Plaatselijke Werkverschaffing Ik&cbt U iru&t Kaas/ IhecCt U qpvei.' MET DEN LANDMETER OP STAP WOENSDAG 24 JULI 1935 DERDE BLAD PAG. 9 BINNENLAND SOCIALISTISCHE GEMEENTE POLITIEK Deelname aan het College van B. en W. aantrekkelijk geacht Maar het Rijk moet betalen! Op Zondag natuurlijk op Zondag is ie Amstefdam een congres gehouden van Raads- en Statenleden der S.D.A.P., dat belegd was door het partijbestuur en dat der Vereenigiug van S.D. Raads- en Staten leden. Het congres heeft besproken de poli tieke beieekenis van den uitslag der ge meenteraadsverkiezingen alsmede de te voe ren plaatselijke politiek in de naaste toe komst. De heer E. Polak betoogde, dat bij de ge- Ihouden verkiezingen een dam is opgewor pen tegen de deflatiepolitiek der nationale regeering, terwijl tevens gebleken zou zijn, dat de S D.A.P. een der krachtigste steun punten is tegen het fascistisch gevaar. Spr. beoogde, dat de kosten dor werkloo- zensteun en de mindere uitkeering Uit het gemeentefonds het ongeluk voor de gemeen ten zijn. Als de S.D. eisch stelde spr. daar om: alle werkloosheidslasten naar 's Rijks kas en herstel der. uitkeeringen uit het ge meentefonds. Dit zou een vooruitgang in de fin ancien der gemeenten beteakenen van i 76.300.000. De heer W. Drees betoogde evenzeer, dat de uitslag der raadsverkiezingen weerslag moet vinden in de Regeouingspolitiek. Noch met fascisten, noch met communis ten, wier maatschappelijk en staatkundig ideaal gebaseerd is op den totalen staat, od het wegnemen dus van geestesvrijheid cn democratie, kunnen wij dus zeide spr. samenwerken. Do communisten zouden in de vorming van een eenheidsfront niet an ders zien dan het middel om onze partij in verwarring te brengen. Wat samenwerking met de Katholieken betreft, spr. weet dat ook zij niet onveran derlijk democratisch zijn. Ook de liberalen Vin niet voor honderd procent te vertrou wen. Beide partijen staan echter niet den dictatuurstaat voor: zou het met hen tot samenwerking komen, dan is dit nog geen eenheidsfront. Spr. deed uitkomen dat zooals door het Partijbestuur reeds was geadviseerd, het bij samenwerking met burgerlijke partijen niet gewenscht is, zoodanige samenwerking aan te gaan op een program. Het niet aangaan Van een program verzekert, naast andere yoordeelen een sterker contact tusschen de fractie en haar vertegenwoordigers in het college van B. en W, De beperking van do mogelijkheden ten spijt, is het zitting ne men in de colleges van B. en W. van nog grooter belang dan vroeger, gezien het nauwe contact tusschen deze colleges en die van Ged. Staten, alsook met de regeering. Spr. wijdde hierna een beschouwing aan 'de verhouding van de regoering tot het ge meentelijk bestuur. Ons werk zeide spr. zal op tal van punten nog zeer vrucht baar kunnen rijn, ondanks de betrekkelijke gebondenheid van de gemeentelijke be stuursorganen. Dank zij den gegToeiden so cialistische invloed en het verlangen bij de bevolking naar een andere economische structuur der maatschappij zullen de ge meentebesturen op verschillend gebied veel goeds tot stand kunnen brengen; in die richting zullen onze fracties in de komende periode vruchtbaar terrein vinden; con- Mislukte conferentie over het nieuwe College Rechts eenstemmig Men meldt ons uit Amsterdam: De sociaal-democratische Raadsfractie had gireren de vertegenwoordigers van de A.R., C.H. en R.Ké fracties tot een bespre king ten Stadhuize uitgenoodigd, uver een verdeeling van de wethouderszetels in het nieuwe college. Deze conferentie is op niets uitgeloopen, want de A.R. en C.H. fracties hebben den sociaal-democraten vooraf bericht aan een bespreking niet te. zullen deelnemen met het oog op de omstandigheid, dat niet alle in aanmerking komende Raadsfracties voor II Een der allergrootste voordeelen van de plaatselijke werkver schaffing is dat de werk- looze niet uit het ge zinsverband wordt gehaald In ons vorig artikel maakten we opmerk zaam op de groote beteekenis der plaatse lijke werkverschaffing. Als voorbeeld deel den we mee wat in een plaats als Zwijn drecht in dezen tot stand kwam. Zwijndrecht is gelukkig slechts een van de vele plaatsen, die de werkversohiaffing ter hand namen. Steeds meer gemeenten, en ook particulieren, bijv, instellingen als waterschappen, zijn in dit opzicht actief. Voor een bewiudsman, die uitkijkt is er bijna steeds wel een of ander geschikt Ob ject te vinden, 't Moet natuurlijk werk zijn dat niet zou gebeuren als het niet in werk verschaffing werd aangepakt. Want 't vrije bedrijf, dat toch al zoo moeilijk op gang te brengen is, mag er niet door worden be lemmerd. Daarom behoeven het nog geen min of meer luxe werken te zijn, die worden uit- gevoerd. Aanvankelijk is het wel eens in die richting gezocht. Men meende dan, dat voor werkverschaffing vrijwel alleen in aan merking kwamen bijv. 't maken van zwem inrichtingen, het aanleggen van parken en dergelijke. De praktijk heeft echter ook hier de weg gewezen. Zoo bleek er allerlei werk te zijn, dat zich hiervoor leende. Grondwerk geschikt object Vooral grondwerk is geschikt, om de aard van het werk en de geringe materiaalkos ten. Een veelgezocht object is derhalve de verbetering van de afwatering van polders. Deze zou anders zeker niet worden ter hand genomen, daar het vooral thans do tijd niet is om de toch al hooge polderlasten nog aanmerkelijk te verzwaren. Daarom leent dit werk zich zoo uitnemend voor werkverschaffing, 't Werk zelf is er ge schikt voor, iedere arbeider kan er aan meedoen en er komt een uiterst nuttig resultaat tot stand van blijvende beteekenis dat belangrijke waardevermeerdering van de grond brengt, maar waaraan geen den ken was het gewoon als normaal werk uit te voeren. Do Regeering draagt de belangrijkste kosten. De particulier, bijv. het watenschao en de gemeenten in wier gebied het werk ligt, drager, de rest. Het watersohap een bedrag, dat ongeveer overeenkomt met de waardevermeerdering van de grond, 't Rijk draagt alleen in het loon bij En wel voor hetzelfde percentage als waarin het ter plaatse de gewone steun voor zijn reke ning neemt. De rest is voor de betrokken gemeente. Ook in de materiaalkosten en in de kosten van het opzicht en de technische leiding wordt niet door het Rijk voorzien. Dageiijksch contact met 't gezinsleven In zulk een plaatselijke werkverschaffing werken alleen arbeiders uit eigen omgeving Deze kunnen dus 's avonds naar huis terug keéren. Dit is een belangrijk voordeel bo ven de centrale werkverschaffingen. De in vloed van het huiselijk leven wordt niet ontbeerd. Het dagelijksche contact met eigen geyin blijft bestaan. Dit is wederzijds van groote beteekenis en is ook buitendien verre te verkiezen boven 't degenereeremde de eerste bespreking zijn uitgenoodigd. De R.K. fractie, die zich wel in de bij eenkomst heeft doen vertegenwoordigen, verklaarde om dezelfde reden niot aan de conferentie te zullen deelnemen. Men ging dus al heel spoedig onverrich ter zake uiteen. De uitsluiting van de liberalen en vrij zinnig-democraten is den sociaal-democra ten dus slecht bekomen. „Het Volk" is verstoord over deze gang van zaken, maar toch nog vrij kalm. Het blad vraagt of „wellicht de heden aange nomen houding moet worden gezien als een eerste stap om zich aan de verantwoorde lijkheid te onttrekken?" een minderwaard igheirtsgevoel in' de hand werkende verblijf in een barakken- kolonie van de centrale werkverschaffing. Ook mag word dn gerekend, dat het in vele gevallen een bevrediging geeft., in eigen omgeving gezamenlijk een nuttig werk tot stand te brengen èn tijdens het werken zelf èn nadat het gereed is. De loonsbepaling Het loon in al deze plaatselijke werkver schaffingen varieert- Het wordt door den minister vastgesteld in verband met de loonen in het vrije bedrijf ter plaatse. Dit gepft wel eens moeilijkheden. Speciaal daar ,-aar in dezelfde plaats de loonen in het ©ene bedrijf veel verschillen van die in een ander vak Bijv. ip. een .plaats met indus trie en mot landarbeid. Het loon varieert bijv. in Zuid-Holland-Zuid van 2240 cent per uur, terwijl 48. uur per week wordt, ge werkt. De minister wordt ter bepaling van het basisloon voorgelicht door de inspectie die op allerlei wijze, de onmisbare schakel is tusschen het departement en de praktijk van de werkverschaffing. Is 't basisloon vastgesteld, dan ontwerpt moet echter worden bijgehouden of er ook inkomsten zijn door andere gezinsleden enz. Elke week moet daartoe de toestand van ieder voor werkverschaffing in aanmer king komende werklooze worden nagegaan. Dij is het werk der inspectie, die van de verschillende gemeenten de daarvoor noo- dige gegevens ontvangt. De inspectie heslist telkens wie van de door de gemeente daar toe aangewezenen inderdaad in werkver schaffing mogen werken of blijven werken. Door om de 5 a 6 weken te rouleeren wordt zooveel mogelijk aan allen, die in aanrner- kdng komen, een beurt gegeven. 't Is mettertijd zoover gekomen, dat velen naar die beurt uitzien. Gedurig komen er verzoeken van huisvaders om langer, of voorloopig voorgoed bij de werkverschaf fing te worden geplaatst. Dit gaat echter als regel niet. De rouleering moet worden gehandhaafd. VerandeIde mentaliteit Zooiets bewijst echter wel, dat er ten op zichte van de werkverschaffing een heel andere mentaliteit is ontstaan. In 't begin is er vreemd tegenaan gekeken. Men ken de toen eigenlijk nog maar alleen de cen trale werkverschaffingen en daar was het inderdaad aanvankelijk niet steeds aanlok kelijk, integendeel. Maar die toestand heeft zich gewijzigd. Er is een belangrijke verbe- Werkloozen te Zwijndrecht beziq met het graven van een zwembad de Ned. Heide Maatschappij of de Grond- maatschappij de tarieven. De bepaling hier van vereisoht groote deskundigheid en was aanvankelijk meer dan eens oorzaak van oneenigheid. Men meende dan, dat het ta rief koodanig was, dat het basis-uurloon on mogelijk kon worden gehaald. Maar later bleek dan meestal, dat bij flink werken 't uurloon gemiddeld zeker kon worden be reikt, ja dikwijls deed zich zelfs het ver schijnsel voor, dat wie het hardst klaagden, dat het basisloon niet te halen was, later er ver bovenuit kwamen. De loonen waar mee men naar huis komt verschillen der halve al naardat men in de afgeloopen week heeft gepresteerd. De eene- grpep (de adbéiders kunnen on-, derling bepalenmet wie ze in één groep willen werken) strijkt hooger loon op dan de andere, maar gemiddeld wordt 't basis loon bereikt Wie in aanmerking komen Niet iedere werklooze kan voor opname in de werkverschaffing in aanmerking ko men. Uiteraard worden alleen gezinshoof den en kostwinners toegelaten. Regelmatig tering ingetreden. En niet het minst het werken in of nabij eigen woonplaats bevalt, ai is het natuurlijk heel wat anders dan vroeger in het vrije bedrijf. Er wordt over het algemeen flink ge werkt. En wie extra z'n best doet gaat ook met meer naar huis, door het werken in tariefloon. Een merkwaardig verschijnsel is, dat vele industrie-arbeiders al spoedig met grondwerk goed overweg kunnen. H< zelfs niet zeldzaam, dat ze met hooger loon naar huis gaan dan een arbeider, die het grondwerk gewoon is. Dit zal te danken zijn aan het f^it, dat een industrie-arbeider meer gewend is gedisciplineerd te werken, meer gewend om in een regelmatig tempo zoo economisch mogelijk tijd en kj^cht te benutten. Natuurlijk zijn de eerste dagen Voor velen, vooral voor hen, die geen handen arbeid gewoon zijn, vrij zwaar. Voor hen van wie is te verwachten dat ze onmoge lijk om en bij het basisloon kunnen komen, kan de eerste dagen een trainingstoeslag ^worden gegeven. In een volgend artikel stellen we ons voor, oenige plaatselijke werkverschaffin gen wat meer van naderbij te bezien. Niet onvermakelijk is de slotopmerking' Inderdaad hebben de rechtsche fracties zfch o.i. onttrokken aan de verantwoorde lijkheid eener onbeleefdheid tegenover de vrijzinnige fracties. Of dit nu tevens de laatste conferentie is? Uit de stemmingen, die op de eer ste Dinsdag in September gehouden worden zal wel blijken, wie in de komende vier jaren de stad zullen be sturen. Met deze slottirade van „Het Volk" kan ieder instemmen. Want de Gemeentewet be paalt diit- Nieuwe bestemming onder Sovjet-vlag Naar wij vernemen, zal het door de ferdamsche Lloyd naar Sovjet-Rusland kochte mailschip „Patria" bij Wilton te Schiedam geclassificeerd en naar Russische eischen ingericht worden. Deze werkzaam heden zullen drie weken in beslag nemen, waarna het schip naar Leningrad zal ver trekken. De „Patria", die 9686 bruto reg. ton meet, is in; 1919 door de Kon. Maatschappij „He Schelde" te Vlissingen gebouwd. Er is accömodatie voor 400 passagiers. DE ONGELUKKEN BIJ DE K.L.M. Minister overweegt instelling van „Raad voor de Luchtvaart" Commissie van onderzoek inzake veilig luchtverkeer aangekondigd Naar aanleiding van de vragen van het Kamerlid Van Braambeek over de ernstige ongelukken, welke den laatsten tijd aan de KX.M.-vliegtuigen zijn overkomen, heeft de Minister van Waterstaat het vol gende medegedeeld: De betreffende ongevallen hebben niet ge leid tot den indruk naar hetgeen daarom trent tot dusverre bekend is geworden dat zij zouden zijn toe te schrijven aan min dere zorg voor dè veiligheid, of aan het ver langen om de diensten snel uit te breiden en de vliegtijden te verkorten, doch veeleer, dat zij moeten worden geweten aan een hoogst ongelukkigen samenloop van om standigheden, waaraan het vliegverkeer steeds is blootgesteld. De gegevens betreffende het ongeluk met het vliegtuig Leeuwerik zijn nog niet vol ledig, daar de uitkomsten van een onder zoek, ingesteld door de Duitaehe autoriteiten volgens de daaromtrent tusschen de luchtvaartadministraties getroffen internatio nale regeling nog worden afgewacht. Het onderzoek van Rijkswege naar de on gelukken met de vliegtuigen Kwikstaart, Maraboe en Gaai is onmiddellijk aangevan gen. De vliegtuigen, waarmede de diensten wor den uitgeoefend, voldoen aan de hoogste eischen, welke in Europa en de Vereenigde Staten worden gesteld. Uit den zeer uiteenloopendien aard der on gelukken, overkomen aan verschillende soor ten van vliegtuigen, kan niet worden afge- leio, dat omtrent de qualiteiten der vlieg tuigen, waarmede de uitbreiding heeft plaats gevonden, ongerustheid behoeft te bestaan. Verandering van den wekelijkschen dienst op Indië in een dienst tweemaal per week, is met het oog daarop verantwoord te ach- overeen te brengen met de eischen der veiligheid, daar zulks niet meer ver hooging van risico met zich brengt oan een natuurlijk gevolg is van grootere frequentie van het vervoer. In de wi'ziging van dezen dienst behoeft geenerlei van mindere voorzichtigheid ge tuigende drang te worden gezocht. Niettemin wordt in de hierboven be doelde ongelukken aanleiding gevon den om een onderzoek te doen plaats vinden naar de mogelijkheid van ver hooging der veiligheid in het lucht verkeer, door een van rijkswege in te 6tellen commissie en het resultaat van dat onderzoek aan de Kamer voor te leggen. Daarnevens wordt een herziening van de voorschriften omtrent het on derzoek van ongelukken met lucht vaartuigen voorbereid, waarbij wordt overwogen de permanente ongevallen- commissie, bedoeld In art. 154 der Re geling toezicht luchtvaart, te hervor men tot een raad voor de luchtvaart, met bevoegdheden van soortgelijke strekking als die van den raad voor de scheepvaart. Huisvrouwen van Keel Nederland, U hebt het thans zelf in de hand, Uitnemend voedsel voor 't gezin, Is elk gerecht met kaas erin. HET VERGAAN VAN DE „GAAI" Telegram van Prinses Juliana Mededeelingen van het Zwitser- sche departement van Luchtvaart De directie van de K.L.M. heeft in ver band met het vergaan van de „Gaai" van Prinses Juliana liet volgend telegram ont vangen: „Hare Koninklijke Hoogheid heeft met groot leedwezen kennis genomen van noodlottige ramp aan vliegtuig de Gaai overkomen en draagt mij op U de verzekering te geven van Haar medeleven met deze nieuwe en zware beproeving voor Uw Maatschappij". Baud, Kamerheer. Resultaten van het onderzoek Het Zwitsersche departement van Lucht- aart deelt nog mede- Het onderzoek is thans in zooverre afge sloten, dat een overzicht over de tot 't on geluk leidende omstandigheden verkregen kon worden Het onderzoek naar détails, die eerst bij het opruimen van de overblijf selen toegankelijk worden en nasporingen inzake de radio- en meteorologische dienst, zijn nog aan de gang. Onder voorbehoud van de resultaten van deze dé'ail-nasporin- gen kan over het waarschijnlijke .verloop het volgende worden gezegd: Volgens de waarnemingen en de me teorologische omstandigheden kan aan genomen worden, dat de piloot in den loop van een hevig onweer, dat vooral in het nabij de plaats des onheils ge legen Mesocco, aanzienlijke verwoestin gen heeft aangericht (wegspoelen van bruggen en gebouwen), trachtte in het gebied van den Sint Bernhardt uitzicht op den grond te krijgen en over den pas naar het Noorden te vliegen. Daarbij werd het vliegtuig door wolken ingesloten in de dalketels ten Zuiden van San Bernardino, zoodat het eerst geruimen tijd in een kleinen kring moest vliegen, ten einde dan een uitweg naar beneden in den aanzienlijk grooteren dalketel van den Pian San Giacomo te vinden. Na een oriënteeringsrondvlucht was de piiloot klaarblijkelijk voornemens daar een noodlanding te verrichten met ingetrokken landingsgestel op een langzaam stijgende Alpenweide, die wel had kunnen gelukken, zonder përsooölifke "ongelukken. Door de ongewone omgeving van den nauwen dalketel, het lage wolkendek en den zwaren regen werd deze noodlanding ten zeerste bemoeilijkt Mogelijk hebben daarbij ook nog de kabels en masten van een draodbaan voor houttransporten eer* rol gespeeld, zoodat het vliegtuig tenslotte in de curve voor hot begin van de nood landing op ongeveer 50 M. hoogte snelheid verloor, voorwaarts tusschen de dennen viel en bij het neerslaan verpletterd werd. Er zijn geen aanwijzingen voorhan den, waarom de piloot de van ouds be proefde methode van het passeeren der Alpen op groote hoogde niet heeft ge volgd. Volgens de hem toegezonden weer- adviezen zou de mogelijkheid hebben bestaan op groote hoogte er door heen te komen, zonder door wolken of on weer gestoord te worden. Eenigerlei technische gebreken aan het Dougias-toestel of zijn motoren konden tot dusverre niet worden geconstateerd. H Ik zie, geloof ik, ginds al een paar hoeren staan; zijn dat soms •Ide koopers en de verkooper? U kent ze natuurlijk wel. Ja, dat zijn Melkert en Snel ©n Gruttema; maar moeten die er alle drie bij zijn? Dat zal voor Melkert lastig zijn, want die is als melkboer niet vrij om dezen tijd. EerT eerste eisch is, dat tusschen kooper en verkooper, bij het opmaken van de acte, onbetwistbaar vaststaat, waar de nieuwe grens is gelegen. Verder moet die nieuwe grens op het terrein worden aangegeven met betonnen palen of stevige houten piketten, die den tand des tijds lang kunnen weerstaan en ten slotte is het van groot belang, dat partijen de nieuwe grens aan den landmeter aanwijzen. Het is dan uitgesloten, dat de land meter een verkeerde lijn opmeet en wanneer er later eens kwesties omtrent de grens mochten rijzen, blijkt uit de kadastrale stukken, wie de grens heeft aangewezen. Kijk, daar staan nog twee mannen, maar die ken ik ook wel; die loopen al heel wat jaartjes met den landmeter mee! Ja, dat zijn mijn meetarbeiders. Die hebben alle gereedschap pen bij zich: de jalons, dat zijn die roodwitte stokken, den meet band en de pennen. Pennen? Ja, kijk eens, als we b.v. van hier af moeten méten naar den hoek van dat huis dat zal een meter of zeventig zijn dan leggen de arbeiders den meetband van hier af over den grond. Hij is echter maar 20 M. lang. De voorste arbeider prikt nu bij het einde van den band een ijzeren pen in den grond; dan loopen ze 20 M. verder; de achterste arbeider houdt het begin van den band bij die pen en de voorste prikt een tweede pen in den grond bij het eind van den band en zoo gaan we maar door. Zij zijn dus eigenlijk de menschen, die meten. De landmeter zegt, wat ze moeten meten en hij noteert de maten. Janus Kleiprikker gaat nu al 18 jaar mee als meetarbeider en Piet Pinnema nog maar een jaar of tien. Wat een toepasselijke' namen hebben die twee! Ja, dat is zeker de reden, waarom mijn voorgangers ze ln dienst genomen hebben. Meneer Piket, nu begrijp ik ook, waarom U landmeter ge worden is! Had U het zoo pas niet over piketten? -r- Deksels, ja! Daar heb ik zelf nog geen erg in gehad. Maar nu gaat me ook een licht op over Uw naam!Goeden dag, mannen, we krijgen deze dagen meneer Vat uit de Roskarti als leerling mee in liet veld. Als het lieele dorp hier leert meten hoeven wij hier niet meer te komen mijnheer Goeiemorgen, hoeren! We komen opmeten, wat er hier verkocht is. Best', meeneer! U heeft goede hulp meegebracht, zie ik. Vat I stond in ons blad van 16 Juli. zal wel goed kunnen springen en klimmen, hij is nogal slank! Zou het niet het beste zijn, dat Vat maar op een paar stevige balken ging zitten? Neen, neen, meneer Vat gaat mee om iets van mijn werk te zien, dus hij moet loopen en niet zitten. Maar waar ligt nu de nieuwe grens? Die hebben we met een paar stokjes aangegeven. Hier staat er één en achter moet er ook één staan. Dat is weer de oude kwestie. Er wordt voor 1000 grond verkocht en dan moet er op de grenspalen gespaard worden. Laat daar nu eerst eens een paar stevige houten palen inslaan, want die stokjes zijn morgen toch verdwenen en als er dan een hek op de grens gezet moet worden, weten de heeren niet meer, waar het moet staan en zetten ze het verkeerd, met alle lasten van dien. Heusch, dit is zuinigheid, die de wijsheid bedriegt en je zult zien, als er maar wat reclame voor wordt gemaakt in de kranten en de eigenaren er het nut van gaan inzien, dan. wordt, voor we 10 jaar verder zijn, iedere nieuwe grens aangeduid met betonpaaltjes, voorzien van het Rijkswapen, en is er een wet, die het strafbaar stelt, die paaltjes te beschadigen of te verwijderen. Zoo ver is het intusschen nog niet en we zullen vast de meting gaan beginnen, terwijl de partijen voor betere palen zorgen. Kijk U eens hier, meneer Vat. Hier ziet U op de kaart het per ceel, waar we nu staan. Het. gebouw links is de school, rechts het huis van dokter Kerver. Naast ieder gebouw ligt nog een strook grond, voor we aan het te meten perceel komen. Een van de voornaamste dingen, waar we om moeten denken, is, dat we zoo meten, dat we de nieuwe grens later weer kunnen uitzetten als dat noodig is. Wc zouden kunnen meten hoe ver de nieuwe grens van de heg van den dokter af ligt, maar als morgen de dokter zijn heg rooit, hebben we aan die maat niets meer. Beter bepalen we den afstand van de nieuwe grens tot het huis van den dokter of tot de school; deze gebouwen zijn duurzamer dan een heg en als uitgangspunt zijn ze ook preciezer dan liet mid den van zoo'n heg, dat niet nauwkeurig te bepalen is. Daarom meet ik dus van den hoek van het doktershuis naar den hoek van de school en lees de bestaande en nieuwe grenzen, die ik tegenkom, op den meetband af. Laten we beginnen met een plattegrond van het perceel en zijn omgeving te schetsen, dan kan ik daarop de maten inschrij ven. Zoo, dat lijkt er iets op. Ik zie, dat er nu behoorlijke palen in de nieuwe grens gezet zijn en we kunnen dus gaan meten. Kleiprikker en Pinnema, meten jullie eens van dit huis naar de school- Kijk, nu houdt Pinnema het begin van den band tegen het huis? 5 meter dertig. En voor de paal in de nieuwe grens? 15.50. Kijk, aan het eind van den meetband, op 20 M. dus, zet hij een pen en nu houdt. Pinnema het begin van dón v>>n l hij die pen. Nu het schoolhek, Kleiprikker! 25.70. En cle school zelf?. 32 meter op de kop af! Nu gaan we zoo ook achter langs het perceel meten; we beginnen dan uit het verlengde van het doktershuis en meten tot aan het verlengde van de school, terwijl we onderweg weer alle maten nemen en die op onzen plattegrond, dien we bij ons „veld werk" noemen, aanteekenon. We zullen maar over de speel plaats loopen. Kijk, de meester komt er ook bij'! Hoeren, wat moet dat hier op dc speelplaats? Dat is hier geen terrein, waar iedereen maar oploopen mag! -r- Dat ben ik met U eens, meneer, maar ik kom hier meten voor het Kadaster en moet hier dus wel zijn. Kadaster, ik weet niet, wat dat is, en of dat gemeet voor de rioleering is of dat we hier een tram krijgen, ik wonsch U hier niet toe te laten. U weet zeker niet, dat U de Grondwet, overtreedt; anders moest U dat eens overwegen, alvorens iemand overlast te komen aandoen. Meneer, maakt U zioh geen overdreven zorgen. Wij staan dichter bij elkaar dan U denkt: U onderwijst de jeugd de be kende sommen van het vat met drie kranen en van hoe groot een tapijt is van 3 bij 4 meter, ik leer meneer Vat het een en ander van het landmeten en hoe groot een stuk land is van 30 bij 40 meter, en wat de Grondwet betreft, daar zou heel wat over te zeggen zijn, maar op Uw terrein mag ik loopen, omdat artikel 24 van de Wet op de Grondbelasting daartoe aan de ambtenaren van het Kadaster de bevoegdheid geeft. Leest U dat eerst eens na en dan zal Uw boosheid wel bedaren. En als U mij nu een plezier wilt doen, zegt U dan eens tegen de kinderen, dat zij straks bij het naar huis gaan, die rood-witte stokken niet aanraken. Worden ze scheef geduwd, dan moeten mijn ar beiders ze eerst weer netjes te-lood gaan zetten: dat kost tijd en moeite! O, ja, ik vergat nog te zeggen, dat U meneer Vat na tuurlijk den toegang zoudt kunnen weigeren, maar die zal wel geen vreemde voor U zijn. We zullen dus maar doorloopen, de zaak is werkelijk in orde. We doen nu dus hetzelfde langs den achterkant van het perceel en als we dan nog de diepte meten, kunnen we de oppervlakten uitrekenen van de beide nieuwe perceelen. Dat is meestal kan toorwerk, omdat het zelden zóó eenvoudig is. Vanavond praten we daar nog wel eens over. We zullen nu even de veldwerken van vroegere metingen moeten raadplegen om te weten, of de heg en het schoolhek wer kelijk de grenzen van het perceel vormen. Hier heb ik het veld werk, dat gemaakt is, toen de schoot is gebouwd. Daar staat als grens aangrteekend het midden van een sloot op 8 M. uit de school en straks hebben we gemeten, dat het hek op 6.30 M. uit de school staat. Daar hebben we een geval, dat meer voorkomt en dat gemakkelijk te verklaren is. Waar nu de school staat, was vroeger ook weiland. Toen de school gebouwd werd, heeft men voor dc veiligheid van de kinderen op den kant van ne sloot het hek gezet, dal we hier nu nog zien. Langzamerhand is de sloor dichtgegroeid of met vuil gedempt cn nu Is er niets meer van te zien De eigendom van dc school strekt zich dus nog buiten hot hek uit en wel over een breedte van 1.70 M. We zullen den kooper even waarschuwen, dat hij niet op die strook bouwl; hij zou er last mee kunnen krijgen. Maar de school moet den toestand ook niet zoo laten! Als de buurman er wat rommel op zet, brandhout b.v., en hij doet dit jaar in, jaar uit, dan zal hij op den duur de strook als zijn eigendom gaan beschouwen en zijn opvolger, die niet beter weet, zal dat zeker doen. Vol gens het Burgerlijk Wetboek zal zoodoende na 30 jaar de school den eigendom van die strook door verjaring verloren hebben. We zijn nu hier klaar en nu gaan we een particuliere meting doen. Wat is dat? Dat is een meeting, die niet ambtshalve gebeurt, maar op verzoek van een particulier en op zijn kosten. Dat zou mij, geloof ik, nooit overkomen! Als een meting ambtshalve verricht kan worden, wie vraagt hem dan voor eigen rekening?

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1935 | | pagina 9