WAARDEERING VOOR DEN GOUVERNEUR-GENERAAL BEZWAREN TEGEN LANDBOUWMAATREGELEN Op elke won d RENTE OP RENTE Di SDAG 21 JANUARI 1936 •DERDE BLAD PAG. 9 De Indische Begrooting 1936 in de afdeelingen van de Tweede Kamer Het Regeeringsbeleid onder de loupe Te veel conflicten met den Volksraad Steeds meer lichtpunten! De Tweede Kamer heeft üi de afdee lingen besproken de Indische begroo ting voor 1936. Verscheidene leden uitten hun waardecring over het be leid dat door den Gouverneur-Generaal die dezer dagen ontslag heeft aan gevraagd gedurende zijn bestuurs periode gevoerd is. Men stelde de vraag of het in de bedoeling ligt de ambtsperiode van den Gouverneur- Generaal met een Jaar te verlengen. 1 Algemeen betreurde men de herhaalde conflicten met den Volksraad. Verscheiden leden ineenden dat de Indische Regeering te weinig rekening houdt met de wenschen en uitspraken van den Volksraad. Andere leden merkten op dat de herhaalde con flicten tot op zekere hoogte onvermijde lijk zijn. De Volksraad is louter een adviseerend college. Nu hebben de uiterst moeilijke fi nancieele en economische omstandigheden een sfeer geschapen, die voor het ontstaan van conflicten maar al te bevorderlijk is. De economische toestand •Verscheidene leden uitten critiek op het •gevoerde Rogéeringsbeleid en drongen aan op een z.g.n. constructieve welvaartspolitiek beliohaanui in het ,.Plan van den Arbeid". Tevens werd aangedrongen op bevordering van kolonisatie en transmigratie. Andere leden hadden met waardeering kennis genomen van hetgeen de regeering de laatste ja*-en op het ge-bied van de In- heemsehe industrialisatie heeft gedaan. Verscheidene andere leden gaven blijk van een geheel ander inzicht van den eco- nomischen toestand dan de hiervoor aan het woord zijndo groepen. Wanneer men Ned.-Indië als geheel beschouwt, valt niet te ontkennen, dat er hier en daar, doch in het bijzonder op Sumatra, teekenen van herstel zijn, welke de verwachting rechtvaardigen, dat het dieptepunt der crisis voorbij cn een langzaan! herstel aanstaande is. De maatregplen, in het „Plan van den Ar beid" voorgesteld om Indië uit het moeras te helpen, zijn in het licht van de bestaande verhoudingen tot mislukking gedoemd. Vestiging van nieuwe industrieën Verscheidene leden wezen er op, dat elke toepassing van een kunstmatig middel om het bedrijfsleven te ontplooien een stap ver der is op den weg, die afwijkt van het stel sel van de open deur en het vrije ruilver keer,waaraan Indië zijn opkomst te dan ken heeft. Andere leden meenden, dat een ordenend ingrijpen van de Overheid, ook nadat een meer normale toestand zal zijn ingetreden, niet zal mogen uitblijven- Met belangstelling had men vernomen, dat de vooruitzichten in de suikerindustrie iets beter zijn. Onbillijk achtten enkele le den het, dat de thee-ondernemingen op Java door de resArictiepolitiek lijden on der de zeer groote uitgebreidheid van de aanplantingen op Sumatra. De Indische export en de clearing Eenige leden vestigden er de aandacht op, dat het voor Nederland bepaald ongunstig is, dat de Indische export over de Neder- landsche Clearing wordt gevoerd; het feit immers, dat Indië weinig uit Dujtechland invoert, heeft tot gevolg, dat de Nederland- sche markt bijna geheel voor de activa dei rekening moet zorgen en dit leidt dus tot Verhoogden invoer van Duitschland naar Nederland. Verscheidene leden meenden, dat onze handelsvoorlichting niet functionneert zoo als zij behoort Vele leden vroegen ef de Regecring nadere mededeelinren kon doen met ooirekking tot de ontwi&keling *'an de handelsbetrek king- enmet Japan. Wat de financieele toestand betreft, be pleitten verscheidene leden verliooging van enkele belastingen, invoering van andere on verlaging van lasten, welke vooral op de in heemsche bevolking drukken. Vor>eheidcne leden zagen den Rnanciae- len toestand hoopvol in. Hoewel nog lang geen sluitende be grooting bereikt is, is er een gestadige vooruitgang op den weg naar dit doel, terwijl er steeds meer lichtpunten zijn aan te wijzen, welke hoop geven voor de toekomst. Met betrekking tot de invoering van een docr dc aardolieindustrie op te brengen heffing \an voor binnenlandsch gebruik be slemde producten der aardolie-industrie, roegen verscheiden leden, hoe deze heffing al plaats 1-ebben en welke de grondslag zal zijn voor haar berekening. Vele leden zouden gaarne zijn ingelicht omtrent de plannen van de regeering ten aanzien van salarissen en looncn. De weermacht van Ned.-Indië Vele leden vestigden er de aandacht op. dat de Indische defensiepolitiek tot dusver niet voldoende blijk gaf van een juist in zicht in de toenemende spanning in het verre Oosten. Intusschen stemde het deze leden tot voldoening, dat de Ned. en Ind. Regeeringen thans blijk geven, van den ernst van den toestand doordrongen te zijn. Sommige leden vroegen of de Regeering bij de voorbereiding van haar plannen tot versterking van de Indische weermacht voeling hield en houdt met andere mogend heden, welke eveneens bij de Oost-Aziatische vraagstukken betrokken zijn. Burgemeester Knoppers van Meppel, zal in verband met zijn aftreden 'n door B. Beitel geschilderd portret ontvan gen, dat hem namens het hul- digingsromitè uit de burgerij wordt aangeboden. DE AMBULANCE IN ABESSINIE Onjuiste Italiaansche beschuldiging Geen geheime wapenzendingen Rechtzetting van het Ned. Roede Kruis Naqr aanleiding van de laatste zin snede van het communiqué van het Itaiiaansch correspondentiebureau Ste- fani men zie ons blad van 19 Jan. luidende: Verder moet er op worden gewe zen, dat dikwijls zoogenaamde zen dingen voor hospitalen in werkelijk heid wapenzendingen zijn. Zoo be vatte een kist, welke aan de Neder- landsche sanitaire missie was gezon den, 16 geweren en 9 pistolen met munitie., deelt het Hoofdbestuur van het Nedcr- landsche Roode Kruis het volgende mede: De ambulance heeft te harer beschik king drie (niet zestien) geweren en negen pistolen met munitie. Art. 8 van de Roode Kruis Conventie van 27 Juli 1929 erkent aan Ambu lance-personeel de bevoegdheid wape nen te bezitten, noodig voor-verdedi ging van eigen lijf en goed, alsmede van de gewonden aan zijn zorgen toe vertrouwd. In dit verband zij nog aangeteekend, dat de geweren, jachtgeweren zijn, die de ambulance niet kan ontberen, met het oog op de noodzakelijke vlccsch- voorziening door het schieten van grof en klein wild. Uit den aard der zaak is deze aan gelegenheid allerminst heimelijk be handeld, en werd voor de doorvoer in Fransch-Somaliland de desbetreffende vergunning van de Fransche Repeering verzocht cn verkregen. Prof. Nic. Jorga naar Nederland Our Minister-President van Roemenië Naar wij vernemen zal de gewezen minis ter-president van Roemenië, Prof. Nic. Jorga, op 28 dezer een bezoek aan oru land brengen. Prof. Jorga, die een zeer bekend histori cus is en o.m. leeraar is geweest van ko ning Carol, zal een lezing houden voor da Utrechtsche Universiteit, alsook voor de Vereeniging NederlandRoemenië. Voor deze Vereeniging zal hij te Den Haag spre ken, waar tevens in het gezantschap een receptie zal plaats vinden. De tarwerichtprijsverlaging geeft groote verliezen Door de bietenareaalbeperking komt nog meer ontreddering Verlaging tarwerichtprijs en bieten-areaalbeperking Het bestuur van de Flakkeesche Boeren bond heeft aan den Minister van Land bouw eon adres verzonden, waarin het mededeelt,, dat op de gehouden vergadé- ring met ontstemming zoowel als met vei bazmg werd gesproken over de beólissin- om de tarweprijs wederom met 1 cent pe Kg. te verlagen. Met ontstemming, omdat dil besluit door den minister werd genomen nadat de landbouwers hun wintertarwe reeds hadden gezaaid, zoodat die gronden niet meer voor een ander gewas zijn te be stemmen, en tevens door het feit dat de minister de Landbouworganisaties niet eerst om advies en voorlichting heeft ge vraagd, wat zeker niet in strijd zou zijn geweest met vroegere toezeggingen 's ministers ambtsvoorganger, en voorts met verbazing, omdat uit dit besluit blijkt, dat geen rekening is gehouden met de kost prijs van het product, zooals dat afgeleverd wordt voor het gebruik. Uit een bijgevoegde calculatie blijkt dat de richtprijs vun 9 cent per Kg. een ge J deld verlies geeft van 44.65 per H.A. neer de oogst niet te lijden heeft van weer- tegenslagcn, terwijl geen rekening is ge houden met op het bedrijf rustende en moeilijk in cijfers uit te drukken lasten. Ook wordt de aandacht gevestigd op het feit, dat voor Flakkee een verschuiving van de intensieve bietenteelt naar die streken, waar deze als „gelegenheidS- objr-ct" wordt begeerd, onaanvaardbaar is. omdat Flakkee zwaar betrokken is bij Coop. Suikerfabrieken, zoodat ruim 90% van dc geteelde bieten daar zijn bestem ming vindt, waarvoor zware financieele verbintenisen zijn aangegaan, zoowel door groote als kleine bietentelers, wat op rond twee millioen gulden kan worden gesteld, als zijnde vastgelegd in de bedrijven, zoo- da* -er kans bestaat voor algeheel verlies, althans vrijwel waardeloos worden van die ondernemingen. De diepgaande inkrimping sedert 1930 heeft reeds een zoodanige ontreddering in de bedrijven der oud erkende bietentelers met zich gebracht, dat een verdere vermin dering dier teelt niet toelaatbaar moet den geacht en veel ernstiger gevolgen onze telers zal hebben, dan wellicht door de bewerkers van dit plan wordt vera Ook de zoo onmisbare wisselbouw, ondertusschen noodwendig verwaarloosd moet worden, zal een verdere inzinking inhouden. Intusschen is helaas gebleken, dat vali de door onze Regeering voor 1935 vastge stelde hoeveelheid garantiebieten ten be drage van 1540 millioen Kg., slechts pl.ra. 1518 millioen Kg. uitgenut is kunnen wor den, terwijl het restant in portefeuille bleef, Ofschoon dc bieten gegroeid waren. Redelijker, billijker en ook beter zou hel zijn over 1936 deze verloren hoeveelheid van 22 millioen Kg. te voegen bij het quan tum van 1540 millioen, dan een zekere hoe veelheid van de bedoelde 1540 millioen af te nijpen voor gelegenheidstelers. Indien desniettegenstaande toch aan Veenkoloniën en andere streken eenige compensatie zou worden toegedacht, (of schoon middelerwijl de beperking van de fabrieksaardappelteelt weinig of niets ver schilt met die der bieten) dan zou dat toch nooit mogen gebeuren over de ruggen der van ouds erkende bietentelers. Daartoe zijn wel andere wegen te vin den, waarbij wij denken aan uitsluiting van suiker uit Suriname van de Neder- landsch'e bietensteunregeling, en daardoc. ons bieten areaal uit te breiden, waardoor de heffing op binnenlandsche suiker een formeel Nederlandsche ruggesteun voor F derlandsche bietentelers en bietenbew kers zou worden. Thans worden voor dat importdeel zekere buitenlandsche belangen gediend, terwijl het verschil dat ligt tus- schen de opbrengst der bedoelde heffing en het uit te keeren steunbedrag, boven dien voor zoover noodig zou kunnen benut worden tot steun van het uitbreiöings- areaal. Inkrimping der bietencultuur zal de werkgelegenheid nog belangrijk verminde ren en noodwendig zullen de toch al lage landarbeidersloonen moeten verminderd worden, wat tot nog verdere verarming van het Eiland aanleiding zal geven. Twee onderzeebooten voor Polen Bouw In Nederland Zeer waarschijnlijk zal de Poolsche Regeering binnenkort in ons land een belangrijke order plaatsen, n.l. de bouw van twee onderzeebooten. De Rotter- damsche Droogdok Mij. en de Kon. Mij. De Schelde tc Vlissingcn zullen de op dracht uitvoeren. Volgens het Hbl- wordt ln Polen op zekere contraprestatie gerekend. Reeds ls vergunning verstrekt voor den in voer van Poolsche gerst in Nederland. WERK IN DEN SCHEEPSBOUW Aan de N.V. Scheepsbouwwerf v/h de Groot van Vliet te Slikkerveer is door den heer J. Cremer te Iloogezand de bouw opgedragen van een kustvaartuig, groot ca 400 ton D.W. Het schip zal worden voorzien van een 300 P.K. „Deutz" motor en ge bouwd worden onder toezicht van het Bureau Veritas Klasse A. LEVERING MOTOREN Door de fa. A. v. d. Zwan en Zn, Reederij te Scheveningcu is aan D. en Joh. Boot N.V, Motoren- fabriek Delndustrie. Alphen a. R ij n opgedragen de levering van een 4-cyl. 4-tact compressorlooze „Industrie" Dieselmotor van 200 P.K. alsmede een 12 P.K. hulpmotor, in de motorlogger Sch. 6- Deze logger is inmiddels aangeko men aan dc werf van de fa. Vuyck Capelle a. d. IJssel voor hot maken van een nieuwe fundatie en eenige ombouw aan het schip. WOENSDAG 22 JANUARI HILVERSUM I 1875 >L VARA-üitzendinc. 8.00 Gram.pl. 9.30 Kookpraatje. 10.00 Morgenwijding VPRO. 10.15 Gevar. con cert en lezing. 12.15 Orgelspel. 2.00 Voor de Vrouw. 3.00 Voor de kinderen. 5.30 Gram.pl. 6.30 RVU. Lezing. 7.15 Piano recital en voordracht. 8.00 Berichten. 8.15 Operette-uitzending. 10.25 Gram.pl. 11.00 Orgelspel. HILVERSUM H 301 M. NCRV-Uitzending, 8.00 Schriftlezing. 8.159.30 Gram.pL 10.30 Morgendienst door Ds. H. v. d. Els kamp, Geref. Pred. te Hilversum; 11.00—12.00 en 12.15 Ensemble v. d. Horst. 2.00 Quatre-mains. 3.15 Chr. Lec tuur. 4.00 Sopraan en piano. 5.00 Kinder uurtje. 6.00 Landbouwpraatje. 7.00 Be richten, reportage. 7.30 Causerie. 7.45 Gram.pl. 8.00 Berichten. 8.05 Sopraan en orgel. 9.00 Lezing. 9.30 Orgelspel. 10.00 Berichten. DROITWICH 1500 M. 12.05 Orgelspel. 12.35 Populair concert. 1.352.20 BBC-Schotsch. Orkest. 3.10 Pianorecital. 3".35 Sted. Orkest Bournemouth. 5.05 Kwintetconcert. 5.35 De Karl Caylus Players. 6.50 Tenor zang. 8.50 BBC-Symphonie-orkest. 10.20 Vervolg concert. 11.00 Harpkwintetconcert. KEULEN 456 M. 11.20 Kamerorkest. 1.35— 2.00 Gevar. concert. 3.50 Voordracht en concert. 5.20 Concert. 8.05 Omroepklein- orkest. BRUSSEL 322 en 484 M. 322 m.: 1.30—2.20 Constantin-orkest 6.35 VioolrecitaL 8.50 Operette-uitzending. 484 m.: 12.20 Constantin-orkest. 6.20t 6.50 en 8.20 Gram.pl. 8.30 Radiotoonecl. U i tgavea: Land huur 100.— Ploegen en eggen 29.— Kweeleen en hoeken spitten Zaaizaad 24.—j Zaaien 16.— In eggen 8.— Kunstmest, opladen, uitstrooien 32.— Rollen, eggen, wieden £1. Snijden, ophoopen 30.— Binnenhalen, klampen 14.— Dorschen 40.— Vervoer tarwe, schoonen 12 Rente bedrijfskapitaal 2.— Sociale lasten 8.— Bedrijfsonkosten 8. Afschrijving werktuigen 3. Assurantie 2. Totaal uitgaven 352.— Ontvan gst en: 3300 kg. tarwe a ƒ8.70 0/0 f 287.10 165 kg. tarwe k ƒ5,— nl0 8.25 4000 kg. stroo k 12.— 0/00 12.— 307.35 Nadeelig verschil rf 4-4.65 Rentelooze hypotheken Een critlsche beschouwing over Hypotheekfondsen en bouwspaarkassen. Bij den drukker-ultgever H. J. Koersen te Amsterdam is verschenen een brochure onder den titel „Rentelooze Hypotheken", een critische beschouwing over Hypotheek fondsen en Bouwspaarkassen. Schrijver is de heer J. L. M. Wcdemcyerte Eindho ven. De hypotheekfondsen en bouwspaarkassen zijn de laatste maanden in ons land zeer ac tief. In vele plaatsen van ons land zijn dgl. instellingen in het leven geroepen. Het pu bliek ontvangt echter over het algemeen zijn inlichtingen rechtreeks van instellingen zel ve welke uit den aard der zaak zeer gun stig luiden. De schrijver achtte het daarom van belang, eenige objectieve beschouwin gen aan deze materie te wijden. Na met tal van voorbeelden en cijfermate riaal de werkwijze der Hypotheekfondsen en Bouwspaarfondson te hebben ontleed, komt de schrijver tot de conclusie, dat de hypotheekfondsen en bouwspaarkassen niet in het voordeel zijn der deelnemers en dat men beter doet deze fondsen niet te steunen. We raden onze lezers aan zich dit ge schriftje aan te schaffen. Het zal zeer helderend werken in een materie die voor den leek niet zoo gemakkelijk te overzien is. Men kan er zijn voordeel mee doen. Dr. J. J. L. VAN RIJN De Koninklijke Landbouw Academie van Zweden heeft dr. J. J. L van R ij n. gedele geerde voor Nederland bij het Internatio naal Landbouwinstituut, gekozen tot tut- tenlandsch lid dier Academie. Ned. Invalidenbond I Rentetrekker-steuntrekker De heer J a c. W. P e e r e n, voorzitter van den Ned. Invalidenbond, zendt ons een uit- oerig „ingezonden stuk", waarin hij wijst op het den laatsten tijd veel voorkomend verschijnsel, dat personen, die rentetrekker zijn krachtens de bepalingen der Ongeval lenwet 1921, en die nog een kleine nevenbe trekking of werkende kinderen hadden, ten- gïvolge van hot ophouden dier diensten, zich genoodzaakt zien aanvullende onder steuning aan te vragen bij den Gem Dienst voor Maatschappelijk Hulpbetoon, omdat de rente niet voldoende is of ontoereikend voor het gezinsbesta an. In dgl. gevallen verleent M. H. B .geen aanvullende ondersteuning boven de onge vallenrente. doch legt beslag op de geheels rente, laat de man stempelen, neemt 2/3 van evenlueele kinderverdiensten, of de ge heele invaliditeitsrenlte van een inwonende of moeder, kortom promoveert hem tot een gewone steuntrekker en beschouwt hein als een armlastige, voor wien de steun ;>rm lager is dan voor een crisis-werklooze De Ned. Invalidenbond protesteert tegen deze handelwijze en wenscht, dat aan deze onrechtvaardigheid een einde zal komen op grond van de desbetreffende bepalingen der Ongevallenwet. De moeilijkheden te Ambt Hardenberg Een raadsvergadering op komst De raad dezer gemeente is tegen Vrijdag 24 Januari in openbare vergadering bijeen geroepen, waar o.a. behandeld zal worden: het voorstel van den heer Mulder om aam den Commissaris der Koningin te verzoe ken een tijdelijken burgemeester aan to stellen, een en ander in verband met da bestaande moeilijkheden op financieel ge bied en de afwezigheid van den burgemees ter. Door de wethouders wordt evenwel voorgesteld om tijdelijk een derden wethou der te benoemen. In hoeverre deze voorstel len verband met elkaar houden, zal de be spreking Vrijdag ongetwijfeld openbaren. De rapporten over de financieele onregel matigheden zullen worden behandeld, be nevens een voorstel van de wethouders tnt erleening van ongevraagd ontslag aan den gemeenteontvanger en n«Si»n-functies. Het optreden van Lord Robert Cecil De heer Albarda stelt vragen Naar men weet heeft de Minister van Justitie bezwaar gemaakt tegen het optre den van Lord Robert Cecil in een openbard vergadering te Amsterdam, waar hij spre ken zou over het conflict in Oost-Afriika. Hierover is door de roode pers groot ka baal gemaakt Thans heeft het Tweed© Kamerlid Albarda vragen aan den Minister gesteld over deze aangelegenheid- Gevraagd wordt of de Minister alsnog op zijn beslis sing terug wil komen. Geref. Ver. v. Drankbestrijding Het derde lustrum De 15e jaarlijksche vergadering van den Prov. Zuid-Holl. Bond van Afdeelingen van de Geref. Ver. voor Drankbestrijding zal Zaterdag 21 Maart a.s. te 's-Gravenhage worden gehouden. Op deze vergadering zal de voorzitter, de heer W. C. F. Scheps, van Den Haag, een openingsrede houden getiteld: „Geestelijke clearing en een nieu we ascese". Na afdoening van enkele huis houdelijke zaken zal als spreker optreden de heer N. Baas, straatprediker bij de Geref. Kerk van Amsterdam, die een orga nisatie-onderwerp behandelen zal. Ds. J. S m e 1 i k, Geref. predikant te Loosduinen, zal een opwekkend slotwoord spreken. Toorhout ontvangen de ehtgenooten. De Ministei Saken was daarbij tegenv H. K. H. Prinses Julia; K. J. Depar- W. F. ■and-advfseur bü het Departe fungeeren als de twee sec te stellen Staatscommissie Kleine Hypotheken Het Tweede Kamerlid Vos hoeft vragen gesteld aan den Minister van Sociale zaken in verband mot het gedeeltelijk beleggen in kleine hypotheken door den Raad van Arbeid te Nijmegen van de door dien Raad geindie premies. De Minister heeft hierop thans ge antwoord dat de hypotheekverleening geschiedt met toestemming van het Be stuur der Rijksverzekeringbank. Het bestuur der Rijksverzekerings bank controleert dat de wijze, waarop de Raad van Arbeid te Nijmegen hypo theek-aanvragen behandelt, aan de eisch van deugdelijkheid voldoet. Genoemd bestuur heeft in dit veband d© voorwaarde gesteld van taxatie door een deskundige, die ook ten behoeve van den dienst der registratie taxaties verricht en dat bestuur vordert tevens een verklaring van dien deskundige, dat een bepaald be drag veilig kan worden verstrekt. De Minister vertrouwt, dat de Rijksver zekeringsbank er voor waakt, dat ui et meer wordt belegd in hypotheken dan de eisch van liquiditeit toelaat, en dat geen ris kante posten worden afgesloten. Op grond hiervan wordt voorshands geen aanleiding gevonden maatregelen te treffen om aan deze transacties een einde te maken. Feuilleton De geschiedenis van een erfenis (29 door K. Jonkheid Nu gaat hij leuren huis aan huis. Zoo komt hij bij De Bas. Sinjeur is afwezig, maar de vrouwe toont levende belangstelling. Ha, eindelijk iemand, die kunst waardeeren kan. Hij noodt haar in zijn huis, om zijn collectie te bezien. Zij gaat met goedge vulde beurs. De schilder ontvangt haar niet gedistingeerde gratie en zielsverblijd, eindelijk contact te vinden. Ilij heeft alles opgesteld in voordeeligste stand en belichting. Haar be langstelling groeit en bijzonder toeft haar aandacht bij de beel tenis van het meisje. „Wat moet dit portret mij kosten?" Hij weifelt. Ilet is niet te koop. Maar dat wil hij niet zeggen. Het contact wil hij niet verliezen. Dan noemt hij een hooge prijs. Ze schrikt niet, kijkt nog eens met sympatiseerende oogen naar het fraaie stukje. Dan opent zo haar fluweelen buidel met zilveren knip en telt hem het geld voor. Het gezin De Bas is uitgestorven. He Compagnie zal de goede ren verkoopen. Alles moet gerechtelijk worden genummerd en gecatalogiseerd. De beambte noteert ieder voorwerp, stuk voor Btuk. Hij ziet het portret. Wie kan dat wezen? Heeft hij niet gehoord dat vrouwe De Bas het mooiste meisje was, van alle binnengekomen blanke yrouwen? Zij moet het wezen. Het kan niet anders. Het is een interessante ontdekking. Hij schrijft op het hout aan de achterzijde haar naam en wat lager het jaartal. Op de veiling wordt het stuk gekocht door een onderkoopman, die binnenkort naar Holland gaat, Amsterdam is nog klein en het is spoedig bekend, dat er in Den Oost een erfenis zit. De Huydecopers zijn in actie, zoons en kleinzoons van Katrijntjo's pleegouders. Ze zoeken bewijs en ze hebben getuigen, die Katrijntje in levende lijve gekend hebben als lid van hun gezin. Ze onderzoeken in 't Weeshuis en vinden de aanteekening, dat hun vader de naaste verwant ls. Wat een blijdschap. De vedel en de wijnkan komen er aan te pas. Buren en vrienden feesten mee. Brieven wordien ge schreven, verklaringen onderteekend, de eerste retourvloot zal zonder twijfel de schat meebrengen. Maar zoo vlug gaat het niet. Ze moeten wat geduld hebben. De Hecren van de Compagnie gaan niet over ijs van één nacht. De dochter van den braven handwerksman is haar schilder al lang vergeten en gelukkig getrouwd met een klerk bij de Stedelijke Lombard van de stad Amsterdam. Ilaar vader was leerlooier, maar door de vroege dood van haar moeder is ze grootgebracht bij haar grootouders. Grootvader was ook in t lcdervak en handelde in huiden. De onderkoopman komt na een moordende reis in Holland, blij dat hij het leven er afbracht en het vaderland terugziet. Nu gaat hij vroegere vrienden bezoeken en oude bekenden. Hij heeft geschenken en geschenkjes meegebracht, voor ieder wat. Maar dat schilderijtje, dat fijne meisjesportret, houdt hij zelf. Hij be gint in Amsterdam. Op een avond zit hij bij een kennis, veel jonger dan hij, zoon van een vroegeren vriend en eenige jaren getrouwd. Waar heeft hij dat vrouwtje meer gezien? Op wie lijkt ze toch? Als hij yertrokken is, zegt dc jonge vrouw: „Laat die sinjeur hier niet meer komen. Voortdurend keek hij naar me. Ik ver trouw die Oostgangers niet." Maar binnen acht dagen komt hij terug met een pak onder de arm. Hij heeft ontdekt, op wie de jonge vrouw lijkt. Op het meisje van de schilderij. De klerk van de Lombard is alleen thuis. En ook hem frap peert de gelijkenis. Het is zijn vrouw, doch tien jaar jonger. Zij zelf ziet het eveneens. En het opschrift aan de achterzijde doet de verbazing stijgen. „Je hebt toch wel gehoord van die erfenis?" vraagt de onder koopman, „daarom heb ik het portret meegebracht" „En mijn vrouw heet I-Iuydecoper", zegt de klerk. „Mijn grootvader was huidekooper, daar ben ik grootgebracht en daardoor kreeg ik zijn naam." De Huydecopers ontdekken den concurrent en stellen zich in slagorde. Ze bestrijden de aanspraken van den Lombardman in een breedvoerig schrijven aan de Hcercn van de Compagnie. De bestreden e onderneemt een tegenaanval en ondergraaft de gronden van zijn mede-reflectanten. Door zijn actie komen da boeken van de Kerk in het geding cn vindt men de aanteekenin- gen, waaruit blijkt, dat dc erflaatster wel een buurmeisje, maar geen familie was. De aanspraken van den Lombardman worden ook afgewezen. De boeken worden weer weggeborgen en krijgen een paar eeuwen rust. De Huydecopers zijn woedend. Ze wijten de tegenvaller aan den Lombardman. Do zaak is van de baan, maar de wrok blijft zitten. 't ls vooral een van de volwassen kleinzoons, die blijft mokken. Hij vindt werken een vervelend ding, daarom zou een erfenis hem goed gelegen komen. Telkens ontmoet hij den klerk op straat. Zijn wrok groeit tot haat. Hij begint de dolk tc betasten, die hij bij zich draagt Als hij den klerk eens tegenkomt in den avond, als het donker en stil is! Gelukkig gebeurt dat niet. De Lombardman wordt stadhuis klerk in het stadje Ter Gouw, gebouwd rondom de monding van de Gouwe, die daar in de Hollandsche IJssel valt en welk stadje geleidelijk de Latijnsche naam Gouda aanneemt. Het gevaar is geweken. De kleinzoon vindt een werkkring in Woerden. Maar na weinig weken is dat gedaan. Dan gaat hij zwerven. Hij wil naar Amsterdam, maar hij wil ook naar Ter Gouw. Daar ziet hij den klerk en in een vlaag van vlammende woede steekt hij zijn dolk tusschen diens ribben. Waar de Gouwe het stadje binnen komt en een hoek vormt met de Singelgracht, is achter de Vestwal een open plek. Het is dezelfde wal, die later, geslecht zijnde, Regentcsseplantsoen zal heeten. Die open plek heet het Galgenveld en daar staat de vaste galg als een zwijgende dreiging voor all; boosaards. Op een triestige herfstmorgen bungelt aan die galg een splin ternieuwe strop. Daar wordt de jonge Huydecoper straks ter dood gebracht. Het schilderij krijgt rust. Onbewogen hangt het aan dc wan'3, komt na jaren in bezit van de familie De Bas en wordt eigen dom van den vader van juffrouw Vermeer. Opnieuw publiek vei kocht, ziet de koopman uit de stad het opschrift en biedt het stuk te koop aan den nog jeugdigen Huidekooper. Die houdt het jaren in eigendom, maar spreekt er nooit van uit kieschheid jegens de familie Vermeer. Zoo wordt het gevonden door Dirk en ten tweede male ia het aanleiding tot een actie om de erfenis, die mislukt, zooals de eerste. En nog is de levensloop van het portret niet ten einde. {Wordt vervolgd), j

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1936 | | pagina 9