Minister Coiijn over de Defensiebegrooting Ruwe hande PUROI DE AVONTUREN VAN PIEPNEUS EN BIBBERSNOE WOENSDAG 16 DECEMBER 1936 DERDE BI AD PAG Tweede Kamer In Indië zoowel als in Nederland moet er meer gebeuren Vermeerdering van het contingent tot 26.000 man is voor behoorlijke mobilisatiesterkte noodig .Vergadering van 15 December 1936 Pverzicht Nieuwe dingen heeft de Dinsdag nir.t gebracht. De rede van den heer v. Dijk was voor- jtreffelijk, mede omdat zij degenen, wien het aanging, nog eens er aan herinnerde- onder hoe moeilijke omstandigheden hij de inderdaad onvoldoende Legerwet van 1922 heeft moeten tot stand brengen. Er is toen berust, roede met het oog op de om standigheden, maar onvoldoende was de nieuwe legerorganisa-tie ongetwijfeld. Daar om te meer verdient alies krachtigen steun, dat er toe leiden kan onze weermacht te ver sterken. ge jij k door de verhoudingen in de Wereld thans wordt geëiscliL Er is reeds veel gedaan. Maar we moeten verder. Met name voor de vloot. In zake de kruisers zoo drong de heer v. Dijk aan kieze de Regeering een definitief standpunt. De vliegtuigensterkte moet nog verder wor den uitgebreid. Ook de moederlandsc-he kustverdediging zal verbeterd moeten worden. Zeker zal fictief optreden mogelijk moeten blijven. De soc.-dem. zijn-bezig opeen groot aantal f;ri>ote vergissingen terug te komen. Het gaat angzaam. Echter zijn de argumenten wei nig serieus om hun aarzelende houding te verdedigen. Heel die houding is inconse- kwent, omdat de defensie-uitgaven voor In dië en die voor het moederland nauw yer band met elkaar houden. De heer Ter Laan had weer allerlei prac- tische wenschen, terwijl de heer Wijnkoop koene sprongen door het luchtruim maak te. Om zijn militairisme werd hij door Snee- Vliet later geducht faire genomen. Deze Verweet tevens en terecht den heer v. Houten met zijn politie-leger inconse- kwentie. Deze achteraan zeulende democraat moet Eijn politie-leger ook goed willen uitrusten en dan komt hij, waar de soc.-dem., in wier paadje van vroeger hij thans loopt, dezer da gen zijn aangeland. Al zijn ontwapenings- pathos is dan ook niets dan woordenspel en kan slechts degenen, die met de oogen dicht Idoor het leven gaan, misleiden. De rede van den heer v. Kempen kunnen We passeeren: ze 'bracht geen nieuws. Dat deed ook die van den heer v. Poll niet, al gaf ze dan ook puntig weer de grondfout van alle ontwapenaars, die wel gelooven in den mensch, maar vergeten, dat een van God los geslagen wereld verloren gaal Met genoegen hoorden we verder zijn be toog tegen degenen, die zoo onverstandig en onvaderlandslievend zijn te onderschatten hetgeen waarover we voor onze weermacht beschikken. Onze positie is minder ongun stig dan de ijveraars zonder veratand wel eens voorgeven. Aan het slot van den middag leverde de ïieer Arts nog een bijdrage om te doen zien, hoezeer ook hij onder d ;n invloed der gewij zigde omstandigheden is gekomen. Zijn af wijzing der milita're uitgaven klonk hiel Wat minder positief dan voorheen. In den avond ging het deba1 voort. Het wachten was echter op den minister Van Defensie. Echter willen we niet onvermeld laten de mooie, principieele rede, waarmee de heer Amelink het anta-militairisme van de C. D. U. bestreed. Haar onschriftuurlijk stanJ- punt wordt door onze beste voormannen uit het verleden op grond van Gods Woord en met een beroep op de historie veroordeeld. Calvijn, Groen van Prinsterer en Dr. Bavinck hebben op dit punt ons duidelijk den weg gewezen. Wat de heer v. Houten wil, komt er op neer, dat ons volk onbeschermd aan 'de gruwelen van den modernen oorlog wordt overgeleverd. Dat is noch Christelijk, poch historisch, noch democratisch. Op de rede van den minister komen we nog nader terug. Verslag Voortgezet wordt de behandeling van hoofd stuk 8 (dep. van Defensie) der Rljksbegrootlng voor 1937. De heer VAN DIJK (a.r.) prüst den minister voor zün bemoeiingen to.v. werklooze reserve officieren. Spr. waarschuwt den minister, toe te zien. dat het corps maréchaussee niet op een gegeven oogenblik aan het dep. van Defensie wordt ontfutseld. Spr. zet uiteen, dat do dienstplichtwet 1922 tot stand ls gekomen In een tüd toen van den Volkenbond en ontwapening veel werd ver wacht Do geheele Iegerorganisatie hield daar mede verband. De eerste oefentijd Is te gering, het verlofskader onvoldoend geoefend. Er zün kleine en teveel lichtingen en te weinig herha lingsoefeningen. Het heeft destUds zelfs nog de grootste moeite gekost dezen onvoldoende op zet aangenomen te krijgen. Aanvankelijk kon men zich bü den nieuwen toestand nederleggen. omdat er vooralsnog geen verstoring van don vrede te verwachten was en er nog een reserve was van ln den oorlogstijd geoefende manschap pen. Destructie door bezuiniging Dooh de bezuinigingen op de Defcnsle-ultgn- ven gingen voort. Thans wil de minister geluk kig de ergste onvolkomenheden weer wegne men door het verbeteren der formate van het bataljon. De infanterie ls gaan lilden aan bloeil armoede. Met d<> marine is het niet anders. Na het verwerpen der vlootwet zijn er wel eenlge schepen aangebouwd, maar van een bepaald plan ls niets gekomen. Ook het personeel-vruag stuk is door de bezuiniging aangetast, zoodat er niet lang geleden voor de schepen in Indië geen voldoende bemanning aanwezig was. En dan do luchtmacht. De minister erkent dat er aan de paraatheid van den militairen vliegdlenst v.-d ontbreekt. Zulks geldt de vliegtuigen zoowel als de toerusting ervan, b,v. voor blind- en nucht- vliegen. Zoo wao de toestand onzer weermacht tot voor korten tjd. Met spoed moest worden ingegrepen om het verzuim zooveel mogelijk ln te halen Spr. zal thans niet in bijzonderheden treden over den Internationalen toestand. Doch de be wapeningen te land en ter zeo worden ongo- breldeld versterkt en uitgebreid. Nederland kan het terrein van strjid worden als in onze weer macht geen aanleiding gevonden kan word n, dien althans eenlgen tijd tegen te gaan. Reke ning hebben we te houden met strategische over vallingen, welke onze mobilisatie en concen tratie ernstig bemoeilijken of onmogelijk maken kunnen, als er geen middelen zijn bij of achter de grenzen om die overvallingen met succes tegen te gaan. Onze regeering heeft al veel gedaan om de moeilijkheden het hoold te bieden, defensl-s- fonds, maatregelen voor leger en vloot. Snelheid belangrijke factor Snelheid ls thans een belangrijke factor Spr. neeft altijd betoogd, dat met pf zonder defensie fonds de begrootingen zouden moeten stijgen. Na een aanvankelijke wijziging der dienstplicht wet zal er een omvangrijke uitbreiding dezer wet moeten volgen. We kunnen niet ontkomen aan contingentsuitbreidlng en verlenging van den eerste-oefeiilngstUd. Het aantal lichtingen dat ln 1922 noodig was. kan worden Ingekrom pen, hoeveel, zai afhangen van omstandigheden doch men steil# er zich niet te veel van voor. Grensbescherming Het stelsel der regeering t.o.v. de grensbe scherming tegen ovérvallingen komt spr juist voor. Door haar maatregelen la een organisatie ln het leven geroepen die we dankbaar hebben te aanvaarden. We mogen thans aannemen, dat Het Vlootplan «al worden uitgevoerd althans voor Indlë. Daar btl zUn eenlge vraagpunten gerezen, om. het vraagstuk betreffende kruisers of vliegtuigen. Spr. Is het er niet mede eens. dat de bestaande kruisers Java en Sumatra niet goed zouden ziin. Z\j zuilen gelijksoortige schepen kunnen staan en In elke marine hun plaats kunnen innemen. Van een reserve-vloot Is er echter niet veel te rechtgekomen. Het spijt spr.. dat de minister t.a.v. de vloot ln Indlë nog geen definitief stand punt heeft Ingenomen. Doch wel weet spr. Jat geen enkele buiteniandsche zeemacht ter wille van vliegtuigen het kraehtelement geheel zou willen doen verdwijnen. Voor de vliegtuigen zal toch een vlootorganlsatle van betee'kenls noo dig zUn. Zeevllegtulgen zullen alleen deel uit maken kunnen van een vloot, landvllegtulgen zullen van bepaalde punten uit alleen spron gen kunnen maken. De zestig zeevfiegtulgen naast de 39 bommenwerpers der landmacht z\)n onvoldoende. De kustverdediging Ook de kustverdediging van het moederland acht apr. nlat voldoende. Zullen de onderzoo- booten en torpedojagers moeten verdw'iinen? Waar bliiven de flottleljelelders? Althans als men zich Inderdaad beperken wil tot münver- sperrlngen, voor de zeegaten. Spr. vindt het standpunt van de regeering onbegrüpeliik. Elk actief optreden is zoodoende onmogdifk. De preventieve werking elscht. dat er altild een zekere hoeveelheid materiaal aanwezig ls. Hoe groot het mlr-imum moet zijn, ls moeilijk nauw keurig te omschrijven. Spr. bestrijdt de houding der Vrtlz. Dem. en Soc. Dem. fract'es ln dit debat. Er zou volgens den heer Albarda geen efficiency ztin. welke zou blijken uit een te groot aantal zeeofficieren. Is dit een serieus argument? Er zou met mlnd>r dan het gevraagde kunnen volstaan worden t.a.v. de grensbewaking. Is het niet juister, dat de Soc. Dem. trachten, pp een aantal groote vergissingen langzaam terug te komen? Ze willen tegen de defensiebegrooting, voor de In dische defensie-uitgaven stemmen, ondanks het nauwe verband. Spr. wijst op het Inconsequente daarvan. Men had of de. defensie-begrooting ook moeten aanvaarden of ook de Indische defensie- uitgaven afwijzen. Men ls daar practlsch nog niet zoo ver verwijderd van het vroegere stand punt De heer K. TER LAAN (soc.-dem.) dringt aan op meer duidelijkheid Inzake de totale defensie uitgaven. Spr. vestigt de aandacht op de slechte bevorderingskansen der onderofficieren, van wie toch zooveel afhangt. De heer WIJNKOOP (comm.) crltlseert het op treden der fascisten In Spanje en wUst op het geheime verdrag dat er tusschen Japan en Dultschland moet bestaan. Het bekende ver drag reeds ls een aanval op den vrede (de voor zitter hamert). Het ls voor Indonesië noodls dat hierover eens wat wordt gezegd. Met cita ten betreffende het optreden der N.S.B. in Indlë. wordt getracht dit duidelijk te maken. Noodig ls een gewapende democratie en een leger, dat vrij is van fascistische smetten. Voor den heer Wijnkoop ls er maar één conclusie. In Indonesië moet de volksmassa zelf weer baar gemuakt worden ter verdediging van haar eigen belangen. Wat verschillende belangen van gepenslon- neerden betreft sluit de heer Wijnkoop zich aan dU den heer ter Laan. De heer v. POLL (r.k.) ls verheugd over den omkeer en de houding der soc.-dem. Vroeger heette afschaffing der oorlogsmacht (jemocrat'sche roeping. Nu wiist de heer Vliegen ontwapende democratieën af. Hadden we In 1930 gehandeld naar de denkbeelden van de soc.-dem. dan waren we naar de woorden van den heer Vliegen thans een ontwapende democratie, dia een gemakkellfke prooi zou zijn voor een tot de tanden toe gewapend fascisme. Vanwaar die omzwaai? Van de zUde der ontwapenaars ls des tijds teveel vertrouwen gesteld In uiterlijke verschijnselen. WH kunnen geen vertrouwen hebsen ln een van God losgeslagen wereld, die een grondslag mist voor godsdienst en zedewet. Te Katwijk had gisteren 'de begrafenis plaats vart het stoffelijk overschot van den K.L.M.-mecanicien J. Verkerk, een der slachtoffers van de „Lijster"-ramp. De plechtigheid op het kerkhof. dlonsttiidverlenging. Met kosten moet natuur lijk worden gerekend. Er moet geen oneven wichtigheid zijn. Ook de heeren Wendelaar en Weoterman zUn doorgeslagen naar het tegendeel van wat vroe ger zich voordeed. We kunnen echter niet heel onze volkshuishouding opofferen aan het mili taire apparaat. Wel dienen we paraat te ztJn in dezen tijd. waarin we reeds den hoefslag hooren van den derden ruiter uit de Openbaring. Strateglscn* overvallen bedieigen ons. Of ter afweer een lichting van 32000 man en 12 maanden diensttlld noodig zijn kon de heer Poll niet beoordeelen We moeten lntusschen wat we hebben niet onderschatten. Ook ln dit opzicht ls er schade lijke overdrijving. In indië krijgen we nu, na Engeland, net sterkste eskader. Japan ligt voor aanvallen op ons gebied niet gunstig. De afstand ls 5000 K.M. en het vaar water zeer gevaarliik. Voor schepen en vlieg tuigen is deze situatie niet gemakkelijk. Er zlJn 10 dagen noodig om varend onze vitale plaat sen te bereiken, terwijl het onmogelijk Is om niet bommen beladen vliegtuigen over zoo lan gen afstand onafgebroken heen en terug ln te lucht te houden. Met onze nieuwe vliegtuigen zullen we bo vendien de meerdere van Japan zijn. Er Is dan ook geen enkele reden om te onderschatten het materiaal, waarover we beschikken. Onjuist werd het geacht, dat de Regeering de eerste zes bommenwerpers heeft aangeschaft zonder vooraf de noodlge gelden bi) de Staton- Goneraal aan te vragen. De lieer SNEEVLIET (r.s.a.p.) vraagt naar do oorzaken van de vele afkeuringen onder hen, die zich voor de Marine aanmelden. Capitulanten. oud-onderofficieren, moeten niet aangesteld worden als controleurs bü de steun- verleenlng. Ze zullen ln het algemeen de daar voor noodige menschelijkhelds-elgenschappen missen. In zijn principieel betoog ls de heer v. Hou ten Inconsekwent. Zlin polltleleger zal tegen over buiteniandsche overvallers weinig anders kunnen handelen dan het defensie-apparaat der Regcering. Men moet niet meenen, dat alleen van de zijde van Duitschland oorlogsgevaar dreigt. Er staan meer heksenketels te vuur. In China rommelt het en is Spanje niet genoemd het begin van den wereldoorlog? Het stemmen van de S.D.A.P. tegen deze defensiebegrooting ls een laatste reserve voor de algeheele capitulatie aan de bourgeoisie. Deze minister verdient voor zijn beleid van het standpunt dergenen, die voor de defensie uitbreiding zijn. hulde. Sommigen maken zich zenuwachtig om wat In de NSB-pers over de defensie af en toe te lezen staat. De ontevreden held in Indlë over de defensie is echter vrucht van de reis der NSB-deputatle door Indië. De potjes koken gauw over ln de Europeesche society In Indië. De Stalinistische fractie heeft schoonmaak onder het officierenkorps gevraagd, maar de minister ls niet gewend zich roode boodschap pen te laten aanleunen. Te vreezen staat, dat het geld voor de sociale verbeteringen minder gemakkelijk te vinden zal zijn dan voor de militaire defensie. De baan voor de mllitalristen wordt vrijge maakt door de wegwilkende arbeidersbeweging van de tweede en derde Internationale. In Frankrijk stemmen communisten reeds voor de hoogste oorlogsbegrootlngen, die het land ooit gekend heeft. De communisten maken de propaganda voor een vrij Nederland met een reclameblljet, waar van de kleuren sterk aan Blue Band doen den ken en waarop voorkomen de woorden: onaf- hankelljkhe d. welvaart en vrtJheld. Er ls verwording van geest en beginsel onder degenen, die voorheen alle defensie-uitgaven veroordeelden. Twee Jaar geleden heette het nog bff de communisten: Indonesië, los van Holland. En nu kweeken ze een paniekstemming tegen Japan. Die twee kunnen niet samengaan. Bö de Vara worden Oranjedagen thans hoog- tlidagen. Nationalisme viert hoogtij bü haar eD haar geestverwanten. De omzwaai ls büna niet te volgen en zeker moeten deze groepen elkaar geen verwijten maken. De heer Sneevliet blijft echter aan het prin cipe trouw om geen geld beschikbaar te stellen voor-bewapening der bourgeoisie en van bour geois! e-regeerin gen. De heer v. KEMPEN (lib.) betoogt, dat do aanvulling der Indische defensie te langzaam gant. De bouw van een nieuwe kruiser moet noodig thans worden voorbereid. Wat we nu gaan doen is geen versterking der vloot, maar inperking der verzwakking. Wat we nu gaan bouwen is minder dan ons ln 1940 door ouder dom zal ontvallen. Het bouwen van landbommenwerpers maakt aanleg van vliegvelden noodig. Voor zeevlleg tulgen ziin die niet noodig. Daarom ls de aan bouw daarvan veel goedkooper. Ook ls de le vensduur langer. De assurantiepremie voor Indlë moet ver hoogd worden. Wie zich zelf niet helpt, wordt ook door anderen niet geholpen. De vloot is de voornaamste 10". waarlangs wjj ons hebben te bewegen voor de verdediging van Indlë. Ge hoopt werd. dat de minister op dit punt zeer positief zich zal willen uitspreken. De heer ARTS (r.k.d.p.) blijft afwilzend staan tegenover meer uitgaven voor bewapening. Het standpunt van den heer v Houten ls on logisch. Wie een polltleleger voorslaat moet verder gaan; een afweerapparaat moet voldoen de zijn. De plannen der Regeering grooter contin gent en langer diensttijd kunnen niet wor den aanvaard. Anders zou de heer Arts voor do begrooting kunnen stemmen. HIJ zal dit ech ter thans niet doen en ook ruin de verbetering der Indische defensie zün stem onthouden. AVONDVERGADERING Tn de avondvergadering zette de heer EF- FENDI (comm.) als ztln standpunt uiteen, dat hU een sterk en weerbaar democratisch Indo nesië wenscht, zoo sterk, dat aan het fascisme de lust wordt benomen tot elk expansief avon tuur. Er ls een Japansch gevaar, waartegen Indlë moet worden beschermd. De Regeering moet het volk zoo weerbaar mogelijk maken. In Indlë Is de verdediging nog weinig nationaal. In de weermacht zün. ook tn de hoogere ran gen, nog te weinig Inheemschen werkzaam. In voering van een volksmilitie ls hoogst nood- zakeliJk ln dezen tijd. Deze gedachte leeft in het hart van eiken Indonesiër. De volksmili tie moet een Bymbool zijn van Indoneslë's eenheid. Indië los van Holland beteekent: samenwer king op voet van gelijkheid. De voorgestelde versterking van de weer macht voldoet echter niet aan de wenschen der communisten voor Indië De kostenverdeellng Is zoodanig, dat ztJ niet ls te aanvaarden. Ne derland behoort alles te betalen. De heer AMELINK (a.r.) bestrijdt den heer v. Houten, die stelde, dat uit „heilig eigenbo- lang" Nederland verkregen bezit verdedigt Zün hier geen hoogere motieven denkbaar om te verdedigen wat ln den loop der historie onder Gods bestel tot ons ls gekomen? Oorlog wil hier niemand. De vraag Is echter of wü, wanneer we aangevallen worden, onze verworven goederen van vrijheid en zelfstandig volksbestaan mogen verdedigen. Dan kan het antwoord niet twüfelachtlg zün. Niet elke oorlog ls zondig. Dat leert CalvtJn met een beroep op de H. Schrift. Ook Groen van Prinsterer heeft ons dat duideltJk ge mankt op prlncipieele en historische gronden. We zün onder Gods zegen gegroeid uit een langjarige worsteling tegen het toenmaals overmachtige Spanje. God gaf ons ln de histo rie een plaats ln do rü der volken. Die plaats hebben we als erfdeel der historie onder Gods bestel te verdedigen. Ook prof. Bavinck heeft op grond van de H. Schrift ons geleerd, dat niet elke oorlog zonde ls. Tegenover den heer Houten moet wor den volgehouden, dat de antl-mlMtalrlstl- ache ontwapening een onschriftuurlijke dwaling Is, al voegen we daaraan toe de bede. dat God ons voor eiken oorlog moge bewaren. Van het Ideaal der ontwapening zün we de laatste jaren steeds verder afgeraakt. Dat legt verplichtingen op. De heer v. Houten zegt, dat men voor den oorlog alle middelen geoorloofd moet achten. Dat is onwaar. Gifgassen, bacteriologische mid delen en dergelüke zün onmenschelök en te ver- oordeelen. Maar als ze toch zouden worden aan gewend, moeten we ons volk daartegen dan niet beschermen? De heer v Houten wil dat niet en wüst alle beveiliging van ons volk af. Ook dat Is onmenschelök. Oorlog was nooit aangenaam. Kokend water, kokende olie en brandend pek waren ln het verleden geenszins menschllevend. „Ontwapening ls nationale zelfmoord" zoo stond te lezen In de brochure, waarop de heet v. Houten zich voor zün etandpunt beriep. Dat beroep houdt geen steek. Zonder zorg voor de verdediging van wege de Oxerheld. zouden de burgers zich zelf weer Wapenen en verdedigen. Dat ware een onge- wenschte toestand. Het standpunt van den heer Houten ls ook In dit opzicht ln hooge mate onlogisch. Aan de Regeering werd voorts verzocht ook aan de economische verdedlglngsvoorbereldlng alle aandacht te schenken en eveneens aan de positie der onderofficieren, voor wie misschien eenlg uitzicht ontstaat bü de uitbreiding der batallons. De heer WEITKAMP (c.h.) vestigde de aan dacht op de voedselvovzlenlng ln tüd van oor log. Onze landbouwpolitiek moet daar rekening De delegatie van den sultan van Djocjakarta, welke in verband met het a.s. vor stelijk huwelijk in ons land ver toeft, bracht gis ter een bezoek aan de Intern. Cred. Han delsver. R'dam te Rotterdam. mee houden. "We moeten niet als in 1914 op dit punt opnieuw overrompeld worden. Ook de heer KROL (c.h.) bestreed den heer v. Houten met zün misplaatst beroep op de Bergrede. Zün brochure-citaten zün waardeloos, omdat ze door allerlei andere uitspraken wor den weersproken. Dat geldt ook voor het be roep op de drie vliegers. De heer v. Houten wüst principieel elke ver dediging af, onverschillig of we kans of geen kans hebben met ons verweer. Bovendien ls hb met zün polltleleger Incon sekwent Wie dat wil, moet verder gaan. Het woord ls dan aan den MINISTER VAN DEFENSIE. Hij merkte op, dat enkele redevoeringen bulten of slechts ln zeer verwijderd verband met de begrooting stonden. Hü laat die rusten en behandelt dan eerst enkele hors d'oeuvres. al vormen die op zich zelf bijna een maaltijd Varia De afkeuringen hij de Marine houden o.a. verband met de strenge keuring. Bü de Marine keurt men strenger dan bü de militie en daar valt nog 40 af. Waarom ex-militairen niet geschikt zouden zijn voor controle-arbeid bü de steunregelin gen, valt niet in te zien. Wat zou de heer Westermnn doen, Indien de staatsinstellingen, waaraan hü zijn hart ver pand heeft, dag aan dag werden belachelijk gemaakt onder hen, die geroepen zün die In stellingen te handhaven? De minister doet precies wat dan de heer Westerman zou doen. Klachten over de geestelijke verzorging zal de minister onderzoeken. Indien ze he<m worden «ïeegedeeld. Steun voor schietoefeningen tal worden verwogen. Wat de maréchaussée'a betreft, deelde de minister mede. dat het corps in zijn militair karakter wordt gehandhaafd, maar ten aan zien van opleiding, vestiging en Indeeling zal de Invloed van Justitie worden vergroot. De verbodsbepalingen voor de S.D.A.P. ten aanzien van ambtenaren onder één departe ment gelden niet voor capitulanten. Anders zou het ambtenarenverbod op onrechtmatige wijze worden uitgebreid. De zaak van de laatstontslagenen bl1 de Ma rinewerf is ln onderzoek. Ook omtrent ver schillende cpmerkingen van den heer Ter Laan zal de minister zich doen Inlichten. De bevorderingskansen der onderofficieren zijn gering. Van de oprichting der derde com pagnieën zal eerst later voordeel kunnen wor den getrokken. Voor de oud-gepenalonneerden zijn door ver schillende kabinetter. gunstige maatregelen genomen. Moet de heer Ter Laan daar nu altijd weer op terugkomen? De bevordering bij keuze van luitenants tot kapitein moet Inderdaad zeer worden beperkt. Dat zegt de minister, al ls hü zelf indertijd hü keuze bevorderd met overspringen van 187 lui tenants in de ranglijst. Aanwijzing van een opperbevelhebber 1n vredestijd ls niet noodig De natuurlijke bevel hebber ls de chef van den generalen staf. mits hij ook in vredestöd het bevel heeft gevoerd over een deel van het veldleger. De keuze voor deze functie zal dus moeten geschieden uit de jongere diivisiecommandanten. De minister ls bereid bij de toelichting der begrooting een samenvatting te geven van alle defensie-uitgaven, ook voor zoover ze op an dere begrootingen voorkomen. Voor aanschaffing der zes Dornlers stond een beglnselpost op de begrooting. Voor de Glenn Martins, de landbommenwerpers. was dat niet het geval. Er was een zeer bijzondere reden, waarom tot dien aankoop ls overgegaan. Had de minister er 60 kunnen krügen. dan had hij het ook gedaan. Zoo was de situatie. Samenstelling weermacht De minister heeft thans een eventueelen op volger. die de begrooting voor 1938 behandelen zal. niet willen binden wat betreft de samen stelling der weermacht Eigenlijk la die samenstelling van allerlei omstandigheden afhankelijk. In het verleden ls allerlei op internatlorfaal gebied langs ons heen gegaan. Bij het aanbreken van deze eeuw werd het anders. De spanningen werden groo ter en we werden er dichter bü betrokken. Er zijn toen maatregelen genomen In 1901 en ln 1912 Vervolgens kwam de wereldoorlog; we mobiliseerden 400.000 man. Op deze Jaren volg de een periode van verademing, totda,. om streeks d.rle Jaar geleden het Internationaal aspect volkomen veranderde en de herbewape ning ln razend tempo werd hervat. Dat noopte tot koerswüztglng. In 1936 ls voor de weermacht 37 mll- lloen meer uitgetrokken dan ln 1935; voor 1937 ls het cijfer 46 mlllloen. Het is niet gering en toch nog maar een eerste stap. We hebben de feiten te aanvaarden. En feit ls. dat Nederland en ook Indlë In de zftne van ernstige gevaren liggen, ook al schijnen ze nog niet onmiddellijk te dreigen. De ontwikkeling der Internationale verhoudin gen bracht ons ln die situatie. Daarom Is het noodig te doen wat tn ons vermogen ligt om buiten rampen te blijven en ons anderer hulp waarop gerekend ag wor den. waardig te maken. We hebben te toonen op behoud cmzer onafhankelükheld prüs te stellen. Is de Volkenbond zwak en zijn de machten eT bulten sterk, dan moet de Inspanning der leden grooter zijn. zal het beginsel der collec tieve veiligheid waarde houden. Natuurlijk moeten we niet In ©en waanzin nige angst alles achterstellen bij de voorzie ning in het militaire. Sommige landen financieren hun militaire uitgaven uit hun budgetalre tekorten, Jaar op Jaar. Zulk ©en politiek 1s van dit kabinet niet te verwachten en ook niet van het volgende, naar te verwachten Is. Het geld moet komen, heeft de heer Wen delaar gezegd. Maar de vraag ls: hoeveel en waar vandaan? Nu de zeemacht en de landmacht ln Indlë verbeterd moeten worden, was het een voor deel. dat Koloniën en Defensie ln één hand waren. De zeemacht Over het plan-Deckers bestaat nog al wat misverstand wat de onderdeelen betreft. Voor Nederland stonden er onderzeehooten op. Behield do minister die, dan moest hü af zien van de bemanning van een deel deT Indl sche vloot. De gevaren afwegende gaf hij d© voorkeur aan bemanning der Indische sche pen. Ook moest met de financieel© gevolgen worden gerekend. Er Is nu een personeelsorganisatie» opge bouwd in cvereenstmmlng met den omvang der vloot, zooals die er na den voltooiden aan vullenden bouw zal uitzien. Alles bijeen zal dan 22 24 millio-en meer voor Marine zijn uit gegeven. We zijn dan 3 Jaar verder. Is dat be drag nleb genoeg? Het zal den minister ver heugen als Nede-rla, d en Indië samen het zullen kunnen opbrengen. De torpedo-motorboot Is een waardevol wa pen. Maar we moeten niet aan wat nieuws be ginnen. eer we hebben wat ons nog ontbreekt var. het plan-Deckers. De torpedo-motorbooten hebben voorts één bezwaar: bü eenlgszlns ruwe zeo zün ze niet te gebruiken. Sneller aanbonw is niet mogelijk. Voor een oorlogsvaartuig hebben we 2 2l 2è jaar noodig. Een kruiser bou wen we in 3 Jaar. Maar al gaat het wat vlug ger met bouwen, dan is de bemanning er nog niet. Vooral de opleiding van technisch perso neel vordert tijd. Torpedomakers b.v. stampt men niet uit den grond. De opleiding werkt op volle kracht. Mep kan. in dit opzicht onzen tüd niet ver gelijken met dien van De Ruyter en Tromp. Als de schepen klaar zijn, dan ls ook de bemanning klaar. In voorafgaande Ja,ren ls de opleiding v zee-officieren zeer beperkt. In 1932 zijn slechts 6 'ongeileJen aapgvnomen, In 1933 9. !n 1934 20. 1n"1934 23 en ln 1936 30. Het gaat dus in de goede richting. De krniservraag De vraag van vernieuwing van et bestaande ls nog niet aan de orde. Eerst ln 1942 of 1913 zou pen kruiser op stapel moeten worden go- zet. Mocht het eerder noodig zijn. dan kan een beslissing worden genomen. De Java en Sumatra zijn geenszins on bruikbaar. Ook andere vloten hebben min der modern materieel. Voor een Indische vloot kunnen voor zoover de minister thans kan oordeelen kruisers niet worden gemist. De heer WENDELAAR (Lib.): Ik ben u zeer dankbaa. voor deze verklaring. De MINISTER: Daar hebt u niets aan, tenzij 1k in 1940 achter de ministerstafel zou staan en de omstandigheden niet veranderd zijn. De bommenwerpers zün onmisbaar. Een tweede groep van 39 Is noodig Dat heeft met concurrentie met zee verkenners niets te maken. De bommenwerpers zijn bestemd voor snejle aanvallen op steunpunten, die een vljandelüke vloot zich zou hebben gekozen. In Indlë zijn reeds 63 grootere en kleinere vliegvelden. Er moeten er nog 4 of 5 bükomen, Niet- alleen- aan de kust. maar ook In het bin nenland zijn deze vliegvelden gelegen. Hier te lande Ons contingent ls te klein voor een goede mobilisatledekklng en met het oog op het nieuwe materieel, dat er is en nog noodig ls. Er is reeds 5nnn man meer noodig voor het eerste doel en 1500 man voor dt nieuwe wa pens. Dan verzorgen we alleen maar wat er Is We hebben echter 15 lichtingen. Zouden we moeten ihohlllseeren. dan hebben we na 1 Jaar nog maar 1500 man. Willen we alle lichtingen van de nieuwe wapens voorzien, dan zijn voor- loopig 6000 man per jaar meer noodig. Zoo ls i minister tot zijn 32.009 man gekomen. Bü mobilisatie gaat het niet meer om dagen, maar om uren. Daarom ls het noodig te zor gen. dat er ten allen tüde voldoende troepen zijn. Die waren er niet. Maar ©r zlin noodmaat regelen genomen, waardoor ln de behoefte ls voorzien. De grenstroepen tellen ongeveer 25.000 man. Maar daarnaast moet 'n kern altild onder de wapenen zijn. Rekenen we voorts nog met beschikbare locale hulpkrachten, dam ls menschelükerwijs gesproken het gevaar, dat w© onder den voet gcloopon worden, niet gr» meer. Er zijn natuurlijk nog betere plannen maken, maar die zün ook veel duurder. De minister laat zün plannen thans uitw ken in den vorm van een ontwerp vran wet Een derde euvel van onze weermacht is I tekort in de nitrnsting Indië moet er nog 39 bommenwerpers hebben. En met de 6 millloen. die voor Ned land zün uitgetrokken, staan we voor de lud macht nog maar aan het eerste begin. De vliegtuigen moeten aan verschillet elschen voldoen. In Indië Is groote actierad odig, hier groote snelheid. De aanbouw g| niet zoo snel: één per maand is al mooi. I 1s echter te langzaam en daarom zullen zondere maatregelen worden genon. >n. Het noodig zijn de eerste aanwinsten behoor! ln te vliegen en den dienst te organiseer Daarvoor zün nu een paar Jaar beschlkbaai Kunnen we wat mogelijk is betalen? Voor de vloot Is 16 17 mlllloen per J noodig om de vloot van het schema-Deck In stand te houden. Meer schepen beteek meer bemanning en meer kosten van varen. Voor de weermacht hier te lande zouden 15 mlllloen meer per jaar noodig hebben, be vens enkele tientallen millioenen aan kapltas uitgaven. Door tekorten mogen deze hoogere ultgai iet worden gefinancierd. Toch mogen we ilet stilzitten. De nieuwe uitgaven moeten door Nederl n Indlë samen worden gedragen, zoodra In r weer boven op is. D© toestand is thans moeilijk te overzien daarom dient ©en program van urgentie worden opgemaakt, dat In staat stelt om na gaan wat gedaan kan worden. De minister acht het een elsch van polltli eerlükhedd deze dingen concreet ter kennis het Nederlandsche volk te brengen eer de bus opengaat. De centingcntsverhooglng kan niet wer voor 1938. En met geld kan men niet a dwingen ln dezen tlid. Aan de economische en lndustrleele oorle voorbereiding wordt alle aandacht geschonl De omvangrijke organisatie, die eT voor noo ls. wordt opgebouwd. Dat de heer Albarda voor de Indische defei zal stemmen, waardeert de minister. Maar i dat hij aan de Nederlandsche defensie stem onthoudt. HIJ stemt daarbij niet voor I komstlge plannen, maar voor wat op 't oog blik noodiig ls. Het percentage onzer hoofd- en vlagoffl ren bij de Marine is 12 In Zweden dat g vloot ln overzeesche gebieden heeft, ia 15 en ln Engeland 23 Het argument oveT gebrek aan efficle Is dus niet juist. De loglea, die -d©n heer barda gewoonlijk siert, heeft hem in dit gt verlaten. Ten slotte de heer v. Houten. Hij Is een eenling geworden en wil o steden met bommen laten bestrooien zonde» iets tegen te doen. H(1 verloochent ook o historie en verklaart door zlln houding, onze vaderen geen besef van hun zedelijke ping hadden ln den strijd tegen Spanje en gen de dwlngiandü van Napoleon. Voor zoover het binnen haar bevoegdheid macht ligt, heeft d© overheid tegen te g do schending van ons recht en onze zelfst dlgheid. Het erfdeel der vaderen moet schermd met de daartoe geëigende midde Doet ze haar plicht, dan mag ze ook bid om hulp van Hem, Die ook het lot der vol bestuurt. Hier ligt het beginsel waarom het gaat. standpunt van den heer v. outen Is nie* overeenstemming met de roeping der overh zooals de antlrev. die zien, maar zuiver toiaansch. 's Ministers rede had 2 uur en een kwar geduurd. Devalgemeene beschouwingen werden sloten. ARTIKELEN Bij art 143 tpreekt de heer K. TER LJ (s.d) over de arbeidscontraeters bü de artl He-inrichtingen. Er zün er teveel en met gen diensttü'd. Verder bepleit hü Instelling 1 een velllgheidscommlssle. Ook de heer SCHAEPMAN (rlc.) wenscht betere verhouding tusSchen het vaste en losse personeel. De MINISTER merkt op. dat het op gr schaal aanstellen van vast personeft] aan bedrijf bezwaren heeft. De begrooting der Artlllerle-lnrlcht!» wordt z.h.st goedgekeurd. Idem de Vestln grooting en het Defensiefonds. fTegen de he Wünkoop. Sneevliet en v. Houten. De stemming over de begrooting wordt gehouden tot hedenmiddag na de opening vergadering. Hetzelfde geschiedt met de suppletoire grooting van Koloniën voor de verhooging Defensie-uitgaven voor Ned.-Indië. Begrooting vafl Koloniën Aan de orde ls daarna de begrooting t Koloniën. De heer v. BOETZELAER v. DUBBELDi (c.h.) vraagt inlichtingen over de besteding! 25 mlllioen, welke door Nederland ter bescB king van Indië zün gesteld. 1 Spr. zou den naam Suriname willen veraif ren in Nederl.-Guyana, zooals Curacao zal S ten de Nederl. Antillen. Spr. wil meer suil zien aangevoerd tegen uitvoer van meer f condenseerde melk. l De heer SCHAEPMAN (r.k.) verwacht, dal minister ta.v. den invoer van suiker uit It1 de belangen der Nederl. suikorproducenten i, uit het oog zal verliezen. De heer WIJNKOOP (comm.) wil de belanf der Inheemsche industrie niet uit het oog dJ verliezen bü de besteding der 25 mlllloen. I MINISTER COLIJN zegt, dat de naam S, name al lange jaren bestaat De 25 mill, worden uitgetrokken op de I sche begrooting. Dezer dagen zal voor 1936 suppletoire begrooting verschünen. Voorts er een desbetreffend voorstel van den mini van Financiën lcomcn. Den heer Wijnkoop woordt spr., dat er ook een post Is ten beh< van lnl. bouwarbeiders. Wat de suiker bet is het belang der Nederlandsche suiker niet het oog verloren, evenmin dat van den suil handel. Het begrootings-hoofdstuk wordt z.h.st genomen. Tegen de heeren Wünkoop en vliet De vergadering wordt te 12.35 verdaagd de3 middags één uur. genezen vlug m Doos30-60ct.BijApoth.en Drogi: 61. Een. twee. een twee, weg marcheert de troep. Wij natuurlijk er achter. Maar al spoedig -aat het generaal Rechtsomkeert niet vlug genoeg en hij commandeert „ln galop marsch!" En daar gaat me de heele troep aan het sprongen maken, dat je er versteld van staat. Elke plotselinge zwen king wordt met gemak uitgevoerd, waarbij ze hun staart als roer gebruiken. Prachtig is dat! 62. Wij kunnen den troep natuurlijk i meer bijhouden. Toch hollen we door, w we willen graag zien. hop hpt aflooyl. we eindelijk den boom van Hein \V< naderen zien we nog juist, hoe een aa: eekhoorns. met den generaal vuorop. in boom verdwijnt, terwijl de rest den hr omsingelt. Uit angst durven we echter i vlakbij te komen. (Wordt vervol

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1936 | | pagina 10