ream
DONDERDAG 12 MAART 1936
DERDE BLAD PAG. 9
BEGROOTING LANDBOUW
CRISISFONDS
HANDEL, NIJVERHEID
EN SCHEEPVAART
GEESELING
Tweede Kamer
AKKERBOUW EN VEE
HOUDERIJ MELK
EN ZUIVEL
De minister is afkeerig van
afslachten van koeien
Vergadering van 11 Maart 1936
Overzicht
Minister Deckers heeft de debaters van
..Akkerbouw en Veehouderij" kort beant
woord. Dat kon ook, omdat er heel wat
herhaling bij was uit de algemeene be
schouwingen.
Herhaald werd, dat op de beslissing ia
zake den 'arwesteun niet wordt terugge
komen. Verlaging van den richtprijs voor
peulvruchten ligt echter niet in de be
doeling.
Groote uitbreiding van den graanbouw
is om financicele redenen thans niet
mogelijk.
De roggeprijs blijftgehandhaafd en het
baconcon'ract wordt niet vernieuwd, al zal
er wel een nieuwe regeling komen. Maar de
vroegere fouten zullendaarin niet voor
komen.
t,Melk en zuivel" werd zeer uitvoerig
besproken. Ook hier herhalingen.
'sMinisrters antwoord was vlot en in
vele opzichten overtuigend.
Afslachting van vee is van hem niet te
Verwachten, tenzij als uiterste maatregel.
De boeren zelf kunnen het voorkomen.
Enkele critici als de heer Van Houten
kregen een extra-beurt. Van diens beschou
wingen bleef niet veel over.
Dat de heer v. Dis verschillende land-
houwmaatrcgelen aanvaardt en noodig acht
noteerde de minister met genoegen.
Duidelijk bleek hoe veelzijdig de aan de
orde gestelde problemen zijn. Zij worden
van alle kanten bekeken en telkens weer
onderzocht alvorens beslissingen worden
genomen. De minister wil den goeden kant
uit. De landbouw steune hom daarbij. Zij
drage daartoe o.a. bij door krachtig mee te
werken om hot'melkvraagstuk tot een op
lossing 'e brengen. Hier moeten de boeren
tot daden komen in het belang van zich
zelf en van de schatkist
Onverwacht is tot een avondvergade
ring besloten voor hedenavond. Do Kamer
schijnt Vrijdag naar huis te willen. En dan
forceeren we avondvergaderingen, vergade
ren extra-lang, maar laten na den woor
denstroom wat meer in te dammen. Het is
daarmee als met den melkstroom: niet te
stuiten.
We kunnen deze beslissing voor 't
©ogenblik weinig waardeeren, omdat ze ons
weinig noodzakelijk voorkomt Tenzij de
bedoeling voorzit om de Regeering de han
den vrij Ie maken, nu in het buitenland de
spanningen zijn toegenomen.
Maar als het gaat om een dag vroeger
vacantie, zien we liever de Kamer rustig
doorwerken dan op zoo bijzondere wijze naar
de eindstreep spurten.
.Verslag
Voortgezet wer«S (Je behandeling mn de be-
STootlng van het Landbouwcrisiaronds. afdee-
llng:
Akkerbouw en Veehouderij
MINISTER DECKERS zette zUn afgebroken
rede voort Hli verdedigde nogmaals de verla
ging van den richtprijs voor tarwe.
Verlaging van den richtprijs voor peul-
Vruchten ligt niet In de bedoeling.
Uitbreiding van de graanteelt is aanbevolen
en bestreden. Het ia een Ingewikkeld probleem
Een groot deel van onzen bodem leent zich
niet voor graanbouw, van een veeboer Is ook
maar niet een-twee-dri® een bouwboer te ma-
Groote uitbreiding van den graanbouw
zou beteekenen groote uitbreiding van
de steunbedragen. Daaraan valt niet te
denken.
BI) een keuze tuasohen autarkie en export
kiest de minister het laatste. Het eerBte betee-
kent armoede.
De roggeprijs kan worden gehandhaafd
dank zjj de maatregelen van de Regee-
ring.
Dat de verhooging der pachtprijzen thans
stagneert. Is mede bewerkt door de verlaging
van den richtprijs voor tarwe.
Het verwerken van meer aardappelmeel in
brood zal onder do aandacht van den minister
van Sociale Zaken worden gebracht.
Voor het bereiken van een behoorlijken prüs
voor fabrieksaardappelen en aardappelmeel zijn
maatregelen genomen.
Voor consumptie-aardappelen zullen geen ex
port-premies worden gegeven.
Wat het baconcontract betreft dat Is
door den minister opgezegd. Er komt
geen nieuwe overeenkomst Een nieuwe
regeling hoopt de minister echter spoe
dig tot stand te brengen met vermijding
van do verkeerde dingen van vroeger.
De geruchten omtrent verkoop van dui
zenden koelen naar Rusland tegen abnor
maal lage prijzen zl)n looze geruchten. De
minister heeft dit dcnkbc-eld reeds afge
wezen.
Bi) de afdeellng
Melk en Zuivel
zegt do heer LOUWEN (lib.), dat van dog tot
dag do wereldzuivelposltle In hei oog moet wor
den gehouden. Daaruit moeten dan tic export
mogelijkheden worden afgeleid. Uitbreiding van
de veeteelt ia nood g naast die van den graan
bouw. Daarmee zal züij to rekenen bij de N. O.
inpoldering.
Bepleit werd opheffing van de regeling voor
de consumptlemelk voor de gebieden, waar vol
doende zuivelfabrieken zün. Deze regeling
maukt de melk duur voor den consument.
De heer HIEMSTKA (s.d.) betoogde, dat ver
dere inkrimp.ng van den veestapel noodig.. De
export van zuivelproducten tegen lage prijzen
naar Engeland, werd niet verantwoord geacht.
Gevraagd werd het teveel aan melk beschik
baar te stellen voor do scholen.
De samenstelling van de boter voor Engeland
moet moer aangepast worden aan den Engcl-
schen smaak.
De heer v. d. WEYDEN (r.k.) drong aan op
het gebruik van boter voor le^er en vloot. De
margarinéproductle moet worden beperkt. Een
groot deel van ons volk kam do boter niet
meer betalen en gaat zelf margarine maken.
Daar zal weinig tegen te doen zün.
De heer v. VOORST TOT VOORST (r.k) wil
den melkstroom Inperken door dien boeren
een financieel belang te geven by verminde
ring van den veestapel en h?t scheuren van
grond.
Vleeschverbrulk voor werkloozen moet wor
den bevorderd.
Ook de heer EBELS (v.d.) besprak de melk
productie. Meer afzet en meer boterverbru».*
beval hij aan.
'Hulp werd gevraagd voor de vetweiders.
De heer KUPEItS (s.d.) behandelde eveneens
het boter-maxgarine-probleem. De margarine
moet goedkooper worden; de industrie moot
echter niet worden ingeperkt- Ook de boeren
zouden daarmee niet gebaat zün.
Bü de zuivel is do productie niet aangepast
aan het verbruik. Do margarine heeft deze
moeite echter niét veroorzaakt.
Aangedrongen werd op verstrekking van
versch vleesch aan werkloozen.
De heer v. d. HEUVEL (a.r.) informeert, wat
de minister doen wil met het overschot aan
melk en vleesch, met verliesgevender export
cn met de margarine-industrie. Een duidelijke
ulteencettlng kan dienen om voel misleiding
tegen to gaan.
De margarlne is een voorname bron voor toe
slagen op de melk. Dat moeten de critici niet
vergeten.
De minister zou kleuring van do margarine
kunnen voorschrijven.
Het clandest en aanmaken van margarine zou
kunnen worden tegengegaan door het belasten
der ingrediënten.
Dc heer BAKKER (c.h.) vond bet niet pret
tig. dat we boter uitvoeren in ruil voor in
dustrieproducten. Dat vergroot de werkloos
heid.
Inperking van margarlnefabricage zou een
paardenmiddel zün. Wel moet de boterafzet ln
het binnenland worden bevorderd. Ook 't scheu
ren van grasland moet voortgaan.
De heer v. HOUTEN (c.d.u vroeg aandacht
voor het denkbeeld van regularlsatle der melk
productie.
Do zuivelafzet in het binnenland moet gesti
muleerd door lager prijzen. De positie van de
boter op de markt moet zoo sterk mogelllk
worden. De Regeer ng late door haar eigen in
stellingen boter gebruiken.
Een voorschrift, dat alleen melkbrood mag
worden afgeleverd, kan het mclkverbruik be
vorderen. Ook bü de schoolvoedtng kan het
melkverbrulk worden opgevoerd.
De minister steune krachtig de boter togen
de margarine-industrie en bevordere verlaging
van pachtprüzen en vaste lasten.
Do heer KORTENHORST (r.k.) wijst op de
noodzaak van vermindering van den melkstenn.
We hebben ln 1935 47 millloen kg. boter uit
gevoerd, terwijl men in 1932 sprak over 18
20 -millloen. Maar die meerdere export kost ons
heel veel geld. We zün dus in geheel andere
richting gegaan dan we in 1932 ons voorstelden-
We kunnen daarmee niet doorgaan.
Vermindering van melksteun la onontkoom
baar.
De vraag: margarine of boter is een kwestie
van ctjfers en wordt beheerscht door de koop
kracht van het publiek.
De ge-bruikers van margarine worden on
evenredig zwaar belast. Het product is te duur.
De verhouding 3 2 voor den prüs van boter
en margarine is eigenlijk niet t„ handhaven.
In het belang van het verbruik moet de prüs
van margarine omlaag.
De heer SNEEVLIET (r.s.a-p.) begreep niet,
waarom. b(j de tegenwoordige gesteldheid van
de volksvoeding de boterproductle zoo sterk
moet worden ingekrompen. Aan werkloozen
kunnen we nog heel wat zuivelproducten kwijt.
Voor de behoeften van do brcede massa is
een ruime veestapel noodig.
De beer SMEENK (a-r.) zag in een lagen
melkprijs het beste middel om het melkver
brulk te bevorderen. H|j heeft daarom geen be
zwaar tegen een kleine irrirge. Maar waarom
In Emmen de marge kletner is dan elders, moge
de minister nader motiveeren.
Verstrekikng van melk aan schoolkinderen is
een sympathieke gedachte. Maar wat z.a] de
prüs zün? Verder komt hier het principieel*
bezwaar tegen de schoolvoedlng aan de orde.
Een andere vraag is hoe goedkoope melk ter
bepchlkklng van sociale Instellingen kan wor
den gesteld.
Beperking van dc melkproductie Is niet te
bereiken zonder aanwüzing van een bepaald
aantal koelen per bedrijf. De bedrijven kunnen
dan zoo Intensief tnogelük werken. Hoe denkt
de minister hier over?
De heer DE VISSER (comm.) wenschte. dat
de Regeering goedkoope natuurboter zou ver
strekken.
De heer v. DTS (s.g.p.) achtte verlaging van
den boterprüs noodig.
Minister Deckers antwoordt
MINISTER DECKERS deelt mede. dat de mo
gelijkheid om de wereld-zulvelposltle vast te
stellen, in onderzoek Is. Ook het vraagstuk van
de exportiechten is ln studie.
Opheffing van de consumptiemelkregellng
zou allerlei verschuivingen in het leven
Minister Deckers
roepen. Dat vraagstuk houdt den minister
voortdurend bezig.
Verhooging van do margo voor de melkslij-
ters te Emmen is herhaaldelük onderzocht;
telkens weer Is de billijkheid van de regeling
gebleken. Maar de minister zal zelf de zaak
normaals bekllken.
De heer SMEENK: Het gaat om vergelijking
met andere plaatsen.
De MINISTER: Als het in Emmen billijk te
zegt dat niet. dat de bestaande regeling elders
niet billijk ls.
De mdlcsteunbeperking ls het best te ver
krijgen door vermindering van de hoeveelheid
melk.
Er moeten minder melkkoeien komen.
Men kan zo nfulnelitcn. maar dat tvenacht
de mlnlHter slechts als nlterste middel.
Liever wil dc m.nister den export bevor
deren. HU ia daarmee bezig en gaat er moe
voort.
Verder wordt het aantal kalveren beperkt
zooveel als mogelük la.
Met verstrekking van melk aan schoolkinde
ren zün proeien gaande.
Onze boter is op de Engelsche markt Iets
duurder en minder gezocht dan de Deensche
boter. De Ncderlandsche boter la echter niet
minder goed ln kwaliteit, maar wel minder
hard. En de Engelschen schünen harde boter
te willen. Vroeger hebben we de Engelsche
markt wat ongeregeld voorzien van boter. Daar
door is onze positie n et versterkt, maar de
minister poogt daarin nu verbetering te bren
gen.
Ter zake van de Blue-band-advertentie heeft
minister Sllngenberg het noodige reeds gezegd
en gedaan.
Het boterverbruik bij land- en zeemacht II»
door achtereenvolgende ministers reeds bekeken
De margarinQbeperlcing zou het boterver
bruik niet sterk stlmuleeren. Men zou zich
andere vetten of oliën aanschaffen. Bü bepor-
king der margarine zouden we oliën en vetten
zwaarder moeten gaan belasten. Gaan we don
boterprüs verlagen ter bestrijd.ng van de mar
garine. dan krügcn de veehpuders weer minder
voor hun melk.
Het goedkooper praatje, dat de minister
maar ledereen boter zou willen laten eten
gelijk de heer v. Houten zelde heeft
geen zin.
We moeten onzen export van boter natuur
lek ook zien te vermeerderen. Door scheuring
van grasland Is misschien ook iets te bereiken
om de productie te verminderen. Hier en daar
is iets gebeurd en ls men rogge gaan ver
bouwen.
Het verstrekken van meer reuzel, vlsch en
vleesch zal onder de aandacht van den minis
ter van Sociule Zaken worden gebracht
Langs indlrecten weg zün de vetweiders reeds
geholpen door verbetering van de vleeschposi-
tie. De minister zal aan hun belangen nog ver
der aandacht schenken.
Het clandestien vervaardigen van margarine
is moelltik te voorkomen, al is het tegen het
belang van de gemeenschap, dat meebrengt do
landbouw ln stand te houden.
Verstrekking van goedkoop versch vleesch
aan werkloozen wil de minister gaarne,
maar het moet via den minister van Sociale
Zalten gebeuron. Zoo gaat het ook met de
eieren. - i
Men moet tegen deze verstrekking in natur*
de menschen ntct opzetten, gelük ook ten on
rechte vroeger met het blikvleesch ls geschied.
Later kwamen steeds meer groepen vragen om
ook ons uitstekende blikvleesch te mogen ont
vangen.
Techn:sch ls dc gevraagde verstrekking mo
gelük; het gaat er maar om of de minister van
Sociale Zaken geld voor den maatregel heeft
Bemoeiing met de margarine-Industrie is
geschied in hét belang van den landbouw.
Beperkink van deze industrie zou den land
bouw schaden. Tot zulke maatregelen Is de
minister niet bereid.
Kleuren van margarine Is wansmakelük en
wekt afkeer. De minister wil daaraan de mls-
deelden en andoren n et onderwerpen. De grens
voor armen en minder armen ware ook moei-
lük te trekken.
Bepaling van het aantal koeien per bedrüf
is moellük. maar de minister zal er nogmaals
ernstig over nadenken. Vooral de controle zou
uitermate moeilijk worden.
De wintermeik heeft ook 's ministers aan
dacht. Maar de heer v. Houten onderschatte
zeer de moellükheden.
De melksteun regeling is niet bezig te ver
starren. De minister is bedacht op verminde
ring er van. Door de ingevoerde kalverbeper-
king -zal de melkproductie dit jaar kunnen
verminderen.
De beer Korténhorst verweet den minister
een o»»oorzfchtlge ultlri-ting. De minister acht
niets onvoorzichtigs gezegd, al stelt hü voorop
dat de heer Korténhorst de eerstaangewezene ls
om hem op onvoorzichtige'woorden opmerkzaam
te maken. (Groote vroolükheid).
De heffing op de margarine is vastge
steld op grond van cüfers omtrent deze in
dustrie. Daaraan heeft de minister de bllük-
beid getoetst.
Dat ook de heer v. Dis een zeker eant&l
maatregelen in liet belang van den landbouw
noodig acht, heeft de minister met genoegen
Te kwart over zes werd de vergadering ver
daagd.
Hedenmiddag wordt: Groenten en fruit be
sproken. en vanavond.de financiering van den
bruggenbouw.
ORDENING EN
INDUSTRIALISATIE
Scheepvaart en schipperij
Dordrecht ten voorbeeld
aan Rotterdam
Vergadering van 11 Maart 1936
De Kamer begon haar dagtaak met het
trekken der afdeellmgen.
Nadat dc vergadering ©enigen tijd geschorst
«au geweest om de af deelingen gelegenheid te
geven tot het kiezen van voorzitters en onder
voorzitters. volgde heropening.
Medegedeeld werd. dat tot voorzitters waren
benoemd de beeren Ter Haar. Van Sa see van
IJseeU. De Gijselaar. Hermans en Van Clttere,
en tot' ondervoorzitters dc heeren Briët, Gel-
dorman. De Savornin Lobman. Osscndorp en
Janssen.
Voortgezet werd de behandeling van üe De-
grootlng van
Handel, Nijverheid en Scheepvaart
De heer DROOGLEEVER FORTUTN (Lib.)
vroeg belanghebbenden te hooren nu het rap
port van dc interdepartementale comMtefie over
iie Rijnvaartpremios gereed is. Van belang Ie.
dat de concurrentie tuasohen Nederlandische
havens de vraagstukken nJet nog moeilijker
maakt Verzocht werd voorts aandacht te
schonken aan het terusloopen va.n den graan-
Invoer te Rotterdam. Hier is een nationaal
belang aan verbonden. Ook de scheepsbouw
vraagt 's ministers zorg.
De steun aan de scheepvaart maakt het moel
lük voor sommige maatschappijen om nieuwe
aandeelen uit te geven om geld te krijgen
voor dc vernieuwing van de vloot Laat de mi
nister dezo belemmering wegnemen en aa- het
particulier bedrijf ruimte geven.
DE MINISTER AAN HET WOORD
MINISTER GE LISSEN merkte op. dat in het
parlement de daden van den minister aan de
orde zijn en niet zijn optreden in het verloden,
waarover de heer De Marchant bad ges-proken.
De minister beeft Nationaal Herstel verla
ten. toen het politieke partij werd. Het is nooit
te laat om van veTlooorde wegen terug te
komen. Dit advies wilde de minister ook aan
den heer De Marchant geven, zij het in ander
verband.
De minister heeft zich
nooit voor devaluatie uitgesproken,
al le hiJ als 't moet ge«3n princlpieele
tegenstander. Thans acht hjj deva-
luatle nog niet noodig.
Devaluatie kan meer omzet geven, maar
zoo'n uitverkoop va» lager gewaardeerde
diensten, brengt niet altijd in beter po
sitie. Het suocea ls steeds onzeker.
De minister ls geen tegen.«tander van de
coöperatie. Hij sloot zich bij het betoog van
den heer Andriessen aan over de vakbeweging.
Verlaging van kosten
BIJ den verkoop van de kolen Lc or een
groote marge tusschon kost- en diistributieprljs.
Dat is bij vele artikelen zoo. Grooten invloed
hebben daarop vaak dc buitensporige oischen,
die hot Nederlandsche publiek stelt.
Er ia naar verlaging van kosten gestreefd.
De steun aan dc akkerbouwproducten is over
de heelc linie verminderd, behalve bij <»e zui
vel. Onze tarweprüs Is hoog vergeleken bij
den gemiddelden were'.dprijs. We geven" aan de
tarwe 40 millloen Meun: hielpen we op deze
wijze dc bedrijven niet, dan moesten de men
schen worden ondersteund.
Rotterdam volge het goede voorbeeld
vm Dordrecht en verloge de-liavenkosten.
Het zal Rotterdam 1.2 millloen kosten, maar
dit bedrag kan in het algemeen begrootinjte-
kader worden bekeken. De Regeering neemt een
royaal standpunt in.
De kwestie van den graanhandel is een kwes
tie van verdeelende rechtvaardigheid.
Do
steun aan de scheepvaart
moet bij winst worden terugbetaald. Maar dat
remt inderdaad het optreden der ondernemin
gen. Do minister zal de opmerkingen van den
hder Fortuyn ter zake overwegen. Zij zijn hem
uit het hart gegrepen.
Ordening
De ordening moet menscbelijke vrijheid eer
biedigen voor zoover het algemeen belang dat
toelaat.
De mlnlHter wft ordening »!«t overal
van bovenaf opleggen. Wnnr het bedrijf
zich zelf helpen kon, moet de OTerheJd de
handen thuis houden.
In dezen tijd te eohter tussohen bedrijf en
regeering ovorleg noodig. Verdergaand ingrij
pen van de overheid is slechts verantwoord
b bedrijven, die diep ln het geaneensohapöleven
ingrijpen.
Verbindend verklaring van bepaalde over
eenkomsten Is slechts toelaatbaar indien er
voor zoover het algemeen belang dat noodig
maakt.
Ordening moet de energie van het partlculie
initiatief niet schaden. Dit laatste moet voe
dingsbodem blijven voor den bloei van het be
drijfsleven.
Contingentoering
werkt verstarrend, zegt men. maar de jongste
regelingen hebben dien verstarrenden Invloed
zeer verminderd. Berekend ls. dat door de con-
tingen tee ring 100 fi 150 millioen aa» goei&ren
voor de Nederlandische markt behouden ls. Dr
Colijn heeft daarop gedoeld op Oudejaansavond.
Wat de contlngenteertng gekoot heeft, te niet
precies te berekenen.
Tariefsverhoog!lig ls inderdaad een soepeler
methode. Daarom wordt er zoo noodig ook s«-
bruikjjvan gemaakt.
De contingentoering heeft voor ver»
schillende goederen het aandeel van de
Nederlandsche industrie ln de Ncderland
sche markt doen stijgen. Bij verschillen
de artikelen zelfs niet onbolangTÜk. Bij
wollen stoffen b.v. van 44.1 ln 1931 tot
68 ln 1934; voor tricotgoederen zijn de
cijfers 57 en 75
De industrialisatie
van ons land heeft zich geleidelijk ontwikkeld.
De minister wil nu verder gaan. maar geen
kunstmatlgen. maar wel sysbemattechen groed
bevorderen. Industrialisatie is geen panacee.
Wat noodig te-, moet geeohieden. Wat niet le
vensvatbaar is. moet we niet hebben.
Industrialisatie is echter geen
boerenkool
De schoorsteenen rijzen maar niet soc
uit den grond. De industriefinanciering is
nog niet tot stand gekomen, maar er is ge
werkt alsof ze er was, Gebruik is gemaakt van
het Werkfonds; ln 106 gevallen ls J 495.000
verstrekt
Do voorlichtingsdienst gaat werken via een
centraal bureau, dat do inlichtingen, die ln het
buitenland verzameld zijn. distribueert Reeds
nu worden vele belangrijke adviezen gegeven.
De koe.n»en dor Indische aandeelen zijn meer
gestegen dan het algemoene Indexcüfer;
koersen de-r Nedexlandsche aandeelen loopen
vrijwel parallel.
De Wet op de
Evenredige vrachtverdeeling
heeft niet in alle opzichten voldaan. Maar de
minister weet niets beter.
De vervoerscapaciteit is 5 maal zoo groot als
het vervoer. Hoe moet men dan ordenen? Een
commissie zal rapporteeren over do wet; daarna
zal de minister zijn houdang bepalen
Onze scheepvaart
zal geleidelijk meer den Invloed ondergaan va»
de opleving, die er is in de wereld Industrie en
den wereldhandel. In 1932 zaten we op het
laagste punt; ."ipde is stijging ingetreden. Onze
scheepvaart, licht de minister met cijfers toe.
heeft daarvan geprofiteerd. Dat geldt zoowel
"voor de zeevaart als voor" de Rijnvaart,
Verontrustend u eohter de verschuiving in
het Rijnvaartverkeer van Rotterdam
naar Antwerpen.
Brengt Rotterdam zün havengefiden enz. op
het peil van Antwerpen, dan kost dit 1.7 mil
lloen; voor Amsterdam ls dit 815.000; geJUk-
stolling der Rljnvaartpremi-eis met België kost
2-2. millloen. Do minister zal - ernstig overwegen
wat te dezen aanzien te doen.
Sinds 1933 zijn de inkomsten van Nederland»
aandeel in het scheepvaartverkeer niet beneden
72 millioen geweest. Ook met de kustvaart
maakt Nederland ge«en slecht figuur. Er ie ook
vooruitgang in den nieuwbouw.
VRIJDAG 13 MAART
HILVERSUM. I. 1875 M. 8.00 VARA 10.00
VPRO. 1100 VARA. 12.00 AVRO. 4.00
VARA 8.00 VPRO. 1100 VARA 8.00
Gr.pl. 10.00 Morgenwijding. 10.30 Cause
rie. 11-00 Gr.pL 4.00 Trio de Sam de Gor
ter. 5.05 Kinderuurtje. 5.30 Zang en orgeL
6.20 Vara-orkest. 7.00 Lezing. 7.20 Verv.
orkestconcert. 8.00 Causerieën. 8.30 De
HolL Kamermuziekvereen. 9.00 Causerie.
9.30 Vervolg concert 10.15 Lezing. 10.45
Berichten.
HILVERSUM II 301 M. Algemeen Program-
ma. verzorgd door de NCRV. 8.00 Schrift
lezing, meditatie. 8.159.30 Gr.pl. 10.30
Morgendienst door Ds. G. den Duyn,
Ned. Herv. Pred. te Vinkeveen en Dem-
merik. 2.30 Chr. Lectuur. 3.00—3.45 Orgel
spel. 4.00 Hobo en piano. 5.00 De Gooilan
ders. 6.30 Causerie. 7.00 Berichten, repor
tage. 7.30 Literair halfuur, 8.00 Berichten,
gram.pl. 8.15 Haarlemsche Orkestvereen.
(Om 9.05 Lezing). 10.50 Berichten. 10.25
11.30 Gram.pl.
DROITWICH 1500 M. 11.20—11.50 Orgelspel
12.10 Orkestconcert. 1352.20 Pbilh.
Strijkorkest. 3.20 Lezingen. 4.20 BBC-
Midlandorkest. 6.50 Oude muziek. 7,10 Le
zingen. 8.20 Gevar. programma. 9.50 Be
richten. 10.40 Sopraan, viool en piano.
BRUSSEL 322 en 484 M. 322 M.: 12.50 Klein
orkest. 6.30 Gram.pl. 6.50 en 7.20 Zigeu-
nermuziek. 8.20 Symphonieconcert; 484 M
12.20 Gram.pl. 12.50 Zigeunermuziek. 1.40
Zang. 5.20 Omroeporkest. 6.50 Pianoreci*
tal. 7.35 Zang. 8.20 Voor oud-strijders.
In de Italiaaiurhe
kolonie Eritrea
wordt gebruik ge
maakt van de mo
derne vervoermid
delen. Hiertoe
wordt o.m. de
.JMlorine" vit
Italië aangevoerd,
die ook in ons
land heeft proef-
gereden.
De toestand der scheepvaart ln andera
landen, ook die gedevalueerd hebben, la
niet gunstiger dan hlert de twee Scandi
navische landen uitgezonderd.
Wat
het economische leven
betreft zijn er ook enkele gunstige teckencn. Wat
b.v. in Frankrijk wordt geconstateerd, is ia
Nederland in sterkere mate aanwezig. De groot-
handelsprljze hebben zich zoo aangepast, de.t
ze nog maar 2 veraohillen met het wereJdi-
nlveau.
In den scheepsbouw ziet men hetzelfde; waar
Rotteniam en Amsterdam zulke groote boeveel
heden werkloozen hebben, staat de regeering
hier zeer belangstellend tegenover. De minister
zal bekijken aan de werven aan den Noord
denzelfd-en steun te geven als aan andere.
Wat onzen export betreft, 57 gaat naar
DulGKhland. Frankrük. Engeland en Belglü
waarvan Duitschland het grootste aandeel
heeft. De wet in zake vaste lasten zal in de
goede richting medewerken Er is daling in het
aantal faillissementen, wat wijst op veTbeterlns
in de kleinbedrijven. Voor zoover verantwoord,
kan de industrie verder oj> den steun der
regeering rekenen. Echter gaat de werkloos
heid met de verbetering nog niet parallel, nfl
zijn er reeds partieele verbeteringen.
Men vergete echter niet, dat andera
landen, met name Amerika, percentsge
wijs meer werkloozen hebben. De telling
la ook verschillend: telden wij gelijk Bel
gië. we hadden 190.000 werkloozen. Er
zijn steeds verschilpunten. Ook de ver»
golüklng met Amerika vertoont onnauw
keurigheden.
De mdnis-ter zal gaarne naast Dr Colijn zijn
hulp ln den eoonomischen opbouw va» 'e land»
kraohten blijven _geven.
Na de pauze.werd gerepliceerd. Dc begroe
ting wend Z. K s. goedgekeurd.
Alsdan te aan dc orde de begroeting Tap
JUSTITIE
D» heer KOuFF (C.H.) betoogt, dat de N.S-R.
voortdurend het gezag aanvalt Hij hoopt, deut
de Grondwetsherziening preventieve maatrege
len mogelijk mankt De organisatie der Rijks
politie is een zaak waaromtrent de procureurs
generaal advic-e zullen moeten geven. Is daar
een commissie voor noodi-g?
Verschillende kantonrechtere zijn overbelast
met werk.
De lieer JANSSEN (R.K.) wü*t op ditzelfde
bezwaar temeer daar hij voonsbander te van uit
breiding dea- competentie van den kanton
rechter.
Spr. sluit aan bij den heesr Kolff. wat
betreft het gebruik maken van onbetaalde
werkkrachten bij de rechterlijke macht
Spr is niet bevredigd door de verklaringen
van den minteter ln zake de administratieve
rechtspraak. Spr. zal voor aanvulling daarvan
blijven ijveren, in verband met de voorstellen
van de coenmtesie-Koolen. Dat uitbreiding
noodig la, erkent ieder, ook de minister.
Spr. vraagt epoedlge indiening van een des
betreffend wetsontwerp.
Spr. bepleit ten slotte verbeterde toepaasine
van het vreemdelingenrecht
De heer VAN VESSEM (N.S.B.) acht het op
treden van de regeering in zake de colportage-
vrijheid onjuist Ook te dit het geval met do
houding van d'en minister tegen de geschriften
va.n d© N.S.B. Alsof er ln „Volk en Vaderland*'
zulke onbehoorlüke dingen zouden voorkomen!
Er Ie aanmerking gemaakt tegen een adver
tentie, die beleedtgend zou zijn voor minister
Deckens. In bultenlandsohe bladen vindt men
nog wel heel andere kwalificaties van regee-
rlngspereonen; als politiek strijdmiddel te hot
peil van ..Volk en Vaderland boog. (Beweging!
Wat betreft toepassing van vreemdelingen
recht. het schijnt dat andere Kamerleden me.ar
voortdurend in aanraking komen met pollti-
seerende Duitschers. Ze worden voortdurend
dior de politie gecontroleerd zoo heet het.
Waarom een uitzondering voor Inwoner® va»
een bevriends natie?
De heer HERMANS (S.D.) te van oordeel, dat
de minister niet krachtig genoeg optreedt legen
de N.S.B Alle partijen klagen daarover.
Spr. dringt aan op aanvulling der admini
stratieve rechtspraak, en scherp optreden- tegen
ongewensoht* vreemdelingen.
De vergadering is daarna verdaagd tot heden
elf uur.
Feuilleton
(18
door D. K R IJ G E R
Herbert, die zich nauwelijks om godsdienst bekommerde, kou
niet weten dat generaal Feng door zijn optreden slechts ver
toonde wat het Modernisme meebrengt En toch is het zoo. Feng,
van boerenafkomst en opgevoed onder den invloed van moderne
Zendelingen kon het met hun denkbeelden uitstekend vindeu.
Die gingen geheel en al zijn richting uit Immers een Christus
die wereldvrede predikt door algem. menschenliefde en niemand
lastig valt met theorieën over noodzakelijke verlossing door
het bloed des Kruises, besef van zonden, gezwegen van het
sprookje Zijner wonderbare geboorte en nog zonderlinger Op
standing, kwam zijn vrijheidlievende natuur machtig in het
j gevlei en Feng kon niet weten, dat hem slechts een afgetrokken
i „denkbeeld" van den waren Christus gebracht was. Herhert had
evenmin oog daarvoor. Hij kwam wel eens in aanraking met
Amerikaanschc of Engelsche Zendelingen, maar daarbij werd
zelden diep op godsdienstige gesprekken ingegaan, zoodat hij
hen allen over één kam schoor. Het gehoorde over Fengs ge
schiedenis bracht hem tot nadenken. Herbert vond het vreemd,
dat zoo 'n Chineesche man, zoo 'n bocrehouwdegen, die toch
slechts om vechten en macht winnen kon geven, ook a«andacht
schonk aan dingen van religieuzen aard. „Merkwaardig toch,
dat het den mensch, van welken landaard cok, in het bloed
steekt te zoeken naar de oorzaak en het waarom van 's menschen
I bestaan", dacht hij. Maar erg diep ging hij niet op de gedachte
in en heel spoedig was zijn geest met andere dingen bezig.
Met hernieuwd geweld was men elkander weder te lijf gegaan
Spoorwegen werden vernield; bruggen opgeblazen, veel kruit
werd vermorst en dat alles? Ja, geen mensch die zeggen kon
waartoe of waarom. De eigengebakken officieren voeren er niet
slecht bij, die spekten hun zakken op kosten hunner land-
genooten.
Het werd hoe langer hoe lastiger het roer op kantoor vast
te houden, want het bezettingsleger had als naar gewoonte
gebrek aan contanten, en de aanvoerder wou maar weer eens
trachten geld uit het fabriekslaadje los te wringen. „Wat er ook
gebeuren moge, dat nieti" riep Herbert uit.
Gelukkig kou het bezettende leger het het langer houden en
moest wijken voor den druk van een snel naderenden, sterken
legertroep, waarvoor het hals over kop op de vlucht sloeg.
Herbert haalde ruimer adem. „Gelukkig, dit is weder achter
den rug", dacht hij. Maar hij had verkeerd gedacht. Waren die
oude troepen maar gebleven! Wat zij nu te zien kregen waren
roovers en baarlijke duivels tegelijk. Die nieuwe bende ving de
kennismaking aan met de bevolking te brandschatten en haar
laatst en eigendom af te persen. Ongelukkigen, die het waagden
bedenking te voeren tegen dit optreden, zag men dra in de post
van hun eigen woning opgehangen.
Ook bij Herbert kwam men aankloppen om geld. Hij was
onverbiddelijk. Geen cent zou men krijgen. Hierop begon de
vijand hem het zaken doen lastig te maken, zóó lastig, dat het
bedrijf weldra nagenoeg stilstond en de bron van inkomsten
dreigde verstopt te raken.
Onder deze omstandigheden hield Herhert fabrieksraad om ta
overleggen -wat men doen zou, de fabriek sluiten of de
betalingen voorloopig opschorten. Tot het laatste werd besloten.
Herbert ontveinsde zich niet, dat deze maatregel niet vrij van
onrechtvaardigheid tegenover de crediteuren der fabriek was,
maar het kwam hem voor dat het toch voor die menschen zelf
aldus het beste zou zijn, want indien de militairen te weten
kwamen, dat zij geld van de fabriek ontvangen hadden, zou het
hun meteen weder worden afgenomen.
Na vele geheime beraadslagingen werd Herbert opgedragen do
geldmiddelen der fabriek naar beste weten te verdedigen en
onder geen voorwendsel, aan iemand, wie dan ook, uitbetaling
te doen. Voorloopig voor den tijd van tien dagen.
Nauwelijks was dit be-duit bekend gemaakt of het kantoor
werd bestormd door menschen, die, de een veel, de ander
weinig, geld van de fabriek te vorderen hadden. Herberts hoofd
liep om. Wat een moeite om zich de menschen van hot lijf et
houden en met een zacht lijntje de deur uit te krijgen! Herbert
kreeg een bedelaarsgevoel over zijn lijf.
In de eerste dagen gelukte het vrijwel de menschen te
kalmeeren, maar daarna kwamen de poppen geducht aan het
dansen. Den heelen dag was hij op kantoor aanwezig; zijn
rustige avonden moest hij er a»an geven. Herbert had te doen
met die menschen, die eiken dag opnieuw om hun eigen geld
kwamen bedelen. Hij voelde sterk het om-echt, dat hij hun
aandeed. Maar hoe kon hij anders handelen? Er kwam geen
geld meer binnen. Ging hij aan het betalen, dan zou spoedig
dc geheele kas ledig zijn en dan zou men eerst recht de poppen
aan het dansen 'hebben. Hoe hij de zaak ook van alle kanton
bekeek, hij zag geen kans anders te handelen; hij bleef wachten
tot het gevaar over was. Herbert bedoelde het gevaar, dat van
vijandelijke zijde dreigde, maar het onmiddellijke gevaar, het
gevaar van het oogenblik, werd hij niet gewaar.
Voor lijfsgevaar was hij niet beducht en toch zou dat gevaar
spoediger dreigen dan hij vermoedde.
Eén der crediteuren, een klein, schraal Chineesje, sloeg geen
dag over om Herbert met zijn verzoek om betaling lastig te
vallen. Op zekeren middag kwam hij wecr en uitte d0 be
dreiging, dat hij het kantoor niet verlaten zou'zonder geld, al
moest hij er den gehe'clen dag blijven. „Zooals ge wilt", was
Herberts antwoord, „ge kunt cj zelfs bij gaan zitten als ge danj
lust in hebt." De man, die het dialect zijner provincie sprak,
kon het brabbelchineesch van Herbert .niet begrijpen, evenmin
als d>ee een touw kon vastknoopen aan hetgeen de man hem
vertellen wilde. Daarom riep Hertzet -de - hulp van ziia
Chineeschen secretaris in, die den man aan het verstand bracht
waaraan hij zich te houden had.
De bezoeker bleef kalm zitten zonder een woord te spreken.
Toen het sluitingsuur kwam, greep Herbert naar zijn helm.
maar plotseling stond de man van zijn plaats op en ging voor
hem staan, allerhande woorden uitend, die Herbert wel niet
verstaan kon. maar die hun bedoeling door de hen vergezellende
dreigende gebaren, duidelijk genoeg maakten. Herbert nam de
man van het hoofd tot de voeten op en meende hem wel te
kunnen staan. Hij legde de hand op 's mans schouder, om hem
terzijde te duwen. Toen brak er voor Herberts gevoel een aard
beving los. Angstig dicht naderde zijn hoofd het plafond om het
volgende oogenblik den vloer onzacht te begroeten. Het ging
alles zóó vlug, dat Herbert reeds eenige reizen van beneden naar
boven en van boven weder naar beneden gemaakt had alvorens
men hem te hulp kon schieten. Had het nog langer geduurd,
dan had het slécht met hem kunnen afloopen, want zijn aan
rander bleek over reuzekracht te beschikken. „Wie had gedacht
dat die vent zoo 'n Goliath zou zijnr prevelde Herbert, toen
hij met verfomfaaide klceren en los gerukte das uit de klauwen
van dat ongure beest, zooals hij den man noemde vrijgexochtei
was. Een gevoel van schaamte kwam bij Herhert boven, van
schaamte, omdat hij zich dit moest laten welgevallen, welge
vallen van een Chinees, een Chinees, die het gewaagd had hem,
een Europeaan, met zijn handen aan te raken. „Wij zijn en
blijven de „vreemde duivels" in hun oogen", mompelde hij
binnensmonds, „maar ontzag en vrees voor ons zijn aan het
verdwijnen."
Het kantoor was intusschen volgeloopen met mannen van de
veiligheidswacht der fabriek, die echter weinig voor de veilig
heid doen konden, aangezien de militairen haar van haar
wapens beroofd hadden, zoodat zij r enkel met een rietje ia
de hand op uittrokken om de orde te bewaren.
(Wordt vervolgd).