AMSTERDAM IN 1935
ROTTERDAM IN 1935
DE ROTrERDAMSCHE HAVEN]
IN 1935
Sombere beelden bepalen ons bij
tallooze maatschappelijke zorgen
Vele belangrijke gebeurtenissen
in het afgeloopen jaar
Bij het scheiden T&n 1935 dringen lich
zóóveel herinneringen uif het leven van
deze gTOOte, volkrijke stad aan ons op, dat
het niet mogelijk is deze alle in kort be
stek te memore eren. Vanzelf raken dan de
minder belangrijke gebeurtenissen op de
achtergrond en komen alleen naar voren de
groote belevenissen van de bevolking "ji
haar geheeL
En dan treft ditmaal op Oudejaarsavond
Vooral
het sombere sociaal-economische beeld
van Amsterdam, dat ons beoaalt bij tal
looze maatschappelijke zorgen, waardoor
eciiier iedere volksgroep is getroffen.
Zeker, er is nog menige be voor*
rechte lering waarop de „crisis" min
der of soms in het geheel geen vat
heeft. De groote meerderheid der be
volking ziet zich evenwel geplaatst
voor sociale bekommernissen van al
lerlei aard. Inkomens en verdiensten
loopen achteruit, want in handel en
bedrijf, bij de scheepvaart en in de
industrie, om de voornaamste bestaans
bronnen te noemen, is bijna overal
achteruitgang in productie, verkoop -
mogelijkheid en*, te constateeren, en
eijn zelfs vele deuren gesloten; dui
zenden woningen staan leeg; de win
kelstand kwijnt omdat de koopkracht
gaandeweg minderde; hoe velen zijn
niet aangewezen op.steun voor het ver
krijgen van dagelijksche levensbehoef
ten. Zelfs de diaconie, die het meest
zuiver haar roeping verstaat, Is niet
meer bij machte te voorzien in den
nood van hen die haar het naast
staan.
Ongekend hoog zijn de sommen, die door
Overheid en particulieren worden beschik
baar gesteld om steun te bieden bij armoede
en bij langdurige werkloosheid. Er is een
gestadig klimmen van de cijfers der werk
loozen: in 1930 ruim 12.000, in 1931 ruim
21.000. in 1932 bijna 29.000 en in het jaar,
waarop we nu terugzien, was het cijfer
opgeloopen tot rond 58.000, ruim 10.000 meer
'dan in 1934. Aan ondersteuning vorderde
Ideze bijna onafzienbare schare werkloozen
en andere behoeftigen in 1935 alleen uit de
Overheidskas ruim f 21.000.000 en voor het
volgende jaar is zelfs f 5.000.000 meer uit
getrokken.
Vooral in de eerste helft van het Jaar ls
Amsterdam meermalen „een stervende stad"
genoemd zonder uitzicht en toekomst tenzij
en nu komen we aanstonds midden in
ide politiek de kiezersbevolking haar ver
trouwen schonk aan sociaal-democraten en
communisten.
Wij gaan de politiek toch nog even voor
bij en meenen te moeten wijzen op het
moedgevende feit, dat de zooeven genoemde
ihooge bedragen naast vele andere
konden worden opgebracht. Er zijn voorts
meer lichtpunten, die opbeuren en doen rea-
Jiseeren de voorrechten die de Amsterdam-
sehe bevolking nog heeft Er is ooit nog,
alle min of meer opzettelijke pessimisti
sche beschouwingen ten spijt,
De Raad van 'de hoofdstad (heeft zich zelfs
bezig gehouden met bespiegelingen over het
jaar 2000, als, naar sommige deskundigen
verwachten, Amsterdam ongeveer een milli-
Oen inwoners zal tellen. Het uitbreidings
plan, hiervoor vereischt,.is goedgekeurd en
in de week vóór Kerstmis heeft de vroed
schap besloten tot den bouw van een nieuw
stadhuis op het Frederiksplein, dat de
grootsche schepping van Jacob van Cam-
pen op den Dam zal evenaren.
Tegelijkertijd heeft Amsterdam prijs ge
geven zijn historisch eigendomsrecht op
het Paleis, dat nu reeds meer dan 120 jaar
als zoodanig heeft dienst gedaan. Hiermede
is tevens de Paleis-Raad huiskwestie, die
het tot de respectabele leeftijd van 56 jaar
heeft, kunnen brengen, begraven.
Met waardeering mag worden melding
gemaakt, dat de sociaal-democraten hier
aan krachtig hebben medegewerkt. Vier
jaren geleden was het een gansch andere
mentaliteit, die hen het Paleis als Raadhuis
deed opeischen: de hoogmoed der roode
stadsbestuurders, die zich de beheerschers
van het Amsterdam der toekomst waanden,
zooals de 17e-eeuwsche regenten met den
bouw van heft voormalig Raadhuis een
stempel drukten op het Amstelredamme
hunner dagen. Dat de sociaal-democraten
thans blijk van een beter inzicht gaven is
een bewijs van hun besef van de vealitêit
der dingen.
Dit werkelijkheidsbesef heeft zich onweer-
et aan baar in de tweede helft van. het jaar
aan hen opgedrongen^ toen
drie sociaal-democratische wethouders
In de eerste zes maanden des jaars
waren do jammerklachten der roode
heeren niet van de lucht. Om de ramp
der werkloosheid to bestrijden torste
de heer de Miranda zijn geweldig
plan de Raadszaal binnen, maar zie,
ternauwernood zijn de heeren als ge
volg van den uitslag der Raadsverkie
zingen, wederom mede tot het bewind
geroepen of vele klachten zijn ver
stomd of tot bescheiden wenschen ver
schrompeld en het plan-de Miranda
is naar hot teekenend woord van Prof.
Romme van de R.-K. fractie, begra
ven, zonder eenig vertoon.
Sedert bevinden de roode wethou
ders, de heeren de Miranda, Boekman
en van Meurs, zich in een „dwang
positie'', al is die ook minder tragisch
dan die hunner Rotterdamsdie col
lega's schijnt te zijn.
Ook hier komt evenwel van alle klin
kende verkiezingsbeloften niets terecht. De
sociaal-democraten moeten, of ze willen of
niet, met „Den Haag'' rekenen. Zij zijn nu
eenmaal genoodzaakt .telkens een blik te
werpen in de gemeentelijke schatkist. Zelfs
aan loonsverlaging zullen de heeren moeten
gelooven, al stemmen zij ook trouw met
hun fractie er legen, en de kleine 100 ge
sloten openbare scholen blijven leeg. Dit
tekort aan politiek fatsoen, waarvan Prof.
Woltjer terecht gewaagde, roept de herin
nering op aan
de donkerste dag des Jaare
26 Juni, toen Amsterdam werd opgeknapt
met een roode meorderheid in de Raad
Bood de uitslag van do Statenverkiezing in
het voorjaar reeds geen opgewekt vooruit
zicht, zij gaf onze kleine politieke groep
toch grooie voldoening omdat het stemmen-
tal der antirevolutionairen met 4000 toenam
en tot ruim --4-000 steeg.
Het resultaat van de Raadsstembus
bracht ons diepe teleurstelling, omdat het
niet gelukte op het peil van April te blij
ven en dientengevolge het getal onzer
Raadsleden van drie op twee terug viel. De
hoofdoorzaak hiervan lag aan verknoeide
kiesstelsel, dat den revolutionairen partijen
in liet gevlij kwam en de roode meerder
heid tot stand bracht. Het was een dag van
teleurstelling ook voor onze Christelijk-His-
torische broeders.. De nieuwe Raad telde 17
S.D., 7 Communisten en 1 Rev. Soc., die
samen de meerderheid vormen; voorts 7
R.K., 3 C.H., 2 A.R., 3 V.B. en 5 eenlingen.
Het optreden van deze, aldus samengestelde
Raad was
Tevergeefs hefoben de communisten ge
poogd ook een rood College te helpen vor
men. Van bun hulp was de sociaal-deimo-
cratie nu nog niet gediend. Intussohen re
kent de grootste roode fractie wel op de
stilzwijgende iiulp ran de overige acht
revolutionairen en juist deze omstandigheid
brengt in de onderlinge verhoudingen in
Raad en College een onwaarachtig element,
dat den sociaal-democraten in het College
berooft van de kroon der magistratuur.
Partijlieden zijn ze in de eerste plaats, het
belang der stad komt achteraan.
Een woord van waardeering.
Het la hier do plaata voor een woord
van waardeering voor het4 vroegere
College, dat twee moeilijke jaren door
maakte en met de goedgezinde Raads
leden Amsterdam voor financieelen
teruggang en voor on'bestuurbaarheid
behoedde. Dat de sociaal-democraten
van dit, bijna onophoudelijk door hen
bestreden resultaat nu zonder blikken
of blozen gebruik maken, moet hun
zelfs op Oudejaarsavond nog worden
nagegeven.
Het is een gelukkige omstandigheid
dat het beheer der financiën en van
de bedrijven in de bekwame handen
des heeren Rustige is gebleven.
Vooral hierdoor maakt Amsterdam in
financieel opzidht nog altijd een goed
figuur. Zelfs mocht het gelukken de
gemeentebedrijven op bevredigende
wijze te exploiteeren.
De drukte op straat
Het was en bleef op straat bijzonder druk.
Tijdelijk was aan deze bedrijvigheid een
onaangename kant, veroorzaakt door do
colportage-relletjes tusschen N.S.B.-ers en
communisten met de sociaal-democraten als
belangstellende toeschouwers. Sinds de bur
gemeester een nagenoeg algemeen colpor-
tageverbod heeft afgekondigd, is het rustig
op straat Deze welkome rust is ook ver
kregen door de beteugeling van optochten,
het tegengaan van het beruchte „trekken"
Minister-president Dr. H» Cc/Lijn hield lij de onthulling van het monument
sen herdenkingsredet waarin hü_ de beteekenU van. Van Heutsz uiteenzette*
T JAAR. DAT GING
Weer een jaar is heengegleden
In den kring der eeuwigheid;
Vol van wisselvalligheden,
TV as on» vreugd en smart beteid.
g Hier een lach en daar een traan.
Ginds een komen, hier een gaan;
X Vpl van wisselvalligheden
1$ het leven hier beneden.
Weer een jaar fs heengevfogen
In het eeuwig lijdsgebied;
Maar wat hier ook wisslen moge,
Onze God verandert nielh
Hij blijft steeds de sterke Rots
In der eeuwen golfgeklots,
Steeds Dezelfde, glstren, heden,
Tot in alle eeuwigheden.
5 Was dit jaar voor u verloren?
X Leeft ge nog insondensmart?
Zijt ge reeds door Hem herboren
6 Gaaft gij Jezus reeds uw hart?
v Niels is blijvend hier bene én,
b Ook uw tijd snelt spoedig heen;
X Blijf niet aarzien, kies nog heden:
Jezus biedt u rust en vrede!
en het weren van do rood® vlag van de
straat.
De meer normale drukte was die van het
verkeer, dat zich in grootere snelheid ont
wikkelde, helaas ten koste van meer men-
schenlevens. Het snelverkeer veroorzaakt
moer ernstige ongevallen dan voorheen met
den (rieeten nasleep er van. Wel beproeft
men voetgangers en fietsers wij bezitten
250.000 rijwielen met stijgend succes tot
goede „weggebruikers" op te voeden, maar
het toenemend aantal ernstige en zelfs
doodelijke ongelukken blijft als een donkere
vlek het moderne uiterlijk van Amsterdam
ontsieren.
Het mondaine stadsleven
wordt niet teruggedrongen. Men zou het
mogen verwachten, omdat het veel geld
kost. Maar ook in benarde tijden maken
publieke vermakelijkheden goede zaken.
Toch oordeclen de „bon" vivants" over Am
sterdam als over eene sasaie, vervelende
stad, waar het „nachtleven" zonder betee-
kenis is. Eene kwalificatie, waarvan de
afgevaardigde der verstrooiing en genot zoe
kende groepen zich in den Raad nog al
eens bedient, tot heden met weinig resul
taat.
Het rustige gelukkig grootste deel
dor bevolking, met zijn zin voor huiselijk
heid en familieleven, kan nfet anders dan
zich er over verheugen, dat deze nationale
deugden zioh nog zoo krachtig doen gelden.
Ook in het groote Amsterdam gaat van den
huiselijken haard machtige bekoring uit.
Voor de eerste maal sedert een paar jaar
heeft H. M. de Koningin
het Jaarlijksch bezoek
aan de hoofdstad gebracht, nadat Zij reeds
door Haar tegenwoordigheid luister had
bijgezet aan de onthulling van het monu
ment voor luitenant-generaal van Heutz,
den pacificator ran Atjeh. De komst van
Koningin en Prinses gaf beide malen gele
genheid voor een warme huldiging van de
zijde der bevolking.
De jeugdige werkloozen
hebben van zioh doen sproken door het uit
voeren van belangrijke werkverruimings
objecten. Het grootste succes boekten zij
met de IUiododendrons-tentoonstelling in
het Vondelpark, waar zij zelfs de hulde van
de Koninklijke Familie in ontvangst moch
ten nemen. Door deze en andere werken is
meer kleur gekomen in het troostelooze
leven van de werklooze jeugd. Het comité,
dat zich het lot van 12.000 dezer jonge m en
action aantrekt, heeft voortreffelijk werk
verricht en meer dan een ton kunnen uit
geven (f 80.000 vanwege de Overheid,
f 25.000 bijeengebracht door particulieren).
De luchtvaart
heeft met ernstige rampen te kampen ge
had. Nadat in het laatst van 1934 de
„Uiver" in Perzië tragisch was ondergegaan
kwamen de rampen dichterbij: eerst de
laatste vlucht van de „Leeuwerik", nadat
de naderhand weer opgeheven lucht-
verbindlng tussohen Amsterdam en Praag
ternauwernood was geopend. Piet Soer was
do populaire vliegenier, die er het leven bij
liet en met hem cenige passagiers, w. o.
do zoon van den.burgemeester van Amster
dam. Daarna werd ieder <!>pgeschrikt door
nog ernstiger tijdingen: van de „Kwik
staart" vlak bij Schiphol, en van de „Gaai"
weer ver weg, in Zwitserland.
Deze vliegrampen vormden voor de K.L.M
een ernstige les. Zijn ongelukken bij het
luchtverkeer niet te voorkomen versch in
het geheugen ligt nog cle dood van den
{ongen Haariemschen vliegenier ook in
te lucht gaat veiligheid voor alles.
Van vele gebeurtenissen in het persoon
lijk leven van min of meer vooraanstaande
personen zou zijn melding te maken.
Jubilea zijn er geweest zonder tal,- Als
de belangrijkste vermelden we in dit ver
band: het Rijksmuseum, het Stedelijk Mu
seum, de Ned. Isr. Gemeente, het Koloniaal
Instituut, Geref. Kweekschool, Chr. H.B.S.,
de Ver. voor Ghr. Gezondheid- en Vacantie-
kolonies, de Bond van Binderspatroons en
vele anderen.
Het einde des jaars bracht het wereld
kampioenschap schaken voor Dr. M. Euwe.
onze stadgenoot.
Bij het overzien van het Jaar, dat wel
haast tot. de geschiedenis behoort, komt bij
elk, die God vreest, de danktoon op voor
de keur der zegeningen, die ook in dit
trieste tijdsgewricht ons aller deel werden.
Laat ons Hem ook danken voor de hon
derdduizenden, die het hidden en danken
niet achten.
Bijzoraderen dank mag worden uitge
sproken voor de ongestoorde Evangelie
verkondiging, voor het Christelijk onder
wijs, voor het betoon van barmhartigheid
in Ghristus' Naam, voor zoo menige werk
zaamheid in het wijdvertakte Christelijk
vereenigingsleven. Dwars tegen het onge-
loovige groote-stadsleven in golft de stroom
van Gods genade, die aan het kleine getal
der belijders een eeuwigheidstaak oplegt,
waarvan ieder hunner zich bij dezen jaar
overgang ernstig rekenschap moge geven.
FRISO,
DOOD WATER
Een zwart jaar in de
geschiedenis van Rotterdam
Rustmaar de rust
van het graf
In een onlangs uitgekomen film „Dood
Water" wordt de tragiek geschetst van
den Zuiderzeevisscher, die zijn bron van
welvaart langzaam ziet verdrogen. Het is
de oude vissetier, die de mogelijkheden van
een nieuwe toekomst niest ziet, maar blind
zich staart op heB leed, dat in grijnzende
zekerheid op hem af korrut, 't leed van dood
watert
Dood water...... we kennen het tlhans
ook in Rotterdam.
Wat de toekomst ook brengen moge, we
zullen ons het angstig-rustige, het benau
wend-rustige jaar 1935 herinneren als de
tijdskring. waarin wij de welvaart van onze
stad zonder hoop zagen wegzinken.
Wij zijn nu zes maal achtereen geroepen
geweest .magere jaren" aan ons oog te
laten voorbijgaan, maar nooit viel het ons
moeilijker dan nu het stedetijk gebeuren in
een jaaroverzicht siunqn te vatten, juist
daarom, dat de toekomst van Rotterdam wel
schijnt te zijn afgesnoerd.
Konden we vorig jaar spreken van moei
zame opbouw op het gebied van handel en
scheepvaart,' thans moeten we erkennen, dat
het werk ons weer bij de handen is afge
broken.
Hel was een zwarte dag voor Rot*
terdam, toen ftn Maart van dit jaar
België den gouden standaard verliet
en devalueerde. Wij hadden uit de
ervaring van den val van het -Pond
reeds geleerd, ons geen illusies te ma
ken, dat het wel mee zon vallen,
maar de zwartste verwachtingen over
den invloed van de Belgische deva
luatie op onze haven zijn nog over
troffen.
De cijfers omtrent het verkeer over
Rotterdam en Antwerpen gedurende
het laatste half jaar laten geen twijfel
over: Rotterdam ziet zich zijn levens
sappen onttrekken door invloeden van
buiten af, waartegen het met alle
energie, die hier toch in zoo ruime
mate onder cargadoors en handelslui
gevonden wordt, niet bestand blijkt te
zijn.
De noodklok luidt.
Reeds in Mei hebben vooraanstaande Bot
terdammers een groote samenkomst belegd
in de Doelen onder het motto „Rotterdam
luidt de noodklok" en dat men van deze
organisatoren niet kan zeggen, dat ze
klok wilden luiden zonder te weten,
waar de klepel hing, kan niet worden
gezegd.
De volledige cijfers tot 1 Januari 1936
zijn nog niet bekend, maar de gogevens,
die wel bekend zijn, wijzen overtuigend uit,
dat het verkeer zich in steeds sneüer tem
po verplaatst naar Antwerpen.
Het is, of de Nieuwe Waterweg aJs in de
dagen van Calami opnieuw is gaan verzan
den en daarmee de levensmogelijkheden
van deze groote stad in gevaar zijn ge
komen.
Hot kan niet genoeg worden gezegd:
Rotterdam dat is de haven van Rot
terdam en de haven van Rotterdam, dat is
de haven van Nederland, de
groote toegangspoort tot het y^ste land van
West-Europa, die voorbestemd is om de
goederen der wereld in ontvangst te nemen
en te expedieeren.
Een groot stuk nationale welvaart
dreigt ten onder te gaan door maatregelen
van buiten af, waartegen de stad en de
haven op zich zelf geen verweer kuiinen
bieden.
Het droefgeestige in den toestand van dit
oogenfolik is, dat er nog geen enkel symp
toom is, dat het mogelijk zal worden den
teruggang te overwinnen.
De particuliere ondernemers hebben hun
tarieven verlaagd tot beneden kostprijs. Zij
teren momenteel hun laatste reserves in.
De gemeente Rotterdam verkeert in een
deplorabelen financieelen toestand en ziet
uit eigen kracht geen kans de haven ver-
dor bij te springen dan zij met de tariefs
verlaging van vorig jaar heeft gedaan.
Erkend zij, dat dit jaar de verlaging van
de veel te hooge loodsgelden door de Regee
ring aanhangig is gemaakt en door de
Staten Generaal bekrachtigd, een tegemoet
koming, die met groote dankbaarheid is
ontvangen, maar die helaas na de devalu
atie van de belga geen voldoend effect bleek
uit te oefenen.
Dat de stad nu reeds drie Jaar
achtereen een werkloozen tal telt van
rond 50.000, dat onze straten verzak
ken, zonder dat we ze behoorlijk nlt
het veen kunnen ophalen, dat de ge
meentekas leeg ls en de schold
groot.... het is alles nog niet het
ergste, maar dat de haven verkwijnt
zonder dat ze zich doelmatig kan ver
weren, dat ls het, dat ieder Rotter
dammer met zorg vervult en dat ons
ook aan het eind van dit Jaar naar de
noodklok doet grijpen om het tot heel
Nederland te zeggen: nw haven, een
uwer voornaamste bronnen van wel
vaart, is ln gevaar en moet door otters
van heel de volksgemeenschap worden
behouden.
Rust
Van een rustig jaar spraken wij en kon
den we spreken:
Inderdaad: geen oproer heeft de stad in
opstand gebracht, groote volksbewegingen
deden niet van zich spreken, schokkende
gebeurtenissen behoefden niet te worden ge
registreerd, maar het was alles een rust, die
benauwt.
Verkiezingsjaar
In één opzicht werd de rust verbroken:
die nerktea' agea bracht,en de politieke, op- Rotterdam
winding, die in de gegeven omstandigheden
kon worden verwacht.
Gelijk zich reeds hij de Statenverkiezing
;t voorzien, is de gemeenteraad „om"
gegaan in dien zin, dat er een roode meer
derheid kwam, die, versterkt met nog en
kele extremistische elementen, waarvan de
kleur niet vaststaat, het heft iQ handen
kroeg.
De drie Rechtscihe partijen, die, zonder
ecnige zekerheid van steun, als sterke min
derheid toch drie en een half jaar het
dage lij ksch bestuur op zich hadden geno
men om in het belang van de stad een
beheer te voeren, dat de omstandigheden
vereischtcn, werden door den verkiezings
uitslag gedwongen de verantwoordelijkheid
voor dit dagelij ksch bestuur in handen
te leggen van de partij, die van de daken
had geschreeuwd dat in Rotterdam het roer
om moesten daardoor de goegemeente
er toe had bewogen haar 20 zetels te ver-
leenen.
Het besluit de s.d.a.p. op de verantwoor
delijkheid te drukken blijkt tot heden in
het belang van de stad te zijn. Aan de
onredelijke en ophitsende critiek van een
groote volksgroep is daardoor een einde
gemaakt
Het gemeentelijk beheei
De bereidheid om zelf de handen uit de
mouwen te steken om de moeilijkWlen te
overwinnen, zal het nieuwe bestuur echter
nog moeten leercin.
Bij alle gebrek, menschenwerk eigen,
wist het vroegere college van B. en W. de
gemeentefinanciën zoodanig te redderen.
lal de autonomie nog zooveel mogelijk be
houden bleef, terwijl de Regeering Rotter
dam in zeer veel tegenoet kwam door zeer
hooge bijdragen in de werkloosheidslasten,
het geven van een groet renteloos voorschot
wegens het ongedekte tekort van 1934 en
een extra-suhsidie van 5 millioen.
Dank zij de goede \?rhoudingen, die er
tusschen Den Haag er Rotterdam beston
den door het wederzijdsh begrijpen van ei
kaars moeilijkheden, res het mogelijk de
onontbeerlijke medeweiking te verkrijgen
voor verschillende vooij Rotterdam belang
rijke zaken, waarop ie steaks nog even
terug komen.
Het nieuwe bewind i slecht begonnen:
met een conflict over het loonvraagstuk,
waarbij aangeboden o vel eg niet werd ge
zocht, zoodat ten slotte Den Haag dwin
gend ging opleggen, wit anders wellicht
niet ten volle noodig wis geweest.
Hoe het verder zal gan met de finan-
cieele moeilijkheden var de stad valt nog
niet. te overzien, maar <et staat wel vast.
dat men van hoogenhancgeen genoegen zal
nemen met het volgen van de lijn van
geringste weerstand, hierin bestaande,
men zich van de gemaakte schulden ni
aantrekt en voor de ook dan nog ovenb
ven de tekorten vrijwel volstaat met
beroep op de Rijksschatkist.
Was de crediet.positie van Rotterdam
de laatste jaren zoodanig verbeterd,
voor het zoo broodnoodige nieuwe werl
deur op een kier kon worden opengej
thans is weer veel onzeker geworden.
Op den Oudejaarsdag van 1934 werd
eerste paal geslagen voor de nieuwe Bei
welke aan den Coolsingel zal verrijzen
in langzaam tempo is dit groote werk i
der voorbereid. Een grootsche afbn
moest aan den opbouw voorafgaan en d
is gereed gekomen. Ook de geringste o
touren van het nieuwe bouwwerk aan o
boulevard zijn echter nog nie^ zichtb#
want het werk vordert nog maar zeer la
zaarn. Mede door het feit, dat de Doe
gedeeltelijk moest worden afgebroken
toont de hartader van Rotterdam thans
een zeer zonderling beeld.
Van de bouwwerken, die door de
meente zelf zijn opgezet noemen we
nieuwe Hoofdbureau van Politie, het nl
we Gymnasium en het politiebureau
het San delingplein, waarvan alleen
laatste reeds ver i? gevorderd.
Zonnestralen
Eon zonnestraal udt de donkere woll
was de ingebruikneming van het niet
Museum Boymans, dat met Verrai
tentoonstelling al direct meer dan 60
bezoekers trok.
Ja, en liet zon todh wel van onda
baarheid getuigen, indien we zelfs in
noodzakelijk sombere jaaroverzicht toch i
niet wezen op nog andere lichtglanzen,
ons stedelijk leven voor totale moedeli
heid behoedden.
Daar was allereerst het sterkende
bemoedigende Koninklijk bezoek, dat
de Landsmoeder op het meest criti
moment bracht
Hoe heeft het onze bevolking g
gedaan!
Daar was ook belangstelling ran
Raadslieden der Kroon, die herhaakh
onze stad bezochten, waarvan we ook
vruchten moohten plukken.
Zoo kon de vlag uitgestoken won
toen de mcdedeeling bekend werd, dat
tweede Statendam met Regeeringshulp t
in Nederland en voornamelijk te Rotten
zou worden gebouwd.
Ook de pertinente toezegging van rJ
ringssteun voor een tweede oeververhini
in Rotterdam was een feit, dat tot da
baarheid stemde, al bleef de teleun
ling omdat de deskundigen het over
vraag: brug of tunnel niet eens kon
worden, wat tot vertraging van het bc
der zoo noodzakelijke werkzaamhe
leidde.
VERLIES TE ROTTERDAM,
WINST TE ANTVERPEN
Het scheepsverkeer an Rotterdam
is dit Jaar ongeveer ea kwart milli
oen tons bij het vorigejaar ten ach
ter gebleven, de netto ihoud van alle
in de haven aangekomn zeeschepen
beliep rond 17.75 million tons, waar
bij het totaal voor den eheelen Nieu
wen Waterweg 20.75 aillioen tons
bedroeg; daarentegen ishet scheeps
verkeer van Antwerpc met meer
dan een millioen tonsgestegen tot
bijna 18 millioen tons, e Hamburg
bleef het verkeer nu reis voor het
derde jaar op dezelfde ïoogte (18.5
millioen tons), doch tcAmsterdam
was de achteruitgang no belangrijk
grooter dan in de Masstad, het
scheepsverkeer van de hefdstad ver
minderde met bijna een hlf millioen
tons tot 4.25 millioen ton
Het totale goederenverkeer
Ondanks de daling vanhet scheeps
verkeer is de geheele goedemverkeer ter
zee van Rotterdam toch met ngeveer een
half millioen tons gestegen it rond 28
millioen tons, terwijl tevens :t goederen
verkeer van de andere havei langs den
Nieuwen Waterweg met ongcier dezelfde
hoeveelheid is toegenomen, zoodat liet
totale, goederenverkeer ter z» van den
geheelen Nieuwen Waterweg Ina 32 mil
lioen tons heeft bedragen. TeAntwerpen
was de winst nog belangrijk rooter: an
derhalf millioen tons tot rond2 millioen
tons, te Hamburg bleef ook et lading-
verkeer onveranderd (rond millioen
tons), te Amsterdam ging de >oruitgang
van het vorige jaar weer bijna eheel ver
loren en is het ladingverkeer wcr beneden
5 millioen tons gedaald.
Bij nadere beschouwing van lt lading-
verkeer te Rotterdam blijkt de vjruitgang
echter geheel te danken aan de
groote kolenverschepingen,
die in het afgeloopen Jaar met-ulm 9.5
millioen tons ongeveer een millioen
grooter waren dan in het vorige jaar.
de ertsaan voeren hebben zich na
scherpe inzinking gedurende de zoi
maanden in het najaar weer eenigs
hersteld, zoodat tenslotte als gevolg
de zeer groote hoeveelheden die in de ee
maanden van het jaar werden aangebri
het totale Jaarcijfer voor deze grond
nog met ongeveer een half millioen
Is gestegen tot 5 millioen tons; de aan
ren van minerale olie zijn met 200.000
gestegen tot 1.600.000 tons; de graant
voer liep echter nog veder terug met
half millioen tons tot 2.5 millioen tonj
houtaanvoeren verminderden met 20(
tons tot 1.300.000 tons, de aanvoer
Engelsche kolen met 100.000 tons
750.000 tons.
Van meer beteekenls is echter de
sterke achteruitgang bij het stukgoed;
de aanvoer van stukgoederen te Rotten
liep met ongeveer 600.000 tons terug
rond 3.75 millioen tons, de stukgoed
schepingen hieven vrijwel onveranderd
2.25 millioen tons. Daarentegen is te J
werpen de aanvoer van stukgoederen
3.25 millioen tons op dezelfde hoogte ge
ven, en zijn de stukgoedverschepingen
drie kwart millioen tons tot rond 7.5
lioen tons gestegen. Te Hamburg daaldt
aanvoer van stukgoederen met ongei
drie kwart millioen tons tot 6.25 milli t
tons en bleven de stukgoedverschepin i
onveranderd of 4.25 millioen tons, te J
sterdam is vrijwel de geheele achten
gang bij het zeeverkeer veroorzaakt i
vermindering van den aanvoer van s
goederen.
Minder werkgelegenheid
Door de achteruitgang van het stuit
derenverkeer, en vooral ook door ven
dering van tijdelijken opslag in de hl
van het nog overblijvende deel, is de W|
gelegenheid in de Rotterdamsdie ha
bedrijven weer sterk gedaald. Het aal
vaste arbeiders moest in den loop van
jaar voortdurend worden ingekrom
voor de losse arbeiders is de werkgele
lieid met ongeveer een vierde achteru
gaan; het totale aantal arbeidstaken van
havenarbeiders in dienst van bij de Sch
vaartvereeniging-Zuid aangesloten wer
vers is ongeveer 15 pet. minder gew
dan in het vorige jaar.
ei ten bij gewoond.