Hieuiue ^THÏlsdjr ©«trant
Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken
PRESIDENT RUYS HERDACHT
abonnementsprijs
Per kwartaal in Leiden en in plaatsen
waar een agentschap gevestigd is 235
Franco per post 235 4- portokosten
Per week0.18
Voor het Buitenland bij wekelijksche
zending430
Bij dagelijksche zending530
Alles bij vooruitbetaling
Losse nummers 5 ct. met Zondagsblad 7ct
Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar
Bureau: Breestraat 123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 58936
NO. 5759
SttforrtrntiEprtptn:
Van I tot 5 regels1.17'/»
Elke regel meer 0.22'/i
Ingezonden Mededeelingen
van 1—5 regels2.30
EJke regel meer045
Voor bet bevragen aan 'I bureau
V wordt berekend 0.10
MAANDAG 20 APRIL 1936
15e Jaargang
ONHEIL AFGEWEND
Jaar en dag hebben de vrijzinnig-demo
craten zich geoefend in de ontwapenings-
propaganda; het is waarlijk niet ie verwon
deren, dat de massa der partij hierin vast
gegroeid ziL Nog in 1933 heette de „eenig
mogelijke" conclusie van het verkiezings
program: „als oorlogsmiddel is ons mili
tair orgaan niet bruikbaar en een bruik
baar orgaan om oorlog te voeren, kunnen
wij niet betalen".
Dit was geheel in overeenstemming met
het werkprogram: geen militaire macht om
oorlogsactie te voeren, slechts een politie
macht met eenvoudige bewapening onder
het departement van Binnenlandsche Zaken
Nauwlijks echter waren de verkiezingen
achter de rug of twee vrijzinnig democrati
sche leiders werden minister en bij de in
stelling van het Verdedigingsfonds is mi
nister Oud geheel in de lijn van Dr. Colijn
gekomen.
Gevolg van een ander was een extra con
gres met voorstellen van het hoofdbestuur
om de uitspraak „voor nationale ontwape
ning" te laten vervallen, verdediging
des lands bij een aanvalsoorlog als plicht
te beschouwen en- ons aandeel te leveren
bij een Volkeubondsactie.
Wekenlang was er groote beroering in de
V.D. bond over deze voorstellen,; demassa
wilde er niet aan cn de heeren Van Emb-
den cn Ketelaar waren vastbesloten het
oude standpunt te handhaven.
Gisteren helaas weer op Zondag
heeft het er dan ook gespannen op de bui
tengewone vergadering en ondanks dc
hartstochtelijke betoogen van minister Oud,
prof. Kranenburg en mr. Joekes zou het tot
een scheuring gekomen zijn in de partij,
Wanneer eenige Friesche afgevaardigden
niet een modus vivendi aan de hand had
den gedaan, welke ton slotte, nadat de
scherpe amendementen van Dr Van Emb-
den verworpen waren, met 165 tegen 29
stemmen, is aangenomen.
Men zal straks de letterlijke tekst voor
zich moeten hebben om goed te begrijpen,
welke verzachting de Friesche vredestich
ters voor de ontwapenaars aanbrachten.
De persverslagen zeggen, dat niet meer ge
sproken zal worden over „verdediging tegen
een oorlogsaanval"; maar dat de uitspraak
„voor nationale ontwapening" wèl is ver
vallen. Dat zou er dus op wijzen, dat de
weermacht alleen moet dienen voor hand
having der orde en als onderdeel van Vol
kenbondsactie.
Het lijkt ons min of meer woordenspel
om een al te hevige botsing te voorkomen,
doch hoe het zij, het verheugt ons, dat het
niet tot een breuk in de vrijz.-dem. bond
is gekomen. Principieel gesproken stonden
we altijd tegenover deze partij; maar prak
tisch waren er veel punten van aan rak in tr-
alleen de op de spits gedreven nationale
ontwapening vormde een scherpe tegenstel
ling.
Deze is nu öf geheel óf voor 't grootste
deel vervallen; en samenwerking is in deze
tijden noodig als brood.
Doch ook verheugt het ons, dat de poli
tieke versplintering, welke al bedenkelijker
proporties aanneemt, niet door een breuk
in de V.D.B. is toegenomen. Daarom kan
men zeggen, dat een onheil is afgewend.
DE NEDERLANDSCHE
AMBULANCE
Is te Assa aangekomen
De Nederlandsche ambulance is veilig te
'Assa eearriveerd, een plaatsje ongeveer
100 KM. ten noorden van Addis Abeba.
Het Capitulantenbesluit
Ingesteld worden een Capitulanten-
Raad en een Centraal
Capitulantenbureau
Leden worden benoemd voor 4 jaren
In het „Staatsblad" is afgekondigd
een koninklijk besluit tot vaststelling
van een algemeenen maatregel van be
stuur ter uitvoering van het Capitu-
lantenreglement.
Ingesteld worden een Capitulantenraad en,
tot bijstand van dezen raad een Centraal
Capitulantenbureau, tot directeur van welk
bureau de minister van Defensie a.i. inmid
dels heeft aangewezen den heer J. Vennik,
referendaris aan zijn Departement.
De Capitulantenraad bestaat uit 11 hoofd
ambtenaren, van elk departement één en den
directeur van het Centraal Capitulantenbu
reau, terwijl voorts de spoorwegmaatschap
pijen en de vereeniging van Nederlandsche
Gemeenten ieder een lid kunnen aanwijzen.
De Kroon wijst uit de leden een voorzitter
aan.
De aanwijzing der leden geschiedt telken
male voor een termijn van vier jaren. De
raad beraadslaagt en beslist in den regel
met drie leden. Hij heeft tot taak te beslis
sen in alle zaken, wplke zich voordoen met
betrekking tot de toelating van dienstplich
tige onderofficieren, als bedoeld in artikel 1
van het Capitulanten-reglement, tot een vrij
willige verbintenis als militair ambtenaar bij
de Koninklijke Landmacht, alsmede met be
trekking tot oe plaatsing van militairen en
gewezen militairen, hertoeld in de artikelen
1 en 2. in betrekkingen als ambtenaar dan
wel als spoorwegambtenaar.
De caoitnlanten worden ingeschreven op
candirlatcnlijsten, welke de directeur van
Centraal Capitulantenbureau aanhoudt»
Tweede Kamer
De heer J. J. C. van Dijk
en Dr. H. Colijn spreken
over den overleden voorzitter
Overzicht
20 April 1936.
Toen op 1 April de Kamer uiteenging
kondigde de president als zijn voornemen
aan haar op 5 Mei a.s. wederom bijeen te
roepen.
Het is pas 20 April en de Kamer is bijeen.
Maar president Ruys is er niet meer. God
nam hem weg. Onverwacht. Opeens midden
uit het volle leven, toen hij zich gereed
maakte om wat rust te nemen en zich me
disch te doen observeeren. Met een glimlach
op het gelaat betrad hij de Utrechtsche zie-
keninrichting en slechts weinige minuten
later ontvlood zijn ziel het lichaam en keer
de weder tot Hem, die haar gegeven heelt.
De Kamer heeft hedenmiddag haar zoo
plotseling verscheiden voorzitter herdacht.
Op het hooge podium ontbrak ditmaal
en voor goed zijn markante figuur.
Diep waren de aanwezige volksvertegen
woordigers daarvan onder den indruk. Want
de voorzitter werd gerespecteerd en gewaar
deerd door allen. Hij was de erkende leider
der debatten! Voor allen was hij de man met
superieure kwaliteiten voor deze niet zoo ge
makkelijke en eenvoudige taak. Zijn regi
ment was krachtig en soepel tevens: soepel
waar het kon, krachtig waar het moest.
Moest het krachtig zijn, dan voelde echter
niemand dat als een onaangenamen da-uk,
omdat de geboren regent aan kracht hoffe
lijkheid en gemoedelijkheid paarde. Gewillig,
steeds gewilliger ondeiwierp de Kamer zich
zijn beleid, ook als dit beleid £ich richtte
op snelheid van wenken en op het hooghou-
van den parlementairen toon. Zelfs de
meest oppositioneele volksvertegenwoordiger
at bij wijze van spreken uit zijn hand
lachend gaf hij zich gewonnen, zoodra een
kort maar krachtig hamertje en een schijn
baar booze blik des voorzitters hem beduid
de, dat hij "uitgegleden was en iets had te
verbeteren. En kon hij niet dadelijk zelf het
goede vervangende woord vinden, de pre
sident had het reeds klaar en gaarne nam
menigmaal „de geachte afgevaardigde" het
over. Beide partijen waren dan tevreden: de
spreker vervolgde zijn rede en de voorzitter
glunderde eens oolijk en zette zijn „audiën
tie" voort. Want bij zijn zetel was het steed6
een komen en gaan van ministers en kamer
leden.
Groot was het overwicht van president
Ruys op hen, die hem ten volle hun vertrou-
sohonken jaar na jaar. En met reden.
Ruys was voor de Kamer precies wat zij
noodig had. Zijn bijzondere gaven van geest
en hart. Zijn groote ervaring, zijn rustige be
dachtzaamheid en bezonnen wijsheid schon
ken hem een autoriteit, als wellicht geen
zijner voorgangers ooit genoten heeft.
Hij was een man van beginsel, van diepen
ernstigen godsdienstzin, van zielegrootheid
-vroomheid, van grooten eenvoud en van
gave en volle toewijding aan vorstin en va
derland. Hij diende zijn God boven alles, hij
nam niets van het leven, maar gaf er zich
met zijn volle persoonlijkheid aan. Zijn
brandend begeeren was: doen wat God van
hem vroeg.
Ruys was een christelijke persoonlijkheid
den dieps ten zin van dit woord. Daardoor
werd hij bewaard voor vele gevaren des
levens, daaruit verklaart zich zijn sobere
Levensopvatting, zijn eenvoud en ernst. Hij
wist zich klein onder de hoogste autoriteit
en daarom was hij groot onder de mensohen
Daardoor ook viel hij zoo ontzaglijk mee,
toen hij in 1918 door Dr. Nolens onverwacht
op het eerste plan geschoven werd. „Ze zijn
ze mogen er zijn', zei deze, toen het
Kabinet gevormd was. En inderdaad
Ruys heeft getoond, dat hij er mocht zijn.
„De wereld wordt geregeerd door de wijs
heid Gods en de dwaasheid der menschen".
Dat was een van de richtsnoeren van zijn
leven. Bijbelsehe wijsheid: eerst God en
daarna de mensch.
Ruys zij daarin ons en velen ten exempel.
Met grooten eerbied zullen we hem blij
ven gedenken. Hij moge niet gerangschikt
worden onder de heroën der menschheid, in
de voi-vulling van zijn levenstaak is hij
waarlijk groot geweest; aan het welzijn van
zijn volik heeft hij zich volkomen gegeven.
Dat geldt ook voor het staatkundig terrein
des levens, waarop hij zich meer dan dertig
jaren heeft bewogen.
Ook de Kamer zal ongetwijfeld haar over
leden voorzitter in eerende nagedachtenis
houden. Haar gevoelens zijn vanmiddag op
rtreffelijke wijze vertolkt door den twee
den voorzitter.den heer v. Dijk, terwijl ook
legeering bij monde van minister Colijn
niet nagelaten heeft uiting te geven aan wat
haar bij diit plotseling sterven innerlijk be-
Beiden hebben liet werk van Ruys in
eeuwigheidslieht mogen plaatsen en hem
niet alleen als staatsman, maar bovenal als
christen gezien, voor wien het „Repos ail-
leurs" geen ijdele klank geweest is.
De Kamer heeft beide redevoeringen met
grooten eerbied aangehoord en is daarna
weer uiteengegaan.
Verslag
Herdcnkinq van president Ruys.
Na opening der vergadering houdt de heer
v. Dijk als ondervoorzitter der Kamer de
volgende rede:
Diep onder de indruk van zijn onver
wacht verscheiden, zijn wij samengekomen
om in dankbaarheid en eerbied te herden
ken onzen hooggeschatten voorzitter, den
Minister van Staat jhr. mr. Charles Joseph
Marie Ruys do Beerenbrouck.
Vele en gewichtige waren de diensten,
die hij in een hoogst eervolle loopbaan
aan het land bewees. Commissaris der
Koningin in de provincie Limhurg," werd
hij op 9 September 1918 aangewezen als
verantwoordelijk raadsman der kroon.
Tweemaal werd hij sindsdien opnieuw tot
het Ministersambt geroepen. Al die keeren
droeg het kabinet zijn signatuur. Vele ja
ren maakte hij deel uit van deze kamer.
Leider van haar werkzaamheden was hij
van 1 September 1925 tot 10 Augustus 1929 eu
van 9 Mei 1933 tot aan zijn overlijden.
Zwaar is menig jaar van zijn minister
schap voor hem geweest.. Met nimmer fa
lende blijmoedigheid hooft hij de moeilijk
heden, die hij op zijn weg vond, onder het
oog gezien eu bij het zoeken van de oplos
sing gold voor hem slechts de vraag op
welke wijze 's lands belangen het bost
werden gediend. Van de wetten, door de
onder zijn leiding staande kabinetten voor
bereid en verdedigd, mogen die tot herzie
ning der Grondwet, tot stand gekomen in
1922, in het bijzonder in herinnering wor
den gebracht.
Het lidmaatschap der Kamer ln 1905
deed hij er voor het eerst zijn intred«
vervulde hij met groote liefde. Reeds spoe
dig had zijn woord gezag. En het voorzit
terschap wij weten het allen, ook nog
uit het jongste verleden bekleedde hij
op een'wijze, die moeilijk te evenaren is.
Toen hij, in 1925, voor dc eerste maal het
voorzitterschap der Kamer aanvaardde,
verklaarde hij, dat het zijn ernstig streven
zou wezen als voorzitter onpartijdig te zijn
en de inzichten en opvattingen van allen
naar waarde te schatten.
Hij heeft gestreefd, gelijk hij beloofde, hij
heeft ten volle bereikt waarnaar hij streef
de. Alle partijdigheid bleef verre van hem.
En voor overwegingen, die afweken van de
zijne, had hij steeds een open oor.
Twee dingen waren er, waaraan hij niet
geraakt'wenschte te zien. Dat waren de
goede toon hij de beraadslagingen eu de
juiste verhouding tusschen de regeering cn
de kamer. Het was in September 1927. dat
hij in de rede, waarmede hij het voorzitter
schap aanvaardde, de kamer voorhield: „de
opvatting, dat tot dc groote stijl in ons
werk ook behoort het bewaren van de goe
de toon, zal u van uw voorzitter niet be
vreemden". Dat op dit gebied met hem niet
te t.ransigeeren viel, wetou wij allen. En
de juiste verhouding tusschen de regeering
en de kamer, hoevele malen is hii daar
voor niet opgekomen, als die in het ge
drang dreigde te geraken, bijvoorbeeld door
het stellen van schriftelijke vragen, die de
strekking hadden op een te venvachten be
slissing van de regeering invloed te oefe-
ten? Zulke vragen weigerde hij dan, in de
vriendelijkste vorm door te zenden.
Eu hoe kon hij ook hoffelijk maar beslis!
zijn standpunt bepalen, als hij meende, dat
het optreden van de regecring niet geheel
strookte met de positie, welke voor het
parlement in ons staatsbestel is~ weggelegd.
Lange redevoeringen achtte hij uit den
booze. „Zaakkundige bondigheid bonriiae
zakelijkheid" beval hij in zijn aanvaardings
rede van September 1933 aan de Kamer
aan. Wij onderwierpen ons gaarne aan zijn
leiding, omdat wij gevoelden, dat die lei
ding een eerlijke was, waarbij niemand
werd ontzien en niemand met opzet werd
belast, en omdat wij wisten, dat die leiding
gericht was op het hoog houden van hst
parlement
En het was ons te gemakkelijker hem
te volgen, omdat wij telkens weer onder de
bekoring kwamen van zijn ongekunstelde
oud, van zijn bij die eenvoud toch zoo
hoffelijke omgangsvormen, van zijn bij alle
ernst van levensopvatting zoo blijmoedige
natuur, van zijn gevoel voor humor, en van
het sprankelende van zijn geest.
Eenzijdig was onze voorzitter allerminst.
Naast het werk, dat zijn voornaamste functie
hem bracht, verrichtte hij nog veel andere
arbeid. Verschillende colleges van heteeke-
nis telden hem onder hun leden. Van tic
mijnraad was hij de gewaardeerde voor
zitter.
Voor de staatkundige partij, waartoe hij
behoorde, stond hij steeds op de bres; zij
erliest in hem een schat van toewijding
en van leidende kracht-
De drankbestrijding vond in hem een
•arm aanhanger. Voor charitatieve arbeid
'erd nooit te vergeefs een beroep op hem
gedaan.
Ruijs is van ons genomen, vrij hebben ens
te buigen voor Gods wil. Zijn beeld blijft
ons voor de geest staan. En dan zien wij
hem als een oprecht Christen, diep belevend
het geloof, dat zijn plechtanker was in
leven en in sterven, daarnaast ten vol'
eerbiedigende de levensovertuiging va
anderen.
Dan zien wij hem als trouw dienaar van
het Vorstenhuis, dat hij vereerde, en var.
het vaderland, dat hij liefhad.
Dan zien wij hem als toegewijd strijder
voor de beginselen, die hij met zijn vo'i«
hart en zijn groote gaven diende.
Dan zien wij hem als een eenvoudig, edel
en grootmoedig mensch.
Ruijs is van ons genomen, wij hebben
God te danken, dat hij dit vruchtbare, rijke
leven aan land en volk heeft geschonken.
De herinnering aan deze nobele figuur
lichte over onzen gemeenschappelijkcn ar
beid. Moge aan zijn nabestaanden Gods
rijke vertroosting worden geschonken.
De rede van den Minister-President
Het woord is daarna aan Dr. H. C o 1 ij n,
voorzitter van den Raad van ministers.
Hij spreekt als volgt:
In aansluiting aan de door U gesproken
woorden wenscht ook de regeering in deze
plechtige zitting uitdrukking te geven aan
haar deelneming in het door de Kamer ge
leden ernstige verlies en te getuigen van
haar groote waardeering voor den persoon
en de arbeid van den staatsman, die zoo
plotseling ontviel aan de dienst van land
pn Koningin en wiens verscheiden in zoo
breede kringen wordt betreurd.
Slechts weinigen kunnen hogen op zulk
een groote staat van dienst voor de publieke
zaak, als het geval was met den nu over
leden staatsman. Ruim 30 jaren lang heeft
Ruijs do Beerenbrouck in een of andere
vorm aan het parlementaire leven deelge
nomen en daarvan heeft hij niet minder
dan elf jaren de leiding gehad van een
kabinet, een grooter aantal jaren dan ten
onzent ooit een voorzitter van de Raad van
ten deel govalle-i is.
Niet ieder van de 3 perioden waarover die
11 jaren verdeeld waren, was even belang
rijk, maar in geen van die 3 perioden ble-
'en de moeilijkheden gespaard.
Het eerste Kabinet-Rnijs trad op toen do
wereldoorlog nog woedde en de voedsel-
moeilijkheden in ons land een hoogtepunt
hadden bereikt. Kort daarna moest met
rustige kracht worden opgetreden tegen
ernstige gisting in het binnenland en kwam
men voorts te staan tegenover de liquidatie
van de gedurende den oorlogstijd getrof
fen maatregelen op economisch gebied.
Maak ik dan verder nog melding van de
invoering der verzekermgswetgeving, van
de in de eerste periode tevens tot sland ge
komen arbeidswet en van de uitvoering
van 't nieuwe grondwetsartikel inzake het
onderwijs, dan mag van het eerste kabinet
Ruijs worden getuigd, dat het in onze par
lementaire geschiedenis een zeer eervolle
plaats zal blijven innemen.
Het tweede kabinet had weer andere
moeilijkheden, waarvan ik slechts noem de
financieele zorgen, die zich in de jaren 192:
—1924 openhaarden.
En ook het derde bleef niet gespaard van
bijzondere moeilijkheden, toen de huidige
economische inzinking, met haar financiee
le gevolgen, zich in de beide laatste jaren
van bet derde kabinet ook ten onzent duch
tig voelbaar begon te maken.
Onder zulke omstandigheden gedurende
elf jaren werkzaam te zijn op de meest in
het oog vallende plaats, eischt meer dan ge
wone geestkracht en is zonder het bezit van
regentenkwaliteiten niet tot een goed einde
te brengen.
Het voorrrecht gehad hebbend met den
nu ontslapen staatsman in een kabinet te
hebben gezeten, zou het een tekortkoming
mijnerzijds, zijn indien ik niet ook getuigde
van zijn voortreffelijke gave om meenings-
verschillen in.de boezem van de minister
raad tot overeenstemming te brengen. In
dit opzicht was hij onbetwist primus inter
Dat. dit leven vroeg, te vroeg werd afge
sneden, mag naar menschelijk oordeel wor
den getuigd, met het oog op wat van gerijp
te levenservaring nog te verwachten viel.
Maar de Almachtige God oordeelt anders.
Hij roept de mensch op zijn tijd weg, ook
van do meest verantwoordelijke posten. En
zijn doen is wijsheid. Daarvoor buigt de
regeering ootmoedig het hoofd en dankt
slechts namens Kroon cn volk voor al den
openharen arbeid door Ruys verricht. En
zij voegt daaraan de bede toe, dag God de
zwaar getroffen familie, inzonderheid de
weduwe en de kinderen, zal schragen in 't
dragen van dit zware verlies.
Alle ministers waren aan de regeerings-
tafel gezeten. In de loges hadden o a. plaats
genomen oud-minister Van IJsselsteyn, de
minister van Staat. Commissaris der Ko
ningin in Zuid-Holland, jhr mr dr Van
Karnebcek; de griffier van de Eerste Kamer
mr de Block, oud-minister Schokking. lid
van den Raad van State en mr Knottenbelt
lid van de Eerste Kamer.
De Communistische fractie was in haar
geheel aanwezig, terwijl ook de heer Snee
vliet, rev.-soc., de vergadering bijwoonde.
HET WERKKAMP TE
RODEN GEOPEND
BELANGSTELLING
VAN PRINSES JULIANA
In tegenwoordigheid van H. K. H.
Prinses Juliana, vele autoriteiten en tal
van belangstellenden heeft vanmiddag
te Roden (Dr.) de officieele opening
plaats gehad van het werkkamp voor
Jeugdige werkloozen „Roden", gesticht
door dp Centrale voor Werkloozenzorg
te Utrecht
Juliana met gevolg was gearriveerd, werd
Toen tegen drie uur H. K. H. Pri-pses
zij begroet door den heer W. J. Heraraes,
voorzitter van de Centrale voor Werkloo
zenzorg.
Verder heette de heer Hemmes in het bij
zonder welkom den Commissaris der Ko
ningin in de provincie Drente, den heer
mr. dr. R. H. baron de Vos van Stcenwijk
en den burgemeester van Roden, den heer
mr. H. W. Bloemers, alsmede den heer
Meyer de Vries, directeur van de Werkver
schaffing, die den minister van Sociale
Zaken vertegenwoordigde.
De heer Hemmes gaf daarna een
zicht van de bedoeling en de oprichting
van de kampen van de Centrale, speciaal
van dat te Roden.
Op de vraag, die wel eens gesteld wordt,
wat éigenlijk de drijfveer van de Centrale
tot dezen arbeid is. zegf hij, dat het zeer
zeker van groot belang is, dat de jonge
menschen eenigen tijd onttrokken worden
aan de sfeer van het nietsdoen en dat een
verblijf in de werkkampen weer orde
regelmaat in hun leven brengt, maar
Centrale, opgericht door de Protestantsche
Kerken van Nederland heeft toch ook nog
een andere bedoeling met dit werk. Zij wil
de jonge menschen doen verstaan, dat zoo
zij geloóven, zij de heerlijkheid Gods zullen
zien, zelfs in hun moeilijke levensomstan
digheden. Daarom wordt groote nadruk
gelegd op de sfeer in het kamp, door on
derlinge gesprekken en dagsluitingen wordt
gepoogd het verblijf aldaar niet alleen
een tijdelijken maar tot een eeuwigen
gen voor de deelnemers te doen zijn.
Spr. eindigde met voor te lezen het eer
ste vers van Gezang 2: „Den hoogen God
alleen zij eer", welk lied door de aanwi
zigen staande werd gezongen.
In de plaats van den Minister van
Sociale Zaken mr. M. Slingenberg, die
heden in verband met het overlijden
van jhr. mr. Ch. J. M. Ruysch do
Beerenbrouck de zitting van de Twee
de Kamer bijwoonde, heeft daarop de
Commissaris der I< erin gin in da
Provincie Drente, baron De Vos van.
Steenwijk, het werkkamp met een
korte rede voor geopend verklaard.
Nadat ook nog de burgemeester van
de gemeente Roden, mr. H. W. Bloe
mers, en de voorzitter van het Pro
vinciaal Comité Groningen, da. A. N.
Tonsbeck, bet woord hadden gevoerd
en de kampcommandant, de heer ir.
G. Meyerink, een woord van dank
had gesproken, ontrolde H. K. H.
Prinses Juliana de nationale vlag als
bewijs dat het kamp officieel was ge
opend.
Vervolgens werd de thee geserveerd en
bezichtigden H. K. H. Prinses Juliana en de
genoodigden het kamp.
WANBELEID HOLL.
GRONDCREDIETBANK
Verslag van den curator
VOORNAAMSTE
NIEUWS
Dit nummer bestaat uit DRIE bladen
De Engelsche minister-president Baldwin
heeft een rede gehouden over den politieleen
toestand.
Hitler is heden 47 jaar oud gewórden.
De Italiaansche legers naderen Addis*
Abeba. Ankober en Jigiga zouden bezet zijn.
De Abessyniërs hebben een grooten slag op.
het Zuidfront verloren.
Buitengewone algemeene vergadering van
den Vrijz.-Dem. Bond. Met groote meerder
heid werd een bestuursvoorstel aangenomen,
waardoor nationale ontwapening uit hei
werkprogram is vervallen.
De laatste salarisverlaging voor de Rijks
ambtenaren overtrof dc verwachting met
fVi millioen.
Zaterdag is in het paleis van Justitie te
Don Haag de verificatievergadering gehou
den in het faillissement van de N.V Hol
landsche Grondkredietbank, in welke ver
gadering dc curator, mr. D. J. Veegens.
verslag heeft uitgebracht, waaruit wel zeei
duidelijk bleek welk een wanbeheer er crc-
voerd was. Verschillende frappante dingen
kwamen daarbij aan het licht.
Alvorens een oordeel te vellen over het
gevoerde (wan)beleid, zullen crediteuren
goed doen te bedenken, dat de personen
die vooral in de termen vallen om aan
sprakelijk te worden gesteld de direc
teuren en commissarissen, die op 1 Aug.
1923 zijn af- resp. opgetreden niet allen
in dezelfde mate schuld dragen, zoo zeide
de curator.
Crediteuren kunnen er van verze
kerd zijn, dat de curator het als zijn
voornaamste taak beschouwt om al
degenen, die middellijk of onmiddel
lijk bij de plundering der H.G.B. be
trokken zijn geweest of haar door on
voldoende toezicht hebben mogelijk
gemaakt, zonder aanzien des per-
soons tot schadevergoeding aan den
boedel te noodzaken.
Tot zijn leedwezen moet de curator hier
aan toevoegen, dat de leden van het oude
bestuur en hun erfgenamen, die hij van
de herkomst der door hen en hun erflaters
genoten provisiën en schadevergoedingen
in kennis heeft gesteld, de genoten ï;elden
niet hebben willen terugstorten.
In Augustus 1935 kon de bank het niet
langer bolwerken en zag zij zich genood
zaakt surseance van betaling te vragen.
Ter vergadering van de schuldeischers bleek
de stand van den boedel van dien aard te
zijn, dat de rechtbank oo 24 October 1935
het faillissement uitsprak.
De vorderingen wegens premie-aandeclen
werden voor de stukken, die bij controle
vanwege den curator bleken te zijn uitge
loot,. gesteld op het bedrag van de getrok
ken premie en voor de niet-uitgelote stuk
ken op de z.g. „contante waarde" die met
inachtneming van het bepaalde bij art 131
der faillissementswet nader is vastgesteld
op 7.04 voor ieder stuk. Deze uitdrukking
heeft tot veel misverstand aanleiding gege
ven. Tal van crediteuren verkeeren in de
meeiiing, dat 'dit bedrag hun binnenkort
zal worden uitgekeerd. Dit is ni e t
j u i s L De percenten, die te zijner tijd
voor hen zullen worden uitgetrokken, moe
ten over dit bedrag worden berekend.
Op de lijst van voorloopie erkende
schuldvorderingen komen de namen voor
van 5250 Nederlandsche en 375 Buitenland-
sche houders van premie-aandeelen, terwijl
260 houders hun vorderingen aan toonder
hebben doen verifieeren. Tezamen hebben
zij 136 uitgelote premie-aandeelen. waarop
in totaal 37.462,— aan premiën is geval
len en 51.146 niet-uitgelote premie-aandee
len. waarvan de „contante waarde" h
7.04 bedraagt 360.067.84 bij den curator
ingeleverd.
Voorts bevat de lijst de namen van 16
houders van pandbrieven, die erkend zijn
voor her nominaal bedrag van hun stukken
met bijberekening van rente tot den dag
der faillietvei'klaring, tezamen voor
64.43725.
Overigens komen op de lijst nog negen
crediteuren voor, die te zamen 287,22 pre
ferent wegens achterstallige belastingen en
37.084,14 concurrent te vorderen hebben.
Tenslotte merkt de curator op, dat de af
wikkeling van dit faillissement nog gerui
men tijd, op zijn minst een paar jaar, zal
vergen en dat hem volstrekt onmogelijk is
eenige voorspelling te doen over het per
centage. dat crediteuren te wachten hebben
De hij de faillietverklaring aanwezige en
sindsdien geïnde haten, bestaande uit kas
saldo, postrekening, effecten, meubilair en
opbrengst „Ons Maandblad" zijn tot nu toe
voldoende geweest en zullen ook in de toe
komst toereikend zijn om dc faillissemcnts-
kosten en de kosten van procedures te be
talen. Voor een uitkeering hebben zij prak
tisch geen beteekenis. Deze zal moeten ko
men uit hetgeen op debiteuren kan worden
verhaald.
Nat Vereeniging „Pro Rege"
De algemeene vergadering op 2 Juni
Naar we vernemen zal de jaarlijksche al
gemeene vergadering van de Nat. Vereen.
„Pro Rege" Dinsdag 2 Juni a.s. worden ge
houden onder presidium van Ds. T. J. Ha
gen. Geref. predikant te Delft. De vergade
ring die steeds in de Pinksterweek te Utrecht
pleegt gehouden te worden, zal thans voor
het eerst te Amersfoort plaats vinden.
Door het Intern. Handelsconsortium geves*
tigd te Amsterdam zal in Mexico 200 K.M*
spoorweg worden aangelegd. Zooveel moge
lijk zal dit werk door de Nederlandsche in*
dustrie worden uitgevoerd
Te Dirksland zijn in de Ned, Herv. kerk
tal van kerkgangers bedwelmd geworden
door kolendamp.
Kolendamp in een kerkgebouw
Zondagmorgen werd de godsdienstoefe
ning in de Ned. Herv. Kerk te Dirks
land, welke geleid werd door Ds C
van der WaL verstoord, doordat ver-
schillende menschen tengevolge van
kolendamp, zich onwel voelden
Volgens het N. v. d. D. vielen midden
ln den dienst drie kindéren bewusteloos
uit de banken. Dr Boot, die in het kerk- -
gebouw aanwezig was, droeg de kinde
ren naar buiten en na toepassing van
kunstmatige ademhaling, konden ze
naar huis worden gebracht Ondertus-
schën verlieten ook eenige dames, die
zich eveneens onwel begonnen te voelen,
de kerk. Een en ander veroorzaakte
groote consternatie en na anderhalf
uur zag de predikant zich genoodzaakt
den dienst te beëindigen, daar ook hij
door zware hoofdpijn werd gekweld.
Sommige vrouwen moesten geholpen wor
den om het gebouw te verlaten, niet weten
de, wat er eigenlijk gaande was. De taxi's
hadden druk werk om de zieke menschen
naar huis te brengen. Een juffrouw moest
in het ziekenhuis worden opgenomen. Van
de bediening van den Heiligen Doop en het
aannemen van nieuwe lidmaten, moest
worden afgezien, terwijl de avonddienst
werd afgelast.
De ooi-zaak moet gezocht worden in 't feit
dat thans een nieuwe centrale verwarming
in aanbouw is. De daarvoor dienende
schoorsteen was aangesloten op die van de
kachel. Zoodoende trok het buizennet in 't
gebouw harder en kwam er op deze wijze
kolendamp in het kerkgebouw.
Ernstig auto-ongeluk te Naarderi
Drie personen gewond.
Nabij de Karnemelksloot te Naard e-tt
is Zondagmiddag een auto. bestuurd door
den 19-jarigen J. v. B. uit Hilversum, die in
de richting Amsterdam reed, door den 28-ja-
ritren automobilist A. van der R. uit Soest,
toen deze met zijn wagen naar rechts wilde
uithalen, gehaakt
Het rechterachterspatbord van de auto
van Van der R. kwam in aanraking met
de linkervoorbumper van den wagen van v<
B.. die de macht over zijn stuur verloor
en in de sloot reeds. Van B. bleef ongedeerd.
De naast hem zitende 19 jarige J. L. uit
Hilversum en twee meisjes, die achterin
zaten, waren er evenwel ernstiger aan toe.
Met ernstige verwondingen aan het hoofd
zijn zij het huis van een geneesheer bin
nengedragen, waajna zij na verbonden te
zijn, naar hun woningen te Hilversum wer
den vervoerd. Van der R. bleef ongedeerd.
Zijn auto werd niet beschadigd.
BEROEP ONGEGROND VERKLAARD
De Kroon hoeft ongegrond verklaard het
beroep, ingesteld door de N.V. Rotterdamsche
Tramweg-Maatschappij, te Rotterdam,
tegen de beschikking van Ged. Staten van
Noord-Brabant van 9 Augustus 1935, waar
bij haar vergunning is geweigerd tot het in
werking brengen van een autobusdienst van
Willemstad over Dinteloord naar Steen
bergen.
HOLL. MAATSCHAPPLT VAN LANDBOUW
De 141ste algemeene vergadering der Hol-
landsche maatschappij van Landbouw, welke
gehouden zou worden op Woensdag 29 April
as. is uitgesteld tot Woensdag 13 Mei
des v.m. te half elf, in hotel „Krasnapolsky"
te Amsterdam.