kÜDI De Lichte Brigade op manoeuvre AKKERTJES MAANDAG 21 SEPTEMBER 1936 Blauw over hef Wilhelmina- ™1 kanaal teruggeworpen Minister Colijn bestudeert de pantserwagens Aanval op Effeling DERDE BEAD PAG. 9 Charge van de cavalerie TWEEDE DAG .Tilburg, 19 Sept. 1936. De eerste manoeuvredag had veel van mensch en dier gevergd. Toch kon de rust niet lang zijn, al scheen de oefening voor den laatstan dag der week iets minder inspannend. De leider van het geheel zorgde daarbij voor een zekere distributieve rechtvaardig heid. Allereerst kwam daarom vandaag in actie hetgeen den vorigen dag reserve was ge weest; de huzaren werden ditmaal achter waarts opgesteld, al zouden ze niet ontko men aan een. rit pit de lijn Berlicum— Schijndel övèr' ilelvoirt en Cromvoirt naar Loon op Zand in de richting Dongen. Het „busje" bracht ons weer waar we wezen moeten, al had het begin van den toclit veel van een vraagteekenreis. 't Merkwaardige geval deed zich nl. voor iets dat we nog nimmer beleefd hebben dat onze mentor tevergeefs op de gegevens voor den tweeden dag, welke uit het Hoofd kwartier moesten komen, wachtte. De uitge zonden ordonnans was 's nachts om half één met leege handen teruggekeerd. We kennen de ooi-zaak van deze storing niet, maar ze had niet mogen voorkomen. Onvoldoende georiënteerd reden we daardoor af. Maar we zouden ons wel redden, omdat uit den aard der zaak wel bekend was, waar vriend en vijand gelegerd waren. De han dicap was slechts, dat we niet ingelicht waren omtrent de gegeven ondrachten. Eerst dus op informatie uit. Het gaat in de richting den Bosch. Over Vught bereiken we St. Michielsgestel met zijn typischen vierkanten toren zonder kerk. De toren zat als in een soort corset van onder tot boven in de steigers. De klok kon echter nog wel geluid worden, gelijk bleek tijdens het voorbijtrekken van een dorpschen begrafenisstoet, die geheel te voet was. In St. Michielsgestel zitten we midden in het terrein van den strijd. Wat niet verhin dert, dat de Brabantsche boerinnekes de breede mutsen met linten, kant en kleine bloemkes gesierd op het hoofd, rustig ter kerke kunnen gaan. Reeds waren we aan den zuidkant van Vught Blauwe voorposten en pantserwagens gepasseerd en niet zoo heel veel verder doken de roode kenmerken voor ons op. Doorrijden dus de uit Schijndel optrek kende roode cavalerie tegemoet. Op het ruime kerkplein in St. Michiels gestel vleien we ons in de rieten stoelen van I het café waar de hulpleidcrsdienst zich heeft ^ïustalleerd. Terwijl we ons een kop slappe koffie in Brabant Staat de' koffiepot reeds' iii den: .vroegen moigep. te pruttelen -*• laten toeaie- j nen, gaat onze „Führer" op kondschap uit. En met resultaat. We kunnen ons dus gaan realiseeren, waarvoor we dezen dag staan. Rood heeft opdracht zijn opmarsch voort te zetten.en krachtig door te stopten met de bedoeling zich in het bezit te stellen .van Dongen en de overgangen over het Wilhelmlnakanaal voor zoover deze in. den gevechtssector zijn gelegen. Blauw, dat het Halsche water bij den weg Gestel—Vught in den rug en den brugover- gang bij" eerstgenoemd dorp bezet heeft, zal vertragend moeten teruggaan op het Wil- helminakanaal. Rood opereert weer in twee gevechtsgroe pen iri voorste lijn: de noordelijke groep gevormd door 2 baiaillons wielrijders met 3 batterijen van 7. Veld (2 gemotoriseerde en I rijdende) en de compagnie mortieren. Zuidelijk werd ingezet het 1ste hataillon Wielrijders. De noordelijke groep heeft het oog gericht op Helvoirt, de zuidelijke ziet zich het zuid- westelij'ker gelegen dorpje Haaren als naaste doel aangewezen. Het geheel komt dan in dè lijn Cromvoirt, Helvoirt, Haaren. De cavalerie vormt op dezen Zaterdag de réserve der Lichte Brigade, beide regimen ten Huzaren zijn reeds in opmarsch uit de richting Schijndel, hoóren we. Blauw staat daar tegenover met wel wat al te weinig strijdkrachten om vertragend tè kunnen opereeren. Het zijn niet meer dan twee eskadrons wielrijders, het 13e en 14e, terwijl in de nieuw in te nemen stelling aan hét Wilhelminakanaal nog zullen optreden het 6e eskadron wielrijders (rechts) en het 3e res. eskadron huzaren (links). Kan Rood er in slagen en dat is vrij zeker om Blauw terug te dringen, dan rukken de overmachtige roode troepen op in westelijke richting langs twee lijnen, die het westen uiteen loopen. Daartusschen in wordt later do cavalerie ingezet, die dan terecht komt in de Drunensche duinen, een pracht heideterrein, dat voor de bereden troepen heel wat gunstiger manoeuvreruimte is dan het Brabantsche heggenterrein. Tal ran akkers en velden zijn n.L omgeven door jen heg van opgaand hout. Als we de partijen wat dichter zoeken te naderen, vernemen we, dat Rood bij Vught reeds met drijf zakken over het Halsche water is gegaan. Ook iets zuidelijker, ter plaatse waar we ons bevinden, wijkt Blauw. Dat is noodig, wil het niet de vooruitge komen noordelijke gevechtsgroep in den rug krijgen. De brug over het water moet wor den prijsgegeven. Wel wordt een pantser wagen nog eens den weg opgestuurd maar Rood is op zulk een tegenstander bedacht en spoedig daveren enkele doffe knallen van het roode geschut door de morgenlucht. Daar kan geen pantserwagen tegen op en hij reti reert en haast zich in de richting Vught. Rood krijgt nu ook hier de baan vrij. Deels langs den weg, deels per drijfzak over het. water, rukken zijn wielrijders vooriiit. Het was hier een aardige gevechtsepisode. Minister Colijn, die in den Bosch overnacht had en réeds le 7 uur in het terrein aanwezig was, heeft haar met belangstelling gadegeslagen. Zijn bijzondere aandacht hadden de pant serwagens. Hij toonde er zich later op den ochtend; tevreden over, maar „ze moetën ér nog wat mee leeren omgaan en we hebben er te weinig van. Maar er komen er meer en ook de middelen om ze onschadelijk te maken het infanteriegeschut moeten worden versterkt." Het was goed dit uit dezen mond ook eens te vernemen. Generaal Röell troffen we ter plaatse op het niet zeer gebaande pad door een bos schage, dat naar den waterkant voerde. Ook ae generaal Fabius had zich van deze phase in den strijd op de hoogte gesteld. De militaire attaché's: twee Franschen, een Belg, een Engelschman en een Duitscher, vonden het hier ook al belangrijk en zelfs zoo interessant, dat ze zich met hun ge leider, kapitein Dyxhoorn, per drijfzak naar de overzijde van het water lieten transpor teeren. Ons was deze sensatie echter niet beschoren. Het fraaie buiten van Mr v. Lanschof, het lid van de Eerste Kamer, verschafte ons ge legenheid om weer snel den weg te bereiken. Het worot nu geraden geacht de noorde lijke colonne van Rood, waarvan de beide bataillons naast elkaar oprukken richting Cromvoirt en richting Helvoirt, te volgen. Na eenig zoeken en wat gehobbel langs een zandweg met diepe wielsporen, treffen we ze ten Noorden van den IJzeren Man. Dat is de fraai gelegen theeschenkerij te Vught met haar schitterende gelegenheid tot zwem men en roeien op een aangelegden vijver van zeer grooien omvang. We hebben ech ter geen tijd en reppen ons voort. Bij Guldenberg, westelijk van Cromvoirt, belooft het iets te worden. Stoppen dus en wachten. We hebben goed' geraden. Even later verschijnt minister Colijn; hem olgen al spoedig de beide generaals, die ve reeds noemden. Bij een viersprong verschijnen de wielrij ders van het 2e bataillon het eerst uit het bedekte terrein. Helvoirt was toen half twaalf plus minus reeds bezet en geheel Zuidelijk was de opmarsch naar Haaren in vollen gang. In het goede verband zitten de troepen gus in de aangegeven lijn bij hun tocht naar de Drunensche duinen. Blauw, dat bij Cromvoirt door Rood is omgetrokkén, heeft beenen gemaakt. Majoor v. Diepenbrugge; de cavaleriecom mandant, kan dus veilig op Loon op Zand voortgaan. Successievelijk passeeren de beide huzarenregimenten die als reserve nu vooruitkwamen. Om 11 uur waren ze uit gt. Michielsgestel afgereden. Eén. eskadron zal in de richting Kaatsheuvel de rechterflank beveiligen. Met de rest der troepen zal ;de aanval op Loon op Zand worden uitgevoerd. Twee eskadrons huzaren op rijwielen zullen den linkervleugel dekken. Toen we de cavalerie zoo zagen voorbij trekken, was het aan de paarden merkbaar, dat ze het niet gemakkelijk hadden gehaa en de inspanning van Donderdag nog nawerk te, Trouwens reeds eerder hadden we dat kunnen' waarnemen, toen omstreeks 9 Uur een blauwe patrouille van zes man buitjën dienst was gesteld1 met het oog op den toe stand van hun paaroen. Om kwart vooi;; 5 waren ze op pad gegaan. Ook overigens waren de cavaleristen vraég n den zadel geweest. ji Loon op Zand was het naaste doel onzier route geworden. Edoch deze film gifrg niet door. jj Er kwam namelijk bericht in, dat d?ze plaats reeds om half 3 dóör het 3e eskaarpn wielrijders was bezet én daar een veroverde plaats niet voor de tweede maal dit lot be hoeft te ondergaan, k^aihi de order, dat Ef feling ten westen van Loon op Zand aan gewezen was voor den cavalerieaanval. j. Dat ging er even warm toe. Minister Colijn, die in den loop van den morgen reeds tal van punten, ook comman doposten, bezocht had, behoorde mede tot hen, die dezen ruiteraanval gadesloegen. Een aardig momentje deed zich daarbij voor. Een afdeeling huzaren, die iets uit de rich ting geraakt was, reed recht op de mortieren compagnie van Blauw in. Dat gaf even con sternatie. Maar niet lang. „Attaqueeren" klonk het commando, de sabels vlogen uit de scheden en in vollen ren stoven de rui ters er van door. Alleen een wachtmeester, die zijn lat vergat te trekken, werd daarvan de dupe. Een tegenstander pakte zijn paard bij den teugel en de roode cavalerist was gevangen. Het was een kranig stukje ruiterstrategie, dat we hier te zien kregen. Maar we waren er nog niet. Opnieuw kwam deze afdeeling huzaren vreemd te land en wel tusschen twee groe pen blauwe wielrijders. Wederom zetten de cavaleristen een galop in. Luid kletterden de hoeven op den weg en het wapengerinkel maakte gerucht naar alle zijden. De voorste groep wielrijders zag het meeste heil in een stevige spurt en trachtte de ruiters voor te blijven; cle achterste groep wielen zag géén kans de huzaren in te halen. In de gegevjèn omstandigheden was deze tactiek misschien nog niet de slechtste. De uitkomst was, dat c.e huzaren er op een gegeven oogenblik fae voorkeur aan gaven om tusschen hamer én aambeeld vandaan te 'komen. £e zwenkten links een weg in en ontkwamen^)n het ter- Voor de manoeu vres wordt ook door de militaire attaché's van ver schillende buitenr landsche mogend heden belangstel ling aan den dag gelegd. Men begrijpt, dat toen de bevolking be greep, wat er ging gebeuren, niemand het in huis kon houden. Alles was uitgeloopen en genoot van het militaire schouwspel. Om half 4 had Rood de opgegeven lijn: Dongen en Zuidoostwaarts bereikt. Blauw betrok stellingen op enkele honderoen me ters afstand. Te 4 uur staakte de oefening. Zondag is er rust en Maandag is het de bedoeling om ongeveer uit te komen op de plaats waar de Lichte Brigade haar taak indt bij de oefeningen van het Veldleger, ie a.s. Dinsoag in den Vierhoek Breda Roosendaalgrens een aanvang nemen. Enkele voorbereidende mededeelingen daarover en een kaartje plaatsen we Dins- beelding bestaat, die ons kan leeren, hoe de®e zaal er in Juli 1572 uitzag. Nadat nog een bezoek aan de Groote Kerk was gebracht, waar architect B. van Bilder- beek het geelscbap rondleidde, en van voor lichting diende, werd de dag besloten door een gezamenlijk® maaltijd in de Taveerne „Ter Merwe''. ARCHIVARISSEN BIJEEN Koerswijzigingen Zaterdag werd te Dordrecht de 45ste al- gemeen» vergadering gehouden van de Veixeniging van Archivarissen in Neder land. Het was 38 jaar geledien, dat de le den voor de eerste maal hun schreden naar de oude Merwcstad hadden gericht. Het is te hopen, dat zij niet 38 jaar zulte?) wachten om dit voor de derde maal te doen. Van het verslag, dat de voorzitter, D'r Moll, .archivaris van 's-Gravenhage, in de morgenvergadering, gehouden in de Raads zaal, uitbracht, gaven we in onze vorige editie reeds verslag. Bij den aanvang van deze vergadering was een telegram vau gelukwensch ge den naar Prinses Juliana. Na het uitbrengen van het jaarverslag werden verschillende huishoudelijke zaken afgehandeld. Tot besluursdid der vereeni ging wérd gekozen Jhr Van Rheineck Leys sius, inspecteur der gemeente- en water schapsarchieven in Zuid-Holland, en tot voorzitter Jhr Mr A. H. Martens van Seven- j hoven, rijksarchivaris in Gelderland. Re dacteur van het Nederlanidsch Archieven blad werd Mr H. Haze winkel, archivaris van Rotterdam. Als plaats voor de volgen de algemeene vergadering werd Groningen aangewezen. De Burgemeester oere-gast Nadat de lunch was gebruikt in hotel Belle vu e, heropende de voorzitter om twee uur de vergadering, waarna hij allereerst het woord gaf aan den burgemeester Dordrecht, den heer P. L. de Gaay Fort man, dié de aanwezigen hartelijk welkom heette in Hollands oudste stad, en haar rol in de geschiedenis van Holland en van Nederland kortelijk memoreerde. Nadat Dr Moll den burgemeester voor zijn vriendelijke woorden had gedankt, de wensch uitsprekende, dat Dordrecht spoe dig' weer een „heelen" archivaris mag be zitten. verleende hij het woord aan Mr Meerkamp van Embden. rijksarchivaris Zeeland, yoor het houden zijner rede over „Het programma onzer Vereeniging". Hij stelde daarin de vraag aan de orde of het niet tijd werd de archieven, meer dan tot nu toe, dienstbaar te maken aan de wetenschap om haars zelfs wille ei geschiedkundige bronnen» die zij zijn, te gebruiken voor het samenstellen van groot se Ir opgezet werk op cultuur-historisch De bespreking, dié naar aanleiding' var dit"réferaat 'volgde,' gaf aanleiding tot leven ;digé: gedachten wisseling. Men deed sugges ties tq.t pract.ische uitwerking van Mr Meer kamp^ ideeën. Anderen, w.o. de Dordtsche arch)ars waren in tegenstelling me1 dm inleider vart meenmg, dat het tech nische eri het wetenschapp'/.ijlvi in het ar chief wezen, van elkaar var^ïl-idende ele- Dordt in het centrum Nadat- het officieele gedeelte der verga dering was afgeloopen, gaf Mr J. J. Beyer- man,, archivaris van Dordrecht, een korte uiteenzetting over de beteekenis der in het Dordtsche gemeente-archief bewaarde ver zameling „Dordracum Illustratum", door wijten Mr S. van Gijn (geb. te Vlaardingen 18 Sept. 1836, dus juist een eeuw geleden, overleden te Dordrecht 5 Mei 1922) aan de stad Dordrecht geschonken. Vervolgens bezichtigden de aanwezigen een kleine tentoonstelling van prenten, enz., uit deze verzameling, door Mr Beyerman in het stad huis ingericht, waarna onder zijn leiding een rondwandeling door de oude stad volg de, waarbij o.a. de Groothoofdspoort, de plaats waar tot 1857 de Kloveniersdoelen hebben gestan (in de Doelenstraat), het Muntpoortje en het „Hof" werden bezich tigd, waarbij men zich kon overtuigen van den staat van verval van den vroegeren refter van het voormalige Augustijnen- klooster, waar in 1572 de grondslag werd gelegd der Nederlandsche onafhankelijk heid. Over de restauratieplannen van dit gebouw is de laatste jaren niets meer ver- gnomen; een moeilijkheid vormt trouwens omstandigheid, dat er geen enkele af- De drukte op Prinsjesdag Officieele gegevens De inspectie Rotterdam van de Ned. Spoorwegen, heeft enkele officieele ge gevens verstrekt over de drukte -op Prinsjesdag in de Residentie. Op het station Hollandsche Spoor kwamen 65000 reizigers aan en op het Station S.S. 15000. Totaal 80,000 hetgeen een recordcijfer is. Luchtschepen over den Oceaan De heer A. T. Bronsing in Amerika Met het luchtschip „Hindenburg" is fe Lakeburst, in de V. S., aangekomen de beer A. F. Bronsing, directeur der Stoom vaart-Mij „Nederland" en voorzitter van het syndicaat voor luchtschipverkeer met Ned.- Indië, die mededeelde dat het de bedoeling van dit syndicaat is een passagiers- en vrachtdienst per luchtschip te openen over den AHantischen Oceaan. Hij zeide over den bouw van het eerste luchtschip met de Goodyear Zeppelin- Maatschappij te Akron (Ohio) in onder handeling te zijn, terwijl hij voorts me dedeelde, dat met toestemming van Dr. Eckener twee jaar lang een officieele waarnemer van het syndicaat aan boord van de Graf Zeppelin de reis heeft mee gemaakt, (Bedoeld is hier de heer Van Tijen). Mr. J. E. W. Duys Mr. J. E. W. Duys, lid van de Tweede Ka mer. zal zich in het volgende jaar niet meer voor een candidatuur voor de Twee de Kamer beschikbaar stellen. Het ligt in zijn voornemen 's-Gravenhage te verlaten en zich in Lochem te vestigen. Nieuwe spoorbrug bij Ravenstein De oude niet meer bestand tegen het moderne treinverkeer Naar wij uit goede bron vernemen wordt door de directie der Neo. Spoorwegen ern stig overwogen om de bestaande spoorbrug over de rivier de Maas te Ravenstein, welke blijkens onderzoek niet meer bestand is tegen het snelle en zware treinverkeer, te vervangen door een nieuwe brug. Deze zal worden gebouwd op dezelfde pijlers als waarop de oude brug rust. Om het treinver keer niet te stagneeren blijft de oude brug liggen tot dat de nieuwe brug voor den treinenloop zal zijn opengesteld. Verder wordt de bestaande Spoordam ten noorden en ten zuiden van de brug tijdelijk verbreed en verlegd. Félle brand 111 de hoofdstad Zqndagavond ontdekten voorbijgangers rook en een roode vuurgloed in een der bovenverdiepingen van het perceel Mar- nixstraat 255 -waarvan de achterkant uit giet op de Westerkade. De betrokken huizen zijn verdeeld in voor- en achterwoningen, elk bestaande uit een huiskamer met alcoof en een keu ken. De bewoner van twee hoog achter, Kempr, kon zich tijdig met zijn vrouw en kind in veiligheid brengen, evenals de bewoner van het voorhuis dezer etage. Op de bovenver dieping was geen van beide bewoners aanwezig. Toen de brandweer arriveerde, sloegen de vlammen aan de voorzijde uit het zolderraam en aan de achterzijde uit de ramen van tweede, derde en zolderver dieping. Na ruim een half uur was de brandweer het vuur meester. De achter woningen der tweede en derde verdieping waren toen vrijwel geheel uitgebrand, ter wijl het voorgedeelte van deze etages vrij ernstig van het vuur te lijden ha dgehad en ook de zolderverdieping en gedeelten van het dak door de vlammen zwaar wa ren beschadigd. De familie Kempr was verzekerd, de be woner van drie hoog achter, de heer Boons, die vrijwel al zijn bezittingen in de vlam men zag opgaan, echter niet. In de keuken van twee hoog achter, waar de brand ontstond, had de vrouw des huizes een waschketel met inhoud op een brandend petroleumstel laten staan. Ver moedelijk moet hier de oorzaak van den brand gezocht worden. DINSDAG 22 SEPTEMBER HILVERSUM I 1875 M. AVRO-Uitzending. 8.00 Gram.pl. 9.00 Kovacs Lajos' orkest. 9.50 Gram.pl. 10.00 Morgenwijding.. Gr.pl. 10.30 De Violiers. 11.00 Huish. wenken. 11.30 De Violiers. 12.30 Gram.pl. 1.30 Viool en piano, voordracht. 3.00 Causerie over de a.s. knipcursus. 3.05 Omroep orkest en solist. 4.00 Piano-recital. 4.30 Kinderkoorzang. 5.00 Voor de kinderen. 5.30 Omroeporkest en Gram.pl. 7.30 Cau serie over de a.s. Engelsohe les. 8.00 Be richten ANP. 8.10 Gevar. programma. 10.00 Radio-tooneel. 10.30 Ensemble Ilies- cu. 11.00 Berichten ANP. 11.4012.00 Gram.pl. HILVERSUM n 301 M. KRO-Uitzending. 8.00—9.15 en 10.00 Gram.pl. 11.30—12.00 Godsd. halfuur. 12.15 KRO-Melodisten, zang en gram.pl. 2.00 Vrouwenuur. 3.00 Gram.pl. 4.00 KRO-orkest en Gram.pl. 5.45 Gelukwenschen. 6.00 Gram.pl. 6.15 De KRO-Meeuwen. 7.00 Berichten. 7.15 Ka tholieke Pers in Nederland, causerie. 7.35 Sporthalfuur. 8.00 Berichten ANP. Mede deelingen. Gram.pl. 8.11/ Sted. orkest Maastricht. 9.00 Gram.pl. 9.30 Causerie over de a.s. modecursus. 9.40 KRO-orkest. 10.30 Berichten ANP. 10.35 Gram.pl. 10.45 KROrBoys en solist. 11.15 Farkas Jenö's Hongaarsch orkest. 11.4512.00 Gram.pl. DROITWICH 1500 M. 12.10 Orkestconcert. 12.50 Sted. orkest Edinburgh en solist. 1.502.20 Kwintet. 4.40 Zigeuner-orkest. 5.35 Instrumentaal concert. 6.45 Het Brid- gewater-kwintet. 7.35 Piano-recital. 8.20 Revue-programma. 10.30 BBC-orkest en solist. RADIO PARIS 1648 M. 11.20 Orkestconcert. 4.50 Piano-recital. 5.50 Orkestconcert. 8.50 Operette-uitzending. 11.5012.35 Populair concert. PRUSSEL 322 en 484 M. 322 M.: 12.50 Sa lon-orkest. 5.20 Salon-orkest. 6.50 en 7.20 Gram.pl. 8.20 Klein-orkest en zang. 10.30 11.30 Gram.pl. 484 M.: 1.30 Salon-orkest. 5.20 Klein- orkest. 8.20 Omroeporkest en zang. 10.30 11.20 Gram.pl. DEUTSCHLANDSENDER 1571 M. 8.30 Po pulair concert. 10.35 Sportreportage. 10.50 viool en piano. 11.2012.05 Symphonie- concert (Gr.pl.). die nare schele hoof dpijn, steeds op dezelfde plaats Zoo'n dof, drukkend gevoel, vervolgens diep borend en niet meer om uit te houden? Een half uur rust, soek de stilte en een of twee van die "AKKERTJES" zullen U oogenblikkelijk verlichting brengen en ongemerkt de pijn geheel doen verdwijnen. Per 12 stuks slechts 52 cenL <ens recept van Apotheker Dumont Lichtstaking in Schiedam Protest tegen de dure tarieven De Algemeene Vereeniging tot Beharti ging der Belangen van het Ivleinzakenbe- drijf in Schiedam, protesteerende tegen het uitzonderingstarief a 26 ct. per KAV.U., vastgesteld voor het verbruik van elec- trisch licht iiï winkels en bedrijven van kleine zakendoenden en verwijzende naar de veel gunstiger bepalingen (a 2J/£ tot 3JA cent per KAV.U.) geldende voor grootver bruikers van electrisch licht in de winkel branche, heeft besloten met ingang van 4 October over te gaan tot het toepassen van noodverlichting, ter vervanging van het dure electrische licht Nu herhaald aandringen op verlaging der tarieven geen succes heeft gehad, wil men op deze wijze probeeren tot resultaat te komen. GROOTE BOERDERIJBRAND Zaterdagmiddag tusschen vier uur en half vijf is tengevolge van hooibroei brand ontstaan in de boerderij, gelegen in de Har- kebuurt bij Oosterend op Texel, be- woond door den landbouwer Breen en eigen dom van den heer Dros. Buren kwamen den bewoners, die zich" nog niets bewust waren, de jobstijding brengen. Niets kon worden gered. Eea groote hoevelheïd hooi. landbouwwerktui gen en de geheele inboedel werden een prooi der vlammen. De schade, welke naar schatting 20.000 gulden bedraagt, wordt gedeeltelijk door verzekering gedekt. GESCHIEDENIS VAN E0M HOLLANDSOR- AMERIKAANSCHEN MILLIONAIR - DOOR K.JONKHEID <u „En nu de rest", zegt hij dreigend. Hij staat vlak voor Willem en kijkt hem strak in 't gezicht, „De rest?" „Natuurlijk. Is dit soms toevallig je laatste flesch?" „Het is mijn laatste brandewijn. Ik had maar twee fles schen". „Dat zal wel. Geen praatjes. We breken je bagage open en halen alles overhoop. Ik roep er de matrozen bij, die lusten ook wat". Willem aarzelt. In de groote koffer zit zijn geld, daar is ook de flesch jenever. „Nou. hoe is het? Geef je 't, of moeten we 't nemen?" „Ik zal het geven. Brandewijn heb ik niet meer. Ik heb maar één flesch jenever. Je moogt het zien". „Vlug dan". Willem opent de kleine koffer. Hier is niets in dan kleeding. Heb je 't gezien?" Hij haalt het koffertje heelemaal leeg. Er valt niets te ver bergen. „De andere. Vlug wat". Hij opent de groote koffer, geeft de flesch jenever, tilt de kleeding op, om te laten zien, dat er geen andere flesscheh zijn, behoedzaam zorgend, dat de portefeuille niet zicht baar komt. De stuurman gaat weg. Gelukkig! Willem is geschrokken. Terwille van zijn geld heeft hij zoete broodjes gebakken en nu is het gevaar, dat ook zijn geld ontdekt zal worden, voorloopig afgewend. Maar zijn riist is weg. Hij neemt het geld uit de groote koffer. De kleine 'is vei liger, die is voor de oogen van den stuurman geheel geledigd, de groote kan nog wel opnieuw doorzocht worden. Hij zal het bedrag splitsen, een deel in de kleine koffer en een deel in zijn binnenzak. Gaat het eene verloren, dan heeft hij nog het ander. De stuurman heeft de twee flesschen onder zijn korte jas. Hij houdt ze vast met beide handen en bonst met zijn knie tegen de deur van de kapiteinskajuit. De kapitein doet open. „Kijk eens, kappie, wat ik heb". „Wat?" De stuurman zet de flesschen op tafel. De kapitein kijkt verrast en blij. Het verblijf van den gezagvoerder is een laag kaal vertrek. De grond is beslikt, op alle voorwerpen ligt een grijze laag stof, op de tafel staat allerlei rommel, op een schoongeveegd puntje liggen enkele papieren. De kapitein grendelt de deur. „Hoe kom je daar aan?" „Van een passagier"» „Gekregen?" „Natuurlijk". Een grof gelach, dat bijna klinkt als het brullen van een roofdier, vult een oogenblik het vuile vertrekje. Met een vies grauw vod, dat een zure stank afgeeft en in zijn jonge jaren een vaatdoek is geweest, smeert de kapitein een hoek van de tafel „schoon" en zet daar twee groote glazen „We zullen beginnen met Schiedam". Hij trekt de flesch jenever open en schenkt in. Binnen een paar seconden zijn de glazen leeg. Weer vullen. Ze houden de gang er in. De stuurman, die eerst brande wijn heeft gedronken en nu jenever daar bovenop, is gauw buiten westen. Hij hangt tegen de tafel, die aan de vloer staat vastgeschroefd. De kapitein zet het bedrijf voort tot ook hij niet meer kan. De stuurman is op den vloer gegleden en de gezagvoerder ligt met zijn bovenlijf over de tafel. Hun vuile adem verpest de lucht, de deur is gegrendeld. Er zijn nog maar vier matrozen aan boord plus de kok, een oude zeebonk, die voor de bemanning kookt en bakt, nog stevig en sterk is en matig in het gebruik van sterke drank. Ze hebben weinig te doen, want er is geen wind. Ze zitten op het dek, leunen met hun rug tegen de verschansing, be kijken de horizont, spuwen en zwijgen. Ze hebben de laatste dagen geen druppel spraakwater geproefd. De kok komt er bij. Hij is spraakzamer dan de anderen, die alleen maar reageeren als er een geestigheid van zeer laag en grof gehalte wordt afgeleverd. Zoo zitten ze een paar uren. Dan komt er werking in de lucht, een ontwakend windje ritselt aan de zeilen en beweegt het water. Ze staan op en kijken rond. „Waar is de baas?" „Die slaapt zeker". „Ik ga bullen halen voor de pot van morgen" .zegt de kok, „anders is het pekelspek veel te zout, nu we niks te drinken hebben". Even later komt hij terug. „Zeg kerels, de kast van den baas zit op de grendel en hij geeft geen antwoord", „Wat is dat nou?" Twee van hen loopen het smalle trapje af en kloppen aan de deur, de kok staat halverwege, de twee anderen in gebukte houding bovenaan. Ze kloppen nog eens en nog eens weer. Geen antwoord. Ze bonzen dreunend met vier vuisten tegelijk. Een schorre schreeuw als van een vaste slaper, die verschrikt wakker wordt, gevolgd door gestommel en gebrom verkondigt hun, dat er leven is. De grendel schuift weg. de deur gaat open en een walgelijk mengsel van bedorven lucht en reuk van alkohol slaat de kerels in 't gezicht. De stuurman heeft opengedaan, de kapitein kijkt verdwaasd als een niets begrijpende baby, zijn armen liggen nog op de tafel. „Kom maar binnen, jongens, d'r is voor jullie ook nog een druppeltje." De raatrozen zien de flesch jenever, die zoo goed als leeg en de brandewijn, "die nog bijna vol is. Daar zouden ze voor vechten, daar zouden ze een moord voor plegen, als het bijzijn van kapitein en stuurman hen niet in toom hield, want het gezag zit er nog in, al zijn ze beiden op het oogenblik maar stuntelige dronkaards. (Wordt vervolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1936 | | pagina 9