Jlieuwe (üoumirt
REGEERING EN KAMER IN CONFLICT
Dagelijks verschijne nd Nieuwsblad voor Leiden ïn Omstreken
Verklaring van Minister Colijn
De teerling geworpen!
abonnementsprijs:
Per kwartaal in Leiden en in plaatsen
waar een agenlschap gevestigd is 235
Franco per post 235 portokosten
Per week0.18
Voor het Buitenland bij wekelijksche
zending4.50
Bij dagelijksche zending530
Alles bij vooruitbetaling
Losse nummers 5 ct. met Zondagsblad 7'/i et
Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar
No. 5533
Bureau: Breestriat 123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 58936
WOENSDAG 24 JULI 1935 15e Jaargang
abbertrntieprijjrn:
Van I tot 5 regels !.!7'/a
Elke regel meer0.227»
Ingezonden Mededeelingen
van 1—5 regels 2.30
Elke regel meer0.45
Handelsadvertentiën per regel 0.17'/»
Bij contract belangrijke korting
Voor het bevragen aan 't bureau
wordt berekend0.10
HET CONFLICT
GEKOMEN
Ongekende politieke moeilijkheid
Het parlementaire waagstuk is be
gaan. Politieke roekeloosheid heeft het
in eerste instantie van staatkundige
wijsheid gewonnen.
Misschien moeten we nog iets ver
der gaan en zeggen: opgestuwd door
een deel zijner fractie, die van radicale
•maatregelen, rijk gesorteerd en vaak
onderling tegenstrijdig, houdt, is Mr.
Aalberse tot een bijna persoonlijk con
flict tusschen hem en Dr. Colijn geko
men en een ernstige politieke breuk
is daarvan het gevolg geworden.
Men vergete toch bij de beoordeeling
der situatie niet, dat het verschil in
zienswijze voorzoover het na de te
gemoetkomende houding der Regeering
nog aanwezig was; alleen en uitsluitend
liep over de sociaal-economische vraag
stukken, welke van meet af! aan
roomsch-katholieke ministers waren
toevertrouwd.
Het overgroote deel der roomsch-
kath. pers alleen Maasbode en Resi
dentiebode en eenige andere bladen
maakten een loffelijke uitzondering
heeft telkens en telkens weer de
roomsch-katholieke ministers als ge
vangenen der andere bewindslieden
beschouwd (stel u voor: Deckers,
Van Schaik, Verschuur en zijn opvol
gers!) en ontzag zich zelfs niet ver
deeldheid in het Kabinet te zaaien.
Het is tragisch, dat Mr. Aalberse
daarvan ten slotte de dupe is geworden.
Mr. Aalberse, de leerling van den groo-
.ten Schaepman; de man, die de coalitie
gebouwd heeft als weinigen met zijn
kostelijke schrifturen over Christelijke
politiek; en die nu afbreekt, wat een
maal zijn ideaal was.
We zullen hierop in het algemeen
nog wel terug moeten komen; thans
willen we alleen zeggen: ook om mr.
Aalberse persoonlijk en vooral om de
breuk, welke thans in de stille coalitie
geslagen is, betreuren we zeer het con
flict, dat nu ontstaan is.
De Regeering kon niet anders doen,
dan ze deed. Hoe de vorm ook was,
doet er niet toe: namens heel zijn frac
tie deelde mr. Aalberse mee, dat zij het
kabinet-Colijn, dus ook de drie roomsch-
kath. ministers, wantrouwen. Daarmee
stelden zij zich formeel en materieel,
naast sociaal-democraten, communisten
en losloopende eenlingen zonder ver
antwoordelijkheidsgevoel. Ze mogen nu
gebelgd zijn over het feit, dat dr. Colijn
ze in zijn verklaring op een lijn stelde
met die afbrekers; ze zijn welbewust en
niet ongewaarschuwd, maar moedwil
lig, tot die combinatie toegetreden.
Zulks ondanks het feit, dat mr. Aalber
se zelf moest verklaren: op vele punten
is de Regeering ons tegemoet gekomen.
Wie het conflict gaat ontleden, komt
tot de conclusie, dat het eenig punt van
principieel verschil afgezien van
toon en graad is de aantasting dei-
vaste lasten in de hoofdsom.
Het is goed, ook dit van meetaf vast
te leggen. Want er volgt onmiddellijk
uit, dat het Kabinet getroffen is door
een oppositie, welke de oplossing der nu
ontstane crisis niet kan brengen. Een
heterogeen gezelschap kan wel breken
maar niet bouwen.
Toch spreekt het vanzelf, dat mr.
Aalberse en zijn naar buiten eens
gezinde fractie, de verantwoordelijk
heid zal moeten aanvaarden.
Wel liet het Kabinet-Colijn onge
twijfeld in verband met de verwarring,
welke er ook op financieel gebied zal
ontstaan en waarvan speculanten een
dankbaar gebruik zullen maken ver
luiden, dat het den gulden tot het laat
ste toe beschermen zal; maar een ande
re oplossing dan ontslagaanvrage van
het ministerie-Colijn zien wij niet.
In theorie is Kamerontbinding moge
lijk; doch welke vraag zal men de kie
zers voorleggen? Wat de Regeering wil,
weet ons volk; maar wat wil de opposi
tie? Dat weet zij zelf niet; zooveel par
tijen, zooveel opinies en in elke partij
nog weer verschil van inzicht.
Bovendien is een verkiezing in dezen
tijd, vol van hartstochten, waarlijk niet
een zaak van vreugde.
Brengt echter heengaan van dit Ka
binet de oplossing? Anders gezegd: Kan
dit Kabinet heengaan, als er niemand
is, die de portefeuilles over kan nemen?
Maand aan maand en week aan week
Hebben we dit probleem gesteld. We
Schorsing der beraadslagingen gevraagd
In de gisteravond gehouden vergadering der Tweede Kamer heeft minis
ter Colijn namens de Regeering de volgende verklaring afgelegd.
De minister-president herinnerde aan het slot van de ver
klaring van den heer Aalberse, waarin deze zeide, dat wanneer
gestemd zou moeten worden over een motie van vertrouwen in de
Regeering, de geheele Katholieke fractie haar stem daaraan zou
onthouden.
Hoewel zulk een motie niet is ingediend aldus de Minister-
President en daarover dus niet gestemd kan worden, houdt deze
verklaring een ondubbelzinnige veroordeeling in van het algemeene
regeerbeleid, met name op sociaal en economisch gebied.
Een soortgelijke verklaring is afgelegd door de Sociaal-Demo
cratische en Communistische Kamerfracties, benevens door eenige
op zich zelf staande leden der Kamer.
Waar aldus de meerderheid der Kamer haar afkeuring te
kennen gegeven heeft over het Regeerbeleid waarvan het Bezuini-
gingsontwerp slechts een onderdeel is, is het Kabinet tot het besluit
gekomen, dat het thans gewenscht is schorsing van de behandeling
van dit ontwerp te verzoeken, teneinde zich te beraden en de Kroon
van advies te dienen.
Kabinet beschouwt
zich nog niet als
demissionair
Monetair beleid onverzwakt
gehandhaafd
Mededeelingen van den Regeerings-
persdienst
De Regeerings-persdienst zendt 005 Ijfit, volgen
de communiqué:
Naar aanleiding van dc verklaring, door minis
ter Colijn hedenavond namens het kabinet i
Tweede Kamer afgelegd, wordt er. ter voorko
ming van alle misverstand, de aandacht op geves
tigd, dat het kabinet niet als demissionair be
schouwd mag worden.
Het kabinet kan pas demissionair worden ge
noemd, wanneer het beraad, tot het houden waar-
het op grond van de politieke situatie aan
leiding vindt, er toe leidt dat het kiezende tus
schen aftreden en Kamerontbinding, aan de Ko
ningin zijn ontslag aanbiedt.
Het kabinet blijft in functie en er verandert
zoolang het zijn verantwoordelijkheid draagt niets
het regeeringsbeleid. Dit betreft ook het re-
geeringsbeleid ten opzichte van onze munt. Ook
te dezen aanzien blijft het kabinet-Colijn op zijn
post en met betrekking tot het vraagstuk der de
valuatie huldigt het onveranderd zijn afwijzende
standpunt, door den voorzitter van den minister
raad en den minister vaa financiën Vrijdag 1.1. uit
eengezet. Hieruit' kan tevens worden afgeleid, dat
het kabinet zoo noodig zonder verwijl de krach
tigste maatregelen zal nemen om den gulden tégen
directe of indirecte aanvallen, in welken vorm dan
ook, te beschermen.
hebben alles gedaan om deze situatie te
voorkomen. We hebben gewaarschuwd
en verdragen, dat een deel der roomsch-
kath. pers ons onbillijk bejegende en
dat men in eigen kring soms vroeg of
we niet scherper moesten veroordeelen
de ondermijnende perscampagne, de on
billijke aanvallen op het Kabinet en
zijn leider.
Wie zijn oogen niet sloot, moest de
situatie van thans voorzien en ook het
landsgevaar, dat er in schuilt.
Dat noopte tot o zoo voorzichtige tak-
tiek. Wie weet, welke economische el
lende uit dit conflict voortvloeit. Wie
het wel meent met ons volk, beeft en.
bidt.
Als God het niet verhoedt, leidt dit
conflict, dat van zekere zijde gezocht
en van andere zijde aangewakkerd is,
tot een economische catastrofe, in
plaats van maatschappelijk herstel.
En daarom: geef de toorn plaats; ook
de politieke toorn over onrecht en kwa
de bejegening; maar de zon ga niet on
der over uw toornigheid. Wie de publie
ke zaak dient, moet verstaan, dat hij
geen oogenblik het welzijn van het ge
in eene Vaderland uit het oog mag ver
liezen.
God geve de Koningin en haar raads
lieden verstand om door wijs beleid de
aangerichte en nog gevreesde schade
tot een minimum te beperken.
De Regeering vroeg
vertrouwen
En het antwoord van de Katb.
Kamerfractie
Prof. Aalberse besloot gistermiddag zijn
rede met de mededeeling, dat op het votum
van vertrouwen, dat de Rege::!rif verzocht,
het eenstemmig antwoord van de Katholieke
Kamerfractie als volgt luidt:
1. Evenwicht in de rijksbegrooting
kan dan alleen werkelijk worden be
reikt, wanneer voor het bedrijfsleven
door maatregelen van wetgeving en
bestuur de weg zoo ver als maar mo
gelijk is wordt vrijgemaakt om op ren
dabele basis aan het economisch
verkeer dieel te nemen.
2. Alleen door aldus de mogelijkheid
te scheppen tot gezondmaking van het
bedrijfsleven kan ook de toenemende
werkloosheid worden gestuit en werk-
behoud en werkverruiming wezenlijk
worden bevorderd, waarbij niet slechts
economische maar vooral ook groote
zedelijke goederen vam ons volk op het
spel staan.
3. In een krachtdadig streven om *t
aldus omschreven doel te bereiken zou
doelmatig passen een complex van
sluitende maatregelen waardoor over
de geheele lijn kosten en prijzen zoover
en zoo spoedig als mogelijk is worden
gebracht op een niveau waarop de mo
gelijkheid tot deelneming aan het eco
nomisch verkeer nationaal of interna
tionaal kan worden behouden en die
deelneming daadwerkelijk wordt gesti
muleerd.
4. 't Kabinet heeft de totstandkoming
van zulk een complex van maatregelen
tot dusver niet bevorderd, wijst het
thans ook af en gaat voort op den weg
van reguleerend ingrijpen in het aan
passingsproces deels remmend deels
stimuleercnd.
5. Door deze houding van het kabi
net wordt eenerzijds de mogelijkheid
steeds kleiner om door middel van een
complex van sluitende maatregelen
verlichting te brengen voor staats- en
volkshuishouding, terwijl anderzijds
de drang steeds krachtiger zal worden
naar maatregelen op monetair gebied
als hulpmiddel in het noodzakelijk
aanpassingsproces.
6. Daarom kunnen noch het streven
van het kabinet om door op zich zelf
onontbeerlijke verlaging van de open
bare uitgaven evenwicht in de rijks
begrooting te bereiken, nooh de voor
nemens ten aanzien van verdere door
gevoerde industrialisatie, hoe noodza
kelijk deze op zichzelf ook zij, gedra
gen worden door een geloof en ecii
vertrouwen, als thans door dit kabinet
wordt gevraagd.
De practische conclusie hieruit is
deze, dat, wanneer de door de regee
ring gevraagde motie van vertrouwen
in het algemeen regeerbeleid waar-
De houding van Prof. Aalberse en
het antwoord van de Regeering
Wat zal er nu
gebeuren
(Van onzen parlementairen redacteur).
De teerling is geworpen.
De Katholieke fractie heeft geweigerd ver
trouwen uit te spreken in het Kabinet en
handhaaft onverzwakt haar eisph van „con-
sekwente deflatie".
Daarmee plaatste ze zich met soc.-dem. en
communisten en enkele eenlingen vierkant
tegenover het Kabinet
Toen was er niet meer te praten.
Toen behoorde er ook niet meer te worden
gedelebereerd.
Voor het Kabinet was slechts één hou
ding en één antwoord mogelijk.
Dal antwoord, dat we na Vijdag niet an-
des verwachtten, is gekomen. Mannelijk en
waardig.
Gij veroordeelt, aldus de minister-presi
dent, het regeerbeleid, welnu dan wen-
schen we ook niet verder te spreken over
het Bezuinigingsontwerp, dat van dat be
leid een onderdeel is.
Het kabinet vraagt daarom schorsing
der beraadslagingen, ten einde zich te be
raden en de Kroon van advies te dienen
over den ingetreden toestand.
Deze verklaring is gisteravond 'door Dr.
Coliju. afgelegd, nadat de middag was be
steed aanreplieken over het hezuinigings
ontwerp.
De voorzitter voldeed aan den wensch
van den minister. De ruim 9 uur begon
nen vergadering was dientengevolge binnen
10 minuten afgeloopen.
Een groote menigte wachtte op het Bin
nenhof de dingen, die komen zouden af.
Spoedig wisten ze.
Even later vertrokken ministers en ka
merleden. Toen Dr. Colijn wegreed steeg
van alle kanten de roep: Leve Dr. Colijn
Reeds in de middagvergadering was de
spanning over den politieken toestand merk
baar. De mogelijkheid van hoogst ernstige
dingen werd algemeen beseft. Deze replie
ken waren wel heel belangrijk.
Het wachten was op het spreken van den
heer Aalberse. Maar de redevoeringen van
de heeren Albarda en de Geer en van en
kele diiminores gingen vooraf.
We laten die rusten om kort de aandacht
te vragen voor de repliek van den voorzit
ter der R. K. Kamerfractie. Zijn toon was
van meet af niet vriendelijk. Z.i. reageerde
het kabinet steeds onbehoorlijk op zakelijke,
goedbedoelde critiek van de zijde der R. K.
fractie. Het kwam ons voor, dat de heer
Aalberse zich wat al te veel identificeerde
met critiek in zijn pers, die inderdaad de
grenzen van het behoorlijke meermalen over
schreed, ondermijnend werkte en wel
schikt was den indruk te wekken alsof
een stel onbekwame en eigenwijze mannen
's lands zaken leidden.
Op behoorlijke parlementaire critiek zal
niemand aanmerking maken. Maar zelfs
daar is menig woord gesproken, dat de heer
Aalberse niet gaarne voor zijn rekening zou
willen nemen, denken we. Daartegen richt
te zich de minister-president in zijn rede.
Prof. Aalberse
Deze werd door den heer Aalberse opzet
telijk? op het ongunstigst geinterpre-
Gevraagd werd nogmaals hoe het er met
minister Steenberghe bijstond, toen het ont
werp vaste-lasten naar den Raad van State
ging. Achte hij toen devaluatie nog niet
noodig.
van dat op sociaal en economisch ge
bied thans het voornaamste onderdeel
is, wordt voorgesteld en in stemming
gebracht, wij daaraan onze steun niet
zullen kunnen geven.
De ergste critiek had de heer Aalberse op
do vorm van debatteeren van den minist-
ter-president, die zich zou hebben gericht
tegen wat niet gezegd is en het antwoord
zou onthouden op wat gevraagd was of wel
een onvoldoende antwoord had gegeven.
Hier was de woordvoerder der R. K. frac
tie wel zeer onbillijk. Niemand heeft de ant
woorden van Dr. Colijn op de gestelde vra
gen niet begrepen. Ook de heer Aalberse
heeft ze heel goed verstaan, blijkens het
verdere verloop van zijn rede. Want hij
wist nauwkeurig aan te geven in welke op
zichten het standpunt der Regeering en zijn
inzichten uiteen liepen.
Heel kort gezegd: de heer Aalberse, die
weer in alle talen zweeg over de verdeeld
heid in zijn eigen kring, vorderde de Regee
ring op tot wat hij noemt „consekwente de
flatie". Deze acht zich echter niet verant
woord zoo ver te gaan als de heer Aalberse
pretendeert, dat gegaan moet worden en
daarom kon de katholieke fractie in het
beleid en in haar voornemens voor de toe
komst geen vertrouwen stellen. Zou een
motie van vertrouwen worden gevraagd,
dan zou zij daaraan haar stem niet kunnen
Deze laatste conclusie was voorafgegaan
door een zestal stellingen, die weer het te
gendeel van helderheid en concreetheid ver
toonden. De conclusie was echter volkomen
duidelijk. Zij was beslissend.
1 Het gevaarlijk spel met de hoogste belan
gen de6 volks werd voortgezet door de Ka
tholieke fractie, die den schijn van eenheid
bewaarde, hoewel zij dat in wezen niet is.
Wij vreezen dan ook dat groote verwarring
het gevolg zal zijn van wat de R. K. fractie
in vage formules beweert te willen en dat de
practische conclusie van dat alles wel eens
zou kunnen gaan in de richting van wat de
heer Aalberse zegt niet te willen: devaluatie.
De opmerking zou kunnen worden ge
maakt, dat de stellingen, waarin de Room-
soho welvaartspolitiek wordt belichaamd,
zich niet in de eerste plaats richten tegen
het Bezuinigings-ontwerp, maar meer gelden
de te voeren sociaal-economische politiek.
Men zou dan kunnen meenen, dat het Be
zuinigingsontwerp zeer wel had kunnen
zijn afgedaan, terwijl het debat over de eco
nomische politiek had kunnen zijn verscho
ven tot later, b.v. totdat het vaste-lasten-
ontwerp rijp voor behandeling zou zijn
geweest. Zulk een opvatting scheen tot
uiting te komen in de redevoeringen van de
heeren De Geer, Joekes en Schouten. De
stelling is dan: dit bezuinigingsontwerp is
in ieder geval noodig, laten we het dus aan
nemen en daarna overleggen over hetgeen
ons verder te doen staat.
We kunnen de opvatting begrijpen. Maar
de heer Aalberse begon met de proclamatie:
werkelijk financieel evenwicht is eerst moge
lijk nadat mijn welvaartspolitiek in gang is
Vast blijft dan voo»- 't oogenblik echter
staan al wordt het streven van het kabi
net om door verlichting van openbare uit
gaven evenwicht in de Rijksbegrooting te
herstellen onontbeerlijk genoemd dat het
vertrouwen in het Kabinet er bij de katholie
ken niet is. Of daarbij nog eenige rancune
in het spel is laten we in het midden.
Het vertrouwen was in ieder geval opge
zegd.
Daar komt het op aan.
Welnu, indien dit absoluut vaststaat, zou
den we zeggen, is de weg aangewezen: het
zware werk aan de betweters overlaten, die
hun concrete denkbeelden nog steeds niet
uitgewerkt hebben doen kennen.
Dat is beter dan een valsche vrede. De
rerant woordelijkheid voor den geschapen
toestand valt dan op hen, die meenden dat.
kan maar de beste zijn
Verkoop „TWENTOL"
voor Holland: DEVENTER
Dr Colijn naar
H. M. de Koningin
Omtrent de hedenochtend ge-
honden Ministerraad verne
men wij naderdat deze gewijd
was aan een bespreking van
de politieke situatie
Voorts vernemen wij, dat de
Minister-President een onder
houd met H. M. de Koningin
heeft aangevraagd voor heden
middag
Het Bezuinigings-
ontwerp
De ïn de begrootingen verwerkte
bezuinigingsvoorstellen
teruggenomen
Nu het Bezuinigings-ontwerp
voor het oogenblik niet verder,
behandeld wordt en een spoe
dige hervatting van de behan
deling daarvan ook niet waar
schijnlijk is, zullen de begroo
tingen moeten worden inge
diend zonder rekening te hou
den met het Bezuinigings-ont
werp, hetgeen beteekentdat
de in verband daarmede in die
begrootingen reeds verwerkte
bezuinigingsmaatregelen zul
len worden teruggenomen
de Regeering met haar verantwoordelijkheid
•er bleef beneden hetgeen noodig en moge
lijk is te achten.
Vooral op dit laatste lette men.
Want wij gelooven, dat de mogelijkheden
door oen door anderen voortgedreven heer
Aalberse en de zijnen ver worden overschat.
Groote teleurstelling zal hun deel zijn en
ook van degenen, die zich op hun suggesties
verlaten.
De groote vraag was intusschen: hoe stelt
het Kabinet zich tegenover de verklaring, die
van R.K. zijde werd afgelegd?
Dat kon eerst in de av.ond-vergadering
blijken.
We hebben niet lang behoeven te wachten.
Het antwoord was ondubbelzinnig. Niet
bukken voor terreur, uitgeoefend door aller
lei heterogene elementen. Wie meent het
beter te kunnen, aanvaarde de verantwoor
delijkheid,
Wat nu?
Deze vfaag is gemakkelijker gesteld dan
beantwoord.
Er is een verwarde toestand geschapen
door do combinatie, die het kabinet-Colijn
tot het besluit bracht om de geschapen po
sitie te aanvaarden. Moet het heengaan,
dan zal het zijn met eere. Het heeft ge
zwoegd in 's landsbelang en niemand kan
garandeeren, dat zijn belagers het beter zul
len doen.
Daarvan is zelfs de heer Aalberse met al
zijn lichtgevoeligheid voor geen percentje
zokcr.
Op hem rust de zwaarste verantwoordelijk
heid, wijl hij het conflict in het leven heeft
geroepen.
Zal hij met zijn medestanders in de ver
oordeeling van het regecringsbeleid samen
gaan? Het lijkt niet waarschijnlijk?
Zal hij het alleen doen met zijn eigen
heterogeen gezelschap? Niet wel mogelijk.
Zal hij bondgenoolen zoeken bij de groe
pen, die tot nu toe het Kabiuet-Colijn heb
ben gesteund?
Wie zal zich lecnen tot zulk een omzwaai?,
'(Zie vervolg bis2j