kÜDI
De Lichte Brigade op manoeuvre
AKKERTJES
MAANDAG 21 SEPTEMBER 1936
Blauw over hef Wilhelmina-
™1 kanaal teruggeworpen
Minister Colijn bestudeert
de pantserwagens
Aanval op Effeling
DERDE BEAD PAG. 9
Charge van de cavalerie
TWEEDE DAG
.Tilburg, 19 Sept. 1936.
De eerste manoeuvredag had veel van
mensch en dier gevergd.
Toch kon de rust niet lang zijn, al scheen
de oefening voor den laatstan dag der week
iets minder inspannend.
De leider van het geheel zorgde daarbij
voor een zekere distributieve rechtvaardig
heid.
Allereerst kwam daarom vandaag in actie
hetgeen den vorigen dag reserve was ge
weest; de huzaren werden ditmaal achter
waarts opgesteld, al zouden ze niet ontko
men aan een. rit pit de lijn Berlicum—
Schijndel övèr' ilelvoirt en Cromvoirt naar
Loon op Zand in de richting Dongen.
Het „busje" bracht ons weer waar we
wezen moeten, al had het begin van den
toclit veel van
een vraagteekenreis.
't Merkwaardige geval deed zich nl. voor
iets dat we nog nimmer beleefd hebben
dat onze mentor tevergeefs op de gegevens
voor den tweeden dag, welke uit het Hoofd
kwartier moesten komen, wachtte. De uitge
zonden ordonnans was 's nachts om half één
met leege handen teruggekeerd.
We kennen de ooi-zaak van deze storing
niet, maar ze had niet mogen voorkomen.
Onvoldoende georiënteerd reden we daardoor
af. Maar we zouden ons wel redden, omdat
uit den aard der zaak wel bekend was, waar
vriend en vijand gelegerd waren. De han
dicap was slechts, dat we niet ingelicht
waren omtrent de gegeven ondrachten.
Eerst dus op informatie uit.
Het gaat in de richting den Bosch. Over
Vught bereiken we St. Michielsgestel met
zijn typischen vierkanten toren zonder kerk.
De toren zat als in een soort corset
van onder tot boven in de steigers. De klok
kon echter nog wel geluid worden, gelijk
bleek tijdens het voorbijtrekken van een
dorpschen begrafenisstoet, die geheel te voet
was.
In St. Michielsgestel zitten we midden in
het terrein van den strijd. Wat niet verhin
dert, dat de Brabantsche boerinnekes de
breede mutsen met linten, kant en kleine
bloemkes gesierd op het hoofd, rustig ter
kerke kunnen gaan.
Reeds waren we aan den zuidkant van
Vught Blauwe voorposten en pantserwagens
gepasseerd en niet zoo heel veel verder doken
de roode kenmerken voor ons op.
Doorrijden dus de uit Schijndel optrek
kende roode cavalerie tegemoet.
Op het ruime kerkplein in St. Michiels
gestel vleien we ons in de rieten stoelen van
I het café waar de hulpleidcrsdienst zich heeft
^ïustalleerd.
Terwijl we ons een kop slappe koffie in
Brabant Staat de' koffiepot reeds' iii den:
.vroegen moigep. te pruttelen -*• laten toeaie-
j nen, gaat onze „Führer" op kondschap uit.
En met resultaat. We kunnen ons dus gaan
realiseeren, waarvoor we dezen dag staan.
Rood heeft opdracht zijn opmarsch voort
te zetten.en krachtig door te stopten met de
bedoeling zich in het bezit te stellen .van
Dongen en
de overgangen over het Wilhelmlnakanaal
voor zoover deze in. den gevechtssector zijn
gelegen.
Blauw, dat het Halsche water bij den weg
Gestel—Vught in den rug en den brugover-
gang bij" eerstgenoemd dorp bezet heeft, zal
vertragend moeten teruggaan op het Wil-
helminakanaal.
Rood opereert weer in twee gevechtsgroe
pen iri voorste lijn: de noordelijke groep
gevormd door 2 baiaillons wielrijders met 3
batterijen van 7. Veld (2 gemotoriseerde en
I rijdende) en de compagnie mortieren.
Zuidelijk werd ingezet het 1ste hataillon
Wielrijders.
De noordelijke groep heeft het oog gericht
op Helvoirt, de zuidelijke ziet zich het zuid-
westelij'ker gelegen dorpje Haaren als naaste
doel aangewezen. Het geheel komt dan in
dè lijn Cromvoirt, Helvoirt, Haaren.
De cavalerie vormt op dezen Zaterdag de
réserve der Lichte Brigade, beide regimen
ten Huzaren zijn reeds in opmarsch uit de
richting Schijndel, hoóren we.
Blauw staat daar tegenover met wel wat
al te weinig strijdkrachten om vertragend
tè kunnen opereeren. Het zijn niet meer dan
twee eskadrons wielrijders, het 13e en 14e,
terwijl in de nieuw in te nemen stelling aan
hét Wilhelminakanaal nog zullen optreden
het 6e eskadron wielrijders (rechts) en het
3e res. eskadron huzaren (links).
Kan Rood er in slagen en dat is vrij
zeker om Blauw terug te dringen, dan
rukken de overmachtige roode troepen op
in westelijke richting langs twee lijnen, die
het westen uiteen loopen. Daartusschen
in wordt later do cavalerie ingezet, die dan
terecht komt in de Drunensche duinen, een
pracht heideterrein, dat voor de bereden
troepen heel wat gunstiger manoeuvreruimte
is dan het Brabantsche heggenterrein. Tal
ran akkers en velden zijn n.L omgeven door
jen heg van opgaand hout.
Als we de partijen wat dichter zoeken te
naderen, vernemen we, dat Rood bij Vught
reeds met drijf zakken over het Halsche
water is gegaan.
Ook iets zuidelijker, ter plaatse waar we
ons bevinden, wijkt Blauw.
Dat is noodig, wil het niet de vooruitge
komen noordelijke gevechtsgroep in den rug
krijgen. De brug over het water moet wor
den prijsgegeven. Wel wordt een pantser
wagen nog eens den weg opgestuurd maar
Rood is op zulk een tegenstander bedacht en
spoedig daveren enkele doffe knallen van
het roode geschut door de morgenlucht. Daar
kan geen pantserwagen tegen op en hij reti
reert en haast zich in de richting Vught.
Rood krijgt nu ook hier de baan vrij.
Deels langs den weg, deels per drijfzak over
het. water, rukken zijn wielrijders vooriiit.
Het was hier een aardige gevechtsepisode.
Minister Colijn, die in den Bosch
overnacht had en réeds le 7 uur in het
terrein aanwezig was, heeft haar met
belangstelling gadegeslagen.
Zijn bijzondere aandacht hadden de pant
serwagens. Hij toonde er zich later op den
ochtend; tevreden over, maar „ze moetën ér
nog wat mee leeren omgaan en we hebben
er te weinig van. Maar er komen er meer en
ook de middelen om ze onschadelijk te
maken het infanteriegeschut moeten
worden versterkt." Het was goed dit uit
dezen mond ook eens te vernemen.
Generaal Röell troffen we ter plaatse op
het niet zeer gebaande pad door een bos
schage, dat naar den waterkant voerde. Ook
ae generaal Fabius had zich van deze phase
in den strijd op de hoogte gesteld.
De militaire attaché's: twee Franschen,
een Belg, een Engelschman en een Duitscher,
vonden het hier ook al belangrijk en zelfs
zoo interessant, dat ze zich met hun ge
leider, kapitein Dyxhoorn, per drijfzak naar
de overzijde van het water lieten transpor
teeren. Ons was deze sensatie echter niet
beschoren.
Het fraaie buiten van Mr v. Lanschof, het
lid van de Eerste Kamer, verschafte ons ge
legenheid om weer snel den weg te bereiken.
Het worot nu geraden geacht de noorde
lijke colonne van Rood, waarvan de beide
bataillons naast elkaar oprukken richting
Cromvoirt en richting Helvoirt, te volgen.
Na eenig zoeken en wat gehobbel langs een
zandweg met diepe wielsporen, treffen we
ze ten Noorden van den IJzeren Man. Dat
is de fraai gelegen theeschenkerij te Vught
met haar schitterende gelegenheid tot zwem
men en roeien op een aangelegden vijver
van zeer grooien omvang. We hebben ech
ter geen tijd en reppen ons voort.
Bij Guldenberg, westelijk van Cromvoirt,
belooft het iets te worden. Stoppen dus en
wachten.
We hebben goed' geraden.
Even later verschijnt minister Colijn; hem
olgen al spoedig de beide generaals, die
ve reeds noemden.
Bij een viersprong verschijnen de wielrij
ders van het 2e bataillon het eerst uit het
bedekte terrein. Helvoirt was toen half
twaalf plus minus reeds bezet en geheel
Zuidelijk was de opmarsch naar Haaren in
vollen gang. In het goede verband zitten de
troepen gus in de aangegeven lijn bij hun
tocht naar de Drunensche duinen. Blauw,
dat bij Cromvoirt door Rood is omgetrokkén,
heeft beenen gemaakt.
Majoor v. Diepenbrugge; de cavaleriecom
mandant, kan dus veilig op Loon op Zand
voortgaan. Successievelijk passeeren de
beide huzarenregimenten die als reserve nu
vooruitkwamen. Om 11 uur waren ze uit gt.
Michielsgestel afgereden. Eén. eskadron zal
in de richting Kaatsheuvel de rechterflank
beveiligen. Met de rest der troepen zal ;de
aanval op Loon op Zand worden uitgevoerd.
Twee eskadrons huzaren op rijwielen zullen
den linkervleugel dekken.
Toen we de cavalerie zoo zagen voorbij
trekken, was het aan de paarden merkbaar,
dat ze het niet gemakkelijk hadden gehaa en
de inspanning van Donderdag nog nawerk
te, Trouwens reeds eerder hadden we dat
kunnen' waarnemen, toen omstreeks 9 Uur
een blauwe patrouille van zes man buitjën
dienst was gesteld1 met het oog op den toe
stand van hun paaroen. Om kwart vooi;; 5
waren ze op pad gegaan.
Ook overigens waren de cavaleristen vraég
n den zadel geweest. ji
Loon op Zand was het naaste doel onzier
route geworden. Edoch deze film gifrg
niet door. jj
Er kwam namelijk bericht in, dat d?ze
plaats reeds om half 3 dóör het 3e eskaarpn
wielrijders was bezet én daar een veroverde
plaats niet voor de tweede maal dit lot be
hoeft te ondergaan, k^aihi de order, dat Ef
feling ten westen van Loon op Zand aan
gewezen was voor den cavalerieaanval. j.
Dat ging er even warm toe.
Minister Colijn, die in den loop van den
morgen reeds tal van punten, ook comman
doposten, bezocht had, behoorde mede tot
hen, die dezen ruiteraanval gadesloegen.
Een aardig momentje deed zich daarbij
voor.
Een afdeeling huzaren, die iets uit de rich
ting geraakt was, reed recht op de mortieren
compagnie van Blauw in. Dat gaf even con
sternatie. Maar niet lang. „Attaqueeren"
klonk het commando, de sabels vlogen uit
de scheden en in vollen ren stoven de rui
ters er van door. Alleen een wachtmeester,
die zijn lat vergat te trekken, werd daarvan
de dupe. Een tegenstander pakte zijn paard
bij den teugel en de roode cavalerist was
gevangen.
Het was een kranig stukje ruiterstrategie,
dat we hier te zien kregen.
Maar we waren er nog niet.
Opnieuw kwam deze afdeeling huzaren
vreemd te land en wel tusschen twee groe
pen blauwe wielrijders. Wederom zetten de
cavaleristen een galop in. Luid kletterden
de hoeven op den weg en het wapengerinkel
maakte gerucht naar alle zijden. De voorste
groep wielrijders zag het meeste heil in een
stevige spurt en trachtte de ruiters voor te
blijven; cle achterste groep wielen zag géén
kans de huzaren in te halen. In de gegevjèn
omstandigheden was deze tactiek misschien
nog niet de slechtste. De uitkomst was, dat
c.e huzaren er op een gegeven oogenblik fae
voorkeur aan gaven om tusschen hamer én
aambeeld vandaan te 'komen. £e zwenkten
links een weg in en ontkwamen^)n het ter-
Voor de manoeu
vres wordt ook
door de militaire
attaché's van ver
schillende buitenr
landsche mogend
heden belangstel
ling aan den dag
gelegd.
Men begrijpt, dat toen de bevolking be
greep, wat er ging gebeuren, niemand het in
huis kon houden. Alles was uitgeloopen en
genoot van het militaire schouwspel.
Om half 4 had Rood de opgegeven lijn:
Dongen en Zuidoostwaarts bereikt. Blauw
betrok stellingen op enkele honderoen me
ters afstand.
Te 4 uur staakte de oefening.
Zondag is er rust en Maandag is het de
bedoeling om ongeveer uit te komen op de
plaats waar de Lichte Brigade haar taak
indt bij de oefeningen van het Veldleger,
ie a.s. Dinsoag in den Vierhoek Breda
Roosendaalgrens een aanvang nemen.
Enkele voorbereidende mededeelingen
daarover en een kaartje plaatsen we Dins-
beelding bestaat, die ons kan leeren, hoe
de®e zaal er in Juli 1572 uitzag.
Nadat nog een bezoek aan de Groote Kerk
was gebracht, waar architect B. van Bilder-
beek het geelscbap rondleidde, en van voor
lichting diende, werd de dag besloten door
een gezamenlijk® maaltijd in de Taveerne
„Ter Merwe''.
ARCHIVARISSEN BIJEEN
Koerswijzigingen
Zaterdag werd te Dordrecht de 45ste al-
gemeen» vergadering gehouden van de
Veixeniging van Archivarissen in Neder
land. Het was 38 jaar geledien, dat de le
den voor de eerste maal hun schreden
naar de oude Merwcstad hadden gericht.
Het is te hopen, dat zij niet 38 jaar zulte?)
wachten om dit voor de derde maal te doen.
Van het verslag, dat de voorzitter, D'r
Moll, .archivaris van 's-Gravenhage, in de
morgenvergadering, gehouden in de Raads
zaal, uitbracht, gaven we in onze vorige
editie reeds verslag.
Bij den aanvang van deze vergadering
was een telegram vau gelukwensch ge
den naar Prinses Juliana.
Na het uitbrengen van het jaarverslag
werden verschillende huishoudelijke zaken
afgehandeld. Tot besluursdid der vereeni
ging wérd gekozen Jhr Van Rheineck Leys
sius, inspecteur der gemeente- en water
schapsarchieven in Zuid-Holland, en tot
voorzitter Jhr Mr A. H. Martens van Seven-
j hoven, rijksarchivaris in Gelderland. Re
dacteur van het Nederlanidsch Archieven
blad werd Mr H. Haze winkel, archivaris
van Rotterdam. Als plaats voor de volgen
de algemeene vergadering werd Groningen
aangewezen.
De Burgemeester oere-gast
Nadat de lunch was gebruikt in hotel
Belle vu e, heropende de voorzitter om twee
uur de vergadering, waarna hij allereerst
het woord gaf aan den burgemeester
Dordrecht, den heer P. L. de Gaay Fort
man, dié de aanwezigen hartelijk welkom
heette in Hollands oudste stad, en haar rol
in de geschiedenis van Holland en van
Nederland kortelijk memoreerde.
Nadat Dr Moll den burgemeester voor zijn
vriendelijke woorden had gedankt, de
wensch uitsprekende, dat Dordrecht spoe
dig' weer een „heelen" archivaris mag be
zitten. verleende hij het woord aan Mr
Meerkamp van Embden. rijksarchivaris
Zeeland, yoor het houden zijner rede over
„Het programma onzer Vereeniging".
Hij stelde daarin de vraag aan de orde
of het niet tijd werd de archieven, meer
dan tot nu toe, dienstbaar te maken aan
de wetenschap om haars zelfs wille ei
geschiedkundige bronnen» die zij zijn, te
gebruiken voor het samenstellen van
groot se Ir opgezet werk op cultuur-historisch
De bespreking, dié naar aanleiding' var
dit"réferaat 'volgde,' gaf aanleiding tot leven
;digé: gedachten wisseling. Men deed sugges
ties tq.t pract.ische uitwerking van Mr Meer
kamp^ ideeën. Anderen, w.o. de Dordtsche
arch)ars waren in tegenstelling me1
dm inleider vart meenmg, dat het tech
nische eri het wetenschapp'/.ijlvi in het ar
chief wezen, van elkaar var^ïl-idende ele-
Dordt in het centrum
Nadat- het officieele gedeelte der verga
dering was afgeloopen, gaf Mr J. J. Beyer-
man,, archivaris van Dordrecht, een korte
uiteenzetting over de beteekenis der in het
Dordtsche gemeente-archief bewaarde ver
zameling „Dordracum Illustratum", door
wijten Mr S. van Gijn (geb. te Vlaardingen
18 Sept. 1836, dus juist een eeuw geleden,
overleden te Dordrecht 5 Mei 1922) aan de
stad Dordrecht geschonken. Vervolgens
bezichtigden de aanwezigen een kleine
tentoonstelling van prenten, enz., uit deze
verzameling, door Mr Beyerman in het stad
huis ingericht, waarna onder zijn leiding
een rondwandeling door de oude stad volg
de, waarbij o.a. de Groothoofdspoort, de
plaats waar tot 1857 de Kloveniersdoelen
hebben gestan (in de Doelenstraat), het
Muntpoortje en het „Hof" werden bezich
tigd, waarbij men zich kon overtuigen van
den staat van verval van den vroegeren
refter van het voormalige Augustijnen-
klooster, waar in 1572 de grondslag werd
gelegd der Nederlandsche onafhankelijk
heid. Over de restauratieplannen van dit
gebouw is de laatste jaren niets meer ver-
gnomen; een moeilijkheid vormt trouwens
omstandigheid, dat er geen enkele af-
De drukte op Prinsjesdag
Officieele gegevens
De inspectie Rotterdam van de Ned.
Spoorwegen, heeft enkele officieele ge
gevens verstrekt over de drukte -op
Prinsjesdag in de Residentie. Op het
station Hollandsche Spoor kwamen
65000 reizigers aan en op het Station
S.S. 15000. Totaal 80,000 hetgeen een
recordcijfer is.
Luchtschepen over den Oceaan
De heer A. T. Bronsing in Amerika
Met het luchtschip „Hindenburg" is fe
Lakeburst, in de V. S., aangekomen de
beer A. F. Bronsing, directeur der Stoom
vaart-Mij „Nederland" en voorzitter van het
syndicaat voor luchtschipverkeer met Ned.-
Indië, die mededeelde dat het de bedoeling
van dit syndicaat is een passagiers- en
vrachtdienst per luchtschip te openen over
den AHantischen Oceaan.
Hij zeide over den bouw van het eerste
luchtschip met de Goodyear Zeppelin-
Maatschappij te Akron (Ohio) in onder
handeling te zijn, terwijl hij voorts me
dedeelde, dat met toestemming van Dr.
Eckener twee jaar lang een officieele
waarnemer van het syndicaat aan boord
van de Graf Zeppelin de reis heeft mee
gemaakt, (Bedoeld is hier de heer Van
Tijen).
Mr. J. E. W. Duys
Mr. J. E. W. Duys, lid van de Tweede Ka
mer. zal zich in het volgende jaar niet
meer voor een candidatuur voor de Twee
de Kamer beschikbaar stellen. Het ligt in
zijn voornemen 's-Gravenhage te verlaten
en zich in Lochem te vestigen.
Nieuwe spoorbrug bij Ravenstein
De oude niet meer bestand tegen
het moderne treinverkeer
Naar wij uit goede bron vernemen wordt
door de directie der Neo. Spoorwegen ern
stig overwogen om de bestaande spoorbrug
over de rivier de Maas te Ravenstein,
welke blijkens onderzoek niet meer bestand
is tegen het snelle en zware treinverkeer, te
vervangen door een nieuwe brug. Deze zal
worden gebouwd op dezelfde pijlers als
waarop de oude brug rust. Om het treinver
keer niet te stagneeren blijft de oude brug
liggen tot dat de nieuwe brug voor den
treinenloop zal zijn opengesteld. Verder
wordt de bestaande Spoordam ten noorden
en ten zuiden van de brug tijdelijk verbreed
en verlegd.
Félle brand 111 de hoofdstad
Zqndagavond ontdekten voorbijgangers
rook en een roode vuurgloed in een der
bovenverdiepingen van het perceel Mar-
nixstraat 255 -waarvan de achterkant uit
giet op de Westerkade.
De betrokken huizen zijn verdeeld in
voor- en achterwoningen, elk bestaande
uit een huiskamer met alcoof en een keu
ken.
De bewoner van twee hoog achter, Kempr,
kon zich tijdig met zijn vrouw en kind in
veiligheid brengen, evenals de bewoner van
het voorhuis dezer etage. Op de bovenver
dieping was geen van beide bewoners
aanwezig. Toen de brandweer arriveerde,
sloegen de vlammen aan de voorzijde uit
het zolderraam en aan de achterzijde uit
de ramen van tweede, derde en zolderver
dieping. Na ruim een half uur was de
brandweer het vuur meester. De achter
woningen der tweede en derde verdieping
waren toen vrijwel geheel uitgebrand, ter
wijl het voorgedeelte van deze etages vrij
ernstig van het vuur te lijden ha dgehad
en ook de zolderverdieping en gedeelten
van het dak door de vlammen zwaar wa
ren beschadigd.
De familie Kempr was verzekerd, de be
woner van drie hoog achter, de heer Boons,
die vrijwel al zijn bezittingen in de vlam
men zag opgaan, echter niet.
In de keuken van twee hoog achter,
waar de brand ontstond, had de vrouw des
huizes een waschketel met inhoud op een
brandend petroleumstel laten staan. Ver
moedelijk moet hier de oorzaak van den
brand gezocht worden.
DINSDAG 22 SEPTEMBER
HILVERSUM I 1875 M. AVRO-Uitzending.
8.00 Gram.pl. 9.00 Kovacs Lajos' orkest.
9.50 Gram.pl. 10.00 Morgenwijding.. Gr.pl.
10.30 De Violiers. 11.00 Huish. wenken.
11.30 De Violiers. 12.30 Gram.pl. 1.30
Viool en piano, voordracht. 3.00 Causerie
over de a.s. knipcursus. 3.05 Omroep
orkest en solist. 4.00 Piano-recital. 4.30
Kinderkoorzang. 5.00 Voor de kinderen.
5.30 Omroeporkest en Gram.pl. 7.30 Cau
serie over de a.s. Engelsohe les. 8.00 Be
richten ANP. 8.10 Gevar. programma.
10.00 Radio-tooneel. 10.30 Ensemble Ilies-
cu. 11.00 Berichten ANP. 11.4012.00
Gram.pl.
HILVERSUM n 301 M. KRO-Uitzending.
8.00—9.15 en 10.00 Gram.pl. 11.30—12.00
Godsd. halfuur. 12.15 KRO-Melodisten,
zang en gram.pl. 2.00 Vrouwenuur. 3.00
Gram.pl. 4.00 KRO-orkest en Gram.pl.
5.45 Gelukwenschen. 6.00 Gram.pl. 6.15 De
KRO-Meeuwen. 7.00 Berichten. 7.15 Ka
tholieke Pers in Nederland, causerie. 7.35
Sporthalfuur. 8.00 Berichten ANP. Mede
deelingen. Gram.pl. 8.11/ Sted. orkest
Maastricht. 9.00 Gram.pl. 9.30 Causerie
over de a.s. modecursus. 9.40 KRO-orkest.
10.30 Berichten ANP. 10.35 Gram.pl. 10.45
KROrBoys en solist. 11.15 Farkas Jenö's
Hongaarsch orkest. 11.4512.00 Gram.pl.
DROITWICH 1500 M. 12.10 Orkestconcert.
12.50 Sted. orkest Edinburgh en solist.
1.502.20 Kwintet. 4.40 Zigeuner-orkest.
5.35 Instrumentaal concert. 6.45 Het Brid-
gewater-kwintet. 7.35 Piano-recital. 8.20
Revue-programma. 10.30 BBC-orkest en
solist.
RADIO PARIS 1648 M. 11.20 Orkestconcert.
4.50 Piano-recital. 5.50 Orkestconcert. 8.50
Operette-uitzending. 11.5012.35 Populair
concert.
PRUSSEL 322 en 484 M. 322 M.: 12.50 Sa
lon-orkest. 5.20 Salon-orkest. 6.50 en 7.20
Gram.pl. 8.20 Klein-orkest en zang. 10.30
11.30 Gram.pl.
484 M.: 1.30 Salon-orkest. 5.20 Klein-
orkest. 8.20 Omroeporkest en zang. 10.30
11.20 Gram.pl.
DEUTSCHLANDSENDER 1571 M. 8.30 Po
pulair concert. 10.35 Sportreportage. 10.50
viool en piano. 11.2012.05 Symphonie-
concert (Gr.pl.).
die nare schele hoof dpijn, steeds
op dezelfde plaats Zoo'n dof,
drukkend gevoel, vervolgens
diep borend en niet meer om
uit te houden? Een half uur rust,
soek de stilte en een of twee
van die "AKKERTJES" zullen
U oogenblikkelijk verlichting
brengen en ongemerkt de
pijn geheel doen verdwijnen.
Per 12 stuks slechts 52 cenL
<ens recept van Apotheker Dumont
Lichtstaking in Schiedam
Protest tegen de dure tarieven
De Algemeene Vereeniging tot Beharti
ging der Belangen van het Ivleinzakenbe-
drijf in Schiedam, protesteerende tegen
het uitzonderingstarief a 26 ct. per KAV.U.,
vastgesteld voor het verbruik van elec-
trisch licht iiï winkels en bedrijven van
kleine zakendoenden en verwijzende naar
de veel gunstiger bepalingen (a 2J/£ tot 3JA
cent per KAV.U.) geldende voor grootver
bruikers van electrisch licht in de winkel
branche, heeft besloten met ingang van
4 October over te gaan tot het toepassen
van noodverlichting, ter vervanging van
het dure electrische licht
Nu herhaald aandringen op verlaging
der tarieven geen succes heeft gehad, wil
men op deze wijze probeeren tot resultaat
te komen.
GROOTE BOERDERIJBRAND
Zaterdagmiddag tusschen vier uur en
half vijf is tengevolge van hooibroei brand
ontstaan in de boerderij, gelegen in de Har-
kebuurt bij Oosterend op Texel, be-
woond door den landbouwer Breen en eigen
dom van den heer Dros.
Buren kwamen den bewoners, die zich"
nog niets bewust waren, de jobstijding
brengen. Niets kon worden gered. Eea
groote hoevelheïd hooi. landbouwwerktui
gen en de geheele inboedel werden een prooi
der vlammen.
De schade, welke naar schatting 20.000
gulden bedraagt, wordt gedeeltelijk door
verzekering gedekt.
GESCHIEDENIS VAN E0M HOLLANDSOR-
AMERIKAANSCHEN MILLIONAIR
- DOOR K.JONKHEID
<u
„En nu de rest", zegt hij dreigend. Hij staat vlak voor
Willem en kijkt hem strak in 't gezicht,
„De rest?"
„Natuurlijk. Is dit soms toevallig je laatste flesch?"
„Het is mijn laatste brandewijn. Ik had maar twee fles
schen".
„Dat zal wel. Geen praatjes. We breken je bagage open en
halen alles overhoop. Ik roep er de matrozen bij, die lusten
ook wat".
Willem aarzelt. In de groote koffer zit zijn geld, daar is
ook de flesch jenever.
„Nou. hoe is het? Geef je 't, of moeten we 't nemen?"
„Ik zal het geven. Brandewijn heb ik niet meer. Ik heb
maar één flesch jenever. Je moogt het zien".
„Vlug dan".
Willem opent de kleine koffer.
Hier is niets in dan kleeding. Heb je 't gezien?"
Hij haalt het koffertje heelemaal leeg. Er valt niets te ver
bergen.
„De andere. Vlug wat".
Hij opent de groote koffer, geeft de flesch jenever, tilt de
kleeding op, om te laten zien, dat er geen andere flesscheh
zijn, behoedzaam zorgend, dat de portefeuille niet zicht
baar komt.
De stuurman gaat weg. Gelukkig!
Willem is geschrokken. Terwille van zijn geld heeft hij
zoete broodjes gebakken en nu is het gevaar, dat ook zijn geld
ontdekt zal worden, voorloopig afgewend. Maar zijn riist is
weg.
Hij neemt het geld uit de groote koffer. De kleine 'is vei
liger, die is voor de oogen van den stuurman geheel geledigd,
de groote kan nog wel opnieuw doorzocht worden.
Hij zal het bedrag splitsen, een deel in de kleine koffer en
een deel in zijn binnenzak. Gaat het eene verloren, dan heeft
hij nog het ander.
De stuurman heeft de twee flesschen onder zijn korte jas.
Hij houdt ze vast met beide handen en bonst met zijn knie
tegen de deur van de kapiteinskajuit.
De kapitein doet open.
„Kijk eens, kappie, wat ik heb".
„Wat?"
De stuurman zet de flesschen op tafel. De kapitein kijkt
verrast en blij.
Het verblijf van den gezagvoerder is een laag kaal vertrek.
De grond is beslikt, op alle voorwerpen ligt een grijze laag
stof, op de tafel staat allerlei rommel, op een schoongeveegd
puntje liggen enkele papieren.
De kapitein grendelt de deur.
„Hoe kom je daar aan?"
„Van een passagier"»
„Gekregen?"
„Natuurlijk".
Een grof gelach, dat bijna klinkt als het brullen van een
roofdier, vult een oogenblik het vuile vertrekje.
Met een vies grauw vod, dat een zure stank afgeeft en in
zijn jonge jaren een vaatdoek is geweest, smeert de kapitein
een hoek van de tafel „schoon" en zet daar twee groote glazen
„We zullen beginnen met Schiedam".
Hij trekt de flesch jenever open en schenkt in. Binnen een
paar seconden zijn de glazen leeg. Weer vullen.
Ze houden de gang er in. De stuurman, die eerst brande
wijn heeft gedronken en nu jenever daar bovenop, is gauw
buiten westen. Hij hangt tegen de tafel, die aan de vloer staat
vastgeschroefd.
De kapitein zet het bedrijf voort tot ook hij niet meer kan.
De stuurman is op den vloer gegleden en de gezagvoerder
ligt met zijn bovenlijf over de tafel. Hun vuile adem verpest
de lucht, de deur is gegrendeld.
Er zijn nog maar vier matrozen aan boord plus de kok, een
oude zeebonk, die voor de bemanning kookt en bakt, nog stevig
en sterk is en matig in het gebruik van sterke drank.
Ze hebben weinig te doen, want er is geen wind. Ze zitten
op het dek, leunen met hun rug tegen de verschansing, be
kijken de horizont, spuwen en zwijgen. Ze hebben de laatste
dagen geen druppel spraakwater geproefd.
De kok komt er bij. Hij is spraakzamer dan de anderen, die
alleen maar reageeren als er een geestigheid van zeer laag en
grof gehalte wordt afgeleverd.
Zoo zitten ze een paar uren. Dan komt er werking in de
lucht, een ontwakend windje ritselt aan de zeilen en beweegt
het water.
Ze staan op en kijken rond.
„Waar is de baas?"
„Die slaapt zeker".
„Ik ga bullen halen voor de pot van morgen" .zegt de
kok, „anders is het pekelspek veel te zout, nu we niks te
drinken hebben".
Even later komt hij terug.
„Zeg kerels, de kast van den baas zit op de grendel en hij
geeft geen antwoord",
„Wat is dat nou?"
Twee van hen loopen het smalle trapje af en kloppen aan
de deur, de kok staat halverwege, de twee anderen in gebukte
houding bovenaan.
Ze kloppen nog eens en nog eens weer. Geen antwoord.
Ze bonzen dreunend met vier vuisten tegelijk. Een schorre
schreeuw als van een vaste slaper, die verschrikt wakker
wordt, gevolgd door gestommel en gebrom verkondigt hun, dat
er leven is.
De grendel schuift weg. de deur gaat open en een walgelijk
mengsel van bedorven lucht en reuk van alkohol slaat de kerels
in 't gezicht.
De stuurman heeft opengedaan, de kapitein kijkt verdwaasd
als een niets begrijpende baby, zijn armen liggen nog op de
tafel.
„Kom maar binnen, jongens, d'r is voor jullie ook nog een
druppeltje."
De raatrozen zien de flesch jenever, die zoo goed als leeg
en de brandewijn, "die nog bijna vol is. Daar zouden ze voor
vechten, daar zouden ze een moord voor plegen, als het bijzijn
van kapitein en stuurman hen niet in toom hield, want het
gezag zit er nog in, al zijn ze beiden op het oogenblik maar
stuntelige dronkaards. (Wordt vervolgd)