TUINBOUW
fimatuwdfe
DONDERDAG li MEI 19S6 No. 838
Entproeven bij
luzerne
Enten vergroot de eerste sneue
Zonder dekvrucht de beste resultaten
Najaarsuitzaai is riskant
Te Nieuw-Beerta op de proefboerderij zijn
entproeven genomen bij luzerne. Deze proe
ven stonden onder leiding van het Rijles-
landbouwproefstation (R.L.P.S.) te Gronin
gen. Vergeleken werden ongeënt, ongeént
bemest, geënt met entstof van het R.L.P.S.,
en met twee entstoffen van andere her
komst. Vergeleken met ongeënt gaven de
volledig bemeste veldjes in de eerste snee
20 pCt. meer opbrengst. Bij de tweede snee
was de uitslag geheel anders en gaven de
volledig bemeste vindjes gemiddeld 5 pCt-
minder hooi en 13. pCt. minder eiwit dan
ongeënt.
Uit de proeven is wel gebleken, dat zelfs
op goede luzerne-gronden enting wensche-
lijk is, doordat niet alleen de hooiopbrengst,
doch vooral ook de eiwitopbrengst er belang
rijk door kan worden verhoogd.
Voorts zijn proeven genomen met verschil
lende soorten van luzerne. Wat de variëtei
ten aangaat, bleek, dat, de Hongaarsche
luzerne steeds goede resultaten gaf en alle
aanbeveling verdient. Ook Victoria en Alt-
Frankische voldeden goed, doch het zaad
van deze soorten is belangrijk duurder dan
van Hongaarsche. Provencer- en Loire lu
zerne waren minder wintervast en met Tta-
liaansche luzerne werden geen goede resul
taten verkregen.
Zaaien zonder dekvrucht en niet te vroeg
in het voorjaar, bijv. in Mei of eind April,
is aan te raden. Een mooi, zacht zaadbed,
voldoende vocht en betrekkelijk hooge tem
peratuur met veel zonneschijn zijn zeer be
langrijke factoren voor een goeden aanslag.
Ook met zaaien in den nazomer werden
proeven genomen. Dit ging ook wel, doch de
uitslag is riskanter dan bij zaaien in hel
voorjaar, vooral bij minder gunstige weers
omstandigheden (droogte), waarbij ook ge
makkelijk beschadiging door bladrandke
vers optreedt. Nadere proeven zullen moe
ten worden afgewacht, alvorens deze me
thode in de practijk kan worden aanbevo
len. Zoo vroeg mogelijk zaaien, bijv. eind
Juli of begin Augustus, is van belang.
Het best voldeed een rijenafstand van 20
a 25 C.M., terwijl een hoeveelheid zaaizaad
van 30 kg. per H.A. steeds een goeden stand
gaf.
Verder kan nog het volgende worden op
gemerkt:
le. Luzerne is niet op zijn plaats op vuil
land.
2e. Vertrappen bij nat weer is zeer scha
delijk.
3e. Maaien laat in den herfst (eind Sept.—
October) wreekt zich door een dunneren
stand en een Jagere opbrengst in het vol
gende jaar.
Een Hollandsch
dorp in
Denemarken
In de ..Braune Post" d.d. 12 April komt
een geïllustreerd artikel voor over het ty
pisch Hollandsch dorp in Denemai'ken. Het
blad vertelt:
Store Magleby is een klein plaatsje dicht
hij Kopenhagen. Maar het is een dorp van
beteekenis voor den Deenschen landbouw.
Om dat te begrijpen, moeten wij tot. het jaar
1516 teruggaan.
Destijds regeerde in Denemarken Chris-
(iaan II. Hij is ons uit de geschiedenis als
zeer wreed bekend, maar blijkt toch ook een
zeer practisch mensch te zijn geweest.
Men beweert van hem, dat hij een fijne
long had en gaarne versche groenten at.
Waar moest hij deze vandaan halen? Zijn
Denen hielden zich slechts met scheepvaart
handel en visscherij bezig en hadden van
warmoezerij geen verstand. Derhalve bleef
den koning niets anders over dan warmoe-
zeniers uit Nederland te halen. Want reeds
destijds hadden de Hollanders den naam.
op het gebied van den landbouw ware mees-
En zoo kwamen dan de Hollanders, een
heel aantal. Zij vestigden zich in de buurt
van Kopenhagen, daar, waar heden Store
Magleby ligt, dat oorspronkelijk Hollandeis-
dorp heette. De oorspronkelijke bewoners
hadden dus niets anders te doen dan voor
de hofhouding van den Koning versche
groenten te leveren. Het Hollandersdorp
bloeide spoedig. Weldra was het de trots va:i
den Koning. Maar ook de Denen, die, stom
van verbazing, Hollandersdorp bezochten,
hadden belangstelling voor deze tuinderij.
Zij hadden nooit verwacht, dat er zooveel
uit de Deensche bodem was te halen.
Zoo is het begrijpelijk, dat de Denen hel
Nederlandsche voorbeeld begonnen na te
volgen. Eerst waren het slechts de dorpen
uit de buurt. Weldra werd echter heel
Denemarken door het voorbeeld der Hollan
ders op een hooger landbouwkundig peil
gebracht! Thans is Denemarken, dank zij
Hollandersdorp, landbouwland bij uitne
mendheid.
Store Magleby is ook thans nog een pronk
stuk. En wat nien onmogelijk zou houden,
dat is feit geworden: heden nog is Hollan
dersdorp een echt Nederlandsch ddrp. Het
heeft door alle eeuwen heen zijn eigen ka
rakter behouden. Wat het uit het vader
land meebracht, heeft het trouw bewaard.
Men spreekt er Nederlandsch! Men kleedt
zich Hollandsch (Hoe is dat? Red.) Men
\\3ft ,als Hollander. Men woont er ook
Hollandsch. De kachels, de tegels en al het
mooie porcelein en aardewerk en keukenge
reedschap. het is alles nog zuiver Neder
landsch. De vreemdeling, besluit het bla i,
die voor het eerst in Store Magleby komt,
gelooft met een wonder te doen te hebben,
zoo heerlijk schijnt hem dit dorp: dat zijn
oorsprong zoo goed heeft bewaard.
De Crisispachtwet
in de praktijk
De afdeeling Gerechtelijke- en Armen
zorgstatistiek van het Centraal Bureau voor
de Statistiek publiceert eenige gegevens be
treffende de Crisispachtwet over het eerste
kwartaal van 1936.
In totaal bedroeg het aantal verzoek
schriften tot geheele of gedeeltelijke ont
heffing van betaling van een pachttermijn,
ingediend in de maanden Januari tot en
met Maart: 163.
Vergeleken bij overeenkomstige tijdvak
ken van vorige jaren is het aantal inge
diende en afgedane verzoekschriften weder
om sterk gedaald.
Hieronder volgen de totaalcijfers betref
fende de maanden Januari tot en met
Maart.
1934 1935 1936
Onafgedane verzoekschrif
ten vorige periode - 875 405 263
Ingediende verzoekschrif
ten 756 335 163
Beëindigde verzoekschrif
ten 1348 660 399
waaraan door:,
Intrekking, niet-ontvanke-
liik o-f onbevoegd-verkla
ring 184 63 54
Tot standkoming fitinne-
lijke regeling 38 32 3
Beslissing van de Kamers
voor Crisispachtzaken 1126 565 342
Onafgedane verzoekschrif
ten 183 80 27
In bijzonder weinig gevallen kwam een
minnelijke regeling tot stand, nl. in slechts
3 gevallen of 0.75 pCt.
Van de genomen beslissingen der Kaïmers
voor Crisispachtzaken, in totaal resp. 1126,
565 en 342, leidden in die eerste kwartalen
1934 1935 1936
Tot handhaving van den
pachttermijn 17 2
Tot reductie van 1 t/m
25 pCt22 160 44
Idem 26 t/m 50 pCt762 346 244
Idem 51 t/m 75 pCt97 47 45
Idem 76 t/m 99 pCt11 4 2
Geheele ontheffing 7 4 5
Opgemerkt wordt, dat de percentages van
de rubrieken reductie van 26 t/m 50 pel.,
van 51 t/m 75 pet. en van geheele onthef
fing voor het eerste kwartaal van 1936
hooger waren dan voor de overeenkomstige
kwartalen van 1934 en 1935. Daarentegen
werd in 1936 in mindere mate tot reductie
van 1 t/m 25 pet. besloten.
Musschenbestrijding
De Plantenzïektenkundige Dienst te Wage
ningen vestigt de aandacht van belangheb
benden erop, dat de schade, door musschen
veroorzaakt, in vele gevallen zoo groot is.
dat bestrijding van deze vogels wenschelijk
geacht moet worden- Voor den graanbouw
zijn de musschen zeer schadelijk, doordat
zij de halfrijpe korrels uit de aren pikkeu.
in tuinen pikken zij de pas gezaaide zaden
uit den grond, in boomgaarden worden
bloesems en vruchten stukgepikt.
In den hoenderhof pikken de musschen
veel van het voor de hoenders bestemde
voedsel >veg en tenslotte verjagen zij vele
nuttige vogels (meezen en zwaluwen) uit
hun nestplaatsen. Overal, waar de musch in
groot aantal optreedt, is bestrijding aan le
bevelen.
Vele middelen, die tot nu toe zijn aanbe
volen voor de bestrijding van musschen,
hebben het bezwaar dat zij of te veel tiid
vergen en daardoor te duur worden, of dat
het aantal gedoode musschen te klein blijft
in vergelijking tot het totaal aantal. Dit
geldt zoowel voor het uithalen der nesten
als voor het afschieten en vangen in den
winter.
Meer succes heeft men thans verkregen
met het var pen van jonge musschen in
den zomer. Met speciaal voor dit rloel ge
maakte vangkorven kunnen de jonge
musschen. die veel minder voorzichtig zijn
dan de ouden, in groot aantal gevangen
Een voordeel is verder, dat er zeer weinig
andere vogels mede gevangen worden. Al-
dit een enkele keer mocht gebeuren, kunnen
zij worden losgelaten, daar de vogels levend
en onbeschadigd worden gevangen-
Nadere inlichtingen over de vangwijze.
die verleden jaar voor het eei-st in ons land
met goed gevolg is toegepast, worden ver
strekt door den Plantenziektenkundi.ee»
Uienst te Wageningen en door de bij dien
Dienst werkzame ambtenaren.
TEENENSCHILLENeen thans weer een
vele handen werk verschaffend bedrijf in de
griendstreken
Kaasgebreken
Zindelijkheid is voor
alles noodig
Met de meeste zorg moet
gewerkt worden
In het jaarverslag van don Rijkszuivel-
Cciisulent voor Zuid-Holland worden medo
deelingen gedaan, die we van zeer veel be
lang voor een groot deel van onze lezers
achten en waarom we de belangrijkste hier
weergeven. Het handelt over nog vrij vael
voorkomende gebreken die zich bij de kaas
voordoen. In de eerste plaats
vroeg-Ios en laat-los of knijpers.
Het vroeg-los werd bestreden door hef
betrachten van de uiterste zindelijkheid in
alle mogelijke opzichten, ook wel door hel
aan de kaasrcelk toevoegen van goede
melkzuurbacteriën en voorts voor een niel
onbelangrijk deel door de wrongel wat
steviger al te werken.
Door de vraa^ van den handel naar z.g.
„vette" kaas, wordt de wrongel soms al te-
zacht afgewerkt waardoor het los worden
aanmerkelijk wordt bevorderd- Secuurder is
het de wrongel behoorlijk stevig af te wer
ken en dan wat langer te wachten met de
kaas naar de markt te brengen. Ze is dan
wat beter gerijpt en daardoor beter smeer
baar.
In enkele gevallen liet de melkwmning
voel te wenschen over, hetgeen sotns ook
werd waargenomen waar men last had me-
het gebrek laat-los.
Altijd vereischt de melkwinning alle zorg,
maar in tijden dat men met vroeg-los (coli-)
en/of met laat-los (boterzuurbacteriën) heeft
te kampen, is die zorg dubbel noodig. Al
te vaak wordt nog gemolken in onzindelijke
betonnen „koebochten". Z.g. over het land
melken is dikwijls zeer aan te bevelen-
Soms is het zeer lastig het laat-los worden
der kaas te bestrijden en wel in die ge
vallen waar men nog geen leidingwater
heeft om bij de kaasbereiding te gebruiken.
Slootwater kan, al heeft het goed gekookt,
nog maar als zeer matig worden beschouwd.
Gelukkig wordt thans weer een vrij groot
gedeelte van deze provincie bij het water
leidingnet aangesloten.
Het gereedschap werd steeds nauwkeurig
geïnspecteerd. Nog weer werden snijmessen
aangetroffen met holle onder- en boven
stukken. Aangeraden werd de bovenwand
weg te laten nemen en de messen te laten
vast soldeeren. Op deze manier wordt hel
snijmes, hoewel wat minder stevig, toch nog
heel goed bruikbaar.
De zeef, waardoor de melk geteemsd
wordt, moet ook van goede constructie zijn
Dit was niet altijd het geval- Er werden
losse zeefjes aangetroffen die zoo goed ais
/licht geloopen" waren.
Het schoonmaken van het gereedschap is
een zaak, waar moeilijk te veel aandacht
aan geschonken kan worden. Eerst ombor-
stelcn met koud. of liever nog, het eentgs-
zins lauw water. Daarna „broeien" met
kokend sodawater, vervolgens naspoelen
met leidingwater of met water waarin per
emmer een eetlepel chloorloog. (Over het
artikel chloorloog is reeds in vorige jaar
verslagen uitgeweid. Verondersteld mag
worden dat het gebruik thans bij de vee
houders wel bekend zal zijn).
Een enkele maal werd het gebrek laat-los
nog weer veroorzaakt door net voederen
van ingekuilde voederstoffen. Opnieuw
wordt er op gewezen, dat men doze voeder
middelen als men kaas maakt, uitsluitend
in den winter aan het melkvee kan geven;
na Februari niet meer, daar anders het
zoo juist genoemde gebrek zoo goed als
zeker zal optreden.
Zacht-, bros- of kort-ruivel
Deze gebreken zijn zoo na aap elkaar
verwant, dat ze wel onder één hoofdstuk
besproken kunnen worden, zegt Ir- Huis
man. Zacht zuivel wordt tegenwoordig
door den handel gevraagd, zoodat dit thans
geen gebrek genoemd behoeft te worden.
Bros- en kort-zuivel daarentegen zijn wel
gebreken die nog al eens voorkwamen. En
geen worder!
Zooals onder het hoofdstuk vroeg-los
reeds is gezegd, vraagt de handelaar een
zacht, z.g. vet zuivel. Dit wordt ver
kregen door veel wei in de wrongel te
laten. Blijft er echter te veel wei in de
kaas, dan kan het gebrek bros- en bij ach
terblijving van veel te veel wei, het
gebrek kort-zuivel ontstaan.
Het valt niet altijd gemakkelijk' den
kaasbereider tot bestrijding van dit gebrek
te krijgen- Deze vindt het soms bezwaarlijk
genoegen te nemen met de iets lagere op
brengst in k.g„ welke te boeken valt indien
men van b.v. brosse- op normale kaas over
gaat.
De bestrijding is intusschen eenvoudig:
O S K O O P
TEL.
MET WORMWIEL-VEILIGHEIDSLIEREN
H. HARING
IJZEREN HOOI- EN
GRAANBERGEN
2 3 - 4 EN 6
ROEDEN
IN ALLE
GROOTTEN
BILLIJK
ZEER SOLIDE II
iets langer roeren en/of iets droger afschep
pen, zal in do meeste gevallen het ge
wenschte resultaat geven.
Hooger opwarmen is gemakkelijker, maar
niet altijd aan te raden, tenminste niet
hooger dan 37 graden C daar anders de
mogelijkheid bestaat dat „los" optreedt
Onregelmatige partijen kaas werden
weer zeer dikwijls aangetroffen-
In verband hiermede zij opgemerkt dat
zeer nauwkeurig gewerkt moet worden.
Thermometer en maatglaasje moeten op
iedere boerderij aanwezig zijn en gebruikt
worden. De klok moet er ook bij zijn, zo>
dat zoo regelmatig gewerkt kan worden. En
ten slotte moeten de grootte en stevigheid
der wrongel deeltjes altijd gecontroleerd
worden.
Als de kaas later op de planken ligt,
moeten ze o p het gevoel beoordeeld
worden. Vindt men dan afwijkingen, dan
kan aan de hand van de rijksmerken na
gegaan worden wat de oorzaak is geweest
en kan men zoo noodig in het vervolg zijn
maatregelen nemen.
In het algemeen geldt het volgende voor
zoover het de bereidingstijd betreft.
Hooikaas vaagt een korte bewerkings-
tijd, vooral wanneer er versche melk komt
Scheikaas eisciit een veel lan
gere bewerkingstijd in verband met het
veel hoogere vetgehalte wanneer de koeien
pas in de weide zijn gekomen-
De laatste graskaas eischt vooral
een lange bewerkingstijd.
De avondskaas moet iets langer be
werkt worden dan de m o r g e n k a a s.
Zomertarwerassen
Resultaten der proeven in 1935
Als resultaat van de interprovinciale ras-
senproeven in 1935 met zomeriarwe deelt Ir.
J. D. Koeslag, de secretaris der oegelihgs-
commissie mede:
„We kunnen zeggen, das Manshoit's van
Hoek thans nog te beschouwen is als een
onzer beste zomertarwerassen. Mansh -It's
witte is op vruchtbare gronden een uitne
mend ras. weliswaar in de zaadopbrengst
geringer, doch hier staaj tegenover het
voordeel van de witte korrelkleur. Svalofs
Blanka heeft in 1935 op de zwaardere gron
den uitstekend voldaan. Dit ras heeft het
bezwaar, dat het stroo iets minder stevig
schijnt te zijn, en de korrel wat fijn is. Svai.
extra Kolben II verdöent. niettegenstaande
de goede bakeigenschappen van dit as, voor-
loopig voor ons land geen aanbeveling, we
gens het slappe stroo, de geringere zaadop
brengst en de roode korrelkleur. Peragis hoeft
in 1935 n;et aan den indruk, dien dit for-
sche ras op het veld maakte, beantwoord,
vermoedelijk hoofdzakelijk door de sterke
roestaanïasting".
Vergeleken werden op IS proefvelden:
Manshoit's van Hoek. Manshoit's witte. SygJ.
Blanka en Sval. extra Kolben II; op 11 de
zer proefvelden was tevens Peragis zomer-
tarwe in de vergelijking opgenomen.
Ontvangen geschriften
Praktijk, Wetenschap en Techniek. Uit
gave van de Coöp. Kunstmestfabriek te
Vlaardingen.
Deze mededeelingen voor de Land- en
Tuinbouw worden door de Coöperatieve
Kunstmestfabriek te Vlaardingen natuur
lijk in de allereerste plaats gebruikt als
reclame voor haar producten superfosfaat
en vooral het nieuwe product Cyranumix.
Dit neemt niet weg, dat ook andere zaken
voor boer en tuinder van belang, daarin
behandeld zullen worden. En als wij dit
eerste nummer als „proeve van bewerking"
mogen beschouwen, dan zal dit tijdschrift
heel wat leerzaams den lezers brengen.
De kunstmestfabrieken en -leveranciers
doen heel wat voor reclame ten behoeve
van hun producten, doch het moet gezegd
worden, ze bieden daarbij in verreweg de
meeste gevallen meteen veel, dat voor de
belanghebbenden nuttig is te weten. Dit tijd-
schrif zal, wij twijfelen er niet aan, ook
gaarne gelezen worden door de boeren en
tuinders die begrijpen -dat hun bedrijf ge
baat is als de leider goed op de hoogte is
met de verschillende vraagstukken van den
tijd.
Welkom in de rij der gratis-reclame-tijd-
schriftenl
Altijd bloemen in den tuin, door A. Jj
Herwig. Uitgave J. M. Meulenhoff te Am
sterdam.
Bedoeling van dit boekje, dat behalve 80
pagina's druk ook nog een groot aantal
fraaie bloemenfoto's op kunstdrukpapier
bevat, is om de zelftuinier bij het tuinieren
een aangename sport, die steeds meer]
beoefenaars vindt de hoogst noodig?!
voorlichting te geven, waar cn hoe hij da
vaste planten moet planten en hoe hij ze
verder dient te verzorgen om er zooveel
mogelijk genot van te hebben.
Velen willen wel graag de planten, die
ze ergens zien, hebben, doch als ze eenmaal]
bij hen in de tuin staan is het een misluk
king. Ze hebben niet de goede plaats, niet
de goede grond, niet de goede belichting,
teveel zon of te weinig.
Anderen durven niets ln de tuin planter!
want er komt toch zoo weinig van. Daar
om laten ze de boel maar verwaarloozen.
Maar als ze wat beter ingelicht waren, wat
meer van de planten afwisten, dan kon hcfi
toch een pracht tuintje worden, al zou het
er dan geen zijn als een die volop zon heeft
Het gebeurt ook, dat maar luk-raak ge
plant wordt en het geheel zal dan meer»
malen niet bevredigen. Er moet ook in dg
tuin harmonie van kleur, grootte, en vornj
zijn. Er moet gelet worden op de verschil
lende bloeitijden, zoodat men niet op een
bepaalde tijd alles in bloei heeft staan eij
later alles enkel groen is.
Voor zulke vraagstukken staat 'do ama
teur en zulke wil Herwig in dit boekje op
lossen. Wat hem vrij goed is gelukt, al
kunnen wij ons voorstellen, dat esn lieft
hebber, doch geen deskundige, gaarne nog;
wat anders wil hebben. Een minder d4
planten als wel de turn od de tuinregeieg
uitvoeriger beschrijvend boekje zou wel zot|
nuttig zijn.
De foto's die het boekje bevat zijn mooT.
doch dienen enkel als versiering en niefi
tot tekstverduidelijking.
Marktoverzicht
Medegedeeld door het Centraal Bureau
VOERARTIKELEN
Gedurende do vorige week is de stem- J
ming aan de markt nog steeds zeer vast)
geweest. Voor loco en spoedig gewacht?
mais kon in het begin van de week nog
een goede premie bedongen worden, doch
aan het eind, toen een paar booten waren
binnengekomen, was de premie geheel
verdwenen.
Door de angst voor devaluatie was aait
het eind der week aan de beurs tamelijk;
veel kooplust voor mais op aflading en ei)
kwamen eenige zaken tot stand.
De gerstprijzen hebben weinig verande
ring ondergaan; de voorraad is niet groo(
meer. Tarwe en rogge onveranderd in prijs;
hierin gebeuren weinig zaken. Haver vasfi
gestemd met weinig vraag.
De koekenmerkt bleef in de afgeloopen;
week onveranderd, d.w.z. voor direct ert
Mei/Juni-levering. Voor de Mei/Aug.-leve»
ring is de prijs met 5 ct. verhoogd en voor;
de Juli/Aug.-levering met 10 ets. Deze rege
ling geldt voor alle koeksoorten, schilfer?
en schroot. De vraag is voor directe levering]
zeer klein; op termijnlevering is aan het
eind der vorige week eenige belangstelling
MESTSTOFFEN
Stikstofmeststoffen. De vraag
naar stiksofmeststoffen was ook de afge
loopen week zeer bevredigend.
De meeste belangstelling ging weer ui5
naar de kalkammonsalpeter.
Thomasmeel. Het blijft, over het el-
gemeen nog vrij stil op de Nederlandsch?
markt. Men schijnt op enkele plaatsen nog
niet goed aan den gang te kunnen komen.
Sommigen vinden de prijzen naar hun:
gading en koopen, anderen echter wachten:
nog rustig af.
Een moeilijke factor blijft natuurlijk ook
de onzekere politieke toestand in Frankrijk
en in verband daarmede de vrij sterk
schommelende geldkoersen. Dat maakt het
zakendoen niet gemakkelijker.
Superfosfaat. Er is nog slechtf
vraag naar enkele kleine postjes.
326
We zullen maar beginnen waar we de vo
rige keer eindigden, nl. bij de verstoorde in
gewanden van een gezin, dat sla had ge
bruikt. Beklaagde was de kunstmest.
Eisch was vrijspraak.
Overwegende dat in de acht dagen niemand
in verzet kwam tegen de eisch van vrij
spraak terwijl anders in zulke gevallen het
krantenlezend publiek heel spoedig klaar is
met aanmerkingen te maken op de uitspra
ken der krantenschrijvenden. Overwegende,
dat de zaak aldus voor de jury van tiendui
zenden lezers en lezeressen gebracht en geen
enkele beschuldiging tegen kunstmest is in
gekomen. Overwegende, dat ook de felste te
genstanders van kunstmestgebruik, de voor
standers van de biologisch-aynamische land
bouwmethode, al verklaren zij de kunstmest
in het algemeen schadelijk voor de gezond
heid van de menschheid, geen rechtstreek-
sche aanvallen, als in het onderhavige ge
val, van kunstmest op de organismen van de
rnensch naar voren brengen. Overwegende
dat recht gedaan moet worden aan een stof,
die meegewerkt heeft de land- en tuinbouw
op te heffen. Overwegende, dat niet is ge
bleken- dat dc beschuldiging zelfs ook maar
schijn van reden heeft. Ontslaan beschuldig
de van rechtsvervolging, als zijnde klaar,
blijkelijk onschuldig aan eerder .vermelde
Wat ik koorde en za%.
las en dachtop reis
en thuis
ingewandstóornissen van beschuldiger.
Hoe heb ik hem dat geleverd? Is dit geen
schoon vrijsprekend vonnis? 'k Geloof, dat
ik wel geknipt ben voor rechter.
Misschien vragen ze me om rechter te spe
len in de dagvaarding van de N.V.C waar
ik de vorige week even over praatte.
Maar hierover gesproken, het schijnt, dat het
met de varkensprijzen
nog niet in orde is.
Ze staan nog op een ongekend laag peil zno-
als dezer dagen in de „Vee- en Vleeschhan-
del" beweerd werd. Nu is het waar. dat als
je dit blad noemt bij velen die in nauw ver-
band slaan met de Varkenscentrale de nek
haren omhoog gaan. Dat blad schijnt soms
echt de waarheid te zeggen. In elk geval
wonde plekken heel raak aan te wijzen. Hoe
dan ook. bedoeld blad wees er de vorige
week op. „dat de gemiddelde prijzen van
goede biggen in Augustus 1932 varieerden
om de f 46. We nemen het tuschenliggen-
de cijfer van f 5. Aan deze biggen werd ge
voederd 5 zakken meel a f 2.60 f 13, tot het
gewicht van het varken op 200 pond was ee
komen. De kostprijs was dus f 18 en de op
brengst 14 cent per pond f 2S. Bruto winst
aldus f 10.
We leven thans na eenige jaren van -ge
zondmaking" der varkenshouderij in den
'jare 1936 en de prijs van een dito big is f 12.
De big consumeert 5 zakken meel a f 4.10 in
clusief heffing f 20.50, totaal dus f 32.50.
De opbrengst is 200 pond a 15% 16 ct
f 31 a f 32. De risico heeft men "in beide ge
vallen cadaeu..
In 1932 dus winst en thans na jaren van „ge
zondmaking" verlies! En toch neemt men
een heffing van 6 cent per KG. geslacht
en van pl.m. 7 cent per K.G. meel. Zou
men nu nog met een stalen gezicht het nut
van de Varkenscentrale willen of durven
verkondigen? Natuurlijk wel, maar niet in
dienst der varkenshouderij doch wel in
dienst der bacon-magnaten, die zich er
warmpjes in wisten te wikkelen en de mes
ters van het door hen te verwerken product
met verlies lieten werken.
Dat spelletje duurt nu al zooveel jaren en
niemand snapt dat zulks maar blijft besten
digd".
Och ja wel, dat begrijpen we wel. De crisis
is, we hebben 'teen vorige week ook al ge
zegd,. de crisisorganisatie over het hoofd ge
groeid. Daarom moet alles gereorganiseerd
worden en wachten we op de commissie-van
Loon. Dat kan nog wel even duren. Maar
er wordt, aan gewerkt, zooals men dat zegt.
Ook in Duitschland wordt gewerkt. Alles
wordt gedaan om
de melkproductie
tot het maximale
op te voeren.
Daartoe is dezer dagen afgekondigd, dat er
voortaan een Rijksregeling zal zijn voor de
opleiding tot beroepsmelker. Tot nu toe had
men deze opleiding in enkele onderdeelen
van het Duitsche Rijk. t Wordt nu een ol-
gemeene, een rijksregeling. Bepaald is dat
de opleiding voor beroepsmelkers twee jaren
duurt. Deze opleiding moet bij een door de
Landeshauernschaft erkenden leermeester
plaats vinden. Deze leerlijd wordt eerst op
17-jarigen leeftijd begonnen, daarliet liel-cep
van melker in bijzondere mate lichaams
kracht en gezondheid vereischt. Teneinde,
zjch echter voor dit beroep te kunnen voor
bereiden- verdient het aanbeveling, dat de
toekomstige leerling bij het verlaten der
volksschool twee jaren lang bij een boer of
landbouwer in de leer gaat De door den
Reichsnahrstand erkende leermeesters moe
ten voor een voortreffelijke deskundige op.
leiding instaan en tevens een gunstigen in
vloed op het karakter van den leerling uit
oefenen. Als leerlingen komen alleen jonge-
lui in aanmerking, die lichamelijk en gees
telijk gezond zijn en over voldoende school
kennis beschikken. De opleiding wordt door
daartoe speciaal aangewezen personen ge
controleerd. Een leermeester, mag niet meer
dan twee leerlingen tegelijk houden. Op het
bedrijf van den leermeester moeten als regel
ten minste 20 melkkoeien, waarvan 10 fok-
dieren, gehouden worden. De stallen moeten
aan bepaalde-hygiënische eischen voldoen.
De veestapel moet door eigen fokkerij wor
den vermeerderd. Na twee jaren praktijk
volgt een lestijd van twee maanden op een
veeverzorgings- en melkschool. Na dezen stu
dietijd worden de leerlingen geëxamineerd.
De leerling wordt hierbij ook over de politiek
ondervraagd. Heeft hij het examen goed
doorstaan, dan krijgt hij een diploma.
Dat wordt daar dus krachtig aangepakt.
Duitschland doet trouwens alles om
de eoterproductie
op te voeren.
En dat lukt wel. want volgens de cijfers van
het statistisch rijksbureau over de Duitsche
boterproductie. welke betrekking hebben op
1337 zuivelfabrieken, is in 1935 een vermeer
dering der dagelijksche boterproductie van
33.654 op 37.S45 dc. bereikt.
De verhooging is in de eerste plaats te dan-
den aan de uitbreiding der meJkleveranties
bij de zuivelfabrieken. Deze verhoogde leve
ranties zijn weer een gevolg van de markt
regeling op het gebied der zuivelproductie.
die thans haar uitwerking begint te krijgen.
De boterproductie bij de zuivelfabrieken be
droeg in doorsnee per dag in Januari van
het jaar 1932: 3S0S dc., van 1933: 4569 dc..
van 1934: 4930 dc., van 1935: 5389 dc.. en van
1936: 6122 dc.
De sedert einde van het vorig jaar ingetre
den normale verhoudingen op de Duitsche
botermarkt zijn derhalve in de eerste plaats
een gevolg van de verhooging der binnen-
landsche productie.
De productie van boeren bot er neemt daaren
tegen af. Dat gaat in den regel zoo. Maar de
h u1svrouwelijke
margarinebereiding
neemt toe.
Vooral op het platteland. Maar daar niet al
leen.
Zoo lazen wij ergens van handelaren uit
de omgeving van Zoetermeer, Benthuizen en
andere botercentra, dat hun weekomzet da
nig is gedaald, zóó erg zelfs, dat menige bo-
terhandelaar in financieele moeilijkheden
dreigt te komen en zijn bedrijf slechts moei
zaam kan voortzetten. Een bekend hande
laar, die vroeger een week-omzet aan boter
haalde van f 1000 tot f 1500, zag zijn omzet
dalen tot plm. f 000 en volgens onzen zegs
man is dit voornamelijk te wijten aan de te
hooge boternoteering. welke tot gevolg heeft,
dat het plattelndspubliek zelf de bereiding
van een soort melange ter hand heeft geno
men. Het verspreiden van recepten dienaan
gaande zelfs door de Commissie van ad
vies voor huishoudelijke voorlichting
heeft daaraan zeker geen goed gedaan. Een
ander boterhandelaar zag zijn omzet even
eens sterk terugloopen, met het gevolg, dat
hij toen het getij verliep de bakens verzette
en zich ging specialiseeren op den verkoop
van ingrediënten, benoodigd voor de vervaar
diging van eigen melange, of hoe men het
eigen product moge noemen. Dit had tot ge
volg- dat zijn normale omzet in cijfers zij
het door middel van andere producten we
der terug kwam.
Het. aantal huisvrouwen, dat een eigen
smeersel voor het brood bereidt, is legio en
voor den Opsporingsdienst is het ondoenlijk
al die gevallen te onderzoeken en te achter
halen, omdat de overtreding slechts in heel
enkele gevallen naar buiten bekend wordt-
Maar of het een overtreding is iets in eigen
huis, met eigen handen voor eigen gebruik'
gereed te maken is een vraag, die nog wel
eens goed overwogen mag worden. Als ik
weer rechter was dan wist ik de uitspraak
wel. En jullie ook wel.
Maar nu moet ik toch eens over die vette
boel varkens en melk en boter uitschei
den. Dat ligt je tegen het laatst zoo zwaar,,
Hoewel 'het zoete toch ook verveelt. Doch
honig niet zoo licht.
In de laatste tijd wordt gelukkig aan de hïj-
enhouderij wat meer aandacht besteed. Zoo
komt in Wageningen
een proefbijenstand.
Deze zal, volgens de Rijksbijenteeltconsulent
Ir. Minderhoud, die directeur wordt, worden,
aangewend om verschillende onderzoekingen
te verrichten, die uit de practijk als het ware
vanzelf naar voren komen. We moeten ko
men tot vaststaande gegevens; er zullen in
Wageningen dan ook vergelijkende onderzoo
kingen worden gedaan. Men zal antwoord
moeten kunnen geven op de vraag: wat
brengt meer op, een korf of een kast; waar
mee moet men beginnen: met korven of met
kasten? Dal is wel ongeveer te zeggen maar
er zijn tot nog toe geen cijfers over te ge
ven. Steeds leest men van nieuwe ontdek
kingen; in Wageningen zal men deze zaken
practisch aanpakken en gaan oplossen!
Vergeleken met andere landen heerscht, wat
de bijenhouderij aangaat hij ons een groote
achterstand. Het zoele product geeft in elk
geval geen zoete winst tegenwoordig. Vooral
niet door de groote concurrentie uit het bui
tenland en de z.g kunsthoning.
Als men echte honing wil gebruiken en ge
nieten; ja. genieten, dan moet men honig
knopen met het Rijksmerk. Dan weel men,
wat men koopt.
Na dit zoet slot zal ik maar eindigen Vindt
ce ook niet?
Dus
Tot de volgende week"
PRAATJESMAKER