cvoot cm)z& vxoumm
K«G
'n perzisch tapijt:^
WEKELIJKSCHE BIJLAGE
Een dorp in Zuid-Estramadura, voorbeeld van de armoedigste behuizing in Spanje.
Spanie
en de Spaniaarden
Kleederdrachten die verdwijnen
Nu wij dagelijks in de dagbladen lezen
over het lijden, dat een felle burgeroorlog
over het Spaansche land heeft gebracht,
zal zeer zeker ook in breede kring de be
langstelling voor dit land en zijn bewoners
toenemen. Bij H. J. Dieben» Wassenaar, ver
scheen onlangs over dit onderwerp een heel
belangwekkend boek*), waaraan wij dan
ook gaarne het een en ander zullen ont-
leenen.
De Kastilianen vertegenwoordigen van
alle Spaansche volksgroepen het zuiverste
het Spaansche volkskarakter. Zij zijn
moedig en vrijheidslievend, onafhankelijk
op het trotsche af en geneigd tot avontuur.
In spijs en drank zijn zij matig; het wijn
gebruik in hun landstreek is gering; men
vindt er weinig alcoholisme. Taai houden
zij aan hun oude gebruiken vast, op het
conservatieve af. De godsdienst is diep ge
worteld in het maatschappelijk leven, mede
'door de vele feesten en processies, die op
den buitenlander dikwijls meer den indruk
maken van pret en jolijt dan van religieus
ceremonieel. Hoe 't religieus volksgevoel
zich verder zal openbaren bij de steeds
sterker wordende groei van socialisme en
communisme, is een vraag, die, als we naar
soortgelijke ontwikkeling in andere landen
kijken, geen geruststellende perspectieven
opent.
In het Spaansche volkskarakter Is, even
als in het landschap, plaats voor groote en
scherpe tegenstellingen; naast wreedheid,
zooals die zich bijvoorbeeld bij de befaam
de stierengevechten openbaart, zien we ook
groot medelijden en fijngevoeligheid» vooral
ten opzichte van kinderen.
Het familieleven is voorbeeldig en kan en
mag niet alleen beoordeeld worden naar het
feit, dat de man uit het volk voor een groot
gedeelte van den dag op de straat en in
het café vertoeft. Daar doet hij zijn zaken,
oefent zijn bedrijf uit en de vrouw heeft
haar bezigheden, die haar binden aan het
huis. Zij neemt geen deel aan de kostwin
ning, zooais in West-Europa maar al te
vaak gewoonte of noodzaak is geworden.
De gemakkelijke ontvlambaarheid van 't
zuidelijke temperament verklaart het groote
aantal moordaanslagen, vergeleken met
andere West-Europeesche volken, 't Spaan-
NUTRICIA-
KINDERMEEL
sche volk wordt wel eens vergeleken met
de beide hoofdtypen van den onsterflijken
roman van Cervantes: Don Quichote. Don
Quichote js de ridderlijke, maar dwaze idea
list, die zich grootmoedig voor een werel.l
,van schijn opoffert en zijn bediende Sancho
Panza is een nuchter realist, die alleen de
materieele zijde van de dingen ziet Zoo
heeft men wel gezegd, dat in iederen
Spanjaard een Don Quichote steekt of een
Sancho Panza, of beiden tegelijk.
Ieder Spanjaard heeft ook iets van Ie
rustige evenwichtigheid en het fatalisme
van het Oosten, waaraan 't Mooren-element
niet vreemd kan zijn. Ook in dit opzicht
raken in Spanje Westen en Oosten elkaar
Spanje is de brug als het ware tusscher
Europa en Afrika.
In de kleeding der Spanjaarden over-
heerscht op de hoogvlakten het zwart. In
het zuidelijk Andalusie draagt men veel
bonte kleuren, waarin iets van de Ooster
sche zucht naar pracht en praal om den
hoek komt kijken.
Vroeger had iedere Spaansche provincie
haar eigen kleederdracht, die vooral op
Zondcgi-n en bij feestelijke gelegenheden
werd uitgestald en dan speciaal tijdens de
wandelparade op de in iedere stad aan-
Uitg. Dieben, Wassenaar! Gescher;
^Land en Volk van Spanje".
wezige plaza (plein), waar iedereen fla
neert. Thans doet de Fransche mode, door
gedrongen zelfs aan „gene zijde van de Py
reneeën, waar Afrika begint", de inheemsche
kleeding meer en meer verdwijnen, voocai
onder den invloed van het intensieve ver
keer.
De mantilla, de meest karakteristieke
Spaansche vrouwendracht, de hoofddoek uit
doorzichtige tulle of kant, wordt op een
Spaansche vrouw uit de kerk komend met
het kanten doekje op het hoofd.
hooge kam gedragen. Dit ls een reeds oer
oude mode, die al omstreeks 500 voor Chr.
werd gedragen.
Ook deze dracht gaat verdwijnen. De man
tilla ziet men echter nog wel bij de stieren
gevechten ,bij huwelijken en op de groote
katholieke feestdagen. Dan wordt zij schier
door elke Spaansche schoone nog gedragen.
De mantón is een zijden doek met lange
franje, die men thans alleen nog tijdens de
stierengevechten te zien krijgt. De vrouwen
hangen deze doek tijdens de voorstelling
over de. balustrade. Spaansche danseressen
dragen de mantón bij haar dansen.
Merkwaardig is ook het kleine zwarte
sluiertje, dat de vrouwen dragen als zenaar
de kerk gaan, waar zij het hoofd gedekt
moeten hebben. De Spaansche vrouw draagt
namelijk geen hoed. Heeft zij dit sluiertje
niet bij de hand, dan bedekt zij tijdens de
godsdienstoefening het hoofd eenvoudig met
een zakdoek.
De capa of cape, een mouwlooze blauw®
omslagmantel, vroeger een algemeene
Spaansche dracht, Is hedentendage bijna
geheel verdwenen. Slechts bij feestelijke ge
legenheden komt zij nog op het platteland
te voorschijn. Aan de binnenzijde is zoo'n
capa bezet met een handbreede rand van
opvallende kleur, bijvoorbeeld rood of groen.
Typeerend als Spaansche dracht zijn ook
de alpargatas. Ln Noord-Span je worden als
bescherming tegen vocht ook klompen ge
dragen, waar men in stapt met de alparga
tas aan de voeten. Om het lawaai, dat de
klompen maken, zijn ze in de kerken ver
boden. Op regendagen ziet men aan de
kerkdeuren de klompen met heele secties bij
elkaar gezet.
Een Spaansche stad heeft over het alge
geen Europeesch karakter. De kern
HANDWERKEN
Pullover, muts en wanten
Deze trui, muts en wanten zijn gemaakt
van roode en blauwe Neveda crêpe wol, ge
garneerd met witte opgeraaasde ruiten. Be-
noodigd materiaal- 250 gram marine, 350 gr.
roode en 25 gr. witte Neveda crêpe wol, met
een paar breipennen 3V£. Er komen 5 ste
ken op 2 c.M. 1 toer is 1 pen.
Voorpand: Opzetten 106 sL donker
blauw. Toer 1 Lm. 6: recht heen, recht terug
breien.
7e toer: 6 r., 3 maal (omsl., 1 r., omsL.
SO r.), omsl., 1 r„ omsl. 6 r.
Se toer: 6a, x de volgende omslag, steek
en de daaropvolgende omslag aver, samen
breien, 30a, herhalen vanaf x. Beide laatste
toeren beurtelings herhalen tm. 80e toer.
31e toer: 1 r., x omsl., 1 r.» omsl., steeds
herhalen vanaf x, 1 r.
32e toer: la, verder steeds Sa samen-
breien en eindigen met la. Steeds herhalen
toer 7 tm. toer 32.
85e tm. 110e toer: recht heen, aver, terug.
111e tm. 124e toer: rood, recht heen, aver,
terug.
125e en 126e toer: aan het begin van elke
toer 5 st afkanten.
127e t.m. 136e toer: aan het begin van
elke toer 1 st afkanten. Doorbreien recht
heen, aver, terug t.m. 182e toer.
183e toer: tot het midden breien, omkee-
ren. Hier begint de linker schouder.
184e toer: 8 st. afkanten, toer ultbreier
Verder aan het begin van de oneven toe»-
8 st afkan ten, aan het begin van de even
toereD 3 st afkanten, totdat alle steken zijn
weggeminderd.
Rechterschouder ia 't spiegelbeeld.
Rugpand wordt precies als het voor
pand gebreid.
Boord. Langs de hals alle lussen op
nemen en naar eigen smaak met rood of
blauw hierop 40 toeren 2 r., 2 a. breien.
Mouw .Opzetten 48 st, donkerblauw. 1
t.m. 22e toer: 2 r., 2 a.
23e toer: 9 r., omsl., 1 r„ omsl., 9 r., .1
meerderen. 10 r., 1 meerderen, 9 r., omsl.,
1 r., omsl., 9 r.
24e toer: 9a, 3 samenbreien, 30 a., 3 sa-
menbreien, 9 a
25e toer: 9 r., omsl., 1 r., omsl., 30 r.,omsL
9 r. Beide laatste toeren beurtelings her
halen.
33e toer: 1 r., verder steeds x omsl., I r»
omsl.. x vanaf x herhalen. Doorbreien in
blokmotief, zooals bij het voorpand ls voor
geschreven. terwijl te beginnen ln de 85e
toer en verder in elke 12e toer aan het begin
en eind 1 steek wordt gemeerderd.
139 tm. 164e toer: recht heen, aver, terug
165e tm. 184e toer: rood, recht heen, aver
terug.
185e t.m. 204e toer: aan het begin van
elke toer 2 steken afkanten.
205e tm. 228e toer: aan het begin van
elke toer 1 steek afkanten.
229e toer: rest afkanten. Naden aan el
kaar naaien, mouwen inzetten. Met witte
wol worden vierkanten opgemaasd van 30
st breed en 25 toeren hoog. Lusjes voor de
ceintuur maken.
Muts: Opzetten 99 st blauw. Ie tm. 4e
toer: recht heen, recht terug.
5e toer 24 r., omsl.» 1 r., omsl., steeds her
halen.
6e toer: 24 a., (omsl. steek en omsl.) sa
menbreien, beurtelings herhalen. Beide toe
ren herhalen tm. 14e toer.
15e toer: 1 r., verder steeds x omsl., 1 r.,
omsl., vanaf x herhalen, laatste steek 1 r.
16e toer: 1 a., verder steeds 3 a. samen-
breien, laatste st 1 a
17e tm 36e toer: als toer 5 en 6.
37e en 38e toer: als toer 15 en 16.
39e tm. 56e toer: recht heen aver, terug.
Verder geheel rood breien» recht heen, aver,
terug.
59e toer: 26 r„ 2 samenbreien, 2 maal (24
r., 2 samenbreien), 19 r.
63e toer: 23 r., 2 samenbreien, 2 maal
(23 r., 2 samenbreien), 19 r.
64e toer: aan het begin en eind 2 st
samenbreien. In elke 3e toer aan het begin
en eind 2 st samenbreien (dus ln toer 67
7Q. 73, 76 enz.) terwijl elke 4e toer (dus
toer 67, 71, 75, 79 enz.) wordt geminderd bo
ven de mindering van toer 59 en 63. Door
gaan hiermee tm. toer 100. Alle steken aan
een draad samen rijgen en afknoopen, naad
dicht naaien. Op de afscheiding van rood en
marine wordt 1 toer overgemaasd. Verder
witte ruiten opmazen van 24 st breed en 20
toeren hoog, in het marine, en 14 toeren
hoog in het rood. Pompoen maken van
marine en ophechten.
Llnkerwant: Opzetten 58 st marine.
GEBAKKEN LEVER: anderhalf pond lever,
100 gram vet of boter, 1 eetL zout, wat
peper, bloem.
Snijd de lever in plakken van 1 cM. dikte
Wasch ze en wrijf ze in met peper en zout
Wentel ze door bloem en leg ze meteen in
wordt eên'om"muurdê I Mamvdampeide hcete vet o( ta de m-
versterking uit Romeinschen of iets lateren i bru""?e boter Laat ze op een flink vuur eau
tijd. Binnen deze oude muren vindt men ^kanten brum bakken voeg wat water
een waar labyrinth -van nauwe, bochtige,oe an ,laal ze s,ovende *aar «orden,
straten, oude hulzen, kleine en onregel- "■"""«"«er 1 kalfslever een t
matig gevormde pleintjes. Hier vindt men
gewoonlijk de oudste kerken en de openbare
gebouwen. Daaromheen komen successieve
lijk verschillende uitbreidingen.
In bergachtige streken zijn de huizen ge
bouwd van de in de zon gedroogde steenen
De ramen zijn laag en klein, omdat ook de
woning zelf niet groot is. Kleine dorpjes
en gehuchten zijn uit de verte niet zicht
baar, daar ze uit hetzelfde materiaal als
de bodem bestaan.
half uur.
verkenslever 1 uur. Keer de plakken nu en
dan voorzichtig om. doch zorg dat het bloem
laagje niet losgetrokken wordt.
NIER KOKEN: Week de nier eenige uren
in ruim koud water, teneinde de minder
gewenschte bestanddeelcn uit te trekken
Zet ze met schoon koud water op, breng
het aan de kook en giet dit eraf zoodra
dit kookt (z.g. „b'ancheeren").
Zet ze weer op met water en zout. ander
halve eetl per Liter water: en met de krui
D den. zooals ul wortel, pelereelle. Laat ze dan
Breidt Uw klantenkring uit zacht kokende gaar worden, kalfs- en var
X \717 kensnier een half uur, rundernier 1 un
Adverteert Itl Voot Unze VtOUWeTllGeei de nier in plakjes gesneden bij de bo
terham met zout, of bij het middagmaal
naast bladgroenten.
GEBAKKEN LEVER- OF BLOEDWORST
Snijd de worst aan plakken van 1 cM dikte
Laat wat boter in de koekepan bruin wor
den en bak ze op een niet te fel vuur aan
beide kanten bruin (hard bakken doet de
plakken krom trekken) Geef deze worst bij
zuurkool, witte kool, of spruitjes.
RUNDERLAPPEN: gestoofd op Belgische
wijze: 1 K.G. runderlappen, 100 gram vet,
zout, peper, 1 ul, bosje peterselie.
Hak de ul en de peterselie fijn. Laat deze
kruiden met het vet in de gesloten vleesch
pan op een zacht vuur even stoven, doch
voorkom het bruin worden der kruiden
Wasch de lappen, wrijf ze ln met peper en
zout en leg ze bij het vet en de krulden.
Sluit de pan en laat ze 20 min. stoven,
doch niet bruin worden (het vocht, dat uit
het vleesch komt, voorkomt bruin bakken).
Voeg daarna een glas donker bier toe, La
ger of Stout, een theelepel suiker en een
theelepel azijn en laat hierin het vleesch
2 uur stoven. Doe water bij als er te veel
vocht verdampt en keer de lappen van tijd
tot tijd om.
Als U visch koopt 1
Dan naar
JANSEN Keizerstraat 26
Telefoon 56175
Ons wekeliilcscli
KNIPPATROON
No. 749: japon voor dames van middelba
ren leeftijd. Het model is zeer slank afklee
dend. Een vest van kant en klokkend val
lende revers, die aan de onderzijde doorge
stikt zijn, vormen de garnepring. Benoodigd
materiaal: 4.50 M. van 100 c.M. breedte. Dit
patroon is te verkrijgen ln maat 50: boven
wijdte: 120 cM.; taillewijdte: 86 cM.; heup
wijdte: 138 cM. Door het al of niet aanknip
pen van naden, kan men het patroon pas
send maken voor het eigen figuur. Prijs van
het patroon: 30 ets. per stuk.
Nr. 751: jeugdige japon van moderne, ge
nopte wollen stof. De garneering bestaat uit
oen kraag met opstaand boordje van wit
piqué. Benoodigd materiaal: 4 meter van
100 c.M breedte. Dit patroon is alleen te ver.
krijgen in maat 42: bovenwijdte: 96 cMm
laillewijdte: 74 cM.; heupwijdte: 104 cM,
Door het al of niet aanknippen van naden
kan men het patroon passend maken voo$
het eigen figuur. Prijs: 30 ct. per stuk.
Deze patronen zijn te verkrijgen bij da
„Afdeeling Knippatronen" van de Uitgevers,
maatschappij: „De Mijlpaal", Singel 91. Am.
sterdam. Centrum. Toezending za| geschle.
den na ontvangst van het bedrag, dat kan
worden overgemaakt per postwissel, in post.
zegels of wel per postgiro: 41632.
1 Lm. 6e toer: recht heen» recht terug.
7e toer: 9 r, omsl., 1 r., omsl. 2 maal (18 r.
omsl. 1 r., omsl) 10 r.
8e toer: 10 a.. 3 samenbreien, 2 maal (18 a.-
3 samenbreien) 9 a. Beiden laatste toeren
herhalen Lm. lie toer.
15e toer: 1 r., vertier steeds x omsl., 1 r.,
omsl., herhalen vanaf x, laatste sL 1 r.
16e toer: la,, verder steeds 3 a. samen
breien, laatste sL 1 a
17 Lm. 24e toer: als toer 7 en 8.
25 Lm. 32e toer: recht heen, aver, terug.
Vorder geheel rood, recht heen, aver, to
39e toer: 12 r., 2 samenbreien, beurtelings
herhalen.
47e toer: 11 r., 2 samenbreien, beurtelings
herhalen tot er 50 st. overblijven.
49 t.m 54e toer: 1 r., 1 a. doorbreien recht
heen, aver, terug t.m. toer 72.
73e toer: 25 r., 9 nieuwe sL opzetten. Hier
begint de duim.
Ie toer: op de nieuw opgezette sL 0 a. en
dan 8 sL breien van de 73e toer.
2e toer. recht terug op deze 17 sL
3e Lm. 16e toer: averi heen, recht terug.
17e toer: 2 samen, 5 a., beurtelings herha
len.
19e toer: 2 samen, 8 a, beurtelings herb.
21e toer: afkanten. Nu 10 lussen aan de
onderkant van de nieuw opgezette sL op
nemen en de 73e toer van de want afmaken.
In de 74e toer deze lussen breien in plaats
van de voor de duim gebruikte sL Er staan
dan 52 sL op de pen.
99e toer: 2 samen, 22 r- 2 maal 2 samen,
22 r., 2 samen.
101e toer: 2 samen. 20 r., 2 maal 2 samen.
20 r., 2 samen. In elke volgende oneven toer
op deze wijze doorgaan met minderen, tob
dat er 12 sL over zijn.
Afkanten. Naden aan elkaar naaien, duim
dicht naaien.
Rechterwant: is het spiegelbeeld.
Ceintuur: Opzetten 160 sL wib Hierop II
st. recht heen, r. terug. Afkanten.
Dit patroon is overgenomen uit „Neveda
Wol".
Dassen, die men wil opstrijken, verliezen
bij deze behandeling dikwijls hun goeda
vorm. Als men twee stukjes carton uit<
snijdt ln dezelfde vorm als de beide slippen
van de das, en deze er tusschen schuift, za!
het opstrijken met meer succes kunnen go»
schieden.
DAMES. HAAK ZELF
UW BUSTEHOUDER
SOPHIA GEMMEKEN
Schrijf nog heden 1.op onze giro
rekening 46396 over met opgaaf van ver
langde klenr en U ontvangt franco vol
doende garen en haaknaald voor het
haken van TWEE bustehouders, terwijl
het patroon GRATIS ls. Het B. G. garen
is verkrijgbaar in de kleuren wit, blauw,
rose en zahn
STOOMWASSCHERIJ TLBOMBEKI
OOSTlffAASLAAN 93 Telefoon 52545
ROTTERDAM
NIET DUURDER, WEL BETER!
„MERCURIUS"
HAVERMOUT
VLUGKOKEND
CENt PER
PONDSPAIO
Nv. mil rrnnm „MEtcuimr - roem ei veer.
PEDICURE
MANICURE
Milt
S. C. CALMAYER-K00L
Oadedijb 104. Tel 56921. R'dani
OW DAQELIJESCH SOPJE KOFFIE
UW DAGELIJSSCa KOFJE T B B E
N V Kants 4 Gnnnink. tmporfeors. Rampefl
GOED en GOEDKOOP bil PERZISCHE TAPIJTEN
OPCUI D" STATIONSWEG I5A
O CaniK BOTTE B DA M