ALG. KUNSTHANDEL
ZEER VERLAAGDE PRIJZEN
Afsfandsmarschen
De Vierdaagsche
DAGERAAD J
ZATERDAG 25 JULI 1936
DERDE BLAD PAG. 9
Parcoursschets van 'den
als de weg in een minimum van tijd waren
opgedroogd.
Alleen Jiet gras bleef nat en het was dus
voor de loopers uitkijken er bij de rust maar
niet zoo in neer te vallen.
De talrijke handelaars, die eiken dag
langs den weg zijn om de Vierdagenaars
eet- en drinkwaren te verkoopen, hadden
veelal zeilen meegenomen, waarop dan de
groepjes als zwermen vogels neerstreken.
Den laatsten dag wilden de meeste groeps
leiders eerst een flink stuk van den weg
voor de 55ers b.v. 30 K.M. hebben af
gelegd vóór gerust werd.
De militairen met hun zware bepakking
van 35 pond kregen natuurlijk al eerder
gelegenheid om eens even uit te blazen. Ze
verdienden hun rustjes well
Tot het klooster op den weg naar Nerter-
asselt toe liepen alle groepen gelijk op; de
wg was prachtig, asphalt of tegels naar
verkiezing.
De dertigers sloegen hier links af en kwa
men terecht op het parcours van den eer
sten marschdag. De overigen passeerden
eerst de mooie brug over de Maas bij Ne-
derasselt ze hebben dus Rijn-, Waal- en
Maasbrug betreden en liepen samen een
stukje op; de veertigers moesten na kor
ten tijd afslaan naar Gassel en Beers en
troffen een zeer goeden weg door een mooi
landschap. Aan het laatste heeft hot de man
nen van de 50 en 55 K.M. ook niet ontbro
ken, maar de weg liet alles te wenschen
overlandwegen met steenslag, zoo
venijnig mogelijk voor gevoelige voeten.
Rozen op hun pad
De 55ers kwamen 'door Haps. 'de plaats
waar Rotterdam z'n boomen vandaan krijgt
en waar men veel rozenkweekerijen heeft.
Juist was men op een der tuinen donker
roode rozen aan het enten, waartoe de over
tollige takken met bloem en al worden
afgesneden. Het was een aardige gedach
te van den kweekcr deze aan de vermoeide
loopers aan te bieden.
En zoo zag men er vele Ciiijk binnen
trekken met een welriekende roos in het
knoopsgat of een bosje daarvan aan den
wandelstok gebonden.
Cuijk werd hét centrale verzamelpunt
voor allen, behalve de „adspiranten". Om
half tien kwam de eerste veertiger er al
aan. een oude baas, die het wel een beetje
enel had willen doen. Men had nog niet od
hem gerekend, want de driifvakken van.de
pontonbrug lagpn nog tpr zijde van hPt vaste
deel om de scheepvaart zoo lang mogelijk
de gelegenheid te gever, door ie varen.
De pontonbrug, ditmaal van de varende
trein, met een capaciteit van 7% ton, lag
er prachtig bij en al het verkeer, dat van
den Brabantschen wal kwam werd er over
heen gelaten.
Om den veerbaas echter geen concur
rentie aan te doen liet men de/en toe 'er
hoogte van de eerepoort, die de ponton
niers van al hun attributen hadden ver
vaardigd, zijn hand op te houden. Hij had een
extra goede dag, wani iedereen die geen
startnummer kon toonen moest „over de
brug" komen, wilde hij tenminste over de
brug komen.
En dat waren er veel, want een menigte
was weer uitgetrokken om de loopers op de
marschdag, 24 Juli 1936.
laatste groote rustplaats gade te slaan,
In Cuijk
Druk en gezellig was het op liet veir-
plein, waar het oude huis met de horst-
beelden der Oranjes graven van Cuijk
zoo vriendelijk over heen kijkt en waar de
onvermoeibare marinemuzikanten nu weer
hun koper deden schallen en üe klarinetten
deden triomfeeren. Toen het. pitt5ge ..Wij
loopen de Vierdaagsche mee" weerklonk,
kwamen juist de eerste flinke groepen da
mes doorzetten en het applaus vermengde
zich met de klanken van het Vierdaagsche-
lied.
Trouwens, de Cuijkenaars waren gul met
applaus en er was 'n pracht van een
jongenstribune, die niet moede werd allen
toe te juichen.
Al spoedig kwam hier ook een heel ga
zelschap autoriteiten aan. We zagen er
Schout bij Nacht Kruys, Chef van de
Marine.
Veel sterren dus, veel gouden banden en
ztelfs een enkel uitheemsch uniform. De
onvermoeibare leider van de marschen,
kap. adj. Breunese, was er al vroeg en
ook zijn echtgenoote, die tro's bet vierdaag-
schekruis met het cijfer 3 op le hoed droeg.,
kwam l&ter óók en begroette vele loopsters
én loopers als oude bekenden. Ze wist uit
ervaring wat zoo'n Vierdaagsche vraagt en
was dus gul met haar waardeering.
In steeds drukker tempo kwamen de
groepen en de troepen Cuijk binnen en
geen enkele passeerde er zonder een hoe-
ra'tje voor de pontonniers, die nog nooit
zooveel waardeering voor hun werk hebben
gehad.
Van de pontonniers deed ook een detache
ment aan de marschen mee en het spreekt
vanzelf, dat de jongens in de bootjes daar
naar uitkeken, evenals overste Vaillant, die
z'n mannen hartelijk complimenteerde toen
hij hoorde, dat ze geen enkelen uitvaller
hadden.
De groote transportschepen van de Pon
tonniers lagen aan den Cuijksciien wal en
de kok had gezorgd, dat er een lekker kost
je voor ze klaar stond, zoodat heel de om
geving naar dc gebakken biefstuk rook.
Vief bleven de loopers maar doorkomen
óver de brug; een enkele maar, die licht
Dir.: J. A. VAN EIJK
Zeevischmarkt 5 R'dam. Tel. 15756
VAN
SCHILDERIJEN, Kleuretsen, enz.,
van. BEKENDE MEESTERS
(Adv.)
DUIZENDEN
VROUWEN
die anders opzien tegen de
4 critieke dagen, vreezen ze
niet meer, dank zij
een plantaardig middel,
tvü uitwendig aan te wenden,
HELPT ONMIDDELLIJK I I I I
Origineels flac. 75 c. Proefflac. 15 a
Bij Apotheken en Drogisterijen
Import: H. TEN HERKEL, Hilversum,
die U op verzoek gratis en franco
brochure over COS toezendt.
Laat Uw reis niet bederven
neemt COS mee
Be kweekerijen te Haps boden den deelnemer4
rozen aan. Een jongeman heeft er zijn
wandelstok mee getooid.
De laatste loodjes
najmen nog even de houding aan, presen
teerden het geweer en bleven soldaat, tot
dat eindelijk het verlossende „hoofd der co
lonne rechts" was gecommandeerd en ze
buiten de touwen draaiden.
Het was een prachtig moment toen de
geheele marine, met de kapel voorop,
gezamenlijk kwam aanmarcheeren, de
adelborsten voorop, daarna de mari
niers, daarna de matrozen en keurig in
het gelid het geweer presenteerden toen
de commandant aan zijn allerhoogsten
chef mededeelde: „Schout-bij-Nacht, de
Marine is zonder uitvallers!" Toen kla
terde van alle kanten het applaus op,
want er stond een gezelschap van een
paar honderd marinemannen, die stuk
voor stuk tot het einde hadden door
gezet.
Kolonel Dorren van de Mariniers kreeg
nadat de Schout-bij-Nacht de troepen had
geïnspecteerd, gelegenheid zijn beroemde
corps nog even afzonderlijk geluk te wen-
schentoen was ook dit plechtig moment
weer voorbij.
De gulle lach versoheen, toen de vete
ranen, twintig man met een eigen vlag,
allen loopers van boven de 60, onder een
daverend „Voorwaarts... marschl" vooi
autoriteiten defileerden.
En zoo ging het maar door tot ten slotte
de laatste man binnen wasde laatste:
dat was de 3628e. Twee loopers zijn nog in
het gezicht van de haven gestrand, wat voor
hen wel heel jammer was.
De 26ste Vierdaagsche, goed georgani
seerd als steeds, beter geslaagd dan ooit te
voren, behoorde weer tot het verleden.
Op de 27ste zullen nog weer meer deel
nemers zijn, want al die nieuw-gedecoreer-
den zijn bacillen-dragers van een zeer ge
zonde ziekte, die de Vierdaagsche-koorts
heet
Dat is het werk van de N.B.V.L.O., die ge
zorgd heeft, dat Nederland, als het om wer
kelijke lichamelijke opvoeding gaat, een
prestatie levert, welke geen enkel ander
land ons nadoet!
De prijswinnaars
burgh, Rotterdi
W. de Haas, Den Haag.
G. Male. Den Haag; J. Vos, Am-
R'dam; Dletsche Kameraden, R'dam- Sportver.
R.V.S., Rotterdam: Sportver. R'dam:
Haagsche Wandelsportver. „De Vierdaagsche".
Den Haag; Haagsche Damesgroep. Den Haag-
Nat. Jongeren Verbond, afd. Den Haag- Wan
delsportver. De Prlncevlag. Den Haag; Sport
ver. „Landsdrukkerij". Den Haag; Haagsch*»
Wandelver. „De Dwaalster". Den Haag: Laa:
Uw body royaal ontwikkelen. Utrecht: Utrecht-
sche Postale Wandelsportver.. Utrecht: AthLen.
Wandelsportver. Hellas. Gorinchem; Oranje-Wit
Dordrecht; Jan Pastoors. Haarlem; De Wandel
toerist, Haarlem; Hoornsche Wandelsp. vereen
S.O.S., Hoorn; De Apeldoornsche Vierdaagsche.
Apeldoorn; P.B.N.A., Arnhem; Wandelsp. ver.
P.T.T., Tilburg; Ontwlkkel.cursussen. Schiedam;
Wandelsp. Ver. Vlaardingen; Wandelsp. Ver. Dc
Blauwvingers, Zwolle: De Eindhovcnsche Vier
daagsche, Eindhoven; Gymnasium Erasmlanum.
Rotterdam: R.T.S., Nijmegen; Wandelclub Nij
megen; Wandelclub Robinson, Nijmegen; Wan-,
delver. Nijm. Radio club, Nijmegen; Unilever
sportver. (damesgroep)Ontwikkelingscursus
sen Schiedam. Kethel; Dames Wandelclub V.O-S
Nijmegen; Nat. Jongeren Verb., afd Rotterdamj
Rijks veld wacht. Delft; Vrijw. Burgerwacht, Am
sterdam; Idem Rotterdam; Idem Den Haag; id.,
Haarlem; Idem Helmond; idem Heerlen; idem
Nijmegen; Transportcolonne Ned. Roode Kruis,
afd. R'dam; Pro Patria, Leiden; Politie, Am
sterdam; idem Den Haag: idem Rotterdam: id.
Utrecht (Utr. polltle-sportclub)idem Arnhem
(Politle-sportver. Arnhem); idem Tilburg (Tilb,
pol.-sportver.)Idem Maastricht (Maastr. pol,
sportver.); idem Breda (Bredaascho pol.-sport
ver.); Reg. Grenadiers; Reg. Jagers; le rcg.
Inf.; idem resp. 2e. 3e, 4e, 5c. 6e, 7e reg. inr.
(karabijndragers); 7e reg. inf. (geweerdragers)
8e reg. inf.; 9e reg. Inf.; 10e reg. inf. (detach,
1) 10 reg. inf. (detach. 2); lie reg. inf. (tir.
comp.), lie reg. inf. (spec.): 12e, 13e, lie, 15e,
i£e' i7e re=- lnf- (Seweeerdragers); ISe. 19e„
-Oe, 21e, 2e reg. Inf. (karabijndragers), 22ei
reg. inf. (geweerdragers), le en 2c com. gei
neesk. troepen; reg. genietroepen (det. a.), regj
genietroepen (det a.); Kon. militaire Acade
mie; 3e School res. off. inf.. Kampen; School
res. off. Inf. Breda: sohool voor dip. onderoff,
adm., Bjjz. vrijw. landstorm afd. Arnhem; Bijz,
J afd. Breda: Bijz. vrjjw. land-
storm, afd. Nijmegen; Bijz.
luchtdoel art.; Korps pontonniers en torpedis-
ten; 2e half reg. huzaren; 3e half reg. huza
ren; 4e half reg. huzaren; Remonte depot; ld
reg. veldart; 2e reg. veldart.; 7e reg. veldart;
8e reg. Veldart; treinafd. afd 4 artill birg.j
luchtvaart afd.; reg. wielrijders; korps motor-
dienst; 2e dlv. kon. marechaussé,: kon. maré-
chaussée; korps adelborsten v/h. kon. Inst der
v/h korps mariniers Rotterdi
N ij m e g e n, Vrijdagavond.
(Van een specialen verslaggever)
„Ziezoo we zijn er!"
Aldus kon ik vanmorgen de stemming
der deelnemers nog even per telefoon
uit Cuijk doorgeven. Een paar meisjes
uit Deventer, die er niet over uit konden,
zoo heerlijk ze hun eerste Vierdaagsche
hadden gevonden, jubelden eveneens dat
het er nu toch „op" zat... maar toen
ze over dc door de Dordtsche ponton
niers gelegde brug hen waren en het
vandaag wel berucht geworden stukje
weg tusschen Cuijk en Mook moesten
doorworstelen, zullen ze wel tot de con
clusie zijn gekomen, dat men nooit „hei"
moet roepen voor men z'n doel heeft
bereikt Tot geruststelling der lezers
mag ik echter vertellen, dat ook de De
venter meisjes in den middag luid be-
applaudisseerd en beladen onder de bloe
men het kazerneplein zijn binnenge
komen.
Voor 't eerst een regentje
Toen de poort vanmorgen om vijf uur
[voor het eerst open ging zag het er naar
uit, dat het den laa'isten dag voor de
variatie nog eens flink zou gaan regenen.
Inderdaad is er in de vroegte een enkel
buitje gevallen, maar dit had toch zoo wei
nig te beteekenen, dat zoowel de deelnemers
Be oudste 'deelnemer, 'de 18-jarige 7. de Held
uit Beemster. die de 160 KM. aflegde en
monter binnenkomt, wordt met bloemen
verwelkomd.
hinkend toch met den moed der volharding
zijn weg vervolgde.
Het gaat bijna niet aan voorheelden te
noemen van kranig marcheerende afdeelin-
gen. Ze deden het alle zoo goed, ieder op
zijn wijze.
Daar had je de Haagsche politie, die
steeds vóóraan liep bij de vijftigers, dank
zij de passen van 1.10 m. en dan het kra
nige corps wielrijders; de drie dame3 van
D.I.O. uit Dordt, die als goede turnsters het
„vaardig en sterk" demonstreerden... maar
nu zou ik bijna toch met een opsomming
beginnen en het is immers onmogelijk?
Ik schreef het al: bij Cuijk was alles
nog zoo vol moed, zoo echt al in de
ovenvinnings-sfeer. Maar toen kwam
het! Een onmogelijke weg zonder eenige
beschutting en nu juist in het middag
uur een fel brandende zon.
Nu moest het devies „Willen is Kun
nen" tot het uiterste worden toegepast.
De tanden op elkaar in de weten
schap, dat elke stap toch verder bracht
naar Nijmegen.
Een algemeene zucht van verlichting toen
eindelijk de hoofdweg van Mook naar Nij
megen weer was bereikt, waar schaduw
was en een glad wegdek. Nog waren er
10 K.M. te loopen, maar vooral voor de niet
bepakte groepen werd nu elke 100 M. dank
baar opgeteekend. Voor de soldaten begon
de last echter wel heel zwaar te drukken.
Gelukkig was er al spoedig, van Malden af
tot de kazerne toe, het publiek, dat niet op
hield de jongens aan te moedigen. En daar
kwam in de verte de Grenadierskapel al
aan en de marinestafmuziekdaar had
je de Groenewoudscheweg en eindelijk: de
toren van de kazerne.
Nijmegen loopt uit
Nijmegen was vanmiddag finaal uitgeloo-
pen en duizenden waren met auto's, treinen
en autobussen naar de Keizer Kareistad ge-
trokken om de thuiskomende Vierdaagsche
loopers toe te jubelen en te bekransen.
Populaire figuren als ritmeester v. 'd.
Goes en papa Van Santen met z'n lange
baard gingen schuil onder de bloemen, een
aardig Indo-Europeesch meisje dreigde on
der de last te bez.wijken.
Kransen en fruitmandentot flesschen
Champagne toe werden aangedragen, om
maar duidelijk te maken, hoezeer men de
loopers hun overwinning gunde en respect
had voor hun prestatie.
Op het binnenplein van de kazerne was
het al spoedig mudvol: er was muziek, er
was vroolijkheid, er was dankbaarheid en
overwinningsjubel.
De meesten kwamen ondanks het zware
parcours or> den laatsten dag toch nog
kwiek de bocht omdraaien, zooals de vete
ranen, die extra hun best deden en de poli
tiemannen uit de groote steden, die door
hnn hoofdcommissaris werden ontvangen
De militairen verdienden wel een extra
applausje.
Soms werd hun ovei^vinning op 't randje
hevochten, zooals van dat detachement,
waarvan een van de jongens nocr net 20 M.
vóór de poort op een stoepje moest eraan
zitten, maar toen de tanden nog eens extra
op elkaar klemde, om te zorgen, dat zijn
regiment zonder uitvallers zou binnenko
men en den corpsprijs zou behalen.
De prijsuitreiking
Vlug werd bij het afmeldingshureau de
contrólekaart voor het laatst afgeteekend
wat deed de administratie en de controle
het al die dagen uitmuntend! en toen
ging het naar het Mólenveld. waar de twee
tenten gereed stonden voor de burgers en
de militairen en waar resp. jhr Von'Weiler
en Schout-bij-Nacht Kruys de prijzen uit
reikten. Daar kwamen dan soms tranen van
geluk bij te pas wanneer men „het" zakje
met het zoo vurig begeerde vergulde kruis
te pakken had.
Natuurlijk niet bij de militairen. Die
Laatste loodjes wogen
extra zwaar
Vreugde in Cuyk
maar oh, dat weggetje
naar Mook!
Sehout hij Nacht Kruys
inspecteert de marinetroepen
3628 deelnemers kregen het
kruis of een hooger cijfer
Feuilleton
door H. KINGMANS
(63
„Zuiver geluk". Je kwam in Friesche handen terecht. Je had
even goed onder de Schotten kunnen komen, maar die liggen
een eind naar achteren. Zoo, is mijn jongen al zoo 'n flinke,
onverschrokken kerel?"
Hij vroeg het met begrijpelijken vadertrots.
„Al een heele kerel, Munco. Maar er valt niets te verdienen.
De tijden zijn slecht. Ik weet eigenlijk niet, waar Groningen
van leeft. In maanden is er geen handel en vertier."
„We willen hopen, dat nu spoedig het leed is geleden, Aart.
Er is hier alle moed, om Groningen te veroveren. Waarfnele
een einde komt aan den krijg in het Noorden. Is de stad in
staat van tegenweer?"
Er wordt op een beleg maan maanden gerekend. In de hoop
Hat er ontzet zal komen opdagen. Maar dat verwacht ik niet."
„Het komt ook niet. Op Brussel behoeft men niet te rekenen.
Mogelijk, dat Verdugo nog een poging waagt, maar ook dat
geloof ik niet. In ieder geval wordt er hier rekening mede
gehouden."
„Hoe zoo?"
„Wij blijven aan de Zuidzijde van Groningen, want ontzet
kan alleen uit het Zuiden komen. Noord, Oost en West wordt
de omgeving van do stad onder water gezet. Het kamp wordt
voorzien van een dubbele verschansing, ook aan de Zuid
zijde. Men kan nooit weten, of Verdugo het in zijn hoofd krijgt,
naar het Noorden op te rukken. Kun je mij niet aan wat ge
gevens helpen over den toestand in Groningen?"
,^Jfi kunt er zooveel krijgen', als je wilt. 'k Heb ze uit Öe
eerste hand."
„Stadsschrijver Julsing?" vroeg Munco fluisterend.
Aart knikte.
Dan stond de hopman plotseling op.
„Ga mee", zei hij. „Ik breng je bij den Graaf. Deel hem alles
mede, wat je weet. Het kan van belang zijn."
„Het is nacht", weifelde Aart Sebensz.
Munco wees naar achter.
„Zie je die groote tent, waarin liclrt schijnt? Het verblijf van
Prins Maurits. En daar vlakbij, rechts? Ook licht. Graaf Willem
Lodewijk. Beiden zijn nog present. Wij, krijgslieden, kunnea
met weinig slaap volstaan. In geen. twee weken ben ik uit de
kleeren geweest. Kom mede."
Het tweetal ontmoette weldra Everhardus van Reyd, 'den
geheimschrijver van den Graaf van Nassau, die Munco onmid
dellijk aandiende, zoodat Aart, een oogenblik later stond tegen
over den vorst met de hooge schouders en het groote hoofd,
waarin echter een paar trouwhartig kijkende oogen.
Met eenige woorden, juist genoeg, legde Munco uit.
„Kranig werk", prees Willem Lodewijk van Nrssau, die sprak
met een sterk Duitsch accent. „We hegeven ons naar Prins
Maurits."
Hij hinkte de tent uit, gevolgd door zijn hopman en 'Aart, die
wat in zijn nopjes was, dat hij in eenen kennis maakte met
beide beroemde veldheeren.
Al spoedig maakte hij voor zichzelf een vergelijking en vond
den Graaf sympathieker dan den Prins, die zeldzaam kortaf
was en lang niet zoo vriendelijk als Willem Lodewijk.
De Prins ontrolde, toen hij wist, wat het late bezoek beteeken-
de, een kaart, waarop in ruwe lijnen een vierhoek was ge-
teekend, die de vesting Groningen voorstelde.
„Wijs ik de plaatsen goed aan?" vroeg Maurits.
Hij somde op de namen der poorten, der ravelijnen en
schansen. Aart verbaasde zich met groote verbazing: die maa
5vist alles; bij had niets.te .vertellen!
„Is er geschut in de stad?"
„De stad is ruim voorzien van kartouwen, halve kartouwen,
slangen, drielingen, valkonetten, enz., Excellentie", antwoordde
Aart.
„Hm. Wij hebben ook geschut. Kan het ongehinderd langs
het Reitdiep worden vervoerd?"
„De schans bij Aduarder zijl is een beletsel. Er liggen een
dikke honderd Spanjaarden."
„Klopt", zeide Maurits tot Willem Lodewijk. „Die schans
moet zoo spoedig mogelijk genomen."
„Heeft de kruitmolen dit jaar veel gewerkt?"
„Het geheel jaar, Excellentie."
„Dus er is voldoende voorraad kruit?"
„Men berekent 92000 pond, Excellentie."
„Kimt ge ook zeggen", vroeg nu Graaf Willem Lodewijk, „boa
het staat met de levende strijdkrachten? Hoo sterk zijn d9
burgervendels?''
„Ongeveer drie duizend man", antwoordde Aart.
„Hm." Prins Maurits weer: „Zijn er Spaansche troepen In
de stad?"
„In de stad, niet Excellentie. Wel in de voorstad Schuuten-
deep. Een negenhonderd man.'*
„Kan niet Hoogstens vierhonderd", zei Maurits droog. Munro
begreep hem niet. De Prins kon beter weten en wist het ook
beter.
„Er waren er een vierhonderd, Excellentie. Van Ivocvorden zijn
er een vijfhonderd gekomen."
„Dat klopt Van Liauckema is hun bevelhebber. Wordt hij
bevelhebber der stad?"
„Vermoedelijk wel, Excellentie. Maar het is niet de bedoeling,
dat alle Spanjaarden op de wallen verschijnen. Dagelijks zullen
er een paar honderd in de stad worden toegelaten, om de
burgervendelen te helpen."
,3ehoort ge tot één der vendelen?'*
Aart Sebensz. knikte.
„Dus ge gaat tegen ons vechten?"
Verlegenheid teekende zich af op het open gelaat van dea
blonden Fries.
„Ik moet wel. Excellentie", stamelde hij. „Mijn eed
..Al goed. Maar als de burgers tegen ons wenschen te vechten,
zullen wij hen niet sparen. Zijn de burgervendelen betrouw-
baar? Ik bedoel: alle Spaanschgezind?"
Aart Sebensz. lachte even.
„Ik durf er geen ja op zeggen, Excellentie."
„Hm. Dat is een gek geval voor de Vroedschap."
„In de Vroedschap is zeker nog geen verandering gekomen?
Burgemeesters Lewe, Jarges, Ulger en Eelts? Alle Roomsch?"
Aart knikt®.
„Maar niet bepaald Spaanschgezind, wel? Uitgezonderd Jarges.
En de raadsleden en de gezworen gemeente? Alle Roomseh
zeker? Geen vrienden van ons?"
„Zij openbaren zich niet, Uw Genade, maar ik geloof, dat er
wel vrienden van de Gereformeerden onder zijn."
„Kort en goed", viel Maurits in, „is de meerderheid der
burgerij Spaanschgezind?"
„Geen sprake van, Excellentie. Wel Roomsch, maar niet
Spaanschgezind.
„Wat een krankzinnigheid dan, om de stad te verdedigen. Wij
komen niet als vijanden."
Aart Sebensz. gaf geen antwoord. Als het aan hem lag,
werd morgen aan den dag het verdrag van overgave
geteekend.
„Weet ge ook iets af van onderhandelingen met den Hertog
van Brunswijk?" vroeg Graaf Willem Lodewijk plotseling.
Wordt vervolgd).