KERK EN ZENDING D e Wieringermeerpolder DINSDAG 16 JUNI 1936 NED. IIERV. KERK Aangenomen: Naar Kootwijk, cand. J. W. v. d. Linden te Utrecht Naar Serooskerke (toez.): cand. P. A. Warners te Doctinchcm. Noar Randwijk, G. C. Roosendaal, cand. te Utrecht. Bedankt: Voor Jaarsveld, Molenaars graaf en Wijngaarden, cand. J. W. v. d. Lin den te Utrecht. Voor Hoogeveen, K. van de Pol te Boven-Hardinxveld. d. Hooff te Zaandam. BAPTISTEN GEMEENTE Beroepen: Te Stavoren, J. de Jong, cand. te Hamburg. Afscheid, bevestiging, intrede Zondag j.l. heeft Ps. P. S i n D ij k s t r a afscheid genomen van de Ned. Herv. Gem. te van Tuil en 't Waal. Zijn tekst was Luc. 10 42a. Toespraken zijn gehouden door Ds. A. Buurman, van Wijk. namens Ringen Class. Bestuur, en Ds. D. v. Lutterveld, van Schalkwijk, namens de gemeente en als consulent. Toegezongen werd Ps. 121 1. Aanwezig was ook Ds. J. A. Peters, van Cothen. i Na op li Juni des morgens in het ambt bevestigd te zijn door Dr. J. C. Roose to Groningen, die het Evangelie verkondigde uit Ps. 103 2: ,.Loof den Heere. mijne ziel, en vergeet geene van Zijne weldaden", ver bond cand. K. B c k s, van Groningen, zich. des middags aan de Ned. Herv. Gemeente te Garsthuizen mot een prediking over 1 Tlicss. 5 24: „Hij, die u roept, is getrouw, die het ook doen zal"'. EMERITAAT Ds. R. CREMER Ds. R. Cremer, predikant der Ned. Herv. Kerk te V e e n d a m, heeft tegen 1 Novem ber emeritaat aangevraagd. Ds. Cremer is lid van de Synode der Ned. Herv. Kerk en voorzitter van het Provin ciaal Kerkbestuur. De regeering erkende zijn verdiensten door hem ter gelegenheid van zijn 40-jarig jubileum als predikant Veen- dam to benoemen tot ridder in de orde van Oranje Nassau. Wijdingsuur en openluchtsamenkomst In aansluiting op het bericht van gistero ontvangen wij por vliegpost. van een spe- cialen correspondent nog eenige bijzonder heden over de Vrijdag jl. geopende herden king van de Reformatie te Genève. De opening der gedachtenisviering be stond in de ontvangst der afgevaardigden van kerken en academies van vele landen. Ir. Palais Eynaro, in de onmiddellijke na bijheid van het prachtige monument der hervorming, werden de gedelegeerden ont vangen en toegesproken. Daarna begaf men zich naar het niet ver gelegen „Museum Rath", waar allerlei merkwaarige herinne ringen aan den re format ietijd konden wor den bezichtigd in de kleine maar exquise tentoonstelling. Des avonds had een groot- sche wijdingsdienst plaats in de schoone Saint-Pierre. Reeds de tegenwoordigheid van een groot aantal predikanten en profes soren uit verschillende landen (6 uit Neder land), de meeste in toga, door de gemeente staande verwelkomd, maakte indruk. Ds A. G a u t i e r leidde den dienst, en sprak over Rom. 5:1: „Wij dan gerechtvaardigd zijn de uit het geloof, hebben vrede bij God door onzen Heere Jezus Christus". Na de piediking was er avondmaalsviering. In het verhoogde koor stond de avondmaals tafel. Een aantal predikanten was daar om brood en wijn uit te reiken. Na lezing van het formulier gingen eerst de gede legeerden uit verschillende landen tot den disch, daarna de gemeente. Alles was uit nemend geregeld; geen wanklank stoorde don gang' van zaken. Ieder ontving een kort Schriftwoord bij de teekenen .Zeer aangrij pend was deze gemeenschappelijke ge dachtenisviering. Hernieuwing van den eed Het meest indrukwekkende moment van de herdenking der reformatie te Geneve was Zondagmiddag 14 Juni op de bastions bij liet grnote gedenkteeken der kerkhervor ming. Daar werd een plechtige dienst in de open lucht geleid door Ds Aloys Gautier met als hoogtepunt van den dienst de hernieu wing van den eed van 21 Mei 1536, bij wel ken de burgers van Genève plechtig hum instemming betuigden met de Kerkhervor ming. Terwijl de ontzaglijke schare der aanwezigen de rechterhand plechtig als t^n eede omhoog hief, sprak Ds. Gautier de volgende woorden uit: „Protcstantscli volk van Genève, ver vuld van dankbaarheid jegens God, Die ons den schat vara Zijn Woord heeft gegeven, vervuld van dankbaar heid jegens onze vaderen voor het be sluit, dat zij 400 jaar geleden hebben genomen om hun wet en hun eere- dienst in overeenstemming te bren gen met de heilige Schrift, procla- mecren wij heden onzen vasten wil om trouw te blijven aan het Gerefor meerde geloof en bevestigen wij dat Jezus Christus immer blijft het eeuwige hoofd der kerk. Met de hulp des almachtigen Gods belooven wij dit nu, in stilte, de hand ten hemel opgeheven". Eenige oogenblikken ven diepe stilte, waarbij de schare met opgeheven hand roer loos stond, volgden op dit woord. Daarna volgden psalm, gebed en zegen ten sluiting. Er zijn te Genève een 100-tal olficieele af gevaardigden, vertegenwoordigend 25 lan den, 18 theologische faculteiten en 5 genoot schappen voor de geschiedenis van het Protestantisme. NEDERL. BIJBELGENOOTSCHAP Dr Kraemer ongesteld Naar wij vernemen, wordt Dr H. Kraemer door een ongesteldheid in Zwitserland op gehouden. zoodal. hij zeer tot zijn leedwezen Woensdag niet aanwezig zal kunnen zijn op de jaarvergadering van het Bijbelgenoot schap te Amsterdam. Vermoedelijk zal het referaat, dat Dr Kraemer daar houden zou, nu door een ander voorgelezen worden. KORTE BERICHTEN Tot plaatsvervangend lid van de Commis sie van Beroep, uitgaande van den Bond van Vereenigingen voor Chr. Nijverheidsonder wijs (vacature Prof. Dr. A. Noordtzij) is ge kozen Prof. Dr. F. W. Grosheide te Am sterdam, die de benoeming heeft aangeno- „JACHIN" Op 28 en 29 Juli zal de Geref. Zondags school vereen. „Jachin" te Arnhem jaar vergadering houden. De Bidstond zal geleid worden door Ds. J. Overduin van Kampen. Dc voorzitter van „Jachin" zal dc Wereld- Zondagsschool-Conferentie te Oslo bezoeken en van zijn bevindingen aldaar op de verga dering te Arnhem het een en ander vertellen. Voorts zal spreken Ds Dondorp, de Redac teur van het Orgaan. ZOMER-CONFERENTIE KERKHERSTEL Reorganisatie en de kwestie Bestuur en Beheer Rej e raat van Prof. Dr. Th. L. Haitjema Op het Conferentieoord „Woudsohoten" bij Zeist, houdt het Ned. Verbond tot Iverk- herstel zijn jaarlijksche zomer-conferentie. In de eerste vergadering, gisteravond ge liouden refereer de de Voorzitter. P rof. Dr. Th. L. Haitjema, van Groningen, over het onderwerp „Reorganisatie en de kwestie Be stuur en Beheer". De volgende acht stellingen geven een samenvatting van het gespro- I. Bij het ont stellend gebrek aan kennis de werkelijke houdingen aanzien van „Be stuur" en „Be heer' in onze Kerk is het vóór alles noodig, dit vraagstuk op zijn historisch en achtergrond te peilen en de daarmede verbonden principieel-dogmatische gevoeligheden te onderkennen. II. Door deze overwegingen zal de eeuwen oude kwestie ven „Bestuur en Beheer" ten onzent wel steeds moeilijker voor ons den, maar toch niet in zulk een zin, w ij van iedere oplossing van dit vraagstuk zouden moeten afzien. III. De onnatuurlijke tweeheid van stuur en Beheer bederft in de practijk ons kerkelijk leven te veel, en verscherpt den krankheidstoestand van onze Hervorm de Kerk in zulk een mate, dat wij niet na- ïevelijk wanen mogen, dat reorganisatie on zer Kerk ..naar de beginselen der Belijdi nis" ook dit euvel van de geforceerde vei houding van Bestuur en Beheer vanzelf wel verhelpen zal. IV. Anderzijds dient echter ook de dwa ling vermeden te worden, dat wij in deze tweeheid van „Bestuur" en „Beheer" bron van alle kerkelijk kwaad zouden gaan zien en derhalve alleen maar „reorganisatie" zouden gaan begeeren om dc Beheerskwes tie door een eenzij dig-Sy nodal e Besturen- wetgeving uit dc wereld te helpen. V. De Synode onzer Kerk, desnoods ne wijziging vain- art. 65, alin. 2, van het Alge meen Reglement, voor de eenig bevoegde instantie te verklaren om het Beheer te re gelen, is zooveel als een miskenning vim de beteekenis dér feitelijke wending, die de Beheerskwestie na 1866 heeft genomen en komt bovendien de centraliscerende macht, van onze huidige synodale organi satie zóózeer in het gevlij, dut de waar- heul van de compleetheid en den eigen aard der plaatselijke gemeenten schrome lijk verbleeken moet. VI. Slechts vam een zich stellen op den bodem der feitelijkheid en een van daar uit aandringen op samenwerking, met cr- kennine van de bevoegdheidsgrenzen bei derzijds, tusschen Bestuurs-instanties en Be heersinstanties, is heil voor de toekomst te verwachten. VII. Gelukkig kent onze reglementair- kerkelijke wetgeving van dc laatste periode voorbeelden van zulk een samenwerken ook tusschen Synode, Algepieen College van Toezicht en de Vereeniging van Kerkvoog dijen, en drijft tevens de nood des tijds steeds stelliger in de richting van het ge meenschappelijk overleg. VIII. In afwachting van het tijdstip, waar op de vertegenwoordigende Bestuurs- en Beheers-instanties door gezamenlijk optre- I den, mogelijk onder medewerking der Re geering, een streep door een eeuwenoude ge schiedenis van geforceerde splitsing halen, zal men met dankbaarheid voor de geopper de gedachte kunnen ijveren voor zulk een reorganisatie der Kerk, die op de wijze ran het Kerkopbouw-voorstel te dezen op- sichte de Beheersinstanties al meer in schakelt in het normale leven der Kerk, zoo als het zich o.a. in de breedere körkelijke ergaderingen der Kerk openbaart. SYNODE DER SCHOTSCHE KERK Bijgewoond door Prof. de Vrijer In het Weekblad der Ned. Herv. Kerk geeft Prof. Dr. A. M. de Vrijer van Utrecht indrukken van zijn bezoek aan de Synode der Kerk van Schotland, welke door hem is bijgewoond als afgevaaroigde der Algcm. Synode ten onzent. Het is hem daar een groote geestelijke verkwikking geweest. De Synode, zoo verlelt de hoogleeraar, be staat uit ongeveer 1000 leden, predikanten en ouderlingen. Men komt in een groote zaal bijeen, waar op de galerijen ook gewone gemeenteleden aanwezig zijn. Ik zag er ver gaderingen met 1600 personen. Deze jaarlijksche Schotsche Synode staat in het middelpunt der nationale en publieke bclangsteling. De Koning is er vertegemvoor digd door een lioogen afgevaardigde, die wel ter vergadering is. maar als zinnebeeld van dc vrijheid der Kerk door een lambrizeering van de feitelijke vergadering is gescheiden, zelfs door een aparte deur binnenkomt. Dit jaar was deze High Commisioner Lord Kin- rird, een ouderling. „Dan trof mij. hoe hier de Synode en dc Algemeene Kerk van Schotland organisch één waren. Men droeg er gezamenlijk de las ten der geheele Kerk en dankte gezamenlijk voor de haar geschonken zegeningen. De Kerk staat op orthodoxen grondslag. Dogma tische tegenstellingen bemoeilijken de sa menwoning van allen niet. En zoo is de Synode inderdaad de vertegenwoordiging m heel Schotland". Wat de Zending betreft, op de beide zit tingen, waar die ter sprake kwam, was het barstens vol. Naar „Overzee" werden door de georganiseerde Kerk 29 vrouwen en mannen, voor de Evangelisatie in Schotland zelve 13 personen afgevaardigd met toe spraak, handdruk, gebed en gezang. Zelf heeft Prof. dc Vrijer in die dagen na mens Nederland viermaal het woord ge oord, waaronder éénmaal in dc jaarverga dering van de Schotsche Afdeeling van den Wereldbond der Kerken. „Het komt mij voor dat het goed zoude zijn, als dc Nederland- sche Hervormde Kerk ieder jaar een depu- taat ter Schotsche Synode had. Het Schot sche Presbyterianismo heeft, veel overeen komst. met' het Nederlandsche in oorsprong en ontwikkeling, maar heeft toch een eigen stempel. Reeds dadelijk hierom, omdat op de vier millioen inwoners slechts 260.000 roomsch-katholieken in.het geheel zijn en dus het nationale type zich veel meer pro- testantsch kon handhaven dan het, onze. Er zijn 1.290.000 Communicanten (deelnemer, aan het Heilig Avondmaal) in de Church of Scotland en daarnaast slechts 70.000 avond- maalsgangers bij andere groepen van presby terianen. Op de volkstelling wordt 't kerk genootschap niet vermeld en voor de gemeen ten bezit men alleen het getal der Avond- maalgangers. Wie drie jaar zonder geldige reden niet aan het Heilig Avondmaal deel neemt, wordt van de lijst afgevoerd." Aan het slot van een geïllustreerde be schrijving van de nieuwe Geref. Kerk aan de Waalstraat te Amsterdam schrijft „Her vormd Amsterda m": „De Gereformeerden hebben het aange durfd in een wijk van 2000 zielen een groote dure kerk te bouwen voor 1400 bezoekers; hoe lang zal het duren, eer de Hervormden hun broeders en zusters gelegenheid ver schaffen ter kerk te gaan? Wij durven geen schatting maken, want ook al hadden wij vandaag de nauwkeurige getallen, dan zou- WANDPLATEN OO VAN NEDERLAND Keus uit p|aten Vraagt catalogus P. NOORDHOFF - GRONINGEN (Adv.. den die morgen al niet meer kloppen, maar verdrijven toch zeker niet, als er meer Hervormde gezinnen dan Gereformeerde ge meenteleden wonen, m.a.w. dat het aantal Hervormden ongeveer vier keer zoo groot is. En nu opent de Waalkerk uitnoodigend haar deuren, maar braak ligt nog het ter rein aan de Hunzestraat", PLEIDOOI VOOR EVANGELISATIE In zijn wekelijksche rubriek „Even Parkee- n" geeft de bekende straatprediker N. Baas een indruk van de Conferentie der Geref. Evangelisatie-Commissies. „Van deze Conferentie, zoo zegt hij, is een dringend beroep uitgegaan op de Kerk, een urig appèl op de gemeente. „Zonder opwinding, zonder vuurwerk, uit den nood van het werk is tot de kerk geroe pen: Geeft leiding aan dit werk, stoot ar beiders uit in den oogst! Aan de gemeente Is gesmeekt, dat zij toch mocht komen tot de olie activeering van al hare krachten. Het is niet genoeg, dat wij, predikanten, candida- ten en evangelisten hebben, die als „les chrétiens officïels" ambtshalve getuigen van Christus, maar in geheel de Gemeente moet het. vuur branden voor de heilige zaak van God, van allen moet gelden: Wij hooren hen spieken en God grootmaken! „Moge dit beroep en dit appèl weerklank „In de eenheid van het beginsel èn in de rerknochfheid der liefde: voorwaarts! Zij zullen het niet hebben, ons oude Ne derland!" CONFERENTIE BIJBELGEBRUIK Op „Woudschoten" te Zeist De Bijbelbond en de Zakbijbelbond orga- niseeren samen een Conferentie „Bijbelge bruik" op Woudschoten te Zeist op 17 en 18 Juli a.s. De leiding berust bij de beide voorzitters dier bonden, resp. Ds. J. Hoogenraad van Uithuizen en Ds. D. E. Boeke te Haarlem. Voordrachten zijn voorts toegezegd door evrouw M. GroenewegWever, leidster van het hoofddepót van den Z.B.B. te Am sterdam, door den heer Jac. de Graaff, die den arbeid in België zal spreken, door Dr. J. A. vor der Hake, rector aan het Ly ceum te Baarn, die zal handelen over „Bij belkennis op de middelbare school" en ten slotte door den heer H. Nijboer uit Haarlem, over den bijbel op de lagere school, op de openbare in het bijzonder. Inlichtingen over deelneming aan de Con ferentie kunnen worden aangevraagd bij het Hoofddepöt van den Z.B.B. te Amsterdam, Weteringkerlc (3e Weteringdwarstsraat 20), of bij de secretaresse van den Bijbelbond te 's-Gravenhage, mej. A. M. E. Ljgtaert Peer- bolte (Van Boetzelaerlaan 296). Ds. D. Sikkel, Geref. predikant te Am sterdam, schrijft in de Amsterdamsche Kerk bode het volgende stukje: „Ten opzichte van het kerkelijk vraagstuk heb ik de hittere ervaring opgedaan, dat argumenten niet meer baten. Indien wij er al naar luisteren, dan hebben we toch lang zamerhand een virtusiteit verworven, om onmiddellijk tegenargumenten aan te voe ren. Wij zijn langzamerhand zoo vastge praat en vastgeroest in onze eigen voorstel lingen, dat wij al argumenteerend steeds verder van elkaar verwijderd raken. Ik zeg dat heusch maar niet ten opzichte van de Chr. Gereformeerden, maar evenzeer ten opzichte van de Hervormden en ook ten op zichte van onszelf. Wij zijn een debattee- rend volk. Natuurlijk is daarin iets te waar< deeren. Maar bij alle waardeering staat dit toch vast, dat wij er zoo niet komen. Dat geldt zelfs maar niet alleen ten opzichte van het kerkelijk vraagstuk. Maar dat geldt ook ten opzichte van allerlei vraagstukken, die onder ons kerkelijk-Gereformeerden aan de orde zijn. Nu hoop ik maar. dat men er niet van maakt, dat ik de waarheid wil ver. doezelen. Maar ik geloof, dat het zoo hoog. noodzakelijk is, dat wij gaan zien en dat wij gaan erkennen, dat wij machteloos zijn. Erbarmelijk machteloos. En dat juist nu, nu wij tientallen, ja honderdtallen memschen hebben, die goed kunnen schrijven en spre. ken en vergaderen. Hooggeleerden en zeer. geleerden en wetenschappelijk gevormden. En ik voeg er hij: en goed bedoelenden.' Wij bezitten een onmogelijk aantal Christelijke en Gereformeerde weekbladen en tijdschrif. ten. Wie alle vergaderingen wit hijwonen, waartoe hij dringend geconvoceerd wordt, komt dagen te kort. Ik zwijg er nu nog maar van, dat dit een hoeveelheid tijd en kracht en geld verslindt, die beter zou kun- m besteed worden. Dat is heusch het ergste niet. Maar Bel ergste is, dat er meer ontbinding dan saambinding is te constateeren. En telkens worden weer nieuwe publicaties aangekon- digd. Wie gedwongen is van dit alles ken- lis te nemen, kan zich toch aan een gevoel an moeheid en moedeloosheid niet ontwor stelen. Wij gelijken meer op kinderen, die met hun bouwdoozen ieder een huisje bou wen, dan op dc door geloof bezielde schare, die zich opmaakt, opdat een cathedraaj err ij ze", BENIJDENSWAARDIGE ZENDINGSACTIE Op. de Engelsche Zendingsvelden vraagt men 19 mannelijke en 8 vrouwelijke arisen, 20 mannelijke en 26 vrouwelijke ondti .vijs- krachten, 62 zendelingen, 27 vrouwelijke evangelisten en 9 verpleegsters. Voor al deze nieuwe krachten zijn, zoodra de posion ver vuld kunnen worden, de gelden be schikbaar. En wij hier in Holland? GIFTEN EN LEGATEN De Geref. Kerk van AlpBen a. d. Rijfl ontving van wijlen mej. E. Voorbij dri$ legaten elk van f 1000, n.l. voor Kerk, Dias conie en Zending. VACANTIE-ADRESSEN Nu de vacantietijd weer aanbreekt en velen onzer lezers de krant aan huh vacantie-adres willen ontvangen, ver zoeken wij dezen vriendelijk de tijdelijke] adressen zoo spoedig mogelijk, liefsÉ drie dagen van te voren aan de ad* ministratie schriftelijk op te geven* met duidelijke vermelding van het vaste; adres en het v a c a n t i e-adres, de, data van begin en einde der va- cantie. Komen deze aanvragen op het laatstQ oogenblik, dan is het niet zeker, dat men; aan het nieuwe adres direct den eersten; dag de krant ontvangt, terwijl dit toclj zeker door de lezers, evenals door onS op hoogen prijs zal worden gesteld. Natuurlijk brengt deze verzending voor onze expeditie extra-kosten mei} zich. Onze lezers zullen er geen bezrwaafi tegen hebben indien deze extra-kosten* welke V/z cent per dag bedragen, door ons worden berekend. Indien mogelijk gelieve men bij de opgave van het tijde lijk adres de kosten in postzegels bij te sluiten of per giro over te maken» ii Droogmakingsplannen B. J. Het pogen der menschen om door het aanleggen van dijken de macht van het zeewater te beperken, bracht hen er ook toe om te trachten door dit bedijken de zee te ontnemen, wat die eens had genomen of deze af te nemen wat men geschikt achtte om droog te maken. Zoo zijn er al heel vroeg mannen geweest, die het oog richtten op de Zuiderzee en plannen beraamden om deze weer tot land te maken. De eerste, waarvan we dit weten is Hcndric Steuin, zoon van den vriend van Prins Maurits, van Simon Stevin. Deze Hendric Stevin, die gezien had wat de Hollandsche energie vermocht, toen achtereenvolgens de Beemster in 1612, de Purmer in 1622 en de Schermer in 1632 werden drooggemalen, kwam met 't plan om ook de Zuiderzee droog te maken of, zooals hij het uitdrukte, „het gewelt en vergif der Noortzee uyter Vereenigt Nederlant te verdryven". De wijze waarop hij dit wilde doen is wel interessant. Hij steid nl. voor om alle zeegaten van Staalduinen tot Ame land te dichten en dan Ameland met Friesland te verbinden. In alle dijken moesten sluizen gemaakt worden, dan zou de Zuiderzee vol zoet water komen, welke dan„ongetwyfelt veel gronts bequaam om te bedyken zou leveren". Amster dam wilde hij een zeeweg geven rechtstreeks naar de Noord zee, dus als het tegenwoordige Noordzeekanaal. Hij vermoedde wel, dat zijn plan niet veel instemming zou vinden en was van oordeel, dat zijn critici zouden zeggen dat hij „narrecopse int (inkt) op narrecopse papier gelegt heeft" het papier waarop hij zijn plan had medegedeeld droeg nl. een narrekop als watermerk. 't Was nog te vroeg om zoo'n werk uit te voeren. In de 18e eeuw zal men geen groote ideeën van de Neder landers verwachten: er waren in dien tijd te weinig mannen met voldoende denkvermogen onder de groote pruiken, om tot zulke uitingen van nationale durf te komen. Pas in het midden van de 19e eeuw begon men weer met plannen te beramen. Het waren J. Kloppenburg een zeepfa brikant, die veel voor zijn geboortestad Amsterdam voelde en P. Faddegon Pz. een werktuigkundige, welke met grootsch opgezette plannen voor den dag kwamen. Hun plan was drieledig: 1. Amsterdam door een kanaal met de Noordzee te verbinden (geraamde kosten 18.700.000 gulden): 2. Een zware dijk leggen van de Ven bij Enkhuizen naar een punt even ten Oosten van Stavoren, 't zij het Roode Klif. 't zij Laaxum (kosten ruim 92.000.000 gld); 3. De Wadden indijken (hiervoor werden geen plannen uitgewerkt, noch'kosten geraamd). Het jaar daarop, in 1849 kwam de ingenieur bij de Rijkswaterstaat Ir. B. P. C. van Diggelen met een zeer nauwkeurig uitgewerkt plan. waarvan wij hierbij een kaart geven, die voor zich zelf spreekt. Rondom het ingedijkte land en dwars dcor Noord-Holland had hij zich een „stroombaan" gedacht, die vrij breed zou moeten zijn om het verhang tegen te gaan en die bij de Hondsbossche dijk in de Noordzee zou moeten komen om het lastig doorgraven van de duinen te ontgaan. Deze „stroombaan" zou moeten dienen om het water uit de om liggende polders, dat voorheen op de Zuiderzee werd uitge slagen af te voeren. Noch aan dit plan, noch aan het vorige werd de noodige aandacht besteed. En al werd aan minister Thorbecke door twee inspecteurs geraden een commissie van onderzoek te benoemen, deze was daartoe niet te vinden. Meerdere plannen werden gemaakt om alléén het Hoorn- sche hop droog te maken o.a. door een aannemer uit Monni kendam C. Kater Fz.. maar ook deze trokken niet genoeg belangstelling. In 1847. dus twee jaar voor zijn groot plan. had Ir. B. P. C. van Diggelen een plan ontworpen om alleen de Wieringer- meer droog te maken. Hoewel dit eerst weinig belangstelling had. veranderde dit later en beloofden de Staten van Holland subsidie, maar de gevraagde en noodige concessie werd niet gegeven. Een plan om het gedeelte tusschen Voorst Schokland en Kampereiland in te polderen ondervond even min steun. Ongeveer een kwart eeuw later (in 1870 en in 1873) kwamen twee bijna gelijke plannen uit. Het een van den Frieschen landmeter K. Kooy Kz. en het ander van Jlir. P. Opperdoes Alewijn te Hoorn. Zie het betreffende kaartje. Zeer veel heeft de bekende Ir. A. Huet. hoogleeraar te Delft geijverd voor verschillende plannen. Zijn eerste plan verscheen in hoofdlijnen in 1862, toen hij nog slechts 25 jaar oud was. In 1875 wer dit nader door hem uitgewerkt. Maar onder invloed van twee plannen welke ïn 1863 en in 1868 van tot nu toe onbekenden verschenen, wij zigde hij meermalen zijn voorstellen en kwam eindelijk met het tweede plan. De ideeën van Huet ondervonden vrij veel bestrijding. Ook maakte men hem en terecht er een grief van, dat hij nimmer met een kostenberekening kwam. Er kwamen al meer plannenmakers, een bewijs dat hoe langer hoe meer de aandacht gespitst werd op de mogelijk heid om wat de zee eens nam weer aan de zee te ontnemen. Soms waren er heel eigenaardige plannen. Zoo had zekere Wendelaar er een gemaakt, waarbij niet minder dan 1000 K.M. dijken opgeworpen moesten worden. Hiervoor had hij meteen een machine uitgedacht, (waarvan hij de bijzonder heden voor zich hield) die. volgens hem. per dag 100 meter dijk opwierp onafhankelijk van welke weersinvloeden ook. Hij berekende verder, dat de grond per H.A. op 217 gld.. zou komen, wat wel een koopje zou zijn. Latere berekening van hem kwam op beduidend hooger bedrag nl. op 400 gld. wat nog niet heel duur was. maar toch bijna tweemaal zoo De val van het ministerie-Heemskerk sleepte ook dit wets ontwerp mee. Het werd door den nieuwen minister van .Waterstaat ingetrokken, hoog als zijn eerste opgaaf. Ondanks alle moeite, die de onfo werper er voor deed heeft dit plan ook al weinig belangstelt ling ondervonden. Het lid van de Tweede Kamer A. Buma. die reeds ïn 1876 met een ontwerp was gekomen en bijzonder enthousiast voor de Zuiderzee-droogmaking was. diende zelfs in 1882 een wets ontwerp in met maar één artikel, waarin een onderzoek werd gelast naar „de uitvoerbaarheid en de wijze van uitvoering betrekkelijk een afsluiting en drooglegging van de Zuiders zee en de Lauwerszee". Toen het wetsontwerp veel bestrijd ding ondervond zoowel bij het Kon. Instituut van ingenieurs* als bij de Kamerleden, trok hij het in. Ondertusschen had de Minister van Staat J. J. Rochusseh zich in verbinding gesteld met de in 1865 opgerichte „Neder* landsche Maatschappij voor Grondcrediet" en de technische voorlichting gevraagd van twee zeer bekwame ingenieurs, de heeren J. A. Beyerinck en T. J. Stieltjes. De eerste had ook de leiding gehad bij het droogmaken van de Zuidpias- en de Prins Alexanderpolder. Deze kwamen met geheel andera plannen, die later nog weer gewijzigd werden toen op last van Minister Mr. J. A. Heemskerk de heer W. F. Leemans een nieuw onderzoek instelde waarbij rekening werd gehou* den met ernstige opmerkingen, die Jhr. J. R. T. Ortt en Prof. P. Harting hadden, gemaakt op de ontwerpen van Beyerinck* Stieltjes. Het plan-Beyerinck-Stieltjes-Leemans werd in 1877 bij detsontwerp de Kamer aangeboden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1936 | | pagina 8