TUINBOUW, fmacduwd^e A. BERGHOUT G. J. WOUDA - ORANJEWOUD DONDERDAG 5 NOVEMBER 19S6 No. S59 De dennenbladwesp Wat moet er nu gebeuren De Nedierlandeclie Heidemaatschappij, schrijft ons: Wij weten thans: le. dat de denmenbladwesp dezen zomer minstens 200 H_A.. dennenbos oh, meeren- deeJs onider hout, heeft kaal gevreten; 2e. dat van de cocons, die zich in Sep tember op den grond en aan de 6tammen bevonden, plm. 70 pCt, beaet is met para sieten. terwijl in 30 pCt. rupsen en poppen yvorden aangetroffen en 3e. dat op tal van plaatsen in Utrecht en Gelderland in de laatste weken rupsen van de tweede generatie, vretende aan de naai den van niet reeds eerder aangetaste bos schen, zijn aangetroffen. Deze zijn thans bezig zich te verpoppen. Wat moet er nu verder gebeuren? le. Er moet worden getracht de in dien zomer van 1936 kaalgevreten bosschen te redden. Een kaalgevreten boom gaat meestal niet dood, wanneer hij althans ver der met rust wordt gelaten. De knoppen de bast, de wortels zijin nog goed en na een paar jaar herstelt de boom zich weer. Nu echter komen de dennen schee r- d e r s, kleine, zwartbruine kevertjes, die in het vroege voorjaar vliegen, zieke of slechtgroeiencbe boomen opzoeken, hun z.g. moedergangen maken tusschen bast en hout en hierin hun eitjes leggen, waarvan weer nieuwe gangen, larvengangen, het ge volg zijn. De boom gaat nu onvoorwaardelijk dood. De aangetaste, oudere bosschen loopen dit voorjaar groot gevaar door dennenscheer ders te worcben gedood. De eigenaar dient daarom tegen eind Februari of in Maart, al naar het weer, vangstammen te leggen. Hij zaagt eenige boomen (4 of 5 per H.A.) plm. 20 cM. boven den grond af, legt höt dikke eind op de stomp, snoeit den boom niet uit en gaat geregeld na of de kevers, die zich in groots menigte im deze stamanen horen, reeds na komelingen hebben, die bezig zijn hun larvengangen te maken. Hij kan dit nagaan door met een mes de stammen te onder zoeken. Is er een begin van de larven gangen gemaakt, dan worden de stammen ontschorst; de jonge larven gaan dan dood. Ook nog overeind staande stamanen, die sterk aangetast zijn, wordlen geveld en ont schorst. Deze weekwijze is noodzakelijk voor hot behoud van de iai den zomer van 1936 aangetaste bosschen. 3e. De rupsen der tweede generatie 1933. 'die zich thans aan hert verpoppen zijn en nog weinig sohade aan de dennen hebben gedaan, le verren komend voorjaar blad- wespen, de eerste generatie van 1937; ze worden nog versterkt door de overgebleven individuen van 1936, die in de cocons over winteren, voorzoover deze niet geparasi teerd zijn. Waar de bladwespen in April/Mei heen zullen videgen om hun eieren af te leggen, is niet te zeggen. Ook weet men niet of er van deze generatie veel geparasiteerd zijn. Wel is het waarschijnlijk, dat de vele, dit najaar geboren sluipwespen, die thans overwinteren, de in Mei/Juni ontstane rupsen niet met rust zullen laten. De vliegtijd der bladwespen is verder, evenals hun lust tot paren en eierenleg- gen, in hooge mate afhankelijk .van het weer. De bladwespen houden van zon en warmte. Deze voor ons nog onzekere factoren, maken het onmogelijk, te zeggen wat ons öo. 1937 wacht De ondervinding leert, dat een insectencalamiteit vaak even snel verdwijnt als zij gekomen is. Aan den anderen kant staat echter ook vast, dat er overal nog maehtig veel ge zonde dennenlbladwespen-pop'pen zijn en dat dus de kans zeer groot is, dat op vele plaatsen in het voorjaar 1937 nieuwe vre- terij van dit zoo soliadelijk insect zal op treden. Men zij dus overal op zijn hoede. Onmid dellijk ingrijpen, zoodra zich de eerste rupsen vertoornen, die meestal aan. de randen der bossohen met hun vreterij beginnen, kan vaak een geflieel boschvak redden. Zoolang nL de rupsen nog niet vol wassen zijn, zitten zij gewoonlijk in troep jes van 20—70 stuks bijeen tusschen de maalden, meest aan de eindscheuten en tusschen de jongere takkransen en, zooals reeds gezegd, aan de randen, liefst aan de zonzijde der bosschen. Zoolang dit het geval is, kan de bestuiving met derrispoe- der het meeste succes opleveren en is deze het minst kostbaar. anneer dus in het a.6. voorjaar rupsen in een hoeveelheid van eenige beteekenis wordlen gevonden, zal men goed doen zich onmiddellijk met de Nederlandsche Heile- maatschappij te Arnhem in verbinding te stellen. Het komt er maar op aan, dat de boschbeheerder waakzaam is en onmiddel lijk ingrijpt, wanneer de eerste rupsen (bas taardrupsen) zich vertonnen. Het zijn vuil geelgroene rupsen met geelbruinen kop (soms is deze glanzend zwart) en zwarte wratjes of een vage zwarte ruglijn. De vol wassen rups is 2.5 d.M. lang. Uit de noordelijke provincies en uit Bra bant en Limburg zijn nog geen berichten ran ernstige schade door de dennenblat- .vesp binnen gekomen, alhoewel ook hier plaatselijk reeds eenige vreterij wordt aan getroffen. Tot au toe heeft de eigenlijke schade zich bepaald tot de dennenbosschen van Utrecht, de Vehiwe en enkele gedeel ten van den Achterhoek. Men zij echter ook in de andere deeien van ons land op zijn hoede. Verpleging van het vee op stal De Rijkszuivelconsulent voor Gelderland Ir. A. Hylkema, schrijft namens de com missie voor verbetering van de melkwin- ning en stalinrichting in Gelderland: Voor onze koeien breekt spoedig de stal periode weer aan, wat een zeer grooio overgang voor deze dieren beteekent» In de weidetijd zijn ze gewend aan volop vrije beweging in de open lucht en aan een opname van voedsel en water naar believen. In de stalperiode moeten de dieren het stellen met een oppervlakte van 2 M2, ter wijl ze zoodanig vastgebonden zijn, dal eenige beweging hetzij voor of achterwaarts hetzij zijwaarts, moeilijk is toe te staan! In de voedsel-voorziening en de huid- verpleging komen de dieren in een totaal afhankelijke positie te verkeeren. Daarbij wil de veehouder de melkpro ductie zooveel mogelijk op peil houden. Onze dieren moeten dus goed verzorgd worden. Deze zorg strekt zich over .ver schillende onderdeelen uit. In de eerste plaats worde gezorgd zoovpel mogelijk licht in de stal toe te laten. Frissche lucht worde verschaft door eep gotd gebruik te maken van tuimelrameu; door vlugge afvoer .van gier naar do gierkelder; door een dagelijks uitmesten van de grup, zoo mogelijk 's morgens en 's avonds; door yerversching van het strooisel op tijd; door een geregelde schoonmaak van mest- gang en stalmuur; door knollen en kullvoer niet in de stal te bewaren. Het voeren vinde op bepaalde tijden plaat? met inachtneming van de regels die gelden ten opzichte van hoeveelheid, samenstelling en kwaliteit van het voer Voedertabellen potlood met papier en een unster blijken daarbij onmisbare hulpmiddelen te zijn, tenzij gebruik gemaakt wordt van de hulp van personen als stalcontroleurs, weike mede voor dat doel zijn opgeleid voor onze zuivelfabrieken. In vele stallen kan bezui nigd worden op het voeren en kan voor minder geld een even doelmatige vee voeding worden verkregen. Dat hebben de laatste jaren duidelijk geleerd. Ook het drenken van het vee vereischt dc dagelijksche zorg. Waar de stallen voorzien zijn van zelf-reguleerende drinkwaterbakjes in welke gevallen het water gewoonlijk ook zuiver is, verkeeren de dieren in een be voorrechte positie. Voor de opgestalde koeien is een dage- lijksch onderhoud van de huid wel éeD eerste eisch voor een goede gezondheid, vcor het melkgevend vermogen en voor een zindelijke melkwinning. Met roskam en borstel is in dit opzicht veel te bereiken. Hierbij is het opbinden der staarten een groot gemak. Daardoor wordt de bevuiling van den staartpluim met mest in belang rijke mate tegengegaan en blijven koeien en stal beter schoon. Vele veehouders passen het staartopbin- den met een zorgvuldige huid verpleging reeds toe en bevinden zich hierbij uitstekend De veehouders, die hiermede nog nijt voldoende op de hoogte zijn, wordt aange raden zich te wenden tot hun zuivelfabriek, die gaarne zal voortgaan met het organi- seeren van desbetreffende demonstraties. Zooals bekend is werd het staartopbinden oorspronkelijk gedaan me', een raffiaknoop een leertje en een eind touw, terwijl ver leden winter een systeem met staartring eo staartrubber werd geprobeerd. Het is jam mer dat aan eenige stallen staartrubbers zijn geleverd, welke van onvoldoende kwa liteit waren. De betrokken rubberfabriek is op die tekortkoming gewezen, terwijl aan een verbeterde uitgave wordt gewerkt. Hiermede hoop ik onze veehouders tc hebben opgewekt de noodige zorg te be steden aan de koeien op stal. De daartoe noodige inspanning en arbeid zal zeker voordeel opleveren. Op een besparing van kosten aan veevoer is reeds gewezen. Dp kwaliteit van mest en gier zal in vele ge vallen nog een gunstigen invloed onder gaan. De melkgift zal er zeer zeker bb winnen en de zuiverheid der melk wel in hooge mate, terwijl tenslotte 'n goed ver zorgde stal met vee aan eiken rechtgeaar- den boer 'n groote voldoening kan schenken. Zaaizaadontsmetting Een afzonderlijke publicatie over zaaizaad ontsmetting is wel op zijn plaats, want de behandeling van het zaad voor het zaaien heeft zoo'n uitbreiding ondergaan, dat het goed is dat er door het daartoe aangewezen lichaam, de Plantenziektenkundige Dienst, de juiste voorlichting bij gegeven wordt. De publicaties van deze Dienst zijn uiter mate leerzaam en praktisch, omdat ze veel al geen onnoodige beschouwingen of geleer de vertoogen bevatten, die het lezen en dus ter hartenemen verzwaren. Met deze Mede- deeli-ng no. 84 kunnen de boeren en tuin ders hun voordeel doen. We zouden voor het praktisch gebruik de Inhoud liever wat overzichtelijker hebben gegeven, Het is, zooals uit het voorbericht blijkt, 'n overdruk van 'n voordracht van den phvlopatholoog Ir. W. B. L. Verhoeven, ge houden op de Phylopathologendag van dc 7e Landbouwweek. We hebben alle lof vooi de inhoud, ook voor de praktijk van betee kenis, zoo we reeds opmerkten, ook door den man van gewone ontwikkeling heel goed te volgen. Doch zoo'n voordracht aan één stuk achter elkaar gedrukt leest niet prettig en als men het boekje doorbladert schrikt men er van terug om met het lezen te beginnen. Eenige afwisseling door zijkopjes en verdee ling in hoofdstukken was het gebruik van het boekje ten goede gekomen. Dit had daar door nog meer nut gesticht dan het nu reeds zal doen. Landbouw- inventarisatie Areaalschommelingen Vanwege het Landbouwcrisisbureau heeft ook dit jaar weer een inventarisatie van de land- en tuinbouw plaats gehad. Even als voorheen worden de cijfers weer ge heim gehouden en evenals verleden jaar wist het Alg. Handelsblad ze in handen krijgen en publiceert deze. Waarom het landbouwcrisisbureau de cijfers, die toch van beteekenis zijn voor ieder, die de land- en tuinbouw- aangelegenheden met iets meer dan gewone oogen bekijkt, niet publiceert, mag bevreemding verwekken. Maar even grooto vreemding wekt het, dat het 't Handelsblad weer gelukt ls deze geheim gehouden stukken te kunnen publiceeren. Wij betreuren dit. Niet het publiceeren als zoodanig. Daarvoor zijn, zooals we op merkten, de cijfers te belangrijk. Maar wel, dat ze geheim gehouden worden en toch weer niet zoo geheim of ze kunnen clan destien voor den dag komen. Nu ze langs deze omweg aan het licht komen willen ook wij er het een en ander uit mededeelen. De met akkerbouw gewonnen beteelde oppervlakte (kunstweide en braak inbegre pen) is weer grooter geworden en bedraagt thans 923.000 H.A. tegen 897.0000 H.A. in het vorig jaar en 868.000 H.A. in 1934. De graslandoppervlakte kromp in met 11.000 H.A. tot 1.324.000 H.A. dat is ver geleken bij 1934 ongeveer 41.000 H.A. minder. Groenten en fruit besloegen dezelfde oppen-lakte als het vorig jaar, dus weer 3.700 H.A. minder dan in 1934. De bloemkweekerij kromp sterk in en beschikte over niet meer dan 1592 H.A. tegen 2003 H.A. in 1935 en nog 2120 H.A. in 1934. Ook de boomkweekerij liep terug en wel van 3.400 H.A. in 1934, tot 2.990 H.A in 1935, tot 2.700 H.A. in dit jaar. Ontgonnen grond, met het eerste gewas beteeld, was er evenveel als in 1934, n.l. 5.590 H.A.; het vorig jaar was dit cijfer 5.195 H.A. Er werd dit jaar gescheurd 23.000 H.A. grasland, (in N.-Brabant 9000 en in Gelder land en Overijssel ieder 3000 H.A.). Wat de afzonderlijke akkerbouwgewassen betreft blijkt, dat de tanveverbonw voor het eerst weer terugliep met 2.500 H.A. en kwam op 151.500 H.A. terwijl de roggeteelt weer toenam. De met rogge beteelde opper vlakte bedroeg in 1934 185.000 H.A., in 1935 227.000 H.A. en dit jaar is het 237.500 H.A. Ook de gerst besloeg weer iets grooter op pervlakte, nl. 43.500 H.A., 't vorig jaar was het 42.500 H.A. en in 1934 33.500 H.A. Het totale graanareaal dat tusschen 1920 en 1930 omstreeks 437.000 H.A. bedroeg is thans vergroot tot 561.000 H.A. tegen 536.000 H.A. in het vorig jaar. Van de overige gewassen zijn vermeld de cijfers in de drie laatste jaren resp. 1936, *735 en 1934 als volgt: Fabrieksaardappelen: 21.000, 81.000 en 30.000; Consumptieaardappelen: voor alle drie jaren 91.000; Suikerbieten: 43.700 en 40.700; Mangelwortels: bloven op 45.000; Veldboonen: 13.100, 600, 600; Groene erw ten: 30.000 voor alle jaren; Schokkers: 2.600 4.900; andere erwten: 3.350. 2.700; Bruine boónen: 6.700, 6.500, 5.100; Witte boonen: bleven op 1.400; Karwijzaad: 3.600, 6.000. 8.000; Vlas: 14.400, 9.500, 6.100; Kanariezaad- I.000, 14; Mosterdzaad: 700, 1.300. 1.000: Blauwmaanzaad: 130, 1.000; Bloembollen: 6.300, 7.450. Weet ge dat de ruil tusschen DeenscK vleeech Hollandsche bloembollen thans doorgaai en dat dit oen gevolg is van finao-cieele offers dda het bloembollenvak heeft wil len brengen; dat de Duitsche aankoopen van groenten vruchten en wijnen thans zal gaan via "n etaatsbureau waardoor men controle wil krijgen op de invoeren; dat voor veile bijenhouders met name die in Oost-Groningen van geen goed honig- jaar kan worden gesproken en dat het gelukkig is, dat Augustus en September nog wat goed hebben gemaakt; dat door een Belgische landbouwer d» varkenspest ooder de biggen tegen ge gaan werd door de tepels der zeugen mei een weinig ijzersulfaat poeder te bestrij ken en de jonge varkens na 4 5 weken wat ijzersulfaat door hun voeder te doen en dat dit middel thans door een rijks landbouwingenieur als doelmatig wordt beschouwd; dat in Engeland het aantal melkbars voort durend toeneemt. De voornaamste dran ken die er gevraagd worden zijn de z.g milkshakes in ongeveer 50 soorten; ze bestaan uit melk, ice cream en een vruchtensmaak, alles electrisch dooreen BELASTINGCONSULENT Lid: N.LT.E Verzorgen en controleeren van Administraties Kantoor: Kerkstraat 3, Telefoon 62 Woonhuis: Klapw.weg 3, Telefoon 63 BERKEL EN RODENRIJS dat de boterexport van Rusland in de eer ste helft van 1936 ongeveer 10% lager is dan het eerste halfjaar van 1935?. dat men in Zweden aandringt op het kwee ken van niet meer dan 8 10 handels soorten van peren en appels, terwijl er momenteel 1112 soorten en variëteiten zijn? dat men in Duitschland er volgens het Duitsche ministerie van Landbouw wel van doordrongen is, dat ongeveer 15 20 van de benoodigde voedingsmidde len niet op Duitschen bodem voortge bracht kunnen worden? dat volgens berichten Duitschland zijn Tho- masmeel-aankoopen in België contant betaalt terwijl men voor wat het hier koopt maar moet afwachten tot er wat los komt. dat Duitschland bij ons maar voor iets meer dan de helft koopt van de aankoo pen die wij in Duitschland doen en dat desondanks steeds maar weer aangedron gen wordt oiïi meer bij hen te koopen. dat door de Friesche maatschappij voor landbouw dit jaar een nieuwe aardappel soort in de handel gebracht wordt, die Komeet genoemd wordt en uitmunten moet in smaak, terwijl de rijptijd ligt iets na de Eigenheimer en ver vóór de Roode Star. dat door de gemeente Opperdoes in de Wieringermeerpolder 160 H.A. grond is gehuurd voor de tijd van vier jaar ten behoeve van tuinders in Opperdoes, die gedupeerd werden door hooge pachtprij zen wegens groote vraag naar tuingrond. Marktoverzicht (Medegedeeld door het Centraal Bureau) VOERARTIKELEN De afgeloopen week" vertoonde in "de voedergranenmarkt een geheel ander beeld dan wij de laatste maanden gewoon waren. De noteeringen van mais liepen geleidelijk terug, onder den druk van groote partijen gewacht graan, die inmiddels ten deele zijn binnengekomen. Op gerst had deze stem ming minder invloed, omdat het aanbod daarbij minder dringend was. Tevens werd de flauwe stemming beïn vloed door de in het binnenland gewekte vrees, dat misschien de monopolieheffingen verlaagd zouden worden. Dit is inmiddels niet gebeurd; er Is zelfs een officieus be richt gekomen, dat de regeering er voor- loopig niet aan denkt, deze heffingen op de voedergranen te verlagen.-Voor rogge eo haver waren de noteeringen vrijwel onver anderd. De koekenmarkt blijft nog zeer rustig gestemd, terwijl de kooplust buitengewoon klein is. Lijnkoeken en cocoskoeken bleven onveranderd, terwijl de overige koeksoorten en soyaschroot nog verder in prijs verlaagd zijn. MFSTSTOFFEN Stïkstofmeststóffen. Er wordt hier en daar nog een weinig gekocht, doch over het algemeen zijn we nu toch wel in bet doode seizoen gekomen. ThomasmeeL Het was in de afge- loepen week zeer stil in Ihomasmeel en daar men in het buitenland h'er en daar de prijzen iets verlaagde, kwamen ook hier te lande iets geschiktere prijzen tot stand. Groot kon echter die teruggang niet zijn. want de scheepsvrachten waren aanmerke- 'ijk hooger, Kalizouten. Er zijn Verschillende im porteurs, die door hun voorraden kali heen zijn en thans voor geheel normale behoefte nog kalizouten moeten aankoopen. Dat gaat echter niet, omdat producenten nog steed? niet willen verkoopen. Superfosfaat. Er zijn thans enkele SPECIAAL ADEES voor le kwaliteit TUIN-, BLOEM- en LANDBOUWZADEN en origineele FRIESCHE KLEIPOOTAARDAPPELEN RIETMATTEN GOEDE KWALITEIT, LAGE PRIJS Alle soorten RIET VRAAGT PRIJS Fa. H. DUBBELDAM Hzn. TELEF. 634 GORINCHEM VOOR DE ALBLASSERWAARD J. VAN HOVEN CENTRALE BOEKH. DIVERSE BEDRIJVEN en BELASTINGZAKEN Telef. 271 - SLIEDRECHT D 15 Postrekening 154166 J. COSTER Zonen GOUDA TELEFOON 2502 ALLE HULPSTOFFEN VOOR DE ZUIVELBEREIDING D. J. VAN DER HAVE KAPELLE-BIEZELINGE WETENSCHAPPELIJK SELECTIE BE DRIJF FRUITBOOMEN onder controle NJUL HAAG- en SIERPLANTSOEN, ROZEN en VASTE PLANTEN, ln groote sorteering Beschrijvende prijscourant gratis Wij frragen In plaatsen waar nog nle{ vertegenwoordigd: AGENTEN FIRMA 6EBR. 0 U D IJ K - WADDINXVEEN BARENDRECHT nie&t/ jcvioopoC Prijscourant voor kweeker en amateur gratis op aanvraag die ook voor de laatste 25 pet met prijzea aan de markt zijn gekomen. Alhoewel de prijzen niet laag zijn te noemen, zijn er toch fabrieken, die hiertegen nog niet wifc len afgeven. Wat ik hoorde en zag las en dacht, op reis en thuis 345 Of een mensch zich ook vergissen kan! 'k Dacht de vorige week dat het niets zou worden met mijn gepraat en zie het werd, wat de uitvoerigheid aangaat, een heel or dentelijk praatje. Of de inhoud ook heel ordentelijk was kan ik zelf moeilijk beoordeelen en laat ik dit maar aan jullie over. Ik voor mij vond 'het nog zoo kwaad niet. Maar ik had me reeds meer vergist. Dus voorzichtig jo, zei ik tegen mijzelf. En 't was maar goed ook, dat ik mezelf waarschuwde, want ik had juist op mijn lippen: „vanavond zal ik hem eens van katoen geven, want ik heb een reuzehoop ideeën in mijn bovenkamer", of... rrrrrrgn... ging de bel en kort daarna daverden da- mestemmen door mijn huis enal mijn ideeën in mijn bovenkamer", of... rrrrrrng... op de vlucht. Dan denk je een rustige avond te hebben. Je anders lawaaiende dochters zijn er uit om zich de een of andere kunst eigen te maken of van de Kunst (denk er om, zetter, met een groote K, een heel® groote, hoor!) te geniéten en dan wordt al je kunst (met een kleine k, zetter! met een kleine, hoor!) om zeep gebracht. De rust keerde weer, na een weldadige onrust. Onrust kan ook wel eens weldadig zijn. En nu komen er wel een paar ideeën terug, doch ik zal voorzichtig zijn, anders ontsnappen ze voorgoed. Laat ze maar ontslopen, zal deze of gene hartelijke (men k. i ook de r weglaten) Nurks opmerken. Misschien zijn er ook an dersdenkenden. En die moet men ook ter- wille zijn. Als een enkele zoo zou redernee- ren als deze Nurks en ik zou dat als de al gemeen gangbare gedachte opvatten, dan zou ik waarschijnlijk mijzelf te kort doen met dit generaliseeren van een enkel geval. En generaliseeren is altijd verkeerd en heel gevaarlijk zelfs. Toch wordt het nog al eens gedaan. Zoo vernemen wij, dat EEN OVERIGENS ZEER GEROEMD SUIKERBIETEN RAS DIT JAAR VEEL SCHIETERS heeft vertoond, meer dan andere jaren. Die een weinig nadacht toen hij dit op zijn land constateerde, heeft al heel gauw de oplos sing gevonden. Het vroege zaaien en de daarop gevolgde koude hebben deze buiten sporigheid in het gedrag van de suikerbie ten veroorzaakt. Want niet alleen dat eene ras had er last van. Over het algemeen wa ren er vele „schieters" te constateeren. Maar nu wordt door sommigen gegenera liseerd en beweerd: dat een bepaald ras al afgedaan zou hebben. Stel je voor! Een ras, dat gedurende jaren is gekweekt geheel op Hollandsche klimaatstoestanden, zou niet meer mee kunnen omdatdat klimaat zich eens bij hooge uitzondering afwijkend gedroeg. Dat concurrenten zulke praatjes rondstrooien toont in bijzondere mate hun allerzwakst standpunt en bovendien dat ze de boeren niet kennen, die eerst wel eens overleggen en wikken en wegen en dan ook b.v. bedenken dat bedoeld ras veel sterker is, zoodat in tegenstelling met andere ras sen zoo goed als niets overgezaaid behoefde te worden. Die vertrouwen meer op een re putatie van tientallen van jaren, dan in een heel enkele zoo goed als nooit voorkomende afwijking, die bovendien gevolg is van fac toren van buiten af. Generaliseeren is nooit goed, gevaarlijk ook. En het leidt tot vaak heel verkeerde conclusies. Zoo we ook zagen bij de eieruit- voer naar Engeland. Daar hamert een blad heel ea-g op de eisch dat OP DE EIEREN HET LAND VAN HERKOMST GESTEMPELD zal worden'. Uit Londen kwam nl. een bericht, dat bij een partij uit Nederland afkomstige onge stempelde eieren er vele slechten waren. Zoo erg zelfs, dat per dozijn er wel vijf ondeug delijke waren. Dit sensationeele bericht was de aanlei ding, dat volgens een Engelsch blad de „Star" er bij de Engelsche minister van Volkgezondheid op aangedrongen werd, dat de wet van 1921 weer ingevoerd zal worden. Hierbij was nl. bepaald dat alle in te voeren eieren van een stempel, aangevende het land van herkomst, moeten zijn voorzien. Dit is wat men noemt een open deur in trappen. Want al sedert lang wordt geen ei uit Nederland naar Engeland gevoerd, dat niet is voorzien van het stempel „Holland" Bovendien worden door het Eiercontrole- bureau alle uit te voeren eieren zeer streng gekeurd. We doen dus reeds lang, wat het Engelsch blad wil. Eigenaardig hoe sommige menschen rede neeren kunnen, en alles meenen te weten. SOMMIGE MENSCHEN HEBBEN OVERAL VERSTAND VAN. Tot deze conclusie moet men wel komen als men alles zoo eens nagaat. Zoo Een ik iemand bij de bacon controle, die een heel goed salaris daarbij heeft, dus een goede positie. Maar ik maak me sterk, dat hij niet wist, wat bacon was toen hij aangesteld werd. 't Is een boomkweeker van beroep die als zoodanig wel eens in Denemarken is geweest en daar zéér waarschijnlijk wel eens, al was het zonder zijn weten, een Deensch landvarken zal gezien hebben. Maar nooit van binnen. En deze oefent nu con trole uit op de bacon. Daar kon natuurlijk van alles gedaan worden, zonder dat zoo'n ondeskundige „deskundige" het zal merken, en zulke gevallen zijn er meer. En toch is door iemand, die zelf erkent niet deskundig te zijn, te Londen -■'"'•han del d over de OVER DE INVOER VAN NEDERLANDSCHE MELK EN ZUIVELPRODUCTEN NAAR ENGELAND. Maar dat is toch wat kras zult ge zeggen. Dat is het ook. Een onzer regeeringscommissarissen mag voor de akkerbouw een reuzekracht zijn, de tarweregeling is daar bewijs genoeg voor, doch op zuivelgebied is hij niets waard. Dat is geen schande. Een manusje van alles is meestal in geen van alle zaken een uitblin ker. Maar dan moet men ook niet mee re gelen willen een zoo belangrijke zaak als de zuivelexport naar Engeland. Wij voeren veel zuivel naar Engeland Voorheen en nu nog. In 1932 bedroeg deze 140 millioen K.G. en in 1935 nog 94 millioen KG. Nu is de heer Louwes uit Londen te ruggekeerd met lang niet prettige berichten Engeland zou dreigen van ons nog minder boter te willen nemen en te zullen gaan op 70 millioen K.G. en met 1 April a.s. op nog lager contingent, als wij geen genoegen ne men met een prohibitief invoerrecht. Daar over is veel rumoer ontstaan. De F.N.Z. ia van oordeel, dat. als we van onze kant niet zoo vlot waren geweest maar dadelijk de verlangde invoer goed te vinden men met een zwaar invoerrecht ook niet zoo gauw was gekomen. Men moest bij de onderhandeling door- kneede deskundigen gehad hebben en niet ieman, die achteraf zelf verklaart geen des kundige te zijn. Ook met de a.s. condensuit- voer naar da? land is het niet in orde. Evenmin als 't in orde is met de voeding in Duitschland. Göring verklaart, dat hij '20 pond lichter is geworden. Nu als men hem aanziet, heeft hem dit geen kwaad gedaan Misschien wil hij nog wel 20 pond lichter worden. Maar er zijn anderen, die niets heb ben te missen. Daarvoor is het erger. Er is groot gebrek aan vleesch en vet. Göring zegt, dat het niet zoo erg Is eens een poosje zon der vleesch en vet te leven. Dat het zelfs de gezondheid bevordert. Ja voor hem, doch de doorsnee Duitscher gelooft niet aan die ge zondheidsbevordering. Er is gebrek aan veevoeder. Men wil nu VEEVOEDER UIT HOUT, vervaardigen. Nu zijn er al velen die „op een houtje bijten", doch dan zal het nog uit gebreid worden tot het dierenrijk ook. Het gebrek aan veevoeder heeft tot ver mindering van de veestapel geleid. In 1933 bezat Duitschland 19,74 millioen stuks rund vee, in 1935 nog slechts 18,85 mill. Daarvan waren melkkoeien: in 1933: 10,1 milL, in 1935: 9.9 mill. Het aantal varkens bedroeg in 1933 23.89 milL, in 1935: slechts 22,72 mill De Duitsche melkproductie is daardoor se dert 1933 met milliard liter afgenomen, wat gelijk staat met 19.000 ton boter. Door ontginning, intensieve beplanting, beter voedingsmethodes, tusschenbouw enz. heeft men getracht het veevoedergebrek te ontkomen, 't Blijkt onvoldoende te zijn. Nu is de scheikunde te hulp geroepen en de beroemde Nobelprijswinner prof. Bergius is reeds jaren bezig aan de oplossing van het vraagstuk, eiwit en suiker uit hout te ver vaardigen. Wetenschappelijk had hij dit pro bleem reeds lang geleden opgelost. Intus- schen hebben drie fabrieken, die in hoofd zaak spiritus uit hout maken, met opmer kelijk succes getracht voor veevoer geschik te producten uit hout te vervaardigen. Zon der twijfel zal men dit procédé thans op grooter schaal gaan toepassen. Maar er is een ontroerend liedeke, weet ge. Dat begint met een vraag aan Gerritje- Wie zal dat betalen? Dat begon ik ook te neuriën, toen ik dit las van die professor Bergius. Doch ik hoorde dat het mee moet vallen. Men moet echter voorzichtig zijn met berichten uit het buitenland. Zoo deelde de Sovjetpersdienst ons mede, dat een vrouwo lijke landbouwer beloofde niet te zullen rus ten voor ze BOfKVï K.G suikerbieten uer H.A had verbouwd. En ze bracht het, luidde het bericht, op 60400 K.G. Alsjeblieft! 'k Zal eens wat zaaizaad van dit ras vragen. Haar naam werd er bit genoemd enze.heeft een ridder* orde (ja die hebben ze déér ook weer) kregen. Nu er zijn er die voor minder pre» taties een ridderorde krijgen. Daar niet van. Zoo zou ik een ridderorde willen geven aan de leveranciers van WONDERBARE VERBETERDE PETKüSER ROGGE die de Drentsche boeren gelukkig wilden maken. Het Drentsche landbouwblad weet daar het een en ander over mede te deelen en schrijft o.a. Eenigen lijd geleden is medegedeeld, web ke waarde men moet 'hechten aan de aanbie ding door enkele personen van zoogenaamd de „wonderbare verbeterde Petküser" zaai- rogge van Belgische afkomst, die volgens die aanbieding kort stijf stroo levert en bo vendien ongeveer meer aan korrel zaJ opbrengen dan gewone Petküser. De prijs was dan ook wonderbaar hoog, nL pl.m. 14 per 75 Kg, Toch zijn er verschillende landbouwers op^ ingegaan, die thans de rogge uit Bel gië" ontvangen hebben. De wonderbare Bel gische rogge blijkt echter normale goedge keurde nabouw Petküser te zijn. Gedenatu reerd en wel, die in Drente of Friesland is) verbouwd, geplombeerd en verkocht, docb via een Belgische handelaar weer naar Drente werd geleverd. Het wonderbare van deze rogge zal datf ook wel alleen zitten in den prijs, die onge- veer het dubbele is van den prijs, waarvoor het kan worden gekocht. Men zij daarom gewaarschuwd. Naar we meenen zijn op meer dere plaatsen bestellingen gedaan. Wie reeds betaald heeft zal een wonderbare er varing rijker zijn." Ik ben ook weer een ervaring rijker ge worden. *k Meende, dat de boeren wijzer waren en zooals ik in het begin zei eerst eens gingen wikken en wegen, en toch hoor ik nu, dat er weer zijn, die er zich tusschen 'aten nemen. Dat wordt me te kras. Daarom zwijg ik verder. Tot de volgende week. PRAATJESMAKER

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1936 | | pagina 8