kdlOü
Christelijke Staatkunde
ERUG N/AR DE OUDE PADEN?
,'X'
M i iN'
"V-i'i Jj
DINSDAG i SEPTEMBER 1936
TWEEDE BLAD PAG. 5
En Christelijke arbeid op
ander terrein
In een der laatste nummers van de Ba
het Christelijk Weekblad- v»or Ned.-
trof ons een Kroniek, welke ook voor
Christelijk Nederland groote leerhg bevat
waarvan wij dus de gedachtegang hier
Het bestuur der afdeeling Bata\ia van de
ij k Staatkundig! Part ij
per schrijven de leden ernstigvermaand
ïm toch de e.k. jaarvergadering bij te wo-
Het bestuur had in bedoeld stuk o. m.
jevraagd, waarom de jaarvergadering van
Ie afdeeling niet goed bezocht zou kunnen
en daarbij gewezen op de vergaderin
gen van de N.S.B., welke „volle zalen trek
„Hebben wij", zoo vroeg het bestuur
„geestelijk dan niets te lirongen, zijn
vij geestelijk dan zoo arm
De redactie van Indië-HouZee onder-
chepte één van deze persoonlijk geadres
eerde brieven en dezelfde letr toegedaan
ijnde als haar Nederlaodsche zuster „Heh-
icn is houen", ging ze over deze opwekking
chrijven: zich aldus richtend tot de C.S.P.:
„Gij (de C.S.P.) hebt, als politieke
partij, niets te bieden: gij zijt leeg als
klapperdoppen. In U wroet alleen nog de
bedompte vrees, dat anderen zullen mer
ken hoe vreeslijk leeg gij zijt. Waarom
misbruikt gij Gods naam door Hem als
een laatste verkiezingsleuze in het ge
vecht te werpen? Waarom hebt ge steeds
Godes naam op de lippen evenals de
vermolmde R.K. Staatspartij, terwijl gij
beiden, diep in Uw hart toch weet, da'.
Uw programma ketterse» is, dat Uw
staatsleer en de practijk mn Uw politiek
ingaan tegen de Goddelijte ordinantiën?
Gij weet. dat gij niet mee? met stellingen
kunt komen of met di opsommingen
van het goede, dat gij gedaan hebt, of
nog zult doen".
Niet om Indië-Hou Zie van antwoord
dienen, maar om eenige klaarheid onder
eigen menschen te bengen, gaat d e
op deze beschildiging in. De
idactie wil allerminst onkennen, dat men
onze kringen niet wam loopt voor „de
En dat de vergderingen van de
'.S.B. doorgaans heel rat beter bezocht
dan die van de C.S.Pweet zij zeer wel.
De vraag is maar, oldeze vergelijking
lopt en dat doet ze vlgens de redactie
niet Immers:
„Het Christendom heeflzich in deze lan-
m uit de aard der zaakn hooge mate in-
op zending en eingelisatie. Zeer
ilen onder ons arbeidenjietzij in de kerk,
in de school, hetzijin de een of an
functie op het zeningsveld de gan-
he dag aan de meest rjhtstreeksche uit
van Gods koninhijk. Dut is hun
levenswerk; daarvoor kwamen zij hier.
In hoeverre het juist is, dat dezen zich
van het lidmaatschap der C.S.P. onthou
den, zullen wij niet beoordeelen. Dat zij hot
doen teneinde het verwijt te ontgaan van
een verkeerde vermenging van godsdienst
en politiek is echter zeker. En tot op zekere
hoogte ook begrijpeijk. Ook in Nederland
zijn deze kringen voor de politiek niet van
de meeste beteekenis. Ook daar ziet men
bijv. den predikant zich meestal onthouden
van een actief politiek optreden.
Wil de N.S.B. daaruit afleiden, dat in dio
kringen voor de Christelijke staatkunde
geen belangsteling bestaat zij ga haar
gang. Maar dan moeten wij haar toch een
illusie ontnemen. En zeker moeten wij dat,
wanneer de N.S.B. het denkbeeld zou koes
teren als zou men in die kringen feitelijk
reeds tot haar leerstellingen bekeerd zijn.
Eén blik op haar ledenlijst kan baar van
het tegendeel overtuigen."
F,r is echter nog een tweede oorzaak,
waarom de vergaderingen van de C.S.P. zoo
slecht bezocht zijn.
Dat is werkelijk gebrek aan tijd, omdat
er zooveel andere arbeid verricht wordt:
„Voor Kerk, voor zending, voor school,
voor Evangelisatie, voor allerlei philantro-
pischen arbeid, voor allerlei sociaal werk....
ja voor wat niet al! Heel wat menschen on
der onze geestverwanten worden door die
arbeid schier geabsorbeerd. Met het ge
volgdat de arbeid der Christelijke
staatkunde in engere zin wel eens wat in
het gedrang komt. Misschien niet goed te
keuren, maar alweer: Voor wie weet, hoe er
onder onze menschen gewerkt wordt, be
grijpelijk.
Maar steunen dezen de Christelijke staat
kunde niet op indirecte wijze? Wanneer de
C.S.P. het pleit voert voor Christelijk on
derwijs, voor een vrije zending, voor Chris
telijke barmhartigheid mag zij dan de
genen, die daarin actief bezig zijn niet tot
de hare rekenen? Ook al vindt men deze ar
beiders en arbeidsters niet op de ledenlijst?
Of meent de N.S.B., dat deze broeders en
zusters zich reeds onder haar gelederen ge
schaard hebben? Dan vernemen wij liet
gaarne."
Over de geldelijke offers, welke jaar op
jaar gebracht worden, worde niet gespro
ken; er is echter volgens De Banier nog
een derde factor, welke de menschen wel
naar de N.S.B.-vergaderingen en niet -naar
de C.§.P. drijft:
„Dat is: De kameraadschap. Heel wat lo
den van de N.S.B. bezoeken haar vergade
ringen om de sfeer van vriendschap, welke
daar hangt en waaraan zij al te zeer ont
wend waren. Wij breken daar allerminst do
staf over;; integendeel hier kan men zich
ook over verheugen. Maar de eerlijkheid ge
biedt, om te erkennen, dat de C.S.P.-verga-
deringen daarvoor in onze kringen niet noo-
dig zijn. Het Christelijk beginsel op zichzelf
De groote militaire parade op het Ma lieveld te Den Haag ter gelegenheid, van den verjaardag van H. M. de Koningin
heeft een groote samenbindende kracht. De
praktijk van iedere dag is er om het te
toonen.
En Gode zij dank! dit Christelijk be
ginsel, waarvoor onze broeders en zusters
in zoowel als buiten de C.S.P. strijden, heeft
hier in Indië in de loop der jaren op aller
lei gebied rijke vrucht gedragen. Wil men
van N S.B.-zijde beweren, dat de politiek
daar toch niets mede te maken heeft, dan
moeten wij dat stellig ontkennen. De arbeid
die hier door en vanwege Christenen uit
liefde voor het Christelijk beginsel verricht
werd, had en heeft een zeer groote staatkun
dige beteekenis. Ook onze tegenstanders
moeten dat erkennen en hebben dat reeds
meerdere malen erkend. Slechts in het oog
van menschen, die echt liberaal! gods
dienst en politiek scheiden, kan die arbeid
in staatkundig en maatschappelijk opzicht
van nul en geener waarde zijn."
De lezer zal het bemerken: In Indië ziet
men de dingen wel eens wat Anders dan
hier,'doch in wezen is er g^en verschil:
overal op de wereld wordt dezelfde geeste
lijke strijd gestreden.
Wat doet ge liever?
DUUR WONEN ln een bnnrhuls en
Uw leven lang haur betalen?
of GOEDKOOP WONEN IN EEN
EIGEN HUIS en toch ln 20 |aar bet
hnis geheel afbetalen?
HOOGE HYPOTHEEKRENTE BETA
LEN of het RENTEBEDRAG GEBRUI
KEN, om uw schuld af te lossen?
Amsterdam (C.).
Schadeloosstelling en pensioen
De politieke inkomens niet
veilig stellen
In aansluiting aan hetgeen we zelf schre
ven en van anderen citeerden over het
veilig stellen der politieke inkomens, geven
we thans enkele passages uit een artikel
van de Zeeuw, ons anti-rev. orgaan voor
Zeeland, over dit onderwerp. Eerst gaat het
over schadeloosstelling, welke een minder
heid der staatscommissie op 4500 in plaats
van 4000 wil brengen:
Het komt ons voor, dat de regeering
zeer verstandig deed, met het voorstel der
minderheid niet aan te nemen.
Zoolang het mogeiiik blijkt en naar
het schijnt zonder eenig bezwaar het
lidmaatschap van de Tweede Kamer te
combineeren met de betrekking van bur
gemeester, van wethouder van zeer groote
gemeenten, van Gedeputeerde, van predi
kant bij een groote gemeente en zoo veel
meer, is er geen enkele reden om de
schadeloosstelling hooger te bepalen, dan
nu wordt voorgesteld. Wel zou, zonder
dat 's lands belang ook maar eenigermate
geschaad werd, een verder gaande verla
ging kunnen worden toegepast.
De mogelijkheid bestaat natuurlijk, dat
het bedrag der schadeloosstelling iemand,
die men gaarne in de Kamer zou zien,
verhindert zich beschikbaar te stellen. In
een dergelijk geval is echter een bedrag
van 500 ook van geen beteekenis.
Vervolgens maakt de Zeeuw enkele
opmerkingen over de pensioenen in de geest
als ook andere bladen deden (zie ons blad
van Zaterdag) en vervolgt dan:
Heel die pensioengeschiedenis zooals die
nu is en wordt geregeld, schijnt ons een
dwaze instelling.
Dat een pensioen op gevorderde leef
tijd in uitzicht wordt gesteld, fiat.
Maar dat, zooals nu mogelijk is en in
de practijk ook voorkomt bij tusschen-
tijdsche verkiezingen, personen, die ge
durende een jaar het lidmaatschap van de
Kamer combineeren met een goed bezol
digde betrekking of betrekkingen, behal
ve de schadeloosstelling ook nog laten,w<
zeggen gedurende 30 jaar een bedrag van
120 per jaar toucheeren, is de zotheid
gekroond.
Een Kamerlid, die op 35-jarige leef
tijd niet herkozen wordt of na een vier
jarige zittingsperiode ontslag neemt, be
houdt zijn levenslang recht op een uitkee-
rirfg van 4 maal 120 per jaar.
Zelfs al mocht hij later minister wor
den.
Ja, ook dat nog!
De Staatscommissie had voorgesteld
het genot van bedoeld pensioen op te
schorten gedurende de tijd dat een ge
wezen Kamerlid minister is. De re
geering nam dit voorstel echter niet over
uit overweging, „dat het niet rationeel
zou zijn een minister zijn pensioen als ge
wezen Kamerlid te onthouden, zoolang
deze pensioenen bij het aanvaarden van
alle andere ambten onverkort uitgekeerd
worden".
Deze redeneering snijdt geen hout.
Straks kan men, als een voorstel aan
de orde mocht komen om cumulatie van
Kamerlieden-pensioen met inkomsten uit
openbare ambten te verbinden, de zaak
omkeeren en zeggen, dat zulks toch niet
aangaat uit overweging, dat toch ook
een minister zijn pensioen als gewezen
Kamerlid behoudt.
Wij hopen, dat de Kamer hier een ver
standig initiatief zal toonen, door derge
lijke cumulatie onmogelijk te maken en
tevens het maximum-pensioen te verla
gen. 4
In verband hiermede is nog een goed
werk te doen.
Voorgesteld wordt de pesioenen voor
gewezen Kamerleden te verlagen, even-
WOENSDAG 2 SEPTEMBER
HILVERSUM I 1875 M. VARA-Uitzending:.
8.00 Gram.pl. 9.30 Keukenpraatje. 10.00
Morgenwijding VPRO. 10.15 „De Bohe
mians". Radiotooneel. Causerie over de
intern, vredescampagne. 12.30 VARA-
Orkest. 2.00 Kniples. 2.30 Voor de Vrouw.
3.00 Orgelspel. 3.30 Voor de kinderen.
5.30 „Orvitropia". 6.30 RVU. „De methode
Coué", causerie. 7.15 „De Roodborstjes".
7.40 „Sociale aardrijkskunde, haar gebied
en haar beteekenis", causerie. 8.00 Herh.
SOS-Ber. Nieuwsber. ANP. 8.30 Gram.pl.
9.00 VARA-Groot-Orkest. 10.00 Nieuws
berichten ANP. 10.05 Orgelspel. 10.30 „De
Flierefluiters". 11.0012.00 Gram.pl.
HILVERSUM II 301 M. NCRV-Uitzending.
8.00 Schriftlezing. 10.30 Morgendienst
door Ds A. Schouten Jr., Ger. Pred.
te Den Dol der. 11.00—12.0» Ensemble
v. d. Horst. 12.15 Concert. 1.15 Gram.pl.
2.00 Orgelspel. 3.00 Chr. Lectuur. 4.00
Zang en gram.pl. 5.00 Kinderuurtje.
7.00 Nederl. Chr. Persbureau. 7.45
Reportage. 8.00 Berichten ANP. 8.15 Uitz.
v. h. 6de Chr. Congres tegen het Alco
holisme, uitgaande van „Enkrateia" uit de
Rem. Geref. Kerk te Den Haag. 9.15
Gram.pl. 9.30 Orgelconcert. (Om 10.00
Berichten ANP). 10.30—11.30 Gram.pl.
Schriftlezing.
DROITWICH 1500 TI. 11.00 „Thinking back",
causerie. 11.20 Orkest. 12.20 Orgelspel.
1.20 Het BC-Empire-orkest. 2.20 Orkest.
3.05 Piano-recital. 4.20 Vesper. 8.20 BBC-
Symphonie-orkest. 10.30 Kwintet.
p ADIO PARIS 1648 M. 11.20 Kamerorkest.
2.50 Symphonie-concert. 5.50 Kamer
orkest. 8.20 Zang en piano.
KEULEN 456 M. 12.20 Orkestconcert. 4.50
Keulsch Symphonieorkest. 9.05 Omroep
orkest. 10.50 Omroepkleinorkest.
BRUSSEL 322 en 484 M. 322 M.: 12.20
Orkest. 1.30 Salon-orkest. 6.20 Kamer
muziek. 8.20 Omroeporkest. 9.20 Sym
phonie-concert.
484 M.: 12.50 Salon-orkest en zang. 1.30
Orkest. 5.25 Salon-orkest. 8.20 Sympho
nie-concert. 9.35 Omroeporkest.
DEUTSCHLANDSENDER 1571 M. 8.30
Orkest. 9.35 Kwintet-coilcert. 10.50 Cem
balo-recital.
wel met deze beperking, dat reeds geno
ten pensioenen van Kamerleden niet
worden verminderd.
Noodgedwongen zijn ook de pensioenen
van ambtenaren verlaagd.
Daartegen is hoe pijnlijk dit voor
sommigen ook moge zijn in redelijkheid
geen bezwaar te maken.
Maar welk een indruk moet het dan
wel geven als pensioenen van ex-Kamer
leden, vaak gecombineerd met goed be
zoldigde betrekkingen, onverkort wórden
gehandhaafd!
Hier is bij de verdere behandeling voor
de Kamer goed werk te doen.
Brieven uit Amerika
Vat gebeurt er feitelijk in
Imerika op geestlijk terrein
Aanmoedigincom niet te
verflauwen in Ie strijd
tijd tot tijd verschien er boeken,
men aanduidt met hetingelsch woord
boeken, dieien nieuw tijd-
rk aankondigen. Zoo'n b-k was J. H.
„The mind the making",
t in 1921 uitkwam, aan h€begin van wat
nu noemt de „gay tweües", de dagen
n den valschen voorspoec Professor Ro-
ïson is bekend als een demeest gevierde
in Amerika. Hij htft de nieuwe
ingeluid, ie uitgaat van
idee, dat de middeleeuw» en de Refor-
slechts tusschenspelen rweest zijn, en
de ware geschiedenis loa van Grieken-
id over de Italiaansche Rtaissance en de
revolutie naar de £>oorte der na-
en de oepassing der
luctieve methode op alle treinen des le
Plato en Aristoteles Ibben de stoot
aan het critische eihet creatieve
iken. Het christendom w. óf natief öf
Niet Anselmus, naar Abéland:
Calvijn en Luther, m2 Erasmus en
lileï, Cartesius en Spinoz Rousseau en
ltaire, Kant en Hegel, &rx en Engels
de wereld vooruit giolpen.
'at Robinson's leer omv«
het Humanisme, niet van het geloof, maar
van de rede: niet van het dogma, maar van
het experiment; niet van de Kerk, maar
van de cultuur; niet van het plan Gods, doch
van de wonderlijke kosmische samenwerking
der groote genieën.
Professor Robinson heeft de wereld deel
genoot gemaakt van zijn geheimen. Als voor
zitter van de Amerikaansche Historische As
sociatie heeft hij de duizenden leeraren en
professoren in de geschiedenis eerst in 1910
en toen in 1929 duidelijk gemaakt, wat de
„Nieuwste wegen der historici" zijn. Doch
al lang eerder had hij, als professor in New
York, de cultureele hoofdstad van Amerika,
een prachtig leerboek geschreven over de
West-Europeesche geschiedenis, dat in con
ceptie en duidelijkheid nog niet overtroffen
is, en dat zooveel crediet gaf aan de middel
eeuwen, dat zelfs catholieke scholen en col
leges zijn boek introduceerden.
Doch de klap op de vuurpijl kwam
in 1921, toen Robinson zijn serie lezin
gen publiceerde, waarin hij boud, en
spottend met het naïeve of verstarde
geloof der orthodoxie, de jonge intelli-
gentia van ons goede land op het hart
bond de religie te verwijzen naar het
rijk der vleermuizen; en het critisch
en scheppend denken verhief tot de
nieuwste godin van de academisch ge-
trainden, van de „intelligentsia".
Op het voetspoor van Robinson zijn toen
alerlei boeken uitgekomen, leerboeken en
handboeken, eerst over de cultuurgeschiede
nis', daarna over philosophie, letterkunde en
kunst, die hetzelfde evangelie predikten, het
evangelie van de vrijmaking van het ver
stand. Ge hebtwel gehoord van namen als
Van Loon, Durant, Dieffenbach,
en niet te vergeten den Engelschman H. G.
Wells, wiens korte geschiedenis der wereld
jO kinderen brachten gieren op den verjaardag van H. M. een aubade aan
M. de Koningin en H. H. Prinses Juliana op het paleis Het Loo te Apel-
yrn. Twee kleuters biecn Hare Mgjesteit bloemen aarii
tezamen met die van Van Loon dienen moe
ten om de jeugd op onze openbare scholen
wijs te maken, dat God weinig of niets met
deze aarde te maken heeft, en dat de mensch
de schepper is van eigen geluk of ongeluk.
De eerste bres geschoten
De eerste bres in dit brutaal skepticisme
is waarschijnlijk geschoten door Karl
t h, wiens boek „Het Woord Gods en
het Woord der Menschen" een geweldigen
indruk maakte op. de Amerikaansche theolo
gen. Tot hun eer moet gezegd worden, dat
over het algemeen niet meegingen met
het hopelooze cynicism^ der college-profes
soren, en zich vastklemden aan een persoon
lijk God, die op de een of andere manier de
idealisten beloonen zou, was het niet hier,
toch aan de andere zijde van het graf.
Nog maar enkele weken geleden hoorde ik
rede over den „Sprekenden God" door
van de liberale predikanten in Grand
Rapids, die duidelijk toonde, dat de orator
bekend was met het Barthiaansche „God
heeft gesproken".
volgens den welbekenden humanist Dief
fenbach, in de New York Herald Tri
une Books van Zondag, 28 Juni, 1936,
het Barth geweest, die een herleving heeft
teweeggebracht van de metaphysica en een
reactie tegen het eenzijdig humanisme, dat
alle godsdienst deed opgaan in „social ser
vice". Barth heeft geprotesteerd tegen het
practisch christendom, dat de liberalen voor
een kwarteeuw gepropageerd hebben als het
panacee voor zielsonrust, en dat toch op den
langen duur geen bevrediging bracht.
Toen kwamen de nieuwe leuzen:
terug tot God, terug naar de Kerk,
terug naar de binnenkamer, terug naar
het altaar en het ritueel, terug naar
de mystiek, terug naar den Bijbel.
Ten slotte was de omkeer zoo gewel
dig, dat Charles S. Macfurland, dien
Dieffenbach „Verdediger des geloofs"
doopt, in zijn pas verschenen werk
„Contemporary Christian Thought",
durft beweren: „Het liberalisme
en het modernisme zijn als syste
men van theologie, in zooverre ze ge
ordend waren, ineengestort, om
dat zij eindigden in een humanisme,
dat God buiten het heelal hield, zoo
ver als het menschelijk bewustzijn
aangaat". Het wordt erkend in tallooze
boeken en tijdschriftartikelen, dat het
Rationalisme en het Skepticisme in
Amerika op sterven na dood zijn.
Dat niet alleen. Er schijnt zelfs hoop te
zijn,'dat vele twijfelaars door Barth hun
toevlucht hebben leeren nemen tot het Kruis
van Christus, en dat in de philosophische
wereld en op den kansel het Platonisch of
Hegeliaansch idealisme, dat het feit der
zonde negeert en teveel of alles van den
mensch verwacht, een groot deel van zijn
aanhangers zal verliezen.
Dieffenbachs opvatting
Het moge waar zijn, wat Dieffenbach op
merkt, dat de orthodoxie van Amerika van
alle gading Barth verfoeit, en Nederlandsche
Calvinisten zullen deze houding appreci-
eeren. Doch Barth heeft het consekwente en
het evangelisch liberalisme in Amerika ver-
van zijn sentimentaliteit en van zijn
erstand of malligheid. Hier zijn Dieffen
bachs eigen woorden:
„There was a sentimental and silly period
t which, believe it or not, the leading
figures in the Protestant churches kept
saying that religion is not doctrine, but a
way of life, not having the wit to see that
the inevitable question is, which way?
Barth said bluntly that this is the question
which requires hard thinking and that the
churchmen chose the easier way".
In dit licht moet men ook de bekeering
van den bekenden F o s d i c k zien. Hij is
predikant van een der mooiste nieuwe ca-
thedralen in New York. Hij is jaren lang d e
leider van het liberalisme geweest, dat ba
zelde van het Vaderschap Gods en de al-
gemeene broederschap der menschheid, maar
niets heeft gedaan om den wereldoorlog te
voorkomen, die toch het product is van li
berale staatkunde, en niets gedaan om de
ellende van den werkenden en den boeren
stand te leenigen, die toch het gevolg is van
het liberalisme der groote liberale bankiers.
Hij is als een blad op een boom veranderd.
Hij heeft gezegd, dat we er mee op moeten
houden te praten over liefde, zoolang we de
eerste beginselen van het recht niet kennen
en toepassen. De omkeer van hem en de
zijnen was zoo merkwaardig, dat er een
nieuw kwartaalschrift is opgericht, „Chris
tendom", om dit rechtsch liberalisme op zijn
voeten te zetten, en dat er in het tweede
nummer een artikel verscheen over den
„terugkeer tot het Calvinisme". De schrijver
vond echter, dat er all-en van verschil van
accent kan gesproken worden, maar dat de
n .druk op recht meer dan op liefde, op in
dividueel meer dan op sociaal christendom,
op het ontzag voor God meer dan op liefde
tot God nog bij lange na geen Calvinisme
was, omdat dit vasthoudt aan zonde en ge
nade door het Kruis van Christus.
Wat Amerika noodig heeft
Een zelfde toon valt te beluisteren in
Reinhold Niebuhr, die het Amerikaansche
publiek over de radio trachtte duidelijk te
maken, dat we een regeering noodig hebben,
als David, den schaapherder-koning, die het
opnam voor den verdrukte en hem recht
deed tegenover de geweldhebbers der eeuw.
Er is zelfs een nieuw maandschrift opge
richt „Current Thought", onder redactie van
David Gordon, een naam welbekend in de
orthodoxe kringen van het oosten, dat zulke
merkwaardige artikelen bevat uit tal van
andere tijdschriften, en uit oude en nieuwe
boeken, dat men zich soms de oogen uit
wrijft. Het is nog maar een dozijn jaren ge
leden, dat de jonge radicalen zich meester
maakten van de beste Amerikaansche tijd
schriften en brutaal propaganda maakten
voor de „vrije liefde", en voor losbandigheid
in den naam van de vrijheid. En nu? Het
regent protesten tegen de ..movies" en de
„talkies", tegen dansen, dobbelen, naaktloo-
perij, drinken en" slempen, leeglooperij, on
gehoorzaamheid, ontucht, zelfzucht, gemak
kelijke echtscheiding, verwaterde prediking,
onrecht in handel en bedrijf, in regeering en
sociale verhoudirfgen, atheïsme en epicuris
me, Buchmanisme en Oostersche mystiek.
Is dit het tceken van een algemeene
volksbekeering tot de braafheid? of
zijn het slechts stemmen van roepen
den in de woestijn? Het is gemakkelijk
deze waarschuwingen te overschatten,
of te onderschatten. Doch voor den
Christen zijn ze aanmoedigingen om
niet te verflauwen in den strijd tegen
de zonde in hem en rondom hem. De
Geest Gods is bezig de Amerikaan
sche natie wakker te schudden.
Terwijl ik dit schrijf is er een nieuwe
roman van de pers „Gone with the wind"
door Margaret Mitchell. Het is een boek
van duizend bladzijden en kost toch maar
drie dollar. Er waren 100.000 exemplaren
van verkocht voor het uit was, omdat het
aanbevolen werd als boek-van-de-maand. In
de „Herald Tribune Books", een wekelijk-
sche revue, die ik hierboven reeds aanhaal
de, wordt er van gezegd, dat deze roman
het geluk schildert van de Amerikanen in de
zuidelijke staten vóór, en hun geestelijke
ellende na den burgeroorlog. De titel is ont
leend aan Psalm 103. En volgens den cri
ticus brengt de schrijfster uit, dat de goe
dertierenleden des Heeren zijn op hen, die
Hem vreezen. Na den burgeroorlog is het
gansche land, het i*adicale Noorden meer,
het conservatieve Zuiden minder, den bree-
den weg opgegaan. Het is dezelfde geschie
denis als in Europa. Het geslacht na de re
volutie vreesde God, doch niet oprecht. Het
tweede geslacht was deugdzaam zonder gods
dienst. Het derde geslacht was ondeugdelijk
en opstandig. Het vierde geslacht oogst de
vruchten van dezen afval in namelooze on
rust en losbandigheid en zedelijke verwilde
ring. Doch tegelijk begint men zich hier en
daar af te vragen, of er soms in de atmos
feer van de vroegere „kolonisten" iets was,
dat meer waarde had dan onze overrijpe
beschaving. En de een na den ander fluistert:
Toen was er geen cultuur, maar eenvoud
en blijdschap en geloof!
Een nieuw boek
Dit wordt het best uitgebracht in een boek,
dat dit voorjaar verscheen en waarvan in
vier maanden een vierde druk noodig was.
J professor in de
Het is geschreven door i
psychologie, Henry C. Link en het heet:
The Return to Religion. Ofschoon dit
boek een pleidooi bevat voor enkele dingen,
die in christelijke kringen behooren geweerd
te worden, zooals dansen en kaartspelen, (en
wel op grond van het sociaal contact dat
deze vermakelijkheden verschaffen), is toch
de algemeene geest van het boek aange
naam. Het is een soort autobiografie van een
orthodox mensch, die in de colleges en uni
versiteiten zijn geloof verloor om er de rede
voor in de plaats te stellen. De schrijver is
na jarenlange ondervinding tot de slotsom
gekomen, dat niet het verstand, maar het?
geloof vrede geeft, en dat de fondamenteele
waarheden van de wetenschappelijke psy
chologie kunnen weergegeven worden in de
eenvoudige teksten van den ouden Bijbel:
Die zijn leven zal willen behouden, zal het
verliezen, doch die het zal willen verliezen,
die zal het behouden. Hij bewijst, dat de
moderne leuzen van vrijheid, zelf-expressie,
zelf-analyse, scheppend denken, critisch
denken, bronnen-onderzoek, sociale revolu
tie. zedelijkheid buiten de H. Schrift, per
soonlijkheid, verdraagzaamheid, sociale or
dening zonder individueele hervorming, de
kunst om de kunst, de cultuur om haars-
zelfswille, een godsdienst zonder den Chris
tus dat al deze leuzen waanvoorstellingen;
zijn. Het boek is geschreven zonder passie,
met wetenschappelijke nauwkeurigheid en
zonder allerlei gevoelsuitbarstingen, kalm
van toon, beraden van argument, doch het
doet weldadig aan en het is een belofte van
een nieuwen tyd in een wereld, waarin men
God en Zijn Woord den rug heeft toege
keerd. Een kwarteeuw lang heeft men ge
spot met geloof, zelfverloochening, gehoor
zaamheid, zelfovergave en bovenal met een
rechtvaardig God, die eens de levenden en
de dooden zal oordeelen. Men heeft den
draak gestoken met zondebesef en met de
noodzakelijkheid van het Kruis van Christus.
Is er een nieuwe geest? Een geest van ver
ootmoediging? Wordt Jona geloofd op de
straten van Ninevé? En is de Kerk aan het
opwaken? Dat geve God!
Calvin College,
Grand Rapids, Mich. Augustus 1936.
HENRY J. VAN ANDEL.
"K. I -
i. 4V.I
-1", -v.>.
SüJrfT 6d.anffsid"nf ,ha<' distermiddag te Rotterdam het bloemencorso
plaats, dat teder jaar op Koninginnedag wordt gehouden. De fraai veZZZ
wagens passeeren het stadhuis. ue 'ram v^s>orde