KERK EN ZENDING
D e Wieringermeerpolder
DINSDAG 16 JUNI 1936
NED. IIERV. KERK
Aangenomen: Naar Kootwijk, cand.
J. W. v. d. Linden te Utrecht Naar
Serooskerke (toez.): cand. P. A. Warners
te Doctinchcm. Noar Randwijk, G. C.
Roosendaal, cand. te Utrecht.
Bedankt: Voor Jaarsveld, Molenaars
graaf en Wijngaarden, cand. J. W. v. d. Lin
den te Utrecht. Voor Hoogeveen, K. van
de Pol te Boven-Hardinxveld.
d. Hooff te Zaandam.
BAPTISTEN GEMEENTE
Beroepen: Te Stavoren, J. de Jong,
cand. te Hamburg.
Afscheid, bevestiging, intrede
Zondag j.l. heeft Ps. P. S i n D ij k s t r a
afscheid genomen van de Ned. Herv. Gem.
te van Tuil en 't Waal. Zijn tekst was
Luc. 10 42a. Toespraken zijn gehouden door
Ds. A. Buurman, van Wijk. namens Ringen
Class. Bestuur, en Ds. D. v. Lutterveld, van
Schalkwijk, namens de gemeente en als
consulent. Toegezongen werd Ps. 121 1.
Aanwezig was ook Ds. J. A. Peters, van
Cothen. i
Na op li Juni des morgens in het ambt
bevestigd te zijn door Dr. J. C. Roose to
Groningen, die het Evangelie verkondigde
uit Ps. 103 2: ,.Loof den Heere. mijne ziel,
en vergeet geene van Zijne weldaden", ver
bond cand. K. B c k s, van Groningen, zich.
des middags aan de Ned. Herv. Gemeente
te Garsthuizen mot een prediking over
1 Tlicss. 5 24: „Hij, die u roept, is getrouw,
die het ook doen zal"'.
EMERITAAT Ds. R. CREMER
Ds. R. Cremer, predikant der Ned. Herv.
Kerk te V e e n d a m, heeft tegen 1 Novem
ber emeritaat aangevraagd.
Ds. Cremer is lid van de Synode der Ned.
Herv. Kerk en voorzitter van het Provin
ciaal Kerkbestuur. De regeering erkende zijn
verdiensten door hem ter gelegenheid van
zijn 40-jarig jubileum als predikant Veen-
dam to benoemen tot ridder in de orde
van Oranje Nassau.
Wijdingsuur en openluchtsamenkomst
In aansluiting op het bericht van gistero
ontvangen wij por vliegpost. van een spe-
cialen correspondent nog eenige bijzonder
heden over de Vrijdag jl. geopende herden
king van de Reformatie te Genève.
De opening der gedachtenisviering be
stond in de ontvangst der afgevaardigden
van kerken en academies van vele landen.
Ir. Palais Eynaro, in de onmiddellijke na
bijheid van het prachtige monument der
hervorming, werden de gedelegeerden ont
vangen en toegesproken. Daarna begaf men
zich naar het niet ver gelegen „Museum
Rath", waar allerlei merkwaarige herinne
ringen aan den re format ietijd konden wor
den bezichtigd in de kleine maar exquise
tentoonstelling. Des avonds had een groot-
sche wijdingsdienst plaats in de schoone
Saint-Pierre. Reeds de tegenwoordigheid
van een groot aantal predikanten en profes
soren uit verschillende landen (6 uit Neder
land), de meeste in toga, door de gemeente
staande verwelkomd, maakte indruk. Ds A.
G a u t i e r leidde den dienst, en sprak over
Rom. 5:1: „Wij dan gerechtvaardigd zijn
de uit het geloof, hebben vrede bij God
door onzen Heere Jezus Christus". Na de
piediking was er avondmaalsviering. In
het verhoogde koor stond de avondmaals
tafel. Een aantal predikanten was daar om
brood en wijn uit te reiken. Na lezing
van het formulier gingen eerst de gede
legeerden uit verschillende landen tot den
disch, daarna de gemeente. Alles was uit
nemend geregeld; geen wanklank stoorde
don gang' van zaken. Ieder ontving een kort
Schriftwoord bij de teekenen .Zeer aangrij
pend was deze gemeenschappelijke ge
dachtenisviering.
Hernieuwing van den eed
Het meest indrukwekkende moment
van de herdenking der reformatie te Geneve
was Zondagmiddag 14 Juni op de bastions bij
liet grnote gedenkteeken der kerkhervor
ming. Daar werd een plechtige dienst in de
open lucht geleid door Ds Aloys Gautier met
als hoogtepunt van den dienst de hernieu
wing van den eed van 21 Mei 1536, bij wel
ken de burgers van Genève plechtig hum
instemming betuigden met de Kerkhervor
ming. Terwijl de ontzaglijke schare der
aanwezigen de rechterhand plechtig als t^n
eede omhoog hief, sprak Ds. Gautier de
volgende woorden uit:
„Protcstantscli volk van Genève, ver
vuld van dankbaarheid jegens God,
Die ons den schat vara Zijn Woord
heeft gegeven, vervuld van dankbaar
heid jegens onze vaderen voor het be
sluit, dat zij 400 jaar geleden hebben
genomen om hun wet en hun eere-
dienst in overeenstemming te bren
gen met de heilige Schrift, procla-
mecren wij heden onzen vasten wil
om trouw te blijven aan het Gerefor
meerde geloof en bevestigen wij dat
Jezus Christus immer blijft het
eeuwige hoofd der kerk. Met de hulp
des almachtigen Gods belooven wij
dit nu, in stilte, de hand ten hemel
opgeheven".
Eenige oogenblikken ven diepe stilte,
waarbij de schare met opgeheven hand roer
loos stond, volgden op dit woord. Daarna
volgden psalm, gebed en zegen ten sluiting.
Er zijn te Genève een 100-tal olficieele af
gevaardigden, vertegenwoordigend 25 lan
den, 18 theologische faculteiten en 5 genoot
schappen voor de geschiedenis van het
Protestantisme.
NEDERL. BIJBELGENOOTSCHAP
Dr Kraemer ongesteld
Naar wij vernemen, wordt Dr H. Kraemer
door een ongesteldheid in Zwitserland op
gehouden. zoodal. hij zeer tot zijn leedwezen
Woensdag niet aanwezig zal kunnen zijn op
de jaarvergadering van het Bijbelgenoot
schap te Amsterdam. Vermoedelijk zal het
referaat, dat Dr Kraemer daar houden zou,
nu door een ander voorgelezen worden.
KORTE BERICHTEN
Tot plaatsvervangend lid van de Commis
sie van Beroep, uitgaande van den Bond van
Vereenigingen voor Chr. Nijverheidsonder
wijs (vacature Prof. Dr. A. Noordtzij) is ge
kozen Prof. Dr. F. W. Grosheide te Am
sterdam, die de benoeming heeft aangeno-
„JACHIN"
Op 28 en 29 Juli zal de Geref. Zondags
school vereen. „Jachin" te Arnhem jaar
vergadering houden.
De Bidstond zal geleid worden door Ds. J.
Overduin van Kampen.
Dc voorzitter van „Jachin" zal dc Wereld-
Zondagsschool-Conferentie te Oslo bezoeken
en van zijn bevindingen aldaar op de verga
dering te Arnhem het een en ander vertellen.
Voorts zal spreken Ds Dondorp, de Redac
teur van het Orgaan.
ZOMER-CONFERENTIE
KERKHERSTEL
Reorganisatie en de kwestie
Bestuur en Beheer
Rej e raat van
Prof. Dr. Th. L. Haitjema
Op het Conferentieoord „Woudsohoten"
bij Zeist, houdt het Ned. Verbond tot Iverk-
herstel zijn jaarlijksche zomer-conferentie.
In de eerste vergadering, gisteravond ge
liouden refereer
de de Voorzitter.
P rof. Dr. Th. L.
Haitjema, van
Groningen, over
het onderwerp
„Reorganisatie en
de kwestie Be
stuur en Beheer".
De volgende acht
stellingen geven
een samenvatting
van het gespro-
I. Bij het ont
stellend gebrek
aan kennis
de werkelijke
houdingen
aanzien van „Be
stuur" en „Be
heer' in onze Kerk is het vóór alles noodig,
dit vraagstuk op zijn historisch en
achtergrond te peilen en de daarmede
verbonden principieel-dogmatische
gevoeligheden te onderkennen.
II. Door deze overwegingen zal de eeuwen
oude kwestie ven „Bestuur en Beheer" ten
onzent wel steeds moeilijker voor ons
den, maar toch niet in zulk een zin,
w ij van iedere oplossing van dit vraagstuk
zouden moeten afzien.
III. De onnatuurlijke tweeheid van
stuur en Beheer bederft in de practijk
ons kerkelijk leven te veel, en verscherpt
den krankheidstoestand van onze Hervorm
de Kerk in zulk een mate, dat wij niet na-
ïevelijk wanen mogen, dat reorganisatie on
zer Kerk ..naar de beginselen der Belijdi
nis" ook dit euvel van de geforceerde vei
houding van Bestuur en Beheer vanzelf
wel verhelpen zal.
IV. Anderzijds dient echter ook de dwa
ling vermeden te worden, dat wij in deze
tweeheid van „Bestuur" en „Beheer"
bron van alle kerkelijk kwaad zouden gaan
zien en derhalve alleen maar „reorganisatie"
zouden gaan begeeren om dc Beheerskwes
tie door een eenzij dig-Sy nodal e Besturen-
wetgeving uit dc wereld te helpen.
V. De Synode onzer Kerk, desnoods ne
wijziging vain- art. 65, alin. 2, van het Alge
meen Reglement, voor de eenig bevoegde
instantie te verklaren om het Beheer te re
gelen, is zooveel als een miskenning vim
de beteekenis dér feitelijke wending, die
de Beheerskwestie na 1866 heeft genomen
en komt bovendien de centraliscerende
macht, van onze huidige synodale organi
satie zóózeer in het gevlij, dut de waar-
heul van de compleetheid en den eigen
aard der plaatselijke gemeenten schrome
lijk verbleeken moet.
VI. Slechts vam een zich stellen op den
bodem der feitelijkheid en een van daar
uit aandringen op samenwerking, met cr-
kennine van de bevoegdheidsgrenzen bei
derzijds, tusschen Bestuurs-instanties en Be
heersinstanties, is heil voor de toekomst te
verwachten.
VII. Gelukkig kent onze reglementair-
kerkelijke wetgeving van dc laatste periode
voorbeelden van zulk een samenwerken
ook tusschen Synode, Algepieen College van
Toezicht en de Vereeniging van Kerkvoog
dijen, en drijft tevens de nood des tijds
steeds stelliger in de richting van het ge
meenschappelijk overleg.
VIII. In afwachting van het tijdstip, waar
op de vertegenwoordigende Bestuurs- en
Beheers-instanties door gezamenlijk optre-
I den, mogelijk onder medewerking der Re
geering, een streep door een eeuwenoude ge
schiedenis van geforceerde splitsing halen,
zal men met dankbaarheid voor de geopper
de gedachte kunnen ijveren voor zulk een
reorganisatie der Kerk, die op de wijze
ran het Kerkopbouw-voorstel te dezen op-
sichte de Beheersinstanties al meer in
schakelt in het normale leven der Kerk, zoo
als het zich o.a. in de breedere körkelijke
ergaderingen der Kerk openbaart.
SYNODE DER SCHOTSCHE KERK
Bijgewoond door Prof. de Vrijer
In het Weekblad der Ned. Herv. Kerk
geeft Prof. Dr. A. M. de Vrijer van Utrecht
indrukken van zijn bezoek aan de Synode
der Kerk van Schotland, welke door hem is
bijgewoond als afgevaaroigde der Algcm.
Synode ten onzent. Het is hem daar een
groote geestelijke verkwikking geweest.
De Synode, zoo verlelt de hoogleeraar, be
staat uit ongeveer 1000 leden, predikanten
en ouderlingen. Men komt in een groote
zaal bijeen, waar op de galerijen ook gewone
gemeenteleden aanwezig zijn. Ik zag er ver
gaderingen met 1600 personen.
Deze jaarlijksche Schotsche Synode staat
in het middelpunt der nationale en publieke
bclangsteling. De Koning is er vertegemvoor
digd door een lioogen afgevaardigde, die wel
ter vergadering is. maar als zinnebeeld van
dc vrijheid der Kerk door een lambrizeering
van de feitelijke vergadering is gescheiden,
zelfs door een aparte deur binnenkomt. Dit
jaar was deze High Commisioner Lord Kin-
rird, een ouderling.
„Dan trof mij. hoe hier de Synode en dc
Algemeene Kerk van Schotland organisch
één waren. Men droeg er gezamenlijk de las
ten der geheele Kerk en dankte gezamenlijk
voor de haar geschonken zegeningen. De
Kerk staat op orthodoxen grondslag. Dogma
tische tegenstellingen bemoeilijken de sa
menwoning van allen niet. En zoo is de
Synode inderdaad de vertegenwoordiging
m heel Schotland".
Wat de Zending betreft, op de beide zit
tingen, waar die ter sprake kwam, was het
barstens vol. Naar „Overzee" werden door
de georganiseerde Kerk 29 vrouwen en
mannen, voor de Evangelisatie in Schotland
zelve 13 personen afgevaardigd met toe
spraak, handdruk, gebed en gezang.
Zelf heeft Prof. dc Vrijer in die dagen na
mens Nederland viermaal het woord ge
oord, waaronder éénmaal in dc jaarverga
dering van de Schotsche Afdeeling van den
Wereldbond der Kerken. „Het komt mij voor
dat het goed zoude zijn, als dc Nederland-
sche Hervormde Kerk ieder jaar een depu-
taat ter Schotsche Synode had. Het Schot
sche Presbyterianismo heeft, veel overeen
komst. met' het Nederlandsche in oorsprong
en ontwikkeling, maar heeft toch een eigen
stempel. Reeds dadelijk hierom, omdat op de
vier millioen inwoners slechts 260.000
roomsch-katholieken in.het geheel zijn en
dus het nationale type zich veel meer pro-
testantsch kon handhaven dan het, onze. Er
zijn 1.290.000 Communicanten (deelnemer,
aan het Heilig Avondmaal) in de Church of
Scotland en daarnaast slechts 70.000 avond-
maalsgangers bij andere groepen van presby
terianen. Op de volkstelling wordt 't kerk
genootschap niet vermeld en voor de gemeen
ten bezit men alleen het getal der Avond-
maalgangers. Wie drie jaar zonder geldige
reden niet aan het Heilig Avondmaal deel
neemt, wordt van de lijst afgevoerd."
Aan het slot van een geïllustreerde be
schrijving van de nieuwe Geref. Kerk aan de
Waalstraat te Amsterdam schrijft „Her
vormd Amsterda m":
„De Gereformeerden hebben het aange
durfd in een wijk van 2000 zielen een groote
dure kerk te bouwen voor 1400 bezoekers;
hoe lang zal het duren, eer de Hervormden
hun broeders en zusters gelegenheid ver
schaffen ter kerk te gaan? Wij durven geen
schatting maken, want ook al hadden wij
vandaag de nauwkeurige getallen, dan zou-
WANDPLATEN OO
VAN NEDERLAND
Keus uit p|aten
Vraagt catalogus
P. NOORDHOFF - GRONINGEN
(Adv..
den die morgen al niet meer kloppen, maar
verdrijven toch zeker niet, als er meer
Hervormde gezinnen dan Gereformeerde ge
meenteleden wonen, m.a.w. dat het aantal
Hervormden ongeveer vier keer zoo groot is.
En nu opent de Waalkerk uitnoodigend
haar deuren, maar braak ligt nog het ter
rein aan de Hunzestraat",
PLEIDOOI VOOR EVANGELISATIE
In zijn wekelijksche rubriek „Even Parkee-
n" geeft de bekende straatprediker N. Baas
een indruk van de Conferentie der Geref.
Evangelisatie-Commissies.
„Van deze Conferentie, zoo zegt hij, is een
dringend beroep uitgegaan op de Kerk, een
urig appèl op de gemeente.
„Zonder opwinding, zonder vuurwerk, uit
den nood van het werk is tot de kerk geroe
pen: Geeft leiding aan dit werk, stoot ar
beiders uit in den oogst! Aan de gemeente Is
gesmeekt, dat zij toch mocht komen tot de
olie activeering van al hare krachten. Het
is niet genoeg, dat wij, predikanten, candida-
ten en evangelisten hebben, die als „les
chrétiens officïels" ambtshalve getuigen van
Christus, maar in geheel de Gemeente moet
het. vuur branden voor de heilige zaak van
God, van allen moet gelden: Wij hooren hen
spieken en God grootmaken!
„Moge dit beroep en dit appèl weerklank
„In de eenheid van het beginsel èn in de
rerknochfheid der liefde: voorwaarts!
Zij zullen het niet hebben, ons oude Ne
derland!"
CONFERENTIE BIJBELGEBRUIK
Op „Woudschoten" te Zeist
De Bijbelbond en de Zakbijbelbond orga-
niseeren samen een Conferentie „Bijbelge
bruik" op Woudschoten te Zeist op 17 en
18 Juli a.s.
De leiding berust bij de beide voorzitters
dier bonden, resp. Ds. J. Hoogenraad van
Uithuizen en Ds. D. E. Boeke te Haarlem.
Voordrachten zijn voorts toegezegd door
evrouw M. GroenewegWever, leidster
van het hoofddepót van den Z.B.B. te Am
sterdam, door den heer Jac. de Graaff, die
den arbeid in België zal spreken, door
Dr. J. A. vor der Hake, rector aan het Ly
ceum te Baarn, die zal handelen over „Bij
belkennis op de middelbare school" en ten
slotte door den heer H. Nijboer uit Haarlem,
over den bijbel op de lagere school, op de
openbare in het bijzonder.
Inlichtingen over deelneming aan de Con
ferentie kunnen worden aangevraagd bij het
Hoofddepöt van den Z.B.B. te Amsterdam,
Weteringkerlc (3e Weteringdwarstsraat 20),
of bij de secretaresse van den Bijbelbond te
's-Gravenhage, mej. A. M. E. Ljgtaert Peer-
bolte (Van Boetzelaerlaan 296).
Ds. D. Sikkel, Geref. predikant te Am
sterdam, schrijft in de Amsterdamsche Kerk
bode het volgende stukje:
„Ten opzichte van het kerkelijk vraagstuk
heb ik de hittere ervaring opgedaan, dat
argumenten niet meer baten. Indien wij er
al naar luisteren, dan hebben we toch lang
zamerhand een virtusiteit verworven, om
onmiddellijk tegenargumenten aan te voe
ren. Wij zijn langzamerhand zoo vastge
praat en vastgeroest in onze eigen voorstel
lingen, dat wij al argumenteerend steeds
verder van elkaar verwijderd raken. Ik zeg
dat heusch maar niet ten opzichte van de
Chr. Gereformeerden, maar evenzeer ten
opzichte van de Hervormden en ook ten op
zichte van onszelf. Wij zijn een debattee-
rend volk. Natuurlijk is daarin iets te waar<
deeren. Maar bij alle waardeering staat dit
toch vast, dat wij er zoo niet komen. Dat
geldt zelfs maar niet alleen ten opzichte
van het kerkelijk vraagstuk. Maar dat geldt
ook ten opzichte van allerlei vraagstukken,
die onder ons kerkelijk-Gereformeerden aan
de orde zijn. Nu hoop ik maar. dat men er
niet van maakt, dat ik de waarheid wil ver.
doezelen. Maar ik geloof, dat het zoo hoog.
noodzakelijk is, dat wij gaan zien en dat
wij gaan erkennen, dat wij machteloos zijn.
Erbarmelijk machteloos. En dat juist nu, nu
wij tientallen, ja honderdtallen memschen
hebben, die goed kunnen schrijven en spre.
ken en vergaderen. Hooggeleerden en zeer.
geleerden en wetenschappelijk gevormden.
En ik voeg er hij: en goed bedoelenden.' Wij
bezitten een onmogelijk aantal Christelijke
en Gereformeerde weekbladen en tijdschrif.
ten. Wie alle vergaderingen wit hijwonen,
waartoe hij dringend geconvoceerd wordt,
komt dagen te kort. Ik zwijg er nu nog
maar van, dat dit een hoeveelheid tijd en
kracht en geld verslindt, die beter zou kun-
m besteed worden.
Dat is heusch het ergste niet. Maar Bel
ergste is, dat er meer ontbinding dan
saambinding is te constateeren. En telkens
worden weer nieuwe publicaties aangekon-
digd. Wie gedwongen is van dit alles ken-
lis te nemen, kan zich toch aan een gevoel
an moeheid en moedeloosheid niet ontwor
stelen. Wij gelijken meer op kinderen, die
met hun bouwdoozen ieder een huisje bou
wen, dan op dc door geloof bezielde schare,
die zich opmaakt, opdat een cathedraaj
err ij ze",
BENIJDENSWAARDIGE ZENDINGSACTIE
Op. de Engelsche Zendingsvelden vraagt
men 19 mannelijke en 8 vrouwelijke arisen,
20 mannelijke en 26 vrouwelijke ondti .vijs-
krachten, 62 zendelingen, 27 vrouwelijke
evangelisten en 9 verpleegsters. Voor al deze
nieuwe krachten zijn, zoodra de posion ver
vuld kunnen worden, de gelden be
schikbaar.
En wij hier in Holland?
GIFTEN EN LEGATEN
De Geref. Kerk van AlpBen a. d. Rijfl
ontving van wijlen mej. E. Voorbij dri$
legaten elk van f 1000, n.l. voor Kerk, Dias
conie en Zending.
VACANTIE-ADRESSEN
Nu de vacantietijd weer aanbreekt
en velen onzer lezers de krant aan huh
vacantie-adres willen ontvangen, ver
zoeken wij dezen vriendelijk de tijdelijke]
adressen zoo spoedig mogelijk, liefsÉ
drie dagen van te voren aan de ad*
ministratie schriftelijk op te geven*
met duidelijke vermelding van het vaste;
adres en het v a c a n t i e-adres, de,
data van begin en einde der va-
cantie.
Komen deze aanvragen op het laatstQ
oogenblik, dan is het niet zeker, dat men;
aan het nieuwe adres direct den eersten;
dag de krant ontvangt, terwijl dit toclj
zeker door de lezers, evenals door onS
op hoogen prijs zal worden gesteld.
Natuurlijk brengt deze verzending
voor onze expeditie extra-kosten mei}
zich.
Onze lezers zullen er geen bezrwaafi
tegen hebben indien deze extra-kosten*
welke V/z cent per dag bedragen, door
ons worden berekend. Indien mogelijk
gelieve men bij de opgave van het tijde
lijk adres de kosten in postzegels bij te
sluiten of per giro over te maken»
ii
Droogmakingsplannen
B. J. Het pogen der menschen om door het aanleggen van
dijken de macht van het zeewater te beperken, bracht hen er
ook toe om te trachten door dit bedijken de zee te ontnemen,
wat die eens had genomen of deze af te nemen wat men
geschikt achtte om droog te maken.
Zoo zijn er al heel vroeg mannen geweest, die het oog
richtten op de Zuiderzee en plannen beraamden om deze
weer tot land te maken. De eerste, waarvan we dit weten is
Hcndric Steuin, zoon van den vriend van Prins Maurits, van
Simon Stevin. Deze Hendric Stevin, die gezien had wat de
Hollandsche energie vermocht, toen achtereenvolgens de
Beemster in 1612, de Purmer in 1622 en de Schermer in 1632
werden drooggemalen, kwam met 't plan om ook de Zuiderzee
droog te maken of, zooals hij het uitdrukte, „het gewelt en
vergif der Noortzee uyter Vereenigt Nederlant te verdryven".
De wijze waarop hij dit wilde doen is wel interessant. Hij
steid nl. voor om alle zeegaten van Staalduinen tot Ame
land te dichten en dan Ameland met Friesland te verbinden.
In alle dijken moesten sluizen gemaakt worden, dan zou
de Zuiderzee vol zoet water komen, welke dan„ongetwyfelt
veel gronts bequaam om te bedyken zou leveren". Amster
dam wilde hij een zeeweg geven rechtstreeks naar de Noord
zee, dus als het tegenwoordige Noordzeekanaal.
Hij vermoedde wel, dat zijn plan niet veel instemming zou
vinden en was van oordeel, dat zijn critici zouden zeggen
dat hij „narrecopse int (inkt) op narrecopse papier gelegt
heeft" het papier waarop hij zijn plan had medegedeeld
droeg nl. een narrekop als watermerk.
't Was nog te vroeg om zoo'n werk uit te voeren.
In de 18e eeuw zal men geen groote ideeën van de Neder
landers verwachten: er waren in dien tijd te weinig mannen
met voldoende denkvermogen onder de groote pruiken, om
tot zulke uitingen van nationale durf te komen.
Pas in het midden van de 19e eeuw begon men weer met
plannen te beramen. Het waren J. Kloppenburg een zeepfa
brikant, die veel voor zijn geboortestad Amsterdam voelde
en P. Faddegon Pz. een werktuigkundige, welke met grootsch
opgezette plannen voor den dag kwamen.
Hun plan was drieledig: 1. Amsterdam door een kanaal
met de Noordzee te verbinden (geraamde kosten 18.700.000
gulden): 2. Een zware dijk leggen van de Ven bij Enkhuizen
naar een punt even ten Oosten van Stavoren, 't zij het Roode
Klif. 't zij Laaxum (kosten ruim 92.000.000 gld); 3. De
Wadden indijken (hiervoor werden geen plannen uitgewerkt,
noch'kosten geraamd). Het jaar daarop, in 1849 kwam de
ingenieur bij de Rijkswaterstaat Ir. B. P. C. van Diggelen
met een zeer nauwkeurig uitgewerkt plan. waarvan wij hierbij
een kaart geven, die voor zich zelf spreekt.
Rondom het ingedijkte land en dwars dcor Noord-Holland
had hij zich een „stroombaan" gedacht, die vrij breed zou
moeten zijn om het verhang tegen te gaan en die bij de
Hondsbossche dijk in de Noordzee zou moeten komen om
het lastig doorgraven van de duinen te ontgaan. Deze
„stroombaan" zou moeten dienen om het water uit de om
liggende polders, dat voorheen op de Zuiderzee werd uitge
slagen af te voeren.
Noch aan dit plan, noch aan het vorige werd de noodige
aandacht besteed. En al werd aan minister Thorbecke door
twee inspecteurs geraden een commissie van onderzoek te
benoemen, deze was daartoe niet te vinden.
Meerdere plannen werden gemaakt om alléén het Hoorn-
sche hop droog te maken o.a. door een aannemer uit Monni
kendam C. Kater Fz.. maar ook deze trokken niet genoeg
belangstelling.
In 1847. dus twee jaar voor zijn groot plan. had Ir. B. P.
C. van Diggelen een plan ontworpen om alleen de Wieringer-
meer droog te maken. Hoewel dit eerst weinig belangstelling
had. veranderde dit later en beloofden de Staten van
Holland subsidie, maar de gevraagde en noodige concessie
werd niet gegeven. Een plan om het gedeelte tusschen Voorst
Schokland en Kampereiland in te polderen ondervond even
min steun.
Ongeveer een kwart eeuw later (in 1870 en in 1873)
kwamen twee bijna gelijke plannen uit. Het een van den
Frieschen landmeter K. Kooy Kz. en het ander van Jlir. P.
Opperdoes Alewijn te Hoorn. Zie het betreffende kaartje.
Zeer veel heeft de bekende Ir. A. Huet. hoogleeraar te
Delft geijverd voor verschillende plannen.
Zijn eerste plan verscheen in hoofdlijnen in 1862, toen hij
nog slechts 25 jaar oud was. In 1875 wer dit nader door hem
uitgewerkt. Maar onder invloed van twee plannen welke ïn
1863 en in 1868 van tot nu toe onbekenden verschenen, wij
zigde hij meermalen zijn voorstellen en kwam eindelijk met
het tweede plan. De ideeën van Huet ondervonden vrij veel
bestrijding. Ook maakte men hem en terecht er een grief van,
dat hij nimmer met een kostenberekening kwam.
Er kwamen al meer plannenmakers, een bewijs dat hoe
langer hoe meer de aandacht gespitst werd op de mogelijk
heid om wat de zee eens nam weer aan de zee te ontnemen.
Soms waren er heel eigenaardige plannen. Zoo had zekere
Wendelaar er een gemaakt, waarbij niet minder dan 1000
K.M. dijken opgeworpen moesten worden. Hiervoor had hij
meteen een machine uitgedacht, (waarvan hij de bijzonder
heden voor zich hield) die. volgens hem. per dag 100 meter
dijk opwierp onafhankelijk van welke weersinvloeden ook.
Hij berekende verder, dat de grond per H.A. op 217 gld..
zou komen, wat wel een koopje zou zijn. Latere berekening
van hem kwam op beduidend hooger bedrag nl. op 400 gld.
wat nog niet heel duur was. maar toch bijna tweemaal zoo
De val van het ministerie-Heemskerk sleepte ook dit wets
ontwerp mee. Het werd door den nieuwen minister van
.Waterstaat ingetrokken,
hoog als zijn eerste opgaaf. Ondanks alle moeite, die de onfo
werper er voor deed heeft dit plan ook al weinig belangstelt
ling ondervonden.
Het lid van de Tweede Kamer A. Buma. die reeds ïn 1876
met een ontwerp was gekomen en bijzonder enthousiast voor
de Zuiderzee-droogmaking was. diende zelfs in 1882 een wets
ontwerp in met maar één artikel, waarin een onderzoek werd
gelast naar „de uitvoerbaarheid en de wijze van uitvoering
betrekkelijk een afsluiting en drooglegging van de Zuiders
zee en de Lauwerszee". Toen het wetsontwerp veel bestrijd
ding ondervond zoowel bij het Kon. Instituut van ingenieurs*
als bij de Kamerleden, trok hij het in.
Ondertusschen had de Minister van Staat J. J. Rochusseh
zich in verbinding gesteld met de in 1865 opgerichte „Neder*
landsche Maatschappij voor Grondcrediet" en de technische
voorlichting gevraagd van twee zeer bekwame ingenieurs, de
heeren J. A. Beyerinck en T. J. Stieltjes. De eerste had ook
de leiding gehad bij het droogmaken van de Zuidpias- en de
Prins Alexanderpolder. Deze kwamen met geheel andera
plannen, die later nog weer gewijzigd werden toen op last
van Minister Mr. J. A. Heemskerk de heer W. F. Leemans
een nieuw onderzoek instelde waarbij rekening werd gehou*
den met ernstige opmerkingen, die Jhr. J. R. T. Ortt en Prof.
P. Harting hadden, gemaakt op de ontwerpen van Beyerinck*
Stieltjes.
Het plan-Beyerinck-Stieltjes-Leemans werd in 1877 bij
detsontwerp de Kamer aangeboden.