich niet te veel van voor.
Grensbescherming
Het stelsel der regeering t.o.v. de grensbe
scherming tegen ovérvallingen komt spr juist
voor. Door haar maatregelen la een organisatie
ln het leven geroepen die we dankbaar hebben
te aanvaarden.
We mogen thans aannemen, dat
Het Vlootplan
«al worden uitgevoerd althans voor Indlë. Daar
btl zUn eenlge vraagpunten gerezen, om. het
vraagstuk betreffende kruisers of vliegtuigen.
Spr. Is het er niet mede eens. dat de bestaande
kruisers Java en Sumatra niet goed zouden ziin.
Z\j zuilen gelijksoortige schepen kunnen staan
en In elke marine hun plaats kunnen innemen.
Van een reserve-vloot Is er echter niet veel te
rechtgekomen. Het spijt spr.. dat de minister
t.a.v. de vloot ln Indlë nog geen definitief stand
punt heeft Ingenomen. Doch wel weet spr. Jat
geen enkele buiteniandsche zeemacht ter wille
van vliegtuigen het kraehtelement geheel zou
willen doen verdwijnen. Voor de vliegtuigen zal
toch een vlootorganlsatle van betee'kenls noo
dig zUn. Zeevllegtulgen zullen alleen deel uit
maken kunnen van een vloot, landvllegtulgen
zullen van bepaalde punten uit alleen spron
gen kunnen maken. De zestig zeevfiegtulgen
naast de 39 bommenwerpers der landmacht z\)n
onvoldoende.
De kustverdediging
Ook de kustverdediging van het moederland
acht apr. nlat voldoende. Zullen de onderzoo-
booten en torpedojagers moeten verdw'iinen?
Waar bliiven de flottleljelelders? Althans als
men zich Inderdaad beperken wil tot münver-
sperrlngen, voor de zeegaten. Spr. vindt het
standpunt van de regeering onbegrüpeliik. Elk
actief optreden is zoodoende onmogdifk. De
preventieve werking elscht. dat er altild een
zekere hoeveelheid materiaal aanwezig ls. Hoe
groot het mlr-imum moet zijn, ls moeilijk nauw
keurig te omschrijven.
Spr. bestrijdt de houding der Vrtlz. Dem. en
Soc. Dem. fract'es ln dit debat. Er zou volgens
den heer Albarda geen efficiency ztin. welke zou
blijken uit een te groot aantal zeeofficieren. Is
dit een serieus argument? Er zou met mlnd>r
dan het gevraagde kunnen volstaan worden
t.a.v. de grensbewaking. Is het niet juister, dat
de Soc. Dem. trachten, pp een aantal groote
vergissingen langzaam terug te komen? Ze
willen tegen de defensiebegrooting, voor de In
dische defensie-uitgaven stemmen, ondanks het
nauwe verband. Spr. wijst op het Inconsequente
daarvan. Men had of de. defensie-begrooting ook
moeten aanvaarden of ook de Indische defensie-
uitgaven afwijzen. Men ls daar practlsch nog
niet zoo ver verwijderd van het vroegere stand
punt
De heer K. TER LAAN (soc.-dem.) dringt aan
op meer duidelijkheid Inzake de totale defensie
uitgaven. Spr. vestigt de aandacht op de slechte
bevorderingskansen der onderofficieren, van wie
toch zooveel afhangt.
De heer WIJNKOOP (comm.) crltlseert het op
treden der fascisten In Spanje en wUst op het
geheime verdrag dat er tusschen Japan en
Dultschland moet bestaan. Het bekende ver
drag reeds ls een aanval op den vrede (de voor
zitter hamert). Het ls voor Indonesië noodls
dat hierover eens wat wordt gezegd. Met cita
ten betreffende het optreden der N.S.B. in Indlë.
wordt getracht dit duidelijk te maken. Noodig
ls een gewapende democratie en een leger, dat
vrij is van fascistische smetten.
Voor den heer Wijnkoop ls er maar één
conclusie.
In Indonesië moet de volksmassa zelf weer
baar gemuakt worden ter verdediging van haar
eigen belangen.
Wat verschillende belangen van gepenslon-
neerden betreft sluit de heer Wijnkoop zich aan
dU den heer ter Laan.
De heer v. POLL (r.k.) ls verheugd over den
omkeer en de houding der soc.-dem.
Vroeger heette afschaffing der oorlogsmacht
(jemocrat'sche roeping. Nu wiist de heer Vliegen
ontwapende democratieën af. Hadden we In 1930
gehandeld naar de denkbeelden van de soc.-dem.
dan waren we naar de woorden van den heer
Vliegen thans een ontwapende democratie,
dia een gemakkellfke prooi zou zijn voor een
tot de tanden toe gewapend fascisme.
Vanwaar die omzwaai?
Van de zUde der ontwapenaars ls des
tijds teveel vertrouwen gesteld In uiterlijke
verschijnselen. WH kunnen geen vertrouwen
hebsen ln een van God losgeslagen wereld,
die een grondslag mist voor godsdienst en
zedewet.
Te Katwijk had gisteren 'de begrafenis plaats vart het stoffelijk overschot van den
K.L.M.-mecanicien J. Verkerk, een der slachtoffers van de „Lijster"-ramp. De
plechtigheid op het kerkhof.
dlonsttiidverlenging. Met kosten moet natuur
lijk worden gerekend. Er moet geen oneven
wichtigheid zijn.
Ook de heeren Wendelaar en Weoterman zUn
doorgeslagen naar het tegendeel van wat vroe
ger zich voordeed. We kunnen echter niet heel
onze volkshuishouding opofferen aan het mili
taire apparaat.
Wel dienen we paraat te ztJn in dezen tijd.
waarin we reeds den hoefslag hooren van den
derden ruiter uit de Openbaring. Strateglscn*
overvallen bedieigen ons. Of ter afweer een
lichting van 32000 man en 12 maanden diensttlld
noodig zijn kon de heer Poll niet beoordeelen
We moeten lntusschen wat we hebben niet
onderschatten. Ook ln dit opzicht ls er schade
lijke overdrijving.
In indië krijgen we nu, na Engeland, net
sterkste eskader.
Japan ligt voor aanvallen op ons gebied niet
gunstig. De afstand ls 5000 K.M. en het vaar
water zeer gevaarliik. Voor schepen en vlieg
tuigen is deze situatie niet gemakkelijk. Er zlJn
10 dagen noodig om varend onze vitale plaat
sen te bereiken, terwijl het onmogelijk Is om
niet bommen beladen vliegtuigen over zoo lan
gen afstand onafgebroken heen en terug ln te
lucht te houden.
Met onze nieuwe vliegtuigen zullen we bo
vendien de meerdere van Japan zijn. Er Is dan
ook geen enkele reden om te onderschatten het
materiaal, waarover we beschikken.
Onjuist werd het geacht, dat de Regeering de
eerste zes bommenwerpers heeft aangeschaft
zonder vooraf de noodlge gelden bi) de Staton-
Goneraal aan te vragen.
De lieer SNEEVLIET (r.s.a.p.) vraagt naar do
oorzaken van de vele afkeuringen onder hen,
die zich voor de Marine aanmelden.
Capitulanten. oud-onderofficieren, moeten niet
aangesteld worden als controleurs bü de steun-
verleenlng. Ze zullen ln het algemeen de daar
voor noodige menschelijkhelds-elgenschappen
missen.
In zijn principieel betoog ls de heer v. Hou
ten Inconsekwent. Zlin polltleleger zal tegen
over buiteniandsche overvallers weinig anders
kunnen handelen dan het defensie-apparaat der
Regcering.
Men moet niet meenen, dat alleen van de
zijde van Duitschland oorlogsgevaar dreigt. Er
staan meer heksenketels te vuur. In China
rommelt het en is Spanje niet genoemd het
begin van den wereldoorlog?
Het stemmen van de S.D.A.P. tegen deze
defensiebegrooting ls een laatste reserve voor
de algeheele capitulatie aan de bourgeoisie.
Deze minister verdient voor zijn beleid van
het standpunt dergenen, die voor de defensie
uitbreiding zijn. hulde. Sommigen maken zich
zenuwachtig om wat In de NSB-pers over de
defensie af en toe te lezen staat. De ontevreden
held in Indlë over de defensie is echter vrucht
van de reis der NSB-deputatle door Indië. De
potjes koken gauw over ln de Europeesche
society In Indië.
De Stalinistische fractie heeft schoonmaak
onder het officierenkorps gevraagd, maar de
minister ls niet gewend zich roode boodschap
pen te laten aanleunen.
Te vreezen staat, dat het geld voor de sociale
verbeteringen minder gemakkelijk te vinden
zal zijn dan voor de militaire defensie.
De baan voor de mllitalristen wordt vrijge
maakt door de wegwilkende arbeidersbeweging
van de tweede en derde Internationale. In
Frankrijk stemmen communisten reeds voor de
hoogste oorlogsbegrootlngen, die het land ooit
gekend heeft.
De communisten maken de propaganda voor
een vrij Nederland met een reclameblljet, waar
van de kleuren sterk aan Blue Band doen den
ken en waarop voorkomen de woorden: onaf-
hankelljkhe d. welvaart en vrtJheld.
Er ls verwording van geest en beginsel onder
degenen, die voorheen alle defensie-uitgaven
veroordeelden. Twee Jaar geleden heette het
nog bff de communisten: Indonesië, los van
Holland. En nu kweeken ze een paniekstemming
tegen Japan. Die twee kunnen niet samengaan.
Bö de Vara worden Oranjedagen thans hoog-
tlidagen. Nationalisme viert hoogtij bü haar eD
haar geestverwanten.
De omzwaai ls büna niet te volgen en zeker
moeten deze groepen elkaar geen verwijten
maken.
De heer Sneevliet blijft echter aan het prin
cipe trouw om geen geld beschikbaar te stellen
voor-bewapening der bourgeoisie en van bour
geois! e-regeerin gen.
De heer v. KEMPEN (lib.) betoogt, dat do
aanvulling der Indische defensie te langzaam
gant. De bouw van een nieuwe kruiser moet
noodig thans worden voorbereid. Wat we nu
gaan doen is geen versterking der vloot, maar
inperking der verzwakking. Wat we nu gaan
bouwen is minder dan ons ln 1940 door ouder
dom zal ontvallen.
Het bouwen van landbommenwerpers maakt
aanleg van vliegvelden noodig. Voor zeevlleg
tulgen ziin die niet noodig. Daarom ls de aan
bouw daarvan veel goedkooper. Ook ls de le
vensduur langer.
De assurantiepremie voor Indlë moet ver
hoogd worden. Wie zich zelf niet helpt, wordt
ook door anderen niet geholpen. De vloot is de
voornaamste 10". waarlangs wjj ons hebben te
bewegen voor de verdediging van Indlë. Ge
hoopt werd. dat de minister op dit punt zeer
positief zich zal willen uitspreken.
De heer ARTS (r.k.d.p.) blijft afwilzend staan
tegenover meer uitgaven voor bewapening.
Het standpunt van den heer v Houten ls on
logisch. Wie een polltleleger voorslaat moet
verder gaan; een afweerapparaat moet voldoen
de zijn.
De plannen der Regeering grooter contin
gent en langer diensttijd kunnen niet wor
den aanvaard. Anders zou de heer Arts voor
do begrooting kunnen stemmen. HIJ zal dit ech
ter thans niet doen en ook ruin de verbetering
der Indische defensie zün stem onthouden.
AVONDVERGADERING
Tn de avondvergadering zette de heer EF-
FENDI (comm.) als ztln standpunt uiteen, dat
hU een sterk en weerbaar democratisch Indo
nesië wenscht, zoo sterk, dat aan het fascisme
de lust wordt benomen tot elk expansief avon
tuur.
Er ls een Japansch gevaar, waartegen Indlë
moet worden beschermd. De Regeering moet
het volk zoo weerbaar mogelijk maken. In
Indlë Is de verdediging nog weinig nationaal.
In de weermacht zün. ook tn de hoogere ran
gen, nog te weinig Inheemschen werkzaam. In
voering van een volksmilitie ls hoogst nood-
zakeliJk ln dezen tijd. Deze gedachte leeft in
het hart van eiken Indonesiër. De volksmili
tie moet een Bymbool zijn van Indoneslë's
eenheid.
Indië los van Holland beteekent: samenwer
king op voet van gelijkheid.
De voorgestelde versterking van de weer
macht voldoet echter niet aan de wenschen der
communisten voor Indië De kostenverdeellng
Is zoodanig, dat ztJ niet ls te aanvaarden. Ne
derland behoort alles te betalen.
De heer AMELINK (a.r.) bestrijdt den heer
v. Houten, die stelde, dat uit „heilig eigenbo-
lang" Nederland verkregen bezit verdedigt
Zün hier geen hoogere motieven denkbaar om
te verdedigen wat ln den loop der historie
onder Gods bestel tot ons ls gekomen?
Oorlog wil hier niemand. De vraag Is echter
of wü, wanneer we aangevallen worden, onze
verworven goederen van vrijheid en zelfstandig
volksbestaan mogen verdedigen. Dan kan het
antwoord niet twüfelachtlg zün.
Niet elke oorlog ls zondig. Dat leert CalvtJn
met een beroep op de H. Schrift. Ook Groen
van Prinsterer heeft ons dat duideltJk ge
mankt op prlncipieele en historische gronden.
We zün onder Gods zegen gegroeid uit een
langjarige worsteling tegen het toenmaals
overmachtige Spanje. God gaf ons ln de histo
rie een plaats ln do rü der volken. Die plaats
hebben we als erfdeel der historie onder Gods
bestel te verdedigen.
Ook prof. Bavinck heeft op grond van de
H. Schrift ons geleerd, dat niet elke oorlog
zonde ls.
Tegenover den heer Houten moet wor
den volgehouden, dat de antl-mlMtalrlstl-
ache ontwapening een onschriftuurlijke
dwaling Is, al voegen we daaraan toe de
bede. dat God ons voor eiken oorlog moge
bewaren.
Van het Ideaal der ontwapening zün we de
laatste jaren steeds verder afgeraakt. Dat legt
verplichtingen op.
De heer v. Houten zegt, dat men voor den
oorlog alle middelen geoorloofd moet achten.
Dat is onwaar. Gifgassen, bacteriologische mid
delen en dergelüke zün onmenschelök en te ver-
oordeelen. Maar als ze toch zouden worden aan
gewend, moeten we ons volk daartegen dan
niet beschermen? De heer v Houten wil dat niet
en wüst alle beveiliging van ons volk af. Ook
dat Is onmenschelök.
Oorlog was nooit aangenaam. Kokend water,
kokende olie en brandend pek waren ln het
verleden geenszins menschllevend.
„Ontwapening ls nationale zelfmoord" zoo
stond te lezen In de brochure, waarop de heet
v. Houten zich voor zün etandpunt beriep. Dat
beroep houdt geen steek.
Zonder zorg voor de verdediging van wege
de Oxerheld. zouden de burgers zich zelf weer
Wapenen en verdedigen. Dat ware een onge-
wenschte toestand.
Het standpunt van den heer Houten ls ook
In dit opzicht ln hooge mate onlogisch.
Aan de Regeering werd voorts verzocht ook
aan de economische verdedlglngsvoorbereldlng
alle aandacht te schenken en eveneens aan de
positie der onderofficieren, voor wie misschien
eenlg uitzicht ontstaat bü de uitbreiding der
batallons.
De heer WEITKAMP (c.h.) vestigde de aan
dacht op de voedselvovzlenlng ln tüd van oor
log. Onze landbouwpolitiek moet daar rekening
De delegatie van
den sultan van
Djocjakarta,
welke in verband
met het a.s. vor
stelijk huwelijk
in ons land ver
toeft, bracht gis
ter een bezoek
aan de Intern.
Cred. Han
delsver. R'dam te
Rotterdam.
mee houden. "We moeten niet als in 1914 op dit
punt opnieuw overrompeld worden.
Ook de heer KROL (c.h.) bestreed den heer
v. Houten met zün misplaatst beroep op de
Bergrede. Zün brochure-citaten zün waardeloos,
omdat ze door allerlei andere uitspraken wor
den weersproken. Dat geldt ook voor het be
roep op de drie vliegers.
De heer v. Houten wüst principieel elke ver
dediging af, onverschillig of we kans of geen
kans hebben met ons verweer.
Bovendien ls hb met zün polltleleger Incon
sekwent Wie dat wil, moet verder gaan.
Het woord ls dan aan den MINISTER VAN
DEFENSIE.
Hij merkte op, dat enkele redevoeringen
bulten of slechts ln zeer verwijderd verband
met de begrooting stonden. Hü laat die rusten
en behandelt dan eerst enkele hors d'oeuvres.
al vormen die op zich zelf bijna een maaltijd
Varia
De afkeuringen hij de Marine houden o.a.
verband met de strenge keuring. Bü de Marine
keurt men strenger dan bü de militie en daar
valt nog 40 af.
Waarom ex-militairen niet geschikt zouden
zijn voor controle-arbeid bü de steunregelin
gen, valt niet in te zien.
Wat zou de heer Westermnn doen, Indien de
staatsinstellingen, waaraan hü zijn hart ver
pand heeft, dag aan dag werden belachelijk
gemaakt onder hen, die geroepen zün die In
stellingen te handhaven? De minister doet
precies wat dan de heer Westerman zou doen.
Klachten over de geestelijke verzorging zal
de minister onderzoeken. Indien ze he<m worden
«ïeegedeeld.
Steun voor schietoefeningen tal worden
verwogen.
Wat de maréchaussée'a betreft, deelde de
minister mede. dat het corps in zijn militair
karakter wordt gehandhaafd, maar ten aan
zien van opleiding, vestiging en Indeeling zal
de Invloed van Justitie worden vergroot.
De verbodsbepalingen voor de S.D.A.P. ten
aanzien van ambtenaren onder één departe
ment gelden niet voor capitulanten. Anders
zou het ambtenarenverbod op onrechtmatige
wijze worden uitgebreid.
De zaak van de laatstontslagenen bl1 de Ma
rinewerf is ln onderzoek. Ook omtrent ver
schillende cpmerkingen van den heer Ter Laan
zal de minister zich doen Inlichten.
De bevorderingskansen der onderofficieren
zijn gering. Van de oprichting der derde com
pagnieën zal eerst later voordeel kunnen wor
den getrokken.
Voor de oud-gepenalonneerden zijn door ver
schillende kabinetter. gunstige maatregelen
genomen. Moet de heer Ter Laan daar nu altijd
weer op terugkomen?
De bevordering bij keuze van luitenants tot
kapitein moet Inderdaad zeer worden beperkt.
Dat zegt de minister, al ls hü zelf indertijd hü
keuze bevorderd met overspringen van 187 lui
tenants in de ranglijst.
Aanwijzing van een opperbevelhebber 1n
vredestijd ls niet noodig De natuurlijke bevel
hebber ls de chef van den generalen staf. mits
hij ook in vredestöd het bevel heeft gevoerd
over een deel van het veldleger. De keuze voor
deze functie zal dus moeten geschieden uit de
jongere diivisiecommandanten.
De minister ls bereid bij de toelichting der
begrooting een samenvatting te geven van alle
defensie-uitgaven, ook voor zoover ze op an
dere begrootingen voorkomen.
Voor aanschaffing der zes Dornlers stond een
beglnselpost op de begrooting. Voor de Glenn
Martins, de landbommenwerpers. was dat niet
het geval. Er was een zeer bijzondere reden,
waarom tot dien aankoop ls overgegaan. Had
de minister er 60 kunnen krügen. dan had hij
het ook gedaan. Zoo was de situatie.
Samenstelling weermacht
De minister heeft thans een eventueelen op
volger. die de begrooting voor 1938 behandelen
zal. niet willen binden wat betreft de samen
stelling der weermacht
Eigenlijk la die samenstelling van allerlei
omstandigheden afhankelijk. In het verleden ls
allerlei op internatlorfaal gebied langs ons
heen gegaan. Bij het aanbreken van deze eeuw
werd het anders. De spanningen werden groo
ter en we werden er dichter bü betrokken. Er
zijn toen maatregelen genomen In 1901 en ln
1912 Vervolgens kwam de wereldoorlog; we
mobiliseerden 400.000 man. Op deze Jaren volg
de een periode van verademing, totda,. om
streeks d.rle Jaar geleden het Internationaal
aspect volkomen veranderde en de herbewape
ning ln razend tempo werd hervat. Dat noopte
tot koerswüztglng.
In 1936 ls voor de weermacht 37 mll-
lloen meer uitgetrokken dan ln 1935;
voor 1937 ls het cijfer 46 mlllloen. Het is
niet gering en toch nog maar een eerste
stap.
We hebben de feiten te aanvaarden.
En feit ls. dat Nederland en ook Indlë In de
zftne van ernstige gevaren liggen, ook al
schijnen ze nog niet onmiddellijk te dreigen.
De ontwikkeling der Internationale verhoudin
gen bracht ons ln die situatie.
Daarom Is het noodig te doen wat tn ons
vermogen ligt om buiten rampen te blijven en
ons anderer hulp waarop gerekend ag wor
den. waardig te maken. We hebben te toonen
op behoud cmzer onafhankelükheld prüs te
stellen.
Is de Volkenbond zwak en zijn de machten
eT bulten sterk, dan moet de Inspanning der
leden grooter zijn. zal het beginsel der collec
tieve veiligheid waarde houden.
Natuurlijk moeten we niet In ©en waanzin
nige angst alles achterstellen bij de voorzie
ning in het militaire.
Sommige landen financieren hun militaire
uitgaven uit hun budgetalre tekorten, Jaar op
Jaar. Zulk ©en politiek 1s van dit kabinet niet
te verwachten en ook niet van het volgende,
naar te verwachten Is.
Het geld moet komen, heeft de heer Wen
delaar gezegd. Maar de vraag ls: hoeveel en
waar vandaan?
Nu de zeemacht en de landmacht ln Indlë
verbeterd moeten worden, was het een voor
deel. dat Koloniën en Defensie ln één hand
waren.
De zeemacht
Over het plan-Deckers bestaat nog al wat
misverstand wat de onderdeelen betreft.
Voor Nederland stonden er onderzeehooten
op. Behield do minister die, dan moest hü af
zien van de bemanning van een deel deT Indl
sche vloot. De gevaren afwegende gaf hij d©
voorkeur aan bemanning der Indische sche
pen. Ook moest met de financieel© gevolgen
worden gerekend.
Er Is nu een personeelsorganisatie» opge
bouwd in cvereenstmmlng met den omvang
der vloot, zooals die er na den voltooiden aan
vullenden bouw zal uitzien. Alles bijeen zal dan
22 24 millio-en meer voor Marine zijn uit
gegeven. We zijn dan 3 Jaar verder. Is dat be
drag nleb genoeg? Het zal den minister ver
heugen als Nede-rla, d en Indië samen het
zullen kunnen opbrengen.
De torpedo-motorboot Is een waardevol wa
pen. Maar we moeten niet aan wat nieuws be
ginnen. eer we hebben wat ons nog ontbreekt
var. het plan-Deckers.
De torpedo-motorbooten hebben voorts één
bezwaar: bü eenlgszlns ruwe zeo zün ze niet
te gebruiken.
Sneller aanbonw
is niet mogelijk. Voor een oorlogsvaartuig
hebben we 2 2l 2è jaar noodig. Een kruiser bou
wen we in 3 Jaar. Maar al gaat het wat vlug
ger met bouwen, dan is de bemanning er nog
niet. Vooral de opleiding van technisch perso
neel vordert tijd. Torpedomakers b.v. stampt
men niet uit den grond. De opleiding werkt op
volle kracht.
Mep kan. in dit opzicht onzen tüd niet ver
gelijken met dien van De Ruyter en Tromp.
Als de schepen klaar zijn, dan ls ook de
bemanning klaar.
In voorafgaande Ja,ren ls de opleiding v
zee-officieren zeer beperkt. In 1932 zijn slechts
6 'ongeileJen aapgvnomen, In 1933 9. !n 1934 20.
1n"1934 23 en ln 1936 30. Het gaat dus in de
goede richting.
De krniservraag
De vraag van vernieuwing van et bestaande
ls nog niet aan de orde. Eerst ln 1942 of 1913
zou pen kruiser op stapel moeten worden go-
zet. Mocht het eerder noodig zijn. dan kan
een beslissing worden genomen.
De Java en Sumatra zijn geenszins on
bruikbaar. Ook andere vloten hebben min
der modern materieel.
Voor een Indische vloot kunnen voor
zoover de minister thans kan oordeelen
kruisers niet worden gemist.
De heer WENDELAAR (Lib.): Ik ben u zeer
dankbaa. voor deze verklaring.
De MINISTER: Daar hebt u niets aan, tenzij
1k in 1940 achter de ministerstafel zou staan
en de omstandigheden niet veranderd zijn.
De bommenwerpers
zün onmisbaar. Een tweede groep van 39 Is
noodig Dat heeft met concurrentie met zee
verkenners niets te maken.
De bommenwerpers zijn bestemd voor snejle
aanvallen op steunpunten, die een vljandelüke
vloot zich zou hebben gekozen.
In Indlë zijn reeds 63 grootere en kleinere
vliegvelden. Er moeten er nog 4 of 5 bükomen,
Niet- alleen- aan de kust. maar ook In het bin
nenland zijn deze vliegvelden gelegen.
Hier te lande
Ons contingent ls te klein voor een goede
mobilisatledekklng en met het oog op het
nieuwe materieel, dat er is en nog noodig ls.
Er is reeds 5nnn man meer noodig voor het
eerste doel en 1500 man voor dt nieuwe wa
pens. Dan verzorgen we alleen maar wat er Is
We hebben echter 15 lichtingen. Zouden we
moeten ihohlllseeren. dan hebben we na 1 Jaar
nog maar 1500 man. Willen we alle lichtingen
van de nieuwe wapens voorzien, dan zijn voor-
loopig 6000 man per jaar meer noodig. Zoo ls
i minister tot zijn 32.009 man gekomen.
Bü mobilisatie gaat het niet meer om dagen,
maar om uren. Daarom ls het noodig te zor
gen. dat er ten allen tüde voldoende troepen
zijn.
Die waren er niet. Maar ©r zlin noodmaat
regelen genomen, waardoor ln de behoefte ls
voorzien. De grenstroepen tellen ongeveer
25.000 man. Maar daarnaast moet 'n kern altild
onder de wapenen zijn. Rekenen we voorts
nog met beschikbare locale hulpkrachten, dam
ls menschelükerwijs gesproken het gevaar, dat
w© onder den voet gcloopon worden, niet gr»
meer.
Er zijn natuurlijk nog betere plannen
maken, maar die zün ook veel duurder.
De minister laat zün plannen thans uitw
ken in den vorm van een ontwerp vran wet
Een derde euvel van onze weermacht is I
tekort in de nitrnsting
Indië moet er nog 39 bommenwerpers
hebben. En met de 6 millloen. die voor Ned
land zün uitgetrokken, staan we voor de lud
macht nog maar aan het eerste begin.
De vliegtuigen moeten aan verschillet
elschen voldoen. In Indië Is groote actierad
odig, hier groote snelheid. De aanbouw g|
niet zoo snel: één per maand is al mooi. I
1s echter te langzaam en daarom zullen
zondere maatregelen worden genon. >n. Het
noodig zijn de eerste aanwinsten behoor!
ln te vliegen en den dienst te organiseer
Daarvoor zün nu een paar Jaar beschlkbaai
Kunnen we wat mogelijk is betalen?
Voor de vloot Is 16 17 mlllloen per J
noodig om de vloot van het schema-Deck
In stand te houden. Meer schepen beteek
meer bemanning en meer kosten van varen.
Voor de weermacht hier te lande zouden
15 mlllloen meer per jaar noodig hebben, be
vens enkele tientallen millioenen aan kapltas
uitgaven.
Door tekorten mogen deze hoogere ultgai
iet worden gefinancierd. Toch mogen we
ilet stilzitten.
De nieuwe uitgaven moeten door Nederl
n Indlë samen worden gedragen, zoodra In
r weer boven op is.
D© toestand is thans moeilijk te overzien
daarom dient ©en program van urgentie
worden opgemaakt, dat In staat stelt om na
gaan wat gedaan kan worden.
De minister acht het een elsch van polltli
eerlükhedd deze dingen concreet ter kennis
het Nederlandsche volk te brengen eer de
bus opengaat.
De centingcntsverhooglng kan niet wer
voor 1938. En met geld kan men niet a
dwingen ln dezen tlid.
Aan de economische en lndustrleele oorle
voorbereiding wordt alle aandacht geschonl
De omvangrijke organisatie, die eT voor noo
ls. wordt opgebouwd.
Dat de heer Albarda voor de Indische defei
zal stemmen, waardeert de minister. Maar i
dat hij aan de Nederlandsche defensie
stem onthoudt. HIJ stemt daarbij niet voor I
komstlge plannen, maar voor wat op 't oog
blik noodiig ls.
Het percentage onzer hoofd- en vlagoffl
ren bij de Marine is 12 In Zweden dat g
vloot ln overzeesche gebieden heeft, ia
15 en ln Engeland 23
Het argument oveT gebrek aan efficle
Is dus niet juist. De loglea, die -d©n heer
barda gewoonlijk siert, heeft hem in dit gt
verlaten.
Ten slotte de heer v. Houten.
Hij Is een eenling geworden en wil o
steden met bommen laten bestrooien zonde»
iets tegen te doen. H(1 verloochent ook o
historie en verklaart door zlln houding,
onze vaderen geen besef van hun zedelijke
ping hadden ln den strijd tegen Spanje en
gen de dwlngiandü van Napoleon.
Voor zoover het binnen haar bevoegdheid
macht ligt, heeft d© overheid tegen te g
do schending van ons recht en onze zelfst
dlgheid. Het erfdeel der vaderen moet
schermd met de daartoe geëigende midde
Doet ze haar plicht, dan mag ze ook bid
om hulp van Hem, Die ook het lot der vol
bestuurt.
Hier ligt het beginsel waarom het gaat.
standpunt van den heer v. outen Is nie*
overeenstemming met de roeping der overh
zooals de antlrev. die zien, maar zuiver
toiaansch.
's Ministers rede had 2 uur en een kwar
geduurd.
Devalgemeene beschouwingen werden
sloten.
ARTIKELEN
Bij art 143 tpreekt de heer K. TER LJ
(s.d) over de arbeidscontraeters bü de artl
He-inrichtingen. Er zün er teveel en met
gen diensttü'd. Verder bepleit hü Instelling 1
een velllgheidscommlssle.
Ook de heer SCHAEPMAN (rlc.) wenscht
betere verhouding tusSchen het vaste en
losse personeel.
De MINISTER merkt op. dat het op gr
schaal aanstellen van vast personeft] aan
bedrijf bezwaren heeft.
De begrooting der Artlllerle-lnrlcht!»
wordt z.h.st goedgekeurd. Idem de Vestln
grooting en het Defensiefonds. fTegen de he
Wünkoop. Sneevliet en v. Houten.
De stemming over de begrooting wordt
gehouden tot hedenmiddag na de opening
vergadering.
Hetzelfde geschiedt met de suppletoire
grooting van Koloniën voor de verhooging
Defensie-uitgaven voor Ned.-Indië.
Begrooting vafl Koloniën
Aan de orde ls daarna de begrooting t
Koloniën.
De heer v. BOETZELAER v. DUBBELDi
(c.h.) vraagt inlichtingen over de besteding!
25 mlllioen, welke door Nederland ter bescB
king van Indië zün gesteld. 1
Spr. zou den naam Suriname willen veraif
ren in Nederl.-Guyana, zooals Curacao zal S
ten de Nederl. Antillen. Spr. wil meer suil
zien aangevoerd tegen uitvoer van meer f
condenseerde melk. l
De heer SCHAEPMAN (r.k.) verwacht, dal
minister ta.v. den invoer van suiker uit It1
de belangen der Nederl. suikorproducenten i,
uit het oog zal verliezen.
De heer WIJNKOOP (comm.) wil de belanf
der Inheemsche industrie niet uit het oog dJ
verliezen bü de besteding der 25 mlllloen. I
MINISTER COLIJN zegt, dat de naam S,
name al lange jaren bestaat
De 25 mill, worden uitgetrokken op de I
sche begrooting. Dezer dagen zal voor 1936
suppletoire begrooting verschünen. Voorts
er een desbetreffend voorstel van den mini
van Financiën lcomcn. Den heer Wijnkoop
woordt spr., dat er ook een post Is ten beh<
van lnl. bouwarbeiders. Wat de suiker bet
is het belang der Nederlandsche suiker niet
het oog verloren, evenmin dat van den suil
handel.
Het begrootings-hoofdstuk wordt z.h.st
genomen. Tegen de heeren Wünkoop en
vliet
De vergadering wordt te 12.35 verdaagd
de3 middags één uur.
genezen vlug m
Doos30-60ct.BijApoth.en Drogi:
61. Een. twee. een twee, weg marcheert de
troep. Wij natuurlijk er achter. Maar al
spoedig -aat het generaal Rechtsomkeert
niet vlug genoeg en hij commandeert „ln
galop marsch!" En daar gaat me de heele
troep aan het sprongen maken, dat je er
versteld van staat. Elke plotselinge zwen
king wordt met gemak uitgevoerd, waarbij
ze hun staart als roer gebruiken. Prachtig
is dat!
62. Wij kunnen den troep natuurlijk i
meer bijhouden. Toch hollen we door, w
we willen graag zien. hop hpt aflooyl.
we eindelijk den boom van Hein \V<
naderen zien we nog juist, hoe een aa:
eekhoorns. met den generaal vuorop. in
boom verdwijnt, terwijl de rest den hr
omsingelt. Uit angst durven we echter i
vlakbij te komen.
(Wordt vervol