P
n2dlD)j
Ned. Chr. Vrouwenbond
oe
DAGERAAD
DONDERDAG 14 MEI 1936
DERDE BLAD PAG. 9
Algemeene Vergadering
te Utrecht
Beginselverklaring
van den Bond
„Bouwen wat verbroken ligt
In gebouw Tivoli te Utrecht werd gis
teren de zeventiende algemeene verga
dering gehouden van de Ned. Chr. Vrou
wenbond. Ruim dei-tienhonderd leden
uit alle deelen van het land waren naar
Utrecht gekomen om deze steeds belang
rijke dag bij te wonen.
De opening
De vergadering, die onder leiding stond
van Mevrouw M. M. Havelaar-v. Beeck Cal-
koen, werd geopend met het zingen van Ps.
130 vers 1, Schriftlezing «n gebed. Als naar
gewoonte droeg het eerste deel van de mor
genvergadering een gewijd karakter en werd
het wijdingswoord van de presidente afge
wisseld met samenzang van geestelijke lie
dereu. De voorzitster wees er in haar ope
ningswoord op, dat wij eeuwigheidswerk te
verrichten hebben. De hoofdzaak is en blijft
in alles het bedoelen Gods te begrijpen.
God vraagt van ons Christen vrouwen, dat
wij ons werk doorgeven aan een volgend
geslacht en daarom heeft ae grootste ver
antwoordelijkheid zij, die den naam Chris
tin draagt.
Er zijn zoovele Christenen, waarvan geen
kracht uitgaat, zij missen een sterk geloof.
Wie dat heeft, kan kracht verspreiden te
midden van ons volksleven.
De wereld heeft behoefte aan biddende
vrouwen. Daarom moeten wij ons telkens al-
vragen of wij waarlijk biddenoe vrouwen zijn
en met God door het leven gaan. Een dage-
Jijksch onderzoek daartoe is noodig.
In haar welkomstwoord tot de vele aar.'
wezigen richtte de presidente een bijzonder
woord van welkom tot Mej. Mr. Frida Katz
van Amsteraam, het eere-lid dat ook tegeu-
woordig was.
Telegram aan het Kon. Huis
Besloten werd een telegram te zenden aan
II. M. de Koningin en H. K. PI. Prinses Ju
liana, waarin hulde en trouw betuigd werd
aan de Vorstin en Prinses en gedenken in
den gebede werd toegezegd.
Staande zong men twee coupletten van
het Wilhelmus.
Hierna las de Presidente een beginsel
verklaring voor van den Bond, waarin xnet
het oog op de tegenwoordige toestanden 't
standpunt van den Bond nog eens duidelijk
naar voren wordt gebracht.
Beginselverklaring
De N.C.V.B. belijdt de gebondenheid
van den mensch. Noch tegenover Gods
wil, nog tegenover de belangen der ge
meenschap gaat hij uit van het recht
der vrije persoonlijkheid, maar hij weet
dat de mensch in de werkelijkheid van
zijn leven gebonden is. Gebonden aan
God en aan de scheppingsordeningen,
daarmee ook gebonden aan den naaste in
gezin en geslacht, in beroep en in volk.
De N.C.V.G.B. bedoelt dan ook niet te zijn
«en feministisch» vereeniging in dien
dat hij eenzijdig zou wenschen te strijden
.voor de belangen der vrouw.
In acht nemend het verschil van aard, aan
leg, en karakter, dat de Schepper in de sex-
en gelegd heeft, stelt de N.C.V.B. zich op
het standpunt, dat. de krachten der vrouw
in het leven anders maar dan ook even
ongehinderd moeten kunnen functionee-
ren, als die van den man; daarom verwerpt
hij de theorie van de g e 1 ij k h e i d en aan
vaardt die van de gelijkwaardigheid
van man en vrouw.
Daarom acht hij het ook geen achterstel
ling der vrouw, indien er beroepen zijn,
waarvan zij uitgesloten blijft, maar hij acht
het wenschelijk, dat de vrouw haar mede
werking verleene op die terreinen, waar in
in het belang der gemeenschap, vrouwelijke
voorlichting wordt vereischt. Met haar in
zichten en haar adviezen worde dan ook
meer dan tot dusver, rekening gehouden.
De N.C.V.B. beweegt zich niet op het ter
rein der politiek en spreekt zich dus niet
uit over het al of niet bekleeden van open
bare ambten door vrouwen. Wel is de N.C.
V.B. er zich van bewust, dat oe gaven en
talenten van de vrouw als regel op ander
gebied liggen en dat haar werkzaamheden
op dit terrein voor volk en maatschappij in
geenen deele van minder belang, of minder
waarde zijn.
Mevr. M. M. Havelaar—van Beeck Calcocn
Gelet op het hoogst belangrijk, alle krach
ten van het lichaam en ziel opeischend ka
rakter van de gezinstaak, keurt de N.C.V.B.
het bekleeoen van ambten en betrekkingen
die gedurende den geheelen dag op de ge-
heele persoon beslag leggen, voor de gehuw
de vrouw af. Z.i. kan van dezen regel slechts
in speciale gevallen bijv. bij weduwschap
of kostwinnerschap afgeweken worden.
Voor wat den arbeid der ongehuwde vrouw
betreft, stelt de N.C.V.B. zich op het stand
punt, dat in bepaalde omstandig
heden het belang kan eischen, dat de
vrouw in de niet-specifiek vrouwelijke be
roepen, als fabrieks- en kantoorarbeid plaats
make voor den man. In het bewustzijn, dat
grenzen op dit gebied moeilijk te trekken
zijn, pleit de Bond zooveel mogelijk afzon
derlijke behandeling van ieder voorkomend
Met betrekking tot de Meisjes-opvoe
ding bepleit de N.C.V.B de noodzakelijk
heid, dat daarbij meer dan tot dusver van
het wezen der vrouw worde uitgegaan. Dit
brengt zoowel voor huisgezin als school met
zich mede, dat met de overschatting van
„hoofdarbeid" en de geringschatting van
„handenarbeid" worde gebroken.
Het onderwijs ook het Middelbaar en
Voorbereiaend Hooger onderwijs, aan meis
jes, worde gedragen door de gedachte, dat
deze moeten leeren, hetzij gehuwd, hetzij in
een beroep, te leven uit de verantwoording
die uit haar vrouw-zijn voortvloeit. Aan het
onderwijs in de specifiek vrouwelijke vakken
zou de N.C.V.B. oaarom ook gaarne meer
aandacht besteed zien.
Vrouwelijke leerkrachten acht de N.C.V.B
vooral bij het lager en voorbereidend lager
onderwijs, zeer op haar plaats. Met name in
de lagere klassen der lagere scholen zou hij
het vervangen van vrouwen door mannen
niet in het belang van het onderwijs achten.
Vooral niet. het oog op de meisjesopleiding
is de N.C.V.B. van ooroeel dat ook bij het
Middelbaar en Voorbereidend Hooger Onder
wijs vrouwelijke leerkrachten niet mogen
ontbreken.
Ten opzichte van de Huwelijkswetgeving
gaat de N.C.V.B van het beginsel uit, dat het
huwelijk een Goddelijké samenvoeging is
met een Goddelijke bedoeling. Alle conse
quenties van oat standpunt aanvaardendè,
(ten opzichte van echtscheiding, geboorte
beperking e-d.) en den man erkennende als
„hoofd der echtvereeniging" meent de
N.C.V.B. toch te moeten pleiten voor ver
ruiming van oe „handelingsbevoegdheid"
der gehuwde vrouw, zoowel wat haar eigen
bezit, roerend- en onroerend- en haar eigen
verdienste aangaat, als met betrekking tot
het op zich nemen van voogdij of curateele.
Meerdere bekendheid van de huwende
vrouw met de mogelijkheden die het trou
wen op z.g. huwelijksche voorwaarden haar
biedt, komt den N.C.V.B. zeer gewenscht
Voor wat het terrein der zedelijkheid be
treft, verwerpt de N.C.VJ3. met beslistheid de
dubbele moraal.
Gelet op de dringende noodzakelijkheid,
ook voor de Overheid, om het huwelijk hoog
te houden, keert de Bond zich even stellig
tegen oe gelijkstelling van de ongehuwde
met de gehuwde moeder op het gebied der
moedersehapszorg en bepleit de handhaving
van het charitatief karakter van de zorg
voor de ongehuwde moeder.
Met betrekking tot de publieke eerbaar
heid spreekt oe N.C.V.B. zich met den mees
ten nadruk uit voor een krachtiger hand
haven van resp. terugkeeren tot het
Christelijk karakter van ons volksleven.
Overwegende dat in den tegenwoordigen
tijd iedere vrouw, gehuwd of ongehuwd, met
bet openbare leven in aanraking komt, en
dat zij óf uit eigen ervaring, óf door haar
kinderen voor problemen komt te staan, die
vroeger buiten haar gezichtskring lagen,
ijvert de N.C.V.B. voor een grondiger voor
lichting en scholing der Christenvrouw, in
de overtuiging, dat zij anders niet in staat
zal blijken haar taak in het volksleven te
vervullen, zooals dat met recht van haar
mag worden verwacht.
Na de voorlezing van deze verklaring werd
staande belijdenis oes geloofs afgelegd en
zongen de aanwezigen Gezang 52 vers 13.
Tijdens de huishoudelijke mededeelingcn
nam mej. Frida Katz het woord en sprak de
vergadering toe. Spr. uitte haar blijdschap
over de juist voorgelezen beginselverklaring.
Vooral in dezen tijd moet de Christen
vrouw sterk staan ln het geloof en moet vaü
haar kracht uitgaan.
Mevr. Westerbrink-Wirtz bracht vervol
gens verslag uit van de huishoudelijke ver
gadering, welke gehouden was aan den voor
avond van dezen dag.
Jaarverslag
De Bond ging met 971 leden vooruit.
Tegenover een verlies van 73 leden door
overlijden en 1491 door bedanken stond een
winst van 2535 leden. Het aantal afdeelingen
nam toe met 14 en bedroeg op 31 December
1935 118. Ook kan een lang gekoesterde
wansch vervuld worden: het gewest Lim
burg-Oost N. Brabant werd eind October
zelfstandig. Gewezen wordt op het feit, dat
eerste doel van den Bond moet zijn:
voorlichting.
Steeds meer afdeelingsverslagen getuigen
van werk op maatschappelijk gebied ver
richt.
Men heeft ook steeds meer contact met
andere, in denzelfden geest werkende ver-
eenigiugen en commissies. Op deze wijze
breidt het bondswerk zich op zéér gelukkige
wijzo uit en wordt het bóndsleven steeds
levendiger.
De reorganisatie is nu geheel doorgevoerd
en de nieuwe regeling werkt over het alge
meen uitstekend.
Uit de afdeelingsverslagen blijkt, dat
maatschappelijk werk en ziekenbezoek twee
wel zéér vruchtbare takken van arbeid in
den bond zijn.
Vooral op kleinere plaatsen gevoelt men
steeds meer de noodzakelijkheid van zelf
werkzaamheid der leden.
In dti verband is het ook van groot be
lang, dat de jongeren zich meer voor den
bond gaan interesseeren. In een der groot
ste afdeelingen is een bepaald» jongeren
groep, die zeer goed werkt en levensvatbaar
blijkt te zijn.
Blijkens het verslag van de penningmees-
teresse, mevr, C. KanimeraatBekker, van
's Gravenhage, sluit de rekening van den
N. C. V. B. in 1935 over een bedrag van
f 19.097. Het saldo steeg van f 2.889 tot
f 3.9G6.
Het Magöalenafonds ontving f 973 en gaf
aan steun uit f 595. Het saldo van dit fonds
daalde van f 506 tot f 357.
De verslagen werden goedgekeurd.
De huishoudelijke vergadering
Mevrouw A. L. A. Ringeling—Verhoeff
deelde mee, dat er een batig saldo is van
den wereldgebedsdag. Dit zal gestort wor
den deels in het Magdalenafonds, deels in
het Crisisfonas.
Breedvoerig werd gediscussieerd over
voorstellen van het hoofdbestuur tot
vestiging van de Christelijke v grondslagen
van ons volksbestaan."
Vastgesteld werd, dat de Bond het terrein
der practische politiek dient te vermijden.
Het Hoofdbestuur wordt volgens het
nieuwe art. 6 van het statuut gevormd door
dagelijksch bestuur van minstens vier
leden en vertegenwoordigsters van ge
westen.
Aangenomen werd een voorstel van bet
gewest Gelderland, geamendeerd door het
Hoofdbestuur, dat centrale regeling wen
schelijk achtte, inzake leidstersopleiding.
Mevrouw KammeraatBekker deed me-
dedeelingen over de crisis-werkloozenzorg.
Er moet ook iets gedaan worden voor
3 vrouwen van de werkloozen. Spr. wees
.op de mogelijkheid van kampwerk, de oplei
ding tot dienstbode en de oprichting van
internaten.
Mevrouw Ten Boom deed mededeelingen
over het werk onder de vrouwen van werk
loozen te Hilversum, waar huisbezoek ge
daan wordt, samenkomsten belegd worden,
eens per jaar een ontspanningsavond en
naai- en kookcursussen.
Mevrouw Engel deed mededeeling van
dergelijk werk te Veenendaal en vertelde
enthousiast over het kampwerk met vrou-
en van werkloozen te Putten.
Mevrouw Mr. D. Kernkamp—Bavinck
van Bilthoveoi, deed mededeelingen over de
plannen inzako het orgaan voor het loo-
pende vereenigingsjaar. Er zullen leidraden
voor Bijbelbespreking en andere onderwer
pen worden opgenomen.
MIDDAGVERGADERING
Des middags werd de vergadering her
opend met het staanae zingen van het
bondslied.
De heer B. Geleynse, van Achterveld,
directeur van de Rudolph-stichting, sprak
vervolgens over het onderwerp:
„Bouwen wat verbroken ligt"
In deze rede wees 6pr. hoofdzakelijk op
den arbeid van kinderbescherming. Deze
arbeid is eigenlijk van zoo teeren aard, dat
men daar moeilijk over spreekt. De erva-
Wijziging der statuten
Aangedrongen werd op uitstel der behan
deling. Een voorstel oaartoe verwierf slechts
27 stemmen.
De naam van den bond werd aldus vast
gesteld (art. 1):
„De vereeniging draagt den naam: Ne-
derlandsche Christen-Vrouwen Bond, Cen
traal Verband van Gewestelijke Christen
Vrouwenbonden, en Is gevestigd te Amster-
De doelstelling werd aldus geformuleerd,
„De Bond stelt zich ten doel:
a. De vrouw meer bewust te maken var
haar roeping en haar door voorlichting
beter toe te rusten voor haar taak.
b. Telkens wanneer zulks noodig blijkt op
te treden naar buiten ter verdediging en be-
Daar is
Han
Hollander!
Han Hollander
schreef voor Paul
C. Kaiser een spannend kinderboek: „Het
bruine monster" U krijgt het voor 60
Paula-bons.Deze bons vindt Uo.a. bij Paula's
allernieuwste vondst: de leuke en lekkere
vierkante beschuitjes. 9 voor 6 cent!
vvPauIf.Kaiser
B. Geleynse
ringen in allen, die de rijpere jeugd leiden
zijn dezelfde. Wat gij in uw gezinnen vindt
met uw grootere kinderen, ondervinden zij
in de kinderbescherming. Bij onze kinderen
werd echter iets verbroken, dat hun schade
deed en nameloos leed bezorgde.
Spr. stond vervolgens stil bij de verhou
ding van man en vrouw en de gezinsvorming
Spr. ontwikkelde deze gedachte aan de hand
van het werk van Prof. Bavinck: „Het Chris
telijk Huisgezin".
Overal waar de vader en moeder hun taak
zich niet meer bewust zijn en die niet meer
als door God opgelegd zien, wordt het kind
het slachtoffer. Door de verstoring in het
gezin, door de verbreking van de normale
verhouding heeft de kinderbescherming een
Naar de laatst uitgegeven statistieken
over de toepassing der Kinderwetten werden
in 1933 door 297 instellingen bijna elf duizend
kinderen verzorgd uit gebroken gezinnen.
De Regeeriug betaalde bijna 3 miljoen sub
sidie. De staat heeft daarbij en ruime taak
gelaten voor de particuliere werkzaamheid.
In oen Ned. Bond van Kinderbescherming
werken niet minder dan 250 instellingen
samen van allerlei kleur en richting.
De kinderbescherming verricht in ons
land een nationale taak. waardoor Gode zij
dank pl.m. 60 der kleine mcnschen weer
zijn plaats in de rij der Nederlandsche bur
gers en burgeressen kan innemen. Gekomen
uit niet meer plichtbewuste gezinnen is het
een genot hen nu goede gezinnen te hebben
zien vormen. De niet meer plichtbewuste
gezinnen worden gevonden onder allerlei
kerkelijke richting. In 1929 waren er 11.1S6
voogdijkinderen. En behalve deze kinderen
zijn er nog kinderen, die zich aan een straf
baar feit hebben schuldig gemaakt (in 1930
763 Regeeringskinderen).
Een groot werk, een goed nationaal werk
verricht de Kinderbescherming en daarom
verdient ze onze moreele en materieele
steun.
Vrijmoedig durft spr. in dezen tijd een
beroep te doen op dien geldelijken steun.
Niet omdat het goed functioneeren der
Kinderbeschermingsinstellingen grootere uit
gaven vóórkomt en lasten wegneemt, maar
omdat we dankbaar moeten zijn voor wat
en lusteloos
ER ZUN TUDEN
DAT QE U 5TEED5
n0EENlU5TEl005
C)EVOElT..-
den ark. Dit was het einde van 12Q Jaafi
prediking. Gods lankmoedigheid' nam toen
een einde. Moge God ook bij ons de hemcl«
sche schatten, die wij ontvingen achter ons
toesluiten.
God is het begin en het einde. Wij begoü;
nen met Zijn Naam aan te roepen en wij
besluiten ook met Hem voor Zijn genade
ons dezen dag geschonken te dienen. Met
God moeten wij door het leven gaan. Per-»
soonlijk kunnen we dan aan onze roeping
beantwoorden. Spr. besloot met het zeggen
van Psalm 48 vers 6. Staande werd dezen
Psalm gemeenschappelijk gezongen. Nadat
Jonkvrouwe C. Gravin van Limburg Stirum
in dankgebed was voorgegaan, werd de ver»
gaderlng gesloten.
zonder dat Ge beseft, waar het U hapert
Neem eiken Vrijdag en Zaterdag een
M.S.S.-cachet ter inwendige zuivering
len. Uw met vergiftigde afvalstoffen gevulde
darmen zacht ledigen. Uw gestel opfrisschen.
Ge gaat U 'n ander mensch voelen. Ge bemerkt
vol welbehagen, dat ge U op Zondag-ochtend
voor het eerst eens lekker frischen opgewekt
gevoelt, vol van levenslust en energie, want:
BI.S.S.-cachets Maken „Schoon Schip"
Per 12 stuks ln koker alechts 60 cent.
wij in ons gezin hebben mogen houden.
Er zijn voorstanders van gezinsverpleging
en van gestiohtsverpleging; hoewel den
laatsten tijd men schijnt terug te komen
van de groote gestichten en daarin zooveel
mogelijk kleine groepen vormt. De Rudolph-
stichting neemt een uitzonderlijke positie in.
De noodzakelijkheid van gestichten voor
sommige groepen kinderen erkennend, ziet
zij in het gezin het alles overtreffende mid
del ter verzorging van de verwaarloosde
veelal ook van de crimineele jeugd.
Evenwel moet goede controle uitgeoefend
worden. Daarom is de Rudolphstichting
tegen de vrije gezinsverpleging. Zij past toe
de gezinsverpleging in gestichtsverband.
Voor de kinderen uit de gebroken gezinnen
wordt wel gezorgd, maar wie maakt die
gezinnen weer geschikt om de kinderen
terug te nemen? Wij kunnen instrumenten
in Gods hand zijn om de macht der zonde
ook hier terug te bannen. De dwalende
ouders moeten ook weer geholpen worden,
zoodat ze na enkele jaren weer een goed
gezin kunnen vormen.
Spr. wekte ten slotte op tot medewerk
zaamheid op het gebied der kinderbescher
ming. Ons eigen gezin bewaard tegen de
listigheden van den geest uit den afgrond
gedaan wat onze hand vindt om te doen tot
behoud van de gezinnen waarvan wij vree
zen, dat ze breken zullen.
De presidente sprak een warmgestemd
dankwoord en waarschuwde tegen de we
reldgelijkvormigheid, die ook in onze
kringen gevonden wordt.
Door een afgevaardigde van Rotterdam
werd het hoofdbestuur en in het bijzonder de
presidente voor de goede leiding in het
afgeloonen jaar en op dezen dag hartelijk
dank gezegd.
Een
Slotwoord
werd uitgesproken door Jonkvrouwe C.
Grav'n van Limburg Stirum. Spr.
wees op de drieërlei beteekenis van het
woord „slot". Het is in oe eerste plaats een
burcht. Wordt die gesloten, dan geeft dit
een veilig gevoel. Mogen wij hiermede de
vergadering verlaten. Het woord „slot" wijst
ook op een afsluiting. Moge dit voor ons de
afsluiting zijn van een schat, die wij dezen
dag ontvingen hebben. Slot ooet ons ook
1denken aan een eind. God sloot Noach ij
Fokkers nieuwste ontwerp:"
de F 56
Vliegtuig met slaapcabines
en twee verdiepingen.
56 passagiers kunnen vervoerd worden
De juist verschenen catalogus van de
inzending der Nederlandsche vliegtui-
genfabriek te Amsterdam op de Inter
nationale Luchtvaarttentoonstelling te
Stockholm, bevat nadere gegevens om
trent het nieuwste ontwerp van Fokker,
dat te Stockholm voor de eerste maal
werd geëxposeerd, de Fokker F 56,
De F 56 is een viermotorige vrijdragenïlë
middendekker, in staat om des daags 5G
passagiers te vervoeren met een bemanning!
van vijf a zes man, over een afstand vani
1000 K.M. Het merkwaardigste van difl
vliegtuig is, dat het bestaat uit twee vei1»
diepingen. Overdag heeft elk der viest
afdeelingen, waaruit de bovenverdieping bel
staat, acht zitplaatsen en wel vier aan.
eiken kant van de gang, die midden dóór;
deze compartimenten loopt. De benedenver
dieping heeft twee afdeelingen, elk met 121
zitplaatsen.
Des nachts worden twee naast elkaar
gelegen zitplaatsen in een bed getrans
formeerd, terwijl bovendien nog eeüigo
tegen den wand opklapbare bedden be
schikbaar zijn. Zoo biedt de F 56 voor
nachtverkeer accomodatie voor 28 pas
sagiers, waarmee het vliegtuig, indien
ook des nachts de bemanning uit 5 6
personen bestaat, een actie-radius van
1600 KM. krijgt.
VRUDAG 15 MEI
HILVERSUM I 1875 M. Algem. Programma,
verzorgd door den KRO. 10.00 Gram.pL
11.8012.00 Voor zieken en ouden-van-
dagen. 12.15 KRO-Boys. 3.00 KRO-orkest.
4.00 KRO-Kamerorkest. 6.00 Land- en
tuinbouwcauserie. 6.20 KRO-Orkest. 7.15
Psychologische causerie. 7.50 Kabh. mu
ziek. 8.00 Berichten. 8.10 KRO-Melodis-
ten. 9.00 Causerie „Móói Nederland". 9.15
Pianorecital. 9.35 KRO-Symphonie-orkest
en pianist. 10.45 KRO-Boys.
HILVERSUM n 301 M. 8.00 VARA. 12.0D
AVRO. 4.00 VARA. 8.00 VPRO. 11.00
VARA. 8.00 Gram.pl. 10.00 Morgenwij
ding VPRO. 10.15 Voordracht. 11.00 Voor
dracht. 2.00 Voordracht. 2.30 Omroep
orkest. 5.00 Kinderuurtje. 5.30 Variatie-
concert. 6.15 Vervolg concert. 8.00 Voor
padvindsters. 8.03 Bijbelsche causerie.
8.30 Pianorecital. 9.00 Dr. H. Th. Fischer:
Schepping. 9.30 Concert. 10.00 Jong leven
in Artis. 10.45 Berichten.
DROÏTWICFI 1500 M. 11.20—11.50 Orgelspel.
I.352.20 Sopraan en piano. 4.15 Popu
lair concert. 5.35 „The Alphas". 6.50 Cem
balorecital. 7.10 Voor tuinliefhebbers. 7.30
Muzikale dialoog. 7.50 Zang. 8.20 Gevar.
concert. 9.40 Causerie „I protest". 10.20
Cyclus „Three Nations". 10.40 Het Roth-
Strijkkwartet.
RADIO PARIS 1648 M. 11.35 Gram.pl. 12.35
Nat. Orkest. 4.20 Parijsch Strijkkwartet.
5.50 Orkestconcert. 8.20 Zang. 8.50 Opera-
uitzending.
KEULEN 456 M. 12.20 Orkestconcert. 1.35
Omroepkleinorkest. 4.20 Viool en piano.
6.20 Dresd. Philh. Orkest. 9.00 Koorcon
cert. 10.50 Pianorecital en voordracht.
BRUSSEL 322 en 484 M. 322 M.: 12.50 Sa
lonorkest. 9.00 Symphonieconcert. 10.30—
II.20 Gram.pL
484 M.: 12.50 Omroeporkest. 5.20 Om
roeporkest. 7.35 Zang. 8.20 Salonorkest en
zang. 9.50 Zang. 10.30—11.20 Gram.pl.
DEUTSCHLANDSENDER 1571 M. 8.30 Gev.
programma. 10.40 Reportage. 10.50 Trio
concert,
Feuilleton
door H. KINGMANS
Wat later kwam Ro'elf Ketel, die niet beter wist, of Munco
was tegelijk met Stella gevangen genomen. Daarom had hij
zijn komst vertraagd. Wéér zou hij brenger van een Jobstijding
zijn, als zeven jaar geleden. Hij vond zijn neef in blakende
gezondheid naast het meisje, dat hem lief was, als de appel
,van zijn oog. En de boterkoopman verblijdde zich met de
blijden, om dan onmiddellijk te versomberen: het mooie plan,
«lat wel kans van slagen had, was mislukt, Bllly scheen lont
geroken te hebben; Stella kon zijn matten wel rollen; als hij
niet gedood werd, werd hij smadelijk ter stad uitgewezen,
't Was waar, dat reeds een verhoor van den gevangene had
plaats gevonden.
Inderdaad was dat de waarheid.
Billy had er geen gras over laten groeien, doch was onmiddel
lijk naar het huis van den Provoost gereden, om met den
gevangene een onderhoud te hebben.
't Was eerst zeer vriendschappelijk geweest, 's Konings
Stadhouder had getracht op deze wijze de zending van Stela
gewaar te worden- Maar de Brusselaar liet niets uit, beklaagde
zich alleen, dat hij, officieel door de Algemeene Staten naar
het Stadsbestuur van Groningen gezonden, op deze wijze werd
behandeld.
Toen was de bruut in Billy ontwaakt.
Soldaten werden gerequireerd en zij sleepten Stella naar "den
kelder van het Provoosthuis, waar de werktuigen waren, die
bekentenissen ontlokken moesten.
Het lichaam werd gegeeseld; het werd op de pijnbank gelegd;
Be ledematen werden uitgetrokken, steeds meer. En Bil'y,
Ziedend van toorn, stond er bij. Want Stella verklapte niets.
91 werd zijn lichaam ook vanéén gereten en al kreunde hij van
ifie snerpende pijn.
Spreek!" gebood Billy. „Anders laat ik je doodmartelen en
morgen hangt je doóde lijf te bengelen aan de wipgalg op de
Markt."
„Ik heb niets te zeggen. Het is bekend, waarom ik te
Groningen kom. Om serieuse onderhandelingen met de Stads-
regeering te voeren- In naam der Staten, die de Pacificatie van
Gent hebben onderteekend."'
„We hebben met die Pacificatie niets te maken", brulde Billy.
„Groningen is trouw aan den Koning. En ge komt niet daar
voor. Ge hebt andere plannen. Ik wil ze weten."
„Ik heb niets te zeggen", zeide Stella, wiens krachten gingen
begeven langzamerhand.
„Draait de schroeven aan", beval Billy.
Door de kelderruimte klonk het piepend geluid .van da
schroeven der pijnbankStella kreunde luid.
„Zul je spreken?" schreeuwde Billy, heesch van woede. Hij
trok zijn dolk en zwajaide er mede, zich buigend over den
beklagenswaardige op de pijnbank, dien met zijn donkere,
vonken van haat schietende oogen verslindend-
„Ik heb niets te zeggen", herhaalde Stella, tot groote verbazing
ook der soldaten standvastig blijvend.
„Je zult!" En de Portugees, krankzinnig van woede, stootte
zijn dolk in de richting van Stella's hart en zou hem gedood
hebben, indien niet De Mepsche den arm van Billy had op zij
geduwd, zoodat alleen de schouder gewond werd.
„Een doode spreekt niet meer, Excellentie", zeide De Mepsche.
Deze woorden kalmeerden Billy.
„Ge hebt gelijk. We staken het pijnigen en beginnen morgen
opnieuw. Misschien komen we het nog te weten vóór do
halsstarrige in de pijniging sterft."
Zonder Stella met een blik te verwaardigen, verliet hij, ver
gezeld van De Mepsche, den kelder, waar de soldaten den
kreuneralen gepijnigde bevrijdden van de pijnbank, om hem
vervolgens naar de vunzige cel terug te voeren, hem meec
sleepend dan dragend.
Zooals de gewoonte was, trad spoedig daarop een geneesheer
binnen, om de wonden te verbinden. Bij hem bevond zich een
hoofdman en twee Spaansche soldaten, hehoorend tot het
regiment Spanjolen, dat in Groningen was, behalve de regimen
ten WalejL
De geneesheer mompelde onopzettelijk eenige woorden in hel
G'rieksch, waarop Stella hem in diezelfde taal antwoordde-
„Verstaat ge Grielcsch?" vroeg de ander verbaasd. Waarop
zich in die taal een kort gesprek ontspon.
„Ge kunt mij volkomen vertrouwen", zeide de geneesmeest9r.
„Niet minder dan anderen haat ik des Konings Stadhouder. Het
ware een zegen, wanneer Groningen van hem verlost werd."
Stella wist niet, wat hij er van denken moest, maar overwoog
snel, dat hij, ook al was de geneesmeester eeu veinzaard, niets
te verliezen had, wanneer hij dezen een vertrouwelijke mede
deeling deed. Werd die aan Billy overgebriefd, hij was ten
doode opgeschreven. Maar dat was immers nu ook het geval?
De mogelijkheid bestond, dat de geneesmeester meende, wat hij
zeide, en dan kon Stella daarvan partij trekken. Dus waagda
hij het er op.
,,'t Is een geringe moeite, Billy uit Groningen te krijgen",
zeide hij, zijn gelaat vertrekkend van pijn.
„Hoe bedoelt u dat?" vroeg de chirurg, zalf op een wond
„Ik meen, dat de soldaten ln een oproerige stemming ver-
keeren, omdat hun soldij onthouden wordt."
„Dat is juist. Maar wat baat hun dat? Ze krijgen er geen
geld door."
„Wanneer zij", Stella sprak opzettelijk langzaam en met
nadruk, „trouw zweren aan de Algemeene Staten, wordt hun
alle achterstallige soldij uitbetaald.'1
„Is dat juist? Kan ik dat den officier mededeelen?"
„Het is de volle waarheid. Het i? mijn opdracht, die Billy
niet weten mag. Ge kunt", de spanning viel op het gelaat van
den Brusselaar te lezen, terwijl hij den geneesheer doordringend
aanzag, „dat aan Billy vertellen. Ik ben toch in zijn macht."
De geneesheer lachte luid.
»'k Zal wijzer zijn. Doch de soldaten zullen het wel te
weten komen-"
Instantelijk wendde hij zich tot den officier en de beide
soldeniers, die onverschillig stonden te kijken, daar zij niets
van het gesprek hadden verstaan, behalve enkele malen het
woord „Billy."
'n Domme streek Van jullie, om dezen man te pijnigen. Hij
is afgevaardigd door de Algemeene Staten in BrusseL Als de
vendels aan de Staten trouw zweren, wordt alle soldij uitbetaald."
Dan ging hij weer de wonden verbinden, overtuigd, dat zijl
woorden indruk zouden maken.
Daarin bedroog hij zich niet.
De officier zag de soldaten eens aan en de soldaten keken
naar den officier.
Dan vloekte één der soldeniers en uitte een krachtige ver-
wensching aan het adres van Billy.
„We zullen het onzen kameraden zeggen", merkte een ander
op. „We moeten geld hebben. Als wij het van dezen", hij wees
op Stella die met voldoening in het hart vol spanning luisterde,
„kunnen krijgen, dan kan Majoor Billy naar de maan loopen."
De officier lachte alleen luid.
„We gaan wat beleven in Groningen", zeide de geneesmeester,
weer Gneksch sprekend. „Als de soldaten Billy ontrouw worden,
is het met zijn rijk gedaan."
Des avonds liepen er allerlei geruchten door de stad. Hot
meest hadnekkige was, dat de regimenten van plan waren, aan
het muiten te slaan.
En da burgers ran Groningen hielden hun hart vast Van ds
muiterij der Spaansrha troepen in Antwerpen had men gehoord
Zou Groningen dat wreede lot ook treffen?
tP°/dlg °P de hoog,e Slacht Ongerust
ontbood hij de hoplieden van vier vendelen - het vijfde vendel
had de wachten betokken - en -orderde van hen opnieuw den
eed van trouw.
Lopes, Moncheau en Champy legden den nieuwen eed af
doch Losy, de etemming tn rijn vaandel kennend, weigerde
S 5p£ MrS' "in °Pdero""*™> en korporaais
'n g'«d gri™*
,.M.P ffennd,e,el de! beze,line tan dus vertrouwd worden",
Ïm. it a i -Morgen ra] ik de soldalen hoofd
™der wL v" laUn a"eSgen- De ^'e^sen «1 ik dan
(Wordt vervo'gd)