P n2dlD)j Ned. Chr. Vrouwenbond oe DAGERAAD DONDERDAG 14 MEI 1936 DERDE BLAD PAG. 9 Algemeene Vergadering te Utrecht Beginselverklaring van den Bond „Bouwen wat verbroken ligt In gebouw Tivoli te Utrecht werd gis teren de zeventiende algemeene verga dering gehouden van de Ned. Chr. Vrou wenbond. Ruim dei-tienhonderd leden uit alle deelen van het land waren naar Utrecht gekomen om deze steeds belang rijke dag bij te wonen. De opening De vergadering, die onder leiding stond van Mevrouw M. M. Havelaar-v. Beeck Cal- koen, werd geopend met het zingen van Ps. 130 vers 1, Schriftlezing «n gebed. Als naar gewoonte droeg het eerste deel van de mor genvergadering een gewijd karakter en werd het wijdingswoord van de presidente afge wisseld met samenzang van geestelijke lie dereu. De voorzitster wees er in haar ope ningswoord op, dat wij eeuwigheidswerk te verrichten hebben. De hoofdzaak is en blijft in alles het bedoelen Gods te begrijpen. God vraagt van ons Christen vrouwen, dat wij ons werk doorgeven aan een volgend geslacht en daarom heeft ae grootste ver antwoordelijkheid zij, die den naam Chris tin draagt. Er zijn zoovele Christenen, waarvan geen kracht uitgaat, zij missen een sterk geloof. Wie dat heeft, kan kracht verspreiden te midden van ons volksleven. De wereld heeft behoefte aan biddende vrouwen. Daarom moeten wij ons telkens al- vragen of wij waarlijk biddenoe vrouwen zijn en met God door het leven gaan. Een dage- Jijksch onderzoek daartoe is noodig. In haar welkomstwoord tot de vele aar.' wezigen richtte de presidente een bijzonder woord van welkom tot Mej. Mr. Frida Katz van Amsteraam, het eere-lid dat ook tegeu- woordig was. Telegram aan het Kon. Huis Besloten werd een telegram te zenden aan II. M. de Koningin en H. K. PI. Prinses Ju liana, waarin hulde en trouw betuigd werd aan de Vorstin en Prinses en gedenken in den gebede werd toegezegd. Staande zong men twee coupletten van het Wilhelmus. Hierna las de Presidente een beginsel verklaring voor van den Bond, waarin xnet het oog op de tegenwoordige toestanden 't standpunt van den Bond nog eens duidelijk naar voren wordt gebracht. Beginselverklaring De N.C.V.B. belijdt de gebondenheid van den mensch. Noch tegenover Gods wil, nog tegenover de belangen der ge meenschap gaat hij uit van het recht der vrije persoonlijkheid, maar hij weet dat de mensch in de werkelijkheid van zijn leven gebonden is. Gebonden aan God en aan de scheppingsordeningen, daarmee ook gebonden aan den naaste in gezin en geslacht, in beroep en in volk. De N.C.V.G.B. bedoelt dan ook niet te zijn «en feministisch» vereeniging in dien dat hij eenzijdig zou wenschen te strijden .voor de belangen der vrouw. In acht nemend het verschil van aard, aan leg, en karakter, dat de Schepper in de sex- en gelegd heeft, stelt de N.C.V.B. zich op het standpunt, dat. de krachten der vrouw in het leven anders maar dan ook even ongehinderd moeten kunnen functionee- ren, als die van den man; daarom verwerpt hij de theorie van de g e 1 ij k h e i d en aan vaardt die van de gelijkwaardigheid van man en vrouw. Daarom acht hij het ook geen achterstel ling der vrouw, indien er beroepen zijn, waarvan zij uitgesloten blijft, maar hij acht het wenschelijk, dat de vrouw haar mede werking verleene op die terreinen, waar in in het belang der gemeenschap, vrouwelijke voorlichting wordt vereischt. Met haar in zichten en haar adviezen worde dan ook meer dan tot dusver, rekening gehouden. De N.C.V.B. beweegt zich niet op het ter rein der politiek en spreekt zich dus niet uit over het al of niet bekleeden van open bare ambten door vrouwen. Wel is de N.C. V.B. er zich van bewust, dat oe gaven en talenten van de vrouw als regel op ander gebied liggen en dat haar werkzaamheden op dit terrein voor volk en maatschappij in geenen deele van minder belang, of minder waarde zijn. Mevr. M. M. Havelaar—van Beeck Calcocn Gelet op het hoogst belangrijk, alle krach ten van het lichaam en ziel opeischend ka rakter van de gezinstaak, keurt de N.C.V.B. het bekleeoen van ambten en betrekkingen die gedurende den geheelen dag op de ge- heele persoon beslag leggen, voor de gehuw de vrouw af. Z.i. kan van dezen regel slechts in speciale gevallen bijv. bij weduwschap of kostwinnerschap afgeweken worden. Voor wat den arbeid der ongehuwde vrouw betreft, stelt de N.C.V.B. zich op het stand punt, dat in bepaalde omstandig heden het belang kan eischen, dat de vrouw in de niet-specifiek vrouwelijke be roepen, als fabrieks- en kantoorarbeid plaats make voor den man. In het bewustzijn, dat grenzen op dit gebied moeilijk te trekken zijn, pleit de Bond zooveel mogelijk afzon derlijke behandeling van ieder voorkomend Met betrekking tot de Meisjes-opvoe ding bepleit de N.C.V.B de noodzakelijk heid, dat daarbij meer dan tot dusver van het wezen der vrouw worde uitgegaan. Dit brengt zoowel voor huisgezin als school met zich mede, dat met de overschatting van „hoofdarbeid" en de geringschatting van „handenarbeid" worde gebroken. Het onderwijs ook het Middelbaar en Voorbereiaend Hooger onderwijs, aan meis jes, worde gedragen door de gedachte, dat deze moeten leeren, hetzij gehuwd, hetzij in een beroep, te leven uit de verantwoording die uit haar vrouw-zijn voortvloeit. Aan het onderwijs in de specifiek vrouwelijke vakken zou de N.C.V.B. oaarom ook gaarne meer aandacht besteed zien. Vrouwelijke leerkrachten acht de N.C.V.B vooral bij het lager en voorbereidend lager onderwijs, zeer op haar plaats. Met name in de lagere klassen der lagere scholen zou hij het vervangen van vrouwen door mannen niet in het belang van het onderwijs achten. Vooral niet. het oog op de meisjesopleiding is de N.C.V.B. van ooroeel dat ook bij het Middelbaar en Voorbereidend Hooger Onder wijs vrouwelijke leerkrachten niet mogen ontbreken. Ten opzichte van de Huwelijkswetgeving gaat de N.C.V.B van het beginsel uit, dat het huwelijk een Goddelijké samenvoeging is met een Goddelijke bedoeling. Alle conse quenties van oat standpunt aanvaardendè, (ten opzichte van echtscheiding, geboorte beperking e-d.) en den man erkennende als „hoofd der echtvereeniging" meent de N.C.V.B. toch te moeten pleiten voor ver ruiming van oe „handelingsbevoegdheid" der gehuwde vrouw, zoowel wat haar eigen bezit, roerend- en onroerend- en haar eigen verdienste aangaat, als met betrekking tot het op zich nemen van voogdij of curateele. Meerdere bekendheid van de huwende vrouw met de mogelijkheden die het trou wen op z.g. huwelijksche voorwaarden haar biedt, komt den N.C.V.B. zeer gewenscht Voor wat het terrein der zedelijkheid be treft, verwerpt de N.C.VJ3. met beslistheid de dubbele moraal. Gelet op de dringende noodzakelijkheid, ook voor de Overheid, om het huwelijk hoog te houden, keert de Bond zich even stellig tegen oe gelijkstelling van de ongehuwde met de gehuwde moeder op het gebied der moedersehapszorg en bepleit de handhaving van het charitatief karakter van de zorg voor de ongehuwde moeder. Met betrekking tot de publieke eerbaar heid spreekt oe N.C.V.B. zich met den mees ten nadruk uit voor een krachtiger hand haven van resp. terugkeeren tot het Christelijk karakter van ons volksleven. Overwegende dat in den tegenwoordigen tijd iedere vrouw, gehuwd of ongehuwd, met bet openbare leven in aanraking komt, en dat zij óf uit eigen ervaring, óf door haar kinderen voor problemen komt te staan, die vroeger buiten haar gezichtskring lagen, ijvert de N.C.V.B. voor een grondiger voor lichting en scholing der Christenvrouw, in de overtuiging, dat zij anders niet in staat zal blijken haar taak in het volksleven te vervullen, zooals dat met recht van haar mag worden verwacht. Na de voorlezing van deze verklaring werd staande belijdenis oes geloofs afgelegd en zongen de aanwezigen Gezang 52 vers 13. Tijdens de huishoudelijke mededeelingcn nam mej. Frida Katz het woord en sprak de vergadering toe. Spr. uitte haar blijdschap over de juist voorgelezen beginselverklaring. Vooral in dezen tijd moet de Christen vrouw sterk staan ln het geloof en moet vaü haar kracht uitgaan. Mevr. Westerbrink-Wirtz bracht vervol gens verslag uit van de huishoudelijke ver gadering, welke gehouden was aan den voor avond van dezen dag. Jaarverslag De Bond ging met 971 leden vooruit. Tegenover een verlies van 73 leden door overlijden en 1491 door bedanken stond een winst van 2535 leden. Het aantal afdeelingen nam toe met 14 en bedroeg op 31 December 1935 118. Ook kan een lang gekoesterde wansch vervuld worden: het gewest Lim burg-Oost N. Brabant werd eind October zelfstandig. Gewezen wordt op het feit, dat eerste doel van den Bond moet zijn: voorlichting. Steeds meer afdeelingsverslagen getuigen van werk op maatschappelijk gebied ver richt. Men heeft ook steeds meer contact met andere, in denzelfden geest werkende ver- eenigiugen en commissies. Op deze wijze breidt het bondswerk zich op zéér gelukkige wijzo uit en wordt het bóndsleven steeds levendiger. De reorganisatie is nu geheel doorgevoerd en de nieuwe regeling werkt over het alge meen uitstekend. Uit de afdeelingsverslagen blijkt, dat maatschappelijk werk en ziekenbezoek twee wel zéér vruchtbare takken van arbeid in den bond zijn. Vooral op kleinere plaatsen gevoelt men steeds meer de noodzakelijkheid van zelf werkzaamheid der leden. In dti verband is het ook van groot be lang, dat de jongeren zich meer voor den bond gaan interesseeren. In een der groot ste afdeelingen is een bepaald» jongeren groep, die zeer goed werkt en levensvatbaar blijkt te zijn. Blijkens het verslag van de penningmees- teresse, mevr, C. KanimeraatBekker, van 's Gravenhage, sluit de rekening van den N. C. V. B. in 1935 over een bedrag van f 19.097. Het saldo steeg van f 2.889 tot f 3.9G6. Het Magöalenafonds ontving f 973 en gaf aan steun uit f 595. Het saldo van dit fonds daalde van f 506 tot f 357. De verslagen werden goedgekeurd. De huishoudelijke vergadering Mevrouw A. L. A. Ringeling—Verhoeff deelde mee, dat er een batig saldo is van den wereldgebedsdag. Dit zal gestort wor den deels in het Magdalenafonds, deels in het Crisisfonas. Breedvoerig werd gediscussieerd over voorstellen van het hoofdbestuur tot vestiging van de Christelijke v grondslagen van ons volksbestaan." Vastgesteld werd, dat de Bond het terrein der practische politiek dient te vermijden. Het Hoofdbestuur wordt volgens het nieuwe art. 6 van het statuut gevormd door dagelijksch bestuur van minstens vier leden en vertegenwoordigsters van ge westen. Aangenomen werd een voorstel van bet gewest Gelderland, geamendeerd door het Hoofdbestuur, dat centrale regeling wen schelijk achtte, inzake leidstersopleiding. Mevrouw KammeraatBekker deed me- dedeelingen over de crisis-werkloozenzorg. Er moet ook iets gedaan worden voor 3 vrouwen van de werkloozen. Spr. wees .op de mogelijkheid van kampwerk, de oplei ding tot dienstbode en de oprichting van internaten. Mevrouw Ten Boom deed mededeelingen over het werk onder de vrouwen van werk loozen te Hilversum, waar huisbezoek ge daan wordt, samenkomsten belegd worden, eens per jaar een ontspanningsavond en naai- en kookcursussen. Mevrouw Engel deed mededeeling van dergelijk werk te Veenendaal en vertelde enthousiast over het kampwerk met vrou- en van werkloozen te Putten. Mevrouw Mr. D. Kernkamp—Bavinck van Bilthoveoi, deed mededeelingen over de plannen inzako het orgaan voor het loo- pende vereenigingsjaar. Er zullen leidraden voor Bijbelbespreking en andere onderwer pen worden opgenomen. MIDDAGVERGADERING Des middags werd de vergadering her opend met het staanae zingen van het bondslied. De heer B. Geleynse, van Achterveld, directeur van de Rudolph-stichting, sprak vervolgens over het onderwerp: „Bouwen wat verbroken ligt" In deze rede wees 6pr. hoofdzakelijk op den arbeid van kinderbescherming. Deze arbeid is eigenlijk van zoo teeren aard, dat men daar moeilijk over spreekt. De erva- Wijziging der statuten Aangedrongen werd op uitstel der behan deling. Een voorstel oaartoe verwierf slechts 27 stemmen. De naam van den bond werd aldus vast gesteld (art. 1): „De vereeniging draagt den naam: Ne- derlandsche Christen-Vrouwen Bond, Cen traal Verband van Gewestelijke Christen Vrouwenbonden, en Is gevestigd te Amster- De doelstelling werd aldus geformuleerd, „De Bond stelt zich ten doel: a. De vrouw meer bewust te maken var haar roeping en haar door voorlichting beter toe te rusten voor haar taak. b. Telkens wanneer zulks noodig blijkt op te treden naar buiten ter verdediging en be- Daar is Han Hollander! Han Hollander schreef voor Paul C. Kaiser een spannend kinderboek: „Het bruine monster" U krijgt het voor 60 Paula-bons.Deze bons vindt Uo.a. bij Paula's allernieuwste vondst: de leuke en lekkere vierkante beschuitjes. 9 voor 6 cent! vvPauIf.Kaiser B. Geleynse ringen in allen, die de rijpere jeugd leiden zijn dezelfde. Wat gij in uw gezinnen vindt met uw grootere kinderen, ondervinden zij in de kinderbescherming. Bij onze kinderen werd echter iets verbroken, dat hun schade deed en nameloos leed bezorgde. Spr. stond vervolgens stil bij de verhou ding van man en vrouw en de gezinsvorming Spr. ontwikkelde deze gedachte aan de hand van het werk van Prof. Bavinck: „Het Chris telijk Huisgezin". Overal waar de vader en moeder hun taak zich niet meer bewust zijn en die niet meer als door God opgelegd zien, wordt het kind het slachtoffer. Door de verstoring in het gezin, door de verbreking van de normale verhouding heeft de kinderbescherming een Naar de laatst uitgegeven statistieken over de toepassing der Kinderwetten werden in 1933 door 297 instellingen bijna elf duizend kinderen verzorgd uit gebroken gezinnen. De Regeeriug betaalde bijna 3 miljoen sub sidie. De staat heeft daarbij en ruime taak gelaten voor de particuliere werkzaamheid. In oen Ned. Bond van Kinderbescherming werken niet minder dan 250 instellingen samen van allerlei kleur en richting. De kinderbescherming verricht in ons land een nationale taak. waardoor Gode zij dank pl.m. 60 der kleine mcnschen weer zijn plaats in de rij der Nederlandsche bur gers en burgeressen kan innemen. Gekomen uit niet meer plichtbewuste gezinnen is het een genot hen nu goede gezinnen te hebben zien vormen. De niet meer plichtbewuste gezinnen worden gevonden onder allerlei kerkelijke richting. In 1929 waren er 11.1S6 voogdijkinderen. En behalve deze kinderen zijn er nog kinderen, die zich aan een straf baar feit hebben schuldig gemaakt (in 1930 763 Regeeringskinderen). Een groot werk, een goed nationaal werk verricht de Kinderbescherming en daarom verdient ze onze moreele en materieele steun. Vrijmoedig durft spr. in dezen tijd een beroep te doen op dien geldelijken steun. Niet omdat het goed functioneeren der Kinderbeschermingsinstellingen grootere uit gaven vóórkomt en lasten wegneemt, maar omdat we dankbaar moeten zijn voor wat en lusteloos ER ZUN TUDEN DAT QE U 5TEED5 n0EENlU5TEl005 C)EVOElT..- den ark. Dit was het einde van 12Q Jaafi prediking. Gods lankmoedigheid' nam toen een einde. Moge God ook bij ons de hemcl« sche schatten, die wij ontvingen achter ons toesluiten. God is het begin en het einde. Wij begoü; nen met Zijn Naam aan te roepen en wij besluiten ook met Hem voor Zijn genade ons dezen dag geschonken te dienen. Met God moeten wij door het leven gaan. Per-» soonlijk kunnen we dan aan onze roeping beantwoorden. Spr. besloot met het zeggen van Psalm 48 vers 6. Staande werd dezen Psalm gemeenschappelijk gezongen. Nadat Jonkvrouwe C. Gravin van Limburg Stirum in dankgebed was voorgegaan, werd de ver» gaderlng gesloten. zonder dat Ge beseft, waar het U hapert Neem eiken Vrijdag en Zaterdag een M.S.S.-cachet ter inwendige zuivering len. Uw met vergiftigde afvalstoffen gevulde darmen zacht ledigen. Uw gestel opfrisschen. Ge gaat U 'n ander mensch voelen. Ge bemerkt vol welbehagen, dat ge U op Zondag-ochtend voor het eerst eens lekker frischen opgewekt gevoelt, vol van levenslust en energie, want: BI.S.S.-cachets Maken „Schoon Schip" Per 12 stuks ln koker alechts 60 cent. wij in ons gezin hebben mogen houden. Er zijn voorstanders van gezinsverpleging en van gestiohtsverpleging; hoewel den laatsten tijd men schijnt terug te komen van de groote gestichten en daarin zooveel mogelijk kleine groepen vormt. De Rudolph- stichting neemt een uitzonderlijke positie in. De noodzakelijkheid van gestichten voor sommige groepen kinderen erkennend, ziet zij in het gezin het alles overtreffende mid del ter verzorging van de verwaarloosde veelal ook van de crimineele jeugd. Evenwel moet goede controle uitgeoefend worden. Daarom is de Rudolphstichting tegen de vrije gezinsverpleging. Zij past toe de gezinsverpleging in gestichtsverband. Voor de kinderen uit de gebroken gezinnen wordt wel gezorgd, maar wie maakt die gezinnen weer geschikt om de kinderen terug te nemen? Wij kunnen instrumenten in Gods hand zijn om de macht der zonde ook hier terug te bannen. De dwalende ouders moeten ook weer geholpen worden, zoodat ze na enkele jaren weer een goed gezin kunnen vormen. Spr. wekte ten slotte op tot medewerk zaamheid op het gebied der kinderbescher ming. Ons eigen gezin bewaard tegen de listigheden van den geest uit den afgrond gedaan wat onze hand vindt om te doen tot behoud van de gezinnen waarvan wij vree zen, dat ze breken zullen. De presidente sprak een warmgestemd dankwoord en waarschuwde tegen de we reldgelijkvormigheid, die ook in onze kringen gevonden wordt. Door een afgevaardigde van Rotterdam werd het hoofdbestuur en in het bijzonder de presidente voor de goede leiding in het afgeloonen jaar en op dezen dag hartelijk dank gezegd. Een Slotwoord werd uitgesproken door Jonkvrouwe C. Grav'n van Limburg Stirum. Spr. wees op de drieërlei beteekenis van het woord „slot". Het is in oe eerste plaats een burcht. Wordt die gesloten, dan geeft dit een veilig gevoel. Mogen wij hiermede de vergadering verlaten. Het woord „slot" wijst ook op een afsluiting. Moge dit voor ons de afsluiting zijn van een schat, die wij dezen dag ontvingen hebben. Slot ooet ons ook 1denken aan een eind. God sloot Noach ij Fokkers nieuwste ontwerp:" de F 56 Vliegtuig met slaapcabines en twee verdiepingen. 56 passagiers kunnen vervoerd worden De juist verschenen catalogus van de inzending der Nederlandsche vliegtui- genfabriek te Amsterdam op de Inter nationale Luchtvaarttentoonstelling te Stockholm, bevat nadere gegevens om trent het nieuwste ontwerp van Fokker, dat te Stockholm voor de eerste maal werd geëxposeerd, de Fokker F 56, De F 56 is een viermotorige vrijdragenïlë middendekker, in staat om des daags 5G passagiers te vervoeren met een bemanning! van vijf a zes man, over een afstand vani 1000 K.M. Het merkwaardigste van difl vliegtuig is, dat het bestaat uit twee vei1» diepingen. Overdag heeft elk der viest afdeelingen, waaruit de bovenverdieping bel staat, acht zitplaatsen en wel vier aan. eiken kant van de gang, die midden dóór; deze compartimenten loopt. De benedenver dieping heeft twee afdeelingen, elk met 121 zitplaatsen. Des nachts worden twee naast elkaar gelegen zitplaatsen in een bed getrans formeerd, terwijl bovendien nog eeüigo tegen den wand opklapbare bedden be schikbaar zijn. Zoo biedt de F 56 voor nachtverkeer accomodatie voor 28 pas sagiers, waarmee het vliegtuig, indien ook des nachts de bemanning uit 5 6 personen bestaat, een actie-radius van 1600 KM. krijgt. VRUDAG 15 MEI HILVERSUM I 1875 M. Algem. Programma, verzorgd door den KRO. 10.00 Gram.pL 11.8012.00 Voor zieken en ouden-van- dagen. 12.15 KRO-Boys. 3.00 KRO-orkest. 4.00 KRO-Kamerorkest. 6.00 Land- en tuinbouwcauserie. 6.20 KRO-Orkest. 7.15 Psychologische causerie. 7.50 Kabh. mu ziek. 8.00 Berichten. 8.10 KRO-Melodis- ten. 9.00 Causerie „Móói Nederland". 9.15 Pianorecital. 9.35 KRO-Symphonie-orkest en pianist. 10.45 KRO-Boys. HILVERSUM n 301 M. 8.00 VARA. 12.0D AVRO. 4.00 VARA. 8.00 VPRO. 11.00 VARA. 8.00 Gram.pl. 10.00 Morgenwij ding VPRO. 10.15 Voordracht. 11.00 Voor dracht. 2.00 Voordracht. 2.30 Omroep orkest. 5.00 Kinderuurtje. 5.30 Variatie- concert. 6.15 Vervolg concert. 8.00 Voor padvindsters. 8.03 Bijbelsche causerie. 8.30 Pianorecital. 9.00 Dr. H. Th. Fischer: Schepping. 9.30 Concert. 10.00 Jong leven in Artis. 10.45 Berichten. DROÏTWICFI 1500 M. 11.20—11.50 Orgelspel. I.352.20 Sopraan en piano. 4.15 Popu lair concert. 5.35 „The Alphas". 6.50 Cem balorecital. 7.10 Voor tuinliefhebbers. 7.30 Muzikale dialoog. 7.50 Zang. 8.20 Gevar. concert. 9.40 Causerie „I protest". 10.20 Cyclus „Three Nations". 10.40 Het Roth- Strijkkwartet. RADIO PARIS 1648 M. 11.35 Gram.pl. 12.35 Nat. Orkest. 4.20 Parijsch Strijkkwartet. 5.50 Orkestconcert. 8.20 Zang. 8.50 Opera- uitzending. KEULEN 456 M. 12.20 Orkestconcert. 1.35 Omroepkleinorkest. 4.20 Viool en piano. 6.20 Dresd. Philh. Orkest. 9.00 Koorcon cert. 10.50 Pianorecital en voordracht. BRUSSEL 322 en 484 M. 322 M.: 12.50 Sa lonorkest. 9.00 Symphonieconcert. 10.30— II.20 Gram.pL 484 M.: 12.50 Omroeporkest. 5.20 Om roeporkest. 7.35 Zang. 8.20 Salonorkest en zang. 9.50 Zang. 10.30—11.20 Gram.pl. DEUTSCHLANDSENDER 1571 M. 8.30 Gev. programma. 10.40 Reportage. 10.50 Trio concert, Feuilleton door H. KINGMANS Wat later kwam Ro'elf Ketel, die niet beter wist, of Munco was tegelijk met Stella gevangen genomen. Daarom had hij zijn komst vertraagd. Wéér zou hij brenger van een Jobstijding zijn, als zeven jaar geleden. Hij vond zijn neef in blakende gezondheid naast het meisje, dat hem lief was, als de appel ,van zijn oog. En de boterkoopman verblijdde zich met de blijden, om dan onmiddellijk te versomberen: het mooie plan, «lat wel kans van slagen had, was mislukt, Bllly scheen lont geroken te hebben; Stella kon zijn matten wel rollen; als hij niet gedood werd, werd hij smadelijk ter stad uitgewezen, 't Was waar, dat reeds een verhoor van den gevangene had plaats gevonden. Inderdaad was dat de waarheid. Billy had er geen gras over laten groeien, doch was onmiddel lijk naar het huis van den Provoost gereden, om met den gevangene een onderhoud te hebben. 't Was eerst zeer vriendschappelijk geweest, 's Konings Stadhouder had getracht op deze wijze de zending van Stela gewaar te worden- Maar de Brusselaar liet niets uit, beklaagde zich alleen, dat hij, officieel door de Algemeene Staten naar het Stadsbestuur van Groningen gezonden, op deze wijze werd behandeld. Toen was de bruut in Billy ontwaakt. Soldaten werden gerequireerd en zij sleepten Stella naar "den kelder van het Provoosthuis, waar de werktuigen waren, die bekentenissen ontlokken moesten. Het lichaam werd gegeeseld; het werd op de pijnbank gelegd; Be ledematen werden uitgetrokken, steeds meer. En Bil'y, Ziedend van toorn, stond er bij. Want Stella verklapte niets. 91 werd zijn lichaam ook vanéén gereten en al kreunde hij van ifie snerpende pijn. Spreek!" gebood Billy. „Anders laat ik je doodmartelen en morgen hangt je doóde lijf te bengelen aan de wipgalg op de Markt." „Ik heb niets te zeggen. Het is bekend, waarom ik te Groningen kom. Om serieuse onderhandelingen met de Stads- regeering te voeren- In naam der Staten, die de Pacificatie van Gent hebben onderteekend."' „We hebben met die Pacificatie niets te maken", brulde Billy. „Groningen is trouw aan den Koning. En ge komt niet daar voor. Ge hebt andere plannen. Ik wil ze weten." „Ik heb niets te zeggen", zeide Stella, wiens krachten gingen begeven langzamerhand. „Draait de schroeven aan", beval Billy. Door de kelderruimte klonk het piepend geluid .van da schroeven der pijnbankStella kreunde luid. „Zul je spreken?" schreeuwde Billy, heesch van woede. Hij trok zijn dolk en zwajaide er mede, zich buigend over den beklagenswaardige op de pijnbank, dien met zijn donkere, vonken van haat schietende oogen verslindend- „Ik heb niets te zeggen", herhaalde Stella, tot groote verbazing ook der soldaten standvastig blijvend. „Je zult!" En de Portugees, krankzinnig van woede, stootte zijn dolk in de richting van Stella's hart en zou hem gedood hebben, indien niet De Mepsche den arm van Billy had op zij geduwd, zoodat alleen de schouder gewond werd. „Een doode spreekt niet meer, Excellentie", zeide De Mepsche. Deze woorden kalmeerden Billy. „Ge hebt gelijk. We staken het pijnigen en beginnen morgen opnieuw. Misschien komen we het nog te weten vóór do halsstarrige in de pijniging sterft." Zonder Stella met een blik te verwaardigen, verliet hij, ver gezeld van De Mepsche, den kelder, waar de soldaten den kreuneralen gepijnigde bevrijdden van de pijnbank, om hem vervolgens naar de vunzige cel terug te voeren, hem meec sleepend dan dragend. Zooals de gewoonte was, trad spoedig daarop een geneesheer binnen, om de wonden te verbinden. Bij hem bevond zich een hoofdman en twee Spaansche soldaten, hehoorend tot het regiment Spanjolen, dat in Groningen was, behalve de regimen ten WalejL De geneesheer mompelde onopzettelijk eenige woorden in hel G'rieksch, waarop Stella hem in diezelfde taal antwoordde- „Verstaat ge Grielcsch?" vroeg de ander verbaasd. Waarop zich in die taal een kort gesprek ontspon. „Ge kunt mij volkomen vertrouwen", zeide de geneesmeest9r. „Niet minder dan anderen haat ik des Konings Stadhouder. Het ware een zegen, wanneer Groningen van hem verlost werd." Stella wist niet, wat hij er van denken moest, maar overwoog snel, dat hij, ook al was de geneesmeester eeu veinzaard, niets te verliezen had, wanneer hij dezen een vertrouwelijke mede deeling deed. Werd die aan Billy overgebriefd, hij was ten doode opgeschreven. Maar dat was immers nu ook het geval? De mogelijkheid bestond, dat de geneesmeester meende, wat hij zeide, en dan kon Stella daarvan partij trekken. Dus waagda hij het er op. ,,'t Is een geringe moeite, Billy uit Groningen te krijgen", zeide hij, zijn gelaat vertrekkend van pijn. „Hoe bedoelt u dat?" vroeg de chirurg, zalf op een wond „Ik meen, dat de soldaten ln een oproerige stemming ver- keeren, omdat hun soldij onthouden wordt." „Dat is juist. Maar wat baat hun dat? Ze krijgen er geen geld door." „Wanneer zij", Stella sprak opzettelijk langzaam en met nadruk, „trouw zweren aan de Algemeene Staten, wordt hun alle achterstallige soldij uitbetaald.'1 „Is dat juist? Kan ik dat den officier mededeelen?" „Het is de volle waarheid. Het i? mijn opdracht, die Billy niet weten mag. Ge kunt", de spanning viel op het gelaat van den Brusselaar te lezen, terwijl hij den geneesheer doordringend aanzag, „dat aan Billy vertellen. Ik ben toch in zijn macht." De geneesheer lachte luid. »'k Zal wijzer zijn. Doch de soldaten zullen het wel te weten komen-" Instantelijk wendde hij zich tot den officier en de beide soldeniers, die onverschillig stonden te kijken, daar zij niets van het gesprek hadden verstaan, behalve enkele malen het woord „Billy." 'n Domme streek Van jullie, om dezen man te pijnigen. Hij is afgevaardigd door de Algemeene Staten in BrusseL Als de vendels aan de Staten trouw zweren, wordt alle soldij uitbetaald." Dan ging hij weer de wonden verbinden, overtuigd, dat zijl woorden indruk zouden maken. Daarin bedroog hij zich niet. De officier zag de soldaten eens aan en de soldaten keken naar den officier. Dan vloekte één der soldeniers en uitte een krachtige ver- wensching aan het adres van Billy. „We zullen het onzen kameraden zeggen", merkte een ander op. „We moeten geld hebben. Als wij het van dezen", hij wees op Stella die met voldoening in het hart vol spanning luisterde, „kunnen krijgen, dan kan Majoor Billy naar de maan loopen." De officier lachte alleen luid. „We gaan wat beleven in Groningen", zeide de geneesmeester, weer Gneksch sprekend. „Als de soldaten Billy ontrouw worden, is het met zijn rijk gedaan." Des avonds liepen er allerlei geruchten door de stad. Hot meest hadnekkige was, dat de regimenten van plan waren, aan het muiten te slaan. En da burgers ran Groningen hielden hun hart vast Van ds muiterij der Spaansrha troepen in Antwerpen had men gehoord Zou Groningen dat wreede lot ook treffen? tP°/dlg °P de hoog,e Slacht Ongerust ontbood hij de hoplieden van vier vendelen - het vijfde vendel had de wachten betokken - en -orderde van hen opnieuw den eed van trouw. Lopes, Moncheau en Champy legden den nieuwen eed af doch Losy, de etemming tn rijn vaandel kennend, weigerde S 5p£ MrS' "in °Pdero""*™> en korporaais 'n g'«d gri™* ,.M.P ffennd,e,el de! beze,line tan dus vertrouwd worden", Ïm. it a i -Morgen ra] ik de soldalen hoofd ™der wL v" laUn a"eSgen- De ^'e^sen «1 ik dan (Wordt vervo'gd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1936 | | pagina 9